Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR734802
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR734802/1
Beleidsregels minimaregelingen Voorne aan Zee 2025
Dit is een toekomstige tekst! Geldend vanaf 31-01-2025 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2025
Intitulé
Beleidsregels minimaregelingen Voorne aan Zee 2025Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Voorne aan Zee
Gelet op:
- -
de Participatiewet;
- -
de Algemene wet bestuursrecht;
- -
de Gemeentewet (artikel 108 en 147).
Overwegende dat:
- -
het college de bevoegdheid heeft om nadere regels op te stellen voor de verlening van minimaregelingen aan inwoners;
besluit vast te stellen de Beleidsregels minimaregelingen Voorne aan Zee 2025
Artikel 1: Begrippen
-
1. In deze beleidsregels wordt verstaan onder:
- a.
Belanghebbende: iedere alleenstaande of het gezin die voldoet aan de voorwaarden gesteld in deze beleidsregels.
- b.
Bijstandsnorm: toepasselijke bijstandsnorm als bedoeld in artikel 5 onderdeel c, van de Participatiewet;
- c.
College: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Voorne aan Zee;
- d.
Gemeente: de gemeente Voorne aan Zee;
- e.
Inkomen: totaal van inkomen, bedoeld in artikel 32 van de Participatiewet, en de algemene bijstand;
- f.
Kindpakket: minimaregeling voor kinderen en jeugdigen van 0 tot en met 17 jaar;
- g.
Minimaregeling: regelingen die in deze beleidsregel zijn opgenomen voor kinderen, jeugdigen en volwassenen vanaf 18 jaar;
- h.
Participatiefonds: minimaregeling voor volwassenen vanaf 18 jaar;
- i.
Vermogen: het conform artikel 34 van de Participatiewet vastgestelde vermogen zoals dat geldt voor de algemene bijstand.
- a.
-
2. Alle begrippen die in deze beleidsregels worden gebruikt en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als de Participatiewet, IOAW, IOAZ en de Algemene wet bestuursrecht.
Artikel 2: Rechthebbenden
-
1. Het Participatiefonds staat open voor iedere belanghebbende met een inkomen tot 120% van de toepasselijke bijstandsnorm inclusief vakantietoeslag en wiens vermogen niet hoger is dan de in artikel 34 van de Participatiewet vastgestelde vermogensgrenzen.
-
2. Het Kindpakket staat open voor ieder kind van 0 tot en met 17 jaar van de belanghebbende met een inkomen tot 120% van de toepasselijke bijstandsnorm inclusief vakantietoeslag.
-
3. De kindtoeslag van € 200,00 per kind per jaar staat open voor belanghebbende die de individuele inkomenstoeslag ontvangt en minimaal één ten laste komend kind heeft in de leeftijd van 0 tot en met 17 jaar.
-
4. De collectieve (aanvullende) zorgverzekering staat open voor iedere belanghebbende met een inkomen tot 120% van de toepasselijke bijstandsnorm inclusief vakantietoeslag en wiens vermogen niet hoger is dan de artikel 34 van de Participatiewet vastgestelde vermogensgrenzen.
-
5. De belanghebbende in een minnelijke schuldsaneringsregeling of die is toegelaten tot de Wet schuldsanering natuurlijke personen (Wsnp) heeft ongeacht het inkomen aanspraak op in deze beleidsregels genoemde minimaregelingen en een maximaal vermogen heeft conform artikel 34 van de Participatiewet.
Artikel 3: Aanvraag en verstrekking
-
1. Een minimaregeling wordt éénmaal per jaar verstrekt hetzij ambtshalve of op aanvraag. De datum toekenning is de peildatum.
-
2. De collectieve (aanvullende) zorgverzekering genoemd in artikel 7, wordt per kalenderjaar vastgesteld.
-
3. De minimaregeling wordt verstrekt in natura of in een geldbedrag voor het doel overeenkomstig deze beleidsregels.
-
4. De juistheid van de besteding van een verstrekte minimaregeling kan achteraf getoetst worden op basis van een steekproef. De steekproef kan worden uitgevoerd tot maximaal 13 maanden na toekenning van de minimaregeling. Belanghebbende moet op verzoek van het college bewijzen van de besteding kunnen overleggen tot 13 maanden na besteding.
-
5. Indien sprake is van besteding aan een ander doel dan in deze beleidsregels genoemde bestedingsdoelen dan wel indien sprake is dat belanghebbende geen bewijzen van de besteding kan overleggen, kan de verstrekte minimaregeling op grond van artikel 8 en 9 van deze beleidsregels worden herzien, ingetrokken en teruggevorderd.
Artikel 4: Kindpakket
-
1. Het Kindpakket heeft als doel ouder(s)/verzorger(s) in staat te stellen om de kansen en mogelijkheden van hun kinderen te vergroten.
-
2. Het Kindpakket voor kinderen tot en met 17 jaar wordt aangevraagd bij Stichting Leergeld Zuid-Holland Midden.
-
3. De verstrekking door Stichting Leergeld Zuid-Holland Midden is in natura.
Artikel 5: Participatiefonds
-
1. Het Participatiefonds heeft als doel om via een financiële ondersteuning inwoners in staat te stellen om deel te nemen aan de samenleving.
-
2. Voor het Participatiefonds komen alleen de volgende kosten in aanmerking voor een vergoeding:
- -
contributie sportvereniging of fitnesscentrum en bijbehorende sportuitrusting;
- -
zwemlessen en abonnement zwembad;
- -
lesgeld muziekschool of dansschool, contributie of cursusgeld voor een hobbyclub;
- -
lidmaatschap vereniging voor amateurkunst, toneelvereniging, koor, bibliotheek;
- -
bezoek theater, bioscoop, concert, museum, dierentuin, attractiepark;
- -
lidmaatschap bibliotheek;
- -
abonnement kosten internet;
- -
aanschaf en gebruik van de Rotterdampas.
- -
-
3. De hoogte van de vergoeding vanuit het Participatiefonds bedraagt:
- -
€ 100,00 per jaar voor inwoners vanaf de leeftijd van 18 jaar.
- -
-
4. Het Participatiefonds wordt individueel toegekend. Het is daarom niet mogelijk om toegekende bedragen voor verschillende leden van één gezin te bundelen en/of aan kosten voor een ander gezinslid te besteden.
-
5. Het Participatiefonds wordt in één keer volledig uitbetaald. In bijzondere omstandigheden kan hiervan worden afgeweken.
Artikel 6: Kindtoeslag
-
1. De belanghebbende die individuele inkomenstoeslag ontvangt en minimaal één ten laste komend kind heeft in de leeftijd van 0 tot en met 17 jaar ontvangt € 200,00 per kind per jaar.
-
2. De kindtoeslag dient gebruikt te worden voor de aanschaf van basisvoorzieningen voor het kind.
-
3. De kindtoeslag wordt tegelijkertijd met de individuele inkomenstoeslag aan belanghebbende verstrekt.
Artikel 7: Collectieve (aanvullende) zorgverzekering
-
1. Huishoudens (alleenstaanden, alleenstaande ouders, gehuwden en degenen die op grond van de Participatiewet als gehuwden worden aangemerkt) met een inkomen als beschreven in artikel 2 lid 4 van deze beleidsregels kunnen deelnemen aan de door gemeente aangeboden collectieve zorgverzekering.
-
2. De collectieve zorgverzekering wordt afgesloten bij een van de zorgverzekeraars waarmee de gemeente een collectief arrangement heeft.
-
3. De bijdrage in de premie van deze collectieve aanvullende zorgverzekering bedraagt:
- -
€ 30,00 per maand bij het pakket Extra;
- -
€ 13,00 per maand bij het pakket Extra Uitgebreid plus vergoeding van het benutte eigen risico.
- -
-
4. De bijdrage als bedoeld in lid 3 van dit artikel wordt verrekend met de verschuldigde zorgpremie.
Artikel 8: Inlichtingen- en medewerkingsverplichting
-
1. Belanghebbende doet aan het college uit eigen beweging of op verzoek direct mededeling van alle feiten en omstandigheden waarvan hem redelijkerwijs duidelijk moet zijn dat zij van invloed kunnen zijn op het recht op een in deze beleidsregels benoemde minimaregeling.
-
2. Belanghebbende is verplicht aan het college desgevraagd de medewerking te verlenen die redelijkerwijs nodig is voor de uitvoering van deze beleidsregels.
Artikel 9: Herziening, intrekking en terugvordering
-
1. Het college kan de verstrekte minimaregeling herzien of intrekken indien:
- a.
het niet of onvoldoende nakomen van de inlichtingenplicht als bedoeld in artikel 8 lid 1 geleid heeft tot een ten onrechte of tot een te hoog bedrag verstrekte vergoeding;
- b.
anderszins een tegemoetkoming ten onrechte of tot een te hoog bedrag is verstrekt, voor zover de belanghebbende dit redelijkerwijs had kunnen weten of begrijpen;
- c.
de tegemoetkoming niet is besteed aan het doel waarvoor zij is verstrekt.
- a.
-
2. In geval van herziening of intrekking als bedoeld in het eerste lid, kan het college de tegemoetkoming of de ten onrechte of een te hoog verstrekt bedrag aan tegemoetkoming terugvorderen.
-
3. Voor de uitvoering van het tweede lid is titel 4.4 van de Algemene wet bestuursrecht, met uitzondering van paragraaf 4.4.4.2, van toepassing.
Artikel 10: Hardheidsclausule
Het college kan, gelet op alle omstandigheden, afwijken van de bepalingen van deze beleidsregels ten gunste van de belanghebbende, als de toepassing hiervan leidt tot bijzonder onredelijke gevolgen of als zeer dringende redenen daartoe noodzaken.
Artikel 11: Citeertitel
Deze beleidsregels worden aangehaald als Beleidsregels minimaregelingen Voorne aan Zee 2025.
Artikel 12: Inwerkingtreding
-
1. De Beleidsregels minimaregelingen Voorne aan Zee 2025 treden in werking de dag na plaatsing in het gemeenteblad en werken terug tot 1 januari 2025 onder gelijktijdige intrekking van de Beleidsregels minimaregelingen Voorne aan Zee 2023.
Ondertekening
Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van gemeente Voorne aan Zee op 21 januari 2025.
Hellevoetsluis, 21 januari 2025
Burgemeester en wethouders van Voorne aan Zee,
TOELICHTING
De beleidsregels regelen de uitvoering van het minimabeleid van de nieuwe Gemeente Voorne aan Zee. In deze beleidsregels worden de volgende onderwerpen geregeld:
- -
De rechthebbenden voor deze minimaregelingen;
- -
De minimaregelingen en waar deze voor bestemd zijn;
- -
De voorwaarden waaraan moet worden voldaan om voor een minimaregeling in aanmerking te komen;
- -
De hoogte van de vergoedingen;
- -
De wijze van verstrekking;
- -
Hardheidsclausule.
Bij de beoordeling van een aanvraag voor een minimaregeling is de kostendelersnorm niet van toepassing.
Een minimaregeling wordt eenmaal per jaar (eenmaal per 12 maanden) op aanvraag toegekend en kan vervolgens jaarlijks ambtshalve worden verstrekt, met uitzondering van het Kindpakket dat jaarlijks bij Stichting Leergeld moet worden aangevraagd. Een inwoner die een algemene uitkering voor levensonderhoud heeft, komt in ieder geval in aanmerking voor de automatische verstrekking van de minimaregeling. In bijzondere omstandigheden kan hiervan worden afgeweken.
De uitvoering van het Kindpakket is belegd bij Stichting Zuid-Holland midden. De stichting beoordeelt op welke manier het kind tot en met 17 jaar van belanghebbende, wiens inkomen niet hoger is dan 120% van de toepasselijke bijstandsnorm inclusief vakantietoeslag, kan worden ondersteund. Hierbij kan onder andere worden gedacht aan kindpas (kleding), schoolspullenpas (schoolmaterialen), zwemles en jarige Job. Om in aanmerking te komen voor een gezinslaptop, laptop VO of een fiets kan Stichting Leergeld Zuid-Holland Midden aanvullende voorwaarden stellen.
In een “Een stap vooruit”, integraal armoedebeleid 2025-2028 is opgenomen dat ouder(s)/verzorger(s) van kinderen die langer in armoede leven een geldbedrag van € 200,-- per kind per jaar ontvangen. Deze kindtoeslag is in deze beleidsregels uitgewerkt.
De belanghebbende die al langer in armoede leeft en individuele inkomenstoeslag van de gemeente ontvangt en minimaal één ten laste komend kind heeft in de leeftijd van 0 tot en met 17 jaar ontvangt automatisch bij de individuele inkomenstoeslag een bedrag van € 200,-- per kind per jaar.
Vanaf de geboorte van het kind kan belanghebbende aanspraak maken op de kindtoeslag. De leeftijd van het kind op het moment van toekennen van de kindtoeslag is bepalend of de belanghebbende in aanmerking komt voor de kindtoeslag. Hiermee wordt voorkomen dat er kindtoeslag wordt verstrekt voor een kind dat inmiddels 18 jaar is.
De kindtoeslag is bedoeld ter ondersteuning van de aanschaf van basisvoorzieningen voor het kind, zoals de aanschaf van een nieuw bed, matras of bureau. De kindtoeslag wordt uitbetaald bij de verstrekking van de individuele inkomenstoeslag.
Achteraf kan de rechtmatigheid van de tegemoetkoming worden getoetst, bijvoorbeeld door middel van een steekproef. De belanghebbende moet bewijzen van besteding kunnen overleggen tot en met 13 maanden na toekenning van de minimaregeling.
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl