Gemeenschappelijke Regeling Impact

Geldend van 21-05-2025 t/m heden

Intitulé

Gemeenschappelijke Regeling Impact

De Colleges van burgemeester en wethouders van de Gemeenten Kampen en Dronten,

Overwegende dat,

  • a.

    de Gemeenten Kampen en Dronten hun inwoners, voor zover zij daarop zijn aangewezen, moeten ondersteunen op het gebied van (arbeids)participatie en re-integratie;

  • b.

    de Gemeenten Kampen en Dronten in het kader van voornoemd doel besloten hebben met elkaar samen te werken;

  • c.

    Impact de strategische partner van de beide Gemeenten is op het gebied van werk;

  • d.

    in de samenwerking wordt gestreefd naar maximale efficiëntie en effectiviteit in de uitvoering;

  • e.

    de Gemeenschappelijke Regeling Werkvoorzieningsschap Kampen en Dronten sinds 1 juli 2011 niet meer is gewijzigd;

  • f.

    de Wet gemeenschappelijke regelingen na 1 juli 2011 meerdere malen is gewijzigd en de Gemeenschappelijke Regeling Werkvoorzieningsschap Kampen en Dronten daarop dient te worden aangepast;

  • g.

    de Wet gemeenschappelijke regelingen op 1 januari 2015 is gewijzigd en deze gewijzigde wet de mogelijkheid biedt van een nieuwe samenwerkingsvorm: de Bedrijfsvoeringsorganisatie;

  • h.

    de Wet gemeenschappelijke regelingen op 1 juli 2022 is gewijzigd;

  • i.

    vanuit doelmatigheid de Gemeenschappelijke Regeling Werkvoorzieningsschap Kampen en Dronten betreffende een openbaar lichaam wordt ingetrokken en vervangen door een regeling met een structuur van een bedrijfsvoeringsorganisatie:

Gelet op

de Gemeentewet, de Wet gemeenschappelijke regelingen, de Wet sociale werkvoorziening, de Participatiewet, de Wet inburgering en overige wet- en regelgeving gericht op (arbeids)participatie en re-integratie, alsmede artikel 27 van de Gemeenschappelijke Regeling Werkvoorzieningschap Kampen en Dronten;

Gezien

De verkregen toestemming van de gemeenteraden van Kampen en Dronten;

Besluiten

De Gemeenschappelijke Regeling Werkvoorzieningschap Kampen & Dronten, in werking getreden op 1 juli 2011, als volgt te wijzigen:

  • -

    de titel komt te luiden: Gemeenschappelijke Regeling Impact,

  • -

    de tekst komt te luiden als volgt:

HOOFDSTUK 1 Begripsbepalingen

Artikel 1

In deze regeling wordt verstaan onder:

Bedrijfsvoeringsorganisatie

de publiekrechtelijke rechtspersoon Impact;

Colleges

Colleges van burgemeester en wethouders van de aan de Regeling deelnemende Gemeenten, die de Regeling tevens hebben getroffen;

Staten Gedeputeerde

College van Gedeputeerde Staten van Overijssel, als bepaald in artikel 29 Wgr;

Gemeente(n)

de Gemeenten Kampen en Dronten waarvan de Colleges de Regeling hebben ondertekend;

Medewerkers

Medewerkers als bedoeld in artikel 21 van deze Gemeenschappelijke Regeling;

Raad / Raden

de gemeenteraden van de Gemeenten Kampen en Dronten;

Regeling

de Gemeenschappelijke Regeling Impact;

Wgr

Wet gemeenschappelijke regelingen;

HOOFDSTUK 2 Het rechtspersoonlijkheid bezittend lichaam

Artikel 2

  • 1.

    Er is een bedrijfsvoeringorganisatie, genaamd Impact, die is gevestigd te Kampen.

  • 2.

    Het rechtsgebied van Impact omvat het grondgebied van de Gemeenten.

HOOFDSTUK 3 Doel en taken

Artikel 3

De Bedrijfsvoeringsorganisatie behartigt op basis van het door de Gemeenten vastgestelde beleid en binnen de door de Gemeenten vastgestelde financiële kaders de gemeenschappelijke belangen van de Gemeenten op het gebied van (arbeids)participatie en re-integratie in de breedste zin van het woord.

Artikel 4 Taken

  • 1.

    Ter behartiging van de belangen genoemd in artikel 3 dragen de Gemeenten de taken en bevoegdheden betreffende uitvoering van de Wet sociale werkvoorziening met uitzondering van artikel 14, eerste lid, van deze wet, over aan het bestuur van de Bedrijfsvoeringsorganisatie.

  • 2.

    De Gemeenten kunnen de uitvoering van taken gericht op het creëren van participatieplaatsen als bedoeld in artikel 10a Participatiewet overdragen aan het bestuur van de Bedrijfsvoeringsorganisatie.

  • 3.

    De Gemeenten kunnen de uitvoering van taken gericht op het inrichten van arbeidsplaatsen in het kader van beschut werk als bedoeld in artikel 10b Participatiewet overdragen aan het bestuur van de Bedrijfsvoeringsorganisatie.

  • 4.

    De Gemeenten kunnen de uitvoering van andere dan in vorige leden genoemde taken ten behoeve van de uitvoering van de Participatiewet, Wet inburgering en overige wet- en regelgeving gericht op (arbeids)participatie en re-integratie overdragen aan het bestuur van de Bedrijfsvoeringsorganisatie.

Artikel 5 Productenboek en dienstverleningsovereenkomst

  • 1.

    De in artikel 4, tweede tot en met vierde lid bedoelde taken worden opgenomen in een door het bestuur vast te stellen productenboek.

  • 2.

    Het bestuur draagt er zorg voor dat telkens indien daartoe aanleiding bestaat het in het vorige lid bedoelde productenboek wordt aangepast en opnieuw vastgesteld in zijn eerstvolgende vergadering na de inwerkingtreding of ingangsdatum van de wijzigingen.

  • 3.

    Met betrekking tot de in artikel 4, tweede tot en met vierde lid bedoelde taken maken Impact en betreffende gemeente(n) in een dienstverleningsovereenkomst tenminste afspraken over:

    • a.

      de uit te voeren taken;

    • b.

      de prestatieafspraken;

    • c.

      de duur en kosten van de taakuitvoering;

    • d.

      de opzegtermijn; en

    • e.

      de verrekening van eventuele desintegratiekosten. Daarbij geldt dat indien een gemeente de dienstverlening voortijdig beëindigt die gemeente de kosten draagt die het rechtstreekse gevolg zijn van die beëindiging en dat de andere gemeente geen financieel nadeel daarvan ondervindt.

Artikel 6 Oprichting van en deelname in rechtspersonen

Het bestuur kan ingevolge artikel 31a Wgr besluiten tot de oprichting van en de deelneming in stichtingen, maatschappen, vennootschappen, verenigingen, coöperaties en onderlinge waarborgmaatschappijen indien dat in het bijzonder aangewezen moet worden geacht voor de behartiging van het daarmee te dienen openbaar belang. Voordat het besluit wordt genomen worden de Raden van de Gemeenten in de gelegenheid gesteld om hun wensen en bedenkingen over het ontwerpbesluit ter kennis van het bestuur te brengen.

Artikel 7 Beschikbaar stellen van (aangepast) werk

De Gemeenten en hun Colleges zijn verplicht tot het meewerken bij het vinden en beschikbaar stellen van voldoende en geëigende werkzaamheden voor de Wsw-geïndiceerde werknemers en voor alle vanuit de Participatiewet geplaatste medewerkers.

HOOFDSTUK 4 Het bestuur

Artikel 8 Samenstelling, benoeming en ontslag

  • 1.

    Het bestuur bestaat uit door de Colleges van de deelnemende gemeenten uit hun midden aan te wijzen leden.

  • 2.

    De gemeente Kampen wijst twee leden aan. Eén lid heeft enkelvoudig stemrecht een één lid heeft meervoudig stemrecht van twee stemmen. Gemeente Kampen heeft in totaal drie stemmen binnen het bestuur.

  • 3.

    De gemeente Dronten wijst één lid aan en dat lid heeft een meervoudig stemrecht van twee stemmen. Gemeente Dronten heeft in totaal twee stemmen binnen het bestuur

  • 4.

    Voor elk bestuurslid wijst het College een plaatsvervanger aan.

  • 5.

    Het lidmaatschap en het plaatsvervangend lidmaatschap van het bestuur is onverenigbaar met een dienstverband bij de Bedrijfsvoeringsorganisatie of bij een onder toepassing van het desbetreffende artikel van de Gemeentewet door het daartoe bevoegde bestuursorgaan ingestelde rechtspersoon dan wel een rechtspersoon, waaraan door de Bedrijfsvoeringsorganisatie wordt deelgenomen.

  • 6.

    Het lidmaatschap en het plaatsvervangend lidmaatschap van het bestuur eindigt op de dag waarop de zittingsperiode van de Gemeenten afloopt. De aftredende leden blijven hun functie waarnemen tot het tijdstip waarop de nieuwe wethouders zijn benoemd en de Gemeenten de nieuwe leden vervolgens hebben aangewezen.

  • 7.

    De Colleges beslissen binnen twee maanden na de benoeming als bedoeld in het zesde lid over de aanwijzing van de nieuwe leden.

  • 8.

    Het College van een Gemeente kan de aanwijzing van een door hem aangewezen lid van het bestuur te allen tijde intrekken. Het College doet hiervan binnen acht dagen schriftelijk mededeling aan het bestuur.

  • 9.

    Aftredende leden van het bestuur kunnen opnieuw worden aangewezen.

  • 10.

    Totdat de Gemeenten in hun opvolging hebben voorzien blijven de aangewezen leden van het bestuur, die hadden moeten aftreden als zodanig functioneren.

  • 11.

    Indien tussentijds de plaats van een lid van het bestuur beschikbaar komt, wijst het betreffende College binnen twee maanden een nieuw lid aan.

  • 12.

    Bij een tussentijdse ontslagname, niet zijnde een ontslag door de Raad, stelt het lid van het bestuur de voorzitter en het desbetreffende College op de hoogte. De tussentijdse ontslagname is onherroepelijk. De leden van het bestuur, die tussentijds ontslag hebben genomen, behouden hun lidmaatschap van het bestuur totdat onherroepelijk in hun opvolging is voorzien.

  • 13.

    Elke aanwijzing tot lid van het bestuur deelt het College binnen acht dagen schriftelijk mede aan de voorzitter.

  • 14.

    Een lid van het bestuur kan te allen tijde ontslag nemen. Van dit ontslag stelt hij de voorzitter, alsmede het College die hem heeft aangewezen, terstond schriftelijk in kennis.

  • 15.

    Het bepaalde in de voorgaande leden is ook van toepassing op de plaatsvervangende leden.

Artikel 9 Verdeling bevoegdheden

  • 1.

    Voor zover aan de orde, zorgen de Gemeenten voor de vaststelling van toereikende mandaten, volmachten en machtigingen die Impact nodig heeft voor de uitoefening van zijn taken. Het bestuur houdt hiervan een register bij.

  • 2.

    Alle bevoegdheden die bij of krachtens enige wet van toepassing zijn op de Bedrijfsvoeringsorganisatie komen toe aan het bestuur.

Artikel 10 Vergaderingen

  • 1.

    Het bestuur vergadert tenminste 2 maal per jaar en verder zo vaak als de voorzitter dit nodig oordeelt of een lid van het bestuur daarom onder opgaaf van redenen aan de voorzitter schriftelijk verzoekt.

  • 2.

    De vergadering vindt doorgang, indien blijkens de presentielijst naast de voorzitter van iedere Gemeente een lid aanwezig is.

Artikel 11 Reglement van orde

Het bestuur stelt voor zijn vergaderingen een reglement van orde vast.

Artikel 12 Stemming

  • 1.

    Een besluit van het bestuur is genomen als dit meer dan de helft van het aantal uitgebrachte stemmen heeft verkregen.

  • 2.

    Voor de navolgende besluiten is een twee-derde meerderheid van de stemmen noodzakelijk:

    • a.

      het vaststellen, dan wel wijzigen van de begroting;

    • b.

      het vaststellen van de jaarrekening, inclusief jaarverslag;

    • c.

      het nemen van een ontwerpbesluit tot het oprichten van of deelnemen in stichtingen, vennootschappen, en coöperatieve of andere verenigingen, dan wel het ontbinden daarvan of het beëindigen van de deelneming.

Artikel 13 Zienswijze

Besluiten van het bestuur worden niet aan de zienswijze van de Raden onderworpen, tenzij de Wgr of deze Regeling dat expliciet voorschrijft.

Artikel 14 Participatie

Ingezetenen van de Gemeenten en belanghebbenden kunnen via reguliere procedures bij de Colleges en de Raden van de Gemeenten betrokken worden bij de voorbereiding, uitvoering en evaluatie van beleid.

HOOFDSTUK 5 De voorzitter

Artikel 15

  • 1.

    Het bestuur kiest uit haar midden de voorzitter. Een door het College van Kampen in het bestuur aangewezen lid vervult de rol van voorzitter.

  • 2.

    Een door het College van Dronten in het bestuur aangewezen lid vervult de rol van vicevoorzitter.

  • 3.

    De voorzitter bevordert een goede behartiging van de zaken van de Bedrijfsvoeringsorganisatie.

  • 4.

    De voorzitter is belast met de leiding van de vergaderingen van het bestuur.

  • 5.

    De besluiten als ook de stukken die uitgaan, worden door de voorzitter en de vicevoorzitter ondertekend.

  • 6.

    De voorzitter wordt bij verhindering of ontstentenis vervangen door de vicevoorzitter.

Artikel 16 Vertegenwoordiging rechtspersoon

  • 1.

    De voorzitter vertegenwoordigt de Bedrijfsvoeringsorganisatie in en buiten rechte. Hij kan deze vertegenwoordiging opdragen aan een door hem aan te wijzen persoon of aan de directeur.

  • 2.

    In rechtsgedingen, waarin de Bedrijfsvoeringsorganisatie en de Gemeente waaruit de voorzitter afkomstig is, partij zijn, treedt de vicevoorzitter voor de in het vorige lid bedoelde vertegenwoordiging in de plaats van de voorzitter.

HOOFDSTUK 6 Directie

Artikel 17

  • 1.

    Het bestuur benoemt een directeur die belast is met de dagelijkse leiding en de bedrijfsvoering. Het bestuur heeft eveneens de bevoegdheid de directeur te schorsen en te ontslaan.

  • 2.

    De directeur staat het bestuur en de voorzitter bij de uitoefening van hun taak met raad en daad terzijde.

  • 3.

    De directeur woont de vergaderingen van het bestuur bij en heeft in de vergadering een adviserende stem.

  • 4.

    De directeur is voor zijn handelen verantwoording schuldig aan het bestuur.

  • 5.

    Het bestuur regelt de vervanging van de directeur.

  • 6.

    De directeur is bestuurder in de zin van de Wet op de ondernemingsraden.

  • 7.

    Het bestuur kan een directiestatuut vaststellen.

Artikel 18 Secretaris

  • 1.

    De directeur is ambtelijk secretaris van het bestuur.

  • 2.

    De directeur kan een medewerker die in dienst is van de Regeling, aanwijzen als ambtelijk secretaris van het bestuur.

  • 3.

    De in het tweede lid genoemde ambtelijk secretaris werkt onder verantwoording van de directeur.

HOOFDSTUK 7 Inlichtingen en verantwoording

Artikel 19 Inlichtingen en verantwoording aan de Raden en Colleges

  • 1.

    Het bestuur geeft aan de Raden van de Gemeenten ongevraagd alle inlichtingen die de raden nodig hebben voor de uitoefening van hun taken. Deze inlichtingen worden schriftelijk of digitaal verstrekt. Dit voor zover dit niet in strijd is met het openbaar belang.

  • 2.

    Het bestuur verstrekt aan de Raden van de Gemeenten alle inlichtingen die door deze Raden dan wel één of meerdere leden van deze Raden worden verlangd.

  • 3.

    Het bestuur is bevoegd gevraagd of ongevraagd aan één of meer besturen van Gemeenten advies te geven of voorstellen te doen, die in verband met de regeling nodig worden geacht.

  • 4.

    De leden van het bestuur zijn verplicht de door één of meer leden van het College door wie zij zijn aangewezen gevraagde inlichtingen te verstrekken voor zover dat niet strijdig is met het openbaar belang. De gevraagde inlichtingen worden zo spoedig mogelijk, nadat daarom is gevraagd, aan de desbetreffende Colleges verstrekt en wel op de in het reglement van orde van dit College aangegeven wijze.

  • 5.

    Een lid van het bestuur is verantwoording verschuldigd voor het door hem gevoerde beleid aan het College dat hem als lid aangewezen heeft, voor zover dat niet strijdig is met het openbaar belang. Deze verantwoording wordt zo spoedig mogelijk afgelegd, nadat hem daarom gevraagd is.

HOOFDSTUK 8 Organisatie

Artikel 20

De inrichting van de organisatie en de verdeling van de bevoegdheden is vastgelegd in de procuratie- en mandaatregeling Impact.

HOOFDSTUK 9 De rechtspositieregeling

Artikel 21

  • 1.

    Binnen Impact zijn de volgende personen werkzaam:

    • a.

      Wsw-werknemers met een dienstbetrekking op grond van artikel 2, lid 1, WSW;

    • b.

      ambtenaren die een dienstbetrekking hebben op grond van de Ambtenarenwet 2017 en waarop de Cao SGO van toepassing is;

    • c.

      werknemers die werkzaam zijn op grond van de Cao Aan de slag;

    • d.

      werknemers die werkzaam zijn op een eigen arbeidsvoorwaardenregeling.

  • 2.

    Het bestuur stelt de aanvullende arbeidsvoorwaarden vast en neemt deze op in de Regeling aanvullende arbeidsvoorwaarden Impact.

HOOFDSTUK 10 Financiële bepalingen

Artikel 22 Financieel beheer

  • 1.

    De geldmiddelen van Impact worden zelfstandig beheerd.

  • 2.

    Het bestuur stelt bij of krachtens de financiële verordening ex artikel 212 van de Gemeentewet nadere regels ten aanzien van de financiële administratie en het geldverkeer.

  • 3.

    Ten aanzien van de controles op het geldelijk beheer en de boekhouding zijn de artikelen 213, 213a, van de Gemeentewet van overeenkomstige toepassing.

Artikel 23 Financiële bijdragen

  • 1.

    De berekeningswijze van de bijdrage van de Gemeenten wordt middels een verdeelsystematiek door het bestuur vastgesteld, nadat de Colleges in de gelegenheid zijn gesteld hun zienswijze te geven op deze verdeelsystematiek.

  • 2.

    De verschuldigde bijdragen per Gemeente wordt jaarlijks in de begroting opgenomen.

  • 3.

    De Gemeenten betalen de bijdragen in maandelijkse voorschotten.

  • 4.

    De Gemeenten zullen er steeds zorg voor dragen dat Impact te allen tijde over voldoende middelen beschikt om aan zijn verplichtingen jegens derden te kunnen voldoen. Indien aan het bestuur van Impact blijkt dat een Gemeente weigert deze uitgaven op de begroting te zetten, doet het bestuur onverwijld aan Gedeputeerde Staten het verzoek over te gaan tot toepassing van artikel 194 en 195 Gemeentewet.

Artikel 24 Begroting

  • 1.

    Het bestuur stelt jaarlijks een ontwerpbegroting met toelichting en de algemene financiële en beleidsmatige kaders op.

  • 2.

    Het bestuur zendt de ontwerpbegroting en de algemene financiële en beleidsmatige kaders vóór 30 april van het jaar voorafgaande aan dat waarvoor de begroting dient aan de Raden.

  • 3.

    Het bestuur zendt de ontwerpbegroting minimaal 12 weken voordat deze door het bestuur wordt vastgesteld, toe aan de Raden van de Gemeenten. De Raden van de Gemeenten worden in gelegenheid gesteld bij het bestuur hun zienswijze over de ontwerpbegroting naar voren te brengen.

  • 4.

    Het bestuur stelt de raden van de Gemeenten voorafgaande aan het vaststellen van de begroting schriftelijk en gemotiveerd in kennis van zijn oordeel over de zienswijze bedoeld in lid 3, en van de conclusies die het daaraan verbindt.

  • 5.

    Terstond na vaststelling zendt het bestuur de begroting ter kennisname aan de Raden van de Gemeente, die ter zake bij gedeputeerde staten hun zienswijze naar voren kunnen brengen.

  • 6.

    Het bestuur zendt de begroting binnen twee weken na vaststelling, doch in ieder geval vóór 15 september van het jaar voorafgaande aan dat waarvoor de begroting dient, aan Gedeputeerde Staten.

  • 7.

    Het bepaalde in de voorgaande leden van dit artikel is niet van toepassing op begrotingswijzigingen mits deze begrotingswijzigingen niet leiden tot een verhoging van de gemeentelijke bijdrage.

Artikel 25 Ontwikkel- en innovatiebudget

  • 1.

    Jaarlijks kan het bestuur een ontwikkel- en innovatiebudget vaststellen dat wordt opgenomen in de begroting.

  • 2.

    Ontwikkelingen die voorafgaande aan het begrotingsjaar te voorzien zijn, worden in de reguliere begroting meegenomen en komen niet ten laste van het ontwikkel- en innovatiebudget van dat jaar.

  • 3.

    Impact legt achteraf verantwoording af over de besteding van het ontwikkel- en innovatiebudget.

  • 4.

    Het niet gebruikte deel van het ontwikkel- en innovatiebudget in een jaar wordt verrekend met het de gemeentelijke bijdrage in dat zelfde jaar.

Artikel 26 Jaarrekening

  • 1.

    Het bestuur zendt vóór 30 april van het jaar volgende op het jaar waarop de jaarrekening betrekking heeft, de voorlopige jaarrekening aan de Raden.

  • 2.

    Het bestuur voegt bij de voorlopige jaarrekening, voor zover deze op dat moment beschikbaar is, een controleverklaring en een verslag van bevindingen van de accountant.

  • 3.

    Het bestuur stelt de jaarrekening vast vóór 1 juli van het jaar volgende op het jaar waarop deze betrekking heeft.

  • 4.

    Het bestuur zendt de jaarrekening binnen twee weken na vaststelling maar in ieder geval vóór 15 juli van het jaar volgende op het jaar, waarop de jaarrekening betrekking heeft, aan Gedeputeerde Staten.

  • 5.

    Van de vaststelling van de jaarrekening doet het bestuur mededeling aan de Raden.

  • 6.

    In de jaarrekening wordt de door elk van de Gemeenten over het betreffende dienstjaar werkelijk verschuldigde bijdrage opgenomen.

  • 7.

    De verrekening van het verschil van het op grond van de in de begroting bepaalde bedrag en de werkelijk verschuldigde bijdrage, vindt plaats binnen 30 dagen na vaststelling van de jaarrekening door het bestuur.

Artikel 27 Controle

De controle op de administratie en het beheer van de vermogenswaarde van Impact wordt opgedragen aan een door het bestuur aan te wijzen registeraccountant als bedoeld in artikel 2:393 van het Burgerlijk Wetboek belast met het onderzoek van de jaarrekening alsmede het ter zake uitbrengen van een verslag, dat behalve de verklaring bij de rekening bevindingen bevat over de vraag of de administratie en het beheer voldoen aan de eisen van rechtmatigheid en doelmatigheid.

HOOFDSTUK 11 Archief

Artikel 28 Archief

  • 1.

    Het bestuur draagt zorg voor de archiefbescheiden van Impact overeenkomstig een door het bestuur vast te stellen regeling, hierbij uitgaande van artikel 40 van de Archiefwet 1995.

  • 2.

    De directeur is belast met het beheer van de archiefbescheiden, voor zover deze niet zijn overgebracht naar de archiefbewaarplaats.

  • 3.

    Voor de bewaring van de op grond van artikel 12 van de Archiefwet 1995 over te brengen archiefbescheiden is het Stadsarchief van de gemeente Kampen de archiefbewaarplaats.

  • 4.

    De beheerder van de archiefbewaarplaats oefent overeenkomstig de regeling als bedoeld in het eerste lid toezicht uit op het beheer van de archiefbescheiden, voor zover deze archiefbescheiden niet zijn overgebracht naar een archiefbewaarplaats.

HOOFDSTUK 12 Toetreding, uittreding, wijziging, opheffing

Artikel 29

De Colleges gaat niet over tot het besluiten over toetreding, uittreding, wijziging en opheffing van de Regeling dan na verkregen toestemming van de Raden.

Artikel 30 Toetreding

  • 1.

    De toetreding van een Gemeente tot de Regeling behoeft de instemming van het bestuur.

  • 2.

    Aan de toetreding kan het bestuur voorwaarden verbinden.

  • 3.

    Van elk bericht van toetreding van een Gemeente wordt kennis gegeven aan de Gemeenten en Gedeputeerde Staten.

Artikel 31 Uittreding

  • 1.

    De uittreding kan slechts plaatsvinden op 1 januari van ieder jaar met inachtneming van de opzegtermijn van twee jaar.

  • 2.

    De uittreding van een Gemeente uit deze Regeling leidt automatisch tot opheffing van deze regeling. De bepalingen met betrekking opheffing van de Regeling zijn hier van toepassing.

Artikel 32 Wijziging

  • 1.

    De Regeling wordt aangegaan voor onbepaalde tijd.

  • 2.

    Wijziging van de Regeling vindt plaats indien de Colleges van Gemeenten daartoe besluiten, na verkregen toestemming van de Raden als bedoeld in artikel 1 Wgr.

  • 3.

    Van elk besluit tot wijziging van deze Regeling wordt terstond bericht gezonden aan de Gemeenten en Gedeputeerde Staten.

Artikel 33 Opheffing

  • 1.

    De Regeling kan worden opgeheven bij daartoe strekkende eensluidende besluiten van de Colleges van alle Gemeenten en na verkregen toestemming van de Raden als bedoeld in artikel 9 j° artikel 1 Wgr.

  • 2.

    De opheffing gaat in op de in het opheffingsbesluit genoemde datum.

  • 3.

    In geval van opheffing van de Regeling stelt het bestuur ter regeling van de financiële en andere gevolgen van de opheffing een liquidatieplan vast, gehoord de Colleges.

  • 4.

    Het liquidatieplan voorziet in de verplichting van de Gemeenten alle rechten en verplichtingen van het openbaar lichaam over de deelnemende Gemeenten te verdelen op een in het plan te bepalen wijze.

  • 5.

    Het liquidatieplan voorziet in ieder geval ook in de financiële en overige gevolgen die de opheffing voor het personeel heeft en regelt ook de gevolgen voor de door Impact gevormde archieven.

  • 6.

    Het bestuur is belast met de uitvoering van de liquidatie conform het liquidatieplan.

  • 7.

    Zo nodig blijft het bestuur van de Regeling ook na het tijdstip van opheffen in functie totdat de liquidatie is beëindigd.

  • 8.

    Van elk besluit tot opheffing van deze Regeling wordt terstond bericht gezonden aan de Gemeenten en Gedeputeerde Staten.

HOOFDSTUK 13 Evaluatie

Artikel 34

  • 1.

    Het bestuur kan besluiten de regeling of één of meer onderdelen daarvan te evalueren. Het bestuur zal in dat geval een evaluatievoorstel voorleggen aan de Colleges

  • 2.

    De Raad kan het bestuur verzoeken de regeling of één of meer onderdelen daarvan te evalueren.

HOOFDSTUK 14 Geschillen en klachten

Artikel 35 Geschillen

  • 1.

    Voordat over een geschil, als bedoeld in artikel 28 van de Wgr, de beslissing van Gedeputeerde Staten wordt ingeroepen, legt het bestuur het geschil voor aan een geschillencommissie.

  • 2.

    De Commissie, genoemd in lid 1, wordt als volgt samengesteld:

    • a.

      een lid aan te wijzen door de colleges van de Gemeenten die in geschil zijn;

    • b.

      een lid aan te wijzen door het bestuur

    • c.

      een lid, aan te wijzen door de leden bedoeld onder a en b, met dien verstande, dat bij het ontbreken van overeenstemming tussen hen Gedeputeerde Staten dat lid zal aanwijzen.

  • 3.

    De geschillencommissie hoort bij het geschil betrokken besturen.

  • 4.

    De geschillencommissie brengt advies uit over de mogelijkheden partijen tot overeenstemming te brengen.

Artikel 36 Klachten

Voor behandeling van klachten als bedoeld in titel 9 1 van de Algemene wet bestuursrecht, wordt door het bestuur een voorziening getroffen.

HOOFDSTUK 15 Slotbepaling

Artikel 37

  • 1.

    De Regeling wordt aangegaan voor onbepaalde tijd en treedt in werking met ingang van de dag volgend op de dag van bekendmaking door de gemeente Kampen als bedoeld in artikel 26 Wgr en kan worden aangehaald onder de titel ‘Gemeenschappelijke Regeling Impact.

  • 2.

    Het bestuur is belast met de registratie van de Regeling overeenkomstig artikel 26, tweede lid van de Wgr.

  • 3.

    In alle gevallen waarin deze Regeling niet voorziet beslist het bestuur.

Ondertekening

Aldus vastgesteld door het College van de Gemeente Kampen

de secretaris,

de burgemeester,

Aldus vastgesteld door het College van de Gemeente Dronten

de secretaris,

de burgemeester,