Aanwijzingsbesluit ondergrondse restafvalcontainer Komeetstraat

Dit is een toekomstige tekst! Geldend vanaf 23-01-2025

Intitulé

Aanwijzingsbesluit ondergrondse restafvalcontainer Komeetstraat

Burgemeester en wethouders van de gemeente Brunssum wijzen hierbij, op grond van artikel 10 lid 1 sub b van de Afvalstoffenverordening en artikel 7 lid 3 van het bijbehorende Uitvoeringsbesluit, een inzamelvoorziening aan voor huishoudelijk restafval.

Gelet op:

het bepaalde in artikel 10:23 Wet milieubeheer op grond waarvan de Raad een Afvalstoffenverordening heeft vastgesteld

het bepaalde in artikel 10.26 van de Wet milieubeheer dat gemeenten, in het belang van de doelmatigheid, huishoudelijke afvalstoffen mogen inzamelen nabij elk perceel;

het bepaalde van artikel 10 van de Afvalstoffenverordening Brunssum 2023 juncto artikel 7, derde lid van het Uitvoeringsbesluit Afvalstoffenverordening 2023 dat aangeeft dat het college aanwijst via welk al dan niet van gemeentewege verstrekt inzamelmiddel of via welke inzamelvoorziening de inzameling van een bepaalde categorie huishoudelijke afvalstoffen ten behoeve van de gebruiker van een perceel plaatsvindt;

Overwegende dat de locatiekeuze voor het plaatsen van een restafvalcontainer voldoet aan een aantal criteria:

Bereikbaarheid

De container moet zowel voor de inzameldienst als voor de gebruikers voldoende bereikbaar en toegankelijk zijn. Vanuit de kant van de inzameldienst houdt dit minimaal in dat de toegangswegen naar de container toegankelijk zijn voor het inzamelvoertuig, de container zo gesitueerd dient te zijn dat het technisch mogelijk is de container te legen en dat de inzameldienst bij het legen geen objecten in de openbare ruimte (zoals bomen, lichtmasten, auto’s e.d.) of gebouwen (bijvoorbeeld muren, balkons, uitsteeksels aan gebouwen e.d.) kan raken.

Vanuit de kant van de gebruikers dient de container makkelijk bereikbaar, toegankelijk en veilig gesitueerd te zijn. In het bijzonder ook voor ouderen en mindervaliden.

Verkeersveiligheid

De container moet zowel voor de inzameldienst als voor de gebruiker op een veilige wijze te bereiken zijn. Vanuit de kant van de inzameldienst houdt dit minimaal in dat de container geleegd moet kunnen worden zonder dat hierdoor een gevaarlijke verkeerssituatie ontstaat.

Vanuit de kant van de gebruiker betekent dit dat zij hun afval kwijt moeten kunnen, zonder hiervoor verkeersonveilige handelingen te moeten verrichten. De container mag nooit zo worden geplaatst dat het verkeer hier hinder van ondervindt.

Ondergrondse infrastructuur

Bij het bepalen van locaties wordt de ondergrond onderzocht op de aanwezigheid van obstakels. Belangrijkste voorbeeld hiervan is de aanwezigheid van kabels en leidingen. Tot de omlegging van kabels en leidingen gaat de gemeente alleen over indien dit tegen relatief geringe kosten mogelijk is. Hoofd(transport)-leidingen, hoofdriool en glasvezelkabels vallen hier niet onder. Voor overige kabels en leidingen die tot een lokaal netwerk behoren, huisaansluitingen en straatkolken, weegt de gemeente de overlast en kosten voor verleggen af tegen het belang van de locatie.

Bomen en groenvoorziening

Gelet op het belang van het aanwezige groen in de kernen wordt een ondergrondse container bij voorkeur geplaatst in verhard gebied. Ook groenvoorzieningen zullen zoveel mogelijk onaangetast blijven. Echter waar plaatsingsruimte in de verharding onvoldoende is of ontbreekt, zal aanliggend groen benut worden.

Een container dient, ter voorkoming van schade aan wortels en boomkroon, niet binnen de kroonprojectie + 1,5 meter van de bestaande bomen geplaatst te worden. In uitzonderlijke gevallen kan hiervan worden afgeweken. Door de afdeling OR wordt dan de levensfase en breedtegroei van de boomkroon beoordeeld. Afhankelijk van de levensfase van de boom, kan een afweging gemaakt worden op af te wijken van bovenstaand punt en zou de aanwezige beplanting kunnen vervallen.

In afweging van de alternatieven en criteria heeft het college besloten dat de plaatsing van de ondergrondse afvalcontainer ten koste zal gaan van de huidig aanwezige boom. Voor het kappen van deze boom wordt een aparte vergunningsprocedure gevolgd. Na het verloop van deze procedure kan pas gestart worden met het plaatsen van de ondergrondse restafvalcontainer.

Inpassing in openbare ruimte en overige ruimtelijke aspecten

De situering van de ondergrondse container moet in beginsel passen binnen het straatbeeld. Daartoe wordt elke container(locatie) in lijn met overige objecten of functies in de openbare ruimte geplaatst. De container wordt bijvoorbeeld zoveel mogelijk buiten eventuele zichtlijnen met woningen geplaatst, maar dit zal niet altijd mogelijk zijn. Het algemeen belang gaat ook hier uiteindelijk voor op het individuele belang. Als sprake is van een historische omgeving of een architectonisch belangrijke locatie, zijn de bij die omgeving passende eisen aan de locatie leidend.

Voorkomen hinder

De afstand van het hart van de container tot de gevel van een woning is minimaal 3 meter, maar het streven is naar een grotere afstand. Bij het plaatsen van een ondergrondse container wordt het directe zicht op de container vanuit woningen zoveel mogelijk beperkt indien de directe omgeving daar ruimte voor geeft.

De inwerpopening van de ondergrondse afvalcontainer zal gericht zijn naar het nieuwcomplex aan de Komeetstraat. In geval van overlast kan deze gemeld worden via de BuitenBeter App van de gemeente Brunssum dan wel direct bij de Reinigingsdiensten Rd4.

gezien het feit dat:

de geselecteerde locatie voldoet aan de genoemde criteria;

Overwegende dat:

het daarvoor noodzakelijk is een besluit te nemen op grond van de Afvalstoffenverordening en het Uitvoeringsbesluit waarin dit bepaald wordt en de locatie waar de ondergrondse restafvalcontainer (5m3) geplaatst wordt, wordt aangewezen;

BESLUIT

vast te stellen het :

AANWIJZINGSBESLUIT ONDERGRONDSE RESTAFVALCONTAINER KOMEETSTRAAT

Artikel 1 begripsbepaling

In dit besluit wordt verstaan onder huishoudelijke afvalstoffen verstaan hetgeen hieronder wordt verstaan in artikel 1:1 Wet milieubeheer.

Artikel 2 Bepalen van wijze van inzameling huishoudelijk restafval

  • 1. Fijn huishoudelijk restafval kan in specifieke situaties worden ingezameld op gemeenteniveau door middel van een ondergrondse verzamelcontainer.

  • 2. De container wordt leeg gemaakt door de aangewezen inzamelaar zoals opgenomen in artikel 2 van het vigerende uitvoeringsbesluit afvalstoffenverordening.

Artikel 3 aanwijzing plaats

De volgende plaats wordt aangewezen als plaats voor een ondergrondse restafvalcontainer.

Locatie:

Woonplaats

Locatieomschrijving

Type

Brunssum

Appartementen en woningen t.p.v. Horizonstraat 75

Komeetstraat t.h.v. nr. 25A

(zie bijlage 1)

Ondergrondse restafvalcontainer

Brunssum

Appartementencomplex

t.p.v. Komeetstraat

Komeetstraat t.h.v. nr. 25A

(zie bijlage 1)

Ondergrondse restafvalcontainer

n.b. Overigens staat het, na realisatie van de ondergrondse afvalcontainer, andere inwoners van Brunssum vrij om desgewenst mits geautoriseerd ook gebruik te maken van deze inzamelvoorziening voor restafval.

Artikel 4 Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking op de dag na bekendmaking.

Het hierboven genoemde besluit wordt bekend gemaakt conform afdeling 3.6 van de Algemene wet bestuursrecht en gedurende 6 weken ter inzage te leggen om belanghebbenden de mogelijkheid te bieden bezwaar in te dienen.

Ondertekening

Brunssum, 7 januari 2025

Burgemeester en wethouders voornoemd,

De secretaris, de burgemeester

Bijlage 1 Locatietekening behorende bij het Aanwijzingsbesluit ondergrondse restafvalcontainer (ORAC) Komeetstraat t.h.v. 25A

Overzichtstekening

afbeelding binnen de regeling

Detailtekening

afbeelding binnen de regeling

Beoogde locatie ORAC aan de Komeetstraat (t.h.v. nr. 25A)

afbeelding binnen de regeling

Impressie beoogde situatie

afbeelding binnen de regeling

NB Voor het plaatsen van de ORAC zal de boom gekapt moeten worden. Hiertoe zal een kapvergunning aangevraagd worden.

Bent u het niet eens met dit besluit?

Neem dan contact met ons op. Wij kunnen het besluit uitleggen en zo nodig een fout herstellen. Bent u het dan nog niet eens met het besluit, dan kunt u bezwaar maken (artikel 6:4 Algemene wet bestuursrecht). In uw bezwaarschrift vermeldt u uw naam, adres en telefoonnummer. Geef duidelijk aan tegen welk besluit u bezwaar maakt. U motiveert, dateert en ondertekent het. Zorg ervoor dat wij uw bezwaarschrift ontvangen binnen zes weken na de dag waarop dit besluit bekend is gemaakt.

Het bezwaarschrift moet worden ingediend bij burgemeester en wethouders van de gemeente Brunssum, postbus 250, 6440 AG te Brunssum.

U kunt ook digitaal een bezwaarschrift indienen via www.brunssum.nl/bezwaarschrift-indienen. Daarvoor moet u wel beschikken over een elektronische handtekening (DigiD). Kijk op genoemde website voor de precieze voorwaarden.

Wilt u als belanghebbende voor een vergoeding in de kosten van een gegrond verklaard bezwaar in aanmerking komen, dan dient dit in het bezwaarschrift te worden aangegeven.

Het besluit treedt in werking op de dag na de datum waarop dit besluit bekend is gemaakt, ook als u hiertegen bezwaar maakt. Ook kan op grond van de Algemene wet bestuursrecht (artikel 8:81) aan de voorzieningenrechter van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State (Postbus 20019, 2500 EA, Den Haag) worden verzocht een voorlopige voorziening (waaronder schorsing) te treffen, wanneer onmiddellijke spoed dat, gelet op de betrokken belangen, vereist.

Meer informatie kunt u lezen in de folder "Bezwaar en beroep tegen een beslissing van de overheid", die u kunt aanvragen bij Informatie Rijksoverheid, tel. 1400. U kunt deze folder ook digitaal downloaden.