Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR734325
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR734325/1
Regeling vervalt per 31-12-2027
Subsidieregeling deelvervoer groepen en coöperaties Den Haag 2025
Geldend van 17-01-2025 t/m 30-12-2027
Intitulé
Subsidieregeling deelvervoer groepen en coöperaties Den Haag 2025Toelichting
Tot 1 januari 2024 was er de Subsidieregeling autodeelcoöperaties Den Haag 2021. Die regeling is weinig gebruikt. Dit kwam omdat de subsidie alleen kon worden aangevraagd voor het starten van een coöperatie met tenminste 20 leden. De nieuwe subsidieregeling is versoepeld. Bewoners kunnen met de nieuwe regeling ook subsidie aanvragen voor het opstarten of uitbreiden van een coöperatie met tenminste vijf leden, het opstarten van een groep of het delen via een autodeelplatform. De nieuwe subsidieregeling wordt ter vaststelling aan het college aangeboden.
Het college vindt het van maatschappelijk belang dat er nieuwe autodeelcoöperaties en autodeelgroepen komen in Den Haag. Ook wil de gemeente stimuleren dat bestaande coöperaties, groepen en platforms voor autodelen verder groeien. Als inwoners hun particuliere auto’s met verbrandingsmotor inwisselen voor een (grotendeels elektrische) deelauto, levert dat voordelen op die bijdragen aan de mobiliteitstransitie. Deze voordelen zijn:
-
a. Meer ruimte: minder ruimtebeslag door rijdende en geparkeerde particuliere auto’s;
b. Een beter milieu: minder uitstoot;
c. Betere leefbaarheid: straten krijgen meer ruimte voor andere functies;
d. Meer sociale cohesie: bewoners werken samen aan een leefbare buurt en stad.
Het opzetten van een autodeelcoöperatie of -groep is ingewikkeld. Het kost tijd en geld. Daarom wil de gemeente dit makkelijker maken met een subsidieregeling. Deze regeling helpt bewoners bij het starten van een probeerperiode. Ook kunnen bewoners subsidie krijgen voor het oprichten van een coöperatie of het verder laten groeien van een groep of het delen via een autodeelplatform.
Besluitvorming
Het college van burgemeester en wethouders van Den Haag,
gelet op artikel 5 van de Algemene subsidieverordening Den Haag 2020,
besluit vast te stellen de navolgende Subsidieregeling deelvervoer groepen en coöperaties Den Haag 2025:
Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen
Artikel 1:1 Begripsomschrijvingen
In deze regeling wordt verstaan onder:
- ASV: |
Algemene subsidieverordening Den Haag 2020; |
- autodelen in een groep: |
een groep, die bestaat uit twee of meer buren die samen één of meerdere auto’s delen; |
- Awb: |
Algemene wet bestuursrecht; |
- college: |
het college van burgemeester en wethouders; |
- coöperatief autodelen: |
een samenwerkingsverband in een coöperatie die tot doel heeft een of meerdere auto’s onderling te delen, waarbij verantwoordelijkheden, zoals het aangaan van leasecontracten, de werving van nieuwe leden, prijsmodellen en de schoonmaak van de leaseauto(’s) worden geregeld binnen de coöperatie; |
- coöperatie: |
een rechtspersoon, waarvan de leden natuurlijke personen zijn, die een samenwerkingsverband aangaan om één of meerdere auto’s te delen. De deelauto’s zijn eigendom van de coöperatie of worden geleast vanuit de coöperatie; |
- coöperatieve deelauto: |
een auto die elektrisch of emissieloos is en wordt geleased en gedeeld binnen een autodeelcoöperatie of groep; |
- gemeentelijk vastgoed: |
bebouwde en onbebouwde onroerende zaken in eigendom van of in gebruik door de gemeente Den Haag; |
- huishouden: |
één of meer personen die samen een woonruimte bewonen en gezamenlijk voorzien in de dagelijkse levensbehoeften; |
- initiatiefnemer: |
de aanvrager die het initiatief neemt tot het opstarten van een coöperatie of groep voor een probeerperiode van een half jaar; |
- particuliere deelauto |
een privé-auto van een particulier, die elektrisch of emissieloos is of een auto, die valt in emissieklasse 5 of hoger, die wordt gedeeld met meerdere particulieren; |
- particuliere autodelers: |
twee of meer personen die één of meer privéauto’s met elkaar delen; |
- probeerperiode: |
de periode van een half jaar voorafgaande aan een leasecontract van een half jaar waarin een groep particulieren deelauto's gaat gebruiken, maar nog geen coöperatie heeft gevormd. |
Artikel 1:2 Toepassingsbereik
Deze subsidieregeling is van toepassing op de verstrekking van subsidies door het college voor de in artikel 1:4, 1:5, 1:6 en 1:7 bedoelde activiteiten.
Artikel 1:3 Doel van de subsidie
- 1.
Het doel van de subsidieregeling is nieuwe groepen en coöperaties te ondersteunen bij de start en bestaande groepen en coöperaties bij de groei naar meer deelauto’s, deelbakfietsen of deelscooters.
- 2.
Het achterliggende maatschappelijke doel van de subsidieregeling bestaat uit het verminderen van het aantal privéauto’s voor eigen gebruik en daarmee het aantal geparkeerde auto’s in de openbare ruimte, het verbeteren van de luchtkwaliteit en het bevorderen van bewonersparticipatie en sociale cohesie tussen bewoners in woonbuurten.
Artikel 1:4 Activiteit opstarten coöperatie of groep
- 1.
Subsidie wordt uitsluitend verstrekt voor het opstarten van een coöperatie of groep onder de volgende voorwaarden:
a. de initiatiefnemer wordt gesteund door minimaal 4 huishoudens die binnen een straal van 1 kilometer van initiatiefnemer wonen;
b. de initiatiefnemer voorziet in het gebruik of de lease van minimaal één coöperatieve deelauto;
c. de coöperatieve deelauto’s zijn van een externe aanbieder die de tarieven bepaalt en de technische infrastructuur voor het reserveren, gebruik en financieel afhandelen;
d. de initiatiefnemer is verplicht de coöperatieve deelauto’s tijdens de probeerperiode door middel van bestikkering of markering herkenbaar te maken als deelauto;
e. de initiatiefnemer is verplicht om tijdens de probeerperiode minimaal twee privéauto’s per deelauto te verkopen, te laten slopen of elders te stallen. Dit wordt door de initiatiefnemer aangetoond:
1° door de parkeervergunning voor deze auto('s) op te zeggen of door aan te tonen dat er tot een periode van een jaar terug een parkeervergunning is opgezegd; of
2° een kopie van het verkoopbewijs, het sloopbewijs of het stallingsbewijs mee te sturen bij de aanvraag; of
3° door aan te geven wat een andere beweegreden is tot autodelen.
- 2.
In aanvulling op het eerste lid, onder e, kunnen de deelnemers de gemeente verzoeken om in die periode hun eigen auto kosteloos in een parkeergarage van de gemeente parkeren.
Artikel 1:5 Activiteit uitbreiden coöperatie of groep
Subsidie wordt uitsluitend verstrekt voor het faciliteren van het uitbreiden van een coöperatie of groep onder de volgende voorwaarden:
-
a. de aanvrager die tijdelijk een extra coöperatieve deelauto plaatst, wordt gesteund door minimaal 4 huishoudens die binnen een straal van 1 kilometer van elkaar wonen;
b. de aanvrager die een bakfiets of scooter toevoegt aan het wagenpark van een bestaande coöperatie of groep, wordt gesteund door alle leden van de groep of coöperatie;
c. de coöperatieve deelauto’s zijn van een externe aanbieder die de tarieven bepaalt en de technische infrastructuur voor het reserveren, gebruik en financieel afhandelen;
d. de aanvrager die een evenement organiseert om meer bekendheid te geven aan de groep of coöperatie, verplicht zich huis-aan-huis uitnodigingen te versturen, in samenwerking met Duurzaam Den Haag en de gemeente Den Haag. De aanvrager zorgt ervoor dat dat genodigden tijdens het evenement een deelauto kunnen uitproberen.
Artikel 1:6 Activiteit delen privéauto in groep
Subsidie wordt uitsluitend verstrekt voor het delen van privéauto’s in een groep onder de volgende voorwaarden:
-
a. de aanvrager die het initiatief neemt voor het delen van een privéauto in een groep wordt gesteund door minimaal 2 huishoudens die binnen een straal van één kilometer van elkaar wonen;
b. de privéauto staat op naam van een lid van groep, die de tarieven en regels bepaalt voor het delen van de auto;
c. de aanvrager is verplicht om tijdens de probeerperiode minimaal één privéauto van een andere gebruiker per particuliere deelauto van straat te halen, door deze te verkopen, te laten slopen of elders te stallen. Dit wordt door de aanvrager aangetoond door:
1° de parkeervergunning voor deze auto('s) op te zeggen of door aan te tonen dat er tot een periode van een jaar terug een parkeervergunning is opgezegd; of
2° een kopie van het verkoopbewijs, het sloopbewijs of het stallingsbewijs mee te sturen bij de aanvraag; of
3° aan te geven wat een andere beweegreden is tot autodelen.
d. alle deelnemers in de groep zijn of worden lid van Vereniging Deelauto voor de gehele proefperiode en tonen dit aan door middel van een kopie van het lidmaatschap.
Artikel 1:7 Activiteit delen privéauto via autodeelplatform
Subsidie wordt uitsluitend verstrekt voor het delen van de privéauto of privébakfiets via een autodeelplatform onder de volgende voorwaarden;
-
a. de privéauto of bakfiets die wordt gedeeld valt in emissieklasse 5 of hoger;
b. de privéauto of bakfiets wordt aangeboden om te delen via een autodeelplatform;
c. de auto of bakfiets is openbaar toegankelijk.
Artikel 1:8 Doelgroep
- 1.
Subsidie wordt alleen verstrekt aan natuurlijke personen die:
a. een groep van privéautodelers of autodeelcoöperatie willen opstarten;
b. een bestaande autodeelcoöperaties willen uitbreiden;
c. een privéauto of bakfiets willen delen.
- 2.
De subsidie wordt niet verstrekt aan commerciële partijen.
Artikel 1:9 Kosten die voor subsidie in aanmerking komen
- 1.
De subsidie heeft uitsluitend betrekking op de redelijkerwijs gemaakte kosten die resteren na aftrek van bijdragen van derden en die naar het oordeel van het college direct zijn verbonden met en noodzakelijk zijn voor de uitvoering van een activiteit als bedoeld in artikel 1:4.
- 2.
Voor subsidie voor activiteiten krachtens artikel 1:4 komen in aanmerking:
a. de BTW over de gesubsidieerde kosten voor zover die BTW niet teruggevorderd, verrekend of anderszins in mindering kan worden gebracht;
b. de meerkosten van het leasen van een elektrische deelauto voor een periode van een half jaar voor de probeerperiode:
1° kosten voor de digitale inrichting van het autodeelsysteem, zoals een app en webpagina;
2° kosten voor het verzamelen en verwerken van ritdata;
c. de kosten voor het fysiek plaatsen en rijklaar maken van de deelauto voor de probeerperiode;
d. de kosten voor het fysiek plaatsen en rijklaar maken van een bakfiets of scooter voor de probeerperiode;
e. de kosten voor het begeleiden van de nieuwe bewonersgroep gedurende de probeerperiode;
f. de kosten van het voorzien van de deelauto’s van logo’s en markering en promoten van het deelinitiatief in de buurt;
g. de kosten voor de oprichting van een nieuwe autodeelcoöperatie, zoals:
1° kosten voor professionele begeleiding;
2° kosten van de notaris;
3° kosten voor het samenstellen van een groep;
h. de kosten van het leasecontract van een half jaar van de bakfiets of scooter;
i. de kosten voor het organiseren van een promotie-evenement;
j. de kosten voor het sleutelloos maken van de privéauto of bakfiets om deze geschikt te maken om te delen;
k. de kosten voor het aanbrengen van hardware en software in de privéauto om deze geschikt te maken om te delen en het beheren hiervan voor maximaal 6 maanden.
- 3.
Voor subsidie voor activiteiten krachtens artikel 1:5 komen in aanmerking:
a. de BTW over de gesubsidieerde kosten voor zover die BTW niet teruggevorderd, verrekend of anderszins in mindering kan worden gebracht;
b. de meerkosten van het leasen van een elektrische deelauto voor een periode van een half jaar voor de probeerperiode:
1° kosten voor de digitale inrichting van het autodeelsysteem, zoals een app en webpagina;
2° kosten voor het verzamelen en verwerken van ritdata;
c. de kosten voor het fysiek plaatsen en rijklaar maken van de deelauto voor de probeerperiode;
d. de kosten voor het fysiek plaatsen en rijklaar maken van een bakfiets of scooter voor de probeerperiode;
e. de kosten voor het begeleiden van de nieuwe bewonersgroep gedurende de probeerperiode;
f. de kosten van het voorzien van de deelauto’s van logo’s en markering en promoten van het deelinitiatief in de buurt;
g. de kosten voor de oprichting van een nieuwe autodeelcoöperatie, zoals:
1° kosten voor professionele begeleiding;
2° kosten van de notaris;
3° kosten voor het samenstellen van een groep;
h. de kosten van het leasecontract van een half jaar van de bakfiets of scooter;
i. de kosten voor het organiseren van een promotie-evenement.
- 4.
Voor subsidie voor activiteiten krachtens artikel 1:6 komen in aanmerking:
a. de BTW over de gesubsidieerde kosten voor zover die BTW niet teruggevorderd, verrekend of anderszins in mindering kan worden gebracht;
b. de kosten voor het fysiek plaatsen en rijklaar maken van een bakfiets of scooter voor de probeerperiode;
c. de kosten van het voorzien van de deelauto’s van logo’s en markering en promoten van het deelinitiatief in de buurt;
d. de kosten voor het organiseren van een promotie-evenement;
e. de kosten voor het sleutelloos maken van de privéauto of bakfiets om deze geschikt te maken om te delen;
f. de kosten voor het aanbrengen van hardware en software in de privéauto om deze geschikt te maken om te delen en het beheren hiervan voor maximaal 6 maanden.
- 5.
Voor subsidie voor activiteiten krachtens artikel 1:7 komen in aanmerking:
a. de BTW over de gesubsidieerde kosten voor zover die BTW niet teruggevorderd, verrekend of anderszins in mindering kan worden gebracht;
b. de kosten voor het sleutelloos maken van de privéauto of bakfiets om deze geschikt te maken om te delen;
c. de kosten voor het aanbrengen van hardware en software in de privéauto om deze geschikt te maken om te delen en het beheren hiervan voor maximaal 6 maanden.
- 6.
Niet voor subsidie in aanmerking komen:
a. de kosten voor activiteiten die eerder door het college op basis van deze subsidieregeling of anderszins zijn gesubsidieerd;
b. de leasekosten van de deelauto’s, buiten de meerkosten voor het leasen van de deelauto’s voor 6 maanden in plaats van de gangbare 60 maanden;
c. (parkeer)boetes door foutief parkeren of gebruik van de deelauto’s;
d. schade aan de deelauto’s, (bak)fietsen en scooters;
e. basisverzekeringen en belastingen in het geval van delen van een privéauto.
Artikel 1:10 Hoogte van de subsidie
- 1.
Een subsidie bedraagt maximaal € 18.000,- per aanvraag per kalenderjaar.
- 2.
Het college kan het subsidieplafond verlagen conform artikel 7 van de ASV.
Artikel 1:11 Berekening van tarieven, uniforme kostenbegrippen
Voor de subsidiabele tarieven gelden de volgende maximale bijdrages:
-
a. € 3.000,- voor de meerkosten voor een kortlopend leasecontract van 6 maanden voor de probeerperiode in plaats van het gangbare leasecontract van 60 maanden;
b. € 2.000,- voor het digitaal inrichten of gebruiken van het autodeelsysteem;
c. € 2.250,- voor het plaatsen en rijklaar maken van de deelauto’s;
d. € 7.500,- voor professionele begeleiding tijdens de probeerperiode en de oprichting van de autodeelcoöperatie of groep;
e. € 2.000,- voor het leveren van ritgegevens en kennis op basis van interviews met gebruikers ter verwerking in leerpunten voor het aan te leveren verslag;
f. € 2.500,- voor het opstarten en inrichten van de autodeelcoöperatie;
g. € 1.000,- voor de bestikkering of markering van de deelauto’s;
h. € 500,- voor het organiseren van een evenement ter promotie van een bestaande groep of coöperatie;
i. € 1.000,- voor een leasecontract voor een bakfiets of scooter;
j. € 500,- voor het sleutelloos maken van een privéauto;
k. € 250,- voor het sleutelloos maken van een bakfiets;
l. € 500,- voor het aanbrengen of het gebruik van hard- en software.
Artikel 1:12 Subsidieplafond
- 1.
Voor subsidieverlening op grond van deze regeling geldt voor het kalenderjaar 2025 een subsidieplafond van € 100.000,-.
- 2.
Het subsidieplafond voor 2026 en 2027 bedraagt per kalenderjaar € 150.000,-.
Artikel 1:13 Wijze van verdeling
- 1.
Het college verstrekt de subsidie in volgorde van ontvangst van de aanvraag bij het college, totdat het vastgestelde subsidieplafond is bereikt.
- 2.
Als de aanvrager krachtens artikel 4:5 van de Awb de gelegenheid heeft gehad de aanvraag aan te vullen, geldt als tijdstip van ontvangst van de aanvraag het tijdstip waarop de aanvraag volledig is aangevuld.
- 3.
Indien het college op de dag dat het subsidieplafond wordt bereikt, meer dan één aanvraag ontvangt, stelt het de onderlinge rangschikking van die aanvragen vast door middel van loting.
Hoofdstuk 2 Aanvraag subsidie en termijnen
Artikel 2:1 Aanvraag subsidie
- 1.
Onverminderd artikel 8, tweede en derde lid van de ASV, legt de aanvrager de volgende gegevens over:
a. indien de aanvrager een subsidieaanvraag indient voor één van de activiteiten krachtens artikel 1:4, 1:5 of 1:6: een lijst met de namen en adressen van deelnemende huishoudens, die binnen een straal van één kilometer van de aanvrager wonen;
b. een lijst van kentekens van privéauto’s, die tijdens de probeerperiode niet in de openbare ruimte worden geparkeerd en die geregistreerd staan op een naam die staat op de gevraagde lijst van artikel 1:4, 1:5 of 1:6. Het aantal namen en adressen is afhankelijk van de activiteit waarvoor subsidie wordt aangevraagd krachtens in artikel 1:4, 1:5 of 1:6.
- 2.
De aanvrager maakt voor de aanvraag gebruik van het door het college voor deze regeling vastgestelde aanvraagformulier.
Artikel 2:2 Aanvraagtermijn
In afwijking van artikel 9, tweede lid, van de ASV, wordt een aanvraag om subsidie ingediend 6 weken voordat de aanvrager voornemens is te beginnen met de activiteiten waarvoor de subsidie wordt aangevraagd.
Artikel 2:3 Subsidievaststelling zonder verlening vooraf
Het college stelt de subsidie direct vast.
Artikel 2:4 Beslistermijn
Het college beslist, in afwijking van artikel 10, tweede lid, van de ASV, binnen 6 weken nadat de volledige aanvraag om subsidie is ingediend.
Hoofdstuk 3 Weigeringsgronden
Artikel 3:1 Weigeringsgronden
- 1.
Onverminderd de artikelen 4:25, tweede lid en 4:35 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 11, eerste, tweede en derde lid, van de ASV weigert het college een subsidie als de aanvrager al subsidie ontvangt voor de in artikel 1:4, 1:5, 1:6 of 1:7 bedoelde activiteiten.
- 2.
Onverminderd de artikelen 4:25, tweede lid en 4:35 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 11, eerste, tweede en derde lid, van de ASV weigert het college een subsidie als een van de leden binnen dezelfde autodeelcoöperatie of groep als de aanvrager al subsidie ontvangt voor de in artikel 1:4, 1:5, 1:6 of 1:7 bedoelde activiteiten.
Hoofdstuk 4 Verplichtingen
Artikel 4:1 Verplichtingen
Onverminderd de artikelen 12 en 13 van de ASV gelden voor de subsidieontvanger de volgende verplichtingen:
-
a. de subsidieontvanger is verplicht mee te werken aan de steekproefcontrole door het college om te beoordelen of de subsidie terecht is verstrekt. Deze steekproef kan plaatsvinden binnen 6 tot 12 maanden na ontvangst van subsidie;
b. de subsidieontvanger levert in samenwerking met de begeleidende partij:
1° geanonimiseerde gegevens over de gemaakte ritten en het gebruik van de deelauto’s, (bak)fietsen en scooters;
2° een bewijs van de emissieklasse van de auto in het geval van niet-elektrische auto’s;
3° een verslag van de ervaringen van deelnemers tijdens de probeerperiode;
4° een mondelinge bijdrage over hun ervaringen bij verschillende bijeenkomsten over mobiliteit.
c. de subsidieontvanger stuurt het college voor 1 april, 1 juli, 1 oktober en 1 januari een overzicht van de totaal afgelegde kilometers per deelauto per maand, onderverdeeld in de volgende categorieën: tot 5 km, van 5 tot 10 km, van 10 tot 25 km, van 25 tot 50 km, en van meer dan 50 km en de totaal afgelegde afstand per deelauto per maand;
d. de subsidieontvanger is verplicht een verslag te maken over de ervaringen die zijn opgedaan in de probeerperiode en mogelijke verbeterpunten die daaruit volgen en dit verslag binnen 6 maanden na afloop van de proefperiode aan te leveren bij het college;
e. in het geval van een coöperatie dragen de subsidieontvanger en de deelnemers van de probeerperiode gezamenlijk zorg voor de organisatie van taken, kosten en de verzameling en het verslag van ritgegevens en leerpunten op basis van ervaringen van deelnemers.
Hoofdstuk 5 Overige bepalingen
Artikel 5:1 Hardheidsclausule
Het college kan één of meer artikelen van deze regeling buiten toepassing laten of daarvan afwijken voor zover toepassing ervan gelet op het belang van het doel van deze regeling leidt tot onbillijkheid van overwegende aard.
Artikel 5:2 Evaluatie
Het college evalueert deze subsidieregeling jaarlijks, uiterlijk twee maanden voor ingang van het volgende subsidiejaar.
Artikel 5:3 Inwerkingtreding
Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van publicatie en vervalt op 31 december 2027.
Artikel 5:4 Citeertitel
Deze subsidieregeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling deelvervoer groepen en coöperaties Den Haag 2025.
Den Haag, 14 januari 2025
Het college van burgemeester en wethouders,
de secretaris,
Ilma Merx
de burgemeester,
Jan van Zanen
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl