Beleidsregels voor de toepassing van spuitzones

Geldend van 19-03-2025 t/m heden

Intitulé

Beleidsregels voor de toepassing van spuitzones

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Leudal

Gelet op het bepaalde in artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht

Overwegende dat

  • 1.

    de Afdeling bestuursrechtspraak Raad van State (AbRvS) vindt dat er afstand moet zijn tussen gevoelige functies en de agrarische gronden waar gewasbeschermingsmiddelen worden gebruikt. Een afstand van 50 meter tussen deze gevoelige functies (hierbij dient de grens van het bestemmingsplan met de bestemming Wonen te worden aangehouden) en agrarische bedrijvigheid is volgens de Afdeling bestuursrechtspraak Raad van State (AbRvS) ‘niet onredelijk’. In de praktijk blijkt deze afstand echter problematisch. Heel veel functies zijn, zeker vanuit bestaande situaties, op een kortere afstand van 50 meter toegestaan.

  • 2.

    de AbRvS aangeeft dat de spuitzone kan worden verkleind op grond van een deugdelijke motivering en op basis van locatie-specifiek onderzoek. Maar een aanvaard wetenschappelijk model om een verkleining van de spuitzone te onderbouwen, is er momenteel nog niet.

  • 3.

    bij een nieuwe ontwikkeling in een bestaande situatie de initiatiefnemer zélf met de agrariër tot een oplossing moet komen. Dit houdt in dat de agrariër instemt met een spuitzone van 50 meter en er eventueel nadeelcompensatie moet worden betaald. Anders wordt de aanvraag geweigerd.

  • 4.

    er in iedere situatie waarbij wordt afgeweken van het bestemmingsplan door de verlening van een BOPA dient te worden getoetst aan een evenwichtige toedeling van functies aan locaties (EFTAL). Het voldoen aan de afstand van 50 meter van een gevoelige functie tot agrarische bedrijvigheid maakt hier onderdeel van uit.

  • 5.

    hierdoor een rem ligt op nieuwe ontwikkelingen met name in het buitengebied en ontstaan er knelpunten. Om toch mogelijkheden te scheppen in die gevallen waarvan we vinden dat het echt noodzakelijk is om wel mee te werken, is het gewenst een beleidsregel ter zake van medewerking aan ontwikkelingen op te stellen.

Besluit

vast te stellen de beleidsregels voor de toepassing van spuitzones

Artikel 1

Bij de activiteiten genoemd in kolom 1 kan, voor het aspect spuitzones, medewerking worden verleend als aan de voorwaarden in kolom 2 wordt voldaan.

ACTIVITEIT

MEDEWERKING ONDER DE VOLGENDE VOORWAARDEN

Zeer gevoelige functies:

 

1. Zeer gevoelige functies:

- kinderopvang

- basisscholen

- zorginstellingen

1. Er moet een spuitzone van 50 meter worden aangehouden.

Gevoelige functies:

 

2. Sloop en herbouw woning op een andere plek

1. Verbetering van isolatie van de gehele woning.

2. Aan de zijde van de spuitzone, of de zijde waar de spuitzone dichterbij komt, moet een groenblijvende haag van ten minste 2 meter worden gerealiseerd.

3. Woningsplitsing

1. Een locatie specifiek onderzoek waaruit blijkt dat een spuitvrije zone van 50m of minder aanvaardbaar is.

2. Eventuele verplichte maatregelen die uit het locatie specifieke onderzoek naar voren komen, moeten worden uitgevoerd en worden als voorschrift in de omgevingsvergunning opgenomen.

3. Als uit het locatie specifieke onderzoek blijkt dat een spuitvrije zone moet worden opgenomen, dan dient de initiatiefnemer zelf in gesprek te gaan met de aangrenzende agrariër. Geen overeenstemming met de agrariër betekent geen medewerking van de gemeente.

4. Eventuele nadeelcompensatie voor de agrariër moet door de initiatiefnemer worden voldaan.

5. Bij een locatie specifiek onderzoek met een negatief advies wordt door de gemeente niet meegewerkt

4a. Uitbreiding van een bestaande woning tot 40m2

4b.Uitbreiding van een bestaande woning vanaf 40m2

1. Aan de zijde van de spuitzone, of de zijde waar de spuitzone dichterbij komt, moet een groenblijvende haag van ten minste 2 meter worden gerealiseerd.

1. Een locatie specifiek onderzoek waaruit blijkt dat een spuitvrije zone van 50m of minder aanvaardbaar is.

2. Eventuele verplichte maatregelen die uit het locatie specifieke onderzoek naar voren komen, moeten worden uitgevoerd en worden als voorschrift in de omgevingsvergunning opgenomen.

3. Als uit het locatie specifieke onderzoek blijkt dat een spuitvrije zone moet worden opgenomen, dan dient de initiatiefnemer zelf in gesprek te gaan met de aangrenzende agrariër. Geen overeenstemming met de agrariër betekent geen medewerking van de gemeente.

4. Eventuele nadeelcompensatie voor de agrariër moet door de initiatiefnemer worden voldaan. 5. Bij een locatie specifiek onderzoek met een negatief advies wordt door de gemeente niet meegewerkt.

5. Stoppende agrarische bedrijven

1. Er dient een afstand van 50 meter te zijn tussen de gevoelige bestemming en de aangrenzende agrarische gronden.

2. Is dit niet mogelijk dat dient een locatie specifiek onderzoek te worden uitgevoerd waarin wordt gemotiveerd dat een kortere afstand mogelijk is.

3. Eventuele verplichte maatregelen die uit het locatie specifieke onderzoek naar voren komen, moeten worden uitgevoerd en worden als voorschrift in de omgevingsvergunning opgenomen.

4. Als uit het locatie specifieke onderzoek blijkt dat een spuitvrije zone moet worden opgenomen, dan dient de initiatiefnemer zelf in gesprek te gaan met de aangrenzende agrariër. Geen overeenstemming met de agrariër betekent geen medewerking van de gemeente.

5. Eventuele nadeelcompensatie voor de agrariër moet door de initiatiefnemer worden voldaan. 6. Bij een locatie specifiek onderzoek met een negatief advies wordt door de gemeente niet meegewerkt.

6. Huisvesting arbeidsmigranten in burgerwoning

1. Er dient een afstand van 50 meter te zijn tussen de gevoelige bestemming en de aangrenzende agrarische gronden.

2. Is dit niet mogelijk dat dient een locatie specifiek onderzoek te worden uitgevoerd waarin wordt gemotiveerd dat een kortere afstand mogelijk is.

3. Eventuele verplichte maatregelen die uit het locatie specifieke onderzoek naar voren komen, moeten worden uitgevoerd en worden als voorschrift in de omgevingsvergunning opgenomen.

4. Als uit het locatie specifieke onderzoek blijkt dat een spuitvrije zone moet worden opgenomen, dan dient de initiatiefnemer zelf in gesprek te gaan met de aangrenzende agrariër. Geen overeenstemming met de agrariër betekent geen medewerking van de gemeente.

5. Eventuele nadeelcompensatie voor de agrariër moet door de initiatiefnemer worden voldaan. 6. Bij een locatie specifiek onderzoek met een negatief advies wordt door de gemeente niet meegewerkt.

7. Aanvraag omgevingsvergunning appartementen

1. Er dient een locatie specifiek onderzoek te worden uitgevoerd waarin wordt gemotiveerd dat een kortere afstand dan 50 meter mogelijk is.

3. Eventuele verplichte maatregelen die uit het locatie specifieke onderzoek naar voren komen, moeten worden uitgevoerd en worden als voorschrift in de omgevingsvergunning opgenomen.

4. Als uit het locatie specifieke onderzoek blijkt dat een spuitvrije zone moet worden opgenomen, dan dient de initiatiefnemer zelf in gesprek te gaan met de aangrenzende agrariër. Geen overeenstemming met de agrariër betekent geen medewerking van de gemeente.

5. Eventuele nadeelcompensatie voor de agrariër moet door de initiatiefnemer worden voldaan. 6. Bij een locatie specifiek onderzoek met een negatief advies wordt door de gemeente niet meegewerkt.

8.Recreatieve ontwikkelingen

1. Er dient een afstand van 50 meter te zijn tussen de gevoelige bestemming en de aangrenzende agrarische gronden.

2. Is dit niet mogelijk dat dient een locatie specifiek onderzoek te worden uitgevoerd waarin wordt gemotiveerd dat een kortere afstand mogelijk is.

3. Eventuele verplichte maatregelen die uit het locatie specifieke onderzoek naar voren komen, moeten worden uitgevoerd en worden als voorschrift in de omgevingsvergunning opgenomen.

4. Als uit het locatie specifieke onderzoek blijkt dat een spuitvrije zone moet worden opgenomen, dan dient de initiatiefnemer zelf in gesprek te gaan met de aangrenzende agrariër. Geen overeenstemming met de agrariër betekent geen medewerking van de gemeente.

5. Eventuele nadeelcompensatie voor de agrariër moet door de initiatiefnemer worden voldaan. 6. Bij een locatie specifiek onderzoek met een negatief advies wordt door de gemeente niet meegewerkt.

9. Mantelzorgwoningen met vergunningplicht op grond van het omgevingsplan

1. Er dient een afstand van 50 meter te zijn tussen de gevoelige bestemming en de aangrenzende agrarische gronden.

Artikel 2

Deze beleidsregel treedt in werking de dag na bekendmaking.

Ondertekening

Heythuysen, 11 maart 2025

Burgemeester en wethouders van Leudal,,

De gemeentesecretaris, De burgemeester,

[mr. drs. J.J.Th.L. Geraedts D.H. Schmalschläger