Controleprotocol en normenkader voor de accountantscontrole op de jaarrekening 2024

Geldend van 14-01-2025 t/m heden

Intitulé

Controleprotocol en normenkader voor de accountantscontrole op de jaarrekening 2024

1. Inleiding

Object van controle is de jaarrekening 2024 en daarmee tevens het financieel beheer over het jaar 2024 zoals uitgeoefend door of namens het Algemeen Bestuur van de Veiligheidsregio Zuid-Holland Zuid. Ter voorbereiding op en ondersteuning van de uitvoering van de accountantscontrole, moet het Algemeen Bestuur een aantal zaken nader regelen, hetgeen in dit controleprotocol plaatsvindt.

Doelstelling

Dit controleprotocol (inclusief normenkader) heeft als doel nadere aanwijzingen te geven aan de accountant over de reikwijdte van de accountantscontrole, de daarvoor geldende normstellingen en de daarbij verder te hanteren goedkeurings- en rapporteringstoleranties voor de controle van de jaarrekening 2024 van de Veiligheidsregio Zuid-Holland Zuid.

Wettelijk kader

De Gemeentewet (GW), art. 213 lid 2, schrijft voor dat het Algemeen Bestuur één of meer accountants aanwijst als bedoeld in art. 393 lid 2 Burgerlijk Wetboek voor de controle van de in art. 197 GW bedoelde jaarrekening en het daarbij verstrekken van een controleverklaring en het uitbrengen van een verslag van bevindingen.

In het kader van de opdrachtverstrekking aan de accountant kan het Algemeen Bestuur nadere aanwijzingen geven voor te hanteren goedkeurings- en rapporteringstoleranties. Tevens zal in de opdrachtverstrekking duidelijk aangegeven moeten worden welke interne en externe wet- en regelgeving in het kader van het financieel beheer onderwerp van de rechtmatigheidscontrole zal zijn.

De aangewezen accountant voert de controle uit van de jaarrekening zoals bedoeld in art. 197 Gemeentewet. Tevens verstrekt de aangewezen onafhankelijk accountant een controleverklaring met een verslag van bevindingen.

Procedure

Ter bevordering van een efficiënte en doeltreffende accountantscontrole vindt periodiek (afstemmingsoverleg) plaats tussen de accountant en (een vertegenwoordiger uit) het algemeen bestuur, de portefeuillehouder financiën (bestuurder), de algemeen directeur en de (concern-)controller.

2. Algemene uitgangspunten voor de controle (getrouwheid)

Zoals in artikel 213 GW is voorgeschreven zal de controle van de in artikel 197 GW bedoelde jaarrekening, die wordt uitgevoerd door de door het Algemeen Bestuur benoemde accountant, gericht zijn op het afgeven van een oordeel over:

  • -

    de getrouwe weergave van de in de jaarrekening gepresenteerde baten en lasten en de activa en passiva;

  • -

    getrouwheid van de door het dagelijks bestuur afgegeven rechtmatigheidsverantwoording

  • -

    de inrichting van het financieel beheer en de financiële organisatie gericht op de vraag of deze een getrouwe verantwoording mogelijk maken;

  • -

    het in overstemming zijn van de door het Algemeen Bestuur opgestelde jaarrekening met de bij of krachtens algemene maatregel van bestuur te stellen regels bedoeld in artikel 186 GW (Besluit Begroting en Verantwoording Provincies en Gemeenten);

  • -

    de verenigbaarheid van het jaarverslag met de jaarrekening.

Bij de controle van de jaarrekening 2024 zijn de volgende regels voor de uit te voeren werkzaamheden van de accountant van toepassing:

  • -

    de nadere regels die bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden gesteld op grond van artikel 213, lid 6 GW (Besluit accountantscontrole decentrale overheden);

  • -

    de gedrags- en beroepsregels van de Koninklijke Nederlandse Beroepsorganisatie van Accountants (NBA);

  • -

    richtinggevende uitspraken en adviezen van de commissie Besluit Begroting en Verantwoording (BBV); o.a. de Kadernota rechtmatigheid.

Bijzondere verklaringen

Ook voor bijzondere verklaringen geldt in beginsel dat deze onder het bereik van de accountantscontrole valt. De verantwoordingsinformatie van een aantal specifieke uitkeringen is onderdeel van de jaarrekening. De accountantscontrole hierop volgt het principe ‘Single information Single audit’ (SiSa). De accountantscontrole op de betreffende verantwoordingsinformatie is onderdeel van de controle op de jaarrekening.

3. Te hanteren goedkeurings- en rapporteringstoleranties

De accountant hanteert in de controle bepaalde toleranties en richt de controle daarop in. De accountant controleert niet ieder document of iedere financiële handeling, maar richt de controle zodanig in dat voldoende zekerheid wordt verkregen over het getrouwe beeld van de jaarrekening en de rechtmatigheid van de verantwoorde baten en lasten en balansmutaties en financiële beheershandelingen met een belang groter dan de vastgestelde goedkeuringstolerantie 1 . De accountant richt de controle in op het ontdekken van belangrijke fouten en baseert zich daarbij op risicoanalyse, vastgestelde toleranties en (statistische) deelwaarnemingen en extrapolaties. Naast de kwantitatieve benadering zal de accountant ook een kwalitatieve beoordeling, ofwel ‘professioneel oordeel’ hanteren. De weging van fouten en onzekerheden vindt ook plaats op basis van professioneel oordeel.

De goedkeuringstolerantie (bestaande uit kwantitatieve criteria en kwalitatieve beoordeling) is bepalend voor de oordeelsvorming, de strekking van de af te geven accountantsverklaring.

In het Besluit accountantscontrole decentrale overheden (Bado) zijn minimumeisen voor de in de controle te hanteren goedkeuringstoleranties voorgeschreven. Naast de goedkeuringstoleranties wordt de rapporteringstolerantie onderscheiden. Dit is een norm waaraan de accountant individuele fouten toetst; wanneer fouten aan de norm voldoen, worden ze gerapporteerd zonder dat dit verdere consequenties behoeft te hebben voor de goedkeuring van de jaarrekening als geheel.

De goedkeurings- en rapporteringstolerantie wordt door het Algemeen Bestuur vastgesteld, met inachtneming van de volgende minimumeisen:

Goedkeurings- tolerantie

Strekking controleverklaring:

Goedkeurend

Beperking

Oordeel- onthouding

Afkeurend

Fouten in de jaar- rekening (% totale lasten

≤1%

>1%<3%

-

≥3%

Onzekerheden in de controle (% totale lasten)

≤3%

>3%<10%

≥10%

-

Voor de rapporteringstolerantie stelt het Algemeen Bestuur verder als maatstaf dat de accountant elke gevonden fout of onzekerheid ≥ € 50.000 rapporteert.

De accountant richt de controle in rekening houdend met de goedkeuringstolerantie, waarbij hij verder waarborgt dat alle gesignaleerde onrechtmatigheden die de goedkeuringstoleranties niet overschrijden maar wel de rapporteringstolerantie, ook daadwerkelijk in het verslag van bevindingen worden opgenomen.

De goedkeuringstolerantie wordt voor genoemde jaren vastgesteld op basis van de gerealiseerde bedragen in de jaarrekening.

5. Rechtmatigheid en de aanvullend te controleren rechtmatigheidscriteria

In het kader van de rechtmatigheidsverantwoording kunnen 9 rechtmatigheidscriteria worden onderkend:

(1) het begrotingscriterium, (2) het voorwaardencriterium, (3) het misbruik- en oneigenlijk gebruik- criterium, (4) het calculatiecriterium, (5) het valuteringscriterium, (6) het adresseringscriterium, (7) het volledigheidscriterium, (8) het aanvaardbaarheidscriterium en het (9) het leveringscriterium. In het kader van het getrouwheidsonderzoek wordt al aandacht besteed aan de meeste van deze criteria. Voor de oordeelsvorming over de getrouwheid van de rechtmatigheidverantwoording van het financieel beheer zal extra aandacht besteed moeten worden aan de volgende rechtmatigheidscriteria:

  • 1.

    Begrotingscriterium;

  • 2.

    Misbruik en oneigenlijk gebruik criterium (M&O-criterium);

  • 3.

    Voorwaardencriterium.

1. Begrotingscriterium

Als blijkt dat gerealiseerde lasten zoals weergegeven in de jaarrekening hoger zijn dan de geraamde bedragen met inbegrip van de laatste begrotingswijziging, is – voor zover het begrotingsoverschrijdingen betreft – mogelijk sprake van onrechtmatige uitgaven. De overschrijding kan namelijk in strijd zijn met het budgetrecht van het Algemeen Bestuur zoals geregeld in de gemeentewet. Voor de afsluitende oordeelsvorming is het van belang in hoeverre de begrotingsoverschrijding past binnen het door het Algemeen Bestuur geformuleerde beleid en/of wordt gecompenseerd door aan de lasten gerelateerde hogere inkomsten. Het bepalen óf respectievelijk welke begrotingsoverschrijdingen al dan niet verwijtbaar zijn, is voorbehouden aan het Algemeen Bestuur.

Begrotingsoverschrijdingen welke uitgaven betreffen die binnen het door het Algemeen Bestuur uitgezette beleid blijven, dienen niet meegenomen te worden in het accountantsoordeel. Dergelijke overschrijdingen kunnen achteraf via de vaststelling van de jaarrekening ter goedkeuring worden voorgelegd aan het Algemeen Bestuur. Ingevolge artikel 28 Besluit Begroting en Verantwoording dient in de programmarekening een toelichting inzake de analyse van de afwijkingen tussen de begroting na wijziging en de programmarekening te worden opgenomen.

2. M&O-criterium

Om misbruik en oneigenlijk gebruik van overheidsgelden te voorkomen zijn beheersmaatregelen nodig. In tegenstelling tot andere getrouwheids- en rechtmatigheidsaspecten gaat het bij het M&O-criterium in het bijzonder om vast te stellen dat in de organisatie effectieve maatregelen zijn getroffen om misbruik te voorkomen, dan wel op te sporen, en dat de wet- en regelgeving duidelijk is, aangepast is aan actuele omstandigheden en te handhaven is.

In het kader van de verordening ex artikel 212 Gemeentewet wordt weliswaar gesproken over een M&O- beleid, maar de aard van de activiteiten van de Veiligheidsregio Zuid-Holland Zuid maakt dat vooralsnog geen nadere inkleuring van specifiek beleid voor misbruik en oneigenlijk gebruik noodzakelijk is.

3. Voorwaardecriterium

Besteding en inning van gelden door een Gemeenschappelijke Regeling zijn aan bepaalde voorwaarden verbonden waarop door de accountant moet worden getoetst. Deze voorwaarden liggen vast in wetten en regels van hogere overheden en de eigen regelgeving. De precieze invulling verschilt per wet, regeling en verordening.

Voor alle geldstromen dient ondubbelzinnig vast te staan welke voorwaarden er op van toepassing zijn. Door de hogere overheden gestelde voorwaarden liggen volledig vast. Dit geldt niet voor de voorwaarden in de regelgeving binnen de Veiligheidsregio(VR). Het Algemeen Bestuur is op VR-niveau kader stellend en wordt geacht de norm te stellen waaraan het Dagelijks Bestuur wordt getoetst. Het Algemeen Bestuur moet op grond van een overzicht (Normenkader) van alle voor de VR geldende wet- en regelgeving het voorwaardecriterium inrichten en concretiseren. Dit betekent dat limitatief moet zijn aan welke in wet- en regelgeving vastgelegde, voor de VR relevante, voorwaarden de accountant moet toetsen.

6. Kaders inzake rechtmatigheid

A.Wettelijke kaders

De naleving van wettelijke kaders, zoals die in de kolom “Externe wet- en regelgeving” van de “Inventarisatie wet- en regelgeving in het kader van de rechtmatigheidsverantwoording bij de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Zuid-Holland Zuid” (Normenkader) is opgenomen (bijlage 1 van dit protocol). Dit uitsluitend voor zover deze directe financiële beheershandelingen betreffen of kunnen betreffen;

B.Kaders van de Veiligheidsregio Zuid-Holland Zuid

De naleving van de volgende “interne” kaders:

  • -

    De begroting, inclusief vastgestelde wijzigingen;

  • -

    De financiële verordening ex artikel 212 Gemeentewet, m.u.v. de artikelen 6,12,16,17,19,23 en 24;

  • -

    De controleverordening (lees: Controleprotocol inclusief normenkader) ex artikel 213 Gemeentewet; en de overige kaders zoals opgenomen in de kolom “Interne regelgeving” van de “Inventarisatie wet- en regelgeving in het kader van de rechtmatigheidsverantwoording bij de gemeenteschappelijke regeling Veiligheidsregio Zuid-Holland Zuid” (Normenkader) in bijlage 1 van dit protocol. Dit laatste voor zover van toepassing en uitsluitend voor zover deze directe financiële beheerhandelingen betreffen of kunnen betreffen. Ten aanzien van het voorwaardencriterium vindt voor interne regelgeving uitsluitend een toets plaats naar de hoogte, duur en doelgroep/object van financiële beheershandelingen, tenzij jegens derden (bijvoorbeeld in toekenningsbeschikkingen) aanvullende voorwaarden met directe financiële consequenties.

C.Afwegingskader Algemeen Bestuur

Begrotingsafwijkingen en -overschrijdingen (beleidsmatig en/of financieel) behoeven autorisatie door het Algemeen Bestuur. In de regel zullen begrotingswijzigingen vooraf aan het Algemeen Bestuur worden voorgelegd ter autorisatie. Hiermee wordt toestemming gevraagd voor het te realiseren beleid en voor de besteding van het benodigde bedrag. Alleen als de omstandigheden een autorisatie vooraf niet mogelijk maken, zal achteraf een begrotingswijziging moeten worden voorgelegd. Indien het Algemeen Bestuur ermee instemt, wordt de besteding alsnog geautoriseerd en is deze rechtmatig.

Begrotingswijzigingen moeten volgens de Gemeentewet tijdens het jaar zelf nog door het Algemeen Bestuur worden vastgesteld. Indien een wijziging niet meer in het jaar zelf is vastgesteld zijn bestedingen boven het begrotingsbedrag strikt genomen onrechtmatig. Toch kan voor de accountant bij de controle vaststaan dat een aantal (begrotings-)overschrijdingen binnen de beleidskaders van het Algemeen Bestuur vallen.

De algemene lijn is dat begrotingsoverschrijdingen die binnen de beleidskaders van het bestuur passen niet meegewogen worden in het accountantsoordeel. Toch is het toetsen van begrotingsrechtmatigheid ingewikkelder dan het wellicht op het eerste gezicht lijkt. Er kunnen zeven verschillende begrotingsoverschrijdingen worden onderscheiden. In het overzicht op de volgende pagina wordt aangegeven wat de consequentie van betreffende overschrijding moet zijn voor het accountantsoordeel.

Bij de toetsing van begrotingsafwijkingen kunnen tenminste devolgende “soorten” begrotingsafwijkingen worden onderkend:

Onrechtmatig, maar telt niet mee voor het oordeel

Onrechtmatig en telt mee voor het oordeel

Budgetoverschrijdingen betreffende activiteiten die niet passen binnen het bestaande beleid en waarvoor men geen voorstel tot begrotingsaanpassing heeft ingediend. Bijvoorbeeld de doelgroep c.q. de activiteiten zijn in de praktijk aantoonbaar ruimer geïnterpreteerd dan in regelgeving (subsidieregeling, - verordening) was gedefinieerd.

X

Budgetoverschrijdingen die passen binnen het bestaande beleid, maar waarbij de accountant ondubbelzinnig vaststelt dat die ten onrechte niet tijdig zijn geautoriseerd. Bijvoorbeeld: de verwachte kostenoverschrijding op jaarbasis was via tussentijdse informatie al wel bekend, maar men heeft geen voorstel tot begrotingsaanpassing ingediend en dit is in strijd met de budgetregels zoals afgesproken met het Algemeen Bestuur.

X

Budgetoverschrijdingen die geheel of grotendeels worden gecompenseerd door direct gerelateerde opbrengsten, bijvoorbeeld via subsidies of kostendekkende omzet.

X

Budgetoverschrijdingen bij open einde (subsidie)regelingen.

Vaak blijkt vanwege dit open karakter in het kader van het opmaken van de jaarrekening een (niet eerder geconstateerde) overschrijding.

X

Budgetoverschrijdingen die worden gecompenseerd door extra inkomsten die niet direct gerelateerd zijn. Over de aanwending van deze extra inkomsten heeft het Algemeen Bestuur nog geen besluit genomen

X

Budgetoverschrijdingen betreffende activiteiten welke achteraf als onrechtmatig moeten worden beschouwd omdat dit bijvoorbeeld bij nader onderzoek van de subsidieverstrekker, belastingdienst of een toezichthouder blijkt (bijvoorbeeld een belastingnaheffing). Het zal hier in de praktijk vaak gaan om interpretatieverschillen bij de uitleg van wet- en regelgeving die na het verantwoordingsjaar aan het licht komen. Er zijn dan geen rechtmatigheidsgevolgen voor dat verantwoordingsjaar. Wel zal de Veiligheidsregio ervoor moeten zorgen dat de overschrijdingen getrouw in de jaarrekening worden weergegeven. Ook kunnen er gevolgen zijn voor het lopende jaar.

- geconstateerd tijdens verantwoordingsjaar

X

- geconstateerd na verantwoordingsjaar

X

Budgetoverschrijdingen op activeerbare activiteiten (investeringen of totaal geautoriseerd budget) waarvan de gevolgen voornamelijk zichtbaar worden via hogere afschrijvings- en financieringslasten in het jaar zelf of pas in de volgende jaren.

- jaar van investeren

X

- afschrijvings- en financieringslasten in latere jaren

X

Begrotingsafwijkingen die in formele zin onrechtmatig zijn maar niet meetellen voor het oordeel over de rechtmatigheid van de accountant, moeten worden opgenomen in het verslag van de accountant. Het Algemeen Bestuur moet deze afwijkingen bij het vaststellen van de jaarrekening expliciet autoriseren.

7. Rapportering accountant

Tijdens en na afronding van de controle werkzaamheden rapporteert de accountant. De opvolging van bevindingen van interne- en externe controle waaronder rechtmatigheidsonderzoeken, is een belangrijk onderdeel van de verbetercyclus. Hierna wordt in het kort toegelicht wat dit inhoudt.

  • A.

    Dagelijks bestuur: Rechtmatigheidsverklaring

    Vanaf boekjaar 2023 rapporteert het dagelijks bestuur over de uitgevoerde rechtmatigheidscontroles in de bedrijfsvoeringsparagraaf van het jaarverslag en geeft hierover een rechtmatigheidsverklaring af. Gedurende het jaar worden de controlebevindingen, gespecificeerd naar proces, aard van de fout of onduidelijkheid en bedrag, met de procesverantwoordelijke besproken. Daarnaast worden er aanbevelingen gedaan naar aanleiding van de rechtmatigheidscontroles om de toekomstige fout of onduidelijkheid te mitigeren. De opvolging van de aanbevelingen zal nauwlettend worden gemonitord door concern control.

  • B.

    Management Letter n.a.v. interim-controle

    In de tweede helft van het jaar wordt door de accountant een zogenaamde interim-controle uitgevoerd. De hieruit voortvloeiende bevindingen en aanbevelingen komen tot uitdrukking in de zogenaamde Management Letter. Bestuurlijk relevante zaken worden – op grond van de overeengekomen rapportage wensen van het Algemeen Bestuur – aan het Algemeen Bestuur en in afschrift aan het Dagelijks Bestuur worden gerapporteerd

  • C.

    Uitgangspunten voor rapportagevorm

    Overeenkomstig de gemeentewet wordt omtrent de controle van de jaarrekening een verslag van bevindingen uitgebracht aan het Algemeen Bestuur en in afschrift aan het Dagelijks Bestuur.

    In het verslag van bevindingen wordt gerapporteerd over de opzet en uitvoering van het financiële beheer en of de beheersorganisatie een getrouw en rechtmatig financieel beheer en een rechtmatige verantwoording daarover waarborgen.

  • D.

    Controleverklaring

    In de controleverklaring wordt op een gestandaardiseerde wijze, zoals wettelijk voorgeschreven, de uitkomst van de accountantscontrole van de jaarrekening weergegeven. De controleverklaring ziet toe op de getrouwheid van de jaarstukken inclusief de rechtmatigheidsverantwoording van het college. Deze controleverklaring wordt verstrekt aan het Algemeen Bestuur en is bedoeld voor openbaarmaking. De controleverklaring wordt verstrekt na vaststelling van de jaarrekening door het Algemeen Bestuur.

Ondertekening

BIJLAGE 1: Inventarisatie wet- en regelgeving in het kader van de rechtmatigheids- verantwoording bij de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Zuid-Holland Zuid

In het navolgende overzicht is een inventarisatie gegeven van de in het kader van de rechtmatigheids- verantwoording bij de regio relevante algemene wet- en regelgeving.

Dit overzicht moet als volgt worden gelezen: In de eerste kolom wordt een algemene omschrijving gegeven die overeenkomt met een of meer programma´s. In de tweede kolom wordt dit nader uitgewerkt naar de specifieke activiteiten welke onder het desbetreffende programma kunnen vallen. In de kolom wetgeving extern wordt de te toetsen algemene wet- en regelgeving aangegeven die direct een relatie heeft met het financieel beheer en de inrichting van de financiële organisatie van de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Zuid-Holland Zuid. De randvoorwaarden waarbinnen uitgaven (lasten) mogen worden (aan)gedaan worden onder meer ontleend aan de begroting, de financiële verordening en het delegatie en mandaatbesluit.

Veelal zal het algemeen bestuur ter verdere implementatie van de uitvoering van deze algemene wet- en regelgeving eigen verordeningen en/of beleidsregels opstellen waarmee een nadere invulling wordt gegeven van het daaraan verbonden financiële beheer. De voor de veiligheidsregio van toepassing zijnde verordeningen en besluiten zijn in de laatste kolom opgenomen.

Daarnaast worden door de Rijksoverheid dan wel andere instanties op grond van deze algemene wet- en regelgeving specifieke geldstromen geïnitieerd, bijvoorbeeld in de vorm van subsidies en/of specifieke uitkeringen. Ook deze specifieke (subsidie) regelgeving is reeds zoveel mogelijk in dit overzicht opgenomen. Voor het verkrijgen van subsidies en/of specifieke uitkeringen moet veelal worden voldaan aan de in deze wet- en regelgeving geformuleerde (nadere) voorwaarden, het zogenaamde voorwaardencriterium.

Het financiële belang van de onderhavige wet- en regelgeving wordt uiteraard mede bepaald door de omvang van de geldstroom die daarmee direct is gemoeid. Daarnaast zijn echter de potentiële risico´s van belang welke kunnen ontstaan wanneer relevante wet- en regelgeving niet wordt nageleefd, bijvoorbeeld inzake Europese aanbesteding. Dergelijke risico´s kunnen indirect tot geldstromen gaan leiden wanneer bijvoorbeeld schadeclaims moeten worden gehonoreerd of op een onjuiste titel verkregen gelden moeten worden geretourneerd.

In de tabel is de regelgeving die een directe invloed heeft op financiële beheershandelingen, aangegeven met een * (alleen voor zover deze door het algemeen bestuur zijn bekrachtigd tellen mee in de rechtmatigheidsverantwoording door het dagelijks bestuur). Dit is een richtinggevende markering: bij het beoordelen van financiële beheershandelingen kan ook andere regelgeving in beeld komen.

Programma/dienst

Omschrijving taak

Externe wet- en regelgeving

Interne regelgeving

Algemeen Bestuur en ondersteunende processen

Algemeen financieel middelenbeheer

  • -

    Grondwet

  • -

    Burgerlijk Wetboek

  • -

    Gemeentewet

  • -

    Besluit Begroting en Verantwoording*

  • -

    Gewijzigde wet gemeenschappelijke regelingen

  • -

    Algemene Wet Bestuursrecht

  • -

    Brede Doeluitkering Rampenbestrijding

  • -

    Besluit Rijksbijdragen bijstand- en bestrijdingskosten

  • -

    Besluit Veiligheidsregio’s

  • -

    Circulaires BZK en V&J

  • -

    AMvB Single Information, Single Audit

  • -

    Gewijzigde Wet Financiële markten

  • -

    Fiscale wetgeving*

  • -

    Wet markt en overheid

  • -

    Gemeenschappelijke regeling VRZHZ2019

  • -

    Financiële verordening ex art. 212: 2021*

  • -

    Controleverordeningex art. 213: 2021*

  • -

    Organisatieregeling 2019

  • -

    Delegatiebesluit 2009

  • -

    Mandaatregeling 2019

  • -

    Regeling budgethouders 2019

  • -

    Nota waarderen en afschrijven 2021

  • -

    Nota reserves en voorzieningen 2023

  • -

    Nota toerekening overhead 2023

Treasurybeheer

  • -

    Wet financiering decentrale overheden (Fido)*

  • -

    Wet betalingstermijnen*

  • -

    Treasurystatuut Veiligheidsregio ZHZ 2018

Arbeidsvoorwaarden en personeelsbeleid

  • -

    Ambtenarenwet

  • -

    Wet normalisering rechtspositie ambtenaren

  • -

    Fiscale wetgeving*

  • -

    Sociale verzekeringswetten*

  • -

    CAR/UWO*

  • -

    Wet Normering Topinkomens*

  • -

    Arbeidstijdenwet

  • -

    Besluit personeel

    veiligheidsregio’s

  • -

    Regeling personeel

    veiligheidsregio’s

  • -

    Werkkostenrregeling (WKR)

  • -

    CAO Rijk

  • -

    Besluit regeling rechtspositionele bezwaren 2014 Drechtsteden

  • -

    Attentieregelingjubilea en afscheid 2021 met aanvulling 2024

  • -

    Regeling repressieve kantoordienst 2013 (is onderdeel van regeling Aanstellingsvormenwarm en koud uit 2013

  • -

    Toelage onregelmatige dienst 2002

  • -

    Kazerneringsdienst 2012

  • -

    Regeling duiktoelagen 2012

  • -

    Regeling Werving en Selectie 2018

  • -

    Regeling Generatiepact 2021

  • -

    Reiskostenregeling VRZHZ 2023

  • -

    Garantieregeling gratificatie 2007

  • -

    Stageregeling 2014

  • -

    Werktijdenregeling 2021

  • -

    Verlet vrijwilligers 2013

  • -

    Beschikbaarheidsregeling VRZHZ 2024

  • -

    Verlofregeling 2021

  • -

    Regeling IKB VRZHZ2022

  • -

    Regeling beoordelingen 2011

  • -

    Regelingen Integriteit 2020; melden vermoeden misstand VRZHZ, privacyreglement en gedragscode telefoon, internet en e-mail gebruik.

  • -

    Procedureregeling functiebeschrijving en functiewaardering 2019.

  • -

    Sociaal statuut 2019- 2023’

  • -

    Regeling omgaan met agressie en geweld

  • -

    Fraudebeleid 2023

  • -

    Maaltijdregeling 24-

    uursdienst 2021

  • -

    Vergoedingsrichtlijn neventaken VRZHZ 2024

Programma/dienst

Omschrijving taak

Externe wet- en regelgeving

Interne regelgeving

 

Inkopen en contract- beheer

  • -

    EU-aanbestedingsregels*

  • -

    Burgerlijk wetboek

  • -

    Gewijzigde aanbestedingswet 2012

  • -

    Gids proportionaliteit

  • -

    Inkoop & aanbestedingsbeleid 2024

  • -

    Algemene inkoopvoor- waarden 2017

Veiligheidsregio

Veiligheidsregio

  • -

    Wet Veiligheidsregio’s

  • -

    Aanpassingswet

    Veiligheidsregio’s

  • -

    Gewijzigde wet gemeenschappelijke regeling

  • -

    Besluit rechtspositie voorzitters

    veiligheidsregio’s

  • -

    Gemeenschappelijk regeling VRZHZ2019

  • -

    Mandaatregeling 2019

  • -

    Organisatieregeling 2019

Uitsluitingen oordeelsvorming rechtmatigheid

Welke regelgeving?

Welke bepalingen?

Waarom uitsluiten? Interne regelgeving

Inkoop en aanbesteding

Interne regels

Het inkoop- en aanbestedingsbeleid is in het verleden aan het Algemeen Bestuur voorgelegd ter vaststelling en was daarmee onderdeel van het normenkader. Op advies van de accountant stellen wij voor om de interne inkoop- en aanbestedingsregels buiten de controle van de jaarrekening te laten. Het betreft hier een omvangrijke hoeveelheid detailcontroles met een beperkte invloed op de strekking van de controleverklaring. In plaats van externe controle door de accountants uit hoofde van de jaarrekening, is gekozen voor interne controles uit hoofde van versterking van de interne beheersing.

Rapportage naar aanleiding van de interne beheersing is een vast onderdeel van de interne management rapportages en onderdeel van de besprekingen met betreffende directies en managers.


Noot
1

De goedkeuringstolerantie is het bedrag dat de som van fouten in de jaarrekening of onzekerheden in de controle aangeeft, die in een jaarrekening maximaal mogen voorkomen, zonder dat de bruikbaarheid van de jaarrekening voor de oordeelsvorming door de gebruikers kan worden beïnvloed