Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR733520
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR733520/1
Geldend van 31-12-2024 t/m heden
Voorwoord
Voorwoord
Culemborg is al meer dan 700 jaar op reis. Het is ónze reis en we blijven onderweg. Wat neem jij mee op deze reis? En wat is de bestemming, hoe ziet Culemborg eruit in jouw toekomst? Welke normen en waarden moet onze stad hebben? Dat is de rode draad van deze eerste Omgevingsvisie voor Culemborg.
Al ruim 700 jaar wonen, werken en verblijven mensen in de stad die we oorspronkelijk Kuilenburg noemden. Meer dan zeven eeuwen geschiedenis, vol met verhalen van mensen en gebeurtenissen die de stad maken zoals die vandaag de dag is. Na ons zullen toekomstige generaties nieuwe verhalen toevoegen. In feite hebben wij de stad te leen van toekomstige generaties. Het verhaal van Culemborg is nooit af.
Stilstaan bij de toekomst
Wij zijn als gemeente zeer betrokken bij het wel en wee van onze stad en haar inwoners. We hebben iedere dag te maken met allerlei onderwerpen uit het dagelijks leven van mensen. Wij kunnen hier regelmatig een rol in spelen, maar soms ook niet. Vaak gaat het over problemen die in het hier en nu spelen. Niets is menselijker dan bezig te zijn met de waan van de dag.
Daarom is het ook goed om stil te staan bij de toekomst. Hoe zorgen we ervoor dat Culemborg een prachtige stad blijft om in te wonen, te werken en te verblijven? We hebben bijna 30.000 inwoners, die samen goed willen leven op een klein stukje Nederland. We zien een grote vraag naar passende woningen, onze bedrijven vragen om extra ruimte en we willen graag plekken waar we kunnen ontspannen. Dit zijn onderwerpen die allemaal om ruimte vragen. Daarom moeten we keuzes maken.
Onderlinge samenhang
In deze Omgevingsvisie zijn we uitgegaan van onze geschiedenis en ons DNA om in die lijn keuzes voor te bereiden. We denken dat deze keuzes passen bij de toekomst van Culemborg en de Culemborgers. Het is belangrijk dat we de verschillende uitdagingen in hun onderlinge samenhang zien. Om onze (grote) ambities samen op een juiste manier aan te pakken, moeten we niet alle onderdelen afzonderlijk bekijken, maar Culemborg als geheel zien. Met de kracht van al die betrokken Culemborgers ben ik er van overtuigd dat het gaat lukken, zodat wij (en de Culemborgers na ons) nog lang kunnen genieten van en Ín onze mooie stad.
Culemborg in 2040
Deze eerste Omgevingsvisie van Culemborg maakten we samen met onze inwoners, partners, vereni-gingen, adviesorganen, ondernemers en ‘uiteraard’ de 21 leden van onze gemeenteraad. We hebben al deze partijen op allerlei manieren gevraagd welke waarden van Culemborg zij willen koesteren en hoe Culemborg er in 2040 uit zou moeten zien. Wat daar steeds weer sterk uit naar voren komt is de trots op onze stad. Op Culemborg in al zijn facetten. De prachtige, monumentale binnenstad, het waardevolle buitengebied en het dynamische bedrijventerrein Pavijen. We ervaren de ligging van de stad als onderscheidend; midden in het land, met een eigen station aan het spoortraject Amsterdam – Maastricht, langs de A2 en aan de rivier de Lek.
De Omgevingsvisie gaat over de opgaven waar we de komende jaren aan willen werken. Maar het geeft geen blauwdruk over hóe we dat precies gaan doen. De Omgevingsvisie gaat over de hoofdlijnen waarlangs dat kan en schetst de kaders waarbinnen de gemeenteraad, inwoners, ondernemers en organisa-ties in de toekomst afwegingen voor het gebruik van de schaarse ruimte kunnen maken. Zo zetten we onze reis voort naar een nog mooiere stad.
Monica Wichgers
Wethouder gemeente Culemborg
Hoofdstuk 1 Inleiding
1.1 Culemborg in 2040, beschreven in de Omgevingsvisie
De gemeente Culemborg is op dit moment een gemeente met bijna 30.000 inwoners en beslaat een oppervlak van 31 vierkante kilometer. De gemeente heeft een prachtige historische binnenstad. Het heeft een NS-station met sprinter verbindingen naar Utrecht, Den Bosch en Tiel, goede scholen en uitstekende voorzieningen. De stad Culemborg wordt omringd door de Lek en een groen buitengebied, waarvan het grootste deel Unesco Werelderfgoed is als onderdeel van de Hollandse Waterlinies.
Culemborgers zijn, in het algemeen, zeer betrokken bij wat er in hun stad gebeurt en ontwikkelen zelf initiatieven die soms tot bijzondere resultaten leiden. Voorbeelden hiervan zijn de ecologische buurt Eva Lanxmeer, Werk aan het Spoel, het Pieterplaatsje en Bolderburen.
Daarnaast is Culemborg ‘Nederland in het klein’. De uitdagingen waar we in Nederland voor staan, vinden we ook terug in Culemborg. Denk hierbij bijvoorbeeld aan het zorgen voor voldoende woningen, de overgang naar energie uit bijvoorbeeld zon en wind, veiligheid (sociaal, verkeer en milieu), gezondheid en verkeer en vervoer. De ruimte voor deze opgaven is schaars, dus de uitdaging is om slimme combinaties van oplossingen te bedenken.
We leven in een stad die wij even mogen gebruiken zoals al vele mensen dat voor ons hebben gedaan en nog veel mensen dat na ons zullen doen. Om ervoor te zorgen dat Culemborg ook in de toekomst een fijne plek is om te wonen en te verblijven, moeten we keuzes maken over wat waar een plek kan krijgen. Dan moeten we wel weten waar we als gemeente naartoe willen ontwikkelen. Wat zijn de kwaliteiten die we koesteren en niet kwijt willen? Welke ontwikkelingen komen op ons af? Wat vinden we belangrijk? Welke initiatieven willen we wel en niet mogelijk maken? Deze Omgevingsvisie geeft handvatten om deze keuzes nu en in de komende jaren te kunnen maken.
1.2 Een visie van, voor en door Culemborgers
Waar willen we als gemeente heen? Waar staat Culemborg in 2040? Deze vraag willen we als gemeente niet alleen beantwoorden, maar samen met bewoners, ondernemers, verenigingen en organisaties die in Culemborg actief zijn. In de afgelopen periode heeft iedereen op verschillende momenten de mogelijkheid gekregen om aan te geven wat belangrijk is voor de toekomst van Culemborg. In bijlage 1 is het proces van de totstandkoming van de Omgevingsvisie kort toegelicht, met daarbij de wijze waarop iedereen heeft kunnen meedenken en meedoen en van wat er is ingebracht.
Hoofdstuk 2 We gaan op reis en nemen mee?
2.0 Inleiding
We kunnen de toekomst niet voorspellen, maar we hebben er wel invloed op. De keuzes
die we vandaag en morgen maken, bepalen die toekomst namelijk wel. We zijn samen op
weg en willen zorgen voor een mooie toekomst voor de Culemborgers na ons.
Op onze reis naar een mooie toekomst nemen we bagage mee. Deze bagage bestaat uit:
- Ons karakter: wat zijn belangrijke karaktereigenschappen van Culemborg? Dit is al
in onze Stadsvisie van Culemborg beschreven.
- Ons kompas: drie richtingen die de verdere ontwikkeling van Culemborg in de Stadsvisie
kenmerken.
Op dit kompas staan drie begrippen:
1. meervoudig duurzaam
2. verbindend
3. innovatie/ proeftuinen
Deze begrippen geven aan waar de kracht van Culemborg ligt. Vanuit deze kracht werken we samen aan de toekomst.
2.1 Trots op onze kenmerken en DNA
We starten onze reis niet met een lege koffer. De geschiedenis van Culemborg betekent veel voor ons. Door de eeuwen heen staat Culemborg bekend om haar eigenzinnigheid. Het zit diepgeworteld in ons DNA. Van Middeleeuwse Vrijstad tot het Culemborg van nu. Het historisch decor toont een pallet aan verhalen die de stad rijk is. En dankzij onze cultuur biedt het een podium aan de geschiedenismakers van de toekomst. Onze koffer is dus al gevuld met waardevolle plekken, mensen, verhalen en belevenissen. Deze waardevolle bagage kenmerkt Culemborg.
In de Stadsvisie van Culemborg (2021) is het DNA van de stad beschreven. Culemborg kenmerkt zich door betrokkenheid, eigengereidheid en leren en ontwikkelen/zelfontplooiing. Onze kenmerken en ons DNA willen we graag koesteren voor de toekomst.
Belangrijke kenmerken van de stad die Culemborg waardevol maken, zijn:
- De ligging van Culemborg, centraal in Nederland
- De grote diversiteit in buurten en wijken en inwoners
- De historische binnenstad
- De ligging aan de Lek en haar uiterwaarden
- Een stad waarin kleinschaligheid en stedelijkheid gecombineerd is
- Een stad met een duurzame intenties
- Initiatiefnemers, zzp’ers en vrijwilligers
- Verenigingsleven
In hoofdstuk 3 is beschreven waar Culemborg nu staat. Het karakter van Culemborg komt hier uiteraard in terug.
2.2 Meervoudig duurzaam
Bij duurzaamheid wordt vaak als eerste gedacht aan milieubewust leven en ecologisch verantwoorde keuzes. Meervoudig duurzaam is echter breder dan dat. Meervoudige duurzaamheid betekent dat we in Culemborg zoeken naar het ideale evenwicht tussen ecologische, economische en sociale belangen. We maken keuzes die bijdragen aan een gezond Culemborg, waar mensen prettig wonen en leven in een natuurvriendelijke omgeving.
Oplossingen die meervoudig duurzaam zijn, dienen meerdere belangen. Meervoudige duurzaamheid wordt goed beschreven door de duurzame ontwikkelingsdoelen van de Verenigde Naties. Zij zijn door de VNG verder uitgewerkt voor gemeenten. De afbeelding hieronder laat zien wat duurzame ontwikkelingsdoelen zijn. Hier draagt de Omgevingsvisie in meer of mindere mate aan bij.
2.3 Verbindend
Verbindend staat voor relaties en samenwerking tussen mensen en groepen. Deze verbindingen zijn nodig om Culemborg te laten zijn wat het is; Nederland in het klein, waar iedereen mee kan en mag doen. Een verbindend Culemborg betekent dat inwoners en organisaties in de stad verbonden zijn aan elkaar, ook tussen generaties en buiten de eigen directe kringen. Denk aan relaties tussen bijvoorbeeld ondernemers, onderwijsinstellingen en verenigingen. Maar ook verbindingen over ‘domeinen’ heen. Het organiseren/ realiseren van ontmoetingsplekken in de fysieke buitenruimte om sociale interacties mogelijk te maken, het zorgdragen voor en faciliteren van voldoende ondersteuning voor zorgbehoevenden, in de openbare ruimte rekening houden met minder validen (inclusie). De omvang van de stad Culemborg biedt mogelijkheden om verbindingen te organiseren en te onderhouden en is tegelijkertijd klein genoeg om elkaar te kunnen vinden. Fysieke verbindingen als fietspaden, buslijnen, spoorwegen en internet zijn belangrijk om relaties mogelijk te maken. Daarnaast is samenwerking buiten de gemeentegrenzen belangrijk. Samenwerking binnen de regio en met landelijke organisaties zorgt ervoor dat ontwikkelingen in Culemborg ook waardevol zijn voor de regio, de provincie, Utrecht/ Randstad en Nederland als totaal en andersom.
2.4 Proeftuin/innovatie
Het begrip proeftuin/ innovatie geeft aan dat Culemborg een vruchtbare bodem biedt voor experimenten en het vormen van initiatieven. Ondernemerschap (de capaciteit om een idee concreet uit te voeren, om een project op te starten) wordt hier gestimuleerd. In Culemborg worden innovatieve oplossingen bedacht, buiten de gebruikelijke kaders. Werken in proeftuinen biedt kansen om nieuwe oplossingen te bedenken voor de vraagstukken die op ons af komen. Werken in proeftuinen betekent ook dat we dingen uitproberen en dat er dus fouten gemaakt kunnen worden. Niet alle proeftuinen komen tot volle bloei. Bij het werken in proeftuinen speelt de gemeente vaak een ondersteunende en begeleidende rol, zonder alles over te nemen. Deze faciliterende rol wil de gemeente graag aannemen wanneer de proeftuinen passen binnen de doelen van de gemeente.
In onze proeftuinen worden zaken ontwikkeld die een voorbeeld zijn voor ontwikkelingen elders. Culemborg is tenslotte Nederland in het klein. Onze proeftuinen hebben de meeste impact als ze passen binnen het DNA van Culemborg en dus aansluiten bij waar we al sterk in zijn.
2.5 Een integrale visie, ruimtelijk en sociaal
De Omgevingswet is per 1 januari 2024 in werking getreden. De Omgevingswet vervangt daarmee 26 sectorale wetten die voorheen het Omgevingsrecht vormden. Doel van de Omgevingswet is onder meer de besluitvorming integraler te laten verlopen. De Omgevingsvisie als één van de hoofdinstrumenten uit de Omgevingswet vormt de basis en biedt richting aan de besluitvorming binnen de gemeente. De Omgevingswet richt zich voornamelijk op het ruimtelijke domein. De inrichting van de ruimte (de leefomgeving) is ook belangrijk voor het bereiken van doelen binnen het sociale domein. Het bevorderen van bijvoorbeeld de gezondheid van inwoners, door de leefomgeving beweegvriendelijk in te richten en ruimte te creëren voor ontmoeting dragen rechtstreeks bij aan doelen uit bijvoorbeeld het sociaal domein. Door structureel bij besluitvorming over projecten of beleidsvoornemens bewust en transparant zoveel moge-lijk elementen (uit de verschillende domeinen) af te wegen wordt de besluitvorming in lijn met de Omgevingswet integraler. Een veel toepaste methodiek daarvoor is het zogenoemde Ambitieweb.
Hoofdstuk 3 Waar staan we nu en wat komt er op ons af?
3.1 Een indruk van het nu
We maken met elkaar een reis en hebben een gevulde koffer mee. We nemen een foto van hoe onze gemeente nu is, zodat we kunnen zien waar we nu staan en wat ons vertrekpunt is.
Hoe ziet Culemborg er nu uit? Hoe staat Culemborg ervoor als het bijvoorbeeld gaat over wonen, werken, bereikbaarheid, gezondheid en milieu? De Leefomgevingsfoto in de bijlage 2 geeft op grond van allerlei data informatie over onze gemeente.
Culemborg is een fijne stad om te wonen. Het overgrote deel van de inwoners waardeert de prettige woonomgeving en de aanwezigheid van voldoende voorzieningen (waaronder winkels, horeca, sport-verenigingen en scholen), de historische uitstraling van de binnenstad, de bereikbaarheid en de aantrek-kelijkheid van het buitengebied. Vanuit de gemeente is de reisafstand naar grotere steden als Utrecht en ‘s-Hertogenbosch beperkt (zowel met de auto als met de trein).
De binnenstad van Culemborg heeft een sfeervolle markt met historische gebouwen en een goed horeca- en winkelaanbod. De binnenstad wordt erg gewaardeerd en heeft een grote aantrekkingskracht on-danks dat de aanwezigheid van detailhandel wel afneemt. Naast de binnenstad heeft Culemborg diverse prettige en gevarieerde woonbuurten waar inwoners zich thuis voelen. Deze woonbuurten hebben vaak een eigen identiteit. De stad heeft een aantrekkelijke uitstraling, onder meer door de aanwezigheid van veel groen, vaak gecombineerd met water.
In Culemborg zijn relatief veel banen in de sectoren handel, industrie en dienstverlening. Er is een relatief groot bedrijventerrein, Pavijen met een regionale functie. De kantorenmarkt is de afgelopen jaren afgenomen. Daar tegenover staat dat Culemborg veel zzp’ers kent, die vanuit huis, of in verzamelkantoren werken.
Al sinds de middeleeuwen is de meubelindustrie sterk in Culemborg vertegenwoordigd. Dit is een belangrijke basis geweest voor het ontstaan van de ‘creatieve maakindustrie’; bedrijven en beroepen die gericht zijn op het voortdurend gebruiken van creativiteit. Denk hierbij bedrijven in de beeldende kunst, ambachten, muziek, reclame en vormgeving. Deze creatieve maakindustrie is nog steeds aanwezig en belangrijk.
Culemborg heeft een relatief klein buitengebied. Het buitengebied met haar uiterwaarden kenmerkt zich door de aanwezigheid van unieke natuur, landschap en cultuurhistorie. Zo behoort het westelijke en zuidelijke buitengebied in z’n geheel tot de Hollandse Waterlinies, inmiddels UNESCO-Werelderfgoed. Inwoners uit Culemborg hechten grote waarde aan het buitengebied. De kwaliteiten in het buitengebied zorgen ervoor dat mensen het prettig vinden om er te recreëren en te ontspannen. In het buitengebied liggen agrarische bedrijven. Deze bedrijven zijn voornamelijk landbouwbedrijven. Daarnaast zijn er diverse recreatieve fiets- en wandelroutes door het buitengebied.
3.2 Tijden veranderen
Veel is in beweging, tijden veranderen. We zien verschillende ontwikkelingen op ons af komen die belangrijk zijn voor onze toekomst. Wat zijn deze veranderingen?
Bevolkingsontwikkeling
Culemborg is een populaire stad om te wonen. Culemborgers zelf blijven graag in Culemborg,
of komen terug nadat ze hun opleiding hebben afgerond. Culemborg is ook aantrekkelijk
voor ‘nieuwe bewoners’. Zij zoeken een fijne betaalbare plek buiten de grote stad,
maar wel op een locatie vanuit waar de grote stad goed te bereiken is. Het gaat hier
zowel om mensen die de grote stad willen verlaten als om mensen vanuit andere plekken
in het land die, voornamelijk voor werk, naar de Randstad toe trekken. Culemborg is
- als stad van niet al te grote omvang -voor deze mensen een aantrekkelijke gemeente.
Culemborg heeft in 2023 29.732 inwoners. Het aantal inwoners groeit naar circa 33.700
inwoners in 2050
FIGUUR 3-1 BEVOLKINGSOPBOUW IN NEDERLAND, NAAR LEEFTIJD (BRON: CBS, 2023). DE ONTWIKKELING IN CULEMBORG IS VERGELIJKBAAR AAN DE ONTWIKKELING VAN DE BEVOLKING IN NEDERLAND.
FIGUUR 3-2 GROEI AANTAL HUISHOUDENS EN INWONERS IN CULEMBORG (BRON: PBL)
De aantrekkelijkheid van Culemborg zorgt ervoor dat de vraag naar nieuwe woningen opmerkelijk groot is (zowel afgelopen jaren als nu nog steeds). De verwachting is dat de populariteit van Culemborg ook in de komende jaren hoog blijft. De vraag naar woningen zal dan ook niet afnemen en weinig inwoners zullen geneigd zijn om te verhuizen. Gelet op deze blijvende vraag en beperkt aanbod is de verwachting dat de gemiddelde prijs van woningen hoog blijft. Ondanks dat in de afgelopen jaren honderden woning- en nieuw zijn toegevoegd aan de woningvoorraad daalt het aanbod. Dit illustreert de populariteit van het wonen in Culemborg.
Niet alleen de omvang maar ook de samenstelling van de bevolking verandert. Het aantal eenpersoons-huishoudens neemt toe en er zijn steeds meer inwoners die ouder zijn dan 65 jaar (dubbele vergrijzing; nu 20% in 2040 26%). De verwachting is dat deze trend ook in Culemborg voortzet. Deze verandering- en hebben gevolgen voor de vraag naar een bepaald type woning en onze voorzieningen.
In Culemborg wonen op dit moment meer gezinnen en minder alléénstaanden dan gemiddeld in Ne-derland. Het woningaanbod in de gemeente Culemborg bestaat uit relatief veel eengezinswoningen en relatief weinig meergezinswoningen (bijvoorbeeld appartementen). De trend dat het aantal huishoudens groeit en de trend van een ouder wordende bevolking zorgt ervoor dat meer inwoners een woning nodig hebben. Daarbij komt de wens om jongeren in de stad (evenwicht) te behouden. Zo neemt de vraag naar meergezinswoningen (zoals flats, galerij-, portiek-, beneden- en bovenwoningen en appartementen) toe. Dit zijn onder meer woningen die aansluiten bij de behoefte van jongeren zodat die ook in Culemborg kunnen blijven wonen. Ook ligt er een opgave om woningen te kunnen combineren met zorg.
Economie
Wat betreft werkgelegenheid in Culemborg (ten opzichte van de provincie Gelderland)
ligt een zwaar accent bij banen in de sectoren Groothandel en Vervoer, Opslag en Communicatie.
1 op de 5 banen bevindt zich in de sector Transport en Logistiek. Bijna 80% van de
bedrijven in Culemborg is een eenmanszaak. Het overgrote deel hiervan zijn zzp’ers.
Opvallend is verder dat Culemborg met circa 50 bedrijven een hoog aantal Fair Trade
bedrijven huisvest. Culemborg heeft één groot bedrijventerrein, Pavijen.
De economie van Culemborg ontleent haar oorsprong in handel en ambacht. Er waren vele
ambachtslieden aanwezig, zoals kleermakers, meubelmakers, mandenmakers, wagenmakers,
smeden, zadelmakers, sigarenmakers en schoenmakers. Nog steeds heeft Culemborg creatieve,
ambachtelijke bedrijven (zowel historisch als nieuw) en deze passen goed bij het DNA
van Culemborg (creatief, innovatief en eigenge-reid). Tevens kan deze sector zorgen
voor werkgelegenheid voor de gevarieerde beroepsbevolking van de gemeente met zowel
praktisch als theoretisch geschoolde mensen. Juist in deze sector komen deze banen
binnen een bedrijf samen.
De agrarische sector draagt ook bij aan de economie van Culemborg. De gemeente kent
momenteel 22 agrarische bedrijven. Een klein aantal bedrijven heeft een opvolger in
beeld maar de verwachting is dat minimaal de helft van het aantal bedrijven richting
2040 zal stoppen. De toekomst van de agrarische sector is lastig voorspelbaar. Wel
zullen agrariërs een steeds belangrijkere rol als grondbeheerders gaan innemen en
zo naast het verzorgen van de voedselvoorziening ook bijdragen aan natuurontwikkeling.
Een relatief groot aantal Culemborgers werkt in de gemeenten Utrecht, West-Betuwe,
Amsterdam, Nieuwegein en Tiel. Gelet op de gunstige ligging en goede bereikbaarheid
met verschillende vervoers-wijzen, zal dit in de toekomst ook zo blijven.
De Nederlandse economie heeft zich de afgelopen decennia ontwikkeld tot een diensteneconomie.
De verwachting is dat deze trend de komende jaren doorzet. De nationale trend zal
ook terug te zien zijn in Culemborg. Deze trend betekent dat kennis een steeds belangrijkere
plaats in gaat nemen in de econo-mie die in het verleden vooral gebaseerd was op arbeid,
natuur en kapitaal. De relatie tussen onderwijs en arbeidsmarkt zal hierdoor nog sterker
worden.
Komende jaren is veel aandacht voor het verduurzamen van de economie te verwachten,
zeker gelet op klimaat-, energie- en biodiversiteitsambities. Het kabinet wil dat
de Nederlandse industrie koploper wordt in het verduurzamen van hun productie én in
het realiseren van de technologische en innovatieve oplossingen die daarvoor nodig
zijn. Met die oplossingen kan Nederland nu en in de toekomst zijn geld verdienen.
Ook deze ontwikkelingen zullen de komende jaren te zien zijn in de economie van Culemborg.
De economie van Culemborg is ook gerelateerd aan de aantrekkelijke binnenstad. Komende jaren wordt verwacht dat het bezoek aan de binnenstad verder verandert. Door de opmars van online winkelen, neemt het winkelbezoek af. Daartegenover zet de trend naar meer recreatief gebruik en beleving van de binnenstad zich voort in de sector toerisme en recreatie. De tijd die mensen besteden aan vrije tijd en uitgaven die mensen hiervoor doen, neemt toe en beleving wordt belangrijker gevonden. Er is dan ook een trend waar te nemen naar meer recreatief winkelen in combinatie met horeca, ontspanning en wo-nen: van een place to buy (plaats om te kopen) naar een place to be (plaats om te verblijven) Dit biedt kansen voor verdere groei van toerisme en recreatie in Culemborg. Inwoners zijn op zoek naar een optimale balans tussen wonen, werken en ontspannen.
De wijkwinkelcentra in Culemborg voorzien in de dagelijkse boodschappen en de verwachting is dat de behoefte aan deze wijkwinkelcentra blijft bestaan. De supermarkten nemen een prominente plek in op deze wijkwinkelcentra en zoeken uitbreidingsmogelijkheden om een groter gebied van boodschappen te kunnen voorzien. De trend van groter wordende supermarkten en afnemende lokale detailhandel voor dagelijkse boodschappen zet zich voort. De ruimte die vrijkomt wordt niet snel ingevuld met nieuwe lokale detailhandel. Dit is een kans voor dienstverlening, zorg en ontmoeten.
Biodiversiteit en klimaatverandering
We constateren dat de biodiversiteit afneemt. Volgens de internationale wetenschap en de Verenigde Naties verliezen we 1 miljoen van de 8 miljoen soorten flora en fauna op aarde als we doorgaan zoals nu. Deze soorten zijn de bouwstenen voor onze ecosystemen. Het verlies aan soorten gaat veel sneller dan er bij kunnen komen. In Nederland is er sprake van verlies aan vogelsoorten op het boerenland, dagvlinders en insecten. Stikstof, het eenzijdig gebruik van landbouwgrond en versnippering van stedelijk groen zijn aspecten die hierbij een rol spelen. In vooral het buitengebied betekent dit dat aandacht uitgaat naar het voorkomen van stikstof-uitstoot, het verbeteren van de waterkwaliteit, het beschermen van dieren en het beschermen en waar mogelijk vergroten van de biodiversiteit.
Klimaatverandering is een grote opgave waar Nederland en ook Culemborg nu al en de komende jaren mee te maken heeft en krijgt. Nederland wil uiteindelijk klimaatneutraal en circulair zijn. Hiervoor hebben we klimaatbeleid opgesteld om zo verdere klimaatverandering door de uitstoot van broeikasgassen te verminderen (klimaatmitigatie) én voorbereid te zijn op de gevolgen van klimaatverandering (klimaat-adaptatie). Een belangrijke opgave hierbij is het zorgvuldig in balans houden van het water-bodemsysteem. Wat is het beste gebruik voor een gebied, als je kijkt naar type bodem (bijvoorbeeld zand of klei) en het watersysteem (grondwater, waterafvoer en waterpartijen)?
De combinatie van hoog water, kwel en woongebieden vlak achter de dijk maakt het Rivierengebied waar Culemborg deel vanuit maakt extra kwetsbaar voor klimaatveranderingen. Rivierenland is gevoelig tot zeer gevoelig voor klimaateffecten als wateroverlast, hitte, droogte en risico op overstromingen. In de gemeente Culemborg bestaat op dit moment een middelgroot risico op overstroming. De gemiddelde overstromingsdiepte ligt tussen de 2 en 5 meter. De historische binnenstad van Culemborg staat minder diep onder water in het geval van een overstroming. Tot 2040 zullen de dijken nog voldoende bescherming bieden, maar op de langere termijn kan de waterveiligheid een opgave worden waarbij keuzes moeten worden gemaakt over de inrichting van onze gemeente.
FIGUUR 3-3 WATERDIEPTE (IN METERS) BIJ EEN OVERSTROMING (MIDDELGROOT) OVERSTROMINGSRISICO. MIDDELGROOT: DE KANS DAT EEN GEBIED ONGEVEER 1 KEER IN DE 100 JAAR OVERSTROOMT.
Voor de regio Rivierenland is een klimaateffectatlas (Klimaatregio Klimaat Actief Rivierenland) ontwikkeld. In de klimaateffectatlas wordt per gebied bekeken welke risico’s voor verdroging, hitte, waterover-last en overstroming er zijn. De uitkomsten van deze klimaateffectatlas zijn met pictogrammen op een overzichtskaart verwerkt. Hieronder is een uitsnede van deze kaart opgenomen van de gemeente Culemborg.
Met de klimaatverandering en het klimaatbeleid van overheden en bedrijven zet de trend naar meer gebruik van duurzame energie in plaats van gebruik van fossiele grondstoffen zich verder voort. De snelheid waarmee technologische ontwikkelingen op dit vlak gaan, brengt innovatieve oplossingen meer binnen handbereik. De druk op de ruimte voor het opwekken van duurzame energie neemt vooral in het buitengebied toe. Maar niet alleen in het buitengebied. De warmtetransitie (de toekomst zonder aardgas) zal zeker in de bebouwde kom van Culemborg ruimte vragen (bovengronds en ondergronds) voor opwekinstallaties en nieuwe distributiesystemen. Het actuele vraagstuk van netcongestie moet worden opgelost door uitbreiding van de transportcapaciteit voor elektriciteit (extra kabels, transformatoren, uitbreiding onderstation en via opslagvoorzieningen), maar ook door het gebruik van lokale bronnen die een match kunnen vormen tussen gelijktijdige vraag en aanbod. De ambitie ‘Culemborg energieneutraal in 2040’ zal zeker zichtbare veranderingen in de stad veroorzaken.
Gezondheid, welzijn en vitaliteit
Op het vlak van gezondheid zijn er meerdere trends zichtbaar. De gezonde levensverwachting van zowel mannen als vrouwen neemt toe. Daarbij is de trend dat ouderen langer zelfstandig thuis blijven wonen en dat de zorg voor ouderen meer buiten een instelling plaatsvindt. Er is sprake van een stijgend aandeel van werkende mensen. Daarentegen is er ook een toename zichtbaar van psychische klachten en vermoeidheid door werk.
Komende jaren zal de Nederlandse gezondheidszorg verder onder druk komen te staan. Door de ouder wordende bevolking en een toename van het aantal ouderen zal er een grotere vraag naar gezondheidszorgdiensten zijn, met name gerelateerd aan ouderenzorg en langdurige zorg. We zien een afbouw van de GGZ-zorg die cliënten ontvangen gedurende een onafgebroken verblijf in een instelling en juist een opbouw van de ambulante zorg (behandeling, begeleiding en ondersteuning), in het bijzonder voor mensen met ernstiger psychische problemen.
Een tekort aan artsen, verpleegkundigen en ander medisch personeel zorgt ervoor dat de capaciteit in de zorg beperkt is. Zorg wordt schaars en dit heeft gevolgen voor de kwaliteit en toegankelijkheid van de zorg. Om een zorginfarct (een situatie waarin de gezondheidszorg overbelast raakt en niet in staat is om de benodigde zorg te leveren) te voorkomen of te beheersen, moeten er maatregelen worden genomen om de gezondheidszorgsector te versterken, de efficiëntie te verbeteren, de capaciteit uit te breiden en de zorg toegankelijk te houden voor alle burgers.
Het algemene beeld is dat Culemborgers op het gebied van gezondheid en welzijn op dit moment vergelijkbaar scoren als de rest van Nederland, waarbij Culemborgers het gemiddeld genomen net iets beter doen. Zowel de Culemborgse jeugd als volwassenen doen het beter wat betreft gezonde leefstijl (bewegen, overgewicht en middelengebruik). Dit wil echter niet zeggen dat het goed gaat. Ter illustratie: slechts iets meer dan 50% van de Culemborgers voldoet aan de beweegrichtlijn, dus daar is nog veel verbetering mogelijk. Dit geldt ook voor de andere onderwerpen waar we het in vergelijking met Nederland iets beter doen.
Helaas blijkt uit de gezondheidsmonitors ook dat zowel de Culemborgse jeugd als volwassenen vergeleken met de rest van Nederland meer klachten ervaren wat betreft hun mentale gezondheid (ervaren stress, psychische klachten, suïcide-gedachten bij de jeugd). Ook kent Culemborg meer zwaar belaste mantelzorgers.
Culemborg kent een rijk verenigingsleven (bijvoorbeeld sport- en muziekverenigingen) voor verschillen-de leeftijden en doelgroepen. Net als elders in Nederland valt op dat ook in Culemborg steeds minder inwoners meedoen in de samenleving. Het aantal sociale contacten en de omvang van vrijwilligerswerk neemt af (het aantal activiteiten op social media neemt daarentegen enorm toe). Dit effect is door de corona-periode versterkt. Veel organisaties -zoals verenigingen- kampen met teruglopende ledenaan-tallen en inkomsten, terwijl de behoefte om te verenigen in de huidige samenleving juist groeit. We zien commerciële partijen en nieuwe maatschappelijke initiatieven op deze vraag inspelen, zoals sportscholen, (kleinschalige) particuliere zorginstellingen en initiatieven als het Odensehuis.
Vooral onder inwoners die alleen wonen neemt eenzaamheid toe. Hoewel eenzaamheid een probleem van alle leeftijden is, neemt eenzaamheid over het algemeen toe met het ouder worden. De dubbele vergrijzing – er komen meer ouderen én ze worden ouder- leidt tot een toenemende zorg- en welzijnsvraag. Bovendien zien we een toename van psychische en sociale problemen bij alle leeftijden. Met de afname van zorgpersoneel, stijgende zorgkosten en minder mantelzorgers ontstaat hier een grote opgave en een groter beroep op zelf- of samenredzaamheid.
Ontmoeting is een belangrijke sleutel tot samenredzaamheid, verlichten van eenzaamheid en het sa-menleven van verschillende doelgroepen. Dit kan gefaciliteerd worden in het ontwerp van woningen en woonomgeving en in voorzieningen, zoals levendige buurtcentra.
2 De beweegrichtlijn voor volwassenen en ouderen is als volgt: (1) Bewegen is goed, meer bewegen is beter. (2) Doe minstens 150 minuten per week aan matig intensieve inspanning, verspreid over diverse dagen. Langer, vaker en/ of intensiever bewegen geeft extra gezondheidsvoordeel. (3) Doe minstens tweemaal per week spier- en botversterkende activiteiten, voor ouderen gecombineerd met balansoefeningen. (4) En: voorkom veel stilzitten.
Onderwijs
Culemborg telt 13 basisscholen. Elk van de basisscholen geeft het onderwijs op zijn eigen manier vorm. In Culemborg wordt onder andere openbaar-, Montessori-, Jenaplan- en Agora-onderwijs aangeboden. Culemborg heeft twee brede scholen-gemeenschappen met beide een aanbod van vmbo, havo en vwo. De scholen hebben een regionale functie. Ruim vijftig procent van de leerlingen komt van buiten Culemborg. Culemborg kent onder meer de basisschool Blink, de Werfklas en speciaal basisonderwijs. Ook is er een bijzonder initiatief voor kinderen met een stoornis in het autismespectrum die niet in een andere vorm van onderwijs terecht kunnen (Linawijs). Goed on-derwijs is cruciaal, zowel in economisch als in maatschappelijk opzicht.
Mobiliteit
Culemborg is goed bereikbaar, zowel met het openbaar ver-voer als via de weg. Met de groei van de bevolking zal het aantal vervoersbewegingen toenemen. Dit vraagt om een robuust en toekomstbestendig hoofdwegennet, veilige en directe routes voor langzaam verkeer (fiets en voetganger) en hoogwaardig openbaar vervoer.
De ontwikkelingen op het gebied van mobiliteit gaan snel, maar zijn divers en lastig voorspelbaar omdat een groot deel afhankelijk is van de inzet en gedrag van verkeerdeelnemers. Als we ons mobiliteitsgedrag niet aanpassen en de groeiende vervoersvraag blijven faciliteren, dan loopt het mobiliteitssysteem vast. Dit leidt tot overvol openbaar vervoer, files, vervoersongelijkheid (vervoerarmoede), verminderde leefkwaliteit en bereikbaarheid en het niet halen van klimaatdoelen.
Er is een duidelijke trend van verduurzaming van mobiliteit. Het aandeel elektrisch aangedreven vervoer is afgelopen jaren toegenomen en zal komende jaren naar verwachting fors groeien. Door de ontwikkeling van de elektrische fiets worden bestemmingen op een wat grotere afstand per fiets goed bereikbaar. Dit heeft een positief effect op de gezondheid en levert een bijdrage aan het terugdringen van files op het hoofdwegennet. Daarnaast zullen we in de toekomst ook meer vervoer zien dat op waterstof (of alternatieve brandstof) rijdt. Deze verduurzaming is positief voor milieueffecten op de omgeving. Smart mobility (meer IT toepassingen en meer zelfsturende voertuigen) zal zich verder ontwikkelen. Technologische ontwikkelingen (ontwikkeling van apps en automatische betaling) zullen het gebruik van het openbaar vervoer en deelmobiliteit vergemakkelijken en vergroten. De trend van smart mobility maakt het totale netwerk van verkeersbewegingen efficiënter en veiliger.
Er zijn trends waar te nemen die zorgen voor minder vervoersbewegingen. Steeds meer inwoners zullen op flexibele tijden werken en vaker thuiswerken. Daarnaast neemt deelmobiliteit toe en groeit dit fors.
De mogelijkheid om te reizen is niet voor iedereen vanzelfsprekend. In Culemborg kennen we Klaartje (stichting samen verder). Dit is een door vrijwilligers gerunde lokale bus-/ taxiservice die niet-zelfredzame inwoners naar bijvoorbeeld voorzieningen brengt. Deze service is essentieel voor Culemborg en zal dat ook blijven. In feite is dit ook een duurzame vorm van deelmobiliteit.
Er zijn echter ook trends waar te nemen die zorgen voor een toename van het aantal vervoersbewegingen. Zo neemt het aantal aankopen via internet toe waardoor er meer thuis bezorgd wordt. Ook de dagelijkse zorg wordt grotendeels aan huis geleverd en levert extra vervoersbewegingen op. Door een teruggang van het openbaar vervoer in niet-stedelijke omgevingen, zijn meer inwoners afhankelijk van de auto. Dit is ook terug te zien in het autobezit. Het autobezit is gestegen van 0,8 auto per huishouden in 1990 naar 1,1 auto per huishouden in 2020 (is gelijk aan het landelijk gemiddelde). Culemborg staat in de top 10 met het hoogste deelautogebruik per inwoner.
Als we het autobezit over de afgelopen twee decennia uitsplitsen naar leeftijd, dan is een structurele trend zichtbaar van gelijkblijvend of dalen autobezit bij de leeftijdsgroepen tot 50 jaar. Alleen bij 50-plussers stijgt het autobezit sterk, ook in recente jaren. De 50-minners, een zeer grote groep, laat stabilisatie zien. De groei van de autovloot wordt bijna volledig gedragen door de populatie van 50 jaar en ouder.
Een andere trend is dat auto’s gemiddeld steeds groter en zwaarder worden. Afgelopen 10 jaar was een toename in gewicht zichtbaar van 24 kilo per auto per jaar. Dit heeft onder andere te maken met het feit dat auto’s steeds groter en krachtiger worden en elektrische auto’s beschikken over een zwaar accupakket. Dit heeft gevolgen voor het ruimtebeslag, de verkeersveiligheid en het benodigd aantal laadpunten.
Tot slot hebben we te maken met een grote woningbouwopgave, die in veel gevallen alleen mogelijk is door meer woningen te bouwen in de schaarse ruimte die we hebben. Mobiliteit maakt direct deel uit van deze woningbouwopgave en is een belangrijke voorwaarde voor een aantrekkelijke stad. Er is ruimte nodig voor voetgangers, fietsers, vergroening en schone mobiliteit. Dit vraagt om een verandering. We zullen moeten samenwerken met regio, provincie en rijk, maar ook met ondernemers en inwoners. We zoeken daarbij naar slimme en creatieve keuzes voor het beleid en het mobiliteitssysteem. Deze transformatie gaat niet ineens, maar vraagt veel inzet, durf en een lange adem om verandering teweeg te brengen.
Digitalisering
In onze samenleving maken we steeds meer gebruik van digitale technologieën en digitale informatie. Deze trend heeft de afgelopen decennia voor aanzienlijke veranderingen gezorgd en zal de komende jaren onze manier waarop we werken, leven en communiceren blijven veranderen. We zien enkele trends:
- Slimme stadoplossingen: Digitalisering heeft steden geholpen om slimmer te worden. Sensoren, data-analyse en automatisering worden gebruikt om middelen efficiënter in te zetten en de levenskwaliteit van inwoners te verbeteren. Slimme stadoplossingen zien we dan ook terug bij onderwerpen als verkeer, energiebeheer en afvalbeheer. Denk aan apps voor openbaar vervoer, deelauto’s en fiets-deelsystemen waardoor drukte op wegen vermindert en de doorstroming van verkeer verbetert.
- Connectiviteit: Het internet is wijdverspreid en 5G-netwerken worden uitgerold. Dit betekent dat inwoners en bedrijven profiteren van snellere en meer betrouwbare internetverbindingen, waardoor ze toegang hebben tot nieuwe mogelijkheden voor werk, communicatie en entertainment. Dit heeft effect op vervoersbewegingen (minder en op andere wijze) en op het gebruik van voorzieningen (meer activiteiten worden vanuit huis (achter de computer) gedaan, minder op locatie).
- E-governance: Diensten die de overheid levert zijn steeds vaker digitaal beschikbaar, wat betekent dat inwoners online vergunningen kunnen aanvragen, belastingen kunnen betalen en gemeentelijke informatie kunnen raadplegen. Dit vereenvoudigt administratieve processen en maakt de overheid toegankelijk.
- Economie: Digitalisering stimuleert de opkomst van technologiebedrijven en helpt bestaande bedrijven om processen te optimaliseren en concurrerend te blijven. Dit draagt bij aan een sterkere economie. Ook is er sprake van invloed op de arbeidsmarkt. Sommige banen zijn geautomatiseerd, terwijl er vraag is ontstaan naar nieuwe vaardigheden op het gebied van technologie en data-analyse.
- Digitalisering van onderwijs en gezondheidszorg maakt het mogelijk om onderwijs op afstand te verzorgen, telezorg mogelijk te maken en bijvoorbeeld elektronische patiëntendossiers aan te maken.
Digitalisering brengt ook uitdagingen met zich mee. Denk aan:
- Dataprivacy en cyberbeveiliging: We moeten zorgen voor robuuste beveiligingsmaatregelen om gegevens van burgers te beschermen.
- Digitale kloof: Sommige burgers hebben mogelijk, geen toegang tot digitale diensten of ze missen de vaardigheden om ze te gebruiken. In de verregaande trend van digitalisering blijft het belangrijk om rekening te houden met alle doelgroepen.
Nieuwe technologieën en mogelijkheden zoals kunstmatige intelligentie (AI) blijven zich ontwikkelen en deze ontwikkelingen volgen elkaar snel op. De gevolgen voor hoe we wonen, werken en leven zijn groot. Zo leidt de trend naar digitalisering ook tot een grotere vraag naar stroom met als gevolg dat er meer ruimte nodig is voor elektriciteitsinfrastructuur. We weten echter niet precies wat de ontwikkelingen en de gevolgen zijn. Het is belangrijk om ons aan te passen aan deze veranderingen en ervoor te zorgen dat digitale innovaties de levenskwaliteit van alle inwoners verbeteren.
Ondergrond
De grond onder onze voeten heeft veel functies en is een laag waar we niet zo vaak aan denken. De bodem kan water filteren en vasthouden, huizen dragen, planten voeden, warmte vasthouden en koelte bieden. Miljarden organismen leven in de bodem en zijn bepalend voor het leven van andere organismen. Daarnaast liggen in de ondergrond nog vele schatten uit ons verleden door de aanwezigheid van vele aardkundige en archeologische waarden.
Veel ontwikkelingen hebben gevolgen voor de ondergrond:
- Een gezonde bodem is bepalend voor de biodiversiteit. Met een hoge biodiversiteit
dragen we bij aan het leven van alle organismen en daarmee aan een gezonde leefomgeving
die ook beter be-stand is tegen klimaatverandering en ziektes;
- De bodem herbergt veel schatten. In de bodem zijn archeologische en aardkundige
waarden aanwezig en de bodem bepaalt voor een belangrijk deel het landschap bovengronds.
Deze waarden dragen bij aan het DNA van Culemborg. Deze kenmerkende kwaliteiten willen
we graag behouden;
- De bodemkwaliteit wordt op plekken bedreigd als gevolg van verontreinigingen door
industrieel en agrarisch gebruik in het verleden. Dit vraagt op plekken om bodemsanering
en op meer sturing (bij-voorbeeld via milieuvergunningen);
- Klimaatverandering heeft invloed op de bodemvochtigheid, wat kan leiden tot problemen
zoals bodemdaling en overstromingen, hittestress en verdroging. Doordat er steeds
meer gebouwd wordt, is er meer ruimte nodig om water te bergen. Ook is er hierdoor
ruimte nodig voor verkoelend groen en water in de stad; Er liggen kansen voor het
gebruik van bodemenergie, zoals warmtepompen en geothermische systemen. Deze kansen
helpen ons meer gebruik te kunnen maken van duurzamere energiebronnen;
- Landbouwinitiatieven en groenvoorzieningen kunnen de leefbaarheid van de stad verbeteren,
de luchtkwaliteit bevorderen en de voedselproductie ondersteunen;
- De beperkt beschikbare ruimte bovengronds dwingt ons om de mogelijkheden voor ondergronds
bouwen te onderzoeken. Daarbij wordt wel opgemerkt dat een deel van de ondergrond
in Culemborg zo nat is dat ondergronds bouwen een lastige opgave is. Ook speelt hier
de vraag naar meer stroom en de veranderende vraag naar warmtebronnen. Deze ontwikkelingen
zorgen ervoor dat er meer kabels en leidingen (zoals elektriciteitskabels, warmtenetten
en drinkwaterleidingen) in de ondergrond worden aangelegd. Maar ook in de ondergrond
is er steeds minder ruimte beschikbaar door al aanwezige functies daar en door bebouwing
bovengronds.
De waarde van bodem en water in de ondergrond is steeds belangrijker. Het onderliggende bodem en watersysteem heeft invloed op de risico’s en oplossingen voor de thema’s droogte, wateroverlast en gevolgbeperking van overstromingen. Daarom heeft de Rijksoverheid onlangs bepaald dat water en bodem sturend moeten zijn voor ontwikkelingen. Tegelijkertijd neemt het aantal functies in de ondergrond fors toe. Dit vraagt om meer aandacht voor de ondergrond: welke waarden zijn er aanwezig en willen we behouden en welke kansen liggen er voor opgaven waar we voor staan (zoals gebruik van duurzamere energiebronnen). We zullen vanuit de ondergrond scherper moeten maken welke voorwaarden we stellen aan ontwikkelingen bovengronds om ervoor te zorgen dat de ondergrond gezond en geordend blijft (dit is onderdeel van het begrip ‘bodem en water sturend’).
3.3 Wat voor Culemborg willen we zijn?
Om een mooie toekomst te realiseren, zetten we in op onze kracht; meervoudig duurzaam, verbindend en proeftuin/innovatie. Vanuit deze kracht maken we keuzes voor de toekomst. Anderzijds zien we opgaven voor de toekomst op ons pad komen. De ‘indruk van het nu’ geeft aan waar we mee te maken hebben en wellicht mee te maken kunnen krijgen in de toekomst. Op basis van dit alles hebben we een visie opgesteld. Deze visie wordt in hoofdstuk 4 verder uitgewerkt en gespecificeerd en concreet gemaakt in de verschillende thema’s van de fysieke leefomgeving.
Een prettige woonomgeving
We zorgen voor leefbare buurten door aandacht te hebben voor alle aspecten die zorgen
voor een prettige woonomgeving. Denk aan verschillende woningen, voorzieningen (sport,
school, winkels, openbaar vervoer, cultuur en welzijn), kwaliteit van de openbare
ruimte, meervoudige duurzaamheid en voldoende ontmoetings- en bewegingsplekken.
Wonen voor iedereen
In Culemborg kan en mag iedereen meedoen. Dat geldt ook voor de woningmarkt. We streven
naar gelijke toegang tot fatsoenlijke huisvesting en een veilige, gezonde woonomgeving
voor alle inwoners, ongeacht hun sociaaleconomische status, achtergrond, leeftijd,
geslacht, etniciteit of fysieke mogelijkheden. Onderwerpen die hierbij relevant zijn,
zijn onder andere betaalbaarheid van huisvesting, gelijke toegang tot huisvesting,
toegankelijkheid en duurzaamheid. Indien dit voor een doelgroep binnen Culemborg niet
mogelijk is, maken we daar met de regio (andere gemeenten) afspraken over.
Op weg naar energieneutraal en aardgasloos
Culemborg streeft ernaar om in 2040 energieneutraal te zijn. Dit betekent dat dan
net zoveel schone of groene energie wordt opgewekt als we gebruiken. Daarnaast willen
we van het aardgas af. Om dit te bereiken is innovatie (proeftuinen) noodzakelijk.
Voor de totale transitie hebben we tot 2050 de tijd. Deze ambities zetten aan tot onder andere opwek van schone of groene energie, tot verduurzaming van bestaand vastgoed en mobiliteit, tot realisatie van nieuwe warmtevoorzieningen en tot uitbreiding van de netinfrastructuur. Bij deze ontwikkelingen moeten we wel rekening houden met het voorkomen van sociale ongelijkheid.
Behoud van de unieke kwaliteiten en belevingswaarde van het buitengebied en verbetering van biodiversiteit, natuur, landschap, cultuurhistorie, water- en bodemkwaliteitHet buitengebied, dat voor een groot deel behoort tot UNESCO-Werelderfgoed, fungeert als groene schil om de kleine kernen in het Rivierengebied. De waarden op het gebied van natuur, landschap en cultuurhistorie zijn uniek. Voor Culemborg als compacte stad in het groen is het van belang die groene schil om de stad te behouden, voor mens en dier. Verder is het buitengebied een belangrijke plek voor bewoners om te ontspannen en te recreëren.
Er is hier ruimte voor nieuwe ontwikkelingen die bijdragen aan opgaven waar we als maatschappij voor staan, zoals klimaatadaptatie, duurzame energie opwek, waterveiligheid, natuurontwikkeling en biodiversiteit (we streven naar een meervoudig duurzaam buitengebied).
Voor een vitale stad is ook een vitale economie noodzakelijk, en dus is behoud van
economische bedrijvig-heid en werkgelegenheid van belang
We willen circulaire en duurzame economie stimuleren. Passend bij de opgaven van de
gemeente zetten we in op het versterken van de creatieve en ambachtelijke maakindustrie
en innovatie (op het gebied van meervoudige duurzaamheid). Zij dragen bij aan het
combineren van zowel praktisch als theoretisch geschoolde werkgelegenheid voor Culemborg
en hier ligt dan ook een belangrijke verbinding met het onderwijs. Om voldoende bedrijvigheid
aan te trekken is verdere aandacht nodig voor de kwaliteit van bedrijventerrein Pavijen.
Naast bedrijventerrein Pavijen dragen ook de voorzieningen en ondernemingen in de
binnenstad en de wijkwinkelcentra bij aan een vitale economie van de stad. In het
buitengebied is ruimte voor bedrijvigheid die past in het buitengebied van een meervoudig
duurzame en vitale gemeente.
Behoud van levendige en aantrekkelijke binnenstad
De Markt is de huiskamer van Culemborg. Een plek waar inwoners elkaar kunnen en willen
ontmoeten. De binnenstad is met haar historische erfgoed een aantrekkelijke plek voor
alle bewoners en bezoekers. Dit betekent dat we keuzes moeten maken over de voorzieningen,
de openbare ruimte, activiteiten in de binnenstad, duurzaamheid, parkeren en bereikbaarheid.
Iedereen moet mee kunnen doen in Culemborg
Een sociaal netwerk is voor iedereen in Culemborg van belang. Culemborg is ‘Nederland
in het klein’ en wil een stad zijn waarin iedereen meedoet. We willen een inclusieve
en toegankelijke stad zijn, waar mensen in al hun diversiteit zichzelf kunnen zijn
en zich optimaal kunnen ontwikkelen. We hebben een uitgebreid aanbod aan voorzieningen
voor onderwijs, sport zorg en welzijn, sport en bewegen, cultuur en onderwijs. Door
financiële druk, vergrijzing en veranderend gedrag van inwoners vraagt dit toe-komstgericht
beleid, ruimte voor nieuwe initiatieven en creativiteit.
Extra aandacht gaat uit naar de effecten voor de ouder wordende bevolking en naar verbetering van de gezondheid van de inwoners. Ook willen we aandacht geven aan de jeugd en aan het behouden van goede voorzieningen, zoals plekken voor ontmoeting, en evenementen. Daarbij streven we naar het vasthouden van 18 – 25 jarigen voor een evenwichtige bevolkingsopbouw en levendige stad. Hier ligt ook een relatie met economie. Arbeidszekerheid is immers belangrijk voor veerkrachtigheid en bestaanszekerheid.
Een optimaal bereikbare gemeente, waarbij duurzaamheid, leefbaarheid en veiligheid
belangrijke randvoorwaarden zijn
Culemborg wordt onder meer gewaardeerd om haar centrale ligging, de nabijheid van
de A2, de aanwezigheid van het treinstation, de aanwezigheid van voldoende voorzieningen
en het aantrekkelijke buitengebied. Vanuit de gemeente is de reisafstand naar grotere
steden als Utrecht en ‘s-Hertogenbosch beperkt. Voorzieningen binnen Culemborg zijn
goed te bereiken en er zijn voldoende mogelijkheden om met fiets of te voet het aantrekkelijke
buitengebied te ontdekken. Dit willen we ook op lange termijn graag voor onze inwoners
behouden. Daarbij gaat extra aandacht uit naar het verbeteren van de verkeersveiligheid,
de toegankelijkheid voor minder validen en het stimuleren van verduurzaming van de
mobiliteit. Ook aandacht voor sociale veiligheid en het tegengaan van criminaliteit
is een belangrijk aandachtspunt om de aantrekkelijkheid van Culemborg te behouden.
Onze partners op dit vlak (zoals politie en brandweer) betrekken we structureel bij
de ontwikkeling van ruimtelijke projecten.
Hoofdstuk 4 Onze koers richting 2040
4.1 Koersen op thema's
Om alle opgaven en ruimtelijke onderwerpen een plek te geven hebben we in de omgevingsvisie
een aantal thema’s geformuleerd. Per thema hebben we keuzes gemaakt en doelen en ambities
gesteld. Daarbij geven we ook aan welke middelen nodig zijn om de doelen te bereiken.
Zo kunnen we, uitgaande van ons kompas, ons ruimtelijke karakter en onze gekozen richting
aan de slag met onze leefomgeving in Culemborg.
De volgende thema’s komen aan bod:
- Binnenstad
- Wonen voor iedereen, stedelijk groen en leefbaarheid
- Economie
- Gezond en veerkrachtig
- Mobiliteit
- Buitengebied
Ons kompas geeft per thema richting aan de weg die we op willen gaan. Duurzaamheid
en innovatiezijn onderdeel van ons kompas. Deze thema’s komen dan ook in alle thema’s
aan bod.
Welke informatie kan ik per thema vinden?
De paragrafen van de thema’s zijn op dezelfde manier opgebouwd. Zo zijn per thema
de kwaliteiten die we willen koesteren benoemd en hebben we aangegeven welke opgaven
komende jaren zullen spelen. We hebben dan ook een aantal keuzes moeten maken om ervoor
te zorgen dat we ons reisdoel behalen. Tot slot gaan we nog in op hoe we onze reis
willen volbrengen en welke middelen daarvoor nodig zijn.
4.2 Binnenstad
Dit thema speelt zich af in de binnenstad van Culemborg, de oude historische kern en de gebieden die er direct aan grenzen. In het Regieplan openbare ruimte versterkte stad Culemborg is voor de binnenstad een structuurbeeld opgenomen.
In de gebiedsindeling die we in deze Omgevingsvisie hanteren (zie paragraaf 4.3) rekenen we de Vo-lenkampen, de Dreven, de Plantage en de begraafplaats ook tot de Binnenstad. Genoemde gebieden dragen sterk bij aan de authentieke monumentale uitstraling van het centrum van Culemborg. De ontspannen sfeer en de hoogwaardige ruimtelijke kwaliteit die deze gebieden oproepen en bezitten, treffen we nergens anders in Culemborg aan.
4.2.1 Kwaliteiten die we koesteren
De binnenstad van Culemborg heeft sfeervol marktplein met historische gebouwen en een goed horeca-en winkelaanbod. De Markt is de huiskamer van Culemborg. Mensen van zowel binnen als buitenCulemborg bezoeken de binnenstad graag, er wordt gewoond en gewerkt. De binnenstad is mede doorhet unieke historische karakter met beschermd stadsgezicht een aantrekkelijke plek voor alle bewonersen bezoekers en is van waarde voor de hele gemeente. In de binnenstad zie je de combinatie van kleinschaligheid en stedelijkheid terug (deel van ons DNA). De binnenstad is een levendige en aantrekkelijke plek door inzet van veel ondernemers, vastgoedeigenaren,bewoners, initiatiefnemers, zzp’ers en vrijwilligers.
4.2.2 Wat gaan we onderweg tegenkomen?
Functies in de binnenstad veranderen
De veelzijdige binnenstad kent diverse functies en activiteiten. Denk aan winkels,
kerken, bibliotheek,musea enzovoort. Deze functies en activiteiten veranderen continu
als gevolg van de economische omstandighedenof nieuwe trends en ontwikkelingen.
De trend van de afgelopen jaren is dat het aantal winkels verder afneemt. Er is daardoor
steeds mee behoefteaan het omvormen van gebouwen naar woningen (met de daarbij behorende
behoefte aan parkeerruimte). De inschatting is dat deze trend zich doorzet. Deze veranderingen
maken het behoud vaneen levendige en aantrekkelijke binnenstad complexer. Zo moet
er een balans gevonden worden tussenwonen bezoekers en parkeren. Tegelijkertijd streven
we naar een goede balans in de winkels die passenbij het gebiedsprofiel van de binnenstad.
Dat betekent dat aandacht nodig is voor een goede brancheringvan winkels die rekening
houdt met het DNA van de binnenstad.
Hoe houden we de binnenstad bereikbaar en leefbaar?
Voor een levendige en aantrekkelijke binnenstad is het belangrijk dat de binnenstad
goed bereikbaaris voor iedereen (denk aan bewoners, bezoekers, ondernemers, bevoorrading).
Verkeer (zoals auto’s,vrachtwagens en (bestel)bussen) zorgt echter ook voor geluidsoverlast,
schade aan gebouwen door trillingenen verminderde luchtkwaliteit in het gebied. Daarnaast
neemt al het verkeer (ook fietsers en voetgangers)fysieke ruimte in waar ook terrassen,
bankjes en winkelstraten ruimte nodig hebben.
Meer duurzame maatregelen in de historische binnenstad
Ook bewoners, ondernemers en eigenaren in de binnenstad zijn bezig met een duurzamere
toekomst. Erkomen steeds meer initiatieven voor het isoleren van gebouwen, het opwekken
van energie, de opvangvan water en het aanplanten van bomen en planten. Dit juichen
we toe, want deze maatregelen dragenook bij aan een CO2 neutrale gemeente. Wel botsen
deze maatregelen soms met de wens om het historischekarakter (met haar monumenten)
in de binnenstad te behouden. Hoe kunnen we duurzame maatregelenmogelijk maken zonder
het historische karakter van de binnenstad te verliezen?
4.2.3 Onze reisdoelen en keuzes die we daarbij maken
De binnenstad als huiskamer die mee gaat met de tijd
De historische binnenstad is drager van de identiteit van Culemborg. We streven naar
een beeldkwaliteitdie past bij de identiteit van de binnenstad. Dan straalt de binnenstad
trots uit en voelt die sociaal veilig.Ondernemende en creatieve inwoners werken samen
aan een toekomstgerichte gemeente en geven actiefinhoud aan het karakter van de stad
door er voor te zorgen dat de identiteit bijzonder en voelbaar is.
De binnenstad zien we daarom ook als huiskamer voor de stad en
niet als rustige woonwijk. We gaan voor een binnenstad die gericht is op ‘a place to be & meet’ en niet voor
een binnenstad die is gericht op ‘a place to buy’. Daarbij is het wel van belang dat
er ook nog steeds gewinkeld mag worden in de binnenstad.We erkennen dat functies in
de binnenstad steeds veranderen: winkels, detailhandel, maatschappelijkefuncties en
woningen komen en gaan. We willen onze ondernemers en initiatiefnemers bij veranderingenfaciliteren.
Daarbij streven we naar:
- Gastvrije entrees nodigen de bezoekers uit de binnenstad te bezoeken. Om die ook
gastvrij te latenzijn voor inwoners en toeristen moet de binnenstad aantrekkelijk
zijn ingericht en moeten de entreesworden verbeterd.
- We kennen een aantal ‘poorten’ van de binnenstad, zoals de Dr. Hockesingel en Palumbus.
We willen deze entrees van de stad herkenbaarder en aantrekkelijker maken en zorgen
voor vanzelfsprekenderoutes richting de binnenstad.
- We oriënteren ons op de toekomst van het Veerweggebied (het gebied waar de binnenstad
de Lek ontmoet) en onderzoeken de ontwikkelmogelijkheden om de Lek aan het centrum
te verbinden. Daarbij is wel aandacht nodig voor hoogwaterveiligheid.
- Om de binnenstad blijvend levendig te houden zetten we in op het compacter maken
van het kernwinkelgebied. We kunnen zo zorgen voor een centrum waarin winkels, horeca
en maatschappelijkevoorzieningen dicht bij elkaar zitten. Om dit te bereiken willen
we in de aanloopstraten ruimte geven aan functieverandering van gebouwen. Dat zal
grotendeels functieverandering van winkels/bedrijvigheid naar wonen zijn. Wel vraagt
deze verandering om goede inpassing met zorg voor parkeren,eigen buitenruimte en voorkomen
van geluidsoverlast.
- We willen een betere aansluiting tussen de aanloopgebieden en het centrum. Daarbij
streven weernaar dat de hele route aantrekkelijk is om doorheen te lopen.
- Bij initiatieven in de binnenstad letten we erop dat de kenmerken van de binnenstad
(ons erfgoed) intact blijven. Onderhoud van het cultureel erfgoed is essentieel.
- Voor de monumentale kerken in de binnenstad faciliteren we conform de bestaande
kerkenvisie eentransformatie naar andere functies.
- Programmering en marketing van activiteiten in samenwerking met cultuurorganisaties
is nodig omde binnenstad de levendigheid te geven waar inwoners om vragen.
Een bereikbare binnenstad, toegankelijk voor iedereen
We zetten in op een binnenstad die voor iedereen bereikbaar en toegankelijk is. Dit
betekent dat mensen met onder meer de auto, het openbaar vervoer, de fiets en te voet
toegang moeten hebben tot de binnenstad. Alleen niet overal en niet in dezelfde mate.
We zetten in op vormen van vervoer zoals wandelen, fietsen, openbaar vervoer, deelmobiliteit
en verkleinende rol van de auto. Dit doen we onder andere door het inzetten op het
verbeteren van fietsverbindingen. Daarnaast sturen we erop dat het aantal parkeerplaatsen
in/rond het centrum niet structureel toeneemt.
Gebundeld parkeren draagt bij aan het doel om de binnenstad autoluw te maken en bereikbaar
te houden.Voor inwoners die slecht ter been zijn en daardoor in grote mate afhankelijk
zijn van de auto moet het mogelijk blijven om dichterbij in de binnenstad te komen.
Het blijft verder nodig om voorraad naar winkels en horeca te brengen. De oude structuren
in het centrumzijn echter niet geschikt voor de grote vrachtauto’s die nu dagelijks
voorraad brengen naar winkels en horecagelegenheden. Er is sprake van overlast en
er zijn aandachtspunten op het gebied van verkeersveiligheiden trillingen (mogelijke
schade aan monumenten). We willen dit voorkomen door meergebruik te maken van centrale
locaties, kleinere voertuigen en elektrisch vervoer.
Een groene en sociale binnenstad
We werken aan het verder verduurzamen van de binnenstad. We willen zorgen voor meer
energieopweken het terugdringen van de warmtevraag. We besteden daarbij extra aandacht
aan de grote groep monumentenen gezichtsbepalende panden. We blijven ons inzetten
van op het behoud en de verbetering van ons cultureel erfgoed.
Ook werken we aan een binnenstad die veel groener en klimaatbestendig ingericht wordt.
We kiezenvoor meer bomen en planten in de binnenstad, zodat de binnenstad groener
wordt dan nu het geval is. Daarmee stimuleren we stadsnatuur die ook zorgt voor lagere
temperaturen in de stad tijdens hitte in dezomer.
We kiezen voor voldoende plekken waar inwoners elkaar kunnen ontmoeten zodat ook de
binnenstadbijdraagt aan een sociaal netwerk voor iedereen. Daarbij is het streven
om gebruik te maken van de bijzonderegebouwen die we al hebben, zoals de molen, de
kerken en het Weeshuismuseum.
4.2.4 Met wie en met welke middelen gaan we onze reisdoelen halen?
Samenwerking
We werken in het Collectief Centrum Culemborg samen met ondernemers, vastgoedeigenaren
en be-woners. Het doel is een vitale, levendige en aantrekkelijke binnenstad die dagelijks
mooier wordt en waar Culemborgers trots op kunnen zijn. Deze kenmerkt zich door het
cultuurhistorische karakter, een goed voorzieningenniveau en een aanvaardbaar woon-,
werk- en leefklimaat.
We willen samen met vervoerders en ondernemers een plan van aanpak opstellen om de
bevoorrading in het centrum op een andere wijze in te vullen.
Middelen
We hebben al een aantal afspraken met elkaar gemaakt en vastgelegd.
- Regieplan binnenstad.
- Kerkenvisie: in de kerkenvisie willen we, onder voorwaarden, ruimte bieden aan nieuwe
functies
- GVVP: we hanteren de maatregelen en keuzes in lijn met het GVVP.
- Horeca-, detailhandel- en evenementenbeleid
We voeren de komende jaren aan de hand van het Regieplan binnenstad grotere projecten uit om gastvrije entrees van de binnenstad in te richten. We kijken samen hoe storende elementen aangepakt kunnen worden en hoe routes aantrekkelijker kunnen worden. Daarvoor zullen inrichtingsmaatregelen worden opgenomen om bestrating, groen, wandelpaden en fietsparkeren meer kwaliteit te geven en klantvriendelijker te maken. De toepassing van mooie materialen geeft de binnenstad zo als geheel een uitstraling die de historische binnenstad van Culemborg verdiend.
4.3 Wonen voor iedereen, stedelijk groen en leefbaarheid
In Culemborg wonen bijna 30.000 inwoners. Het overgrote deel van deze inwoners woont in de verschillende woonbuurten, de rest woont in het buitengebied. De woonbuurten zijn de plekken waar inwoners een groot deel van hun tijd verblijven. Om prettig te wonen zijn niet alleen de woningen zelf belangrijk, maar ook de directe omgeving van de woningen.
4.3.1 Kwaliteiten die we willen koesteren
Culemborg is een fijne stad om te wonen. Het overgrote deel van de inwoners geeft
aan hier prettig te wonen en waardeert de aanwezigheid van voldoende voorzieningen,
de historische uitstraling van de binnenstad, de bereikbaarheid en de aantrekkelijkheid
van het buitengebied.
Geen gebied of buurt is hetzelfde. En als we met een ruimtelijke opgave of een ruimtelijk
thema aan de slag gaan, is het belangrijk om gebiedsgericht te werken. Dat is maatwerk.
Elk gebied heeft zijn eigen identiteit, met eigen sterktes en zwaktes die vragen om
een eigen inkleuring. Met gebiedsgericht werken streven we ernaar om beter aan te
sluiten op de kenmerken en behoeften van bewoners en gebruikers.
Daarom hanteren we in Culemborg een indeling in gebieden, waarbij voor ieder gebied
de unieke kenmerken zijn beschreven. We onderscheiden 11 verschillende gebieden, dat
zijn:
- Buitengebied West
- Buitengebied Oost
- Bedrijventerrein Pavijen
- Transformatiegebied Pavijen
- Hooge Prijs, Landzicht, Goilberdingen en Achter de Poort
- Parijsch
- Bloemenbuurt, Oranjebuurt en De Hond
- Lanxmeer
- Voorkoop en Terweijde
- Westerkwartier, Nieuwstad en Achter ‘t Zand
- Binnenstad en de Dreven
Culemborg kent in de CBS methodiek twee wijken (Culemborg West en Oost) en 20 buurten.
Nu is de gemiddelde Nederlandse wijk veel groter is dan de buurten die we in Culemborg
kennen. In de Omgevingsvisie is het werken met twee wijken te grofmazig en 20 buurten
te fijnmazig. Daarom werken we met een clustering van buurten in de bovengenoemde
gebiedsindeling.
De deelgebieden zoals het buitengebied, de binnenstad en het bedrijventerreinen komen
aan bod in de themahoofdstukken van deze Omgevingsvisie. Voor de overige woonbuurten
is hieronder nog een extra beschrijving toegevoegd.
Culemborg kent in de CBS methodiek twee wijken (Culemborg West en Oost) en 20 buurten.
Nu is de gemiddelde Nederlandse wijk veel groter is dan de buurten die we in Culemborg
kennen. In de Omge-vingsvisie is het werken met twee wijken te grofmazig en 20 buurten
te fijnmazig. Daarom werken we met een clustering van buurten in de bovengenoemde
gebiedsindeling.
De deelgebieden zoals het buitengebied, de binnenstad en het bedrijventerreinen komen
aan bod in de themahoofdstukken van deze Omgevingsvisie. Voor de overige woonbuurten
is hierna nog een extra beschrijving toegevoegd.
Buurten
Hooge Prijs, Landzicht, Goilberdingen en Achter de Poort
De buurten Dijkzicht, Molenzicht (samen Goilberdingen), Hooge Prijs, Achter de Poort en Landzicht on-derscheiden zich van de aangrenzende woonbuurt Parijsch in het westen van Culemborg voornamelijk door het bouwjaar. Achter de Poort vormde de eerste woonbuurt die aan de westzijde van het spoor is ontwikkeld (jaren ‘50 van de vorige eeuw). In deze buurt hebben ook al de eerste herstructurerings-projecten plaats gevonden. De resultaten van de leefbaarheidsmonitor laat zien dat de leefbaarheid in Achter de Poort onder druk staat. Het verbeteren van de veiligheid is in Achter de Poort een aandachtspunt. Dijkzicht, Molenzicht en Landzicht zijn relatief nieuwere ruim opgezette woonbuurten gebouwd in de jaren ‘80 en ‘90. De inwoners van deze buurten vormen een goede afspiegeling van het gemiddelde van Culemborg. De buurten bestaan voornamelijk uit eengezinswoningen waarbij het aandeel huurwo-ningen met name in Achter de Poort te vinden is.
Parijsch
Parijsch vormt de laatste uitbreidingsbuurt aan de westzijde van Culemborg. Parijsch
is vanaf de jaren ’90 ontwikkeld tot een woonbuurt met voorzieningen (winkelcentrum,
kantoren sportvoorzieningen). De leef-baarheid van Parijsch scoort hoog in de leefbaarheidsmonitor.
In de buurt is een ruime groenstructuur aanwezig, bevinden zich woningen in het duurdere
segment en gaat het de inwoners economisch gezien voor de wind. In Parijsch zuid worden
de komende jaren nog ongeveer 400 woningen gebouwd. Een deel van de buurt wordt verwarmd
door een warmtenet waarop ongeveer 1800 woningen zijn aangesloten. Aan de west- en
noordzijde wordt Parijsch begrensd door het buitengebied en de uiterwaarden (onderdeel
van de Hollandse Waterlinies). Dit versterkt het gevoel van het wonen in een groene
natuurlijke buurt.
Bloemenbuurt, Oranjebuurt en De Hond
De noordoostelijke woonbuurten Bloemenbuurt, Oranjebuurt en De Hond zijn drie karakteristieke authentieke Culemborgse buurten met bijna 1500 woningen. De Oranjebuurt en de Bloemenbuurt vormden de eerste uitbreidingswijken van Culemborg buiten het centrum. Binnen deze drie geclusterde buurten onderscheidt De Hond zich door het grotere aandeel ouderen en het grote aantal (relatief duur-dere) koopwoningen. Gemiddeld genomen zijn de inwoners zeer tevreden over hun buurt. Opvallend is het grotere aantal zorgvoorzieningen dat in deze buurt is gevestigd. In de Hond zal het voormalige tuin-centrum van Van de Hurk worden getransformeerd naar een nieuwe woonbuurt.
Lanxmeer
Grote delen van Lanxmeer worden nationaal en internationaal gezien als het (eerste) voorbeeld van het zelf ontwikkelen van een duurzame “ecowijk”. Lanxmeer is bedacht als een buurt:
- waar mensen bij hun omgeving betrokken zijn en mee vorm kunnen geven aan hun eigen bestaan
- waar oplossingen voor milieuvraagstukken zichtbaar zijn en gezonde ecosystemen kunnen ontstaan
- waar meer bewuste leefstijlen kunnen ontstaan
Met een groep experts uit verschillende vakgebieden is het idee uitgewerkt tot een stedenbouwkundige plan. Het ontwerp is gericht op samen leven, er is ruimte voor wonen, werken, leren, recreëren en voed-sel verbouwen, de bebouwing is innovatief en meervoudig duurzaam. Een wijk waarin vanaf het eerste uur hoge ambities worden nagestreefd op het gebied van cultuurhistorie, landschap, water, energie, gebruik van bouwmaterialen, mobiliteit, samenleven en bewonersparticipatie bij de ontwikkeling en het beheer. Andere delen van Lanxmeer worden qua inrichting, samenleven en beheer in hoge mate beïnvloed door het oorspronkelijke concept.
Lanxmeer telt inmiddels 300 huishoudens waarvan er vele samenwerken in de gezamenlijke tuin van hun hof, in het beheer van het openbaar groen, in het delen van auto’s, in de opwekking van duurzame energie en in de ontwikkeling van stadsboerderij Caetshage aan de oostzijde van de Rijksstraatweg. Lanxmeer wordt begrensd door de N320, de Rijksstraatweg (incl. Caetshage), de Meerlaan en de spoorlijn Utrecht – Den Bosch. Lanxmeer bestaat voornamelijk uit eengezinswoningen en omvat een aantal utiliteitsgebouwen (kantoren en scholen, zwembad en binnenkort een moskee). In het hart van Lanxmeer wordt drinkwater gewonnen. Verbonden aan de winning van drinkwater is het lokale coöperatieve warmtenet van Thermo Bello gerealiseerd. Lanxmeer omvat een aantal ontwikkellocaties waar de komende jaren nog ruim 300 woningen, met name appartementen, gebouwd gaan worden. Voor wat betreft de inrichting, het samenleven en het beheer wordt de planvorming van dit gebied beïnvloed door het oorspronkelijke concept (‘familie van’).
Voorkoop en Terweijde
Voorkoop en Terweijde vormen in het zuidoosten van Culemborg een belangrijk woongebied.
Beide buurten zijn gebouwd in de jaren ’70 en ’80 van de vorige eeuw. Grenzen van
de buurten zijn de N320, het buitengebied oost, de Weidsteeg en de Rijkstraatweg.
De buurt heeft in 2023 bijna 8.000 inwoners en ruim 3500 woningen. Dit is een kwart
van de bestaande woningvoorraad in Culemborg. Ruim de helft van de woningen zijn huurwoningen.
De gemiddelde woningwaarde ligt onder het gemiddelde van Culemborg. De buurt bevat
een aantal belangrijke voorzieningen zoals het sportpark Terweijde, de sporthal Interwey,
wijkcentrum Salaamander (centraal gelegen), Kinderboerderij de Heuvel, wooncentrum
De Driestad, winkelcentrum Chopinplein en een grote middelbare school (KWC). Terweijde
en Voorkoop worden van elkaar gescheiden door een groene buffer: de Parkstrook. De
buurt heeft een grote diversiteit aan inwoners, jong en oud, gezinnen en alleenstaanden,
geboren in Nederland en met een migratie-achtergrond.
Westerkwartier, Nieuwstad en Achter ‘t Zand
De buurten Achter ’t Zand, Westerkwartier en Nieuwstad liggen tegen het historische
centrum (de binnenstad) aan. De westgrens van deze buurt wordt gevormd door de spoorlijn
Utrecht – Den Bosch. De buurt kenmerkt zich door de aanwezigheid van de singels, de
jachthaven, de Ronde Haven en de Lek. Dit zijn wat oudere buurten waarbij op sommige
locaties herstructurering (sloop/nieuwbouw) heeft plaatsgevonden. Daardoor is het
een zeer diverse buurt qua woningen. Het Veerweggebied kent vele functies als jachthaven,
bedrijfs- en woongebied. Maar het Veerweggebied biedt ook ruimte aan diverse (sport)verenigingen).
Het Veerweggebied heeft ontwikkelmogelijkheden om het centrum meer aan de Lek te verbinden,
maar het gebied kent ook uitdagingen in de vorm van historische bodemverontreiniging
en de ligging buiten de dijk.
Beheer
Een groot deel van de hiervoor beschreven woonbuurten verkeren in een zogenaamde beheerfase.
Er vinden geen grote ruimtelijke ontwikkelingen meer plaats. Belangrijke aandachtspunten
voor de toekomst zijn de opgaven om de buurten duurzamer te maken (energiebesparing
en warmtetransitie), meer klimaatbestendig te maken (vergroening, ontstening, waterberging)
en de leefomgevingskwaliteit te behouden en te verbeteren. In sommige buurten speelt
ook zeer nadrukkelijk het verbeteren van de sociale leefbaarheid/ veiligheid.
Transformatiegebied Pavijen
Onder de titel ‘Stationsomgeving’ is in de afgelopen periode het grootste programma
gestart dat in de komende 10-20 jaar in Culemborg wordt uitgevoerd; de omvorming van
het oudste deel van bedrijventerrein Pavijen naar een nieuwe woonomgeving. In totaal
worden in de Stationsomgeving tot ongeveer 2032 zo’n 2.000 woningen gerealiseerd.
Tot 2040 bestaat de kans dat er nog eens 1.000 woningen bijkomen.
In de Stationsomgeving werken we aan de toekomst van Culemborg. We maken een wijk
met een duur-zame en levendige woon- en werkomgeving waar de identiteit van de creatieve
maakindustrie voelbaar is en blijft. Een wijk waar Culemborgers een passende woning
kunnen vinden en gezond en prettig samen kunnen leven. Het hart van de wijk wordt
gevormd door een modern multifunctioneel station. Met deze ontwikkeling versterken
we de duurzame bereikbaarheid van onze stad en verbeteren we de ver-binding tussen
het Rivierenland en de Randstad.
In de Stationsomgeving komen verschillende ambities bij elkaar op het gebied van wonen,
mobiliteit, duurzaamheid, klimaat, economie, werkgelegenheid en onderwijs. Door diverse
onafhankelijke ontwikkelingen is er in korte tijd een momentum ontstaan dat Culemborg
de kans biedt veel van deze opgaven en ambities een plek te geven.
De doelen die we met deze ontwikkeling willen realiseren zijn:
- Een gemengde wijk,die aansluit bij de Culemborgse woningvraag, met een nadruk op
woningenvoor een en tweepersoonshuishoudens.
- Betere verbinding tussen Oost en West Culemborg.
- Het realiseren van een levendige nieuwe stadswijk met een eigen identiteit. We zetten
in op het stimulerenvan ontmoeten, samenleven en samen delen.
- In de nieuwe wijk maken de bewoners als vanzelfsprekend meer duurzame keuzes voor
hun bewegingen.
- De nieuwe wijk zal tijdens de gebruiksfase netto geen CO2 uitstoten. Aandacht voor
circulariteit,biodiversiteit en klimaatadaptatie.
- We willen de werkgelegenheid behouden en de belangen van de Culemborgse bedrijven
duurzaamwaarborgen
Ruimtelijke verkenning
Samen met NS, ProRail en de provincie Gelderland heeft de gemeente Culemborg een ruimtelijke
ver-kenning gedaan naar het station en de omgeving. De verkenning laat zien hoe het
huidige station kan worden ontwikkeld tot een toekomstbestendige regionale OV-hub
en een levendige woonwijk, gericht op het OV en duurzame mobiliteit. In de wijk is
naast de woningen ook ruimte voor bedrijvigheid en andere voorzieningen, zoals onderwijs.
Ook ontstaat de mogelijkheid voor een betere verbinding tussen Oost en West Culemborg.
De Stationsomgeving van Culemborg wordt een duurzame, eigentijdse en stedelijke nieuwe
wijk die zich voegt in de bestaande stad.
Groen en water
De spoordijk wordt versterkt als groene, centrale as door Culemborg. De huidige P+R
op het talud vormt daarin als een toekomstig Stationspark een belangrijke schakel.
Het slagenlandschap wordt de drager van de ruimtelijke structuur van Pavijen. Bouwblokken
krijgen groene, luwe binnenwerelden. Karakteris-tieke bebouwing in het gebied blijft
zo mogelijk behouden als industrieel erfgoed.
Gebieden
In de Stationsomgeving zijn kansen ontstaan voor het invullen van de grote woningbouwbehoefte en voor de realisatie van een eigentijds en aantrekkelijk stadsdeel. Deze kansen worden verzilverd in de ge-bieden rondom het station.
Pavijen I ondergaat een stapsgewijze omvorming naar woningbouw. Collectiviteit, deelvoorzieningen,
autoluwheid en duurzaam bouwen zijn de kernkwaliteiten. In Fase 1, wordt tot circa
2032 een deel van het gebied aan de stationszijde ontwikkeld. Het achterste deel aan
de Randwegzijde is Fase 2 die voorlopig niet zal transformeren naar woningbouw. Dit
onderzoeken we wanneer de eerste fase richting voltooiing gaat.
Het deelgebied Spoorzone West vormt een belangrijke schakel in het gebied. In dit
gebied komt een grote nieuwe P+R in een gebouwde voorziening. Rondom de P+R komt een
intensief woningbouwprogramma met onder meer een supermarkt.
Aan de oostkant van het spoor komt minder doorgaand verkeer. Met goed ingepaste projecten
maken we een aantrekkelijke overgang van het hoogstedelijke naar het kleinschaligere
karakter van de aangren-zende wijken.
Station
We onderzoeken hoe we het station kunnen verbeteren met een voldoende brede onderdoorgang
voor voetgangers en fietsers, met nieuwe perrons en opgangen. Ook zetten we in op
één centrale gebouwde P+R aan de westzijde. Bij het station komen uitstekende voorzieningen
voor fietsparkeren. Over deze ontwikkelingen maakt de gemeente aparte afspraken met
het Rijk (via ProRail), de Provincie en NS.
De ruimte rondom het station richten we opnieuw in. Functioneel, maar met karakter:
je komt ècht aan in Culemborg. De gemeente onderzoekt de mogelijkheden om de bus te
verplaatsen naar de westzijde.
Verkeersstructuur en mobiliteit
De verkeersstructuur van Culemborg wordt veiliger, robuuster en duurzamer. Fiets-
en wandelverbindingen naar het station en naar de binnenstad worden sterk verbeterd.
Door een herinrichting van de Ovonde-Tunnelweg en een nieuwe aansluiting op de provinciale
weg zal er minder lokaal verkeer door Culemborg zelf rijden. Het lokale autoverkeer
zal meer gebruik maken van de Provinciale weg waarmee autoverkeer in Culemborg zelf
afneemt. In de Stationsomgeving parkeert men in centrale parkeergebouwen op korte
loopafstand van de woning.
De inrichting van de nieuwe wijk verleidt bewoners om vaker te kiezen voor de fiets, trein of deelauto in plaats van een eigen auto te bezitten. De aansluiting van Pavijen op de Wethouder Schoutenweg wordt zo ontworpen dat fietsverkeer en autoverkeer zoveel mogelijk gescheiden worden.
Basisprincipes
Voor de ontwikkeling als geheel is een set basisprincipes vastgelegd om duidelijk
te maken waar we heen willen met de ontwikkeling. De basisprincipes gaan in op het
woonmilieu, woningbouw, bereik-baarheid/ mobiliteit en duurzaamheid. Deze basisprincipes
vormen een praktische uitwerking van de algemene doelen voor het gebied.
Fasering
In de ontwikkeling van de Stationsomgeving blijft er ruimte om variabel te zijn in
losse ontwikkelingen. De gemeente maakt onderscheid in vier verschillende ontwikkelcategorieën.
In Fase 2 is er de komende 10 jaar in principe geen sprake van ontwikkeling naar woningbouw.
In gebieden met versnipperd eigendom zal de gemeente voornamelijk een afwachtende
houding aannemen. In de overige gebieden zal de gemeente actief met grondeigenaren
in gesprek proberen te komen om ontwikkeling tot woningbouw te stimuleren of actief
proberen gronden te verwerven.
Ontwikkelingen moeten tenminste een minimale maat hebben van een volledig bouwblok
om een goed leefklimaat te garanderen. De gemeente ondersteunt tijdelijke culturele
en/ of maatschappelijke activitei-ten in de transitiefase (placemaking) die het gebied
levendig en bekend maken.
4.3.2 Wat gaan we onderweg tegenkomen?
Meer inwoners en vraag naar meer woningen
Culemborg heeft in 2023 bijna 30.000 inwoners. De verwachting is dat de bevolking
van Culemborg richting 2050 met 10% of meer groeit.
We zien ook andere ontwikkelingen die zorgen voor vraag naar meer woningen. Zo worden
we steeds ouder en blijven ouderen steeds langer in hun eigen huis wonen. Verder neemt
het aantal huishoudens toe. Dit komt doordat huishoudens in omvang steeds kleiner
worden (er zijn gemiddeld minder mensen per huishouden). Zo kiezen meer inwoners ervoor
om alleen te wonen of zijn alleenstaand als gevolg van een scheiding of het overlijden
van een partner.
Waar kunnen en willen we nieuwe woningen bouwen en wat betekent de vraag naar extra
woningen voor bestaande buurten? Hoe zorgen we ervoor dat inwoners in Culemborg een
wooncarrière kunnen maken in de stad (oftewel in alle levensfasen een geschikte woning
kunnen vinden) en hier oud kunnen worden?
De woningbehoefte wordt regelmatig bepaald. In 2022 is op basis van alle ontwikkelingen
bepaald dat er in Culemborg tot 2030 2.000 extra woningen nodig zijn. Naar verwachting
stijgt die behoefte richting 2040 met nog eens 1.000 extra woningen. Na 2050 vlakt
de groei af.
Veel opgaven in beperkt beschikbare ruimte
Het bouwen van woningen gaat over de ontwikkeling van (nieuwe en bestaande) buurten
en niet alleen over het bouwen van de huizen zelf. Hierbij komen veel onderwerpen
samen die ervoor zorgen dat we een prettige woonomgeving realiseren. Onderwerpen als
groen, verkeer, sociale samenhang, duurzaam-heid, de warmtetransitie, onderwijs, ontmoeting,
spelen en zorg zijn in de buurten allemaal aan de orde. Er is slechts beperkte ruimte
beschikbaar. Dat betekent dat we niet alles naast elkaar kunnen realiseren, maar dat
we de beschikbare ruimte steeds vaker voor meerdere functies moeten gebruiken, ook
wel meervoudig ruimtegebruik genoemd. Denk aan gestapelde bouw met meerdere functies
(wonen boven werken), gezamenlijke (en gedeelde) parkeerplaatsen, groen en water dat
bijdraagt aan bijvoorbeeld recreatie, biodiversiteit, ontmoeting en/ of hittebestendigheid.
Denk ook aan flexibel bouwen, waarbij de mogelijkheid blijft bestaan om een gebouw
te benutten voor een andere functie (bijvoorbeeld een kantoorgebouw voor woningen).
Ook kan besloten worden niet alle onderwerpen in een bepaalde wijk de hoogste prioriteit
te geven (denk aan minder recreatieve onderdelen wanneer nieuwe woningen zich dicht
bij een grote speelplek bevinden) of kan gekozen worden voor snelle woonoplossingen
met een tijdelijk karakter (zoals flexwoningen die verplaatsbaar, stapelbaar, schakelbaar
of splitsbaar zijn).
4.3.3 Onze reisdoelen en keuzes die we daarbij maken
We zetten in op een prettige en veilige en betaalbare woonomgeving
We ontwikkelen de stad door aandacht te hebben voor alle aspecten die zorgen voor
een prettige woonomgeving. Denk aan diversiteit van woningen, voorzieningen, kwaliteit
van de openbare ruimte, meervoudige duurzaamheid, ontmoetings- en bewegingsplekken.
We gebruiken onze ruimte voor meerdere doelen die bijdragen aan een prettige stad.
We noemen dit meervoudig duurzaam bouwen. We zorgen er bij nieuwe ontwikkelingen (nieuwbouw
en herstructure-ring) voor dat deze bijdragen aan de ambities op het gebied van duurzaamheid
en klimaatbestendigheid. Bijvoorbeeld op het gebied van opwekking van duurzame energie,
hittebestendigheid van de stad, toe-name van biodiversiteit en/ of ruimte voor wateropvang.
We zetten erop in dat we binnen de looptijd van de Omgevingsvisie zo veel als mogelijk
circulair bouwen, natuurinclusief bouwen en biobased bou-wen. Hierbij denken we aan
gebruik van circulaire en biobased materialen, het voorkomen van afvalpro-ductie tijdens
bouw- en sloopfase, energieneutraal of -positief bouwen, maximaliseren van levensduur
van gebouwen en het bevorderen van biodiversiteit. Daarnaast geven we specifiek aandacht
aan de sociale aspecten in de woonomgeving. Iedereen moet prettig kunnen wonen, daarom
zien we sociale aspecten als voldoende ruimte voor ontmoeting en beweging, aandacht
voor diverse doelgroepen bij woonconcepten, inrichting van de openbare ruimte en samenwerking
met partners op het gebied van sociale aspecten ook als onderdeel van de ontwikkelopgave.
Culemborg heeft mooie buurten met een hoge ruimtelijke kwaliteit. Het streven naar
een hoge ruimte-lijke kwaliteit wordt echter een uitdaging met de woningbouwopgave,
verduurzaming, klimaatadaptatie, de rol van participatie en de stijgende bouwkosten.
Bij elke ontwerpopgave maken we de balans qua kosten en baten op. Wat kosten diverse
maatregelen en wat leveren deze op? Daarbij kijken we naar het heden en naar de toekomst.
We willen voorkomen dat keuzes die we nu maken, leiden tot kapitaalvernietiging in
de toekomst. Wanneer we bijvoorbeeld strengere wet- en regelgeving aan zien komen
op het gebied van circulariteit/duurzaamheid, dan willen we daarop vooruitlopen door
nu extra te investe-ren en te voorkomen dat we op een later moment in de toekomst
gedwongen worden om aanpassing-en te doen. Op dit moment zullen we sterk vasthouden
aan de eis ‘0 op de meter-woningen’ en aan ‘levensloopbestendig wonen’ en zoeken we
een optimale balans tussen kosten en baten als het gaat om thema’s als circulair,
biobased, natuurinclusief en klimaatbestendig. We groeien komende jaren mee met de
innovaties en ontwikkelingen die op deze thema’s plaatsvinden, waardoor we gedurende
de looptijd van deze visie onze eisen bijstellen.
Culemborg is een stad in het groen met mooie groene verblijfsruimtes. Deze groene
verblijfsruimtes zijn belangrijk voor een prettige woonomgeving. We willen onze robuuste
hoofdgroenstructuur behouden en versterken. Voor het versterken van de hoofdgroenstructuur
en het stimuleren van biodiversiteit maken we groene verbindingen tussen de verschillende
groene plekken in de stad. We versterken de groene plekken door ze in te richten voor
meervoudig gebruik. Zo dragen ze bij aan meerdere doelen, bijvoorbeeld aan ontmoeten,
spelen, biodiversiteit en klimaatbestendigheid.
We streven ernaar dat onze inwoners in een omgeving kunnen wonen met een goede omgevingskwaliteit,
die ook stimuleert dat ze naar elkaar omkijken. Dat betekent dat we een stille, veilige
en schone leefomgeving willen hebben. Daarbij hebben we oog voor sociale en fysieke
(externe) veiligheid (fysieke veiligheid gaat over het beschermen van personen door
gevaar van fysieke bedreigingen (zoals door gebruik, opslag en vervoer van gevaarlijke
stoffen). Sociale veiligheid gaat over het beschermen van personen tegen gevaar dat
veroorzaakt wordt door menselijk handelen in de openbare ruimte). Veiligheid in brede
zin is bij elke ontwikkeling een ontwerpcriterium.
Culemborg biedt een plek voor alle Culemborgers
We willen dat bewoners kunnen kiezen voor een buurt die bij hen past en waar ze zich
thuis voelen. Dat betekent dat we werken aan voldoende aanbod van verschillende woningen
voor diverse doelgroepen. We streven er naar dat Culemborgers een wooncarrière in
de stad kunnen maken en het liefste in de eigen buurt in Culemborg. Dit betekent dat
we bij het ontwikkelen van woongebied aandacht besteden aan toekomstbestendige woningen.
Om de doorstroming te bevorderen zorgen we voor een woningbouwprogramma dat passend
is.
We kiezen voor een gevarieerd aanbod van woningen zodat alle doelgroepen een passende
woning kunnen vinden. Dit betekent dat 30% van onze woningvoorraad sociale huur- en
koopwoningen zijn en dat we aandacht hebben voor de verdeling tussen goedkopere en
duurdere woningen en tussen huur- en koopwoningen. Daarbij hebben we ook oog voor
het begrip ‘betaalbaarheid’. Betaalbaarheid is breder dan alleen de (sociale) huursom.
Het totaal van de woonlasten bepaalt de betaalbaarheid van een woning. We zorgen ervoor
dat kwetsbare Culemborgers zelfstandig kunnen wonen in een buurt waarbij buurtgenoten
naar elkaar omkijken en voor elkaar zorgen. We stimuleren initiatief nemers en ontwik-kelaars
om woonvormen te ontwikkelen die bijdragen aan een zorgzame buurt én aan woning en
waar zorg voor onze steeds oudere bevolking makkelijk aan huis gefaciliteerd kan worden.
We bouwen voldoende passende woningen om in de woningbehoefte te voorzien en zorgen
voor een gevarieerd aanbod in de stad, in iedere buurt
Om in de behoefte naar woningen te kunnen voorzien moeten we voldoende passende en
duurzame woningen bouwen. We doen dit met inbreiding. Dit betekent dat we bestaande
stedelijke gebieden (her) ontwikkelen en dat we onderzoeken of open ruimten binnen
de stad benut kunnen worden om nieuwe gebouwen en/ of voorzieningen te realiseren.
We maken zo efficiënter gebruik van de bestaande stedelijke ruimte en letten wel op
dat er nog voldoende groene openbare ruimte in de buurt behouden blijft.
We houden vast aan het streven om tot 2030 2.000 woningen te bouwen en het tempo waarin
we dit willen realiseren. Wel stellen we als extra voorwaarde dat er meervoudig duurzaam
wordt gebouwd (we streven ernaar om met de ontwikkeling meer doelen te halen die bijdragen
aan een prettige stad).
Het grootste deel van de nieuwe woningbouw concentreert zich in de Stationsomgeving.
Om deze woningbouw te kunnen realiseren, transformeren we een deel van het bedrijventerrein
Pavijen. Naar verwachting realiseren we daar tot 2032 1.700 woningen in een stedelijke
buurt met veel aandacht voor groen. In de 10 jaar daarna is er in Culemborg nog ruimte
voor zeker 1.000 woningen.
Naast de Stationsomgeving is er nog ruimte voor woningbouw in de laatste fase van
Parijsch en in en rondom de buurt Eva-Lanxmeer. We zetten bij locaties die vrij zijn
van bebouwing (als Voorkoop) in op ontwikkeling waarmee we meerdere doelen (ook woningbouw)
willen realiseren (meervoudig duurzaam). Wanneer voorzieningen zoals een sporthal
of een wijkcentrum vernieuwd moeten worden, bekijken we of een combinatie van voorzieningen
mogelijk is. Of misschien kan er op die plek ook aan-vullende woningbouw gerealiseerd
worden. Ook voor andere vrije locaties als het Veerweggebied en de Dr. Hockesingel
is woningbouw niet uitgesloten. Op dergelijke locaties kunnen we een goede invulling
geven aan wat de buurt nodig heeft, bijvoorbeeld ten behoeve van doorstroming.
We kijken per project naar de mogelijkheden die zich voordoen om passende woningbouw
te realiseren. Dit geldt zowel voor vrijkomende gemeentelijke locaties, als voor locaties
van derden, transformaties binnen de stad en in het buitengebied. Wanneer voorzieningen
zoals een sporthal of een buurtcentrum vernieuwd moeten worden, bekijken we of een
combinatie van voorzieningen mogelijk is. Of misschien kan er op die plek ook aanvullende
woningbouw gerealiseerd worden. Op de visiekaart zijn deze locaties geel gemarkeerd.
Als na afronding van de Stationsomgeving blijkt dat meer woningen in Culemborg noodzakelijk
zijn, dan doen we onderzoek naar andere potentiële ontwikkelruimte voor woningbouw
in de gemeente.
Wel kiezen we eerst voor inbreiding voordat we locaties buiten het stedelijk gebied
onderzoeken.
Revitalisering van bestaande buurten is in de looptijd van de Omgevingsvisie ook aan
de orde. Hiervoor hanteren we de volgende principes:
1. We zetten in op het behoud van een eigen identiteit in elke buurt. De buurten hebben
ieder hun eigen karakter, waardoor de bewoners kunnen kiezen voor een buurt die bij
hen past en waar ze zich thuis voelen;
2. We willen dat het mogelijk is om in Culemborg een wooncarrière te kunnen maken
en oud te kunnen worden. We willen het mogelijk maken dat ouderen en zorgbehoevenden
zo lang mogelijk zelfstandig kunnen blijven wonen. Daarbij is het extra belangrijk
om ook ontmoetingen in de directe leefomgeving mogelijk te maken;
3. Bij revitalisering kiezen we voor meervoudig ruimtegebruik.
4.3.4 Met wie en met welke middelen gaan we onze reisdoelen halen?
Samenwerking
We werken samen met de woningbouwcorporatie, initiatiefnemers, zorginstellingen en
organisaties die zich inzetten voor aandachtsgroepen, aan een prettige woonomgeving.
Dit doen wij voor zowel de bestaande woningvoorraad als voor nieuwe woningbouwontwikkelingen.
Ook hebben we afstemming over het programma wonen met onze partners in de regio (omliggende
gemeenten, provincie, corpora-ties en marktpartijen).
Middelen
- We hebben een Woonvisie vastgesteld, waarin we opnemen waar en hoe we invulling
geven aan de woningbouwopgave en zorgen voor leefbare buurten. Vervolgens stellen
we een programma Wonen vast. Het programma bevat een verdere uitwerking van de Woonvisie;
- Het bouwen van meer woningen heeft gevolgen voor het verkeer en vervoer in onze
stad. Samen met marktpartijen hebben we oog voor de gevolgen voor onze verkeersinfrastructuur
en onderzoeken we hoe de ontwikkelingen passen in de ambities die we hebben op het
gebied van mobiliteit, zie ook paragraaf 4.6.
- Met een monitoringslijst (gekoppeld aan het programma Wonen) hebben we inzicht in
de voortgangvan de realisatie van de woningbouwopgave. Hiermee kunnen we in de looptijd
van de Omgevingsvisie vooruitlopen op ontwikkelingen die zich voordoen;
- Om tempo te kunnen maken, geven we ruimte aan:
• Transformatie van bestaand vastgoed naar woningen (niet op Pavijen). We willen dit
op eenaantal plekken mogelijk maken als een passende woonomgeving gegarandeerd is
en blijft. Opeen aantal plekken zal transformatie naar woningen niet wenselijk zijn,
en dus is die ruimte erdaar dan ook niet;
• We faciliteren flexibele woningbouw om aan de actuele woningbehoefte te voldoen;
- We stellen een Nota Ruimtelijke Kwaliteit op, waarin we uitwerken hoe we omgaan
met de beeldkwaliteiten uitstraling van bouwwerken en cultuurhistorisch erfgoed. Daarin
besteden we specifiekaandacht aan het samengaan van ruimtelijke kwaliteit met opgaven
zoals verduurzaming, klimaatadaptatie en circulariteit.
4.4 Economie
Economie en werkgelegenheid is één van de belangrijke aspecten voor een vitale stad. Verschillende onderdelen zijn van invloed op onze economie. Voorbeelden hiervan zijn: bedrijvigheid, werkgele-genheid, winkels, recreatie en toerisme, infrastructuur, onderwijs en de leefbaarheid in een stad.
4.4.1 Kwaliteiten die we willen koesteren
De werkgelegenheid in Culemborg kenmerkt zich overwegend door banen in de sectoren
Groothandel en Vervoer, Opslag en Communicatie. Het is de stad van de creatieve maakindustrie
en al sinds de middeleeuwen is de meubelindustrie sterk in Culemborg vertegenwoordigd.
De wijkwinkelcentra (Parijsch en Chopinplein) zijn belangrijke plekken voor onze bewoners
die daar hun dagelijkse boodschappen doen. Ook zijn het plekken voor ontmoeting en
contact. Ze spelen een belangrijke rol in de sociale samenhang van de buurt. Ze onderscheiden
zich van de binnenstad doordat ze gericht zijn op de buurt en de dagelijkse boodschappen.
4.4.2 Wat gaan we onderweg tegenkomen?
Brede welvaart
Welvaart van de gemeente gaat over de mate waarin de gemeenschap beschikt over materiële,
financiële en andere middelen die nodig zijn om een comfortabel en bevredigend leven
te leiden. Om welvaart te meten, werden vaak economische factoren zoals inkomen per
hoofd van de bevolking, werkgelegenheid, economische groei en financiële stabiliteit
gehanteerd. Inmiddels wordt de term brede welvaart gebruikt. Brede welvaart gaat verder
dan alleen financiële rijkdom en houdt ook rekening met factoren die de kwaliteit
van leven (mens en dier) en het welzijn van mensen weergeven. Voorbeelden daarvan
zijn: gezondheid, onderwijs en milieu. De aandacht voor gezondheid en welzijn groeit
en dit heeft ook impact op de wijze waarop we ons economisch willen ontwikkelen.
Verschuivende dynamiek van werkgelegenheid
Voor een vitale stad is ook een vitale economie nodig en dus is behoud van economische
bedrijvigheid en werkgelegenheid belangrijk. We zien de volgende ontwikkelingen
- In lijn met de trend in Nederland is er ook in Culemborg sprake van een groei van
de kenniseconomie. Deze groei betekent onder andere:
• De kenniseconomie heeft gevolgen voor de werkgelegenheid. Over het algemeen zal
het aantal arbeidsplaatsen in de dienstensector (zoals consultancy, onderzoek en ontwikkeling,
financiële diensten en IT-diensten) groeien, terwijl automatisering kan leiden tot
minder arbeidsplaatsen in meer traditionele sectoren (zoals industriële productie);
• Aandacht voor opleiding van mensen;
• Een geavanceerde technologische infrastructuur;
• Ontstaan van nieuwe bedrijven die innovatieve ideeën en technologieën naar de markt
brengen.
- Er is sprake van een toenemende druk van grote logistieke bedrijven op het bedrijventerrein.
Deze bedrijven zijn op zoek naar meer ruimte. Dergelijke grote bedrijven passen heden
ten dage niet goedin het compacte stedelijke gebied van Culemborg. Zij passen mogelijk
beter op de grotere bedrijventerreinen,waar nog ruimte beschikbaar is. De gemeente
heeft hier zelf echter geen of nauwelijksgrondposities waardoor de gemeente zelf weinig
sturing kan geven aan deze ontwikkeling.
- De kantorenmarkt in Culemborg is de afgelopen jaren afgenomen, maar Culemborg kent
wel relatiefveel zzp’ers die vanuit huis, of in verzamelkantoren werken.
Ontwikkelingen op bedrijventerrein Pavijen
Culemborg is een compacte stad met een relatief groot en uitgestrekt bedrijventerrein.
Een blijvend aan-trekkelijk vestigingsklimaat vraagt om aandacht voor kwaliteit op
Pavijen. Denk hierbij aan circulariteit, duurzaamheid, klimaatadaptatie, vergroening,
recreatieve routes, veiligheid en beleving/ uitstraling van het terrein. Op enkele
plekken is kwaliteitsverbetering van het bedrijventerrein noodzakelijk, zowel in de
openbare ruimte als op de kavels. Dit biedt kansen om de omgevingskwaliteit te verbeteren.
We onder-zoeken daarbij de mogelijkheden voor verdichting. Ook ligt er een opgave
ten aanzien van duurzame energie en warmtetransitie (overgang van het gebruik van
aardgas naar duurzame alternatieven). De capaciteit op het elektriciteitsnetwerk is
dermate beperkt dat nieuwe groot aansluitingen op dit moment niet meer mogelijk zijn.
Dit helpt de ontwikkelingen en de verduurzaming van het bedrijventerrein niet. Wel
biedt het kansen om innovatief te kijken naar bijvoorbeeld een decentraal netwerk.
Op Pavijen speelt de transformatie van een deel van het terrein naar woningbouw vanwege
de ont-wikkeling van de Stationsomgeving. Het beschikbare gebied op Pavijen voor bedrijvigheid
neemt af. De ruimte is schaars en dat is nu ook op het bedrijventerrein merkbaar.
Dat betekent dat we anders moeten kijken naar het gebruik van het bedrijventerrein
en dat ook hier meervoudig duurzaam een belangrijke opgave wordt.
Agrarische sector in beweging
Vooral in het westelijk deel van het buitengebied is een aantal (22) agrarische bedrijven
aanwezig. Deze bedrijven zijn voornamelijk waardevolle landbouwbedrijven. Een klein
aantal bedrijven heeft een opvol-ger in beeld en de verwachting is dat minimaal de
helft richting 2040 zal stoppen. We willen onderzoeken hoe we hier als gemeente meer
regie op kunnen voeren in het belang van een vitaal en meervoudig duurzaam buitengebied.
De transitie van de agrarische sector speelt komende jaren ook hier een rol. De agrariërs
gaan een steeds belangrijkere rol als grondbeheerders innemen en zo naast het verzorgen
van de voedselvoorziening ook bijdragen aan natuurontwikkeling. Hier hoort lokale
betrokkenheid bij.
Groei van het onderwijs
Culemborg heeft een divers aanbod aan onderwijs. Ook in de directe nabijheid van Culemborg
(Tiel, Den Bosch en Utrecht) is een keur aan MBO, HBO en Universiteiten aanwezig.
Een goede aansluiting tussen het onderwijs en de arbeidsmarkt draagt bij aan de versterking
van de lokale economie. De twee middelbare scholen met een regionaal verzorgingsgebied
zijn gegroeid en zijn daarmee ook een relevante werkgever in Culemborg.
4.4.3 Onze reisdoelen en keuzes die we daarbij maken
Vitale economie en werkgelegenheid voor iedereen
Bedrijventerrein Pavijen, de binnenstad en de agrarische bedrijven in het buitengebied
zijn belangrijke economische plaatsen in Culemborg. Daarnaast zijn er verspreid over
de stad andere plekken waar econo-mische activiteiten plaatsvinden. Hierbij kun je
denken aan lokale bedrijven, kantoren, het station, toeris-tisch-recreatieve voorzieningen
en de wijkwinkelcentra. In lijn met het Regionaal Economisch Ambitiedo-cument (REA)
2022-2025 willen we economische groei faciliteren, maar wel in balans met brede welvaart.
In Culemborg doet iedereen mee. Voor het thema economie betekent dit dat er in Culemborg
werkgelegenheid is voor iedereen. Dat wil zeggen voor zowel theoretisch als voor praktisch
geschoolden. Passend bij de ambities van de gemeente zetten we in op het versterken
van de creatieve en ambachtelijke maak-industrie en innovatie (in ieder geval wanneer
deze past bij meervoudige duurzaamheid). Zij dragen op deze manier bij aan de meer
praktisch geschoolde werkgelegenheid voor Culemborg.
De kwaliteit van het bedrijventerrein Pavijen wordt versterkt zodat het terrein aantrekkelijk
blijft voor bestaande en nieuwe bedrijven, die zich kunnen vestigen op locaties waar
bedrijven vertrekken of stop-pen. We zetten in op het stimuleren van circulariteit
en duurzaamheid, vergroening, recreatieve routes, de verbetering van de beleving en
uitstraling van het terrein en het verbeteren van de (sociale) veiligheid (bescherming
tegen gebruik, opslag en vervoer van gevaarlijke stoffen). Daarbij wordt ook gezocht
naar een goede afhechting van het bedrijventerrein. Een deel van het terrein wordt
getransformeerd naar wo-ningbouw en werklocaties die passen bij woningbouw (ontwikkeling
Stationsomgeving). Hiervoor is een Transformatie en Transitieplan opgesteld. In dit
plan is beschreven hoe de gemeente de verwerving/ver-plaatsing van de bedrijven wil
realiseren in samenspraak met de ondernemers op Pavijen. Voor het deel dat wel beschikbaar
blijft voor bedrijvigheid, willen we bij voorkeur een invulling met zoveel als mogelijk
toegevoegde (economische) waarde per vierkante meter zodat er sprake blijft van voldoende
verdienver-mogen en werkgelegenheid voor de stad.
We stimuleren nieuwe innovatieve bedrijven. De broedplaatsen van de Gelderlandfabriek
met kun-stenaars en kantoor- en overlegruimten, bij Gaasbeek en Van Tiel en in de
Boerderij zijn plekken waar nieuwe ondernemers samen hun bedrijf ontwikkelen en laten
groeien. We waarderen dat we deze broedplaatsen hebben, het zijn immers belangrijke
plekken waar innovatie plaatsvindt. Zij dragen bij aan het culturele programma in
de stad, aan werkgelegenheid en aan opleiding. Niet altijd passen zij in bestaande
regels.
We zoeken met hen naar de juiste vormen om deze nieuwe concepten tot bloei te laten
komen. Zij dragen bij aan het culturele programma in de stad, aan werkgelegenheid
en aan opleiding. Niet altijd passen zij in bestaande regels. We zoeken met hen naar
de juiste vormen om deze nieuwe concepten tot bloei te laten komen.
Het dagelijks aanbod van winkelcentrum Koopmansgildeplein in Parijsch (supermarkten,
bakkers, slagers, etcetera) kan nog meegroeien met de uitbreiding van westelijk Culemborg
volgens de nieuwe marktruimte-berekening (DPO, distributieplanologisch onderzoek)
uit december 2022. Het vastgestelde detailhandelsbeleid geeft aan dat uitbreiding
van het niet-dagelijks aanbod (mode, schoenen, speelgoed, wonen, et cetera) beperkt
wordt toegestaan. Voor winkelcentrum Chopinplein geldt als lijn een voortzetting van
het dagelijks aanbod. Uitbreidingsruimte is hier niet. De leegstand aan de randen
mag volgens het detailhandelsbeleid getransformeerd worden.
We merken dat er behoefte is bij supermarkten om uit te breiden. We erkennen hierbij
het risico dat de groei van een supermarkt ten koste kan gaan van het verzorgingsgebied
van een andere supermarkt. We willen in de stad zorgen dat er een balans blijft tussen
meerdere supermarkten met ieder hun eigen verzorgingsgebied.
Culemborg bezit met de stad, de natuurwaarden en cultuurhistorische waarden veel elementen
die interessant zijn voor toerisme en recreatie. Veel bezoekers komen hiernaar toe
voor de aantrekkelijke wandel- en fietsroutes en om de binnenstad te bezoeken. We
willen het toeristisch-recreatieve netwerk in de gemeente versterken. We willen de
stad aantrekkelijker maken voor toeristen om hier langer dan één dag te blijven. Aanvulling
op het gebied van verblijfsrecreatie (hotel, B&B) in de stad is daarbij gewenst. Door
in natuurgebieden zonering in te zetten voorkomen we dat de druk op de natuur op bepaalde
locaties te hoog wordt.
We faciliteren ‘bedrijf aan huis’ voor zzp’ers en ontmoeting en samenwerking voor
ondernemers (vooral in de aanloopstraten van de binnenstad). Culemborg kent veel zzp’ers
en velen van hen maken deel uit van het krachtige sociaal-maatschappelijke netwerk
van Culemborg. Voor zover deze ondernemingen binnen een goed woonklimaat passen, faciliteert
de gemeente deze manier van werken. Er zijn verschi-lende manieren waarop zzp-ondernemers
elkaar kunnen ontmoeten en samenwerken. In netwerken, broedplaatsen, flexibele kantoren,
vergaderplekken en bedrijfsverzamelkantoren. De gemeente faciliteert deze vormen van
samenwerking waar nodig en mogelijk.
Onze agrariërs zijn belangrijk voor de stad en het gebied daaromheen. We willen waardevolle
agrari-sche en recreatieve bedrijven behouden vanwege de bijdrage aan de economie,
hun bijdrage aan de landschappelijke karakteristiek van het buitengebied en de mogelijkheden
om hier meervoudig duurzaam te ondernemen. We willen agrarische bedrijven faciliteren
in de omslag naar een meer duurzame bedrijfsvoering, waarbij we balans kunnen brengen
in gezonde bedrijfsvoering en het bevorderen van biodiversiteit, klimaatadaptatie
en recreatie. We faciliteren dan ook andere vormen van agrarisch gebruik (meervoudig
duurzaam), kleinschalig toerisme, recreatie en bijzondere woonvormen die daarbij passen.
Deze ontwikkelingen gaan gepaard met versterking van de natuurlijke waarden en biodiversiteit
in het buitengebied. Van belang is dan een actieve grondpolitiek bij het realiseren
van groen-blauwe verbin-dingen. We willen kansen benutten wanneer (agrarische) bedrijfslocaties
vrijkomen en/ of wanneer zich nieuwe ontwikkelingen voordoen.
Ondermijning in Culemborg is niet wenselijk. Bij ondermijning gaat het om criminele
activiteiten die zich vermengen met legale economische activiteiten. Dit leidt vaak
tot illegale winsten en schade aan de samenleving. De ontwikkelingen op Pavijen en
in het buitengebied zijn een kans om ook dit onderwerp samen met de ondernemers op
de agenda te zetten.
Zorg voor leefomgevingskwaliteit
Economische activiteit in onze gemeente is goed en belangrijk voor een vitale stad,
maar in lijn met de brede welvaart zijn we zuinig op ons leefmilieu. We willen in
ieder geval geen verslechtering van de ruimtelijke kwaliteit of een toename van milieuhinder
(geluidshinder, luchtkwaliteit, geurhinder). Dit is dan ook een randvoorwaarde bij
alle ontwikkelingen die spelen op het gebied van bedrijvigheid in onze stad.
Versterken van het belang van onderwijs voor de lokale economie
Onderwijs speelt een belangrijke rol voor de (lokale) economie. Het onderwijs voorziet
de arbeidsmarkt van goed opgeleide werknemers en onderwijsinstellingen zijn zelf ook
een van de grootste werkgevers in Culemborg. Daarnaast zijn onderwijsinstellingen
kenniscentra waar lokale bedrijven en industrieën toegang kunnen krijgen tot expertise
en onderzoek. Een intensiever samenwerkingsverband tussen onder-wijs en ondernemers
kan bijdragen aan de lokale economie
De middelbare scholen in Culemborg staan zeer goed aangeschreven en groeien. In de
regio is beroeps-onderwijs aanwezig die relaties hebben met bedrijven in onze stad.
We erkennen het belang van het on-derwijs en willen de meerwaarde van het onderwijs
voor onze lokale economie verder versterken.
4.4.4 Met wie en met welke middelen gaan we onze reisdoelen halen?
Samenwerking
We werken samen vastgoedeigenaren, ondernemers en onderwijsinstellingen om ervoor
te zorgen dat onze gemeente een fijne plek blijft voor bedrijven. Een gezond ondernemersklimaat
zien wij als een gezamenlijke verantwoordelijkheid. We zien graag dat bedrijven die
passen in het profiel van de gemeente (aansluitend aan de kernwaarden van ons kompas)
zich kunnen blijven ontwikkelen, werkgelegenheid kunnen creëren en de relatie met
het onderwijs kunnen leggen.
Samen met agrarische ondernemers onderzoeken we wat nodig is voor een omslag naar
een meer duurzame bedrijfsvoering die ook in de toekomst gezond is. Er liggen kansen
om bij te dragen aan natuur- en landschapsontwikkelingen, bodem- en wateropgaven.
We zien hiervoor mogelijkheden in samenwerking met de Vereniging Agrarisch Natuurbeheer
en Landschap Tieler- en Culemborgerwaarden (VANL-TCW). In de regio werken we samen
met andere gemeenten en provincie aan het vergroten van de werkgelegenheid en de aanwezigheid
van een goede sociaal-fysieke infrastructuur zodat meer inwoners goed kunnen wonen,
werken en ondernemen.
Middelen
- We stellen in de looptijd van de Omgevingsvisie een programma Economie op. Hierin
werken we uit welke sectoren in de gemeente toekomst hebben, wat deze bedrijven nodig
hebben en welke rol de gemeente heeft om deze bedrijven te faciliteren;
- We gaan aan de slag met een gebiedsgerichte aanpak voor Pavijen, waarin verbetering
van de ruimtelijke kwaliteit een belangrijk aandachtspunt is. We zetten daarbij, net
als in de binnenstad, in op het samenwerken met vastgoedeigenaren en ondernemers.
We zijn ons ervan bewust dat de gemeente beperkte invloed heeft op wie zich hier vestigen
en hoe de samenwerking tussen bedrijven verloopt;
- We zetten in op een verdere samenwerking met MBO- en HBO-scholen om onze reisdoelen
te bereiken.
4.5 Gezond en veerkrachtig
We werken continu aan het verbeteren van de leefomgevingskwa-liteit en een gezonde leefomgeving. Daarbij denken we aan schone lucht, bodem en water, het wegnemen van niet passende geluids- en geuroverlast en het voorkomen van gevaarlijke situaties. Ook hoort hierbij een veerkrachtige samenleving waar iedereen mee kan en mag doen en waar iedereen recht heeft op bestaanszekerheid (dat wil zeggen de zekerheid dat je over de middelen kunt beschikken om in je levensonderhoud te kunnen voorzien).
4.5.1 Kwaliteiten die we willen koesteren
Een sociaal netwerk is voor iedereen in Culemborg van belang. Culemborg is ‘Nederland
in het klein’ en wil een stad zijn waarin iedereen meedoet.
Groen in de buurten draagt bij aan een prettige leefomgeving. We hebben in onze gemeente
een hoof-groenstructuur met wandel- en fietsparken, diverse speelplekken en goede
sportvoorzieningen. We zien dit als een belangrijke basis voor een gezond en veerkrachtige
samenleving.
Op diverse plekken in de gemeente zijn ontmoetingsplekken voor inwoners, zowel jongeren
als ouderen, aanwezig. Denk bijvoorbeeld aan de Salaamander en Bonvie. Ook onze culturele
instellingen als KEK, Franse School, de Gelderlandfabriek en het Elisabeth Weeshuismuseum
zijn belangrijke plekken waar inwoners elkaar ontmoeten. Zes officiële jeugdontmoetingsplekken
zijn aangewezen voor ontmoeting en sportieve activiteiten (spops). Dit zijn twee plekken
aan de Parklaan, Fluweelboom, Steenovenslaan, Otto van Reesweg en de tijdelijke locatie
Prijsseweg. Daarnaast bestaan er verschillende andere, zelfgekozen ontmoetingsplekken
voor jongeren (Schoolhof-Oost, Stationsplein, Meerlaan, Chopinplein, bos-boomgaard
en de spoorbrug). Andere doelgroepen kunnen op plekken terecht als buurtcentrum Bolder-buren
en Wijkcentrum de Salaamander.
De lichamelijke gezondheid van Culemborgers (overgewicht, beweging, roken en alcohol)
is over het algemeen gelijk aan de rest van de Nederlandse bevolking en scoort meestal
licht beter.
4.5.2 Wat komen we onderweg tegen?
Ontwikkeling van de bevolking
Mensen worden steeds ouder en het aandeel ouderen in de Culemborgse bevolking neemt
toe. Met een ouder wordende bevolking ontstaan andere vragen. Zo neemt de vraag naar
zinvolle vrijetijdsbesteding toe en geeft dit economische kansen. Ook zien we dat
de combinatie van een stijgende zorgvraag, stijgende zorgkosten en minder zorgpersoneel
vraagt om een andere organisatie van de zorg. Mensen wonen langer thuis en het aantal
eenpersoonshuishoudens neemt toe. Dit heeft gevolgen voor de vraag naar het type woningen,
(kleinere woningen, levensloopbestendige woningen, zorgwoningen) en aan de behoefte
aan ontmoeting en beweging. De micro-omgeving (voortuin, straat, groen en zitgelegen-heden)
is van invloed op gezondheid en welzijn en verdient hierbij daarom nadrukkelijk aandacht.
Ook voor de leefomgeving heeft dit effecten, zoals de mate van nabijheid van groen
en vrijetijdsvoorziening, het faciliteren van ontmoeting. Een stad heeft baat bij
een evenwichtige verdeling van de bevolking. Met een ouder wordende bevolking wordt
het belangrijker om ook jongeren in de stad te houden. Jongvolwassenen (18 –25 jaar)
ervaren Culemborg als een fijne plek om te wonen en hebben wensen ten aan-zien van
type woningen, voldoende werk, onderwijs en vrijetijdsvoorzieningen.
Toenemende ongelijkheid en aandacht voor gezondheid
Er is sprake van toenemende ongelijkheid in de samenleving, op verschillende onderwerpen.
Het verschil in inkomen tussen verschillende groepen inwoners neemt toe. De effecten
hiervan zijn op verschillende gebieden merkbaar. Zo leven meer inwoners in armoede,
hebben inwoners in achtergestelde groepen vaak minder makkelijk toegang tot gezondheidszorg
en onderwijs, leven ze vaak in kwalitatief minder goede woningen en kunnen culturele
spanningen met mogelijke discriminatie toenemen. Daarnaast zien we een toenemend aantal
inwoners dat zich eenzaam voelt (zie ook paragraaf 3.2).
Een goede en gezonde leefomgeving draagt bij aan de gezondheid en aan sterkere banden
tussen verschillende groepen inwoners. In de leefomgeving is behoefte aan plekken
waar ontmoeting en beweging gest-muleerd wordt en waar verschillende doelgroepen zich
thuis voelen. Maar een gezonde leefomgeving gaat ook over het borgen van schone lucht,
bodem en water en het voorkomen van hinder als gevolg van geluid, geur en externe
veiligheid (risico’s als gevolg van gebruik, opslag en vervoer van gevaarlijke stoffen).
Als ook relatief nieuwe thema’s als hinder als gevolg van toenemende elektromagnetische
velden.
We hebben oog voor de maatschappelijke effecten en kosten voor de relatie tussen de
leefomgeving en de gezondheid van onze inwoners. Een gezond ingerichte leefomgeving
vraagt om extra investeringen, die door de maatschappij ‘terugverdiend’ wordt door
vermeden zorgkosten. Hoe we deze split incentive kunnen ondervangen onderzoeken we
in de komende periode.
4.5.3 Onze reisdoelen en keuzes die we daarbij maken
Iedereen kan m
eedoen.We zijn een gemeente waar elke doelgroep (en elke generatie) een plek kan vinden
die aan de wensen voldoet.
Iedereen in Culemborg kan meedoen. Dit speelt op allerlei vlakken, zoals wonen, werken
en voorzie-ningen. Zo hebben we onder 4.3 aangegeven dat we sturen op diversiteit
van het woningaanbod en hebben we onder 4.4 opgenomen dat onze gemeente banen heeft
die passend zijn bij elke doelgroep. Daarbij is continu aandacht nodig voor de veranderende
bevolkingsontwikkeling, zodat het aanbod aansluit bij de vraag. Ook streven we ernaar
om als gemeente te voorzien in voldoende passende sport-, medische- en maatschappelijke
voorzieningen. De druk op de arbeidsmarkt, de veranderende samenstel-ling van de bevolking,
digitalisering en verandering in leefstijl laat onder andere ook veranderingen in
de wijze van organisatie van deze voorzieningen zien. We houden daar oog voor.
Ten aanzien van de sportvoorzieningen willen we ons verenigingsleven stimuleren en
faciliteren om zo bij te dragen aan een sport- en beweegcultuur waar een plek is voor
iedereen. Met de ouder wordende bevolking en de wens en noodzaak dat ouderen en zorgbehoevenden
zo lang mogelijk zelfstandig thuis kunnen blijven wonen, blijft het belangrijk om
te zorgen voor voldoende goede medische voorzieningen en een andere wijze van het
organiseren van de zorg te faciliteren. Het aanbod van ons onderwijs is in Culemborg
al erg goed. We willen dit aanbod behouden en waar mogelijk verbreden, bijvoorbeeld
met meer praktisch onderwijs. Het aanwezige openbaar onderwijs willen we in zowel
Culemborg West als in Culemborg Oost behouden. Dit doen we vooral door in te zetten
op samenwerking.
Een stad met een gezonde leefomgeving voor alle bewoners.
We zetten in op gezondheid en kansengelijkheid. Gezondheid en onze leefomgeving gaan
hand in hand. Een gezonde leefomgeving is een openbare ruim-te die uitnodigt tot gezond
gedrag: als de openbare ruimte uitnodigt tot bewegen, ontmoeten, sporten en spelen
(BOSS-principe) binnen en bij stedelijk gebied leidt dit tot meer gezond gedrag. We
streven er naar dat bewegen meer onderdeel is/wordt van het dagelijkse leefpatroon.
Een comfortabel hoofdfietsnetwerk nodigt uit om te gaan fietsen zodat het voor Culemborgers
een logische keuze is om op de fiets naar school, station, winkels, vereniging etc.
te gaan. Toegankelijke groene, comfortabele, koele en veilige fiets- en wandelpaden
in de directe leefomgeving maakt het mogelijk om in een groene omgeving te lopen,
fietsen en te ontmoeten. Daarom gaan we aan de slag met het vergroenen van onze leefomgeving.
We willen onze openbare ruimte ook vergroenen, zodat we klimaatadaptieve maatregelen
kunnen treffen tegen wateroverlast en toenemende hittestress.
Het verbeteren van de toegankelijkheid van gebouwen, openbare ruimtes en transportmiddelen
voor onder meer mindervalide inwoners en inwoners met dementie draagt bij aan de gezondheid
van inwoners en vermindering van eenzaamheid. In Culemborg zorgen we ervoor dat iedereen
mee kan doen en dus is bereikbaarheid en toegankelijkheid een belangrijk ontwerpcriterium.
We streven ernaar om de bodem, lucht- en waterkwaliteit te verbeteren. Dus zetten
we in op meer vergroenen van onze leefomgeving en het tegengaan van milieuhinder.
Ook inzameling en transport van stedelijk afval-, hemel- en grondwater (waaronder
de riolering) draagt in belangrijke mate bij aan een gezonde leef-omgeving. Het uitgangspunt
is dat we kansen combineren, waarbij mens en natuur elkaar versterken. Voor nieuwe
ontwikkelingen in onze leefomgeving geldt dat we rekening houden met een passende
kwaliteit van onder andere geluid, externe veiligheid en lucht bij de omgeving. We
stimuleren onze ondernemers dan ook om bij herontwikkeling/ uitbreiding te kiezen
voor minder milieubelastende oplossingen. Nieuwe ontwikkelingen moeten tenminste de
leefomgevingskwaliteit borgen en waar mogelijk versterken.
Een stad waarin we samen leven
We bevorderen de saamhorigheid in de multiculturele samenleving en stimuleren dat
inwoners elkaar ontmoeten. We geven hier aandacht aan, mede gelet op de stijgende
zorgkosten, beperkte capaciteit in zorg, vergrijzing en groeiende eenzaamheid. Er
ligt hier een grote uitdaging voor de hele samenleving. De gemeente kan dit echter
niet alleen dragen. Initiatieven vanuit de samenleving en samenwer-kingspartners zijn
ook nodig. In dit kader zijn en blijven lokale initiatieven, zoals het vrijwilligersinitiatief
Klaartje (Stichting Samen Verder die een door vrijwilligers gerunde bus-/taxiservice
verzorgt voor niet-zelfredzame inwoners) essentieel voor Culemborg.
We zien het als onze taak om in het ontwerp bij nieuwe ontwikkelingen ruimte te geven
aan ontmoeting. Dit doen we door de fysieke leefomgeving daar beter voor in te richten.
Daarom willen we:
-Zorgen voor voldoende mogelijkheden om te ontmoeten en houden we rekening met nabijheid
vandeze plekken in woon- en winkelomgevingen om zo samenredzaamheid te bevorderen
en eenzaamheidtegen te gaan.
- Een gemeente zijn waarin alle doelgroepen (elke generatie) plekken en activiteiten
vinden die aan dewensen voldoen.
- Plekken voor alle doelgroepen (jongeren, ouderen en zorgbehoevenden) faciliteren.
- Een leefomgeving die toegankelijk is voor al onze inwoners.
Ook stimuleren we als gemeente ontmoeting door twee levendige ontmoetingscentra (Bolderburen
en Salaamander) te behouden.
Onze buitenruimte is een gezamenlijk goed. We stimuleren gezamenlijk eigenaarschap (eigendom en/ of beheer) in de openbare buitenruimte. En we willen innovatieve (particuliere/ maatschappelijke) initiatieven gericht op gezond samenleven, ontmoeten en bewegen stimuleren.
4.5.4 Met wie en met welke middelen gaan we onze reisdoelen halen?
Samenwerking
We werken samen met bewoners, verenigingen, cultuurinstellingen, belangengroepen en
professionals op het gebied van wonen, welzijn- en gezondheid (huisartsen, omgevingsdienst
Rivierenland, Veilig-heidsregio Gelderland-Zuid GGD). We blijven ook in gesprek met
onze partners in het onderwijs om de rol van het onderwijs voor onze gemeente te behouden
en te versterken.
Middelen
- We houden de lijn vast zoals omschreven in het Groenbeleidsplan en het Speelruimtebeleid.
Het vasthouden aan deze lijn draagt bij aan onder meer ruimtelijke kwaliteit, gezondheid
(ontmoeting en beweging) en biodiversiteit.
- Het is een uitdaging om thema’s als ‘gezondheid’ en kansengelijkheid te verbinden
aan ruimtelijke ontwikkelingen op al onze beleidsterreinen. Bij het ontwerpen van
nieuwe gebieden zijn maatregelen mogelijk die uitnodigen tot spelen, ontmoeten en
bewegen, realiseren van passende voorzieningen en verbetering van bereikbaarheid en
toegankelijkheid. Er zijn veel maatregelen mogelijk en gezocht moet worden naar maatregelen
die passen bij de inwoners. In 2023 is het Accommodatie-beleid vastgesteld. Verdere
uitwerking van het sociaal beleid vindt plaats in de looptijd van de Omgevingsvisie.
- Het gemeentelijk Water- en Rioleringsplan is het beleidskader voor de uitvoering
van de zorgplichtenvoor stedelijk afval-, hemel- en grondwater. Goede riolering in
combinatie met een klimaatbestendigeinrichting is van belang voor de volksgezondheid,
het milieu en het verminderen van wateroverlast.
- We stimuleren innovatieve (particuliere/ maatschappelijke) initiatieven gericht
op gezond samenleven,ontmoeten en bewegen.
- We stimuleren gezamenlijk eigenaarschap (eigendom en/ of beheer en oplossen problemen)
in depublieke buitenruimte.
- We geven uitvoering aan het plan Gezond en Actief Culemborg, van waaruit we werken
aan sportenbeweegstimulering, het bevorderen van cultuurparticipatie, gezondheidsbevordering
en het versterken van de sociale basis
- We geven uitvoering aan het Integraal huisvestingsplan onderwijs (IHP), van waaruit
we de kadersstellen voor investeringen in onderwijshuisvesting.
4.6 Mobiliteit
Hoe verplaatsen wij ons van, in en naar Culemborg? Hoe zorgen we voor een goede bereikbaarheid van onze stad? Hoe zorgen we ervoor dat de stad voor iedereen toegankelijk is? En hoe kijken we aan tegen het gebruik van de verschillende vervoersmiddelen?
4.6.1 Kwaliteiten die we willen koesteren
Culemborg wordt onder meer gewaardeerd om haar ligging ten opzichte van de snelweg,
de aanwezig-heid van het treinstation, de aanwezigheid van voldoende voorzieningen
en het aantrekkelijke buitenge-bied. Vanuit de gemeente is de reisafstand naar grote
steden als Utrecht en ‘s-Hertogenbosch beperkt. Voorzieningen binnen Culemborg zijn
goed met onder meer de fiets te bereiken en zijn er voldoende mogelijkheden om met
fiets of te voet het aantrekkelijke buitengebied te ontdekken. Deze kwaliteit willen
we ook graag op lange termijn voor onze inwoners behouden.
4.6.2 Wat gaan we onderweg tegenkomen? Mobiliteit verandertWe blijven ons verplaatsen, maar de wijze waarop en de mate waarin we dit doen, verandert continu. We zien veel trends/ontwikkelingen die impact op de mobiliteit van de toekomst hebben. Een belangrijke trend daarin vormt duurzame mobiliteit; meer elektrisch vervoer en meer inzet van deelmobiliteit (deelauto’s, deelfietsen etcetera). Maar ook demografische ontwikkelingen als de vergrijzing en het langer thuis blijven wonen van jongeren zijn van invloed op de mobiliteit.
Verkeersveiligheid en gevoel van veiligheid
Het verbeteren van (het gevoel van) verkeersveiligheid is vaak gebaat bij gedragsverandering
en soms door het nemen van fysieke maatregelen. De uitvoering vraagt om een dialoog,
inlevingsvermogen, goede communicatie, duidelijkheid en maatwerk.
4.6.3 Onze reisdoelen en keuzes die we daarbij maken
De gemeente wordt steeds beter bereikbaar
Makkelijk verplaatsen betekent een goede afweging en keuze in wat bereikbaar is en
wat niet. We streven naar een duurzame en veilige bereikbaarheid in 2040. Dit betekent
het volgende:
- Alle vormen van verkeer en vervoer hangen met elkaar samen. We hebben bij elke keuze
die we maken oog voor het totaalbeeld van het verkeer en vervoer in de gemeente;
- We ontwikkelen duidelijke en veilige routes voor gemotoriseerd verkeer en langzaam
verkeer, met als belangrijk aandachtspunt de verbindingen tussen het oosten en het
westen van Culemborg;
- We streven naar comfortabele en veilige routes voor langzaam verkeer, zodat inwoners
binnen de bebouwde kom zoveel mogelijk voor zowel utilitaire (routes die als nut hebben
om te verplaatsen tussen woning en bijvoorbeeld werk of school of winkelcentra) als
recreatieve redenen gebruikmaken van de fiets of te voet gaan, in het bijzonder geldt
dit voor de fietsroute van oost naar west.
- Station Culemborg groeit door naar een regionale hub waar reizigers gemakkelijk
kunnen overstappen naar verschillende vervoersvormen, met op zijn minst het behoud
van de huidige bereikbaarheid met het openbaar vervoer. Waar mogelijk willen we het
openbaar vervoer versterken omdat dit voorveel inwoners (jong en oud) van levensbelang
is om deel te kunnen blijven nemen aan de maatschappij.
- Er zijn optimale aansluitingen vanuit de bebouwde kom naar de N320, zodat gemotoriseerd
verkeervlot kan worden afgewikkeld naar de N320 en A2.
- We werken aan de ontwikkeling van een doorgaande fietsverbinding Geldermalsen –
Culemborg– Utrecht. Bij voorkeur met een vaste verbinding over de Lek. De potentie
van de vaste verbindingtussen Culemborg en Houten is groot. De route staat opgenomen
in het Nationaal Toekomstbeeld Fiets als gewenste route, een rapport van het Rijk
over hoe de fiets kan bijdragen aan toekomstigeruimtelijke inrichting.
- Er zijn voldoende parkeerfaciliteiten (gedeeld gebruik) voor auto en fiets in en
bij het centrumgebied, station, bushaltes, sportgelegenheden en bij de winkelcentra,
met parkeerplaatsen aan de randenvan het centrum voor lang parkeren;
- De gemeente is overal goed bereikbaar voor hulpdiensten;
- We gaan vervoersarmoede tegen en willen dat iedere inwoner zich betaalbaar kan verplaatsen;
- We geven invulling aan mobiliteit op korte afstand voor kwetsbare groepen die in
hun ‘micro-omgeving’behoefte hebben aan voldoende ruimte om zich veilig te bewegen
(korte ommetjes via goedetrottoirs met op/ afritjes en obstakelvrij) met bijbehorende
faciliteiten (bankjes, groen, parkeren,oversteek).
Inwoners kunnen zich veilig over straat bewegen
Onze inwoners en andere gebruikers moeten zich in het verkeer veilig over straat kunnen
bewegen, zowel met de auto, het openbaar vervoer, de fiets als te voet. We streven
naar objectief veilige verkeersmaatregelen en we weten dat we hiermee het gevoel van
onveiligheid niet altijd wegnemen.
We kiezen ervoor om:
- De verkeersveiligheid te verbeteren op de plekken waar langzaam verkeersroutes en
de routes voor gemotoriseerd verkeer elkaar kruisen;
- De verkeerveiligheid in schoolomgevingen, op school-thuisroutes en naar speel- en
sportvoorzieningen te verbeteren;
- Veilige en toegankelijke fiets- en looproutes te creëren en te verbeteren en benodigde
voorzieningen als bijvoorbeeld bankjes of routeborden te realiseren, met specifieke
aandacht voor kwetsbare doelgroepen zoals kinderen, (de steeds groter wordende groep)
ouderen en mindervaliden.
De ruimte voor verkeer en vervoer in onze gemeente is in balans met andere functies
Het verkeer en vervoer neemt ruimte in. Denk aan infrastructuur, parkeergelegenheid
en bevoorrading. We streven er naar om de ruimte die vervoer vraagt meer in balans
te brengen met andere ruimtelijke functies.
We verleiden inwoners om meer gebruik te maken van deelmobiliteit (deelauto’s, deelfietsen,
deelscoo-ters), goede fietsverbindingen en goed openbaar vervoer. De binnenstad heeft
hierbij onze speciale aandacht. We richten de binnenstad dan ook primair in voor langzaam
verkeer (voetganger en fiets).
We stimuleren en faciliteren duurzame mobiliteit onder meer door laadmogelijkheden
voor elektrische voertuigen te verbeteren en het gebruik van deze voertuigen (ook
voor pakketdiensten in de buurten) te stimuleren. Daarnaast willen we openbaar vervoer
aantrekkelijker en toegankelijker maken;
We willen vervoersstromen meer clusteren door bij nieuwe woongebieden te kiezen voor
het bij elkaar brengen van parkeergelegenheden. Pakketdiensten en bevoorrading van
de binnenstad maken gebruik van hubs aan de randen van de stad.
Bij nieuwe (her)ontwikkelingen maken we keuzes die gericht zijn op de toekomst waar
het gaat over mobiliteit. We onderzoeken vervolgens of deze nieuwe concepten kunnen
worden doorgevoerd in bestaande buurten. Daarbij zijn we ons ervan bewust dat dit
in bestaande buurten/ straten een lastige opgave is en dat de betaalbaarheid van mobiliteit
een belangrijke factor is.
We accepteren dat er veel trends/ ontwikkelingen zijn die impact hebben op de mobiliteit
van de toe-komst. We anticiperen op nieuwe ontwikkelingen als deelmobiliteit, meer
fiets en OV. We streven er daarom naar om te faciliteren en ontwikkelingen te stimuleren,
maar ook om altijd bewust te zijn dat nieuwe technieken komen en gaan.
We streven ernaar dat verkeer en vervoer steeds minder impact hebben op ons milieu
en dat we in ieder geval steeds minder hinder ervaren (denk aan luchtkwaliteit en
geluidhinder). We willen de luchtkwaliteit verbeteren en de uitstoot van fijnstof
en CO2 terugdringen door elektrisch vervoer en fiets te stimuleren. Mobiliteit is
breder dan de route van A naar B, maar kan ook ingezet worden voor gezondheid. We
streven ernaar om routes te ontwikkelen die ook bijdragen aan de gezondheidsdoelen.
4.6.4 Met wie en met welke middelen gaan we onze reisdoelen halen?
Samenwerking
- We werken samen met wegbeheerders, openbaarvervoerbedrijven, organisaties die bezig
zijn metvervoer op maat, adviesraad sociaal domein, veilig verkeer Nederland, aanbieders
van deelmobiliteit,hulpdiensten, fietsersbond en andere belangenverenigingen om te
zorgen voor een optimaal bereikbaregemeente.
- We betrekken omwonenden en stakeholders bij verkeersmaatregelen in straten en buurten,
metname op het gebied van verkeersveiligheid en als onderdeel van een wijkgerichte
aanpak.
Middelen
- De gemeente heeft in januari 2021 het gemeentelijk verkeers-en vervoersplan (GVVP)
vastgesteld.Dit GVVP heeft tot doel om te komen tot een optimaal bereikbare gemeente,
waarbij duurzaamheid, leefbaarheid en veiligheid belangrijke randvoorwaarden zijn.
We voeren de maatregelen zoalsbenoemd in het GVVP uit;
- We werken per buurt of clustering van buurten een mobiliteitsplan uit, waarin we
rekening houdenmet de realiteit van de klimaatopgave, de vraag van huidige en toekomstige
bewoners en oplossingenin collectiviteit en gedeelde mobiliteit. De kwaliteitskaders
van Parijsch en de Structuurvisie Stationsomgevingzijn hier mooie referenties voor.
- We geven meer aandacht voor verkeerseducatie en andersoortige communicatie die gericht
is opveiliger gedrag
- De ontwikkeling van de stationsomgeving draagt bij aan een meer verkeersveilig en
bereikbaar Culemborg. Binnen deze ontwikkeling wordt onder meer een P&R gebouwd die
de verspreid liggendeparkeerterreinen vervangt. De nieuwe stationsomgeving inclusief
Pavijen kunnen door de introductie van grootschalige opslag- en laadvoorzieningen
een belangrijke rol spelen in het verduurzamen vande mobiliteit en het directe gebruik
van lokaal opgewekte elektriciteit (voorkomen netcongestie).
4.7 Buitengebied
Culemborg heeft een relatief klein buitengebied, maar kenmerkt zich wel als een compacte
stad in het groen. Het buitengebied kent vele waarden, maar ook belangrijke functies
die van meer-waarde zijn voor de hele stad.
We onderscheiden deelgebieden in het buitengebied, namelijk het oostelijk deel en
het westelijk deel. Zie de kaart hieronder voor de begrenzing van deze deelgebieden.
4.7.1 Kwaliteiten die we willen koesteren
Het buitengebied met haar uiterwaarden kent unieke natuur-, landschappelijke- en cultuurhistorische
kwaliteiten. Zo behoort het westelijke en zuidelijke buitengebied in z’n geheel tot
de Hollandse Waterlinies, inmiddels UNESCO-Werelderfgoed. Inwoners uit Culemborg hechten
grote waarde aan het buitengebied. De kwaliteiten in het buitengebied zorgen ervoor
dat inwoners het prettig vinden om er te recreëren en te ontspannen. In een deel van
het buitengebied liggen agrarische bedrijven. Deze bedrijven zijn voornamelijk landbouwbedrijven.
Daarnaast zijn er diverse recreatieve fiets- en wandelroutes door het buitengebied.
4.7.2 Wat komen we onderweg tegen?
Er spelen veel vraagstukken in het buitengebied
Komende jaren krijgt het buitengebied te maken met diverse vraagstukken die ruimte
vragen. Denk hierbij aan de opwek van duurzame energie, klimaatadaptatie, waterveiligheid,
transitie in de landbouw, de wens om te wonen en toename van recreatie.
Agrarische sector in beweging
Vooral in het westelijk deel van het buitengebied is een aantal (22) agrarische bedrijven
aanwezig. Deze bedrijven zijn voornamelijk waardevolle landbouwbedrijven. Een klein
aantal bedrijven heeft een opvolger in beeld en de verwachting is dat minimaal de
helft richting 2040 zal stoppen. We willen onderzoeken hoe we hier als gemeente meer
regie op kunnen voeren in het belang van een vitaal en meervoudig duurzaam buitengebied.
De transitie van de agrarische sector speelt komende jaren ook hier een rol. De agrariërs
gaan een steeds belangrijkere rol als grondbeheerders innemen en zo naast het verzorgen
van de voedselvoorziening ook bijdragen aan natuurontwikkeling. Hier hoort lokale
betrokkenheid bij.
4.7.3 Onze reisdoelen en keuzes die we daarbij maken
Beschermen van de unieke kwaliteiten in het buitengebied en een belangrijke plek om
te ontspannen en te recreëren in Unesco Werelderfgoed gebied
Het buitengebied ligt als een groene schil om de kleine kernen in het Rivierengebied
heen. Voor Culemborg als compacte stad in het groen is het van belang die groene schil
om de stad te beschermen.
We streven naar een buitengebied dat qua groen, erfgoed en recreatie in balans is.
We richten het buitengebied in als een belangrijke plek voor bewoners om te ontspannen
en recreëren. Daarbij willen we de unieke kwaliteiten en belevingswaarde van het buitengebied
(zoals Unesco Werelderfgoed en Redi-chemse waard) beschermen en meer dan tot nu toe
uitdragen.
Ruimte geven aan nieuwe ontwikkelingen die bijdragen aan opgaven waar we als maatschappij
voor staan
Veel opgaven waar we als maatschappij voor staan, spelen in het buitengebied. Het
gaat dan om onderwerpen als klimaatadaptatie, waterveiligheid, duurzame opwek van
energie, natuurontwikkeling en biodiversiteit. We zien in het buitengebied mogelijkheden
om deze uitdagingen aan te gaan, maar doen dit wel altijd op een manier die past bij
de bestaande landschappelijke en cultuurhistorische waarde van het gebied.
Een buitengebied met functies die passen in het buitengebied
Het buitengebied is van belang voor natuur, water, erfgoed, landschap, recreatie,
de agrarische sector en bewoners. We houden vast aan de waarden die het buitengebied
kent en kiezen voor een buitengebied dat bijdraagt aan een meervoudige duurzame en
vitale gemeente.
Bodem en water verdienen hierbij specifieke aandacht. We willen een gezonde bodem;
een vruchtba-re bodem die geschikt blijft voor landbouw, natuur en andere landgebruiksdoeleinden
en waar sprake is van voldoende biodiversiteit. Ten aanzien van water willen we overstromingen
voorkomen, de waterkwaliteit handhaven en ervoor zorgen dat er voldoende water beschikbaar
is voor verschillende behoeften, zoals irrigatie en drinkwater. Bij ontwikkelingen
zorgen we ervoor dat duurzaam gebruik van bodem en waterbronnen mogelijk blijft.
Voor de verschillende deelgebieden van het buitengebied betekent dit verschillende
keuzes.
Buitengebied Oost
- We ontwikkelen natuur- en landschapswaarden in de uiterwaarden. Binnen de eisen
van het Gelders natuurnetwerk en die van Rijkswaterstaat zoeken we naar mogelijkheden
om het gebruik van gronden voor meerdere doelen in te zetten. Vanuit het Provinciale
beleid voor het platteland is samen met de regionale klimaataanpak van gemeenten een
onderzoek gestart naar mogelijkheden voor groen-blauwe verbindingen in het Rivierengebied.
Bij de uitvoering ervan zullen wij altijd zoeken naar mogelijkheden voor het meekoppelen
van mogelijkheden voor recreatieve routes;
- In het overige gebied staan we kleinschalige ontwikkelingen op gebied van natuur
en recreatie toe.
- We willen inzetten op kleinschalige recreatiemogelijkheden. We zien mogelijkheden
voor bijvoor-beeld B&B en zorgboerderijen.
- Er is toekomst voor agrarische bedrijven die kiezen voor een duurzame agrarische
bedrijfsvoering. Om meer toekomstmogelijkheden aan deze bedrijven te geven, zien we
bij deze bedrijven naast de agrarische bedrijfsvoering ook mogelijkheden voor (met
name recreatieve en zorg-) activiteiten;
Als na afronding van de Stationsomgeving blijkt dat meer woningen in Culemborg noodzakelijk
zijn, dan kan onderzoek gedaan worden naar andere potentiële ontwikkelruimte voor
woningbouw binnen de bebouwde kom van de gemeente. Bij oriëntatie naar nieuwe grootschalige
woningbouw projecten worden de buitengebieden in deze onderzoeken uitgesloten. Uitzondering
kan worden gemaakt voor kleinschalige en/of particuliere bouwprojecten, waarbij de
voorwaarde geldt dat landschappelijke en cultuurhistorische waarden en de groene bufferzone
tussen Culemborg en Beusichem behouden moeten blijven en dat er een afweging gemaakt
wordt welke kleine woonvormen op bestaande bebouwde grond mogelijk zijn.
Buitengebied Zuid en West
- We beschermen en versterken biodiversiteit, natuur, landschappelijke- en cultuurhistorische
waarde.
- Er is toekomst voor agrarische bedrijven die kiezen voor een duurzame agrarische
bedrijfsvoering;
- Er is ruimte voor economische bedrijvigheid die past in een meervoudig duurzame
en vitale gemeente. In samenwerking met andere overheden zien we mogelijkheden om
tot omvorming en/ of functieverandering in het buitengebied te komen. Dit kan alleen
als dit initiatieven zijn die bijdragen aanmeerdere doelen waar we voor staan. We
staan kleinschalige ontwikkelingen zoals extensieve recreatie (vormen van natuurvriendelijke
recreatie die in hoofdzaak zijn gericht op natuur- en landschapsbeleving)en zorgboerderijen
toe. Substantiële woningbouwontwikkeling is hier niet aan de orde. We zien wel mogelijkheden
voor bijzondere woonvormen op kleine schaal. Dat moet passen bij dehuidige structuur
van lintbebouwing en groen. We zijn ons ervan bewust dat enkele bestaande bedrijven
niet passen bij de meervoudig duurzame gemeente. Wanneer de kans zich voordoet om
deze situatie te veranderen (bijvoorbeeld door middel van verplaatsing) dan ondersteunen
we dat.
- We blijven ons inspannen voor de komst van een tweede windpark binnen de kaders
die de raad heeft meegegeven (motie 6 april 2021, 72 GWh). Zonneweides zijn ook mogelijk,
mits deze goedlandschappelijk zijn ingepast en geen afbreuk doen aan het Werelderfgoed.
De kwantitatieve doelstellingen uit de Regionale energiestrategie Fruitdelta Rivierenland
1.0 zijn en blijven uitgangspuntvoor het beleid op dit thema. We zijn ons er overigens
van bewust dat innovaties op dit gebied snel gaan en veranderingen teweeg kunnen brengen.
4.7.4 Met wie en met welke middelen gaan we onze reisdoelen halen?
Samenwerking
- De uitwerking van doelen en verder perspectief voor de bedrijvigheid in het buitengebied
werken we verder uit, samen met alle relevante belangengroepen en bewoners in het
buitengebied. We houden hierbij rekening met het provinciale programma ‘Vitaal landelijk
gebied Gelderland’;
- In samenwerking met onder meer Rijkswaterstaat en het waterschap zorgen we voor
integraal riviermanagement, waarin het voorkomen van overstromingen aandacht heeft.
Middelen
- We houden vast aan de afspraken die we hebben gemaakt binnen de regionale energiestrategie
(RES) en de regionale adaptatiestrategie (RAS);
- We houden vast aan de afspraken zoals gemaakt binnen het Pact van Loevestein. Dit
is een regionale samenwerking tussen meerdere provincies, gemeenten en andere organisaties
om de cultuurhistorische waarde van de Hollandse Waterlinies te beschermen en uit
te dragen.
4.8 Visiekaart
Bij het maken van een reis hoort een kaart. De kaart wijst ons de weg. Op kaart staat
aangegeven waarzich iets bevindt en welke ontwikkelingen of plekken een belangrijke
rol hebben bij behalen van onze ambities de komende jaren.
In deze Omgevingsvisie hebben we per thema onze koers aangegeven. De koers van deze
thema’s vormt de basis voor deze kaart en zo laat de kaart een integraal beeld zien
van waar de gemeente naartoe wil. De kaart is daarmee een beeldende samenvatting van
onze koers.
De kaart laat bepaalde locaties zien die in onze koers terugkomen. Zoals het hoofdwinkelgebied,
de wijkwinkelcentra, creatieve broedplaatsen, het bedrijventerrein, welzijnslocaties,
scholen en sportcomplexen. Ook staan er belangrijke waarden voor Culemborg op de kaart,
zoals het beschermd stadsgezicht en de Hollandse Waterlinies.
Naast al bestaande plekken en gebieden geeft de kaart ook diverse ontwikkelingen aan.
De ontwikkel-locaties op de kaart zijn locaties die al onderzocht zijn op haalbaarheid.
Ter plaatse van de onderzoekslocaties weten we dat daar in de komende decennia behoefte
is aan ontwikkelingen, maar onderzoek op deze locaties moet nog plaatsvinden. Verder
is aangegeven waar we nieuwe fiets- en wandelverbinding-en willen realiseren en waar
we de entrees van de bebouwde kom en de binnenstad willen verbeteren/ versterken.
Op deze kaart staan ontwikkelingen die gebiedsgericht zijn. De gemeente heeft ook
ambities en ontwik-kelingen die meer algemeen en overkoepelend zijn en niet op een
kaart weer te geven zijn. De kaart is daarmee wel integraal, maar niet allesomvattend.
De kaart moet dan ook gelezen worden als een aan-vulling op de tekst van de Omgevingsvisie.
Hoofdstuk 5 Op reis met de omgevingsvisie
5.1 Hoe gaan we aan de slag met de omgevingsvisie
Onze rugzak is gevuld en onze reisdoelen zijn helder. We weten enigszins wat we kunnen verwachten onderweg. We kunnen op reis en aan de slag met deze Omgevingsvisie.
We zetten de eerste stappen richting de Omgevingsvisie door een gedegen analyse van onze stad en haar behoeften uit te voeren. Deze analyse vormt de basis voor het definiëren van onze visie en doelstellingen. Vervolgens betrekken we onze inwoners, belanghebbenden en experts om input en inzicht te verkrijgen. Deze gezamenlijke inspanning stelt ons in staat om een solide visiedocument te ontwikkelen dat de koers voor onze stad richting 2040 uitstippelt.
Welke eisen stelt de Omgevingswet?
De Omgevingsvisie is een van de kerninstrumenten van de Omgevingswet. De Omgevingswet
stelt inhoudelijke eisen aan de Omgevingsvisie. Er wordt gesteld dat de gemeente in
de Omgevingsvisie vast-stelt hoe ze de taken invult om haar ambities en beleidsdoelen
te behalen. Hierin staat hoe het beleid doorwerkt en welke middelen ze daarvoor inzet.
Bij het opstellen van de Omgevingsvisie houdt de gemeente rekening met een aantal
beginselen:
- het voorzorgsbeginsel
- het beginsel van preventief handelen
- het beginsel dat milieuaantastingen bij voorrang aan de bron bestreden moeten worden
- het beginsel dat de vervuiler betaalt
De Omgevingsvisie beschrijft de kenmerken en kwaliteiten van Culemborg en gaat in
op trends en ontwikkelingen die op de gemeente af gaan komen. Op basis van deze analyse
en de uitgebreide participatie gedurende het proces om te komen tot deze Omgevingsvisie
is per thema bepaald wat de ambities zijn en welke keuzes worden gemaakt om ook in
de toekomst een leefbare gemeente te zijn en negatieve effecten te voorkomen. De begrippen
uit het kompas (meervoudig duurzaam, verbindend en innovatie/proeftuinen) zijn in
lijn met de beginselen en vormen in alle keuzes een rode draad.
Deze beginselen beschermen de fysieke leefomgeving tegen onevenredig nadelige gevolgen
van activiteiten en komen uit het milieurecht zoals dat voor de inwerkingtreding van
de Omgevingswet geldt. We gebruiken deze beginselen om te bepalen welke regels we
in het Omgevingsplan gaan stellen. De doorvertaling van de beginselen vindt dus plaats
bij de uitwerking en vertaling van het Omgevingsvisiebeleid in een Omgevingsplan.
Werken met de instrumenten uit de Omgevingswet
Met deze Omgevingsvisie zijn we nog niet klaar; we staan aan het begin. De reisdoelen
in deze Omgevingsvisie zijn voor de lange termijn opgeschreven en vragen om uitwerking.
Voor de uitwerking van doelen naar concrete uitvoering zijn drie instrumenten uit
de Omgevingswet beschikbaar:
- Omgevingsprogramma
Een programma is een verdere uitwerking van de ambities van de Omgevingsvisie. Programma’s
kunnen thematisch en gebiedsgericht worden opgepakt. Een programma geeft aan wat de
keuzes concreet betekenen voor een bepaald gebied of hoe we concreet willen omgaan
met een bepaald thema. Een programma kan vervolgens meerdere projecten of maatregelen
bevatten om hier uitvoering aan te geven.
- Omgevingsplan
Onder de Omgevingswet heeft elke gemeente één omgevingsplan voor haar grondgebied.
Dit is het juridisch bindend plan voor elke inwoner van de gemeente. Het Omgevingsplan
bevat de gemeentelijke regels voor activiteiten die gevolgen kunnen hebben voor de
fysieke leefomgeving. Het Omgevingsplan heeft betrekking op alle onderdelen van de
fysieke leefomgeving en is daarmee breder dan alleen regels op het gebied van ruimtelijke
ordening (zoals bij de voormalige bestemmingsplannen het geval was).
- Omgevingsvergunningen
De Omgevingsvergunning is een vergunning voor veel werkzaamheden in de fysieke leefomgeving.
Met een Omgevingsvergunning kan met één aanvraag toestemming worden verleend voor
diverse activiteiten (zoals bouwen, verbouwen en gebruik van percelen). In het Omgevingsplan
staan regels over activiteiten en onder welke voorwaarden deze op een locatie toegestaan
zijn. Zo kan ook gesteld worden dat er een omgevingsvergunning nodig is. Er is dan
sprake van een binnenplanse vergunningplicht. Ook is er een vergunningplicht als een
activiteit volgens de regels van het Omgeingsplan niet is toegestaan. Dit noemen we
de buitenplanse vergunningplicht.
Daarnaast geldt dat er al veel bestaand beleid binnen de gemeente is. De Omgevingsvisie
vormt geen nieuwe start. Bij de uitwerking van de doelen in lijn met de Omgevingswet
houden we rekening met dit bestaande beleid. Op dit moment is binnen de gemeente veel
sectoraal beleid beschikbaar. We willen bereiken dat ons beleid meer in samenhang
wordt bekeken (van sectoraal naar integraal) en dat het beleid aansluit bij en bijdraagt
aan de doelen uit deze Omgevingsvisie.
In onderstaande figuur is uiteengezet hoe het bestaand beleid zich verhoudt tot de
instrumenten uit de Omgevingswet.
We willen ons eerder vastgestelde beleid vertalen naar de instrumenten uit de Omgevingswet
en deze dus onderbrengen in omgevingsprogramma’s en het omgevingsplan. Dat betekent
dat ook nieuw beleid binnen deze instrumenten een plek moet krijgen. Deze omslag gaat
de komende jaren gaandeweg plaatsvinden.
Het bestaande beleid bestaat vaak uit een beleids- en uitvoeringscomponent en kan
niet altijd 1-op-1 worden opgenomen in de Omgevingsvisie. Het simpelweg intrekken
van het bestaande beleid dat geldt voor de fysieke leefomgeving zou betekenen dat
er allerlei gaten gaan ontstaan. Dat willen we uiteraard voorkomen. Na het vaststellen
van de Omgevingsvisie is de volgende stap de uitwerking van de Omge-vingsvisie van
Omgevingsprogramma’s, Omgevingsplan en Omgevingsvergunningen.
We bouwen daarmee aan een nieuw ‘beleidshuis’. Hiermee wordt inzichtelijk op welke
manier we het bestaande beleid en beleid in aanbouw gaan organiseren.
De afbeelding ‘Voorzet beleidshuis onder de Omgevingswet’ geeft weer dat de Omgevingsvisie
als paraplu boven het gemeentelijk beleid valt. Hierin zijn de lange termijn ambities
en doelen voor de fysieke leefomgeving opgenomen. We gaan de hoofddoelen uit deze
Omgevingsvisie uitwerken in vijf Omgevingsprogramma’s. Op hoofdlijnen is aangegeven
welke werkvelden onder de diverse Omgevingspro-gramma’s vallen. Ook zijn vier specifieke
gebieden benoemd waarvoor een gebiedsuitwerking wordt opgesteld. Deze gebiedsuitwerking
moet aansluiten bij de Omgevingsprogramma’s.
De Omgevingswet kent ook verplichte programma’s. Vanuit andere wetgeving kunnen gemeente
ver-plicht worden om onder de Omgevingswet programma’s op te stellen. Een voorbeeld
hiervan vormt het wetsvoorstel ‘Wet versterking regie volkshuisvesting’ waarin een
verplicht volkshuisvestingprogramma wordt voorgeschreven. Waar dit speelt, wordt onderzocht
of het verplichte programma deel kan uitma-ken van een van de genoemde Omgevingsprogramma’s
of dat het een separaat programmaspoor wordt.
Het voorstel voor (gebiedsgerichte) Omgevingsprogramma is niet in beton gegoten. Door
nieuwe vraagstukken, actualisaties en andere ontwikkelingen kunnen we Omgevingsprogramma’s
en/of gebiedsge-richte aanpakken toevoegen, samenvoegen of wijzigen. Voor nu stellen
we bovenstaande Omgevingsprogramma’s voor.
Het beleidshuis vormt de basis voor de integrale Omgevingsprogramma’s en is daarmee
een belangrijke stap in de beleidscyclus (van sectoraal naar integraal).
De koers uit de Omgevingsvisie en Omgevingsprogramma’s vertalen we in een Omgevingsplan.
In het Omgevingsplan wordt een juridische regeling voor verschillende deelgebieden
opgesteld. Dit Omge-vingsplan is juridisch bindend voor gemeente, inwoners en organisaties
en vormt daarmee een belangrij-ke basis voor de mogelijkheden in de fysieke leefomgeving.
Onze Omgevingsp
rogramma’s, onze reisplanners
Een Omgevingsprogramma is een instrument dat gebruikt kan worden om beleidsdoelen
en ambities op het gebied van de fysieke leefomgeving (zoals omschreven in deze Omgevingsvisie)
te realiseren.
Een Omgevingsprogramma onder de Omgevingswet kan elementen bevatten als:
- Doelstellingen: de doelen die met het Omgevingsprogramma worden nagestreefd.
- Maatregelen: de concrete stappen en acties die genomen zullen worden om de doelstellingen
te bereiken.
- Participatie: het betrekken van belanghebbenden en burgers bij de totstandkoming
en uitvoering van het Omgevingsprogramma.
- Monitoring en evaluatie: het volgen van de voortgang van het Omgevingsprogramma
en het evaluerenvan de resultaten.
- Samenwerking: samenwerking tussen verschillende overheden, maatschappelijke organisaties,
enprivate partijen om de doelstellingen te realiseren.
We gaan de hoofddoelen uit deze Omgevingsvisie uitwerken in vijf integrale beleidsprogramma’s en vier specifieke gebieden met een integrale aanpak. Deze gebiedsaanpak moet aansluiten bij de uitwerking van de beleidsprogramma’s.
Het voorstel voor (gebiedsgericht) Omgevingsprogramma is niet in beton gegoten. Door
nieuwe vraagstukken, actualisaties en andere ontwikkelingen kunnen we omgevingsprogramma’s
en/of gebiedsgerichte aanpakken toevoegen, samenvoegen of wijzigen. Voor nu stellen
we bovenstaande Omgevingsprogramma’s voor.
In lijn met ons kompas (hoofdstuk 2) moet een omgevingsprogramma altijd bijdragen
aan de drie begrippen meervoudig duurzaam, verbindend en proeftuin/innovatie. De Omgevingsprogramma’s
passen altijd binnen de kaders van de Omgevingsvisie. We houden ons beleid actueel
en voorkomen we dat misverstanden tussen het beleid ontstaan. Omdat de gebiedsgerichte
aanpakken moeten aansluiten bij de Omgevingsprogramma’s kunnen ook de gebiedsgerichte
aanpakken niet strijdig zijn met de doelen uit deze Omgevingsvisie.
Voor het opstellen van Omgevingsprogramma’s kan de gemeenteraad kaders stellen aan welke specifieke inhoudelijke en procesmatige onderdelen er aandacht moet worden besteed en wat de beoogde maatschappelijke effecten zijn. Het college vertaalt deze kaders in een Omgevingsprogramma. Het colle-ge is eindverantwoordelijk voor het opstellen van het Omgevingsprogramma, maar zal de raad hierover informeren.
Rol van de gemeenteraad en het college van burgemeester en wethouders (B&W)
Het werken volgens de beleidscyclus en met de instrumenten van de Omgevingswet vraagt
een andere verhouding tussen college en gemeenteraad. De wetgever (nationale overheid)
heeft als uitgangspunt voor ogen dat de gemeenteraad gaat over het lange termijn en
het strategische en kaderstellende beleid. Het college gaat over de uitvoering van
het beleid. De verhouding is als volgt:
- Omgevingsvisie wordt vastgesteld door de gemeenteraad
- Omgevingsprogramma wordt vastgesteld door het college *3
- Omgevingsplan wordt vastgesteld door de gemeenteraad
3 Het is niet gezegd dat de gemeenteraad hiermee geen zeggenschap heeft over omgevingsprogramma’s. De gemeenteraad behoudt het budgetrecht en geeftdaarmee ook sturing aan programma’s. Daarnaast is een gemeente vrij om de ‘kaderstellende rol’ ook zo te definiëren dat de raad kaders opstelt bijvoorbeeld eeninhoudelijke en procesopdracht meegeeft voor de bouw van een omgevingsprogramma (in bijvoorbeeld van vorm van een startnotitie en/of een Nota van Uitgangspunten)
5.2 Aanpassen en wijzigen van de Omgevingsvisie
De Omgevingsvisie is een instrument dat kan worden gewijzigd wanneer er aanzienlijke
veranderingen in de maatschappij of leefomgeving plaatsvinden die vragen om herijking
van strategische keuzes voor de lange termijn. De vraag of dit aan de orde is, kan
aan het begin van een nieuwe raadscyclus worden gesteld, al is het raadzaam om de
Omgevingsvisie niet van de politieke wind afhankelijk te laten zijn.
Uiteraard vinden er nieuwe ontwikkelingen plaats en ontstaan nieuwe inzichten. Gestelde
doelen en gemaakte keuzes kunnen dan niet meer aansluiten op de dagelijkse werkelijkheid.
Dit kan bijvoorbeeld blijken uit monitoring en evaluatie van de voortgang van het
behalen van onze doelen en ambities. Uiteraard zal ook de Omgevingsvisie een update
krijgen wanneer daar noodzaak toe is. Dit wordt in iedere bestuursperiode getoetst.
Aanpassingen van de Omgevingsvisie worden vastgelegd in versienota’s, een overzicht
van wat is aan-gepast en waarom. In de versienota’s wordt de mogelijke participatie
verantwoord. Afhankelijk van de aanleiding en ernst van de aanpassing wordt participatie
al dan niet georganiseerd. De versienota omvat ook een inventarisatie van de doorwerking
naar andere instrumenten en beleid.
5.3 Rol en werkwijze van de Culemborg
Bij het werken aan onze fysieke leefomgeving gaan we uit van ons ruimtelijke karakter
en ons kompas. Ons leidende principe is:
“Kiezen voor een planologie die uitnodigt tot een meervoudig duurzaam gebruik van
ruimte’’
Hoe gaan we om met bevoegdheden?
De uitwerking van deze Omgevingsvisie vraagt nog om veel keuzes en besluiten. We hanteren
de volgende uitgangspunten voor de rol van raad, college, adviesorganen en participatie
met organisaties en inwoners in de stad:
- We maken werkbare afspraken onderling;
- We organiseren een proces waarmee we de gewenste kwaliteit kunnen leveren;
- We geven ruimte aan initiatieven en leveren maatwerk waar mogelijk;
- We houden tempo in ontwikkelingen en voorkomen dat er vertraging in proceduretijd
optreedt.
De gemeente pakt een actievere rol bij vier onderwerpen
Veel partijen staan aan de lat om de gestelde reisdoelen te halen. We moeten dit samen
oppakken. De gemeente heeft hierbij zeker een rol. Afhankelijk van de opgave kiest
de gemeente voor een pro-actieve, kaderstellende, ondersteunende, stimulerende en/of
geen rol.
In de beeldvormende avond van 13 april 2023 kozen raadsleden een aantal extra onderwerpen
waar de gemeente een actieve rol zou kunnen aannemen. Indien de kans zich aandient
nemen we een actievere rol aan bij de volgende onderwerpen:
- Duurzaamheid (energietransitie, klimaatadaptatie, circulariteit);
- Bevorderen van leefbaarheid/gezondheid door middel van inrichting van de openbare
ruimte;
- Onderwijshuisvesting (en sport-);
- Natuurontwikkeling mogelijk maken, eventueel door middel van actieve grondpolitiek.
Na vaststellen van de Omgevingsvisie wordt verkend of een meerderheid van de raad kiest voor een actievere rol van de gemeente op de volgende onderwerpen.
- Het actief aankopen van strategische grond om zelf te kunnen blijven regisseren
en sturen bij groei;
- Kwaliteitsverbetering Pavijen II tm V en aandacht ondersteuning ondernemers Pavijen,
binnenstad,kantoren en buurtwinkelcentra;
- Beheer openbare ruimte;
- Natuurontwikkeling/biodiversiteit;
- Verduurzaming maatschappelijk vastgoed;
- Verduurzaming (sociale)woningbouw.
5.4 Bekostiging gemeentelijke opgaven
Voor onze reis is geld nodig. De omvang van de gemeentelijke opgaven is groot, bijvoorbeeld
de energietransitie, klimaatopgaven, mobiliteit, economie en gezondheid. De huidige
werkwijze waarbij we kosten voor deze opgaven bij initiatieven van derden neerleggen
is onvoldoende toereikend om al deze kosten op te vangen. De opgaven worden immers
steeds groter en breder. De rol van de gemeente verandert ook. Juist bij binnenstedelijke
initiatieven hebben we te maken met meerdere eigenaren van de grond, de panden en
de voorzieningen.
In onze stad is de behoefte aan nieuwe mogelijkheden om de maatschappelijke kosten
te beleggen bij initiatiefnemers groot. De binnenstedelijke ontwikkelingen leiden
tot omvangrijke investeringen, ook door de gemeente. Onze mogelijkheden om te investeren
zijn echter gelimiteerd. We hebben ook te maken met financiële uitdagingen voor sociale
opgaven. Daarom werken we aan een langjarige investeringsagenda waarmee we zicht hebben
op de noodzakelijke investeringen voor de ontwikkeling van onze stad. Ter voeding
van de langjarige investeringsagenda willen we een fonds ‘gebied overstijgend kostenverhaal’
instellen.
Dit fonds is een financieel instrument dat ook elders in Nederland ingezet wordt voor
grote binnenstede-lijke ontwikkelingen. Voor ons gaat de aandacht in eerste instantie
uit naar de thema’s uit deze Omge-vingsvisie. Specifieke focus wordt gelegd op de
speerpunten die staan benoemd in paragraaf 5.3. De uitwerking van deze thema’s vindt
plaats door het maken van omgevings-/uitvoeringsprogramma’s waarin de ambities en
doelen uit deze Omgevingsvisie worden uitgewerkt. Dit vormt de nadere onderbouwing
voor de noodzakelijke investeringen.
Colofon
Colofon
Dit is een uitgave van de gemeente Culemborg.
19 september 2024
Projectorganisatie Omgevingsvisie
Telefoonnummer: 0345 47 77 00
Emailadres: info@culemborg.nl
Concept, redactie en realisatie door gemeente Culemborg & Antea Group Nederland.
Culemborg
Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd
gegevensbestand of openbaar ge-maakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch,
mechanisch of door fotokopieën, opnamen, of enige andere ma-nier zonder voorafgaande
schriftelijke toestemming van de uitgever.
Rechten voorbehouden. Indien per abuis afbeeldingen zonder rechten zijn gebruikt,
willen wij u vriendelijk verzoeken contact op te nemen met de uitgever.
Aan de inhoud van deze Omgevingsvisie kunnen geen rechten worden ontleend.
Bijlagen
Bijlage 1 Totstandkoming Omgevingsvisie
Op 9 december 2021 stelde de gemeenteraad de startnotitie voor de Omgevingsvisie vast.
De Omgevingsvisieis dé integrale langetermijnvisie van de gemeente voor de fysieke
leefomgeving en het gehele grondgebied van de gemeente. De Omgevingsvisie is een verplicht
instrument en vindt haar basis in de Omgevingswet.
De vastgestelde startnotitie Omgevingsvisie van 9 december 2021 beschreef het proces
om te komentot een Omgevingsvisie. Aan de hand van de Stadsvisie Culemborg, een uitgevoerde
beleidsanalyse, feitelijkeinformatie, trends en ambtelijke werksessies is een aantal
inhoudelijke vraagstukken uitgewerkt. Vervolgens is een participatieproces in gang
gezet om de inwoners deel te laten uitmaken van het procesom te komen tot een Omgevingsvisie.
In de raadsvergadering van 9 december 2021 heeft de gemeenteraad gevraagd om voorafgaand
aan departicipatie een debat te voeren over de ambities en dilemma’s van de verschillende
inhoudelijke vraagstukkenen de wijze waarop de participatie zou worden ingestoken.
Dit debat vond plaats op 30 juni 2022.
De participatie over de ruimtelijke vraagstukken voor Culemborg is georganiseerd in
de periode juli - oktober 2022. De verantwoording van deze participatie is verwoord
in een participatieverslag. Op basis van de participatie zijn de vraagstukken verder
uitgewerkt en aangescherpt.
De gemeenteraad heeft vervolgens in april politieke positie ingenomen bij de vraagstukken
en botsingen, zodat richtinggevende uitspraken konden worden gedaan. Op basis van
deze uitspraken is de Omgevingsvisiein ontwerp opgesteld.
De participatie
Het doel van het participatietraject rondom de Omgevingsvisie was het op een uitnodigende
wijze in samenspraak met inwoners en belanghebbenden ontwikkelen van een visie op
de gewenste ontwikkelingenen kwaliteit van de leefomgeving in Culemborg. De aanpak
moest ervoor zorgen dat we een duurzame omgevingsvisie van en voor gemeente Culemborg
zouden opstellen; waar bewoners, organisaties,ondernemers, verenigingen en ketenpartners
mede-eigenaar van zijn, waar de gemeente de komendejaren mee aan de slag gaat en vanuit
waar belanghebbenden initiatief durven te nemen. Culemborg hechtte en hecht nog steeds
aan een stevig participatie en communicatieproces.
Met stakeholders is geïnventariseerd welke opgaven en ambities er zijn, en is in samenspraak gekomen tot prioriteiten. Participatie is en was dus belangrijk en de samenleving is maximaal betrokken. Daarmee is geprobeerd het niveau van ‘meewerken’ op de participatieladder te bereiken. De inzet was om diverse mensen op een laagdrempelige manier te bereiken. We wilden voorkomen dat alleen gebruikelijke mensen/partijen gehoord zouden worden. Er zijn daarom verschillende middelen ingezet om inbreng te vragen bij mensen en organisaties in Culemborg.
1. Via het platform is de communicatie rondom de omgevingsvisie opgezet. De link naar
het platformis op diverse manieren gedeeld, onder meer via flyers en social media;
2. Op het platform is de wijkprikker online gezet. Via de wijkprikker kon een ieder
op locatieniveau inbreng leveren en zien welke andere opmerkingen geplaatst zijn;
3. Op zes verschillende momenten zijn we het gesprek met passanten aangegaan. Elk
moment vond plaats op een andere locatie om zo veel mogelijk mensen te spreken (Gelderlandfabriek
(combinatie met participatie stationsomgeving), open monumentendag (markt), fit-markt
(markt), NS-station, supermarkt wijk Culemborg Oost, supermarkt wijk Culemborg-West).
We inventariseerden wat de opgaven en kwaliteiten zijn. Tijdens de zes Ontmoetingen
hebben we tussen de 350 en 400 inwoners gesproken;
4. Er zijn vragenlijsten opgesteld en uitgedeeld;
5. We hebben specifieke stakeholders aangeschreven en gevraagd om inbreng te leveren.
Dat kon door de vragenlijst in te vullen, maar organisaties konden hier ook hun eigen
invulling aan geven. We hebben inzichtelijk gemaakt welke inbreng is geleverd en hoe
we hiermee om zijn gegaan.
Bijlage 3 Relevante beleidskaders
Beleid gemeentebreed/ overig thematisch
- Stadsvisie Culemborg
- Eindrapport Stadsvisie Culemborg stroomt
- Welstandsnota en Beeldkwaliteitsvisie (2004)
- Meervoudig duurzaam grondbeleid (2020)
- Groenbeleidsplan (2020)
- Integrale veiligheid (2019)
Beleid Binnenstad
- Binnenstadsvisie (2015)
- Regieplan binnenstad (2021)
- Horeca-, detailhandel en evenementenvisie (2021)
- De kerkenvisie (2021)
- Rijk verleden, sterke toekomst (erfgoed, 2006)
- Archeologiebeleid (2017)
- Archeologische waarden-en verwachtingenkaart (2017)
- Cultuurhistorische waardenkaart (2012)
- Cultuurvisie: cultuur voor iedereen (2020)
Beleid Wonen & voorzieningen
- Woonvisie (2023)
- Regionale woonagenda Rivierenland (2020)
- Vooruitlopend op de vernieuwde Woonvisie (2023 ev) worden in het Parapluplan Wonen
aanvullende beleidskaders voor de kwaliteit van woningen gegeven.
- Woon-welzijns-zorgvisie
- Masterplan Parijsch
- Concept Masterplan EVALanxmeer
- Structuurvisie stationsomgeving
Beleid Buitengebied
- Regionale adaptatiestrategie (2021)
- Regionale energiestrategie (2021)
- Ambitienotitie Nieuwe Hollandse Waterlinie (2015)
- Beleidskader hergebruik vrijgekomen agrarische bedrijfsbebouwing in het buitengebied
(< 2008)
- Cultuurhistorische Waardenkaart (2012)
Beleid Economie
- Detailhandelsvisie (2021)
- Evenementenvisie (2021)
- Horecavisie (2021)
- Regionaal economisch ambitiedocument (2022)
- Regionaal programma werklocaties (2019)
Beleid Duurzaamheid
- Windvisie (2017)
- Uitvoeringsagenda duurzaamheid (2018)
- Regionale energiestrategie (2021)
- Regionale adaptatiestrategie (2021)
- Startnotitie circulariteit (2023)
- Groenbeleidsplan (2020)
- Biodiversiteitsplan
- Transitievisie Warmte (2022)
Gezond & veerkrachtig
- Cultuurvisie Culemborg: Cultuur voor iedereen (2020)
- Gezond en actief Culemborg (2023)
- Lokaal sportakkoord Culemborg (2023)
- Beleidsnota WMO en jeugd: Samen werken aan een stevige lokale basis, doen wat nodig
is (2021-2024)
- Koersdocument sociaal domein in ontwikkeling (2023)
- Spelen met speelruimte: een perspectief voor de periode 2020-2030
- Accommodatiebeleid (2023)
- Integraal huisvestingsplan onderwijs (IHP) (2023-2028)
- Kansrijk Opgroeien (2022)
- Woon-Welzijn-Zorgvisie (in ontwikkeling)
Beleid Mobiliteit
- Gemeentelijk verkeers-en vervoerplan (GVVP) (2021)
- Nota Parkeernormen (2020) aangevuld met de nota parkeernormen stationsomgeving en
het raadsbesluitover mobiliteit in Linieveld
- Laadvisie en toetsingskader laadinfrastructuur (2021)
Overige gerelateerde beleidsstukken
- Stadsvisie Culemborg
- Eindrapport Stadsvisie Culemborg stroomt
- Regioarrangement Fruitdelta Rivierenland (2023)
- Regionaal economisch ambitiedocument (2022-2025)
- Gebiedsagenda Fruitdelta Rivierenland (2022)
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl