Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR733930
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR733930/1
BELEIDSREGELS OPVANG ONTHEEMDEN OEKRAÏNE GEMEENTE VEENENDAAL 2024
Geldend van 12-11-2024 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 01-11-2024
Intitulé
BELEIDSREGELS OPVANG ONTHEEMDEN OEKRAÏNE GEMEENTE VEENENDAAL 2024BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN VEENENDAAL:
gelet op het bepaalde in artikel:
- •
artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht;
- •
artikel 2, 3 en 7 van de Tijdelijke wet opvang ontheemden Oekraïne;
- •
artikel 2a, 2b, 6, 7, 8, 10, 11, 11a, 12 en 13 van de Regeling opvang ontheemden Oekraïne;
Overwegende dat het gewenst is om beleidsregels vast te stellen over de toepassing en uitleg van de voornoemde wettelijke voorschriften;
b e s l u i t e n :
Vast te stellen de navolgende Beleidsregels opvang ontheemden Oekraïne gemeente Veenendaal 2024:
HOOFDSTUK 1. ALGEMENE BEPALINGEN
Artikel 1. Begripsbepalingen
- 1.
Alle begrippen die in deze beleidsregels worden gebruikt en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de Tijdelijke wet opvang ontheemden Oekraïne (TWO), de Regeling opvang ontheemden Oekraïne (RooO) en de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
- 2.
In deze beleidsregels wordt verstaan onder:
- a.
Wet: Tijdelijke wet opvang ontheemden Oekraïne (TWO);
- b.
Regeling: Regeling opvang ontheemden Oekraïne (RooO);
- c.
college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Veenendaal;
- d.
aanvrager/belanghebbende: de ontheemde bedoeld in artikel 1 sub c van de Regeling, die in Nederland verblijft op grond van de Richtlijn Tijdelijke Bescherming;
- e.
leefgeld: een financiële toelage als bedoeld in artikel 6 lid 1 sub b van de Regeling;
- f.
eigen bijdrage: een vergoeding in de kosten van de gemeentelijke opvang van de meerderjarige ontheemde alsmede van diens meerderjarige gezinslid, als bedoeld in artikel 8 van de Regeling;
- g.
gezin: Tot een gezin behoren:
- i.
echtgenoten of aan gehuwden gelijkgestelde partners;
- ii.
hun minderjarige kinderen, mits ongehuwd en van hen afhankelijk;
- iii.
een ouder of voogd die volgens het recht of de praktijk in Nederland verantwoordelijk is voor de minderjarige en ongehuwde kinderen.
- i.
- h.
gemeentelijke opvang: een opvangvoorziening als bedoeld in artikel 1 sub h van de Regeling;
- i.
particuliere opvang: een opvangvoorziening als bedoeld in artikel 1 sub i van de Regeling.
- a.
HOOFDSTUK 2. LEEFGELD
Artikel 2. Aanvraag
- 1.
Een aanvraag tot verlening van leefgeld geschiedt door middel van het inschrijven van de belanghebbende in de Basisregistratie Personen van de gemeente Veenendaal via het daartoe bestemde registratieformulier op de website van de gemeente Veenendaal.
- 2.
Het college beslist binnen 8 weken nadat de volledige aanvraag om leefgeld is ingediend.
Artikel 3 Voorschot
- 1.
Het leefgeld wordt op voorschot verleend aan de aanvrager, die:
- a.
feitelijk verblijft heeft op een GOO;
- b.
nog niet staat ingeschreven in de Basisregistratie Personen van de gemeente Veenendaal;
- c.
geen inkomsten heeft.
- a.
- 2.
Het voorschot wordt verleend in de vorm van een waardebon ter waarde van € € 200,- per persoon.
- 3.
Het voorschot wordt uitgereikt op de GOO.
- 1.
Als de ontheemde minderjarig is, wordt het voorschot ten behoeve van de minderjarige uitgereikt aan de ouders of verzorgers
Artikel 4. Recht op leefgeld
- 1.
Een recht op leefgeld bestaat jegens de aanvrager, die:
- a.
In de gemeente is ingeschreven in de BRP,
- b.
verblijft in een gemeentelijke opvangvoorziening of een particuliere opvang, en
- c.
geen inkomsten uit arbeid of uitkering of toeslag ontvangt.
- a.
- 2.
Geen recht op leefgeld bestaat jegens de aanvrager
- a.
die verblijft in een door hemzelf gehuurde of gekochte woning;
- b.
die ook de Nederlandse nationaliteit bezit;
- c.
van wie rechtens de vrijheid is ontnomen;
- d.
van wie tijdelijke bescherming wordt geweigerd vanwege het bepaalde in artikel 28 van de Richtlijn Tijdelijke bescherming Oekraïners.
- a.
Artikel 5. Toekenning
- 1.
Het verleende leefgeld wordt toegekend, wanneer de aanvrager voldoet aan de voorwaarden, zoals omschreven in artikel 4.
- 2.
Het leefgeld wordt toegekend per volledige maand, behoudens in de maand van eerste toekenning van leefgeld, waarbij het leefgeld naar rato van het aantal dagen in de maand waarop de belanghebbende aan de voorwaarden voor leefgeld voldoet wordt toegekend
- 3.
Het voorschot wordt na toekenning van het leefgeld verrekend met de eerste maand betaling leefgeld.
Artikel 6. Hoogte leefgeld
De hoogte van het leefgeld wordt bepaald conform artikel 10 van de Regeling voor een belanghebbende in de gemeentelijke opvang of artikel 12 van de Regeling voor een belanghebbende in een particuliere opvang.
Artikel 7 Betaling leefgeld
- 1.
Leefgeld wordt maandelijks uiterlijk in de eerste week van de maand uitbetaald.
- 2.
Uitbetaling van leefgeld vindt plaats op een reguliere bankrekening, of in het geval dat het openen van een dergelijke bankrekening (nog) niet mogelijk is, op een door het college van de gemeente Veenendaal te verstrekken prepaid bankkaart.
- 3.
Als de belanghebbende minderjarig is wordt het leefgeld ten behoeve van de minderjarige bijgeschreven op de bankrekening of prepaid bankkaart van de moeder van de minderjarige of, bij afwezigheid van de moeder, een andere verzorger.
- 4.
Na opheffen van de prepaid bankrekening wordt het saldo binnen 4 weken overgemaakt op een bankrekening van de belanghebbende.
Artikel 8. Beëindiging leefgeld
- 1.
Het recht op leefgeld wordt beëindigd als de belanghebbende
- a.
inkomsten uit arbeid in loondienst of als zelfstandige in Nederland of in een ander land heeft;
- b.
een loondervingsuitkering of een toeslag op grond van de Toeslagenwet ontvangt;
- c.
gedurende twee weken niet heeft voldaan aan verzoeken van of namens het college om informatie te verstrekken over zijn inkomsten en gezinssamenstelling;
- d.
inkomsten verborgen heeft gehouden en daardoor ten onrechte van de verstrekkingen gebruik heeft gemaakt;
- e.
geen gebruik meer maakt van opvang omdat opvang (of onderdak) elders is voorzien;
- f.
de opvang definitief verlaat of langer dan 28 dagen per kalenderjaar niet in de opvang is verschenen zonder het college hiervan op de hoogte te stellen;
- a.
- 2.
Als de in het eerste lid bedoelde belanghebbende meerderjarig is en deel uitmaakt van een gezin, dan eindigt het recht op leefgeld van het gehele gezin.
- 3.
Als de in het eerste lid bedoelde belanghebbende minderjarig is, dan eindigt uitsluitend het recht op leefgeld van die minderjarige.
- 4.
Als één belanghebbende vertrekt of enkele belanghebbenden van het gezin vertrekken of langer dan 28 dagen niet in de opvangvoorziening is/zijn verschenen, wordt de hoogte van het leefgeld aangepast naar de situatie van het gezin dat nog wel in de opvangvoorziening verblijft.
- 5.
De beëindiging gaat in vanaf de eerste dag van de maand volgend op de maand waarin van één of meer van de bovengenoemde omstandigheden is gebleken.
Artikel 9. Inlichtingenplicht
- 1.
De belanghebbende is verplicht om onverwijld uit eigen beweging, dan wel uiterlijk binnen twee weken nadat door of namens het college hierom is verzocht, om mededeling te doen over zijn inkomsten, feitelijke verblijfsituatie en gezinssamenstelling. De belanghebbende is ook verplicht om in geval van verandering in inkomsten, feitelijke verblijfsituatie of gezinssamenstelling het college daarvan onverwijld mededeling te doen.
- 2.
Onder inkomsten als bedoeld in het eerste lid wordt in ieder geval verstaan:
- a.
Inkomsten uit arbeid in loondienst of als zelfstandige in binnen- of buitenland;
- b.
Inkomsten uit een uitkering krachtens de verplichte verzekering op grond van de Werkloosheidswet, de Ziektewet, de Toeslagenwet, de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen, de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering en de Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen, alsmede een uitkering of inkomensvoorziening op grond van de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten, op grond van hoofdstuk 3, afdeling 2, paragraaf 1, van de Wet arbeid en zorg aan de werknemer of de gelijkgestelde, bedoeld in artikel 3:6, eerste lid, van die wet, de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening militairen en de Wet inkomensvoorziening oudere werklozen.
- a.
- 3.
De mededeling als bedoeld in het eerste lid kan door de belanghebbende schriftelijk worden gedaan via een door het college van de gemeente Veenendaal ter beschikking gesteld meldingsformulier of digitaal via de website van de gemeente Veenendaal.
- 4.
Het college maakt gebruik van de door het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen aan het college verstrekte gegevens die op grond van artikel 33, tweede lid, onderdelen a tot en met c, van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen verwerkt worden in de polisadministratie, in ten minste de volgende gevallen:
- a.
Het beoordelen van verzoeken om en wijzigingen van leefgeld;
- b.
De handhaving op de rechtmatige verstrekking van leefgeld;
- c.
Het vaststellen van een op te leggen eigen bijdrage;
- a.
HOOFDSTUK 3 EIGEN BIJDRAGE
Artikel 10. Opleggen eigen bijdrage
- 1.
Het college brengt een eigen bijdrage in rekening bij de meerderjarige belanghebbende alsmede bij diens meerderjarige gezinslid, als de meerderjarige belanghebbende of een meerderjarig gezinslid verblijft in een gemeentelijke opvang en:
- a.
inkomsten uit arbeid in loondienst of als zelfstandige in Nederland of in een ander land heeft;
- b.
een loondervingsuitkering of een toeslag op grond van de Toeslagenwet ontvangt;
- c.
gedurende twee weken niet heeft voldaan aan verzoeken van of namens het college om informatie te verstrekken over zijn inkomsten en gezinssamenstelling; of
- d.
inkomsten verborgen heeft gehouden en daardoor ten onrechte van de verstrekkingen gebruik heeft gemaakt.
- a.
- 2.
In afwijking van het eerste lid onderdeel a en b, wordt geen eigen bijdrage opgelegd als het netto inkomen (inclusief vakantietoeslag) van de meerderjarige belanghebbende en diens meerderjarige gezinslid tezamen minder bedraagt dan 115% van het bedrag dat anders aan leefgeld zou zijn ontvangen plus de eigen bijdrage).
- 3.
De eigen bijdrage wordt door middel van een beschikking opgelegd aan de meerderjarige belanghebbende en, indien van toepassing, diens meerderjarige gezinslid.
Artikel 11. Onevenredig nadeel
- 1.
Het college brengt geen eigen bijdrage in rekening als de belanghebbende heeft aangetoond dat er sprake is van persoonlijke en/of financiële omstandigheden waardoor sprake is van een onevenredig nadeel.
- 2.
Van onevenredig nadeel is in ieder geval sprake als vanwege een beslaglegging, het beschikbare inkomen (inclusief vakantiegeld) van belanghebbende en diens meerjarige gezinslid tezamen, onder aftrek van de eigen bijdrage evenveel of minder bedraagt dan het van toepassing zijnde leefgeld.
Artikel 12. Hoogte eigen bijdrage
De hoogte van de eigen bijdrage als bedoeld in artikel 10 wordt vastgesteld op het bedrag als bedoeld in het tweede lid van artikel 8 van de Regeling.
Artikel 13. Ingangsdatum eigen bijdrage
De eigen bijdrage wordt opgelegd vanaf de eerste dag van de maand volgend op de maand waarin van één of meer van de omstandigheden als bedoeld onder a tot en d van artikel 8 van toepassing is.
Artikel 14 Betaling eigen bijdrage
- 1.
De eigen bijdrage is maandelijks achteraf verschuldigd.
- 2.
De eigen bijdrage dient uiterlijk op de laatste dag van de maand te zijn betaald door overmaking op de daartoe aangewezen bankrekening van de gemeente Veenendaal.
- 3.
Onder betaling als bedoeld in het tweede lid wordt bedoeld de feitelijke bijschrijving van de eigen bijdrage op de bankrekening van de gemeente Veenendaal.
Artikel 15. Beëindiging eigen bijdrage
- 1.
De eigen bijdrage is over een volledige kalendermaand verschuldigd.
- 2.
De eigen bijdrage is niet langer verschuldigd, als de meerderjarige belanghebbende
- a.
niet langer in gemeentelijke opvang verblijft;
- b.
geen inkomsten uit arbeid in loondienst of als zelfstandige in Nederland of een ander land heeft;
- c.
geen loondervingsuitkering of een toeslag op grond van de Toeslagenwet ontvangt.
- a.
Artikel 16. Inlichtingenplicht
- 1.
De belanghebbende is verplicht om onverwijld uit eigen beweging, dan wel uiterlijk binnen twee weken nadat door of namens het college hierom is verzocht, om mededeling te doen over zijn inkomsten, feitelijke verblijfsituatie en gezinssamenstelling. De belanghebbende is ook verplicht om in geval van verandering in inkomsten, feitelijke verblijfsituatie of gezinssamenstelling het college daarvan onverwijld mededeling te doen.
- 2.
Onder inkomsten als bedoeld in het eerste lid wordt in ieder geval verstaan:
- a.
Inkomsten uit arbeid in loondienst of als zelfstandige in binnen- of buitenland;
- b.
Inkomsten uit een uitkering krachtens de verplichte verzekering op grond van de Werkloosheidswet, de Ziektewet, de Toeslagenwet, de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen, de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering en de Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen, alsmede een uitkering of inkomensvoorziening op grond van de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten, op grond van hoofdstuk 3, afdeling 2, paragraaf 1, van de Wet arbeid en zorg aan de werknemer of de gelijkgestelde, bedoeld in artikel 3:6, eerste lid, van die wet, de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening militairen en de Wet inkomensvoorziening oudere werklozen.
- a.
- 3.
De mededeling als bedoeld in het eerste lid kan door de belanghebbende schriftelijk worden gedaan via een door het college van de gemeente Veenendaal ter beschikking gesteld meldingsformulier of digitaal via de website van de gemeente Veenendaal.
- 4.
Het college maakt gebruik van de door het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen aan het college verstrekte gegevens die op grond van artikel 33, tweede lid, onderdelen a tot en met c, van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen verwerkt worden in de polisadministratie, in ten minste de volgende gevallen:
- a.
Het beoordelen van verzoeken om en wijzigingen van eigen bijdrage;
- b.
De handhaving op de rechtmatige beoordeling verschuldigde betaling eigen bijdrage;
- c.
Het vaststellen van een op te leggen eigen bijdrage;
- a.
HOOFDSTUK 4 OVERIGE KOSTEN
Artikel 17. Buitengewone kosten
- 1.
Een recht op een vergoeding van buitengewone kosten heeft de belanghebbende, die:
- a.
In de gemeente is ingeschreven in de BRP,
- b.
verblijft in een gemeentelijke opvangvoorziening of een particuliere opvang,
- c.
geen inkomsten uit arbeid of uitkering of toeslag ontvangt;
- d.
geen vergoeding krijgt voor de kosten, en
- e.
waarbij vaststaat dat de kosten noodzakelijk zijn.
- a.
- 2.
Onder buitengewone kosten wordt in ieder geval verstaan:
- a.
Reiskosten voor een verblijfsrechtelijke procedure of medische behandeling;
- b.
Medische kosten;
- c.
Kosten zwemles van minderjarige belanghebbenden;
- d.
Kosten van een laptop of vergelijkbare kosten voor de minderjarige schoolgaande belanghebbenden;
- e.
De kosten van een fiets voor de minderjarige schoolgaande belanghebbenden.
- a.
- 3.
Onverminderd het tweede lid kan het college besluiten om een vergoeding toe te kennen voor vergelijkbare kosten.
- 4.
Voor de hoogte van de kosten als bedoeld in tweede en derde lid van dit artikel wordt aangesloten bij het minimabeleid van de gemeente Veenendaal.
HOOFDSTUK 5. OVERIGE BEPALINGEN
Artikel 18. Inwerkingtreding
Deze beleidsregels treden in werking met terugwerkende kracht met ingang van 1 november 2024 onder gelijke intrekking van de beleidsregels opvang ontheemden Oekraïne gemeente Veenendaal.
Artikel 19 Citeertitel
Deze beleidsregels worden aangehaald als: Beleidsregels opvang ontheemden Oekraïne gemeente Veenendaal 2024.
Ondertekening
Vastgesteld in de vergadering van 12 november 2024
mevrouw drs. S.M. Deelstra
secretaris
de heer K.J.G. Kats
burgemeester
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl