Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR738473
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR738473/1
Deze regeling is juridisch onderdeel van Omgevingsverordening Gelderland.
Geldend van 23-04-2025 t/m heden
Voorrangsbepaling
- 1
In aanvulling op de regels in hoofdstuk 4 van de Omgevingsverordening Gelderland gelden de na- volgende voorbeschermingsregels.
- 2
Voor zover de omgevingsverordening activiteiten mogelijk maakt die niet in overeenstemming zijn met de voorbeschermingsregels, zijn deze activiteiten door de werking van de voorbeschermingsregels niet toegestaan. De voorbeschermingsregels gaan in zoverre voor de regels van de omgevingsverordening.
Hoofdstuk 4a Voorbeschermingsregels beperkingengebied stikstofemissie
Artikel 4a.1 (Oogmerk)
Deze voorbeschermingsregels zijn gesteld met het oog op het voorkomen en beperken
van stikstofdepositie op de stikstofgevoelige natuur binnen de aangegeven Natura 2000-gebieden.
Artikel 4a.2 (reikwijdte beperkingengebied stikstofemissie)
De voorbeschermingsregels gelden binnen het beperkingengebied stikstofemissie.
Artikel 4a.3 (verbod met omgevingsvergunningplicht)
Het is verboden zonder omgevingsvergunning binnen het beperkingengebied stikstofemissie
een nieuwe activiteit met stikstofdepositie op de stikstofgevoelige natuur binnen
de aangegeven Natura 2000-gebieden te verrichten of een bestaande activiteit met stikstofdepositie
op de stikstofgevoelige natuur binnen de aangegeven Natura 2000-gebieden uit te breiden.
Artikel 4a.4 (beoordelingsregel omgevingsvergunning)
Een aanvraag om een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 4a.3 wordt alleen verleend als de activiteit kan worden gerechtvaardigd op grond van redenen van groot openbaar belang.
Artikel 4a.5 (meldingsplicht)
- 1
In afwijking van de artikelen 4a.3 en 4a.4 is het verboden om zonder voorafgaande melding aan Gedeputeerde Staten binnen het beperkingengebied stikstofemissie een nieuwe activiteit met stikstofdepositie op de stikstofgevoelige natuur binnen de aangegeven Natura 2000-gebieden te verrichten of een bestaande activiteit met stikstofdepositie op de stikstofgevoelige natuur binnen de aangegeven Natura 2000-gebieden uit te breiden.
- 2
Het eerste lid is van toepassing:
- a.
als de activiteit plaatsvindt in het kader van het beheer, de bescherming, het behoud of het herstel van de biodiversiteit of de natuur binnen het beperkingengebied stikstofemissie;
- b.
als de activiteit plaatsvindt in het kader van een instandhoudingsmaatregel of passende maatregel als bedoeld in artikel 4.26 van het Besluit kwaliteit leefomgeving;
- c.
als de activiteit plaatsvindt in het kader van de volgende regelingen: de landelijke beëindigings-regeling veehouderijlocaties, de landelijke beëindigingsregeling veehouderijlocaties met piekbelasting, de maatregel gebiedsgerichte beëindiging veehouderijlocaties of de landelijke beëindigingsregeling veehouderij;
- d.
als de activiteit tenminste 70% stikstofreductie realiseert ten opzichte van het referentiejaar 2018; of
- e.
op een activiteit die alleen tijdelijk, gedurende maximaal achttien maanden, stikstofdepositie veroorzaakt op de stikstofgevoelige natuur binnen één of meer van de aangegeven Natura 2000-gebieden.
- a.
- 3
Een activiteit als bedoeld in het tweede lid, wordt ten minste vier weken voor het begin van die activiteit aan Gedeputeerde Staten gemeld, waarbij de volgende informatie wordt verstrekt:
Artikel 4a.6 (overgangsrecht)
- 1
Voor zover een activiteit met stikstofdepositie op de stikstofgevoelige natuur binnen één of meer van de aangegeven Natura 2000-gebieden wordt of kan worden verricht op grond van een omgevingsvergunning zijn de artikelen 4a.3 en 4a.4 niet van toepassing, als vóór de datum van inwerkingtreding een ontvankelijke aanvraag om omgevingsvergunning bij het bevoegde gezag is ingediend.
- 2
Voor zover een activiteit met stikstofdepositie op de stikstofgevoelige natuur binnen één of meer van de aangegeven Natura 2000-gebieden wordt of kan worden verricht op grond van een melding als bedoeld in artikel 4.4, eerste lid, van de wet, is artikel 4a.3 niet van toepassing, als vóór de datum van inwerkingtreding aan het bevoegde gezag via het Omgevingsloket een melding is gedaan en die melding, voor zover vereist, door het bevoegd gezag is bevestigd.
- 3
Voor zover voor een activiteit met stikstofdepositie op de stikstofgevoelige natuur binnen één of meer van de aangegeven Natura 2000-gebieden een besluit in voorbereiding is tot het vaststellen of wijzigen van het omgevingsplan, het nemen van een projectbesluit of een besluit als bedoeld in artikel 4.6 van de Invoeringswet Omgevingswet, is artikel 4a.3 niet van toepassing, als vóór de datum van inwerkingtreding het ontwerp daarvan ter inzage is gelegd.
Bijlage I Overzicht informatieobjecten
- beperkingengebied stikstofemissie
-
/join/id/regdata/pv25/2025/gebiedsaanwijzing_a85a926e80b3486e83660e85b9d81565/nld@2025‑04‑18;1
Toelichting
Algemene toelichting
Er is een wijziging van de omgevingsverordening in voorbereiding voor het instellen van stikstof-emissie-arme stroken met een beperkingengebied. De voorbeschermingsregels zien op de volgende Gelderse Natura 2000-gebieden: de Veluwe, Willinks Weust, Bekendelle en de landgoederen Brummen. Het doel van deze voorbescherming is het voorkomen van nieuwe activiteiten met stikstofdepositie op de stikstofgevoelige natuur binnen de aangegeven Natura 2000-gebieden die op grond van een geldende regeling nog vergund kunnen worden, maar die met de in voorbereiding zijnde nieuwe regeling naar verwachting niet meer of alleen onder restricties zijn toegestaan.
Het voorbereidingsregime heeft een geldingsduur van achttien maanden.
Artikelgewijze toelichting
Hoofdstuk 4a Voorbeschermingsregels beperkingengebied stikstofemissie
Geen toelichting.
Artikel 4a.1 (Oogmerk)
Essentie van deze voorbeschermingsregels is dat er niet meer stikstofdepositie plaatsvindt op de stikstofgevoelige natuur binnen de aangegeven Natura 2000-gebieden.
Artikel 4a.2 (reikwijdte beperkingengebied stikstofemissie)
Het beperkingengebied geldt in en rondom de genoemde Natura-2000 gebieden. Het werkingsgebied gaat uit van de begrenzing van de stikstofgevoelige habitattypen en leefgebieden binnen deze Natura 2000-gebieden. De bijbehorende kaart is daarbij leidend. De grens van 500 meter rondom stikstofgevoelige habitattypen en leefgebieden is grofmazig. Voor situaties waarin de begrenzing onduidelijkheid en daardoor rechtsonzekerheid oproept kunnen Gedeputeerde Staten die begrenzing aanpassen. Deze bevoegdheid voor Gedeputeerde Staten volgt uit de bestaande bevoegdheid in (artikel 1, onder b, van) de Delegatie- verordening leefomgeving Gelderland.
Artikel 4a.3 (verbod met omgevingsvergunningplicht)
Dit artikel bevat een verbodsbepaling voor om nieuwe activiteiten te verrichten zonder omgevingsvergunning. Op deze vergunningplicht is afdeling 7.2 van toepassing. In artikel 4a.4 staat wanneer een aangevraagde vergunning kan worden verleend.
Artikel 4a.4 (beoordelingsregel omgevingsvergunning)
Het beoordelingscriterium voor het verlenen van een omgevingsvergunning is ‘groot openbaar belang’ Dit criterium betreft redenen die verband houden met:
- ●
openbare veiligheid (dijkversterking, defensie, verkeersveiligheid);
- ●
volksgezondheid;
- ●
drinkwatervoorzieningen; of
- ●
verbetering van verkeersveiligheid.
Gedeputeerde Staten stellen met het oog op de rechtszekerheid en voorspelbaarheid een handreiking op voor de toetsing aan dit criterium.
Artikel 4a.5 (meldingsplicht)
Voor de in dit artikel genoemde uitzonderingen op het verbod geldt een meldingsplicht. Op deze meldingsplicht is afdeling 7.3 van toepassing. Als deze meldingsplicht van toepassing is, geldt er geen omgevingsvergunningplicht als bedoeld in artikel 4a.3 en 4a.4.
De uitzondering in onderdeel c geldt ook voor de aangekondigde ‘brede beëindigingsregeling’ of overige landelijke en provinciale regelingen ter stimulering van emissiereductie van 70% of meer zodra die inwerkingtreden. De uitzondering onder d betreft ook inbreiding voor woningbouw of bedrijventerreinen (pand transformatie, transformatiegebied, herstructurering, verdichting) binnen bestaand stedelijk gebied die gepaard gaat met een reductie van minimaal 70% door een hoger afromingspercentage toe te passen bij intern en/of extern salderen.
De uitzondering in onderdeel e ziet op activiteiten met alleen tijdelijke stikstofdepositie
van ten hoogste achttien maanden. Deze uitzondering geldt voor bijvoorbeeld evenementen
en andere activiteiten met een tijdelijke depositie zoals bijvoorbeeld bouw- en aanlegactiviteiten.
Alle overige nieuwe activiteiten met stikstofdepositie op de aangegeven Natura 2000-gebieden
binnen het beperkingengebied stikstofemissie zijn verboden. In voorkomende gevallen
kan een beroep worden gedaan op de ‘hardheidsclausule’ in artikel 1.4 (maatwerkvoorschrift
in afwijking van regels voor activiteiten).
Artikel 4a.6 (overgangsrecht)
Voor de activiteiten of projecten waarvoor die op het moment van inwerkingtreding van deze voorbeschermingsregels een omgevingsvergunning was verleend of een ontvankelijke aanvraag is ingediend, geldt overgangsrecht met eerbiedigende werking (lid 1). Onder een omgevingsvergunning wordt tevens verstaan een andere titel die het recht geeft op die activiteit te verrichten zoals bijvoorbeeld een referentiesituatie of overgangsrecht. Voor activiteiten of projecten waarvoor die op het moment van inwerkingtreding van deze voorbeschermingsregels al voorbereidingsprocedures waren gestart, geldt overgangsrecht met eerbiedigende werking (lid 3). Dit geldt ook voor een tijdig gedane melding (lid 2).
Ook bij de toepassing van dit overgangsrecht kan in voorkomende gevallen een beroep worden gedaan op de ‘hardheidsclausule’ in artikel 1.4 (maatwerkvoorschrift in afwijking van regels voor activiteiten).
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl