Welstand-gebiedscriteria ‘Markland College Zevenbergen’

Geldend van 18-04-2025 t/m heden

Intitulé

Welstand-gebiedscriteria ‘Markland College Zevenbergen’

[Deze regeling is oorspronkelijk vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Moerdijk en is op 13 maart 2025 bekrachtigd door de gemeenteraad. Dit besluit is bekendgemaakt op 17 april 2025 in Gemeenteblad 2025, 166934.]

Ligging

De locatie van het Markland College in Zevenbergen is gelegen aan de (doodlopende) Gildelaan. Ten westen en noorden zijn op enige afstand (senioren)appartementen gelegen. Aan de oostzijde wordt de locatie door een tenniscomplex begrensd. Aan de zuidoostzijde vormt een buitenzwembad de grens, aan de zuidzijde de ligweide van datzelfde zwembad en aan de zuidoostzijde liggen vrijstaande woningen in de woonwijk Bosselaar (zie figuur 1).

Gebiedsbeschrijving

De locatie kent twee verschillende ‘gezichten’. Van zuidwest tot noordoost grenst de locatie aan respectievelijk vrijstaande woningen en ‘losse’ appartementengebouwen, die ruim in een groene en/of open ruimte zijn gelegen. Van oost tot zuid grenst de locatie aan de open ruimte van tennisbanen en openlucht zwembad. Met als bijzonder element de direct aan de zuidzijde van de schoollocatie gelegen watergang genaamd Zwanengat (zie figuur 3). De watergang is ca. 10 meter breed en kent een groene ‘omzoming’.

De school kent (na realisatie van de nieuwste uitbreiding) twee toegangen. Aan de noordzijde de drukke ingang voor de leerlingen (zie figuur 2) en aan de zuidoostzijde de meer formele ingang voor bezoekers en personeel. De formele ingang aan de zuidzijde maakt deel uit van de (op dit moment nog niet gerealiseerde) meest recente uitbreiding van de school.

Welstandsniveau 1

Criteria:

De criteria zijn afgestemd op het bewaren van eenheid in de uitstraling van het gebouw. Zoals er in het verleden steeds gekozen is om uitbreidingen van de school direct aan de school te bouwen en niet te kiezen voor dependances, wordt nu ook gekozen voor een eenduidige uitstraling aan alle zijden van het gebouw. De school treedt in alle opzichten, ook organisatorisch en functioneel, als een eenheid naar buiten.

Deze eenheid wordt in de criteria bewerkstelligd door een eenduidig, gelijksoortig materiaal- en kleurgebruik voor te schrijven en door een gelijksoortige gevelopbouw van diverse schooldelen verplicht te stellen. Nieuwe delen van het gebouw moeten duidelijk ‘familie’ zijn van oudere delen van het gebouw. Binnen dat kader is een nieuwe interpretatie van oude stijlkeuzes toegestaan.

Hoofdaspecten

  • Kleur en materiaalgebruik van gelijksoortige en/of vergelijkbare gebouwdelen dient bij benadering gelijk te zijn.

  • De gevelopbouw van gelijksoortige en/of vergelijkbare gebouwdelen dient, voor zover functioneel mogelijk, bij benadering gelijk te zijn.

  • Wijzigingen van een gebouw moeten aansluiten bij de bestaande architectuur van dat gebouw.

  • Bijgebouwen moeten, waar functioneel mogelijk, aansluiten bij de architectuur van het hoofdgebouw.

  • Aan- uit- en opbouwen moeten op het niveau van de hoofdaspecten wanneer functioneel mogelijk dezelfde architectonische kenmerken als de hoofdbouwmassa hebben.

Deelaspecten

  • Kleur en materiaalgebruik van gelijksoortige en/of vergelijkbare gebouwdelen dient bij benadering gelijk te zijn.

  • De gevelopbouw van gelijksoortige en/of vergelijkbare gebouwdelen dient, voor zover functioneel mogelijk, bij benadering gelijk te zijn.

  • Wijzigingen van een gebouw, op deelaspect niveau, moeten aansluiten bij de bestaande architectuur van dat gebouw.

  • Bijgebouwen moeten, waar functioneel mogelijk, aansluiten bij de architectuur van het hoofdgebouw.

  • Aan- uit- en opbouwen moeten op het niveau van de deelaspecten wanneer functioneel mogelijk dezelfde architectonische kenmerken als de hoofdbouwmassa hebben.

Detailaspecten

  • Wijzigingen van een gebouw op detailniveau moeten aansluiten bij de bestaande architectuur van dat gebouw.

  • Bijgebouwen moeten, waar functioneel mogelijk, aansluiten bij de architectuur van het hoofdgebouw.

  • Aan- uit- en opbouwen moeten op het niveau van de detailaspecten wanneer functioneel mogelijk dezelfde architectonische kenmerken als de hoofdbouwmassa hebben.

afbeelding binnen de regeling

Figuur 1 Gebied waarvoor de in dit document beschreven welstandgebiedscriteria gelden.

afbeelding binnen de regeling

Figuur 2 Voorzijde huidige gebouw

afbeelding binnen de regeling

Figuur 3 Achterzijde huidige gebouw

Ondertekening