Beleidsregels Kinderdagverblijf Plus en Buitenschoolse Opvang Plus voor kinderen die extra begeleiding nodig hebben gemeente Buren 2025

Geldend van 01-01-2025 t/m heden

Intitulé

Beleidsregels Kinderdagverblijf Plus en Buitenschoolse Opvang Plus voor kinderen die extra begeleiding nodig hebben gemeente Buren 2025

Beleidsregels KDV+ en BSO+ gemeente Buren 2025

Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Buren houdende regels omtrent KDV+ en BSO+ 2025

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Buren;

gelet op de:

- Verordening maatschappelijke ondersteuning en jeugdwet gemeente Buren 2023

- Beleidsregels maatschappelijke ondersteuning en jeugdwet gemeente Buren 2023

- Beleidsregels handhaving Wet kinderopvang gemeente Buren 2022;

besluit vast te stellen de Beleidsregels KDV+ en BSO+ gemeente Buren 2025

Inleiding

In toenemende mate hebben aanbieders van kinderopvang en de buitenschoolse opvang (BSO) te maken met de vraag naar opvang voor een kind met een ondersteuningsbehoefte.

Ouders kunnen nog niet voldoende terecht bij reguliere kinderopvangorganisaties, omdat reguliere kinderdagverblijven (KDV’s) en BSO’s daar niet op ingericht zijn. Kinderen worden op dit moment daarom soms individueel of elders in groepsverband begeleid, terwijl dat niet altijd wenselijk is. Een opvangplek zo dicht mogelijk bij huis, met kinderen met en zonder ondersteuningsbehoefte, is de wens van veel ouders. Het bevordert de sociaal emotionele ontwikkeling van deze kinderen, het voorkomt segregatie en bevordert integratie.

Deze wens om kinderen met een ondersteuningsbehoefte op te vangen op een regulier KDV of BSO, met extra professionele ondersteuning, past binnen het beleid van de gemeente Buren: We proberen zoveel mogelijk lichte zorg, zo dichtbij mogelijk aan te bieden: ‘gewoon waar mogelijk, speciaal waar nodig’.

De omgeving van de onze inwoners, en zeker ook van een kind is erg belangrijk. Een kind met een behoefte aan begeleiding kan niet altijd in zijn/haar eigen dorp naar school. Om toch zoveel mogelijk aansluiting te vinden in de buurt proberen we preventie en laagdrempelige vormen van ondersteuning zoveel mogelijk te versterken.

Buitenpret en de gemeente Buren hebben in dit kader daarom eerder een pilot gestart om kinderen met een ondersteuningsbehoefte deel te laten nemen aan de reguliere opvang met de benodigde aanpassingen zoals extra professionele begeleiding, aangepaste groepen of een aangepaste omgeving. Gezien het feit dat dit positieve resultaten met zich meebrengt, willen we dit aanbod passende kinderopvang structureel maken. Deze passende kinderopvang noemen we afhankelijk van de leeftijd van het kind KDV+ of BSO+.

De doelgroep

Voor KDV+ gaat het om kinderen van 0-4 jaar. BSO+ is bedoeld voor kinderen die speciaal of regulier basisonderwijs bezoeken in de leeftijd van 4 jaar tot het moment dat zij de basisschool verlaten. Kinderen moeten in het kader van het woonplaatsbeginsel in de Jeugdwet onder de verantwoordelijkheid van de gemeente Buren vallen.

Hoofdstuk 1. Algemeen

Artikel 1. Begripsomschrijving

In deze beleidsregels wordt verstaan onder:

  • a.

    College

    Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Buren.

  • b.

    BKR

    Beroepskracht Kind Ratio. De in de wet kinderopvang vastgestelde verhouding tussen het aantal kinderen op de KDV of BSO groep en de gekwalificeerde beroepskracht.

  • c.

    BSO

    Buitenschoolse Opvang. Kinderopvang verzorgt door een in het LRK geregistreerde houder van Kinderopvang voor kinderen in de leeftijd dat ze naar het basisschoolonderwijs kunnen gaan, waarbij opvang wordt geboden voor of na de dagelijkse schooltijd evenals gedurende vrije dagen of middagen en in schoolvakanties.

  • d.

    Gemeente

    Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Buren.

  • e.

    Houder

    De rechtspersoon aan wie een onderneming als bedoeld in de Handelsregisterwet toebehoort waarbij onder onderneming wordt begrepen een locatie die in het LRK is opgenomen als KDV of BSO.

  • f.

    Kind

    Een binnen de gemeente woonachtig kind, waarbij een kind in KDV+ een leeftijd heeft tussen 0- en 4 jaar en in geval van BSO+ van 4 jaar tot het moment dat het kind uitstroomt uit het Primair Onderwijs.

  • g.

    Kinderopvang

    Opvang vanuit een landelijk geregistreerd kinderdagverblijf in de zin van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen.

  • h.

    Kinderopvangtoeslag

    De tegemoetkoming van het Rijk, uitgekeerd via de Belastingdienst aan ouders, bedoeld als bijdrage in de kosten voor een in het LRK geregistreerd Kinderdagverblijf.

  • i.

    LRK

    Het Landelijk Register Kinderopvang waar alle gastouderbureaus, gastouders, kinderdagverblijven en organisaties voor buitenschoolse opvang zijn opgenomen die voldoen aan de wettelijke kwaliteitseisen;

  • j.

    Ouders

    De bloed- of aanverwant in opgaande lijn of de pleegouder van een kind op wie de kinderopvang betrekking heeft

  • k.

    Sociaal team

    De jeugdconsulenten die onder verantwoordelijkheid van de gemeente Buren werkzaam zijn en die een onderzoek doen naar de behoefte aan zorg in het kader van de Jeugdwet.

  • l.

    Wet IKK

    De Wet innovatie en kwaliteit kinderopvang.

Hoofdstuk 2. Doelstelling doelgroep en aanvraagproces

Artikel 2. Doelstelling

  • Het bieden van kinderopvang (na schooltijd) en begeleiding aan kinderen waarbij vanwege specifieke kindfactoren de reguliere opvang ontoereikend is en waarbij net als op de reguliere opvang de ontwikkeling van de kinderen op de groep in brede zin wordt gestimuleerd en gemonitord.

  • Aan de hand van een individueel plan werken aan de voor het kind geformuleerde leerdoelen waarbij ook de mogelijkheid van doorstromen naar de regulier opvang wordt bekeken.

  • Het creëren van een positief pedagogisch en veilig klimaat voor alle kinderen en medewerkers op de groep.

  • Kruisbestuiving van kennis en deskundigheid tussen de HBO geschoolde medewerker die gespecialiseerd is in de zorg voor de kinderen met een ondersteuningsbehoefte, de gedragswetenschapper (op afroep) en de andere pedagogisch medewerkers.

Artikel 3. Doelgroep KDV+ en BSO+

Opvang via KDV+ en BSO+ wordt uitsluitend verstrekt aan kinderen met een zorgbehoefte die de kinderopvang, het speciaal of regulier basisonderwijs bezoeken en die in het kader van het woonplaatsbeginsel in de Jeugdwet onder de verantwoordelijkheid van de gemeente Buren vallen.

Artikel 4. Aanvraagproces KDV+ en BSO+

Het aanvraagproces voor KDV+ en BSO+ verloopt als volgt:

  • a.

    Het KDV+ / de BSO+, overlegt met de peuterconsulent of er sprake is van kind problematiek met een extra ondersteuningsbehoefte.

  • b.

    Ouders schrijven hun kind in via de reguliere intakeprocedure bij het KDV+ of de BSO+.

  • c.

    KDV+/ BSO+ informeert ouders over de aanvraag om Kinderopvangtoeslag.

  • d.

    In geval van kind problematiek hebben de ouders contact met de peuterconsulent , waarna de aanvraag kan worden afgedaan door de peuterconsulent of in overleg met de toegang van het sociaal team van de gemeente Buren de aanvraag wordt toegewezen aan een jeugdconsulent die de aanvraag voor BSO+ of KDV + in behandeling neemt.

  • e.

    De toegang zorgt in het laatste geval dat de aanvraag in de werkvoorraad van een jeugdconsulent van de gemeente Buren terecht komt..

  • f.

    De peuterconsulent/ jeugdconsulent beoordeelt de vraag op basis van de beschikbare gegevens.

  • g.

    Bij een positieve beoordeling wordt een indicatie afgegeven voor KDV+ of BSO+.

  • h.

    Een negatieve beoordeling kan als reden hebben dat er geen extra (specifieke) begeleiding nodig is, dat er andere begeleiding of meer dan extra begeleiding nodig is voor het kind. De dan in te zetten zorg wordt besproken met de ouders.

  • i.

    De ouders ontvangen een beschikking over de in te zetten zorg in de vorm van KDV+ of BSO+ en of eventuele andere benodigde zorg en de peuterconsulent/ het sociaal team verzoekt de ouders toestemming te geven deze informatie te delen met de kinderopvangorganisatie. Daarbij wordt rekening gehouden met de bepalingen uit de Jeugdwet over gegevensdeling.

  • j.

    De kinderopvangorganisatie draagt zorg voor de gevraagde extra ondersteuning.

  • k.

    De kinderopvangorganisatie declareert de geïndiceerde geleverde zorg KDV+ of BSO+ maandelijks via het berichtenverkeer bij de gemeente Buren.

  • l.

    De productcode die gehanteerd wordt is 45A60 begeleiding groep BSO+, 45A05 in geval van begeleiding groep KDV+. Indicatie vindt plaats in dagdelen per week.

  • m.

    Wanneer geen recht bestaat op kinderopvangtoeslag, en de opvang wordt als noodzakelijk gezien, wordt productcode 45A04 gehanteerd en betaalt de gemeente deze kosten vanuit de Jeugdwet. De indicatie is op basis van dagdelen per week en moet gelijk zijn aan of vallen binnen de periode waarin 45A05 geïndiceerd wordt. Code 45A04 kan niet worden ingezet zonder 45A05.

  • n.

    Wanneer een indicatie voor vervoerskosten wordt afgegeven, wordt productcode 42A03 gebruikt. Deze kosten komen ten laste van de jeugdwet. Indicatie is per etmaal, dus het aantal dagen per week dat de jeugdige naar KDV+ gaat. Deze periode moet gelijk zijn aan of vallen binnen de periode 45A05.

    Code 42A03 kan niet worden ingezet zonder 45A05.

  • o.

    De kinderopvangorganisatie is alert op signalen die wijzen op bijkomende problematiek en raadplegen, indien nodig, een gedragswetenschapper, de peuterconsulent of het sociaal team van de gemeente Buren.

Hoofdstuk 3. Algemene verplichtingen en bekostiging

Artikel 5. Algemene verplichtingen opvang KDV+ en BSO+

KDV+ en BSO+ kan alleen uitgevoerd worden bij een kinderopvangorganisatie die:

  • 1.

    Voldoet aan de in de wet IKK, de Wet kinderopvang en de wet Harmonisatie kinderopvang en peuterspeelzaalwerk gestelde kwaliteitseisen.

  • 2.

    Ingeschreven staat bij het LRK.

  • 3.

    Zorgt dat er aandacht is voor ouderbetrokkenheid en dat is vastgelegd in het beleid.

  • 4.

    Werkt met de meldcode Huiselijk geweld en Kindermishandeling.

Daarnaast wordt van de BSO+/ KDV+ het volgende verwacht:

  • 5.

    De pedagogisch medewerkers op de groep hebben een opleiding op MBO-4 niveau en werken onder verantwoordelijkheid van een HBO geschoolde medewerker met een opleiding SPW of gelijkwaardig. Er wordt zorg gedragen voor intervisie en casuïstiekbespreking.

  • 6.

    De kinderopvangorganisatie draagt zorg voor deskundigheidsbevordering.

  • 7.

    Voor kinderen die worden verwezen naar de BSO+ of KDV+ wordt een ondersteuningsplan met doelen opgesteld. Deze doelen worden tenminste twee maanden voor de indicatie afloopt geëvalueerd.

  • 8.

    Er wordt samengewerkt met andere zorgverleners van het kind, zoals de eventuele behandelaar.

  • 9.

    De kinderopvangorganisatie heeft maandelijks overleg over de jeugdigen met een behandelaar/ gedragskundige.

  • 10.

    In geval van het signaleren van een ontoereikende indicatie wordt contact opgenomen met de jeugdconsulent van het Sociaal team

  • 11.

    De BKR is bij KDV+ maximaal 1 pedagogisch medewerker op 6 kinderen. Bij BSO+ geldt dat 1 pedagogisch medewerker op 4 kinderen beschikbaar is.

Artikel 6. Bekostiging BSO+ en KDV+

  • 1.

    De reguliere opvangplek met reguliere begeleiding wordt door de ouders betaald. Ouders met een betaalde baan of een traject naar werk of opleiding kunnen hiervoor een toeslag aanvragen via de Belastingdienst.

  • 2.

    De benodigde extra begeleiding voor BSO+ wordt vanuit de Jeugdwet bekostigd door de gemeente. Voor ieder kind met een indicatie wordt een aantal te indiceren dagdelen BSO+, productcode 45A60 “begeleiding groep BSO+” betaald. Het kind kan daarvoor maximaal 3 dagdelen per week deelnemen aan de BSO+. In de vakantieperiode kunnen 6 dagdelen per week worden toegekend.

  • 3.

    De extra begeleiding KDV+ wordt gefinancierd uit het Onderwijsachterstand beleid (OAB). We gaan uit van een vergoeding van maximaal 9 uur per dag.

  • 4.

    Bij de bekostiging, zoals genoemd onder lid 2 en 3, gaat de gemeente uit van maximaal 49 weken per jaar.

  • 5.

    In geval het gaat om ontlasting van de ouders en deze niet in aanmerking komen voor kinderopvangtoeslag en het wel in het belang is van het kind om onder te brengen in KDV+ of BSO+, dan wordt bekeken of de Sociaal Medische Indicatieregeling (SMI) als voorliggende voorziening kan worden toegepast. Mocht dit niet het geval zijn, dan kunnen de kosten voor begeleiding en plaatsing vergoed worden uit de Jeugdwet. Dit is afhankelijk van de door de jeugdconsulent vastgestelde noodzaak waarbij nadrukkelijk het voorliggend aanbod betrokken wordt.

 

Artikel 7 Vervoer

De ouders zijn in principe zelf verantwoordelijk voor het vervoer naar KDV+ en BSO+ en bekostigen dit vervoer zelf.

In voorkomende gevallen kan indien dit door de jeugdconsulent noodzakelijk wordt geacht, vervoer worden geïndiceerd en worden vergoed uit de Jeugdwet.

Hoofdstuk 4. Overige bepalingen

Artikel 8. Monitoring

De volgende gegevens worden bijgehouden:

  • Aantal aanvragen tot plaatsing KDV+ en BSO+

  • Aantal gehonoreerde aanvragen plaatsing KDV+ f BSO+

  • Tevredenheid ouders (na 6 maanden) door kinderopvangorganisatie

  • De kosten van de inzet van BSO+ en KDV+

  • Een inschatting van de kosten die gemaakt zouden zijn wanneer dit product niet zou zijn ingezet.

Artikel 9. Hardheidsclausule

Het college kan één of meer artikelen van deze beleidsregels buiten toepassing laten of daarvan afwijken, voor zover toepassing daarvan, leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard.

Artikel 10. Citeertitel

Deze beleidsregels worden aangehaald als: “Beleidsregels KDV+ en BSO+ gemeente Buren 2025”.

Artikel 11. Inwerkingtreding

De Beleidsregels treden met terugwerkende kracht in werking op 1 januari 2025.

Ondertekening

Aldus vastgesteld te Buren op 5 november 2024

Burgemeester en wethouders van gemeente Buren

de secretaris,

H. Verhoef

de burgemeester,

H.M. Ostendorp