Beleidsregel verdelingsprocedure exploitatievergunning speelautomatenhallen Lelystad 2025

Geldend van 24-01-2025 t/m heden

Intitulé

Beleidsregel verdelingsprocedure exploitatievergunning speelautomatenhallen Lelystad 2025

De burgemeester besluit:

  • 1.

    De beleidsregel Verdelingsprocedure exploitatievergunning speelautomatenhallen Lelystad 2025 vast te stellen.

  • 2.

    De beleidsregel Verdelingsprocedure exploitatievergunning speelautomatenhallen Lelystad 2022 in te trekken.

De burgemeester van Lelystad;

gelet op het bepaalde in artikel 2:40B en 2:40C van de Algemene plaatselijke verordening Lelystad 2021 en hoofdstuk 4, titel 4.3 van de Algemene wet bestuursrecht;

B e s l u i t:

vast te stellen de navolgende beleidsregel ‘Verdelingsprocedure exploitatievergunning speelautomatenhallen Lelystad 2025’.

Inleiding

Op grond van artikel 2:40B, tweede lid, van de Algemene plaatselijke verordening Lelystad 2021 (hierna: APV) kan de burgemeester slechts twee vergunningen verlenen voor speelautomatenhallen. Aangezien het vergunningstelsel de toegang tot de markt voor potentiële aanbieders getalsmatig beperkt, is sprake van een schaarse vergunning. In deze situatie ligt het in de rede dat alle potentiële aanvragers in de gelegenheid worden gesteld om op enigerlei wijze mee te dingen naar de vergunning.

Ingevolge artikel 2:40C van de APV stelt de burgemeester een verdelingsprocedure vast voor een vrijgekomen exploitatievergunning van een speelautomatenhal. Deze verdelingsprocedure is in deze beleidsregel beschreven. Het doel van verdelingsprocedure is gericht op het vormgeven van zowel het procedurele als het inhoudelijke afwegingskader, zodat de aanvragen inhoudelijk op kwaliteit beoordeeld kunnen worden. In de voorliggende procedure wordt uiteengezet op welke wijze de burgemeester de bevoegdheden op basis van de APV en de Wet op de kansspelen inzet. Achtereenvolgens wordt ingegaan op de verschillende fases in de procedure van de vergelijkende toets, de beoordelingscriteria en de planologische inpassing.

Juridisch kader

Uit artikel 30b, eerste lid, aanhef en onder b, van de Wet op de kansspelen volgt dat het verboden is om zonder vergunning van de burgemeester één of meer kansspelautomaten aanwezig te hebben op voor het publiek toegankelijke plaatsen. De vergunning kan slechts worden verleend op grond van artikel 30c, eerste lid, aanhef en onder b van de Wet op de kansspelen indien zij betreft kansspelautomaten in een speelautomatenhal, voor zover het houden van een zodanige inrichting krachtens een vergunning van de burgemeester bij gemeentelijke verordening is toegestaan.

Op grond van de APV kan de burgemeester slechts twee vergunningen voor speelautomatenhallen verlenen. Bovendien is een aantal weigeringsgronden opgenomen in artikel 2:40G van de APV wat maakt dat er niet overal en altijd een vergunning kan worden verleend. Verder zijn de overige bepalingen van afdeling7A van de APV ook van toepassing op de exploitatie van speelautomatenhallen.

Proces

Bij het vrijkomen van een vergunning voor een speelautomatenhal worden verschillende fasen en stappen doorlopen. In fase 1 wordt eerst bekendgemaakt dat geïnteresseerden binnen een in de bekendmaking opgenomen tijdvak een aanvraag kunnen indienen voor een vergunning van een speelautomatenhal. Ook wordt in de bekendmaking verwezen naar deze procedure. De aanvragen moeten volledig en binnen de gestelde termijn zijn ingediend. Bij een onvolledige aanvraag wordt aan de aanvrager een termijn gesteld waarbinnen de aanvraag kan worden aangevuld. Nadat de termijnen voor het indienen van een aanvraag of een aanvulling op een aanvraag zijn verstreken worden de tijdige en volledige aanvragen ontvankelijk verklaard en in behandeling genomen. Het Bibob vragenformulier en de daarbij horende bescheiden maken ook deel uit van de vergunningaanvraag, maar hoeft in fase 1 nog niet te worden meegezonden. De aanvragen die na het verstrijken van de gestelde termijn niet of niet volledig zijn ingediend worden buiten behandeling gesteld. De aanvrager komt dan niet in aanmerking voor de vergunning.

In fase 1 wordt ook een eerste toets gedaan op de weigeringsgronden van de APV. Als daaruit duidelijk blijkt dat een vergunningaanvraag niet voldoet en ook niet kan voldoen, wordt deze geweigerd. Deze toets betreft dus een eerste globale toets op de weigeringsgronden. Het betreft geen definitief oordeel of zich één van de weigeringsgronden voordoen. In een later stadium kan alsnog blijken dat de aanvraag geweigerd moet worden. Op vergunningaanvragen die na de eerste toets op de weigeringsgronden overblijven wordt de vergelijkende toets, zoals opgenomen in deze verdelingsprocedure, toegepast.

In fase 2 wordt de vergelijkende toets toegepast aan de hand van de in deze verdelingsprocedure opgenomen inhoudelijke beoordelingscriteria.

Na de vergelijkende toets volgt fase 3 en wordt de eerste in de rangschikking onderworpen aan een Bibob-toets. De eerst gegadigde moet binnen een termijn van 14 dagen na verzenddatum van de gunningsbrief het bibob formulier compleet ingevuld met de bijbehorende bescheiden hebben ingediend. Bij een onvolledig ingediend formulier wordt aan de gegadigde een termijn gesteld waarbinnen het formulier en de bijbehorende bescheiden kan worden aangevuld. Ook wordt voor de volledigheid nog een gedetailleerde toets uitgevoerd op de weigeringsgronden.

Indien de Bibob beoordeling positief is wordt de vergunning aan diegene verleend. De andere aanvragen worden dan geweigerd. Bij een negatieve Bibob beoordeling wordt de tweede in de rangschikking aan een Bibob-toets onderworpen. Dit proces herhaalt zich totdat een aanvrager positief wordt beoordeeld.

Fase 1:

  • 1.

    bekendmaking;

  • 2.

    ontvankelijkheidstoets van de aanvraag;

  • 3.

    1e toets op de weigeringsgronden;

Fase 2:

  • 4.

    Toepassen vergelijkende toets aan de hand van de beoordelingscriteria.

Fase 3

  • 5.

    Bibob-toets op de eerst gegadigde.

  • 6.

    Volledigheidstoets op de weigeringsgronden van de vergunningaanvraag van de eerst gegadigde.

  • 7.

    Beslissing op de vergunningaanvragen.

1. Bekendmaking

Een oproep tot mededinging wordt ten minste vier weken voor aanvang van de indieningstermijn geplaatst in de Flevopost, op de gemeentelijke website (www.lelystad.nl) en in het digitale gemeenteblad gepubliceerd.

In de oproep tot mededinging wordt opgenomen:

  • -

    dat een vergelijkende toets overeenkomstig de beoordelingscriteria wordt uitgevoerd;

  • -

    vanaf welke datum een aanvraag kan worden ingediend;

  • -

    tot welke datum een aanvraag kan worden ingediend;

  • -

    dat de aanvraag moet voldoen aan de criteria van de APV en deze Verdelingsprocedure exploitatievergunning speelautomatenhallen Lelystad 2025.

2. Ontvankelijkheid

De ontvangen aanvragen worden in eerste instantie beoordeeld op ontvankelijkheid. Daarbij wordt beoordeeld of de aanvraag voldoet aan de eisen zoals gesteld in artikel 2:40D van de APV. Indien de aanvraag, zo mogelijk na aanvulling, niet ontvankelijk blijkt wordt die aanvraag ingevolge de Algemene wet bestuursrecht buiten behandeling gelaten.

Op grond van artikel 2:40D van de APV dient de exploitant, een natuurlijke of rechtspersoon die een speelautomatenhal wenst te exploiteren, een aanvraag in onder overlegging van:

  • 1.

    een door de burgemeester vastgesteld aanvraagformulier met bijbehorende bescheiden, dat volledig is ingevuld en ondertekend (artikel 2:40D, onder a);

  • 2.

    een plattegrond waarop of waarbij een nauwkeurige beschrijving van de inrichting is opgenomen inclusief oppervlakte, het aantal en type speelautomaten en de opstelplekken van de speelautomaten (artikel 2:40D, onder b);

  • 3.

    een bewijs waaruit blijkt dat over de ruimte beschikt kan worden (artikel 2:40D, onder c);

  • 4.

    wettelijke bewijsstukken, ingevolge artikel 6 van de Regeling werving, reclame en verslavingspreventie kansspelen, van alle leidinggevenden (artikel 2;40D, onder d).

Ten behoeve van de verdelingsprocedure dient de aanvrager, naast voornoemde gegevens, de volgende gegevens aan te leveren.

  • 1.

    een korte motivering dat de speelautomatenhal op het perceel planologisch is toegestaan dan wel planologisch ingepast kan worden;

  • 2.

    een plan van aanpak openbare orde, waarin wordt aangegeven op welke wijze door de exploitant wordt bijgedragen aan het voorkomen van openbare orde verstoringen;

  • 3.

    een plan van aanpak ter voorkoming en bestrijding van gokverslaving, waarin concreet wordt beschreven hoe verslaving door de exploitant wordt herkend en tegengegaan;

  • 4.

    een plan van aanpak waarin maatregelen zijn opgenomen ter voorkoming van de verstoring van de leef- en woonsituatie in de omgeving van de speelautomatenhal;

  • 5.

    een geldig Kamer van Koophandel nummer waaruit blijkt dat de ondertekenaar van de aanvraag een rechtsgeldige vertegenwoordiger is van de aanvrager;

  • 6.

    een geldig kopie van het identiteitsbewijs van de aanvrager.

Verder wordt een vragenformulier bibob toegezonden. Dit formulier hoeft nog niet te worden meegezonden in de eerste fase. Het formulier moet wel volledig ingevuld en ondertekend worden ingediend in fase drie door de eerste gegadigde. De aanvrager wordt wel sterk aanbevolen om in de eerste fase voorbereidingen te treffen door de nodige gegevens alvast te verzamelen in het kader van de Bibob toets.

Tijdige en volledige aanvraag

Een aanvraag dient volledig en op tijd te zijn ingediend. Een aanvraag is op tijd ingediend indien de aanvraag voor het verstrijken van de termijn, zoals opgenomen in de openbare bekendmaking, is ingediend. Voorts moet de aanvraag alle gegevens en beschikkingen bevatten, zoals in de APV en deze verdelingsprocedure zijn voorgeschreven.

De termijn voor het indienen van een aanvraag bedraagt 4 weken na aanvang van de termijn die wordt vermeld in de openbare bekendmaking. De gemeente bevestigt de ontvangst van een aanvraag door middel van een ontvangstbevestiging. In het geval van een onvolledige aanvraag wordt de aanvrager gedurende 2 weken in de gelegenheid gesteld om de aanvraag aan te vullen. Onder onvolledig wordt verstaan dat er in de aanvraag bescheiden ontbreken of dat bescheiden niet volledig of niet ondertekend zijn ingediend of anderszins niet voldoen aan de formele indieningsvereisten.

Indien de aanvraag onvolledig of na het verstrijken van de termijn is ingediend zal de aanvraag buiten behandeling worden gesteld.

3. Weigeringsgronden

Indien de aanvraag ontvankelijk is, wordt beoordeeld of zich een weigeringsgrond als in artikel 2:40G van de APV voordoet. Aanvragen die voldoen aan één of meer van de genoemde weigeringsgronden kunnen direct worden afgewezen.

Op grond van artikel 2:40G, eerste lid, van de APV wordt de vergunning geweigerd indien:

  • a.

    het maximaal aantal af te geven vergunningen voor speelautomatenhallen verleend is;

  • b.

    de exploitatie of vestiging van de speelautomatenhal strijd oplevert met het geldende bestemmingsplan, behoudens in het geval een gerede kans bestaat dat functiewijziging op de locatie planologisch ingepast kan worden en het college de principebereidheid heeft uitgesproken om een procedure tot afwijken het bestemmingsplan voor de locatie te starten;

  • c.

    niet voldaan wordt aan de in artikel 2:40D gestelde eisen;

  • d.

    niet voldaan wordt aan de krachtens artikel 30d, vierde lid, van de wet gestelde eisen;

  • e.

    leidinggevenden de leeftijd van 21 jaar niet hebben bereikt.

Op grond van artikel 2:40G, tweede lid, van de APV kan een vergunning worden geweigerd indien:

  • a.

    door de aanwezigheid van de speelautomatenhal naar oordeel van de burgemeester het woon- en leefklimaat in de naaste omgeving, het karakter van de winkelstraat of winkelbuurt dan wel de openbare orde of veiligheid nadelig wordt beïnvloed door de aanwezigheid van de speelautomatenhal;

  • b.

    de speelautomatenhal toegankelijk is voor het publiek via een andere inrichting en niet uitsluitend rechtstreeks vanaf de weg of een centrale hal. De speelautomatenhal heeft een eigen toegang.

Als na toetsing van de ontvankelijkheid of na de eerste toets op de weigeringsgronden slechts één aanvraag resteert zal deze aanvraag verder worden beoordeeld aan de hand van de in deze beleidsregel opgenomen vereisten. In het geval dat meer aanvragen overblijven, zal een inhoudelijke (vergelijkende) beoordeling met inachtneming van de onderstaande beoordelingscriteria plaatsvinden.

Ruimtelijke motivering voor planologische inpassing

Gelet op artikel 2:40G, eerste lid, sub b, van de APV wordt, indien een gerede kans bestaat dat de functiewijziging op de locatie planologisch ingepast kan worden, aan het college gevraagd een besluit te nemen waarin zij de principe-bereidheid uitspreekt om een procedure tot ontheffing van het bestemmingsplan voor de locatie van de winnende aanvrager te starten.

4. Beoordelingscriteria

Voor de verdeling van de schaarse vergunning wordt een vergelijkende toets gehanteerd. Dat houdt in dat de aanvragen inhoudelijk met elkaar worden vergeleken. De aanvragen worden getoetst aan de hierna genoemde beoordelingscriteria:

  • 1.

    plan van aanpak openbare orde;

  • 2.

    plan van aanpak ter voorkoming en bestrijding van gokverslaving;

  • 3.

    plan van aanpak maatregelen ter voorkoming van verstoring van de woon- en leefsituatie;

  • 1.

    Plan van aanpak openbare orde

In het plan van aanpak openbare orde worden de risico’s voor de openbare orde, veiligheid en leefbaarheid in de directe omgeving beschreven. Voorts wordt beschreven welke maatregelen worden getroffen om deze risico’s zoveel mogelijk te beperken.

Het plan van aanpak openbare orde wordt getoetst op de volgende onderdelen, waarbij alle onderdelen even zwaar wegen:

  • -

    de risicoanalyse in relatie tot de omgeving;

  • -

    de voorgestelde maatregelen om die risico’s weg te nemen;

  • -

    de te treffen voorzieningen om overlast door bezoekers of rondhangende personen te voorkomen;

  • -

    de wijze van toezicht in de speelautomatenhal en in de directe omgeving daarvan;

  • -

    de toepassing van cameratoezicht;

  • -

    toegangsverboden / contact met andere speelautomatenhallen;

  • -

    de openingstijden;

  • -

    het toegangsbeleid.

Hoe completer de risicoanalyse hoe hoger de beoordeling zal zijn. Een hogere mate van concreetheid van voorgestelde maatregelen en procedures zal een hogere score opleveren. Ook worden plannen waarin sprake is van aandacht voor de omgeving zonder onrust te creëren in die omgeving hoger gewaardeerd.

  • 2.

    Plan van aanpak ter voorkoming en bestrijding van gokverslaving

Bij het exploiteren van een speelautomatenhal speelt de preventie van risicovol en problematisch speelgedrag een grote rol. Daarom wordt in het plan van aanpak ter voorkoming en bestrijding van gokverslaving ingegaan op de te treffen voorzieningen om gokverslaving tegen te gaan.

Het plan van aanpak ter voorkoming en bestrijding van gokverslaving wordt getoetst op de volgende onderdelen, waarbij alle onderdelen even zwaar wegen:

  • -

    het aantal en type speelautomaten (gok- en behendigheidsautomaten) dat wordt opgesteld waardoor een ‘ideale mix’ wordt nagestreefd;

  • -

    de procesbeschrijving van de legitimatieplicht en de minimale leeftijd van 18 jaar (artikel 30u, eerste tot en met het derde lid van de Wet op de kansspelen);

  • -

    de procesbeschrijving van de monitoring van speelgedrag (artikel 30v Wet op de kansspelen);

  • -

    de vaardigheden/opleiding van medewerkers;

  • -

    de communicatie met verslavingszorg ter voorkoming en bestrijding van gokverslaving;

  • -

    de mate van ervaring van de aanvrager met het exploiteren van een speelautomatenhal.

In de speelautomatenhal worden verschillende typen speelautomaten geplaatst. Deze productdifferentiatie moet voldoen aan de zogenoemde ‘ideale mix’. Zo zal er een combinatie moeten worden gevonden met bijvoorbeeld meer-spelers, die het ‘sociaal spelen’ vergroten. Productdifferentiatie leidt tot een mix van lang bestaande kansspelautomaten en nieuwe kansspelvormen. Als gevolg hiervan trekt de speelautomatenhal een gemengd publiek. In de onderstaande tabel is de ‘ideale mix’ in relatie tot de oppervlakte van de speelautomatenhal opgenomen.

Speelautomatenhal < 100 m²

Speelautomatenhal 100-200m²

Speelautomatenhal >200m²

Opstellen van minimaal één meerspeler

Gekoppelde jackpot van maximaal €2.500,-

Opstellen van minimaal twee meerspelers

Gekoppelde jackpot van maximaal €2.500,-

Opstellen van minimaal vier meerspelers

Gekoppelde jackpot van maximaal €2.500,-

Het voldoen aan de “ideale mix” en een grotere productdifferentiatie leidt tot een hogere waardering.

Daarnaast zullen ook andere maatregelen die getroffen worden om gokverslaving tegen te gaan hoger gewaardeerd worden. Denk hierbij onder andere aan: actieve samenwerking met verslavingszorginstellingen, het hanteren van een maximum speelduur op automaten, geen reserveringssysteem toepassen op speelautomaten, geen insteekpasjes faciliteren of het niet toestaan van insteekpasjes.

  • 3.

    Plan van aanpak maatregelen ter voorkoming van de verstoring van de woon- en leefsituatie

Het is van belang dat een goede woon- en leefsituatie in de naaste omgeving wordt gewaarborgd. Daarom wordt in de aanvraag een concrete locatie vermeld en wordt in ieder geval ingegaan op de maatregelen die getroffen worden om de verstoring op de woon- en leefsituatie in de naaste omgeving te voorkomen.

De onderbouwing van de gevolgen op de woon- en leefsituatie wordt getoetst op de volgende onderdelen, waarbij alle onderdelen even zwaar wegen:

  • -

    de speelautomatenhal is uitsluitend rechtstreeks vanaf de weg voor het publiek toegankelijk;

  • -

    de inpassing van de speelautomatenhal in de omgeving en de gevolgen voor de leef- en woonsituatie of het karakter van de winkelstraat/winkelbuurt in de naaste omgeving;

  • -

    de uitstraling van de speelautomatenhal is terughoudend en zo veel mogelijk transparant, de speelautomaten zijn niet direct vanaf de openbare ruimte zichtbaar;

  • -

    de bereikbaarheid voor alle gangbare manieren van vervoer, zoals auto, openbaar vervoer, fiets en te voet;

  • -

    de aanwezigheid van voldoende parkeerplaatsen voor auto’s en stallingplaatsen voor fietsen in de directe omgeving;

  • -

    de eventuele negatieve gevolgen voor de woon- en leefsituatie als gevolg van de vestiging van de speelautomatenhal worden beschreven

  • -

    een beschrijving waarin inzichtelijk wordt gemaakt op welke wijze de eventuele negatieve gevolgen zoveel mogelijk worden beperkt.

Verder is het een meerwaarde als er een actieve samenwerking is met omliggende bedrijven en/of bewoners.

Waardering van beoordelingsaspecten

Om de aanvragen te kunnen vergelijken worden op de verschillende onderdelen punten toegekend. Op basis van de uitkomsten van de weging stelt de burgemeester een rangorde op. De rangorde wordt bepaald op basis van het aantal verkregen punten. De aanvrager met de meeste punten eindigt op de hoogste plaats.

Bij de beoordeling van de aanvraag wordt voor de voorgaande beoordelingscriteria de volgende waardering gehanteerd:

  • 1.

    plan van aanpak openbare orde; 40%

  • 2.

    plan van aanpak ter voorkoming en bestrijding van gokverslaving; 40%

  • 3.

    plan van aanpak maatregelen ter voorkoming van de verstoring van de woon- en leefsituatie; 20%

Voor elk afzonderlijk onderdeel worden punten toegekend. Voor elk onderdeel kunnen naar gelang de uitwerking 0, 1, 3, 5, 7, 10 punten worden toegekend:

Beoordeling

Punten

Onderdeel is niet uitgewerkt

0

Onderdeel is onvoldoende uitgewerkt

1

Onderdeel is inhoudelijk onvoldoende

3

Onderdeel voldoet aan basisverwachting

5

Onderdeel toont meerwaarde voor gemeente

7

Onderdeel toont duidelijke meerwaarde voor gemeente

10

De burgemeester kan zich bij de beoordeling van de aanvragen laten bijstaan door één of meer (externe) deskundigen. Dit is situationeel bepaald.

De door gemeente Lelystad gevraagde en door aanvrager aangeleverde informatie wordt door de leden van de selectiecommissie beoordeeld waarna er een gemiddelde wordt bepaald (eindscore). Alle berekeningen en punten vinden plaats in twee decimalen.

Loting bij (nagenoeg) gelijke beoordeling

Als de eindscore van de beste aanvragers 5 punten of minder van elkaar afwijken, worden deze onderworpen aan een loting om tot een winnende aanvraag te komen. Aanvragen die in de eindscore 5 punten of minder van elkaar afwijken verschillen nauwelijks van elkaar. Dit maakt het motiveren van besluiten waarom partij A beter is dan partij B bijna onmogelijk. Een loting is in deze situatie een eerlijkere methode. De loting wordt verricht door een persoon uit de ambtelijke organisatie die niet betrokken is bij de verdelingsprocedure. De loting gebeurt in het openbaar, in aanwezigheid van de aanvragers.

5. Bibob-toets

Een ingediende aanvraag ter verkrijging van een vergunning voor een speelautomatenhal wordt getoetst aan de Wet Bibob. Bibob vragenformulieren worden beoordeeld op ontvankelijkheid.

De aanvrager met de hoogste eindscore op zijn aanvraag of is ingeloot wordt, conform artikel 30e, derde lid, van de Wet op de kansspelen, inhoudelijk getoetst aan de Wet Bibob. Dit gebeurt overeenkomstig de dan geldende beleidsregel Bibob van de gemeente. Het vragenformulier Wet Bibob van de gemeente Lelystad, zoals ingediend door de aanvrager van de vergunning van de speelautomatenhal wordt aan een Bibob-toets onderworpen.

Indien de beoordeling positief is, wordt de vergunning aan de gegunde aanvrager verleend. Indien de beoordeling negatief is, wordt de aanvrager die als tweede is geëindigd onderworpen aan een Bibob-toets. Dit proces herhaalt zich totdat een positief advies wordt verkregen. Aan diegene wordt de vergunning verleend.

Duur van de vergunning

De vergunning die op grond van artikel 2:40B, tweede lid, van de APV wordt verleend, heeft een looptijd met een termijn van de in artikel 2:40L van de APV genoemde bepalingen.

Inwerkingtreding

Deze beleidsregel is op 14 januari 2025 vastgesteld en treedt in werking op de eerste dag na de datum van de bekendmaking.

Citeertitel

Deze beleidsregel wordt aangehaald als “Verdelingsprocedure exploitatievergunning speelautomatenhallen Lelystad 2025”.

Ondertekening

Lelystad, 14 januari 2025

De burgemeester van Lelystad,

A.E.H. Baltus