Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR734282
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR734282/1
Beleidsregel Wet Bibob gemeente Cranendonck 2025
Geldend van 17-01-2025 t/m heden
Intitulé
Beleidsregel Wet Bibob gemeente Cranendonck 2025De burgemeester en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Cranendonck;
gelet op de Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur.
Besluiten:
Vast te stellen de Beleidsregel Wet Bibob gemeente Cranendonck 2025.
1. Inleiding
Gemeenten hebben te maken met ondermijnende criminaliteit. Ondermijnende criminaliteit bestaat uit alle vormen van criminaliteit die een bedreiging zijn voor de integriteit van het bestuur. Kenmerkend voor ondermijning is de verwevenheid tussen de boven- en onderwereld. Criminelen maken gebruik van legale structuren – zoals vergunningen, subsidies en overheidsopdrachten – om criminele activiteiten uit te voeren. Dit heeft tot gevolg dat de integriteit van de overheid wordt aangetast.
2. Wet Bibob
De Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur (Wet Bibob) geeft de overheid een instrument in handen om zich tegen het risico van aantasting van de integriteit te beschermen. Als bijvoorbeeld een ernstig gevaar dreigt dat een vergunning wordt misbruikt, kan het bevoegde bestuursorgaan de aanvraag weigeren of de afgegeven vergunning intrekken. Om de mate van gevaar te bepalen, voert het bevoegde bestuursorgaan een eigen onderzoek uit. Ook kan het bestuursorgaan een advies aanvragen bij het Landelijk Bureau Bibob (LBB). Zo wordt voorkomen dat de overheid criminele activiteiten faciliteert en wordt de concurrentiepositie van bonafide ondernemers beschermd.
Toepassingscategorieën
De Wet Bibob en het daarbij behorende Besluit Bibob zijn van toepassing op:
- •
Bij nieuwe en/of bestaande beschikkingen;
- •
bij subsidies in het kader van de algemene subsidieverordening;
- •
bij overheidsopdrachten;
- •
bij vastgoedtransacties.
Beleidsregel
Gemeenten zijn zelf verantwoordelijk voor de toepassing van de Wet Bibob. In deze beleidsregel is onder andere het toepassingsbereik opgenomen. Een Bibob-beleid voorkomt willekeur, biedt duidelijkheid voor burgers en ondernemers en is inzichtelijk voor de betrokkenen. Bovendien kan deze beleidsregel preventief werken.
3. Algemeen
3.1 Definities
-
1. De definities zoals omschreven in de Wet Bibob zijn van overeenkomstige toepassing op deze beleidsregel;
-
2. in deze beleidsregel wordt verstaan onder:
- a.
Gemeente Cranendonck: waar in deze beleidsregel ‘gemeente Cranendonck’ wordt genoemd, wordt hiermee zowel het bestuursorgaan als – wanneer van toepassing – de gemeente als publiekrechtelijke rechtspersoon met een overheidstaak bedoeld;
- b.
LBB: het Landelijk Bureau Bibob;
- c.
RIEC: het Regionaal informatie- en expertisecentrum;
- d.
semioverheidsinstanties: een bedrijf, instelling of organisatie die in overwegende mate, dat wil zeggen in beginsel voor twee derde of meer, door publiek geld is gefinancierd (het financiële vereiste) en waarbij de inhoudelijke criteria voor het verstrekken van geldelijke uitkeringen of voorzieningen in beslissende mate wordt bepaald door de overheid (het inhoudelijke vereiste);
- a.
3.2 Aanleiding eigen Bibob onderzoek
-
1. De gemeente Cranendonck zal een eigen onderzoek uitvoeren naar een aangevraagde, reeds verleende beschikking, subsidie, voorgenomen, overeengekomen overheidsopdracht of vastgoedtransactie als hiertoe een aanleiding bestaat op grond van:
- a.
Een tip verkregen vanuit het OM zoals omschreven in artikel 26 Wet Bibob en/of ander bestuursorgaan of rechtspersoon met een overheidstaak die bevoegd is tot toepassing van de Wet Bibob (artikel 26 Wet Bibob);
- b.
informatie verkregen van het landelijk Bureau Bibob (artikel 11 en/of 11a wet Bibob);
- c.
informatie verkregen van een van de partners uit het samenwerkingsverband RIEC;
- d.
informatie verkregen uit de eigen ambtelijke organisatie;
- e.
informatie verkregen uit het Bibob-register;
- f.
andere relevante signalen.
- a.
3.3 Geen eigen Bibob-onderzoek
-
1. De uitvoering van een Bibob-onderzoek blijft, tenzij sprake is van een aanleiding als bedoeld in artikel 3.2, achterwege indien aan de orde is dat:
- a.
De betrokkene een (semi)overheidsinstantie betreft;
- b.
de betrokkene een rechtspersoon met een overheidstaak betreft;
- c.
de betrokkene een woningcorporatie betreft die op grond van de Woningwet is aangewezen als toegelaten instelling voor volkshuisvesting;
- d.
De betrokkene een terrein beherende organisatie zoals Staatsbosbeheer, Natuurmonumenten of Brabants Landschap betreft bij een vastgoedtransactie.
- e.
het gaat om een partij die binnen een periode van 12 maanden meerdere vastgoedtransacties binnen eenzelfde project aangaat met de gemeente. Deze partij zal bij ongewijzigde omstandigheden ten opzichte van de eerdere vastgoedtransactie (bedrijfsstructuur, financiering, zakelijke partners, etc.) kunnen volstaan met een verwijzing naar de reeds eerder aangegane overeenkomst en het daarbij ingevulde Bibob-formulier. Bij gewijzigde omstandigheden dient de partij slechts de gewijzigde omstandigheden aan te geven.
- a.
3.4 Weigeren of niet volledig invullen Bibob-vragenformulier
-
1. In geval van een Bibob-onderzoek bij een aanvraag van een beschikking zal deze aanvraag buiten behandeling worden gesteld indien het Bibob-vragenformulier en/of de gevraagde documenten niet (volledig/tijdig) worden aangeleverd. Het buiten behandeling stellen is mogelijk op grond van artikel 4:5 Algemene wet Bestuursrecht;
-
2. in geval van een Bibob-onderzoek bij een verleende beschikking zal een weigering om het Bibob-vragenformulier en/of de gevraagde documenten (volledig/tijdig) aan te leveren (artikel 4 lid 1 van de Wet Bibob) worden aangemerkt als een ernstige mate van gevaar (artikel 3 van de Wet Bibob). De verstrekte beschikking kan als gevolg daarvan worden ingetrokken;
-
3. in het geval van een Bibob-onderzoek bij een overheidsopdracht of vastgoedtransactie die wordt aangegaan, zal geen overeenkomst tot stand komen, indien het Bibob-vragenformulier of de gevraagde documenten niet (volledig/tijdig) worden aangeleverd;
-
4. in het geval van een Bibob-onderzoek bij een overheidsopdracht of vastgoedtransactie die reeds is aangegaan, zal een weigering om het Bibob-vragenformulier en/of de gevraagde documenten (volledig/tijdig) aan te leveren (artikel 4 lid 1 van de Wet Bibob) worden aangemerkt als een ernstige mate van gevaar (artikel 3 van de Wet Bibob) en zal de overeenkomst worden ontbonden.
4. Publiekrechtelijke beschikkingen
4.1 Toepassingsbereik bij nieuwe beschikkingen Bijzondere Wetten
De toepassing van de wet zal door de gemeente Cranendonck op de hieronder aangeduide beschikkingen op de volgende wijze plaatsvinden:
- 1.
De uitvoering van het Bibob-onderzoek zal plaatsvinden bij elke aanvraag voor een beschikking als bedoeld in:
- a.
De Alcoholwet voor de uitoefening van het horecabedrijf en de wijziging van leidinggevenden in het geval een nieuwe bestuurder toetreedt met uitzondering van de para commerciële rechtspersoon of slijtersbedrijf of wijziging dagleidinggevende(n);
- b.
de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) voor het exploiteren van een openbare inrichting (exploitatievergunning openbare inrichting);
- c.
de APV voor het uitoefenen van een seksinrichting of escortbedrijf (exploitatievergunning seksinrichting of escortbedrijf);
- d.
de APV voor het exploiteren van een smartshop of headshop (exploitatievergunning voor smart- of headshop);
- e.
de APV voor het organiseren van een evenement (evenementenvergunning). De toepassing van de Wet Bibob blijft beperkt tot de bij afzonderlijk besluit van de burgemeester aangewezen categorieën;
- f.
de APV voor het exploiteren van een bedrijf zonder benodigde vergunning (exploitatievergunning aangewezen vergunningplichtig bedrijf);
- g.
de Wet op de kansspelen voor het aanwezig hebben van kansspelautomaten (vergunning kansspelautomaat);
- h.
de APV voor het exploiteren van een speelautomatenhal (exploitatievergunning speelautomatenhal).
- a.
- 2.
De uitzondering voor paracommerciële instellingen, het slijtersbedrijf of wijziging in leidinggevende(n) zoals genoemd in sub a van het eerste lid geldt niet:
- a.
Indien sprake is van een aanleiding als bedoeld in artikel 3.2 van deze beleidsregel.
- a.
4.2 Toepassingsbereik bij nieuwe beschikkingen Omgevingswet
-
1. De uitvoering van het Bibob-onderzoek zal plaatsvinden bij aanvragen:
- a.
Voor een omgevingsvergunning bouwactiviteit als bedoeld in de Omgevingswet. Het Bibob-onderzoek blijft beperkt tot aanvragen zoals die zijn opgenomen in bijlage 1 behorende bij deze beleidsregel;
- b.
voor een omgevingsvergunning voor een milieubelastende activiteit als bedoeld in de Omgevingswet. Het Bibob-onderzoek blijft beperkt tot de aanvragen die vallen onder één van de in bijlage 2 bij deze beleidsregel genoemde risicocategorieën en/of gebieden.
- c.
voor een omgevingsvergunning voor het verrichten van een omgevingsplanactiviteit bouwen als bedoeld in de Omgevingswet. Het Bibob-onderzoek blijft beperkt tot aanvragen zoals die zijn opgenomen in bijlage 1 behorende bij deze beleidsregel;
- d.
voor een omgevingsvergunning voor het verrichten van een omgevingsplanactiviteit gebruik als bedoeld in de Omgevingswet. Het Bibob-onderzoek blijft beperkt tot aanvragen die vallen onder één van de in bijlage 2 bij deze beleidsregel genoemde risicocategorieën en/of risicogebieden.
- a.
-
2. In geval dat in het kader van een omgevingsvergunning als bedoeld in sub a tot en met d een Bibob-onderzoek wordt uitgevoerd en omgevingsvergunning is overgedragen en op naam van een ander is gesteld (artikel 5.37, tweede lid Omgevingswet) zal de nieuwe rechthebbende van deze vergunning aan een Bibob-onderzoek worden onderworpen.
4.3 Toepassingsbereik bij verleende beschikkingen
-
1. De gemeente Cranendonck kan een Bibob-onderzoek starten bij verleende beschikkingen indien:
- a.
De verleende beschikking betrekking heeft op een activiteit in een gebied, dat op basis van een daartoe genomen besluit van de gemeente Cranendonck na de verstrekking van de beschikking is aangewezen als risicogebied;
- b.
de verleende beschikking onderdeel uitmaakt van een categorie of branche of onderdeel daarvan, die op basis van een door de gemeente genomen besluit na de verstrekking van de beschikking is aangewezen als risicocategorie.
- a.
-
2. In geval van een verleende beschikking zal een Bibob-onderzoek worden gestart indien sprake is van een aanleiding als bedoeld in artikel 3.2 van deze beleidsregel.
4.4 Toepassingsbereik bij subsidies
-
1. De gemeente Cranendonck kan een Bibob-onderzoek starten met betrekking tot een aanvraag om een subsidie dan wel een verleende subsidie zoals bedoeld in de algemene subsidieverordening, indien de activiteit waarvoor de subsidie wordt aangevraagd valt onder één of meer van de in bijlage 2 genoemde risicocategorieën en/of risicogebieden;
-
2. In geval van een aanvraag om een subsidie of een verleende subsidie zal een Bibob-onderzoek worden gestart indien sprake is van een aanleiding als bedoeld in artikel 3.2 van deze beleidsregel.
5. Privaatrechtelijke transacties
5.1 Toepassingsbereik bij vastgoedtransacties
-
1. De gemeente Cranendonck kan de wet in beginsel toepassen bij vastgoedtransacties (inclusief kettingbeding) waarbij de gemeente Cranendonck partij is. Bij de start van de onderhandelingen daartoe, zal de gemeente Cranendonck de wederpartij ervan uitdrukkelijk in kennis stellen dat een Bibob-onderzoek deel kan uitmaken van de procedure;
-
2. in de overeenkomst wordt een Bibob-integriteitsclausule opgenomen, op basis waarvan kan worden overgegaan tot ontbinding, opzegging, vernietiging of opschorting van de overeenkomst;
-
3. de uitvoering van het Bibob-onderzoek zal plaatsvinden bij vastgoedtransacties met betrekking tot:
- a.
De aan- of verkoop van gebouwen met een koopsom van €500.000,- of meer (excl. belastingen);
- b.
de aan- of verkoop van grond met een koopsom van €500.000,- of meer (excl. belastingen);
- c.
de aan- of verkoop van grond en/of gebouwen met een koopsom van €50.000,- of meer (excl. belastingen) waarbij sprake is van een of meerdere risicocategorieën zoals opgenomen in bijlage 2 behorende bij deze beleidsregel;
- d.
de huur of verhuur van gronden en/of gebouwen, waaronder ook in de plaats stellingen, waarbij sprake is van een of meerdere risicocategorieën zoals opgenomen in bijlage 2 behorende bij deze beleidsregel, in beginsel met uitzondering van huur en verhuur met een korte duur (maximaal 1 jaar);
- e.
de uitgifte van gronden in pacht waarbij sprake is van een of meerdere risicocategorieën zoals opgenomen in bijlage 2 behorende bij deze beleidsregel, in beginsel met uitzondering van pacht met een korte duur (maximaal 1 jaar);
- f.
het vestigen, vervreemden of wijzigen van een zakelijk recht op vastgoed met een taxatiewaarde van €500.000,- of meer (excl. belastingen);
- g.
het vestigen, vervreemden of wijzigen van een zakelijk recht op vastgoed met een taxatiewaarde van > €50.000,- (excl. belastingen) of < €500.000,- (excl. belastingen) waarbij sprake is van een of meerdere risicocategorieën zoals opgenomen in bijlage 2 behorende bij deze beleidsregel;
- h.
toestemming voor vervreemding van erfpacht (artikel 91, eerste lid, van Boek 5 van het Burgerlijk Wetboek) of opstal (artikel 104, tweede lid, van Boek 5 van het Burgerlijk Wetboek).
- a.
-
4. In geval van een vastgoedtransactie zal gemeente Cranendonck tevens een Bibob-onderzoek starten indien sprake is van een aanleiding als bedoeld in artikel 3.2 van deze beleidsregel.
5.2 Toepassingsbereik bij overheidsopdrachten
-
1. De gemeente Cranendonck kan de wet in beginsel toepassen bij overheidsopdrachten. Aangezien dit instrument een ingrijpend karakter heeft zal een besluit daartoe weloverwogen en met inachtneming van de algemene beginselen van behoorlijk bestuur en de beginselen van het aanbestedingsrecht moeten worden gemaakt. In aanbestedingsdocumenten zal derhalve dan ook worden opgenomen dat inschrijvende partijen er rekening mee moeten houden dat de gemeente Cranendonck, alvorens tot gunning over te gaan, een Bibob-onderzoek kan starten, dan wel advies kan inwinnen bij het Landelijk Bureau Bibob als bedoeld in de wet;
-
2. In geval van een overheidsopdracht kan een Bibob-onderzoek worden gestart indien sprake is van een overheidsopdracht die betrekking heeft op activiteiten die gerelateerd kunnen worden aan één of meer de risicocategorieën zoals benoemd in bijlage 2 dan wel plaatsvinden in een in bijlage 2 genoemd risicogebied;
-
3. in geval van een overheidsopdracht zal een Bibob-onderzoek worden gestart indien er sprake is van een aanleiding zoals bedoeld in artikel 3.2 van deze beleidsregel.
6. Invoering
Deze beleidsregel is vastgesteld door de burgemeester, respectievelijk het college van burgemeester en wethouders, op 7 januari 2025 en treedt in werking na publicatie.
De Beleidsregel Wet Bibob gemeente Cranendonck 2021 wordt gelijktijdig met het vaststellen van deze beleidsregel ingetrokken.
De beleidsregel kan worden aangehaald als ‘Beleidsregel Wet Bibob gemeente Cranendonck 2025’.
Ondertekening
Aldus vastgesteld op 7 januari 2025 door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Cranendonck
De heer F.A.P. van Kessel
De burgemeester
Mevrouw E. Jacobs
De secretaris
Aldus vastgesteld op 7 januari 2025 door de burgemeester van de gemeente Cranendonck
De heer F.A.P. van Kessel
De burgemeester
Bijlage 1: Omgevingsvergunning bouwactiviteit en omgevingsplanactiviteit bouwen
Toepassingscriteria geldend voor de uitvoering van het Bibob-onderzoek bij de aanvraag voor een beschikking voor een bouwactiviteit of het verrichten van een omgevingsplanactiviteit bouwen (artikel 5.1 eerste lid, aanhef en onder a en artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder a van de Omgevingswet).
De uitvoering van de Bibob-onderzoek zal plaatsvinden bij aanvragen, die vallen onder één van de hierna genoemde gevallen:
- A.
Bouwsom: In geval van een aanvraag voor een omgevingsvergunning bouwactiviteit en/of omgevingsvergunning omgevingsplanactiviteit bouwen, waarbij sprake is van een bouwsom van € 500.000,- of meer (exclusief btw). De bouwsom wordt door de gemeente berekend.
- B.
Risicocategorieën: Indien de bouwsom meer bedraagt dan € 50.000,- (exclusief btw) en minder bedraagt dan of gelijk is aan € 500.000,- (exclusief btw) en waarbij sprake is van een of meerdere risicocategorieën zoals genoemd in bijlage 2.
- C.
Bijzondere gevallen:
- I.
Cumulatie: Vanaf de 4e aanvraag op jaarbasis van dezelfde aanvrager en/of betrokkene met een bouwsom van meer dan € 50.000,- en minder dan € 500.000,-;
- II.
illegaal gestarte bouwactiviteiten: In geval reeds is begonnen met de realisatie van een vergunningplichtig bouwwerk, zonder dat daarvoor de vereiste vergunning is aangevraagd en de bouwsom meer bedraagt dan € 50.000,- (exclusief btw) en minder bedraagt dan of gelijk is aan € 500.000,- (exclusief btw).
- I.
- D.
Risicogebied: Indien de bouwsom meer bedraagt dan € 50.000,- (exclusief btw) en minder bedraagt dan of gelijk is aan € 500.000,- (exclusief btw) en de aanvraag een locatie betreft die gelegen is in een door het college aangewezen risicogebied.
Bijlage 2: Risicocategorieën
- 1.
Hotels
- 2.
Kamerverhuurbedrijven (alsmede omgevingsvergunningen voor kamerverhuur- en/ of logiespanden waarbij sprake is van vijf of meer kamers)
- 3.
Pensions
- 4.
Recreatieparken en jachthavens
- 5.
Horecabedrijven
- 6.
Coffeeshops
- 7.
Shisha-lounges
- 8.
Prostitutiebedrijven
- 9.
Escortbedrijven
- 10.
Darkrooms
- 11.
Seksbioscopen
- 12.
Sekswinkels
- 13.
(Erotische) massagesalons
- 14.
Smartshops/ Headshops
- 15.
Speelautomatenhallen
- 16.
Gamecenters
- 17.
Afvalbewerkings- en -verwerkingsbedrijven
- 18.
Afvalrecyclingbedrijven
- 19.
Inrichtingen voor het reinigen van drukhouders, insluitsystemen, ketels, vaten, mobiele tanks, tankauto's, tank- of bulkcontainers
- 20.
Autohandel (verkoop en verhuur)
- 21.
Sloopbedrijven
- 22.
Autodemontagebedrijven
- 23.
Vuurwerkbranche
- 24.
Wellnesscentra/ zonnestudio’s
- 25.
Kappers
- 26.
Nagelstudio’s
- 27.
Tattooshops
- 28.
Fitnessbedrijven
- 29.
Sporthallen/-complexen
- 30.
Religieuze instellingen
- 31.
Scholen
- 32.
Energiemaatschappijen/ producenten (w.o. vergisters, windmolens etc.)
- 33.
Zonneparken
- 34.
Zorgbureaus/ zorgaanbieders als bedoeld in de WMO 2015 en de Jeugdwet
- 35.
Aanvragen voor een gebouw dat is geplaatst op een standplaats in de zin van de APV en dat in zijn geheel of in delen kan worden verplaatst
- 36.
Reïntegratiebedrijven en/ of activiteiten
- 37.
Transformatie kantoorpanden
- 38.
Gronden en/of opstallen op woonwagenlocaties
- 39.
Categorieën die een sterke relatie hebben met bovenstaande
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl