Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR736817
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR736817/1
Kader Lokaal Preventief Jeugdbeleid 2025-2028 Gemeente Weststellingwerf
Geldend van 19-03-2025 t/m heden
Intitulé
Kader Lokaal Preventief Jeugdbeleid 2025-2028 Gemeente Weststellingwerf1. Inleiding preventief jeugdbeleid
Aanleiding
De gemeente is volgens de Jeugdwet verantwoordelijk voor alle hulp aan jongeren. Ook moet de gemeente ervoor zorgen dat problemen bij jongeren worden voorkomen. Dit heet preventie. Het idee hierachter is dat problemen beter kunnen worden opgemerkt als de hulp dicht bij huis is. In Weststellingwerf wordt al veel gedaan om problemen te voorkomen. We zien dit niet als iets los, maar als een belangrijk deel van de hulp aan jongeren. Daarbij kijken we ook naar de omgeving van de jongere, zoals het gezin. Door goed samen te werken en alles op elkaar af te stemmen, kunnen we jongeren beter helpen in hun dagelijks leven.
Inzetten op preventief aanbod
De overgang naar preventief jeugdbeleid kost tijd. Om minder gebruik te maken van geïndiceerde jeugdhulp (jeugdhulp die alleen wordt gegeven als een deskundige heeft vastgesteld dat de hulp nodig is) zetten we vanuit dit kader in op preventief aanbod. De resultaten van deze inzet zijn niet meteen zichtbaar omdat de omslag naar meer preventief aanbod, een andere aanpak, bekendheid krijgen en het vinden van een passende werkwijze tijd kost. We blijven evalueren, bijstellen en nieuwe doelen stellen.
Goed alternatief voor dure specialistische hulp
Gezien de politieke en daardoor volgende financiële ontwikkelingen en gevolgen, is het nu juist de tijd om te investeren in het preventieve aanbod. Een aanbod dat laagdrempelig en door en voor iedereen beschikbaar is. Nu lijkt het misschien een investering die geld kost omdat er een aanbod gecreëerd moet worden, toch is dit een heel goed alternatief voor de dure specialistische jeugdhulp.
Kader preventief jeugdbeleid
Dit kader schetst hoe we in onze gemeente op het terrein van jeugd de samenhang zien tussen de onderwerpen preventief jeugdbeleid, voorliggend veld, complementaire ondersteuning en jeugdhulp. Want: het lijkt zo vanzelfsprekend om in te zetten op het voorkomen van problemen bij kinderen. Maar voor gemeenten is het nog steeds zoeken welk aandeel je daarin als lokale overheid in kunt hebben en hoe je dat het beste kunt doen.
Richting voor onze inzet in het voorliggend veld
Het geeft richting aan onze inzet in het voorliggend veld (preventief ondersteunen in individueel en groepsverband) en het vormgeven van een hechtere samenwerking hierin met belangrijke partners als jongerenwerkers, scholen, jeugdgezondheidszorg, peuteropvang, gebiedsteam, met de schoolmaatschappelijk werkers en de praktijkondersteuners ggz-jeugd en alle mogelijke andere jeugdprofessionals. Naast dit kader is er een herziene versie (2025) van de verordening en de beleidsregels.
Samenhang kader met jeugdbeleid
Dit kader biedt de basis voor het lokale jeugdbeleid van de komende jaren. Rondom de jeugdhulp wordt door Weststellingwerf nauw samengewerkt met de andere 17 Friese gemeenten. De samenwerking is bedoeld om zo effectief mogelijk zorg in te kopen en toegankelijk te maken voor de inwoners. Dit sluit aan op een van de doelstellingen van de decentralisatie en dat is om de jeugdhulp effectiever, dichterbij en meer op maat te organiseren. We sluiten aan bij ontwikkelingen vanuit de Hervormingsagenda, Toekomstscenario en de Fryske Regiovisie Jeugdhulp.
2. Visie en uitgangspunten preventief jeugdbeleid
Onze visie en uitgangspunten voor het preventieve jeugdbeleid staan hieronder beschreven. Onze visie sluit aan op de pedagogische visie die door alle Friese gemeenten is onderschreven:
Pedagogische visie van de Friese gemeenten:
‘Doen wat nodig is, laten waar het kan’
Bovenstaande visie is de basis van waaruit een afweging voor inzet van jeugdhulp wordt gemaakt. De visie is opgenomen in het document van SDF (Sociaal Domein Fryslân): “Als professional bijdragen aan opvoeden en opgroeien in Friesland - Sa doch ik dat”. Dit document is richtinggevend voor de professionele betrokkenheid van de gemeente bij kinderen en jeugdigen en het kader waarbinnen wordt gehandeld.
Hoe kinderen worden opgevoed, bepalen in de eerste plaats de ouders. Dat betekent, dat de gemeente van medewerkers van het gebiedsteam terughoudendheid verlangt, en stimuleert dat jeugdprofessionals elkaar daarop aanspreken. Zij doen niet meer dan nodig is. Als de ouder in staat is om zelf ondersteuning te bieden, hiervoor beschikbaar is en dit niet leidt tot overbelasting of financiële problemen, is geen aanvullende ondersteuning vanuit de Jeugdwet nodig.
Onze visie op preventief jeugdbeleid
Met al onze inspanningen op het terrein van jeugd en gezin willen we dit bereiken:
‘Dat onze jeugd veilig, gezond
en met perspectief
opgroeit tot evenwichtige en zelfredzame volwassenen.’
Om dit te bereiken gebruiken we de volgende uitgangspunten:
- →
“Zolang het kan, proberen mensen zelf oplossingen te vinden binnen hun eigen mogelijkheden;
- →
Waar nodig krijgen ze hulp van familie, vrienden of bekenden;
- →
Als dat niet genoeg is, kunnen ze gebruik maken van algemene ondersteuning die voor iedereen toegankelijk is;
- →
Pas als dat ook niet werkt, wordt er gekeken naar speciale hulp die is afgestemd op de persoon."
Beleidsregels Hart voor de Jeugd
In onze beleidsregels Hart voor de Jeugd 2025 hebben we vastgelegd dat we het ondersteuningsaanbod voor jongeren en gezinnen effectiever en efficiënter willen organiseren. Deze uitgangspunten zijn voor dit kader ook gelijk gebleven:
- →
Ouders zorgen in eerste instantie zelf voor hun jeugd;
- →
Gepaste ondersteuning is vraaggericht, integraal en zo dichtbij waar mogelijk;
- →
Via preventie, toegang en een vangnet organiseert de gemeente gepaste ondersteuning om het beroep op dure, gespecialiseerde zorg te verminderen.
Uitgangspunt kader lokaal preventief jeugdbeleid
Dit kader geeft in hoofdlijnen weer wat er speelt in de gemeente Weststellingwerf. Door elk jaar, samen met de uitvoering, te bepalen waar we op gaan inzetten, sluiten we goed aan bij de behoefte van de inwoners en de signalen die er zijn. We blijven flexibel in ons aanbod en kunnen beter inspelen op wat er speelt. Signalen komen binnen via het gebiedsteam, regio-overleggen en provinciale speerpunten. Vanuit de Friese Regiovisie wordt er richting gegeven waar we lokaal uitvoer aan gaan geven. Ook als de Regiovisie in 2025 wordt afgerond, kunnen we blijven werken vanuit de uitgangspunten die hierin centraal staan.
Wat valt er onder preventie?
Het preventief jeugdbeleid heeft als doel om (verergering van) problemen te voorkomen door zo snel als mogelijk te handelen zodra er signalen zichtbaar zijn. Het preventieve beeld is een samenhangend geheel van onderdelen en houdt rekening met risicofactoren.
Onder preventie valt:
- 1.
Wegnemen van belemmeringen in opvoeden en opgroeien;
- 2.
Het bieden van kansen aan jeugdigen om zich te ontwikkelen tot actieve en zelfredzame volwassenen die (op eigen kracht) participeren in de maatschappij;
- 3.
Het bieden van een omgeving die voorkomt dat er problemen ontstaan.
3. Wat blijven we doen aan preventieve jeugdhulp: 2 speerpunten
Onze inzet aan preventieve jeugdhulp is onder te verdelen in twee speerpunten:
- 1.
Ondersteuning vanuit het voorliggend veld;
- 2.
Opgroeien in een kansrijke omgeving.
Hieronder is per speerpunt uitgewerkt waar we op blijven inzetten in de periode 2025-2028.
SPEERPUNT 1: Ondersteuning vanuit het voorliggend veld.
Hoe ziet het voorliggend veld eruit?
Het voorliggende veld is het totaal aan algemene voorzieningen dat beschikbaar is in een gemeente. Dit zijn zowel basisvoorzieningen en preventieve voorzieningen. Het gaat om alle voorzieningen voor (hulp)vragen waar geen verwijzing voor nodig is. Uitzondering hierop is in onze gemeente de inzet van vaktherapie. Dit wordt vooralsnog ingezet met een verwijzing, maar zien we wel als onderdeel van het voorliggende veld. Door de in de wet genoemde verwijzers kan verwezen worden naar specialistische hulpverlening op het moment dat dit voor een kind nodig is.
Activiteiten en hulpaanbod organiseren
Door in het voorliggend veld aandacht te hebben voor activiteiten en hulpaanbod die vrij en voor iedereen toegankelijk zijn, komen er alternatieven voor specialistische jeugdhulp. Om kosten te besparen en het aantal kinderen en jongeren die gebruik maken van geïndiceerde specialistische jeugdhulp (SJH) te verminderen, moet er ook aanbod zijn wat dit mogelijk maakt. Je kunt immers niet zeggen dat je minder SJH-inzet wil, als er geen alternatief is.
Toegang tot jeugdhulp via ons gebiedsteam Gezond en Veilig opgroeien
Sinds de invoering van de Jeugdwet in 2015 hebben wij in de gemeente Weststellingwerf een gebiedsteam voor informatie, advies en toegang naar geïndiceerde zorg. Aan het gebiedsteam zijn bewust de functies toegevoegd van schoolmaatschappelijk werk, jongerenwerk (sinds 2018) en de praktijkondersteuner jeugd bij de huisartsen (sinds 2019). Ook het opbouwwerk valt sinds 2018 onder ons gebiedsteam. Bij het Team Gezond en Veilig opgroeien van het gebiedsteam werken vlechtwerkers met kennis en ervaring op het gebied van jeugd en de wetten die hierbij horen, zoals de Jeugdwet.
Aanbod gebiedsteam Gezond en Veilig opgroeien
Voorliggend (op geïndiceerde hulp) kan door ons gebiedsteam veel hulp ingezet worden. Zelf bieden we vanuit het gebiedsteam een verschillend aanbod aan en ook in samenwerking met ‘onze partners’ in het voorliggende veld. Naast het geven van informatie en advies, biedt het gebiedsteam het volgende (collectieve) aanbod aan:
- •
KIES (Kinderen In Een Scheiding).
Dit is gericht op het ondersteunen van kinderen om een scheiding te verwerken;
- •
Training weerbaarheid;
- •
Training Rots en Water.
Ook het aanbod van onze partners is voorliggend in te zetten: GGD/jeugdgezondheidszorg en Home-Start van Humanitas.
Bovendien wordt door het gebruik van de Verklarende Analyse (zie Hulpvraagbeleid pagina 13) en door zorgvuldig onderzoek te doen tijdens een aanvraag voor ondersteuning, stilgestaan bij normaliseren en eigen kracht. Dit onderzoek kost tijd, maar geeft een vollediger beeld van het kind/ jongere, zijn ouders/ opvoeders en het systeem (gezin) en hun sociale netwerk.
Inzet Team Gezond en Veilig Opgroeien
Door de inzet vanuit Team Gezond en Veilig Opgroeien is er meer aandacht voor de inzet van ouders en het gezinssysteem in plaats van alleen de inzet van hulp voor het kind of de jongere. Het bundelen van signalen of behoeften van kinderen die vanuit schoolmaatschappelijk werk (SMW) en Praktijkondersteuner jeugd (POH GGZ-jeugd) en de jongerenwerkers worden opgehaald kan zorgen voor meer aanbod in trainingen, zoals Rots en Water. Door collectief aanbod in plaats van individuele gesprekken wordt er gebruik gemaakt van de kracht van een groep. Hierin worden nog niet alle mogelijkheden benut. De samenwerking met de scholen is hierin cruciaal. Het is preventief aanbod dat kan voorkomen dat kinderen en jongeren in SJH terecht komen.
Samenwerking GGD en SMW
Ons uitgangspunt was en blijft een goede ketensamenwerking met onder andere het consultatiebureau (GGD), scholen en de huisartsen. Bijvoorbeeld door maandelijks een afstemmingsoverleg met de GGD bij te wonen en korte lijntjes met het onderwijs door de schoolmaatschappelijk werkers. Alle scholen hebben een vast aanspreekpunt en kunnen bij onze schoolmaatschappelijk werkers terecht. Bij drie scholen zijn er inloopmomenten door SMW in combinatie met de jeugdverpleegkundige en de pedagoog van de GGD. De inloopmomenten zijn uitgebreid omdat er meer vraag naar was vanuit het onderwijs. Op sommige scholen is er een inloopspreekuur voor ouders door alleen het SMW.
Integrale Vroeghulp (IVH)
Vanuit ons gebiedsteam zijn er drie vlechtwerkers die de taken van casemanager Integrale Vroeghulp (IVH) uitvoeren. Het team bestaat uit mensen van verschillende vakgebieden:
- o
Jeugdarts jeugdgezondheidszorg,
- o
Kinderarts ziekenhuis Tjongerschans
- o
Gedragswetenschapper Jeugdhulp Friesland;
- o
Klinisch linguïst Pento;
- o
Gedragswetenschapper Alliade;
- o
Consulenten jonge kind en onderwijs Comprix;
- o
Revalidatiearts Lyndensteijn Beetsterzwaag;
- o
Casemanagers IVH van de gemeenten Heerenveen, Weststellingwerf en Ooststellingwerf.
Binnen dit team worden kinderen besproken in de leeftijd van 0-7 jaar, die opvallen in hun ontwikkeling én waarbij nog niet bekend is of/ wat er mogelijk aan de hand is. De kinderen kunnen aangemeld worden door ouders zelf, jeugdarts jeugdgezondheidszorg, kinderopvang of consulent jonge kind en onderwijs.
Na een uitgebreide intake met ouders, gaat de casemanager in gesprek met het team en wordt er een advies afgegeven over de best passende vervolgstap voor dit kind en gezin. De casemanager gaat dit advies met ouders bespreken en blijft betrokken bij het gezin totdat het kind op de goede vervolgplek zit. De casemanager regelt deze zorg.
Het gaat om dezelfde principes die wij onderschrijven vanuit Friesland als het gaat om jeugdhulp; namelijk, zo dichtbij mogelijk, zo licht mogelijk en zo lang als nodig is.
Integrale Vroeghulp en Peuterplus
Integrale Vroeghulp heeft een belangrijke rol bij de toeleiding naar Peuterplus. Een VVE-peuteropvang met een plus. Vanuit de VVE (voor- en vroegschoolse educatie) is er extra aandacht voor taalontwikkeling. Deze peuters gaan vier dagdelen naar de peuterspeelzaal in plaats van twee, en zitten in een kleinere groep. Bij Peuterplus is deze groep nog kleiner, 8 kinderen maximaal. Hierdoor kunnen de kinderen die naast VVE, ook extra ondersteuning nodig hebben op gedrag, structuur en duidelijkheid, beter tot ontwikkeling komen. Zij hoeven hierdoor niet naar een behandelplek van Jeugdhulp Friesland of Alliade (zwaardere hulp en verder weg). De casemanager IVH gaat samen met ouders naar de intake, mocht hun kind voor Peuterplus in aanmerking komen. Ook zit de casemanager IVH in de werkgroep Peuterplus waarin regelmatig overleg is over aanmeldingen, geplaatste kinderen, werkwijze, uitstroom naar onderwijs of jeugdhulp, etc.
Complexe echtscheidingen
Bij het gebiedsteam komen vaak vragen binnen op het moment dat ouders gaan scheiden en het niet lukt om met elkaar goede afspraken te maken. De afgelopen jaren is onderzocht hoe het gebiedsteam op dat moment kan ondersteunen. Het is belangrijk om vooraf duidelijk te krijgen wat de werkwijze van het gebiedsteam in deze situaties is. Er is aandacht geweest voor ondersteuning/hulp bij complexe scheidingen door te investeren in de onderbouwing van (gewenste) inzet en rollen, fasen, toepassing escalatieladder en gebruik werkkaarten NJi (Nederlands Jeugdinstituut)
MDT en jongerenwerk
Sinds 2020 draait in Noordwolde de Talentenplek, deze zal verder gaan als Maatschappelijke Dienst Tijd (MDT) vanaf 2024. In 2023 is ook een MDT-plek gestart in Wolvega. Dit is voor jongeren tussen 13-27 jaar en gericht op talentontwikkeling en participatie (op sociaal gebied, richting school of werk). Binnen het MDT-traject staat het doel van de jongere centraal. Wat wil je leren, ontwikkelen of ontdekken, of waar wil je graag aan bijdragen? Om de jongere te ondersteunen bij het ontwikkelen of ontdekken van zijn talent worden er verschillende activiteiten georganiseerd op basis van behoeften.
Het jongerenwerk vanuit het team Sociale Basis van het gebiedsteam draagt bij aan de ontwikkeling van jongeren om hun eigen keuzes te maken. Het jongerenwerk werkt samen met jongeren aan het ontdekken van hun talenten, hoe ze deze in kunnen zetten en hiermee hun eigen kracht kunnen versterken. Jongeren zijn onderdeel van de samenleving, het jongerenwerk helpt jongeren daarin positie in te nemen.
Jongerenwerk helpt jongeren en brengt hen in contact met organisaties. Ze werken met groepen, maar letten ook op ieder persoon apart. Jongerenwerkers zijn zichtbaar en makkelijk aan te spreken. Ze zijn aanwezig op straat, op school, op sociale media en andere plekken waar jongeren komen. In de kern levert het jongerenwerk een bijdrage aan:
- •
Het aanleren van vaardigheden;
- •
De organisatie en totstandkoming van ontmoeting; en
- •
Sociale verdraagzaamheid en betrokkenheid.
Home-Start Humanitas
Home-Start is een vrijwillig opvoedondersteuningsaanbod vanuit Humanitas. De ondersteuning wordt geboden door vrijwilligers. Als vrijwilliger van Home-Start heb je zelf opvoedervaring. Gezinnen met opgroeiende kinderen komen voor deze ondersteuning in aanmerking. De vrijwilliger krijgt een gedegen scholing en geeft wekelijks opvoedingsondersteuning, tips, begeleiding en biedt een luisterend oor en vriendschappelijk contact. Home-Start biedt opvoedondersteuning aan gezinnen met opgroeiende kinderen in de leeftijd van 0 tot en met 6 jaar, vanaf 28 weken zwangerschap.
Binnen onze gemeente worden er elk jaar zo’n twintig gezinnen door getrainde vrijwilligers ondersteund. Voor de komende periode wordt er ook een groep gestart op 1 van de basisscholen in Wolvega. Dit is een groep voor ouders waar men ervaringen kan delen, van elkaar kan leren en waar af en toe een spreker aanwezig zal zijn. Op deze manieren draagt Home-Start bij aan het vergroten van het zelfvertrouwen van onzekere ouders.
SPEERPUNT 2: Opgroeien in een kansrijke omgeving (OKO)
Opgroeien in een Kansrijke Omgeving
Opgroeien in een Kansrijke Omgeving (OKO) is een preventieaanpak voor gemeenten. De aanpak richt zich van oorsprong op het voorkomen van gebruik van alcohol, drugs en tabak door jongeren door een leefomgeving te vormen waarin ze gelukkig en gezond kunnen opgroeien en leren omgaan met fysieke, emotionele en sociale uitdagingen in het leven. Het spreekt voor zich dat dit meerdere doelen dient; het gaat niet alleen om de preventie van middelengebruik. Het dient een breder doel, namelijk de lichamelijke en mentale gezondheid en de greep van jongeren op hun eigen leven en toekomst (weerbaarheid). Als jongeren zich goed voelen, is dat fijn voor henzelf, hun ouders en ook voor de samenleving. OKO zorgt ervoor dat Gezondheid, Sport, Onderwijs en Jeugd goed samenwerken.
Met OKO werkt iedereen in de gemeente samen aan het vormen van deze positieve leefomgeving voor jongeren op de volgende plekken: thuis (gezin), op school, in de vriendenkring (peergroep) en in de vrije tijd. Dit zijn de vier domeinen die in OKO centraal staan. OKO richt zich op jongeren van 10 tot 18 jaar.
In september 2024 is de aanpak OKO gestart voor, in ieder geval, een periode van vier jaren. De eerste resultaten zullen ook na die vier jaar pas zichtbaar zijn. Het gaat om gedragsverandering en verandering van inzichten bij ouders/ opvoeders en de samenleving. Deze veranderingen kosten tijd om door te voeren.
4. Waar gaan we op investeren aan preventieve jeugdhulp?
Hieronder is per speerpunt uitgewerkt waar we extra op gaan investeren aan preventieve jeugdhulp in de periode 2025-2028.
Speerpunt 1: Ondersteuning vanuit het voorliggend veld
Samenwerking voortgezet onderwijs en gemeente
Het afgelopen jaar is ingezet op de samenwerking tussen de voortgezet onderwijsscholen, procesregisseur, jongerenwerk en veiligheid. Signalen over jongeren zijn verzameld en gebundeld en hierdoor zijn er gesprekken met jongeren en hun ouders geweest over het gedrag dat ze lieten zien. Dit heeft tot gevolg gehad dat de groep waar deze jongeren deel van uit maakten, uit elkaar gevallen is. De overlast is op dit moment ook verminderd.
We willen deze samenwerking intensiveren en uitbreiden zodat er een toekomstbestendige aanpak komt. Jongeren en hun ouders weten dat er, zo nodig, samengewerkt wordt tussen gemeente, onderwijs en politie. Tijdens deze intensievere samenwerking kan er gebruik gemaakt worden van externe partijen met bepaalde specialismes, bijvoorbeeld VNN of Halt. Door hen gericht in te zetten, hoeven er geen lange trajecten afgenomen te worden en kan de kennis op het juiste moment ingevlogen worden. Hiervoor zal een convenant moeten worden afgesloten om de privacy en het gericht delen van persoonlijke informatie in de keten (onderwijs-gemeente-politie) te verantwoorden. De komende periode zal onderzocht worden welke mogelijkheden hiervoor beschikbaar zijn.
Daarnaast sluit het voortgezet onderwijs aan bij de werkgroep Onderwijs vanuit OKO. Hierdoor ontstaan er korte lijnen en kunnen er ook afspraken gemaakt worden met schoolbesturen/ directeuren van basisscholen over kinderen in groep 7/8. Dit is een groep die niet over het hoofd gezien mag worden omdat we nu al vaker signaleren dat deze kinderen ook in groepen zitten die soms verontrustend gedrag vertonen.
Speerpunt 1: Ondersteuning vanuit het voorliggend veld
Lichte pedagogische ondersteuning
Binnen de gemeente wordt er gewerkt met de richtlijnen van het NJi. ‘Samen met ouders en jeugdige beslissen over passende hulp voor jeugdhulp en jeugdbescherming’. Dat ouders de mogelijkheid hebben om een familiegroepsplan te maken, zal het komende jaar verder uitgewerkt worden. Er zal een format gemaakt worden zodat iedereen op dezelfde manier een plan kan maken.
Ook wordt er gewerkt met de Verklarende Analyse. Samen met de richtlijn en het familiegroepsplan zal er een goed onderbouwd ondersteuningsplan ontstaan, waar ook ruimte is voor erkenning en herkenning en normaliseren van problematiek. Doordat er een integraal plan gemaakt wordt met de hulpvrager (gezin en/ of jeugdige) wordt ook duidelijk of er een hulpaanbod gedaan kan worden vanuit een preventief aanbod binnen het voorliggend veld, wat er vanuit eigen kracht opgepakt kan worden en waarvoor er mogelijk een verwijzing naar specialistische jeugdhulp gedaan kan worden.
Zodra het gebiedsteam op volle sterkte is, kan er ook vanuit Team Gezond en Veilig Opgroeien vorm gegeven worden aan lichte ondersteuning. De ondersteuning zou je kunnen zien als laagdrempelige opvoedondersteuning. Naast dat er aandacht is voor de jeugdige/ jongere vanuit het schoolmaatschappelijk werk, jongerenwerk en de praktijkondersteuner GGZ-jeugd, zal er dan ook kennis en ruimte zijn voor de ondersteuning van ouders/ gezinnen.
Speerpunt 2: Opgroeien in een kansrijke omgeving
Verrijkte schooldag
Vanuit de Rijksoverheid wordt ingezet op bevordering van kansengelijkheid. Dit kunnen we doen met behulp van de verrijkte schooldag. Bij kansengelijkheid gaat het erom dat ieder kind zich moet kunnen ontplooien, en dat dat niet moet afhangen van zijn of haar thuissituatie of de omgeving waarin hij of zij opgroeit. Het versterken van die kansengelijkheid is een maatschappelijke uitdaging en vraagt daarom ook om een integrale aanpak. Om de mogelijkheden te stimuleren om kinderen buiten de reguliere onderwijstijd activiteiten aan te bieden, is het programma School en Omgeving gestart. Daarmee wordt ingezet op het versterken van verbindingen binnen de driehoek school-thuis-omgeving. Scholen, lokale partijen en gemeenten worden gestimuleerd om samen te werken en te zorgen voor een ondersteunende en stimulerende omgeving, zodat alle leerlingen hun vaardigheden en talenten in de volle breedte kunnen ontplooien. Dit zal binnen OKO (opgroeien in een Kansrijke Omgeving) verder vorm krijgen.
STORM
De signalen van het ervaren van mentale problemen bij de jongeren in onze gemeente zijn er. Onderwijs en gemeente erkennen deze signalen en gaan hier een passend aanbod voor inzetten, waar mogelijk binnen het onderwijs.
Door samenwerking met de GGD kunnen we bijvoorbeeld STORM aanbieden binnen de gemeente. Door de STORM-aanpak wordt vroegtijdig gesignaleerd wanneer jongeren zich somber, depressief voelen of suïcidale gedachten hebben. Met de Op Volle Kracht-training leren jongeren hoe ze daar mee om kunnen gaan en investeren we in een gezonde, mentale ontwikkeling van jongeren.
STORM staat voor Strong Teens and Resilient Minds. Jongeren leren dat zij zelf invloed hebben op hun (negatieve) gevoelens. Zij leren hun negatieve gedachten om te buigen naar positieve, wat hen helpt in hun ontwikkeling tot gezonde volwassenen. Om jongeren meer te leren over wat mentale gezondheid is, bieden we lessen hierover aan. We zijn hier met scholen over in gesprek. Scholen zien in de schoolmonitor van de GGD en bij hun leerlingen op school de signalen waaraan gewerkt kan worden vanuit STORM en zijn geïnteresseerd om deze aanpak te introduceren op hun school. Mogelijk dat dit in het schooljaar 2025-2026 kan starten, ook afhankelijk van financieringsmogelijkheden willen we dit het liefste voor meerdere jaren inzetten. Binnen de methodiek van OKO zou dit een structurele plek in het onderwijs kunnen krijgen.
5. Waarom zetten we in op preventieve jeugdhulp?
Door in te zetten op preventieve jeugdhulp worden gezinnen in hun eigen kracht gezet om te komen tot een oplossing voor de hulpvraag, het sociale netwerk van de gezinnen wordt actief ingezet. Zo voorkomen we onnodig gebruik van de jeugdzorg.
Eigen kracht
Eigen kracht bestaat uit een bepaalde mate van competentie, motivatie en een sociaal netwerk wat afhankelijk is van het sociaal, cultureel en economisch kapitaal van gezinnen. De inzet van eigen kracht draagt bij aan een oplossing voor een probleem. Het kan leiden tot het creëren van mogelijkheden en oplossingen. Dit vergroot onder andere de zelfredzaamheid, verantwoordelijkheid, zelfregulering, zelfregie en zelfreflectie van gezinnen. Vlechtwerkers van het team Gezond en Veilig Opgroeien helpen gezinnen om te bekijken op welke manier ze van hun eigen kracht gebruik kunnen maken.
Normaliseren
Vanuit het gedachtegoed van ‘It takes a village to raise a child ’ is het sociale netwerk van een kind of jeugdige bereid om de verantwoordelijkheid van het opgroeien van het kind te delen. Dit past ook heel goed in het gedachtengoed van Opgroeien in een Kansrijke Omgeving.
Het normaliseren van opvoedvragen zorgt voor een positieve benadering van de zelfredzaamheid van het gezin. Het uitspreken dat problemen bij het leven horen en het krijgen van steun binnen het eigen netwerk kan een positieve invloed hebben op het verloop van de ervaren problemen. Met normaliseren leren ouders om hulp te zoeken binnen het sociale netwerk, waardoor zij niet alleen staan bij het oplossen van het probleem. Het is daarom belangrijk om als professional samen met het gezin op zoek te gaan naar de juiste ondersteuning binnen het sociale netwerk. De gezinnen kunnen op deze ondersteuning terugvallen wanneer de situatie uit de hand dreigt te lopen. Normaliseren draagt bij om het onnodig gebruik van jeugdzorg te voorkomen.
Versterken voorliggend veld
Het ordeningsprincipe Kind in Fryslân dat ook beschreven staat in de beleidsregels ‘Hart voor de jeugd Weststellingwerf 2025’, is een instrument dat gebruikt wordt om te bepalen wat de aard van de problematiek is en welke vorm van ondersteuning noodzakelijk is.
Het ordeningsprincipe Kind in Fryslân
De opvoedingsvragen (kwadrant 1.) en de vragen die problemen dreigen te worden (kwadrant 2. Opvoedingsspanning) worden in eerste instantie opgepakt binnen het voorliggende veld. Dit betekent dat voor deze vragen in principe geen (specialistische), door SDF ingekochte, jeugdhulp wordt ingezet.
De ketenpartners binnen het voorliggend veld hebben een signalerende functie. Hun kennis, kunde en kwaliteit wordt gebruikt om preventief in te spelen op situaties. Niet alleen om kosten te besparen, maar juist gericht op het normaliseren, voorkomen van medicalisering en voorkomen van doorverwijzing naar geïndiceerde zorg.
Hulpvraagbeleid
Afgelopen jaren is via hulpvraagbeleid (zie bijlage 1) ingezet op de kwaliteit van de beoordeling en de betrokkenheid van ouders en jeugdige hierbij (‘matched care’), om samen te beslissen voor passende hulp. Hiervoor worden de richtlijnen van het NJi gebruikt. In 2025 krijgen de vlechtwerkers een training voor het gebruik van de verklarende analyse waardoor de hulpvraag van het gezin en de jongere nog beter uitgevraagd en in kaart gebracht kan worden.
Versterken en door ontwikkelen toegang tot jeugdhulp
Vlechtwerkers van Team Gezond en Veilig Opgroeien (Vlechtwerkers Jeugd) verwijzen voornamelijk door. Er is relatief weinig tijd/formatie voor eigen inzet door het gebiedsteam. Dit laatste is wel geformuleerd beleid. Het is nog steeds de intentie om ondersteuning te bieden vanuit het gebiedsteam. Schoolmaatschappelijk werk (SMW) en Praktijkondersteuners ggz-jeugd (POH-jeugd) vallen ook onder het Team Gezond en Veilig Opgroeien. Zij ondersteunen jongeren zelf en verwijzen nauwelijks door. Dit zijn mooie voorbeelden van hoe we het aantal verwijzingen zouden kunnen terugdringen.
Er is ingezet op het verbeteren van de samenwerking met huisartsen, door de verwijzingen voor specialistische jeugdhulp via de POH-jeugd te laten verlopen. Onze POH-jeugd voert ook medicatiecontroles uit. Huisartsen geven aan hier niet voldoende kennis voor te hebben. Mochten deze kinderen/ jongeren niet door de POH-jeugd begeleid worden, zou dit een traject betekenen binnen de specialistische jeugdhulp. Nu hebben we meer zicht op deze trajecten, is de hulp dicht bij huis en hoeft er geen verwijzing gedaan te worden naar specialistische jeugdhulp (SJH). Huisarts verwijst, bijna, alleen nog door naar POH-jeugd. Zij verwijzen door naar specialistische jeugdhulp op de manier zoals het gebiedsteam dat doet, als dat nodig is.
6. Financiën en evaluatie
Om een goede inschatting te kunnen maken van de kosten en vooral uit welk budget de trajecten gefinancierd gaan worden, is er duidelijkheid nodig wat de ombuigingen in de kosten zullen zijn. Het kabinet maakt nieuwe plannen waarin gesproken wordt over vermindering van budget voor jeugdhulp en voor preventie.
Inzicht in de opbouw van de bestaande budgetten is cruciaal voor het kunnen uitvoeren van de plannen in dit Kader. Het is dan ook belangrijk om hier op korte termijn duidelijkheid over te krijgen.
Financieel overzicht
Wat |
Kosten |
Budget |
Opgroeien Kansrijke Omgeving |
148.000 per jaar voor 4 jaar |
OKO, JOGG en Nix18 |
Verrijkte schooldag |
Verwerkt in OKO |
|
STORM |
€1,10 per inwoner 26.500* €1,10= €29.250,- per jaar (Gedeeltelijk) verwerkt in OKO |
NPO Onderwijs |
Versterking samenwerking keten onderwijs-gemeente-veiligheid/ politie |
(Gedeeltelijk) verwerkt in OKO |
Jeugd, onderwijs, veiligheid €13.000,- beschikbaar voor Halt wijkinterventie, zo nodig. |
Het budget OKO is samengesteld uit verschillende budgetten. Vanuit de gemeente is een bedrag van €74.000,- beschikbaar gesteld; dit wordt aangevuld met financiën vanuit JOGG en Nix18.
Het is belangrijk om elk jaar de raad te informeren over de voortgang. Zo blijven zij op de hoogte van hoe er gewerkt wordt aan de veilige en kansrijke, stimulerende omgeving voor de kinderen en jongeren in Weststellingwerf. Bovendien kunnen we dit moment gebruiken om te evalueren en eventueel de plannen bij te stellen.
Ondertekening
Bijlage 1
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl