Verlegregeling gemeente Veenendaal 2025

Geldend van 21-03-2025 t/m heden

Intitulé

Verlegregeling gemeente Veenendaal 2025

Het college van B&W van de gemeente Veenendaal;

overwegende dat het wenselijk is om een regeling vast te stellen met het oog op een zorgvuldige afdoening van eventuele aanvragen voor nadeelcompensatie als bedoeld in de “Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuren gemeente Veenendaal 2024”

(hierna aan te duiden als: “AVOI”);gelet op artikel 3 van de AVOI Veenendaal 2024;besluit het volgende vast te stellen:

Verlegregeling met betrekking tot nadeelcompensatie voor het verleggen van kabels en leidingen, hierna te noemen: Verlegregeling gemeente Veenendaal 2025

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • 1.

    aanwijzing: verzoek tot aanpassing (VTA). Een schriftelijk besluit genomen door het college inzake het verleggen of verwijderen van een kabel en of leiding. Indien mogelijk op basis van overeenstemming bereikt in een vooroverleg tussen netwerkbeheerder en de gemeente. Tevens inhoudende de mededeling dat de vergunning voor betreffende kabel of leiding wordt ingetrokken.

  • 2.

    aanpassing: het wijzigen van een kabel- of leidingtracé, daarbij inbegrepen het verwijderen of verleggen van kabels en leidingen.

  • 3.

    AVOI: Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuur Gemeente Veenendaal 2024;

  • 4.

    kabels en leidingen: kabels en leidingen als bedoeld in de AVOI, met uitzondering van kabels en leidingen als bedoeld in de Telecommunicatiewet.

  • 5.

    nadeelcompensatie: het bedrag dat op basis van deze regeling als compensatie van schade wordt toegekend aan de netbeheerder.

  • 6.

    netbeheerder: Een organisatie die handelend vanuit een wettelijke taak en voor het algemeen nut belast is met het beheer van een of meer netten dan wel de rechtspersoon onder wiens verantwoordelijkheid netten worden aangelegd, beheerd of geëxploiteerd, waaronder tevens wordt begrepen degene die onder volmacht een vergunning voor het aanleggen van netten heeft aangevraagd.

  • 7.

    openbare gronden: openbare wegen en openbare wateren als bedoeld in artikel 1.1, onder aa, van de Telecommunicatiewet, alsmede openbaar groen en openbare parken.

  • 8.

    particulier(en): de natuurlijke persoon dan wel de rechtspersoon, niet handelend vanuit een door de overheid opgelegde taak of een taak ten algemeen nut, onder wiens verantwoordelijkheid een kabel of leiding wordt aangelegd, beheerd of geëxploiteerd, waaronder tevens wordt begrepen degene die onder volmacht een vergunning voor het aanleggen van een leiding heeft aangevraagd.

  • 9.

    schadebedrag: financieel nadeel dat de netbeheerder lijdt als gevolg van een aanwijzing tot verleggen van een kabel en of leiding.

  • 10.

    vergunning: een beschikking die bepaalde activiteiten of handelingen toestaat, die zonder deze beschikking niet zijn toegestaan. Een en ander overeenkomstig de AVOI.

  • 11.

    verleggingskosten: kosten van ontwerp en begeleiding, kosten van uit- en inbedrijf stellen, kosten van uitvoering en kosten van materiaal een en ander zoals bedoeld in artikel 20 en verder.

  • 12.

    vitale (transport)kabels en/of -leidingen een leiding die zich kwalificeert als een elektriciteitskabel met een nominale spanning vanaf 10 kV en hoger; of een gasleiding met een nominale druk van 1 bar en hoger; of een waterleiding met een nominale diameter van 250 mm en groter; of een warmtebuis met een nominale diameter van 250 mm of groter; of een leiding die valt onder het Besluit externe veiligheid Buisleidingen; en een leiding die is gelegen in een in een bestemmingsplan opgenomen strook grond die primair is bestemd voor het leggen van leidingen en zo nodig is uitgevoerd met collectieve voorzieningen zoals infrastructurele voorzieningen (leidingstrook)

  • 13.

    niet-vitale transportkabels en/of –leidingen een leiding die kwalificeert als een elektriciteitskabel met een nominale spanning die lager is dan 10 kV; of een gasleiding met een nominale druk die lager is dan 1 bar; of een waterleiding met een nominale diameter van kleiner dan 250 mm; of een warmtebuis met een nominale diameter van 250 mm of kleiner.

Artikel 2 Toepassingsbereik

  • 1.

    De begripsbepalingen van de AVOI zijn op deze regeling van toepassing tenzij daarvan nadrukkelijk wordt afgeweken door het bepaalde in artikel 2.

  • 2.

    Deze regeling is van toepassing op aanvragen van netbeheerders om een vergoeding voor de schade van de netbeheerder door het verleggen van kabels of leidingen die is veroorzaakt door het college in de rechtmatige uitoefening van publiekrechtelijke bevoegdheden of taak, waaronder mede wordt verstaan de oprichting van gebouwen of de uitvoering van werken door of vanwege het college.

  • 3.

    Deze regeling is niet van toepassing op kabels en leidingen in eigendom en beheer van de gemeente Veenendaal.

  • 4.

    Deze regeling is niet van toepassing op (openbare) elektronische telecommunicatienetten.

  • 5.

    Deze regeling heeft betrekking op netten die particulier eigendom zijn.

Artikel 3 Algemeen

  • 1.

    Indien een netbeheerder of een particulier als gevolg van een besluit van het college, inhoudende een intrekking of wijziging van een vergunning op grond van de AVOI schade lijdt of zal lijden die redelijkerwijs niet of niet geheel tot het normale maatschappelijke risico kan worden gerekend en waarvan een vergoeding niet of niet voldoende is verzekerd, dan kent het college op zijn verzoek aan hem een vergoeding toe.

  • 2.

    Bij de berekening van het schadebedrag worden uitsluitend de kosten van ontwerp en begeleiding, uit- en inbedrijfstellen, uitvoering en materiaal betrokken.

Artikel 4 Nadeelcompensatie

  • 1.

    Indien de netbeheerder binnen vijf jaren na de datum van inwerkingtreding van een vergunning een aanwijzing krijgt van het college tot het verleggen van een kabel en of leiding bedraagt de schadevergoeding 100% van het schadebedrag.

  • 2.

    Indien de netbeheerder een aanwijzing krijgt van het college tot het verleggen van een kabel en of leiding in de periode gelegen vanaf vijf tot en met vijftien jaren bij niet-vitale kabels en/of leidingen en vanaf 5 tot en met dertig jaar bij vitale kabels en/of leidingen, gerekend vanaf de datum van inwerkingtreding van de vergunning, zal de gemeente nadeelcompensatie uitkeren volgens het bijgevoegde schema (zie bijlage 1).

  • 3.

    Indien de netbeheerder een aanwijzing krijgt tot het verleggen van een kabel en/of leiding na vijftien jaar voor een vitale kabel en/of leiding, en dertig jaar voor een niet-vitale kabel en/of leiding, gerekend vanaf de datum van inwerkingtreding van de vergunning wordt geen nadeelcompensatie toegekend.

Artikel 5 Niet openbare grond

  • 1.

    De nadeelcompensatie bedraagt 100% van de kosten zoals genoemd in artikel 20 ingeval de kabel of leiding van de belanghebbende niet ligt in de openbare ruimte indien:

    • a.

      de kabel of leiding van de belanghebbende is gelegen in, op of boven grond die hem in eigendom toebehoort, of

    • b.

      de kabel of leiding ligt op basis van een zakelijk recht of

    • c.

      er ten behoeve van de kabel of leiding een gedoogplicht conform de Belemmeringenwet Privaatrecht is opgelegd.

  • 2.

    Bij de berekening van de nadeelcompensatie wordt rekening gehouden met het beginsel nieuw voor oud.

  • 3.

    De nadeelcompensatie wordt gecorrigeerd indien zich door de verlegging of aanpassing van de kabel of leiding een kwantificeerbare voordeeltoerekening voordoet, zoals een capaciteitstoename van een leiding of het voordeel dat ontstaat indien er een nieuwe leiding in de plaats komt van een technisch versleten leiding.

  • 4.

    Rust op de kabel of leiding geen van de in het eerste lid bedoelde rechten, dan zal de schadevergoeding bestaan uit de kosten voor ontwerp en begeleiding en de uitvoeringskosten.

  • 5.

    De materiaalkosten en de kosten voor het uit en in bedrijfstellen worden niet vergoed.

Artikel 6 Zakelijk recht in gemeentegrond

  • 1.

    Wanneer de kabel of leiding in openbare grond ligt op basis van een zakelijk recht dan bedraagt de nadeelcompensatie 100% van de verleggingskosten ingeval:

    • a.

      het zakelijk recht of de gedoogplicht ouder is dan een eventuele vergunning; of

    • b.

      het zakelijk recht of de gedoogplicht niet afhankelijk is van een eventuele vergunning.

  • 2.

    Wanneer het zakelijk recht of de gedoogplicht minder oud is dan de vergunning of afhankelijk is gesteld van de vergunning dan zal toekenning van nadeelcompensatie plaatsvinden, zoals omschreven in artikel 4.

  • 3.

    Wanneer onduidelijk is wanneer een vergunning is verleend, dan wordt aangenomen dat het zakelijk recht afhankelijk is van de vergunning.

Artikel 7 Gronden in beheer bij ander bestuursorgaan

  • 1.

    Wanneer gronden eigendom zijn van de gemeente Veenendaal maar in beheer zijn bij een ander bestuursorgaan, dan zullen de voorwaarden waaronder dat bestuursorgaan de vergunning verleent heeft om de kabel en of leiding aan te leggen, in stand te houden en te onderhouden van toepassing zijn.

  • 2.

    Indien de betrokken netbeheerder of particulier aanspraak kan maken op nadeelcompensatie maar het vergunningverlenende bestuursorgaan geen verlegregeling kent dan zal de verlegregeling van de gemeente Veenendaal worden toegepast.

Artikel 8 Werken in vervuilde grond

  • 1.

    Meerkosten voor werkzaamheden die als gevolg van de aanwijzing noodzakelijkerwijs moeten worden uitgevoerd in milieukundig verontreinigde grond komen voor nadeelcompensatie in aanmerking, ongeacht de levensduur van de leiding. De noodzaak van bovengenoemde werkzaamheden dient door voor zowel het college als de netbeheerder te zijn aangenomen.

  • 2.

    Indien mogelijk zal de hoogte van de nadeelcompensatie voor het werken in vervuilde grond voorafgaand aan de uitvoer van de werkzaamheden door het college en de netbeheerder worden bepaald en vastgelegd.

  • 3.

    Indien de milieukundige verontreiniging is toe te rekenen aan de vergunninghouder en of kabels of leidingen van de vergunninghouder, dan wel via die leidingen getransporteerde stoffen, dan komen de kosten als gevolg van het werken in verontreinigde grond niet voor enige vergoeding in aanmerking.

Artikel 9 Geen vergoeding

  • 1.

    Geen vergoeding vindt plaats als in de vergunning is opgenomen dat binnen een periode van vijf jaren na de datum van inwerkingtreding, een wijziging of intrekking van die vergunning is te voorzien. Dit in verband met bijvoorbeeld een binnen die periode op te starten project waarin de vergunde kabel en of leiding is gelegen.

  • 2.

    Als de aanwijzing niet wordt gegeven binnen de periode van vijf jaren dan geldt het toepasselijke vergoedingsregime van artikel 4 zoals in deze regeling is opgenomen.

Artikel 10 Tijdelijke verlegging

  • 1.

    Indien tijdens de werkzaamheden blijkt dat meerdere (tijdelijke) verleggingen van dezelfde kabel en of leiding noodzakelijk zijn, dan is op de eerste tijdelijke verlegging deze regeling van toepassing en komen de kosten van de overige verleggingen ten laste van de gemeente. Bedoeld worden meerdere verleggingen, op dezelfde locatie in een bepaalde periode, van dezelfde leiding in een en hetzelfde werk of project.

  • 2.

    Tijdelijke voorzieningen van fysieke aard, zoals extra kabel- en leidingvoorzieningen die worden opgeheven zodra de definitieve verlegging is gerealiseerd in samenhang met de voortgang van het infrastructuurproject worden niet gezien als een (tijdelijke) verlegging, maar als een noodzakelijke uitvoeringswijze.

Artikel 11 Bundelen werkzaamheden

Indien sprake is van het bundelen van werkzaamheden van verschillende netbeheerders geven de netbeheerders inzicht in de verdeling van de gezamenlijke kosten.

Artikel 12 Aankondiging werkzaamheden

  • 1.

    Het college maakt zijn voornemen om te beginnen met werkzaamheden bekend met een aanwijzing aan de belanghebbende op grond van artikel 13 van de AVOI. Hierin is minimaal opgenomen:

    • a.

      een omschrijving van het werk met vermelding van de door de netbeheerder noodzakelijk te verplaatsen of te ruimen kabels en leidingen;

    • b.

      de geplande datum waarop het werk van de netbeheerder gereed dient te zijn (deze datum dient wel in overleg met de netbeheerder afgestemd te worden);

    • c.

      contactgegevens van de relevante gemeentelijk medewerker

    • d.

      de datum dat de vergunning van de betrokken kabels en of leidingen wordt ingetrokken.

  • 2.

    Indien er nabij de werkzaamheden kabels of leidingen aanwezig zijn die technisch gezien niet noodzakelijk verlegd hoeven te worden maar waarvan de netbeheerder vindt dat er maatregelen nodig zijn, of dat de werkzaamheden een geschikte gelegenheid bieden om werk aan de kabels en leidingen uit te voeren, dan zal de netbeheerder de gelegenheid krijgen om op eigen kosten die leidingen te rijzen, te vervangen of te verwijderen.

  • 3.

    Als de netbeheerder gevolg heeft gegeven aan de aanwijzing en er vervolgens binnen vijf jaar na verzending van de aanwijzing geen begin is gemaakt met de uitvoering van de in de aanwijzing bedoelde gemeentelijke werkzaamheden, dan heeft de netbeheerder recht op volledige vergoeding van alle door hem in redelijkheid gemaakte kosten als bedoeld in artikel 19 van deze regeling.

  • 4.

    Onverminderd het bepaalde in het derde lid is dit lid niet van toepassing wanneer het onmogelijk blijkt om binnen de in derde lid gestelde termijn met de werkzaamheden te beginnen en dit door omstandigheden is veroorzaakt die niet aan het college zijn te verwijten (overmacht).

Artikel 13 Overleg en afstemming

  • 1.

    Het college organiseert minimaal twee maal per jaar een overleg, waarvoor in elk geval de bij het college bekende netbeheerders en andere betrokken partijen of belanghebbenden worden uitgenodigd.

  • 2.

    In dit overleg worden de plannen van het college en van de diverse netbeheerders en andere betrokken partijen of belanghebbenden besproken en eventueel afgestemd in het kader van de AVOI en de Verlegregeling.

  • 3.

    Het college dient zo veel als redelijkerwijs mogelijk is schadebeperkend op te treden bij de verwijdering, verlegging of aanpassing van de kabel en of leiding van de netbeheerder.

  • 4.

    Als blijkt dat een te verplaatsen/verleggen/verwijderen leiding niet conform de vergunning is aangelegd, kan worden besloten geen nadeelcompensatie toe te kennen.

  • 5.

    Het college streeft ernaar overeenstemming te bereiken met de netbeheerder over verlegging (technisch adequate oplossing tegen de maatschappelijk laagste kosten), uitvoering en planning. De gemeente voert hiertoe vooroverleg met de aanbieder.

Artikel 14 Aanvraag van nadeelcompensatie

  • 1.

    De netbeheerder dient zo spoedig mogelijk doch uiterlijk binnen vijf jaren na het onherroepelijk worden van de aanwijzing van het college tot het verleggen van een kabel en of leiding een verzoek in tot vaststelling van nadeelcompensatie. Hierbij wordt een uitgebreide specificatie en berekening van het schadebedrag overgelegd door de netbeheerder.

  • 2.

    Het verzoek bevat ten minste:

    • a.

      de naam en het adres van verzoeker;

    • b.

      een omschrijving of kopie van de aanwijzing van het college aan de aanbieder tot het verleggen van de leiding;

    • c.

      kopie van vergunning of andere vorm van toestemming (zakelijk recht, gedoogplicht, overeenkomst) die voor het aanleggen, hebben en onderhouden de betrokken kabel en of leiding is verleend;

    • d.

      de hoogte van de nadeelcompensatie waarop naar het oordeel van de aanbieder aanspraak wordt gemaakt;

    • e.

      een uitgebreide kostenspecificatie;

    • f.

      aantal en types van kabels en leidingen;

    • g.

      datum dagtekening;

    • h.

      ondertekening.

  • 3.

    Indien er geen kopie van de toestemming overlegd kan worden, dan kan in overeenstemming met het college de toestemming in andere vorm worden aangetoond.

  • 4.

    Indien de kopie van de vergunning ontbreekt, dan wordt er vanuit gegaan dat de kabel en of leiding ouder is dan 15 jaren, tenzij de netbeheerder de daadwerkelijke leeftijd van de kabel en of leiding kan aantonen.

Artikel 15 Beslistermijnen

  • 1.

    Het college neemt binnen acht weken na indiening van het verzoek tot vaststelling van nadeelcompensatie een besluit:

    • a.

      om het verzoek buiten behandeling te laten, indien deze is ingediend buiten de termijn genoemd in artikel 16 van deze regeling;

    • b.

      om het verzoek buiten behandeling te laten, indien deze naar het oordeel van het college niet of niet voldoende is onderbouwd en de netbeheerder in de gelegenheid is gesteld het verzuim te herstellen binnen vier weken nadat het verzuim kenbaar is gemaakt aan de netbeheerder;

    • c.

      om het verzoek geheel of gedeeltelijk toe te kennen;

    • d.

      om het verzoek af te wijzen;

  • 2.

    Het college kan deze termijn eenmalig met acht weken verlengen. Het college stelt de netbeheerder hiervan schriftelijk op de hoogte.

Artikel 16 Betaling

Indien het college heeft besloten om nadeelcompensatie toe te kennen dan dient na vaststelling van de definitieve hoogte van de nadeelcompensatie en na gereedkomen van de werkzaamheden de netbeheerder een factuur in ter hoogte van het bedrag aan nadeelcompensatie en vindt uitbetaling plaats binnen 60 dagen na ontvangst van de factuur door het college.

Artikel 17 Berekening kosten

  • 1.

    De hoogte van de kosten voor het verleggen van een kabel en of leiding worden bepaald op basis van de hierna volgende kostencomponenten.

  • 2.

    De totale kosten worden berekend op basis van de werkelijke verleggingkosten. Het gaat om de kostencomponenten van:

    • a.

      kosten van ontwerp en begeleiding;

    • b.

      kosten van uit- en inbedrijf stellen;

    • c.

      kosten van uitvoering;

    • d.

      kosten van materiaal.

Artikel 18 Ontwerp en begeleiding

Onder kosten van ontwerp en begeleiding worden verstaan de kosten van werkzaamheden voorafgaand aan en tijdens de uitvoering. Het gaat om kosten van:

  • a.

    overleg en correspondentie;

  • b.

    directievoering en toezicht houden;

  • c.

    detailengineering en daaruit voortvloeiende uitvoerende werkzaamheden;

  • d.

    verplichtingen vanuit wet- en regelgeving;

  • e.

    juridisch vrij maken van tracé;

  • f.

    kosten ten behoeve van aanbesteden werk.

Artikel 19 Uit- en inbedrijfstellen

Onder kosten van het uit- en inbedrijfstellen worden verstaan:

  • a.

    Kosten van het spannings- of productloos maken van de kabel en of leiding;

  • b.

    Kosten van het weer in bedrijf stellen van de kabel en of leiding;

  • c.

    Kosten samenhangend met tijdelijke voorzieningen van operationele aard.

Artikel 20 Uitvoeringskosten

Onder uitvoeringskosten worden verstaan:

  • a.

    kosten van civieltechnische, bouwkundige en installatietechnische werkzaamheden;

  • b.

    kosten samenhangend met het verwijderen van buiten bedrijf gestelde leidingen;

  • c.

    kosten van constructieve en bijzondere voorzieningen;

  • d.

    kosten van tijdelijke voorzieningen van fysieke aard;

  • e.

    kosten van benodigde vergunningen en leges.

Artikel 21 Materiaalkosten

Onder materiaalkosten worden verstaan de kosten van bedrijfseigen materialen die noodzakelijk zijn voor de instandhouding van de functie van de te verleggen kabel en of leiding en de daarvoor noodzakelijke beschermingsconstructies.

Artikel 22 Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van publicatie in het Gemeenteblad waarin zij wordt geplaatst.

Artikel 23 Hardheidsclausule

Indien in bijzondere omstandigheden gronden aanwezig zijn om te concluderen dat redelijkerwijs een groter of kleiner gedeelte van het schadebedrag ten laste van de netbeheerder moet blijven dan uit toepassing van deze regeling voortvloeit, kan het college hiervan gemotiveerd afwijken.

Artikel 24 Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Verlegregeling gemeente Veenendaal 2025.

Ondertekening

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van burgemeester en wethouders van 11 maart 2025

De gemeentesecretaris,

Sjoukje Deelstra

De burgemeester,

Gert-Jan Kats

Bijlage 1: Schadevergoedingsregime naar leeftijd.

Niet-vitale kabels en leidingen:

Jaar

Percentage

1

100%

2

100%

3

100%

4

100%

5

100%

6

80%

7

72%

8

64%

9

56%

10

48%

11

40%

12

32%

13

24%

14

16%

15

8%

16>

0%

Vitale kabels en leidingen:

Jaar

Percentage

Jaar

Percentage

1

100%

17

44,8%

2

100%

18

41,6%

3

100%

19

38,4%

4

100%

20

35,2%

5

100%

21

32%

6

80%

22

28,8%

7

76,8%

23

25,6%

8

73,6%

24

22,4%

9

70,4%

25

19,2%

10

67,2%

26

16%

11

64%

27

12,8%

12

60,8%

28

9,6%

13

57,6%

29

6,4%

14

54,4%

30

3,2%

15

51,2%

31>

0%

16

48%

 
 

Bijlage 2:Verwachte technische levensduur kabels en leidingen

Gasleidingen

 

Materiaal

Verwachte technische levensduur [jaar]

 

Transportleidingen (8, 4 en 1 bar)

 
 

Staal

> 100

 

Nodulair GIJ

> 100

 

PE 1 e en 2e generatie

70

 

PE 3e generatie

> 100

 

Distributieleidingen (100 en 30 mbar)

 
 

Asbestcement

70

 

Staal

80

 

Nodulair GIJ

> 100

 

Laminair GIJ

> 100

 

PE 1 e en 2e generatie

70

 

PE 3e generatie

> 100

 

Slv PVC

> 100

 

HPVC

70

 

Electriciteitskabels

 

Materiaal

Verwachte technische levensduur [jaar]

 

Hoogspanningsmasten

 
 

Stalen masten

> 100

 

Transportkabels (>30 kV)

 
 

Oliedruk kabel < 1970

55

 

Oliedruk kabel >1970

70

 

Gasdrukpijpkabel

70

 

Gepantserd papier lood kabel (GPLK)

60

 

(XL)PE kabel, gegrafiteerd, niet waterdicht of voorzien van waterboombestendige isolatie

20

 

(XL)PE kabel, niet gegrafiteerd, niet waterdicht of voorzien van waterboombestendige isolatie

40

 

(XL)PE kabel, waterdicht of voorzien van waterboombestendige isolatie

70

 

Distributiekabel middenspanning (tot 30 kV)

 
 

Gepantserd papier lood kabel (GPLK)

60

 

(XL)PE kabel, gegrafiteerd, niet waterdicht of voorzien van waterboombestendige isolatie

20

 

(XL)PE kabel, niet gegrafiteerd, niet waterdicht of voorzien van waterboombestendige isolatie

40

 

(XL)PE kabel, waterdicht of voorzien van waterboombestendige isolatie

70

 

Distributiekabels laagspanning (0,4 kV)

 
 

GPLK

100

 

PVC

100

 

Aardgas. K1, K2 EN K3 transportleidingen (> 8 bar)

Materiaal

Diameter-[mm]

Verwachte technische levensduur (jaar)

Staal

> 100

> 100

 
 
 

Waterleidingen

Materiaal

Diameterrange [mm]

Verwachte technische levensduur (jaar)

Transportleidingen

 
 

Staal

> 300

> 100

Beton

> 300

> 100

Asbestcement

> 300

70

Nodulair GIJ

> 300

> 100

Laminair GIJ

> 300

> 100

PVC vóór 1975

> 315

40

PVC van en na 1975

> 315

70

PE

> 300

70

GVK

> 300

> 100

Distributieleidingen

 
 

Asbestcement

50–300

70

Nodulair GIJ

80–300

> 100

Laminair GIJ

80–300

80

PVC vóór 1975

32–315

40

PVC van en na 1975

32–315

70

PE

60–300

70

Staal

60–300

80

Aansluitleidingen

 
 

Kleinere leidingen (tot 50 mm) niet relevant, grotere conform de distributieleidingen.

 
 

Toelichting

Inleiding

In de Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuren Gemeente Veenendaal 2024 (hierna ook te noemen: AVOI Veenendaal 2024) wordt in artikel 13 het recht van de netbeheerder op een redelijke en billijke vergoeding in geval van gedwongen verlegging geregeld, Deze verlegregeling is een nadere uitwerking van dit artikel en moet worden beschouwd als beleidsregel.

Voor het leggen van kabels en leidingen in openbare gemeentelijke gronden is gekozen voor een gemeentelijke verordening. De verlegregeling is een invulling van de nadeelcompensatie in geval van verleggingen die op grond van de AVOI Veenendaal 2024 door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Veenendaal (hierna te noemen: “college”) zijn opgedragen.

Artikel 3 Algemeen

Als het college het besluit neemt om een vergunning in te trekken in verband met het voornemen tot uitvoering van een werk, en dit leidt voor de belanghebbende tot schade die redelijkerwijs niet of niet geheel tot het normale bedrijfsrisico mag worden gerekend, dan kan de belanghebbende op basis van eerste lid om nadeelcompensatie verzoeken. Op basis van deze regeling wordt bepaald of een financiële tegemoetkoming wordt verleend en hoe hoog het bedrag is dat dan wordt uitgekeerd. Het tweede lid legt de basis voor de berekening van de omvang van de financiële tegemoetkoming.

Het schadebedrag dient inzichtelijk te worden gemaakt aan de hand van de verschillende

kostenposten.

Artikel 4. Nadeelcompensatie

Bij het vaststellen van de hoogte van compensatie moet een bestuursorgaan o.a. rekening houden met de duur van de ligging, de voorzienbaarheid van een verlegging en de kosten die bij de verlegging komen kijken. Tegelijkertijd hebben bestuursorganen veel vrijheid om afwegingscriteria vast te stellen waarmee zij invulling geven aan begrippen als 'voorzienbaarheid' als maatstaf van maatschappelijk risico (en daarmee welk gedeelte van de schade als onevenredig kan worden beschouwd).

Het college heeft als standaard gekozen voor een vergoedingstermijn van 15 jaar met een gestaffelde afbouw van de vergoeding naarmate de liggingsduur langer is. De reden hiervoor is dat het (maatschappelijk) risico op verlegging van kabels en leidingen groter wordt naarmate de liggingsduur langer is.

Schematisch weergegeven ziet dat er als volgt uit:

afbeelding binnen de regeling

Artikel 5 Niet openbare grond

Nadeelcompensatieregeling ingeval de leiding van belanghebbende niet ligt in openbare ruimte.

We onderscheiden de situaties dat sprake is van ligging van een leiding in grond die in eigendom is van belanghebbende zelf, de leiding met een zakelijk recht ligt en of een recht krachtens de Belemmeringenwet Privaatrecht (hierna ook te noemen: “BP”) rust op de leiding enerzijds en overige rechtsposities anderzijds.

Ingevolge de regels van het onteigeningsrecht kan aanspraak worden gemaakt op volledige schadeloosstelling in geval een leiding ligt in grond die in eigendom is van de netbeheerder, ingeval er een zakelijk recht rust op deze leiding of een BP-gedoogplicht bestaat.

Een aftrek nieuw voor oud vindt plaats op basis van een contante waardeberekening waarbij wordt uitgegaan van de technische levensduur van de betreffende kabel of leiding. Indien delen van een zelfstandige eenheid vervangen moeten worden, wordt voor de berekening uitgegaan van de integrale kosten van de vervanging van de gehele zelfstandige eenheid onder toerekening van een evenredig deel van de kosten aan het te vervangen onderdeel.

De technische levensduur van een aantal soorten kabels of leidingen wordt bepaald aan de hand van het overzicht dat als Bijlage 2 is opgenomen. De technische levensduur van soorten kabels of leidingen die niet in dit overzicht zijn opgenomen wordt naar redelijkheid bepaald.

Artikel 6 Zakelijk recht in gemeentegrond

Indien een kabel of leiding in gemeentegrond is aangelegd op basis van een zakelijk recht of een gedoogplicht dan bedraagt de nadeelcompensatie in beginsel 100% van de verleggingskosten. Wanneer blijkt dat voor de aanleg van de betrokken kabel of leiding ook een vergunning is afgegeven, dan vindt in principe afrekening plaats conform artikel 5, tenzij deze vergunning is afgegeven op een datum ná het vestigen van het zakelijk recht óf in het geval dat het zakelijk recht afhankelijk is van de vergunning. In dat geval wordt afgerekend conform artikel 4.

Afhankelijke rechten zijn zakelijke rechten die het recht volgen waaraan zij verbonden zijn, dit betekent dat wanneer de vergunning wordt opgezegd (tenietgaat) ook het zakelijk recht tenietgaat.

Artikel 8 Werken in vervuilde grond

Meerkosten voor werkzaamheden die als gevolg van de aanwijzing (VTA) noodzakelijkerwijs moeten worden uitgevoerd in milieukundig verontreinigde grond kunnen voor nadeelcompensatie in aanmerking komen, ongeacht de levensduur van de leiding. De noodzaak van bovengenoemde werkzaamheden dient hiervoor door zowel het college als de netbeheerder te zijn aangenomen.

De kosten van het werken in vervuilde grond en de hoogte van de nadeelcompensatie zullen, indien mogelijk, vooraf worden vastgesteld en vastgelegd.

Er kunnen zich situaties voordoen waarbij niet vooraf duidelijk was dat er gewerkt moest worden in vervuilde grond. Ook in dat geval zal de noodzaak van deze werkzaamheden door zowel het college als de netbeheerder moeten zijn aangenomen. Ook zullen de kosten van het werk en de hoogte van de nadeelcompensatie dan moeten worden vastgelegd en overeengekomen.

Artikel 9 Geen vergoeding

Als een vergunning verleend wordt aan een netbeheerder voor het leggen van een leiding op een locatie waarvan de gemeente redelijkerwijs weet dat de leiding binnen 5 jaren verlegd zal moeten worden als gevolg van de uitvoering van haar werken en in de vergunning daartoe een bepaling is opgenomen, dan zal geen nadeelcompensatie worden gegeven. Wanneer de aanwijzing ná deze 5 jaren wordt gegeven, dan zal het vergoedingsregime van artikel 4 in werking treden.

Artikel 10 Tijdelijke verlegging

Dit artikel is van toepassing wanneer er meerdere (tijdelijke) verleggingen noodzakelijk zijn voor het succesvol voltooien van de werkzaamheden die naar aanleiding van de VTA worden uitgevoerd.

Artikel 11 bundeling werkzaamheden

In geval van bundeling van werkzaamheden van verschillende netbeheerders moeten de kosten worden verdeeld over de netbeheerders. De projectkosten worden verdeeld in direct aan de netbeheerders toe te delen kosten en gezamenlijke kosten. De direct toe te delen kosten zijn kosten van in en uit bedrijf stellen en materiaalkosten exclusief de extra materialen die nodig zijn voor de gezamenlijke kruising. De gezamenlijke kosten zijn de uitvoeringskosten, ontwerp en begeleiding en de extra materialen die nodig zijn om gezamenlijk te kruisen.

De verdeelsleutel voor de gezamenlijke kosten wordt bepaald op basis van de afzonderlijke fictieve kosten van uitvoering en ontwerp en begeleiding die zouden moeten worden gemaakt als elke netbeheerder afzonderlijk zou kruisen.

Artikel 12 Aankondiging werkzaamheden

Het college neemt op basis van artikel 10 sub f en g, artikel 21 sub f en g, artikel 32 sub f en g j° artikel 16 van de AVOI het besluit tot het geven van een aanwijzing in de vorm van een VTA (Verzoek tot Aanpassing) voor het verleggen van kabels en of leidingen in verband met de uitvoer van gemeentewerken. Het aanwijzingsbesluit richt zich op de noodzaak tot verleggen en het tijdstip waarop dit gerealiseerd moet zijn alsmede het intrekken van de vergunning. Het besluit handelt uitdrukkelijk niet over ontstane schade en nadeelcompensatie.

Het college informeert de netbeheerder schriftelijk van dit besluit door middel van een VTA. Idealiter heeft voor het versturen van bovengenoemd schrijven vooroverleg plaatsgevonden met de netbeheerders en zijn de benodigde werkzaamheden en de consequenties voor betrokken kabels en leidingen besproken. In het vooroverleg is overeenstemming bereikt of niet.

De aanwijzing (VTA) is een besluit in de zin van de Algemene wet bestuursrecht waardoor er mogelijkheden zijn voor bezwaar en beroep.

Lid. 2 heeft betrekking op het belang van de netbeheerder om tijdens (reconstructie) werkzaamheden netaanpassingen uit te voeren. Het kan zijn dat de gemeentewerken een goede gelegenheid bieden voor de netbeheerder om investeringen te doen. Bijvoorbeeld het verwijderen van oude kabels of het vernieuwen of uitbreiden van het net.

Artikel 13 Overleg en afstemming

Bij de voorbereiding van gemeentewerken wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met wederzijdse belangen. Het college hecht belang aan samenwerking, adequate informatie-uitwisseling en goede communicatie met de netbeheerders. Het college zal daarom samenwerking en informatie-uitwisseling faciliteren door minimaal twee maal per jaar een centraal overleg te organiseren waarbij de bij het college bekende netbeheerders en andere betrokken partijen of belanghebbenden worden uitgenodigd.

In dit overleg worden de plannen van de gemeente en van de diverse netbeheerders en andere betrokken partijen of belanghebbenden besproken en eventueel afgestemd in het kader van de AVOI en de Verlegregeling.

Los van bovenstaande zal de gemeente voorafgaand aan de uitvoer van gemeentelijke werken de benodigde werkzaamheden en de consequenties voor betrokken kabels en leidingen bespreken met de netbeheerders. Tijdens dit vooroverleg is het doel om met de betrokken netbeheerders overeenstemming te bereiken over de noodzakelijke aanpassingen van het net.

Artikel 14 Aanvraag van nadeelcompensatie

Het verzoek moet in elk geval bevatten:

  • het aanwijzingsbesluit (VTA);

  • de administratieve gegevens zoals genoemd in artikel 15 lid 2; en

  • onderbouwing van de nadeelcompensatie op basis van artikel 18 t/m 22

De netbeheerder zal zelf de periode moeten aantonen van de ligging van de betreffende leiding op die locatie. In beginsel zal dit plaatsvinden op basis van een vergunning. In overleg met de gemeente kan dit aantonen op een andere wijze plaatsvinden ( zie artikel 15 lid 3) dan vastgelegd in artikel 15 lid 2.

Indien een vergunning ontbreekt wordt gerekend vanaf de datum waarop het leggen volgens de registratie van de netbeheerder is aangevangen. Indien niet kan worden aangetoond op welke datum vergunning is verleend casu quo op welke datum het leggen is aangevangen, wordt er van uit gegaan dat de betreffende leiding langer dan 15 jaren aanwezig is.

Artikel 15 Beslistermijn

De gemeente neemt binnen acht weken na indiening van het verzoek een besluit inhoudende één van de in dit artikel opgesomde mogelijkheden. Het verzoek om nadeelcompensatie wordt niet in behandeling genomen als deze meer dan 1 jaar nadat door het college een aanwijzing is gegeven aan de netbeheerder voor het verleggen van een leiding wordt ingediend. Het verzoek kan kennelijk ongegrond verklaard worden als de verlegging, verwijdering of aanpassing aan de leiding van belanghebbende niet door de gemeente wordt veroorzaakt. Het verzoek kan geheel of gedeeltelijk toegekend worden of geheel afgewezen worden.

Indien de aanvraag onvoldoende gegevens bevat voor een beoordeling van het verzoek om nadeelcompensatie of voor de vaststelling van het schadebedrag zal belanghebbende 4 weken de gelegenheid krijgen om aanvullende informatie te verstrekken. De termijn van 8 weken na indiening van het verzoek om nadeelcompensatie waarbinnen het college een besluit neemt wordt opgeschort met ingang van de dag waarop aanvullende informatie wordt gevraagd.

Het besluit tot vaststelling van de nadeelcompensatie is een besluit in de zin van de Algemene wet bestuursrecht waarvoor mogelijkheden van bezwaar en beroep bestaan.

De gemeente kan de termijn eenmalig met een redelijke termijn verlengen, met een maximum van acht weken. Dit zal schriftelijk aan de belanghebbende worden medegedeeld.

Artikel 16 Betaling

Is de nadeelcompensatie definitief vastgesteld dan dient de netbeheerder voor de betaling daarvan een factuur in te dienen.

Artikel 17 Berekening kosten

Bij de bepaling van de nadeelcompensatie is sprake van een berekening op basis van de werkelijke kosten. Dit zijn de kosten die dírect toegerekend kunnen worden aan de verlegging van de leiding. Leidingen worden beschouwd als niet verhandelbare objecten en hebben geen economische waarde in die zin. Tot slot is hierbij van belang dat de verlegging gerealiseerd moet worden op basis van een technisch adequaat alternatief tegen de maatschappelijk laagste kosten ten opzichte van de meest voor de hand liggende variant. De netbeheerder en de gemeente ondervinden geen nadeel van de gekozen oplossing.

De meest voor de hand liggende variant is een verlegging van de leiding ter plaatse van de probleemlocatie. Denkbaar is echter, dat één van de partijen gebaat is bij een andere oplossing. Dit is bijvoorbeeld het geval indien de situatie ter plaatse van het uit te voeren werk zo ingewikkeld is, dat de netbeheerder er de voorkeur aan geeft - ook uit een oogpunt van efficiënt beheer - de leidingen gedeeltelijk te verplaatsen dan wel andere maatregelen te treffen buiten de grenzen van het uit te voeren werk. In principe dient te worden gekozen voor dit laatst genoemde, meest aantrekkelijke alternatief, tenzij de andere partij ten gevolge daarvan in een slechtere positie komt te verkeren dan het geval zou zijn geweest bij verlegging ter plaatse van de probleemlocatie. Partijen kunnen dan nadere afspraken maken over de schadeverdeling. Dit kan bijvoorbeeld het geval zijn indien een leiding over een grotere lengte wordt verlegd dan bij een oplossing op de probleemlocatie. Voor de netbeheerder kan dit dus nadeliger uitpakken.

Als bij een verlegging de netbeheerder de gelegenheid benut om bijvoorbeeld de capaciteit te laten toenemen of andere kwantificeerbare voordelen heeft komen de kosten ervan niet in aanmerking voor vergoeding.

Artikel 18 Ontwerp en begeleiding

Bij de post ontwerp en begeleiding betekent dit dat de netbeheerder het aantal uren en de tarieven moet overleggen die direct betrekking hebben op de werkzaamheden ten aanzien van het verleggen van de leidingen.

De netbeheerder mag in principe pas kosten declareren vanaf het moment dat het aanwijzingsbesluit (VTA) is genomen en hiervan schriftelijk op de hoogte is gesteld. In de praktijk houdt dit in dat de eerste paar afstemmings-overleggen niet kunnen worden gedeclareerd in verband met de maatschappelijke afstemmingsplicht.

Artikel 19 Uit en in bedrijf stellen

Tijdelijke voorzieningen van operationele aard zijn voorzieningen die benodigd zijn om de levering tijdens de uitvoering van een verlegging te waarborgen.

Voorbeelden zijn extra kosten van personele aard ten behoeve van bedrijfsvoering en hulpmiddelen zoals watertanks, gasflessen en noodaggregaten.

Artikel 20 Uitvoeringskosten

Kosten van civieltechnische, bouwkundige en installatietechnische werkzaamheden zijn bijvoorbeeld werkputten en ondersteuningen. Alle tijdelijke voorzieningen van fysieke aard die nodig zijn tijdens de bouw vallen onder de uitvoeringskosten.

Onder tijdelijke voorzieningen van fysieke aard worden alle tijdelijke fysieke leidingverbindingen verstaan die de netbeheerder moet aanleggen en later buiten bedrijf moet stellen. Deze kosten houden nauw verband met de noodzakelijke continuïteit van het bedrijfsproces van de betrokken netbeheerder. De betreffende voorzieningen worden opgeheven zodra de definitieve verlegging is gerealiseerd.

De kosten die de aannemer moet maken om de leiding uit de grond te halen vallen onder uitvoeringskosten. Ook het opslaan in hanteerbare stukken en het transport op de bouwlocatie zijn uitvoeringskosten. De kosten samenhangend met de uitvoering van het verwijderen van verlaten leidingen vallen eveneens onder uitvoeringskosten.

De kosten voor de afvoer van vrijgekomen materialen naar een tijdelijk werkterrein behoren tot de uitvoeringskosten.

Artikel 21 Materiaalkosten

Onder materiaalkosten worden in elk geval verstaan kosten van leidingcomponenten, kosten van elektrotechnische, werktuigbouwkundige en civieltechnische materialen, kosten van bouwmaterialen, alsmede kosten van bouwmaterialen bestemd voor gebouwen waarin delen van leidingsystemen worden ondergebracht.

Transportkosten en stortkosten van vrijgekomen leidingen vanaf de bouwlocatie naar de stort of verwerkingslocatie behoren tot de materiaalkosten (behalve de stortkosten ingeval de leiding asbesthoudende stoffen bevat. Hierbij is in aanmerking genomen dat deze kosten bij vervanging van de leiding op eigen initiatief ook ten laste komen van netbeheerder).

De materiaalkosten van constructieve en of bijzondere voorzieningen die worden veroorzaakt door eisen van derden (en niet door de gemeente) vallen onder de materiaalkosten.

N.B. De materiaalkosten van constructieve en of bijzondere voorzieningen die worden veroorzaakt door eisen van de gemeente vallen onder de uitvoeringskosten.