Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR737008
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR737008/1
Gedragscode raadsleden gemeente Teylingen
Geldend van 22-03-2025 t/m heden
Intitulé
Gedragscode raadsleden gemeente TeylingenDe raad van de gemeente Teylingen,
gelezen het voorstel van het college van 10 december 2024 met als onderwerp Gedragscodes en protocol vermoeden integriteitsschending
gelet op de behandeling in de raadscommissie- en raadsvergadering,
gelet op artikel 15, derde lid, artikel 41c, tweede lid, artikel 69, tweede lid, en artikel 170, tweede lid, van de Gemeentewet,
Besluit:
- 1.
De Gedragscode raadsleden gemeente Teylingen vast te stellen.
- 2.
De Gedragscode voor burgemeester en wethouders van de gemeente Teylingen vast te stellen.
- 3.
Het Protocol vermoeden integriteitsschending politieke ambtsdragers gemeente Teylingen vast te stellen.
- 4.
De Gedragscode bestuurlijke integriteit raadsleden, vastgesteld 10 juli 2008, in te trekken.
- 5.
De Gedragscode bestuurlijke integriteit collegeleden, vastgesteld 2 maart 2006, in te trekken.
Integriteit in Teylingen
De gemeenteraad van Teylingen dient het algemeen belang van zijn inwoners en doet graag het beste voor de inwoners van Teylingen. Samen maken we Teylingen! Goed functionerende en integer handelende bestuurders in een gemeente leveren een belangrijke bijdrage aan het vertrouwen van inwoners in de politiek. Het handelen van het gemeentebestuur krijgt daarmee legitimiteit. Kortom: goed bestuur is integer bestuur.
Integriteit hangt samen met ons persoonlijk handelen: we stellen eerlijkheid, betrouwbaarheid en transparantie voorop. We waarborgen de zuiverheid van besluitvorming en voorkomen dat belangen vermengen. Ook wanneer niemand meekijkt. Hierin doet niet alleen ons eigen oordeel ertoe, maar ook hoe anderen ons handelen ervaren. Daarop zijn wij aanspreekbaar. Bovendien zijn we ons ervan bewust dat we een ambt en de gemeente vertegenwoordigen. Ons persoonlijk handelen mag het aanzien daarvan niet schaden. Anders gezegd: we zijn dienstbaar aan de gemeente Teylingen en we beseffen dat we door ons handelen kunnen bijdragen aan het vertrouwen in de gemeente. Binnen de gemeenteraad creëren we de sfeer en openheid om met elkaar te spreken over integriteitsthema’s.
Hoe we in de praktijk invulling geven aan integer handelen beschrijven we in deze gedragscode integriteit. De gedragscode bevat afspraken en regels, en helpt ons in de keuzes die we maken in de omgang met integriteitsdilemma’s. Daarmee beoogt de code bescherming te bieden tegen onnodige misstappen of de schijn daarvan.
Deze gedragscode is van toepassing op raadsleden en burgerleden. Waar in de gedragscode ‘raadsleden’ worden genoemd, worden ook ‘burgerleden’ bedoeld.
Bespreken en bevorderen van integriteit
We zijn ieder voor zich verantwoordelijk voor de integriteit van ons handelen, maar er is ook een gezamenlijke verantwoordelijkheid om integriteit te agenderen, bewaken en borgen.
We hebben niet altijd in de hand hoe anderen te werk gaan. Wat we wel in de hand hebben is het elkaar aanspreken als het (voorgenomen) handelen van een ander vragen oproept. Door steeds met elkaar te spreken over integriteit en de dilemma’s uit de dagelijkse praktijk, wordt het (zelf)bewustzijn aangescherpt en versterken we de integriteit van ons handelen.
De burgemeester heeft wettelijk een taak om de bestuurlijke integriteit van de gemeente te bevorderen (artikel 170 Gemeentewet). Wanneer we twijfelen over integriteitsvraagstukken, kunnen we te allen tijde raad vragen of advies inwinnen bij de burgemeester aangaande integriteitsvraagstukken. Daarnaast is het mogelijk de situatie te bespreken met de griffier. De burgemeester en de griffier kunnen dienen als klankbord en sparringpartner.
1. Voorkomen van belangenverstrengeling
Artikel 1.1
Raadsleden oefenen hun ambt uit in het algemeen belang. We laten ons niet leiden door persoonlijke belangen. Elk raadslid ziet erop toe dat er geen belangenverstrengeling, of de schijn daarvan, ontstaat.
Artikel 1.2
-
1. We nemen als raadslid niet deel aan de beraadslaging of stemming over onderwerpen waarbij we direct of indirect persoonlijk zijn betrokken (artikel 28 Gemeentewet).
-
2. Wanneer we twijfelen over de vraag of er sprake is van een persoonlijke betrokkenheid bij onderwerpen van gemeentelijke besluitvorming dan kunnen we dat bespreken met andere raadsleden of betrekken we de griffier of de burgemeester. Als het om een ander raadslid gaat dan spreken we dit raadslid daar eerst op een passende wijze op aan. Op die manier voorkomen we actief (de schijn van) belangenverstrengeling.
-
3. Als er sprake is van persoonlijke betrokkenheid bij een onderwerp en we ons dus onthouden van beraadslaging of besluitvorming in de gemeenteraad, dan maken we daarvan melding bij de griffier of de burgemeester. Indien een raadslid dit meldt bij de griffier, stelt die de burgemeester hiervan op de hoogte.
-
4. In het verslag van de betreffende vergadering wordt een aantekening gemaakt dat het raadslid zich heeft onthouden van beraadslaging en stemming.
2. Nevenfuncties en verboden handelingen
Artikel 2.1
-
1. We vervullen geen nevenfuncties die wettelijk onverenigbaar zijn met het raadslidmaatschap (artikel 13 Gemeentewet).
-
2. We vervullen geen nevenfuncties waarbij de uitoefening ongewenst is met het oog op een goede vervulling van het raadslidmaatschap en het vertrouwen in de gemeente. Bij twijfel over het aanvaarden van een nevenfunctie overleggen we met de griffier of de burgemeester.
Artikel 2.2
-
1. We maken al onze nevenfuncties openbaar (artikel 12 Gemeentewet).
-
2. De griffier legt hiervoor een register aan en beheert dit register. Het register is openbaar en via internet beschikbaar.
-
3. Bij aanvang van het raadslidmaatschap verstrekken we aan de griffier informatie over onze nevenfuncties. Eventuele wijzigingen in onze nevenfuncties geven wij meteen door. De griffier attendeert de raadsleden in ieder geval een keer per jaar op het controleren van de actualiteit van hun opgegeven nevenfuncties.
-
4. De informatie die we over onze nevenfuncties verstrekken, betreft in ieder geval de omschrijving van de (neven)functie, de organisatie waarvoor of persoon voor wie de (neven)functie wordt verricht, of het al dan niet een (neven)functie betreft uit hoofde van het raadslidmaatschap en of de (neven)functie bezoldigd of onbezoldigd is.
Artikel 2.3
-
1. We maken het openbaar als we substantiële financiële belangen hebben, bijvoorbeeld in de vorm van aandelen, opties en derivaten, in ondernemingen waarmee de gemeente zaken doet of waarin de gemeente een belang heeft. Dat doen we bij aanvang van het raadslidmaatschap, maar ook een tussentijds ontstaan substantieel financieel belang melden we.
-
2. De griffier legt hiervoor een register aan en beheert dit register. Het register is openbaar en via internet beschikbaar.
Artikel 2.4
We gaan geen handelingen of overeenkomsten aan die wettelijk verboden zijn (artikel 15 Gemeentewet). Daar waar een ontheffing van Gedeputeerde Staten mogelijk is waar we gebruik van willen maken, overleggen we met de burgemeester en de griffier.
3. Omgang met (vertrouwelijke) informatie
Artikel 3.1
We gaan zorgvuldig en correct om met de informatie waarover wij uit hoofde van ons ambt als raadslid beschikken. We hebben de verantwoordelijkheid om geheime en vertrouwelijke informatie veilig te bewaren. Het schenden van een geheimhoudingsplicht is een misdrijf (artikel 272 Wetboek van Strafrecht). Ook informatie die we bij de uitvoering van onze taak als raadslid ontvangen en waarvan de vertrouwelijkheid kenbaar is of redelijkerwijs vermoed kan worden, behandelen we als geheime informatie (artikel 2:5 Algemene wet bestuursrecht).
Artikel 3.2
Als we in de uitoefening van het ambt van raadslid informatie verkrijgen die (nog) niet voor het publiek toegankelijk of kenbaar is, maken wij niet ten eigen bate of ten bate van derden gebruik van die informatie.
4. Uitnodigingen, geschenken en giften
Artikel 4.1
-
1. We accepteren uitnodigingen voor evenementen en excursies alleen als deze bijdragen aan de behartiging van het algemeen belang of een goede vervulling van het raadslidmaatschap, en er geen bezwaren tegen de uitnodiging zijn. We wegen altijd of we kunnen en willen ingaan op een uitnodiging. In deze afweging betrekken we: functionaliteit, het risico op het in gevaar brengen van de onafhankelijke positie en de timing. Bij twijfels over het aanvaarden van een uitnodiging vragen we de burgemeester of griffier om advies.
-
2. Deelname aan excursies en evenementen voor rekening van anderen dan de gemeente melden we binnen één week nadat de excursie of het evenement heeft plaatsgevonden bij de griffier. Daarbij melden we aan welke excursie of evenement we hebben deelgenomen, wanneer het plaatsvond, wie de organiserende partij was en wie de kosten op zich heeft genomen. De griffier legt hiervoor een register aan en beheert dit register. Het register is openbaar en via internet beschikbaar.
Artikel 4.2
-
1. We nemen geen geschenken aan als daardoor onze onafhankelijke positie wordt beïnvloed of het die indruk kan wekken. Het is raadsleden ten strengste verboden om in ruil voor een gift iets in het ambt te doen of te laten (artikel 14 Gemeentewet, artikel 363 Wetboek van Strafrecht).
-
2. We kunnen, tenzij het eerste lid van toepassing is, incidentele geschenken die een geschatte waarde van € 50 of minder vertegenwoordigen, behouden.
-
3. Geschenken die we uit hoofde van ons ambt ontvangen op ons thuisadres accepteren we nooit.
-
4. Als we een geschenk niet kunnen en willen aannemen, bijvoorbeeld omdat ze onze onafhankelijke positie beïnvloeden, een geschatte waarde hebben van (gezamenlijk) meer dan €50 of we het op ons thuisadres hebben ontvangen, slaan we direct af of retourneren we zo snel als mogelijk aan de afzender. Is weigeren of retourneren om praktische redenen niet mogelijk, dan melden we dat bij de griffier en wordt de gift eigendom van de gemeente.
-
5. De griffier legt een register aan van de door raadsleden gemelde geschenken. In het register is aangegeven welke bestemming de gemeente hieraan heeft gegeven. Het register is openbaar en via internet beschikbaar.
5. Declaraties en voorzieningen
Artikel 5.1
We houden ons aan het beleid dat door de gemeente is vastgesteld voor het gebruik van gemeentelijke faciliteiten en financiële middelen, interne voorzieningen, onkostenvergoedingen en declaraties.
Artikel 5.2
We gaan zorgvuldig om met de voorzieningen die door de gemeente ter beschikking zijn gesteld voor de vervulling van onze werkzaamheden als raadslid. Tenzij de wet of het beleid van de gemeente het verbiedt, is het gebruik van gemeentelijke voorzieningen voor privégebruik toegestaan. We zorgen er daarbij voor dat de voorzieningen altijd beschikbaar zijn voor de doeleinden waarvoor ze zijn verstrekt.
6. Omgangsvormen
Artikel 6
-
1. We behandelen elkaar en anderen met respect, zowel in de raadsvergadering als daarbuiten. Ook op (sociale) media gedragen raadsleden zich op een respectvolle wijze.
-
2. We houden ons aan de gentle agreement ‘Zo doen wij dat in Teylingen’, waarin gedeelde opvattingen over goede samenwerking en omgangsvormen in de raad en commissies staan beschreven.
7. Evaluatie en verantwoordelijkheden
Artikel 7.1
-
1. De raad besteedt minstens eenmaal per jaar aandacht aan het onderwerp integriteit.
-
2. De raad evalueert de gedragscode minstens een keer per raadsperiode. Evaluatie vindt in ieder geval plaats bij het aantreden van een nieuwe raad. Zo nodig past de raad de gedragscode aan.
-
3. In geval van leemtes en onduidelijkheden in de gedragscode voorziet de raad daarin.
Artikel 7.2
In gevallen waar er een vermoeden is van een (mogelijke) integriteitsschending, die niet onderling besproken kan worden dan melden we dit bij de burgemeester. De burgemeester neemt de melding in behandeling conform het Protocol vermoeden integriteitsschending politieke ambtsdragers gemeente Teylingen. 1
Ondertekening
Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van 30 januari 2025,
Mevr. Marjoleine van Egeraat
Griffier
Mevr. Carla G.J. Breuer
Voorzitter
Artikelsgewijze toelichting
1 Voorkomen van belangenverstrengeling
Artikel 1.1
Als raadsleden zetten we ons in voor het algemeen belang en voor de inwoners van gemeente Teylingen. We gebruiken onze invloed en stem niet om de persoonlijke belangen van onszelf of van derden veilig te stellen. Het is zaak dat we onze belangen en betrokkenheid scherp in het oog houden. We zien erop toe dat er geen situaties van (schijnbare) belangenverstrengeling ontstaan.
Bij belangenverstrengeling gaat het om een vermenging van het algemeen belang met een persoonlijk belang. Een persoonlijk belang kan bijvoorbeeld ontstaan door een (neven)functie of door financiële belangen. Ook een belang van bijvoorbeeld vrienden, familie, bedrijven of organisaties waar we als privépersoon banden mee hebben, kunnen ons handelen veranderen. Een zuiver en objectief besluit of handeling komt dan in gevaar.
Artikel 1.2
De raad moet op een zuivere wijze tot besluitvorming komen. Daarom moeten we ons als raadsleden onthouden van beraadslaging en stemming als er sprake is van een directe of indirecte persoonlijke betrokkenheid bij een onderwerp (artikel 28 Gemeentewet). De persoonlijke betrokkenheid of belangen van individuele raadsleden als privépersoon mogen geen invloed hebben op de besluitvorming van de raad.
Bij de beoordeling of er sprake is van een persoonlijke betrokkenheid, kan het raadzaam zijn om een onderscheid te maken tussen specifieke besluiten en bulkbesluiten. Bij bulkbesluiten is minder snel sprake van (de schijn van) belangenverstrengeling. Raadsleden die bijvoorbeeld bestuurslid zijn van een sportvereniging kunnen wel meestemmen over het sportbeleid of het subsidiebeleid in het algemeen. Meestemmen over de aanleg van nieuwe sportvelden van de sportvereniging waarvan het betreffende lid zelf bestuurslid is, is daarentegen niet gepast. Hoe specifieker en directer het belang is, hoe lastiger het wordt voor een raadslid om een zuiver en objectief besluit te nemen. Onthouding van beraadslaging en stemming is dan aan de orde.
Komen we tot de conclusie dat er sprake is van een persoonlijke betrokkenheid, en we ons afzijdig zullen moeten houden, dan maken we daarvan tijdig een melding bij de griffier of de burgemeester. Tijdig betekent in ieder geval voorafgaand aan een vergadering waarin het onderwerp ter bespreking of voor besluitvorming op de agenda staat. Melden we dit bij de griffier, dan stelt die de burgmeester daarvan op de hoogte. Daarnaast verlaten wij de raadszaal bij in ieder geval stemmingen waarbij wij ons afzijdig moeten houden. In andere gevallen, zoals bij beraadslaging over het betreffende onderwerp, is het aan onszelf om te beoordelen of het raadzaal is om de ruimte te verlaten.
2 Nevenfuncties en verboden handelingen
Artikel 2.1
De Gemeentewet somt op welke functies niet gecombineerd mogen worden met het raadslidmaatschap (artikel 13 Gemeentewet). Dit is een onverenigbare betrekking. Een raadslid dat een onverenigbare betrekking vervult houdt op raadslid te zijn (artikel X 1 Kieswet).
We wonen allemaal in de gemeente Teylingen en staan middenin de samenleving. Het uitvoeren van nevenfuncties hoort daarbij. Nevenfuncties zijn alle betaalde en onbetaalde functies die we naast het raadslidmaatschap vervullen. Conform artikelen 1.1 en 1.2 waken we ervoor dat onze nevenfuncties niet tot situaties van (de schijn van) belangenverstrengeling leiden.
Tegelijkertijd laat niet iedere nevenfunctie zich goed combineren met het raadslidmaatschap. Bij de vervulling van sommige nevenfuncties kan er een belangenconflict ontstaan met je werkzaamheden voor de raad of kan de schijn van belangenverstrengeling worden, in dusdanige mate dat beheersmaatregelen niet haalbaar of te weinig afdoende zijn. Bij twijfel over het aanvaarden van een nevenfunctie overleggen we met de griffier of de burgemeester.
Artikel 2.2
Over de nevenfuncties die we vervullen zijn we volledig transparant, zodat het voor iedereen kenbaar is welke rollen we naast het raadslidmaatschap vervullen. Op die manier is het voor betrokkenen in het besluitvormingsproces mogelijk om ons te waarschuwen voor kwesties waarin (de schijn van) belangenverstrengeling dreigt, en kunnen we indien nodig ter verantwoording worden geroepen.
De term nevenfuncties slaat op alle betaalde en onbetaalde functies die raadsleden naast het raadslidmaatschap vervullen. Met een functie wordt in algemene zin gedoeld op een samenstel van taken of werkzaamheden met een structureel karakter in het verband van een bepaalde organisatie.
Lidmaatschappen van clubs of verenigingen zijn geen nevenfuncties.
We zorgen ervoor dat al onze nevenfuncties openbaar zijn door ze te registreren in het daarvoor bedoelde register (artikel 12 Gemeentewet). De griffier houdt het register bij waarin de nevenfuncties van raadsleden zijn vastgelegd. Het register is openbaar en via internet te raadplegen.
Registratie vindt in elk geval plaats bij aanvang van het ambt. Daarnaast geven we eventuele wijzigingen in onze nevenfuncties meteen door aan de griffier. We zorgen ervoor dat de informatie in het register een voldoende concreet beeld geeft van de inhoud van een nevenfunctie. Daarom delen we ieder geval de omschrijving van de (neven)functie, de organisatie waarvoor of persoon voor wie de (neven)functie wordt verricht, of het al dan niet een (neven)functie betreft uit hoofde van het raadslidmaatschap en of de (neven)functie bezoldigd of onbezoldigd is.
Het is de verantwoordelijkheid van het raadslid dat het overzicht correct en actueel is. De griffier wijst raadsleden hier in ieder geval jaarlijks op.
Artikel 2.3
Niet alleen nevenfuncties, maar ook substantiële financiële belangen in ondernemingen waarmee de gemeente zaken doet of waarin de gemeente een belang heeft maken we openbaar. Die financiële belangen kunnen de vorm hebben van aandelen, opties of derivaten. Een substantieel belang betekent dat een raadslid een belang van 5% of meer heeft in een onderneming.
Artikel 2.4
Naast een opsomming van onverenigbare betrekkingen bevat de Gemeentewet een opsomming van verboden handelingen en overeenkomsten (artikel 15 Gemeentewet). De bedoeling daarvan is het waarborgen van de zuiverheid in de verhoudingen tussen raadsleden enerzijds en gemeente(bestuur) anderzijds. In een aantal gevallen kunnen Gedeputeerde Staten ontheffing verlenen. Als we daar gebruik van willen maken, overleggen we met de burgemeester en de griffier voordat we een aanvraag tot ontheffing indienen. Een raadslid dat een verboden handeling of overeenkomst aangaat, kan geschorst worden en het raadslidmaatschap verliezen (artikel X 8 Kieswet).
3 Omgang met (vertrouwelijke) informatie
Artikel 3.1
Openbaarheid en transparantie zijn kernwaarden in het openbaar bestuur en belangrijk voor het goed werken van onze democratie. Uitgangspunt is dat alle overheidsinformatie openbaar is, tenzijer een zwaarwegende reden is om informatie niet te openbaren (artikel 5.1 Wet open overheid). Dit alles bij elkaar opgeteld schept een verplichting voor de ambtelijke organisatie, het college en de raad om de inwoner nauwkeurig en op tijd op de hoogte te brengen van wat er wordt besproken, besloten en uitgevoerd. Binnen de kaders van de Gemeentewet en de Woo betrachten we als raadsleden maximale openheid ten aanzien van onze eigen beslissingen en beweegredenen daarvoor.
Niettemin geldt in alle gevallen dat we zorgvuldig omgaan met mondelinge en schriftelijke informatie die we ontvangen. Dat betekent dat we informatie niet openbaar maken of doorgeven aan anderen zonder instemming van de afzender. Bij twijfel over de bedoeling van de afzender informeren we hier eerst naar.
In het belang van de gemeente kan er daarnaast op bepaalde informatie geheimhouding worden opgelegd overeenkomstig Hoofdstuk Va Gemeentewet. In dat geval moet er duidelijk worden uitgelegd om welke belangen het gaat. Als raadsleden het niet eens zijn met deze geheimhouding, bespreken zij dit tijdens de raadvergadering. In geen geval kiezen we ervoor geheime informatie eigenstandig openbaar te maken of stukken te lekken. Het schenden van een plicht tot geheimhouding is een misdrijf (artikel 272 Wetboek van Strafrecht). Raadsleden zijn eveneens verplicht om informatie waarvan zij het vertrouwelijke karakter kennen, of redelijkerwijs moeten vermoeden, geheim te houden (artikel 2:5 Algemene wet bestuursrecht).
Geheimhouding omvat tevens de verantwoordelijkheid om maatregelen te treffen om vertrouwelijke informatie te beveiligen. Denk hierbij aan beveiliging van computers en smartphones, geheimhouding van wachtwoorden, en het niet onbeheerd achterlaten van informatiedragers.
Artikel 3.2
Informatie waarover wij vanuit ons ambt beschikken, gebruiken we niet in ons eigen voordeel of in het voordeel van personen of organisaties met wie of waarmee wij verbonden zijn.
4 Geschenken en uitnodigingen
Als raad zijn we ons bewust van onze positie in de gemeenschap en onze rol als vertegenwoordigers van de gemeente. Dat betekent ook iets voor hoe we omgaan met het aannemen van geschenken en uitnodigingen. Als raadsleden maken we daarom keer op keer een afweging of een uitnodiging of geschenk aanvaard kan worden. Zorgvuldigheid staat daarbij voorop.
Artikel 4.1
Uitnodigingen accepteren we alleen als ze bijdragen aan de behartiging van het algemeen belang of een goede vervulling van het raadslidmaatschap, en er geen bezwaren tegen de uitnodiging zijn.
In onze afwegingen nemen we het volgende mee:
- •
Uitnodigingen nemen we alleen aan als er een bepaald nut is voor de gemeente en ons werk als raad. Zo kan het op uitnodiging aanwezig zijn bij evenementen en activiteiten binnen en buiten de gemeente een functie hebben, bijvoorbeeld om de gemeente te vertegenwoordigen of om ons te laten informeren. Ook het onderhouden van een netwerk kan functioneel zijn.
- •
Ook waken we ervoor dat het (te vaak) ingaan op een uitnodiging van (enkel) dezelfde persoon of organisatie onze onafhankelijkheid in het geding kan brengen.
- •
Verder wegen we de timing mee in het al dan niet accepteren van een uitnodiging. We gaan na waarom we juist nu een uitnodiging krijgen, en of er een verband kan zijn met (toekomstige) beraadslaging of besluitvorming in de raad. Als dat het geval is kan onze onafhankelijkheid ter discussie komen te staan.
Artikel 4.2
Bij het afleggen van de eed (of belofte) nemen de raadsleden de verplichting op zich om geen geschenken of beloften aan te nemen om iets in het ambt te doen of te laten (artikel 14 Gemeentewet). Raadsleden die deze verplichting schenden, maken zich schuldig aan het misdrijf omkoping (artikel 363 Wetboek van Strafrecht).
We nemen geen geschenken aan die onze onafhankelijke positie in gevaar kunnen brengen, of een zodanige indruk kunnen wekken. Dat kan bijvoorbeeld het geval zijn als met het aanvaarden van een geschenk een tegenprestatie wordt verwacht (of dat zo kan lijken). Is daarvan geen sprake, dan is het toegestaan om geschenken met een geschatte waarde van € 50 of minder te aanvaarden. Dat betekent dat kleine, incidentele attenties, zoals een bos bloemen of een boek, acceptabel kunnen zijn. In elk geval accepteren we geen geschenken met een geschatte waarde van meer dan € 50. Daarnaast aanvaarden we onder geen beding geschenken op ons privéadres. We melden bij de gever dat we het ontvangen van geschenken op het thuisadres niet op prijs stellen.
Onacceptabele geschenken slaan we direct af of sturen we zo snel mogelijk terug naar de afzender.
Als dat om praktische redenen niet mogelijk is, melden we het geschenk bij de griffier en wordt het geschenk eigendom van de gemeente. De griffier neemt het geschenk vervolgens op in een openbaar register. In het register is aangegeven welke bestemming de gemeente aan deze geschenken heeft gegeven.
5 Declaraties en voorzieningen
Artikelen 5.1 en 5.2
Raadsleden krijgen voor hun werk de beschikking over een aantal voorzieningen en faciliteiten van de gemeente. Denk aan een fractiekamer en een tablet. Bij het gebruik van dergelijke zaken houden we ons als raadsleden aan het beleid dat hiervoor is vastgesteld. Dat geldt ook voor eventuele declaraties. Voorzieningen en faciliteiten van de gemeente kunnen we voor privédoeleinden gebruiken als dat niet is verboden bij wet of via door de gemeente vastgesteld beleid. Te allen tijde waarborgen we daarbij dat de voorzieningen en faciliteiten beschikbaar blijven voor de doeleinden waarvoor ze ter beschikking worden gesteld.
6 Omgangsvormen
Artikel 6
Een respectvolle omgang met en correcte bejegening van eenieder is erg belangrijk, of het nu een inwoner, organisatie, collegelid, ambtenaar of collega-raadslid betreft. Hierdoor komen we beter met elkaar tot werkelijke beraadslaging en zorgvuldige besluitvorming. Daarnaast is de manier waarop het college en de raad met elkaar omgaan van invloed op de geloofwaardigheid van de politiek, het vertrouwen in het gemeentebestuur en de goede naam van de gemeente Teylingen.
Over wat wel en wat niet respectvol is en waar de grens precies ligt, kunnen we uiteraard van mening verschillen. Belangrijk is echter dat we hierover met elkaar het gesprek voeren, en dat we iemand erop aanspreken als we vinden dat deze persoon zich niet respectvol gedraagt jegens een ander. Gezamenlijk zijn we verantwoordelijk voor het hoog houden van onze omgangsvormen.
Het voorgaande geldt net zo zeer voor onze omgangsvormen op (sociale) media. We denken goed na over ons gedrag op (sociale) media, en houden daarbij rekening met de manier waarop berichten of uitlatingen afstralen op het ambt van raadslid en op de gemeente als geheel.
Over omgangsvormen in de raad en commissies hebben we afspraken gemaakt. Deze staan opgenomen in de gentle agreement ‘Zo doen we dat in Teylingen’. Artikel 6 van de code onderstreept onze toewijding aan deze afspraken.
7 Evaluatie en verantwoordelijkheden
Artikel 7.1
Het thema integriteit behoeft voortdurende bespreking en overdenking. Om die reden besteedt de raad minstens eenmaal per jaar aandacht aan het thema. Ook tussentijds is het zinvol dilemma’s te blijven bespreken aan de hand van de gedragscode, ook wanneer onderwerpen ogenschijnlijk slechts beperkt raken aan integriteit.
Daarnaast houdt de raad minstens een keer per raadsperiode de gedragscode tegen het licht. De bedoeling is dat de code een levend document is, en blijft. De evaluatie van de code vindt in elk geval plaats bij het aantreden van een nieuwe raad.
De gedragscode helpt ons in welke keuzes we maken, maar het is geen uitputtende regeling die de gewenste route in alle voorkomende gevallen beschrijft. Daarom spreken we ook af dat bij situaties waarin deze gedragscode niet voorziet, de raad daarin voorziet.
Artikel 7.2
De burgemeester heeft op grond van artikel 170 Gemeentewet de verantwoordelijkheid om de bestuurlijke integriteit in de gemeente te bevorderen. Bij twijfels over integriteit die zich niet lenen voor onderlinge bespreking, is de burgemeester een logisch aanspreekpunt. De burgemeester neemt de melding in behandeling en geeft daar opvolging aan in lijn met het Protocol vermoeden integriteitsschending gemeente Teylingen.2
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl