Beleidsregels vervallen zoekperiode jongeren 27-

Geldend van 07-03-2025 t/m heden

Intitulé

Beleidsregels vervallen zoekperiode jongeren 27-

INLEIDING

Sinds 1 januari 2012 is in artikel 41, lid 4 van de Participatiewet bepaald dat potentiële uitkeringsgerechtigde jongeren tot 27 jaar vanaf de datum van melding een zoekperiode van 4 weken moeten doormaken, voordat zij een aanvraag om bijstand mogen indienen. Deze zoekperiode is indertijd in het leven geroepen om de jongeren te motiveren om eerst zelf intensief naar werk te zoeken en voor zichzelf te onderzoeken of er nog scholingsmogelijkheden zijn. In onze gemeente is nadien al snel overgegaan op een afwijkende toepassing van de zoekperiode voor jongeren die uitstroomden bij het Voortgezet Speciaal Onderwijs en het Praktijkonderwijs, de zogenaamde VSO/PRO-jongeren. Bij deze belanghebbenden werd de zoekperiode al tijdens de laatste weken op school toegepast, waardoor aansluitend aan de school een uitkering aan deze, toch vooral kwetsbare, inwoners kon worden verstrekt. Hierover bestonden nauwe contacten met de onderwijsinstellingen.

Per 1 juli 2023 is de uitzondering voor VSO/PRO-jongeren om de zoekperiode toe te passen in de wet vastgelegd, evenals overigens voor belanghebbenden die medisch uren beperkt zijn of behoren tot de doelgroep voor loonkostensubsidie. Overwegingen zijn de kwetsbare (arbeidsmarkt)positie en om zoveel mogelijk te voorkomen dat daardoor financiële problemen ontstaan.

De huidige praktijk laat zien dat de jongeren die zich, met de huidige arbeidsmarkt in gedachten, nog moeten melden voor een uitkering (ongeveer 2 meldingen per week) af en toe behoren tot de bovengenoemde groepen. Voor hen geldt dus niet de zoekperiode. Er zijn echter ook situaties, waarin de jongere te kampen heeft met andere (multi)problematiek, die maakt dat zij als kwetsbaar kunnen worden aangemerkt. Ook voor hen zou de zoekperiode niet moeten gelden. Dit zorgt voor korte lijnen, het niet uit beeld raken van de jongere en veel snellere duidelijkheid over de uitkering. De praktijk leert dat eigenlijk nagenoeg alle jongeren die zich moeten melden te maken hebben met diverse problematiek en gebaat zou zijn met een snelle toegang tot een uitkering.

Binnen de huidige Participatiewet vraagt dit om een besluit van het college omdat dit afwijkt van de wetsbepalingen. Dit zou echter gezien kunnen worden als het vooruitlopen op de nieuwe Participatiewet (PW in balans, geplande inwerkingtreding 1 januari 2026), waarin de mogelijkheden voor gemeenten om de zoekperiode buiten werking te stellen “indien naar het oordeel van het college de omstandigheden van de belanghebbende of het gezin daartoe aanleiding geven” aanmerkelijk worden verruimd. Deze beleidsregels moeten dus ook voorzien in het invullen van “de omstandigheden van de belanghebbende of het gezin”, zoals bedoeld onder de nieuwe wetgeving.

Met deze beleidsregels wordt het laten vervallen van de zoekperiode voor jongeren jonger dan 27 jaar vastgelegd.

ALGEMEEN

Artikel 1: begripsbepalingen

  • 1. Alle begrippen die in deze beleidsregels worden gebruikt en die niet nader worden omschreven, hebben dezelfde betekenis als in de Participatiewet, de IOAW, de IOAZ, de Awb, de Gemeentewet en het Burgerlijk Wetboek.

  • 2. In deze beleidsregels vervallen zoekperiode jongeren 27- wordt verstaan onder:

    • a.

      college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Achtkarspelen;

    • b.

      wet: de Participatiewet;

    • c.

      jongere: de persoon tot 27 jaar die een melding voor het verkrijgen van een uitkering op grond van de wet heeft gedaan;

    • d.

      zoekperiode: de bepaling neergelegd in artikel 41, lid 4, eerste volzin van de wet dat een jongere tot 27 jaar na de melding eerst zelf intensief naar werk moet zoeken en moet onderzoeken of er voor hem/haar nog scholingsmogelijkheden zijn;

    • e.

      doelgroep: personen van 27 jaar en jonger die uiterlijk een jaar voorafgaand aan de melding voor het verkrijgen van een uitkering op grond van de wet het voortgezet speciaal onderwijs, danwel het praktijkonderwijs hebben gevolgd of personen die een medische urenbeperking hebben, danwel behoren tot de doelgroep voor loonkostensubsidie;

    • f.

      bepaling artikel 13, lid 2, sub d. van de wet: het niet hebben van het recht op bijstand als uit houding en gedragingen van de jongere ondubbelzinnig blijkt dat ze hun verplichtingen zoals bedoeld in artikel 9 Participatiewet en artikel 55 Participatiewet niet willen nakomen.

VERVALLEN ZOEKPERIODE JONGEREN 27-

Artikel 2:

Aanvullend op de doelgroep als bedoeld in art 1, lid 2, sub d van deze beleidsregels wordt de zoekperiode voor overige jongeren niet toegepast, waardoor alle jongeren, wanneer is vastgesteld dat daar recht op bestaat, vanaf de datum melding een uitkering op grond van de wet kunnen ontvangen, onverlet de bepaling uit artikel 13, lid 2, sub d van de wet.

SLOTBEPALINGEN

Artikel 3: hardheidsclausule

Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van de belanghebbende afwijken van de bepalingen in de beleidsregels, indien strikte toepassing ervan tot onbillijkheden van overwegende aard zou leiden.

Artikel 4: onvoorziene situaties

In alle gevallen waarin deze beleidsregels niet voorzien beslist het college.

Artikel 5: citeertitel

Deze beleidsregels kunnen worden aangehaald als “Beleidsregels vervallen zoekperiode jongeren 27-”.

Artikel 6: inwerkingtreding

  • 1. Deze beleidsregels treden in werking met ingang van 1 maart 2025 en zijn van kracht per 1 maart 2025.

Ondertekening

Aldus vastgesteld door burgemeester en wethouders van de gemeente Achtkarspelen op 25 februari 2025,

de secretaris,

(dhr. Mr. M.P. de Jong)

de burgemeester,

(dhr. J.D. de Vries MSc.)

ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING

ALGEMEEN

Artikel 1

Dit artikel geeft aan wat onder de verschillende begrippen moet worden verstaan.

Artikel 2

In dit artikel wordt omschreven dat het vervallen van de zoekperiode in aanvulling op de wettelijk aangewezen doelgroep voor alle jongeren geldt. Wel wordt extra aandacht gevraagd voor de bepaling van artikel 13, lid 2, sub d. van de wet, waarin van jongeren een grote inspanning wordt verwacht.

Artikel 3 en 4

Deze artikelen geven aan dat het college te allen tijde bevoegd is om afwijkend van, of aanvullend op deze beleidsregels kan handelen.

Artikel 5 en 6

Deze artikelen behoeven geen nadere toelichting.