Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR735818
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR735818/1
Beleidsregel Huisvesting Arbeidsmigranten 2025 Gulpen-Wittem
Geldend van 25-02-2025 t/m heden
Intitulé
Beleidsregel Huisvesting Arbeidsmigranten 2025 Gulpen-WittemDe gemeenteraad van Gulpen-Wittem,
Overwegende
- •
het voorstel OG 071 van het college van burgemeester en wethouders d.d. dinsdag 3 december 2024;
- •
artikel 149 van de Gemeentewet.
Besluit
- 1.
de Beleidsregel Huisvesting Arbeidsmigranten 2025 Gulpen-Wittem vast te stellen, zoals hierna volgt:
A. Grondslag
Burgemeester en wethouders hebben de bevoegdheid tot het verlenen van een omgevingsvergunning/Bopa (Buitenplanse omgevingsplan activiteit). Om die reden ligt de bevoegdheid tot het vaststellen van een beleidsregel over toepassing van die bevoegdheid eveneens bij hen.
De grondslag voor deze beleidsregel is de Omgevingswet. In deze beleidsregel geven wij aan hoe gebruik wordt gemaakt van de bevoegdheid tot toepassing van artikel 5.1 lid 1 onder a Omgevingswet, de Buitenplanse Omgevingsplan activiteit (Bopa).
B. Toepassing
Deze beleidsregel is van toepassing op initiatieven inzake de huisvesting van arbeidsmigranten. Inzake het begrip ‘arbeidsmigranten’ hanteren wij de definitie, zoals opgenomen in de Wet goed verhuurderschap.
Huisvesting van twee of meer arbeidsmigranten in een reguliere woning is niet wenselijk en niet zonder meer toegestaan. Een groep arbeidsmigranten vormt namelijk geen huishouden als bedoeld in het bestemmingsplan/omgevingsplan. Het bestemmingsplan/omgevingsplan laat maar één huishouden per woning toe. Gaat het om een arbeidsmigranten-koppel of gezin dan is huisvesting op grond van het bestemmingsplan dus wel toegestaan, omdat men één huishouden vormt.
C. Volgorde verhuurvergunning en Bopa
Voor de activiteit ‘verhuren woonruimte aan arbeidsmigranten’ zijn twee vergunningen nodig:
- 1.
een verhuurvergunning op basis van de Verordening. Deze vindt haar grondslag in de Wet goed verhuurderschap. Deze verordening treedt in de plaats van de betreffende bepalingen uit de APV, die op grond van deze wet per 1 juli 2024 vervallen;
- 2.
een Bopa (zie hierboven onder A), omdat de genoemde activiteit op grond van het omgevingsplan niet is toegestaan.
Deze vergunningen kennen dus ieder een andere wettelijke grondslag, waarbij ten aanzien van bepaalde onderdelen sprake is van een overlap. Slechts als een initiatiefnemer over beide vergunningen beschikt, mag hij de activiteit uitoefenen. Dat komt ook tot uitdrukking in de onder 1.2 opgenomen procedure.
Hoofdstuk 1 Ruimtelijke toestemming
De Wet goed verhuurderschap (Wgv) bevat een gesloten systeem voor de verhuurvergunning. Daarnaast is er echter ook behoefte aan een ruimtelijk kader. Daarin voorziet deze beleidsregel.
1.1 Afwegingskader
De initiatiefnemer dient inzake een locatie voor het huisvesten van arbeidsmigranten aan de volgende voorwaarden te voldoen:
- 1.
de locatie is op basis van het relevante beleid van gemeente (bv. parkeren), provincie en rijk geschikt voor de huisvesting van arbeidsmigranten;
- 2.
aantoonbaar is door de initiatiefnemer afgestemd met de omgeving voordat de aanvraag voor de huisvesting wordt ingediend. Zie ook paragraaf 1.2, onder punt 4;
- 3.
de initiatiefnemer moet voldoen aan evenwichtige toedeling van functies aan locaties (EFTAL). Locatie moet aan dezelfde voorwaarden voldoen, als een locatie voor een reguliere woning;
- 4.
de initiatiefnemer zorgt dat de huisvesting voldoet en blijft voldoen aan de op het moment van de aanvraag actuele SNF-norm. De minimaal gebruiksoppervlakte van 12 m2 gebruiksvloeroppervlak GBO per persoon voor iedere verblijfsvorm genoemd in de SNF, met maximaal twee personen per kamer, en;
- 5.
de initiatiefnemer draagt er voor zorg dat de maximale verblijfsduur voor arbeidsmigranten 12 maanden is. Als de arbeidsmigrant langer wil verblijven op dezelfde locatie in onze gemeente, moet hij/zij kijken naar permanente woonvorm. Daarbij houden we rekening met de omstandigheden van de individuele arbeidsmigrant. Langdurig verblijf stelt andere eisen aan een woonomgeving, dan kortdurend.
1.2 Procedure
Een initiatiefnemer dient de navolgende stappen te doorlopen om tot een ontvankelijke aanvraag te komen:
- 1.
Vooroverleg: met initiatiefnemer worden alle relevante onderdelen van het beleid doorgenomen;
- 2.
Omgevingstafel: initiatiefnemer presenteert aan de betrokken ambtenaren op compacte wijze zijn initiatief met locatie en beschrijving van hoe wordt voldaan aan onze visie en deze beleidsregel;
- 3.
Bibob, geldt voor zowel de vergunninghouder als de beheerder:
De gemeente Gulpen-Wittem stelt standaard bij iedere aanvraag een eigen onderzoek met betrekking tot de Wet Bibob in. De Wet Bibob staat voor de Wet bevordering integriteits-beoordelingen door het openbaar bestuur. Op basis van de Wet Bibob mag de gemeente bij het behandelen van de aanvraag uitgebreid onderzoek doen naar de onderneming of de eigenaar en/of beheerder.
Wanneer uit dit eigen onderzoek blijkt dat er sprake is van onduidelijke financiering of bedrijfsorganisatie dan kan de gemeente het dossier voor nader onderzoek doorsturen naar het Landelijk Bureau Bibob (LBB). De gemeente moet een aanvrager hiervan op voorhand in kennis stellen. Het LBB heeft meer mogelijkheden dan de gemeente om de integriteit te onderzoeken.
Dit betekent dat de indiener bij de vergunningaanvraag inzicht moet geven in de financiële administratie, de eigendoms-verhoudingen in het bedrijf, het personeelsbeleid en de herkomst van vermogen. De gemeente heeft hiervoor een vragenlijst opgesteld, het bibob formulier.
- 4.
Participatie omgeving: initiatiefnemer gaat in gesprek met de omwonenden over zijn initiatief om in een locatie arbeidsmigranten te huisvesten. De initiatiefnemer heeft een inspanningsverplichting om te komen tot draagvlak voor zijn plan;
- 5.
Conceptverzoek: initiatiefnemer vraagt of de gemeente in principe medewerking wil verlenen aan een locatie voor huisvesting van arbeidsmigranten;
- 6.
Formele aanvraag omgevingsvergunning: deze dient alle relevante stukken te bevatten en wordt digitaal ingediend via het DSO. Van de aanvraag dient altijd een beheerplan deel uit te maken, dat de in hoofdstuk 3 genoemde onderwerpen bevat.
- 7.
Tegen het besluit is bezwaar en beroep mogelijk;
- 8.
Aanvraag verhuurvergunning op basis van de verordening.
1.3 Op te nemen voorwaarden
Aan een ruimtelijke toestemming worden altijd minimaal de volgende voorwaarden verbonden:
- 1.
Naleving ingediende beheerplan (zie Hoofdstuk 2)
- 2.
Bijhouden nachtregister & inschrijven BRP
Het is van belang om een goede registratie van alle aanwezige personen in de gemeente te hebben. Bij calamiteiten is het voor politie, brandweer en andere hulpverleners noodzakelijk om te weten wie er in een woning, chalet of iedere andere slaapgelegenheid verblijft.
Bevolkingsregister (BRP)
Iedereen die het voornemen heeft 4 maanden te verblijven in Nederland (over een periode van 6 maanden) is verplicht om zich in te schrijven in de Basisregistratie Personen (BRP). Daarmee wordt men ingezetene van de gemeente. Men heeft dan een officieel adres en maakt deel uit van de gemeenschap met bijbehorende rechten en plichten. Iedereen die in het bevolkingsregister staat, is voor de hulpdiensten hierin te vinden.
Gemeenten baseren veel op dit inwonertal. Niet alleen de basisvoorzieningen worden erop berekend (woningen, scholen, winkels, etc) ook de financiering vanuit de Rijksoverheid is erop gebaseerd. Zolang men niet in het BRP staat ingeschreven wordt dan ook verblijfsbelasting geheven.
Hoofdstuk 2 Beheer en toezicht
Openbare orde en veiligheid spelen een rol in het begrip goede ruimtelijke ordening en worden dus getoetst bij een aanvraag voor een ruimtelijke toestemming. Goed beheer zorgt voor draagvlak in de omgeving.
Gulpen-Wittem gaat daarom bij elke aanvraag voor een ruimtelijke toestemming beoordelen hoe de initiatiefnemer het toezicht en beheer heeft georganiseerd. Er moet bekend zijn wie de exploitatie op zich neemt en welke maatregelen er komen om overlast voor zowel de arbeidsmigranten (onderling) als omwonenden te voorkomen. De aspecten die minimaal een plaats krijgen in de beoordeling zijn:
- a.
tegen gaan gebruik van drugs (hard/soft), prostitutie en alcoholmisbruik;
- b.
parkeren van voertuigen;
- c.
zwerfafval;
- d.
geluid;
- e.
vechtpartijen (onderling) en/of geweldsincidenten;
- f.
brandveiligheid (vluchtwegen, vindplaats blusmiddelen);
- g.
beschikbaarheid van belangrijke telefoonnummers (hulpdiensten, exploitant);
- h.
beschikbaarheid van een huisreglement inclusief de taal waarin het reglement beschikbaar is.
Daarnaast beoordeelt Gulpen-Wittem ook de exploitatie (vorm van het beheer) en de persoon van de beheerder. De beheerder is degene die verantwoordelijk is voor het houden van toezicht op de huisvestingslocatie. De beheerder is altijd (dus 24/7) bereikbaar voor de arbeidsmigranten, omwonenden, hulpdiensten en de gemeente, ook tijdens vakanties. De aanvraag moet daarnaast borgen dat de beheerder (of zijn vervanger bij gerechtvaardigde afwezigheid zoals vakantie) op de huisvestingslocatie aanwezig kan zijn als dat nodig of vereist is (door bijvoorbeeld de hulpdiensten).
Ook moet altijd een persoon op de huisvestingslocatie aanwezig zijn die de Nederlandse, Duitse of Engelse taal en de moedertaal van de verblijvende arbeidsmigranten machtig is (dit kan dus een arbeidsmigrant zijn) die als aanspreekpunt/tolk dient. De beheerder moet bij klachten uit de omgeving in elk geval ter plaatse te komen en moet bevoegd zijn om antwoorden te geven op vragen en zo nodig maatregelen kunnen nemen om klachten op te lossen. Ook moet de beheerder beschikken over een Verklaring omtrent het gedrag (VOG) of het equivalent daarvan uit het land van herkomst.
Hoofdstuk 3 Handhaving
Daar waar huisvesters op een goede manier met de geboden ruimte omgaan en de omgeving weinig merkt van de huisvesting, moet omgekeerd de omgeving beschermd worden tegen huisvesters die het niet goed voor elkaar krijgen.
Gulpen-Wittem treedt daarom handhavend op tegen huisvesters die de voorwaarden en voorschriften van de verhuurvergunning en de ruimtelijke toestemming niet nakomen of huisvestingslocaties waar ingrijpen door de politie nodig is.
Het college en de burgemeester zijn de bevoegde gezagen bij de handhaving van de ruimtelijke toestemming respectievelijk de verhuurvergunning. Het spreekt voor zich dat de huisvester die zich niet aan het beleid en de regels van de ruimtelijke toestemming houdt, niet voor een nieuwe ruimtelijke toestemming in aanmerking komt, ook niet op een andere locatie.
Hoofdstuk 4 Evaluatie
Gulpen-Wittem zal de werking en gevolgen van deze beleidsregel monitoren en evalueren. Het college informeert de raad als daarvoor aanleiding is, maar tenminste eenmaal per jaar. De rapportage bevat tenminste de onderwerpen: aantal meldingen en vergunningen locaties huisvesting, naleving inschrijving BRP en nachtregister, aantal meldingen/klachten, bezwaarschriftprocedures, Woo-verzoeken en andere noemenswaardige effecten die van belang zijn bij de Visie huisvesting arbeidsmigranten. Zo nodig bevat de evaluatie tevens voorstellen tot aanpassing.
Ondertekening
Aldus vastgesteld door de gemeenteraad van Gulpen-Witten.
Gulpen, donderdag 13 februari 2025.
de griffier,
mr. R. Reichrath
de voorzitter,
ing. N.H.C. Ramaekers - Rutjens
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl