Verordening bezwaarschriftencommissie Rijnland 2025

Paragraaf 1. Algemene bepalingen

Artikel 1. Definities

In deze verordening wordt verstaan onder:

• •

  ambtelijk hoorder: door het bestuursorgaan aangewezen persoon die bevoegd is om bezwaarschriften te behandelen;

• •

  ambtelijk horen: horen door een ambtenaar of meerdere ambtenaren namens het bestuursorgaan, bedoeld in artikel 7:5 van de Algemene wet bestuursrecht;

• •

  bestuursorgaan: de verenigde vergadering, dijkgraaf en hoogheemraden of de dijkgraaf van Rijnland;

• •

  bezwaarmaker: indiener van een bezwaarschrift;

• •

  bezwaarschriftencommissie: de bezwaarschriftencommissie van Rijnland, een adviescommissie als bedoeld in artikel 7:13 van de Algemene wet bestuursrecht;

• •

  dijkgraaf en hoogheemraden: het dagelijks bestuur van Rijnland, bedoeld in artikel 8 van het Reglement van bestuur voor het hoogheemraadschap van Rijnland en artikel 40 van de Waterschapswet;

• •

  hoorzitting: een door de bezwaarschriftencommissie georganiseerde afzonderlijke bijeenkomst waarin een bezwaarmaker wordt gehoord;

• •

  Rijnland: het hoogheemraadschap van Rijnland;

• •

  secretariaat van de bezwaarschriftencommissie: de secretaris van de bezwaarschriftencommissie, de plaatsvervangend secretaris van de bezwaarschriftencommissie en de management-ondersteuner van de bezwaarschriftencommissie;

• •

  verenigde vergadering: het algemeen bestuur van Rijnland, bedoeld in artikel 8 van het Reglement van bestuur voor het hoogheemraadschap van Rijnland en artikel 12 van de Waterschapswet;

• •

  vergadering van de bezwaarschriftencommissie: een vergadering van de bezwaarschriftencommissie, waarvoor één of meerdere hoorzittingen zijn geagendeerd.

Artikel 2. Ingediend bezwaarschrift

• 1.

  Het bestuursorgaan registreert het ingediende bezwaarschrift met de datum van ontvangst.

• 2.

  Daarna neemt het secretariaat van de bezwaarschriftencommissie zo spoedig mogelijk contact op met de bezwaarmaker en eventuele andere belanghebbenden. Hierbij geeft het secretariaat van de bezwaarschriftencommissie een uitleg over het vervolg van de procedure en de verwachte duur van de behandeling van het bezwaarschrift.

Paragraaf 2. Informele afhandeling en ambtelijk horen

Artikel 3. Vooronderzoek en informele behandeling

• 1.

  Het secretariaat van de bezwaarschriftencommissie onderzoekt of het bezwaarschrift informeel kan worden afgehandeld alvorens het verder in behandeling te nemen.

• 2.

  De informele aanpak start door kort na binnenkomst van het bezwaarschrift hierover contact op te nemen met de bezwaarmaker en het bestuursorgaan. Bezwaarmaker en het bestuursorgaan onderzoeken of het bezwaar informeel kan worden opgelost. Bezwaarmaker kan op elk moment verzoeken de formele behandeling voort te zetten.

• 3.

  Als het bezwaar in der minne wordt geschikt, legt het bestuursorgaan de gemaakte afspraken schriftelijk vast en neemt het zo nodig een nieuw besluit. Het bestuursorgaan en bezwaarmaker informeren het secretariaat van de bezwaarschriftencommissie, waarmee het bezwaar wordt ingetrokken.

Artikel 4. Ambtelijk horen

• 1.

  De bezwaarschriftencommissie kan categorieën van bezwaarschriften aanwijzen waarbij het horen ambtelijk plaatsvindt.

• 2.

  De ambtelijk hoorder wordt door het bestuursorgaan aangewezen.

• 3.

  Het bestuursorgaan bepaalt de wijze en het tijdstip van het horen.

• 4.

  Als de bezwaarmaker of het bestuursorgaan het bezwaarschrift aan de bezwaarschriftencommissie wil voorleggen, kan het bestuursorgaan besluiten dat het horen door de bezwaarschriftencommissie plaatsvindt.

Paragraaf 3. Bezwaarschriftencommissie

Artikel 5. Horen en adviseren door de bezwaarschriftencommissie

• 1.

  Er is een bezwaarschriftencommissie ter voorbereiding van de beslissing op bezwaarschriften.

• 2.

  De bezwaarschriftencommissie is belast met het horen en adviseren over de volledige heroverweging van bestreden besluiten.

• 3.

  De bezwaarschriftencommissie is niet belast met de behandeling van bezwaarschriften waarvan is bepaald dat de voorbereiding van de beslissing op bezwaar ambtelijk wordt afgedaan en ten aanzien van bezwaarschriften die zijn gericht tegen belastingaanslagen.

• 4.

  Als de bezwaarmaker het niet nodig vindt dat het bezwaarschrift aan de bezwaarschriftencommissie wordt voorgelegd, kan het bestuursorgaan besluiten dat het horen ambtelijk plaatsvindt.

Artikel 6. Samenstelling van de bezwaarschriftencommissie

• 1.

  De bezwaarschriftencommissie bestaat uit een voorzitter en ten minste vier overige leden. Ten minste één van de overige leden wordt ook benoemd tot plaatsvervangend voorzitter.

• 2.

  De voorzitter, plaatsvervangend voorzitter en leden worden door dijkgraaf en hoogheemraden benoemd, geschorst en ontslagen.

• 3.

  De voorzitter en plaatsvervangend voorzitter van de bezwaarschriftencommissie moeten voldoen aan de vereisten voor de benoembaarheid tot rechter van een rechtbank.

• 4.

  Het lidmaatschap van de bezwaarschriftencommissie is onverenigbaar met:

  • a.

    het lidmaatschap van dijkgraaf en hoogheemraden;

  • b.

    het lidmaatschap van de verenigde vergadering;

  • c.

    het lidmaatschap van een adviescommissie van de verenigde vergadering, zoals bedoeld in artikel 17 van het Reglement van bestuur voor het Hoogheemraadschap van Rijnland;

  • d.

    het werkzaam zijn onder verantwoordelijkheid van het bestuursorgaan.

Artikel 7. Secretariaat van de bezwaarschriftencommissie

• 1.

  Het secretariaat van de bezwaarschriftencommissie ondersteunt de voorzitter en leden van de bezwaarschriftencommissie in hun werkzaamheden.

• 2.

  Dijkgraaf en hoogheemraden wijzen de secretaris van de bezwaarschriftencommissie en één of meer plaatsvervangers aan op voorstel van de secretaris-algemeen directeur van Rijnland.

Artikel 8. Zittingsduur

• 1.

  De voorzitter en leden worden benoemd voor een periode gelijk aan de (resterende) zittingstermijn van de leden van de verenigde vergadering. Het is mogelijk één keer herbenoemd te worden.

• 2.

  De voorzitter en leden kunnen op elk moment ontslag nemen. Zij doen daarvan schriftelijk mededeling aan dijkgraaf en hoogheemraden.

• 3.

  De aftredende of ontslagnemende voorzitter of leden blijven in hun functie vervullen totdat in de opvolging is voorzien.

Artikel 9. Vergoeding voorzitter en leden

• 1.

  De voorzitter en leden ontvangen een vergoeding per bijgewoonde vergadering van de bezwaarschriftencommissie waarvoor maximaal drie hoorzittingen zijn geagendeerd. Wanneer meer dan drie hoorzittingen voor een vergadering van de bezwaarschriftencommissie zijn geagendeerd, dan ontvangen de voorzitter en leden een aanvullende vergoeding per hoorzitting.

• 2.

  De voorzitter ontvangt een vergoeding per advies dat hij zonder de leden uitbrengt en zonder de organisatie van een hoorzitting.

• 3.

  De hoogte van de vergoedingen wordt vastgesteld door dijkgraaf en hoogheemraden.

• 4.

  Dijkgraaf en hoogheemraden informeren de verenigde vergadering over besluiten tot vaststelling van de hoogte van de vergoedingen.

Artikel 10. Uitoefening bevoegdheden

• 1.

  De voorzitter oefent de volgende bevoegdheden van de hierna genoemde artikelen van de Algemene wet bestuursrecht zelfstandig uit:

  • a.

    verzoeken om een schriftelijke machtiging aan een gemachtigde (artikel 2:1, derde lid);

  • b.

    stellen van een termijn aan de bezwaarmaker (artikel 6:6);

  • c.

    verzenden van stukken tijdens de behandeling door de bezwaarschriftencommissie (artikel 6:17);

  • d.

    ter inzage leggen van het bezwaarschrift en de op de zaak betrekking hebbende stukken, dan wel toezenden daarvan aan een belanghebbende (artikel 7:4, tweede lid);

  • e.

    al dan niet op verzoek van een belanghebbende afzien van het op de hoogte stellen van het verhandelde tijdens een hoorzitting van een andere belanghebbende, voor zover geheimhouding om gewichtige reden is geboden (artikel 7:6, vierde lid).

• 2.

  De voorzitter kan deze bevoegdheden mandateren aan de secretaris van de bezwaarschriftencommissie.

Artikel 11. Hoorzitting

• 1.

  De voorzitter bepaalt plaats en tijdstip van de hoorzitting waarin de bezwaarmaker, eventuele andere belanghebbenden en het bestuursorgaan in de gelegenheid worden gesteld zich door de bezwaarschriftencommissie te laten horen.

• 2.

  De voorzitter nodigt de bezwaarmaker, eventuele andere belanghebbenden en het bestuursorgaan ten minste twee weken voor de hoorzitting schriftelijk uit.

• 3.

  De voorzitter kan uit eigen beweging of op verlangen van de bezwaarschriftencommissie bij deskundigen advies of inlichtingen inwinnen en hen zo nodig uitnodigen daartoe op de hoorzitting te verschijnen. Als daaraan kosten zijn verbonden, is vooraf instemming van dijkgraaf en hoogheemraden vereist. De kosten worden gedragen door het bestuursorgaan.

• 4.

  Per hoorzitting bestaat de bezwaarschriftencommissie uit een voorzitter en ten minste twee leden. Voor het houden van de hoorzitting is vereist dat de meerderheid van het aantal leden, waaronder in ieder geval de voorzitter, ter zitting aanwezig is.

• 5.

  De voorzitter beslist over de toepassing van artikel 7:3 van de Algemene wet bestuursrecht, waarin is bepaald in welke gevallen kan worden afgezien van het horen.

• 6.

  De voorzitter is belast met de leiding van de hoorzitting en zorgt voor de handhaving van de orde op de zitting.

Artikel 12. Onpartijdigheid leden

De voorzitter en de leden nemen niet deel aan de behandeling van een bezwaarschrift als daarbij hun onpartijdigheid in het geding kan zijn. Zij laten zich zo nodig vervangen.

Artikel 13. Openbaarheid hoorzitting

• 1.

  De hoorzitting is openbaar.

• 2.

  In afwijking van het eerste lid kan de hoorzitting achter gesloten deuren plaatsvinden als de voorzitter of een van de aanwezige leden het nodig oordeelt of indien een belanghebbende daartoe een verzoek doet.

• 3.

  De voorzitter beslist over het sluiten van de deuren als de bezwaarschriftencommissie naar aanleiding van het tweede lid oordeelt dat gewichtige redenen aanwezig zijn die zich tegen openbaarheid van de hoorzitting verzetten.

• 4.

  Het advies bevat een vermelding als de hoorzitting geheel of gedeeltelijk achter gesloten deuren plaatsvond.

Artikel 14. Verslaglegging

• 1.

  Het verslag, bedoeld in artikel 7:7 van de Algemene wet bestuursrecht, bevat in ieder geval:

  • a.

    namen van de aanwezigen en hun hoedanigheid;

  • b.

    zakelijke vermelding van wat over en weer is gezegd en wat verder op de hoorzitting is voorgevallen;

  • c.

    vermelding als belanghebbenden of hun gemachtigden niet in elkaars tegenwoordigheid zijn gehoord;

  • d.

    verwijzing naar de op de hoorzitting overgelegde bescheiden, die aan het verslag kunnen worden gehecht.

• 2.

  Het verslag wordt ondertekend door de voorzitter en de secretaris van de bezwaarschriftencommissie.

• 3.

  Ten behoeve van het opstellen van het verslag wordt een geluidsopname van de hoorzitting gemaakt. De geluidsopname wordt vernietigd na vaststelling en ondertekening van het verslag door de voorzitter en de secretaris van de bezwaarschriftencommissie.

Artikel 15. Nader onderzoek

• 1.

  De bezwaarschriftencommissie is bevoegd nader onderzoek te doen als zij dit na afloop van de hoorzitting wenselijk acht. Zij doet daarvan onverwijld mededeling aan bezwaarmaker en het bestuursorgaan.

• 2.

  De uit nader onderzoek verkregen informatie wordt in afschrift aan de bezwaarmaker, eventuele andere belanghebbenden en het bestuursorgaan toegezonden.

• 3.

  De bezwaarmaker, eventuele andere belanghebbenden en het bestuursorgaan kunnen binnen een door de secretaris van de bezwaarschriftencommissie te stellen termijn na verzending van de nadere informatie schriftelijk reageren en indien gewenst aan de voorzitter vragen om een volgende hoorzitting. De voorzitter beslist op dit verzoek.

• 4.

  Op een volgende hoorzitting zijn de bepalingen in deze verordening die betrekking hebben op de hoorzitting, zo veel mogelijk van overeenkomstige toepassing.

Artikel 16. Raadkamer en advies

• 1.

  De bezwaarschriftencommissie beraadslaagt en beslist achter gesloten deuren over het uit te brengen advies.

• 2.

  De bezwaarschriftencommissie beslist bij meerderheid van stemmen over het uit te brengen advies.

• 3.

  Als bij een stemming de stemmen staken, beslist de stem van de voorzitter.

• 4.

  Het advies is gemotiveerd en omvat een voorstel voor de te nemen beslissing op het bezwaarschrift.

• 5.

  Het advies wordt door de voorzitter en de secretaris van de bezwaarschriftencommissie ondertekend.

• 6.

  De bezwaarschriftencommissie kan afzien van het uitbrengen van advies om haar moverende redenen. De bezwaarschriftencommissie motiveert haar beslissing tot het niet uitbrengen van een advies en doet hiervan schriftelijk mededeling aan de bezwaarmaker, het bestuursorgaan en alle overige belanghebbenden bij het besluit waartegen bezwaar gemaakt is.

Artikel 17. Uitbrengen advies

Het advies wordt met het verslag, en eventueel door de bezwaarschriftencommissie ontvangen nadere informatie en nader verslag, tijdig uitgebracht aan het bestuursorgaan dat op het bezwaarschrift dient te beslissen.

Artikel 18. Jaarverslag

De bezwaarschriftencommissie brengt jaarlijks aan de bestuursorganen verslag uit van haar werkzaamheden in het voorafgaande kalenderjaar.

Paragraaf 4. Slotbepalingen

Artikel 19. Intrekking oude regeling

De Verordening bezwaarschriftencommissie Rijnland 2020 wordt ingetrokken.

Artikel 20. Inwerkingtreding en citeertitel

• 1.

  Deze verordening treedt in werking op 1 april 2025.

• 2.

  Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening bezwaarschriftencommissie Rijnland 2025.