Verordening op de warenmarkten voor de gemeente Westerveld 2025

Dit is een toekomstige tekst! Geldend vanaf 23-04-2025

Intitulé

Verordening op de warenmarkten voor de gemeente Westerveld 2025

De raad van de gemeente Westerveld;

Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van xx-xx-xxxx,

Gelet op artikel 149 van de Gemeentewet,

Besluit:

Vast te stellen de

VERORDENING OP DE WARENMARKTEN VOOR DE GEMEENTE WESTERVELD

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1 Definities

1. In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    markt: de door het college of een organisator ingestelde warenmarkt, niet zijnde een evenement;

  • b.

    standplaats: de ruimte die voor de duur van de markt is aangewezen voor het uitoefenen van de markthandel;

  • c.

    vaste standplaats: de standplaats die voor een periode van maximaal 20 jaar aan de vergunninghouder ter beschikking is gesteld;

  • d.

    dagplaats: de standplaats die per marktdag ter beschikking wordt gesteld, omdat deze niet als vaste standplaats is toegewezen dan wel ingenomen;

  • e.

    seizoensplaats: de standplaats die voor een bepaalde termijn aan een vergunninghouder voor een of meer seizoenen ter beschikking wordt gesteld;

  • f.

    vergunninghouder: degene aan wie door of namens het college vergunning is verleend voor het innemen van een standplaats;

  • g.

    vaste vervanger: degenen aan wie door of namens het college is toegestaan om de vergunninghouder bij voortduring bij te staan of te vervangen;

  • h.

    marktorganisatievergunning: een vergunning tot het organiseren van een markt;

  • i.

    organisator: de rechtspersoon waaraan het college een marktorganisatievergunning heeft verleend

  • j.

    marktmeester: de persoon die als zodanig is aangewezen door het college.

Artikel 2 Inrichting van de markt; branche-indeling

  • 1.

    Het college kan voor de markt vaststellen:

  • a.

    het maximaal aantal standplaatsen;

  • b.

    de afmetingen van de standplaatsen;

  • c.

    de opstelling en indeling van de markt;

  • d.

    welke standplaatsen worden toegewezen als vaste standplaats;

  • e.

    een lijst met artikelengroepen of branches en de brancheverdeling.

Artikel 3 Nadere regels

Het college is bevoegd nadere regels te stellen betreffende het bepaalde in deze verordening.

Hoofdstuk 2 Vergunningen

Artikel 4 Standplaatsvergunning

Het is verboden een standplaats op een markt in te nemen zonder vergunning van het college.

Artikel 5 Voorschriften en beperkingen

  • 1.

    Het college kan aan de vergunning voorschriften en beperkingen verbinden.

  • 2.

    De (rechts)persoon waaraan de vergunning is verleend, is verplicht de daaraan verbonden voorschriften en beperkingen in acht te nemen.

Artikel 6 Intrekking vaste standplaatsvergunning

  • 1.

    Het college trekt een vaste standplaatsvergunning in:

    • a.

      op schriftelijk verzoek van de vergunninghouder;

    • b.

      bij overlijden van de vergunninghouder, tenzij met inachtneming van het bepaalde in artikel 5 van de Nadere regels voor de warenmarkten in de gemeente Westerveld de vergunning wordt overgeschreven.

  • 2.

    Het college kan een vaste standplaatsvergunning intrekken:

    • a.

      als ter verkrijging daarvan onjuiste dan wel onvolledige gegevens zijn verstrekt;

    • b.

      als de vergunninghouder, degene die hem vervangt of een persoon die hem bijstaat zich op de markt schuldig heeft gemaakt aan wangedrag of bedrog of een bij of krachtens deze verordening gestelde bepaling heeft overtreden;

    • c.

      als van de vergunning gedurende ten minste twee maanden geen gebruik is gemaakt;

    • d.

      als de vergunninghouder niet of niet tijdig het verschuldigde marktgeld voldoet dat wordt geheven op grond van artikel 229 van de Gemeentewet; of

    • e.

      als de vergunninghouder, degene die hem vervangt of een persoon die hem bijstaat de marktmeester belemmert in het uitoefenen van zijn functie of de door of namens het college gegeven aanwijzingen niet opvolgt.

Hoofdstuk 3 Vergunning voor het organiseren van een markt

Artikel 7 Marktorganisatievergunning

Het is verboden zonder een marktorganisatievergunning van het college een markt te organiseren.

Artikel 8 Vereisten vergunning

  • 1.

    Een vergunning voor het organiseren van een markt wordt uitsluitend verleend aan een rechtspersoon.

  • 2.

    De te organiseren markt dient zich te onderscheiden van de gemeentelijke weekmarkten in het aanbieden van de producten en/of standplaatshouders.

Artikel 9 Aanvraag vergunning

Een aanvraag voor een marktorganisatievergunning bevat een tekening en/of plattegrond en een door het bestuur van een rechtspersoon vast te stellen plan dat waarborgt dat de markt op een veilige wijze wordt georganiseerd en waarin in ieder geval wordt ingegaan op:

  • a.

    de wijze waarop de organisatie van de markt is geregeld;

  • b.

    de eisen waaraan de standplaatshouders moeten voldoen;

  • c.

    de wijze waarop de standplaatsen worden toegewezen;

  • d.

    de wijze waarop het toezicht op de veiligheid van de bezoekers aan de markt is geregeld;

  • e.

    de afspraken met de hulpverleningsdiensten;

  • f.

    de wijze waarop het afval van de markt wordt ingezameld;

  • g.

    de parkeermogelijkheden voor standhouders en publiek;

  • h.

    toestemming van de eigenaar van de grond waar de markt wordt gehouden indien dit niet de gemeente of de organisator is;

  • i.

    de namen van de personen die verantwoordelijk zijn voor de dagelijkse gang van zaken op de markt.

Artikel 10 Beoordeling aanvraag marktorganisatievergunning

  • 1.

    Het college stelt voorafgaand aan de start van de vergunningprocedure een selectiedocument vast waarin de selectieprocedure en de wijze van beoordeling van de vergunningaanvragen is vastgelegd.

  • 2.

    Het college rangschikt de aanvragen voor vergunningverlening waarbij een vergunningaanvraag hoger wordt gerangschikt naarmate de aanvraag naar het oordeel van het college een grotere bijdrage levert aan de belangen die deze verordening beschermd. Daarbij betrekt het college in ieder geval de mate waarin de continuïteit, kwaliteit en doelmatigheid van de organisatie van de markt is gewaarborgd.

  • 3.

    Volgens de rangschikking, bedoeld in het tweede lid, komt de hoogst gerangschikte aanvraag het eerst voor een vergunning in aanmerking.

  • 4.

    Als het college gerede twijfel heeft ten aanzien van de integriteit van de hoogst gerangschikte aanvrager, kan het college de aanvrager verzoeken een Verklaring Omtrent het Gedrag voor rechtspersonen te overleggen, of indien het een buitenlandse rechtspersoon betreft, een document dat ten minste gelijkwaardig is. Als een Verklaring Omtrent het Gedrag voor rechtspersonen dan wel een vergelijkbaar document niet kan worden overlegd, kan het college besluiten de vergunning niet te verlenen.

  • 5.

    Als de vergunningaanvraag niet voldoet aan de vereisten zoals genoemd in de artikelen 8 en 9, kan het college besluiten de vergunning niet te verlenen.

  • 6.

    Als er voor een locatie al een vergunning is verleend aan een andere rechtspersoon dan de aanvrager en de duur van deze vergunning is nog niet verstreken of het maximaal aantal te verlenen marktorganisatievergunningen is verleend, dan weigert het college de vergunningaanvraag.

Artikel 11 Intrekking marktorganisatievergunning

  • 1.

    Het college trekt een marktorganisatievergunning in op schriftelijk verzoek van de vergunninghouder.

  • 2.

    Het college kan een marktorganisatievergunning intrekken indien:

    • a.

      ter verkrijging daarvan onjuiste dan wel onvolledige gegevens zijn verstrekt;

    • b.

      de vergunninghouder niet meer voldoet aan de in de artikelen 8 en 9 genoemde vereisten;

    • c.

      op grond van verandering van omstandigheden of inzichten opgetreden na het verlenen van de vergunning, moet worden aangenomen dat intrekking of wijziging moet worden ingevoerd in het belang van een goede organisatie van de markt;

    • d.

      de vergunninghouder het bepaalde bij of krachtens deze verordening of de voorschriften van de vergunning overtreedt.

Artikel 12 Vergunning voor bepaalde tijd

Een krachtens deze verordening verleende marktorganisatievergunning geldt voor de duur van één jaar.

Hoofdstuk 4 Straf-, overgangs- en slotbepalingen

Artikel 13 Strafbepaling

Overtreding van het bepaalde bij of krachtens deze verordening wordt gestraft met een geldboete van de tweede categorie of hechtenis van ten hoogste drie maanden en kan bovendien worden gestraft met openbaarmaking van de rechterlijke uitspraak.

Artikel 15 Onmiddellijke verwijdering

Onverminderd het bepaalde in artikel 125 van de Gemeentewet kan het college een vergunninghouder gelasten zich onmiddellijk van de markt te verwijderen indien hij:

  • a.

    het bepaalde bij of krachtens deze verordening of de voorschriften van de vergunning overtreedt;

  • b.

    zich op de markt schuldig maakt aan wangedrag of bedrog.;

  • c.

    de marktmeester belemmert in het uitoefenen van zijn functie dan wel de door of namens het college gegeven aanwijzingen niet opvolgt.

Artikel 16 Toezichthouders

Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de marktmeester en de bij besluit van het college aangewezen personen.

Artikel 17 Inwerkingtreding nieuwe en intrekking oude verordening

Deze verordening treedt in werking op de dag na bekendmaking. De Verordening op de warenmarkten voor de gemeente Westerveld 2012 wordt per gelijke datum ingetrokken.

Artikel 18 Overgangsbepaling

Besluiten op grond van de Verordening op de warenmarkten voor de gemeente Westerveld 2012 blijven na de inwerkingtreding van deze verordening gelden, totdat het college deze ambtshalve heeft gewijzigd of ingetrokken.

Artikel 19 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als: Marktverordening Westerveld.

Ondertekening

Aldus besloten door de raad van de gemeente Westerveld in zijn openbare vergadering van

…. 2025

De voorzitter,

De griffier,