Mandaatbesluit dagelijks bestuur Veiligheidsregio Fryslân

Artikel 1 Begripsbepalingen

In dit mandaatbesluit wordt verstaan onder:

• 1. besluit: een besluit zoals bedoeld in artikel 1:3 lid 1 van de Awb;

• 2. gemeenschappelijke regeling: de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Fryslân;

• 3. algemeen bestuur: het algemeen bestuur van Veiligheidsregio Fryslân;

• 4. dagelijks bestuur: het dagelijks bestuur van Veiligheidsregio Fryslân;

• 5. mandaat: zoals bedoeld in artikel 10:1 van de Awb;

• 6. beslissingsmandaat/afdoeningsmandaat: is de vorm van mandaat zoals bedoeld in artikel 10:1 van de Awb. Dat wil zeggen de bevoegdheid om in naam van een bestuursorgaan, zowel besluiten te nemen als te ondertekenen (tenzij daartoe een andere functionaris is aangewezen);

• 7. ondertekeningsmandaat: is de vorm van mandaat zoals neergelegd in artikel 10:11 van de Awb. Dat wil zeggen dat het mandaat enkel omvat het ondertekenen van een door een bestuursorgaan zelf genomen besluit;

• 8. mandaatgever: degene die het mandaat verleend heeft;

• 9. gemandateerde: degene aan wie het mandaat is verleend;

• 10. ondermandaat: een door de gemandateerde verleend mandaat;

• 11. volmacht: het namens een ander uitoefenen van privaatrechtelijke rechtshandelingen;

• 12. ondervolmacht: een door de volmachtontvanger aan een ander verleende volmacht;

• 13. machtiging: het namens een ander verrichten van feitelijke handelingen;

• 14. ondermachtiging: een door de machtigingsontvanger aan een ander verleende machtiging.

Artikel 2 Gemandateerde bevoegdheden

• 1. Het algemeen bestuur mandateert op grond van artikel 8 lid 2 van de gemeenschappelijke regeling jo. artikel 10:3 lid 1 van de Awb al haar bevoegdheden (verkregen bij of krachtens wettelijk voorschrift of bij of krachtens de gemeenschappelijke regeling) ten aanzien van de uitvoering van de taken zoals bedoeld in artikel 5 van de gemeenschappelijke regeling, aan het dagelijks bestuur.

• 2. Met het in lid 1 van dit artikel verleende mandaat, verkrijgt het dagelijks bestuur in ieder geval bevoegdheden overeenkomstig artikel 160 lid 1 sub a tot en met h van de Gemeentewet.

• 3. Ten aanzien van het in lid 1 van dit artikel verleende mandaat, zijn in ieder geval uitgezonderd de bevoegdheden ter zake van onderwerpen zoals die in artikel 156 lid 2 sub a tot en met h van de Gemeentewet uiteen gezet zijn.

• 4. Ten aanzien van het in lid 1 van dit artikel verleende mandaat zijn voorts uitgezonderd de bevoegdheden ten aanzien waarvan door het algemeen bestuur mandaat is verleend aan de bestuurscommissie gezondheid en de bestuurscommissie veiligheid. Naar de betreffende mandaatbesluiten (Mandaatbesluit bestuurscommissie gezondheid en Mandaatbesluit bestuurscommissie veiligheid) wordt op deze plaats verwezen.

Artikel 4 Grenzen aan het mandaat

De uitoefening van de in artikel 2 lid 1 van dit besluit gemandateerde bevoegdheid:

• 1. is gericht op de realisering van wettelijk vastgestelde taken en verantwoordelijkheden van Veiligheidsregio Fryslân, zoals bedoeld in artikel 5 van de gemeenschappelijke regeling;

• 2. wordt beperkt door de grenzen van het geformuleerde beleid, relevante kaders, richtlijnen, verordeningen, besluiten en regelingen die binnen Veiligheidsregio Fryslân van kracht zijn;

• 3. indien een voorgesteld besluit financiële consequenties heeft, die de vastgestelde begroting van Veiligheidsregio Fryslân daarin te voorzien. Dit behoudens calamiteiten;

• 4. vindt plaats namens en onder verantwoordelijkheid van het ter zake bevoegde bestuursorgaan van Veiligheidsregio Fryslân.

Artikel 5 Ondermandaat

• 1. De gemandateerde is bevoegd de in artikel 2 lid 1 van dit besluit gemandateerde bevoegdheden onder te mandateren in de zin van zowel artikel 10:1 als artikel 10:11 van de Awb, tenzij de mandaatgever de bevoegdheid tot ondermandaat expliciet uitsluit.

• 2. Voor zover relevant, zijn de artikelen van dit besluit ten aanzien van mandaat van overeenkomstige toepassing op ondermandaat.

• 3. Indien de mandaatgever besluit tot intrekking van een verleend mandaat, geldt dit tevens de ondermandaten die daaruit voortvloeien.

Artikel 6 Ondervolmacht- en machtiging

• 1. De gemandateerd is bevoegd ondervolmacht en ondermachtiging te verlenen ten aanzien van de in artikel 2 lid 1 van dit besluit gemandateerde bevoegdheden.

• 2. Voor zover relevant, zijn de artikelen van dit besluit ten aanzien van mandaat van overeenkomstige toepassing op ondervolmacht en ondermachtiging.

• 3. Indien de mandaatgever besluit tot intrekking van een verleend mandaat, geldt dit tevens de ondervolmachten en ondermachtigingen die daaruit voortvloeien.

Artikel 7 Ondertekening

• 1. Op grond van artikel 5 lid 1 van dit besluit, mandateert het dagelijks bestuur haar ondertekeningsbevoegdheid zoals bedoeld in artikel 10:11 van de Awb, aan de directeur gezondheid en de directeur veiligheid. Een van beide directeuren treedt op als secretaris van het algemeen bestuur en het dagelijks bestuur.

• 2. De in lid 1 van dit artikel aangehaalde secretaris, ondertekent alle uitgaande stukken op grond van de in het eerste lid van dit artikel aan hem verleende bevoegdheid daartoe, op navolgende wijze:

• Het algemeen bestuur van Veiligheidsregio Fryslân, namens hen, het dagelijks bestuur, voor deze,

• Handtekening

• Naam functionaris, secretaris

Artikel 10 Overgangsbepaling

• 1. Dit besluit treedt na vaststelling op onderstaande datum in werking op 1 januari 2025.

• 2. Op dat moment wordt het ‘Mandaatbesluit dagelijks bestuur Veiligheidsregio Fryslân’ vastgesteld op 28 november 2013 ingetrokken.