Verordening op de vertrouwenscommissie herbenoeming burgemeester gemeente Zandvoort 2025

1. De commissie heeft tot taak de aanbeveling tot herbenoeming van de burgemeester voor te bereiden.

2. De commissie verschaft zich slechts door tussenkomst van de commissaris de door haar nodig geachte informatie over de burgemeester. Overleg met derden in welke vorm dan ook is uitgesloten.

3. De commissie brengt over haar werkzaamheden ter zake van de voorbereiding van de aanbeveling tot herbenoeming verslag uit aan de raad en de commissaris door middel van een verslag van bevindingen.

4. Alvorens haar verslag van bevindingen aan de raad, de commissaris en de burgemeester te zenden, bespreekt de commissie dit met de burgemeester. Van dit gesprek wordt een verslag gemaakt dat bij het verslag van bevindingen wordt gevoegd. Het verslag wordt niet openbaar gemaakt. Het verslag wordt getekend door de burgemeester, de voorzitter en de secretaris van de commissie.

5. Indien ter zake van het functioneren van de burgemeester afspraken zijn gemaakt tussen de commissie en de burgemeester, worden deze expliciet in het verslag van bevindingen vermeld.

1. De commissie bestaat uit 4 raadsleden, te weten de leden van de klankbordgroep burgemeester, die door de raad op voordracht van het presidium worden benoemd.

2. De raad benoemt de voorzitter van de commissie, te weten de voorzitter van de klankbordgroep burgemeester, op voordracht van het presidium.

3. Bij ontstentenis van de voorzitter, kiest de commissie uit haar midden een plaatsvervangend voorzitter.

4. De commissie kent geen plaatsvervangende leden.

5. Bij een tussentijdse vacature kan de raad een nieuw lid benoemen.

1. De raadsgriffier is secretaris van de commissie.

2. De adjunct-griffier is plaatsvervangend secretaris van de commissie.

3. De (plaatsvervangend) secretaris geeft ambtelijke ondersteuning aan de commissie.

4. De (plaatsvervangend) secretaris is geen lid van en heeft geen stemrecht in de commissie.

1. De commissie vergadert zo dikwijls als de voorzitter of tenminste twee leden dit noodzakelijk achten.

2. De voorzitter bepaalt dag, uur en plaats van de vergadering. De voorzitter roept de volgende personen schriftelijk tot de vergadering op:

• a.

  de leden van de commissie;

• b.

  de burgemeester, voor zover met hem een gesprek plaats heeft;

• c.

  de (plaatsvervangend) secretaris.

3. De commissie vergadert alleen als tenminste de meerderheid van de leden en daarnaast de (plaatsvervangend) secretaris aanwezig is

4. De in het tweede lid bedoelde oproeping geschiedt ten minste vierentwintig uur voorafgaand aan de vergadering. Indien bijzondere omstandigheden een spoedige bijeenkomst van de commissie vergen, kan van de in de eerste volzin van dit lid bedoelde termijn worden afgeweken.

1. De vergaderingen van de commissie zijn besloten. Alle stukken van de commissie zijn geheim. Dit wordt op de stukken vermeld.

2. De voorzitter van de commissie wijst in elke vergadering op de geheimhoudingsplicht die rechtstreeks voortvloeit uit artikel 61c van de wet.

3. Aan degenen die geen lid of (plaatsvervangend) secretaris zijn van de commissie wordt volgens de wet geen informatie verstrekt over de inhoud van de stukken of wat in de vergadering of in het gesprek is besproken.

De commissie kan er voor kiezen om het concept verslag van bevindingen onder oplegging van geheimhouding ten behoeve van een reactie van de burgemeester te delen met de burgemeester.

4. De (plaatsvervangend) secretaris nodigt op verzoek van de commissie de burgemeester uit voor een gesprek met de commissie. De commissie treft voorzieningen met betrekking tot de wijze waarop de privacy van de burgemeester wordt beschermd, bijvoorbeeld door de plaats en het tijdstip van de gesprekken zodanig te kiezen dat de vertrouwelijkheid van de gesprekken gewaarborgd is.

5. De geheimhoudingsplicht blijft na ontbinding van de commissie van kracht.

1. De commissie neemt besluiten bij meerderheid van stemmen, waarbij elk lid één stem heeft.

2. Bij het staken van de stemmen over de uit te brengen bevindingen wordt het nemen van een beslissing uitgesteld tot de volgende vergadering. Is uitstel van de beslissing niet mogelijk of staken de stemmen ook in die volgende vergadering, dan worden geen bevindingen van de commissie maar de verschillende meningen in het verslag van bevindingen opgenomen.

3. De commissie streeft naar unanimiteit. Het gevoelen van de minderheid wordt desgewenst in het verslag van bevindingen tot uitdrukking gebracht.

1. De voorzitter van de commissie treedt op als contactpersoon.

2. Alle stukken bestemd voor de commissie worden onder vermelding van ‘geheim’ op de envelop en boven de ingesloten stukken gericht aan de voorzitter en gezonden aan het gemeentehuis ten aanzien van de (plaatsvervangend) secretaris en aldaar bewaard tot het moment van archivering.

1. De (plaatsvervangend) secretaris draagt er zorg voor dat na afronding van de herbenoeming alle archiefbescheiden onverwijld in een verzegelde envelop en gerubriceerd als ‘geheim’ worden gearchiveerd in de gemeentelijke archiefbewaarplaats.

2. De (plaatsvervangend) secretaris draagt er zorg voor dat van de in het eerste lid bedoelde overbrenging een verklaring van overbrenging als bedoeld in artikel 9 van het Archiefbesluit 1995 wordt opgemaakt. In deze verklaring wordt melding gemaakt van de met toepassing van artikel 15, eerste lid sub a en c van de Archiefwet 1995 gestelde beperkingen aan de openbaarheid , geldende voor een periode van vijfenzeventig jaar.

3. De (plaatsvervangend) secretaris draagt er zorg voor dat alle overige bescheiden en alle kopieën van de in dit artikel bedoelde bescheiden onmiddellijk worden vernietigd.

1. Deze verordening treedt in werking op de dag na die van bekendmaking.

2. Deze verordening vervalt en de commissie is ontbonden met ingang van de dag volgende op die, waarop de minister aan de raad meedeelt dat in de herbenoeming is voorzien, behoudens het gestelde over de geheimhouding.