Treasurystatuut gemeente Amersfoort

1. Het College is verantwoordelijk voor de treasuryfunctie.

2. De treasurer is verantwoordelijk voor de uitvoering van alle onderdelen van de treasuryfunctie en fungeert als eerste aanspreekpunt voor de partijen van de geld- en kapitaalmarkt.

3. De uitvoering is ondergebracht bij de afdeling Financiën en Advies.

4. De treasurer wordt geadviseerd door het treasurycomité.

1. Binnen de treasuryfunctie functioneert het treasurycomité.

2. De samenstelling van het treasurycomité bestaat uit de treasurer, financieel strateeg en medewerker treasury.

3. Het treasurycomité voert overleg en adviseert over de uitvoering van het treasurybeleid. Advisering is verplicht ter voorbereiding van de begroting, jaarrekening en zomerrapportage, aantrekken vaste geldlening of zoveel vaker als de omstandigheden daartoe aanleiding geven.

4. Voor het aantrekken van geldleningen, met een looptijd van 1 jaar of langer, door de treasurer is instemming vereist van het treasurycomité met meerderheid.

5. De treasurer rapporteert over punt 4 hierover aan de afdelingsmanager Financiën en Advies en voor besluitvorming aan het College.

1. Het aantrekken van geldleningen geschiedt enkel ter uitoefening van de publieke taak.

2. Het aantrekken van geldleningen op basis van de financieringsbehoefte wordt zoveel mogelijk beperkt door primair de beschikbare interne financieringsmiddelen te gebruiken teneinde de renterisico’s en het renteresultaat te optimaliseren.

3. Het aantrekken van geldleningen geschiedt tegen zo optimaal mogelijke condities en wordt zodanig gekozen dat deze passen binnen het treasurybeleid.

4. De gemeente Amersfoort financiert investeringen middels totaalfinanciering. Hierbij wordt rekening gehouden met de bepalingen omtrent de kasgeldlimiet en de renterisiconorm.

5. Voor specifieke doeleinden niet zijnde investeringen kan afgeweken worden van lid 4 en projectfinanciering van toepassing zijn.

5a. Onder specifieke doeleinden verstaan we in ieder geval kapitaalstortingen aan deelnemingen.

5b. Ingeval van projectfinanciering wordt er een risico-opslag gehanteerd.

6. Voor het aantrekken van geldleningen voor langer dan 1 jaar worden tenminste 2 partijen benaderd voor een offerte.

7. Van elke transactie wordt vastgelegd: het bedrag, de looptijd, het rentepercentage en de geldverstrekker en indien via een tussenpersoon de lening is aangetrokken, de makelaar en zijn courtage. Het document moet worden ondertekend door de treasurer en het contract van de geldverstrekker moet worden bijgevoegd.

1. De gemeente verstrekt geen leningen, tenzij politiek – en bestuurlijke motieven zich hiertegen verzetten. Uitgangspunt is dat de publieke taak moet worden gediend.

2. Ter meerdere zekerheid van terugbetaling van rente en aflossing kunnen er zekerheden jegens de gemeente gevraagd worden. In gevallen dat de aanvrager van een lening tevens een subsidierelatie heeft met de gemeente gelden de gemeentelijke subsidies niet als zekerheid.

3. Het rechtsreeks verstrekken van geldleningen aan natuurlijke personen is niet toegestaan.

4. De aanvrager van een geldlening moet aantonen dat hij geen lening of geen lening tegen aanvaardbare voorwaarden kan afsluiten. De gemeente kan hiervoor bewijs opvragen.

5. De aanvrager zal tegemoet komen aan het verzoek van de gemeente alle informatie te verstrekken, die de gemeente nodig acht voor de verstrekking van de lening.

6. De aanvrager zal – gelet op de verstrekte informatie inzake financiële positie - in staat zijn gedurende de gehele looptijd van de lening de rente en aflossing te kunnen betalen.

7. De geldnemer is bij het verstrekken van een lening een redelijke rente aan de gemeente verschuldigd.

1. De gemeente verstrekt geen garanties, tenzij politiek – en bestuurlijke motieven zich hiertegen verzetten. Uitgangspunt is dat de publieke taak moet worden gediend.

2. Het verstrekken van garanties kan slechts geschieden nadat de Raad hierover een besluit heeft genomen.

2a. Sport-verenigingen/stichtingen kunnen onder voorwaarden in aanmerking komen voor een garantie ten behoeve van het realiseren van clubaccommodaties. Indien zij een garantstelling nodig hebben kan deze zonder instemming van de Raad verstrekt worden door het College. Hierbij geldt in ieder geval als voorwaarde dat een garantie alleen wordt verleend indien de Stichting Waarborgfonds Sport (SWS) een positief advies heeft uitgebracht en als de vereniging ook naar oordeel van de treasurer beschikt over voldoende financiële en bestuurlijke draagkracht.

2b. Samenfoort kan onder voorwaarden in aanmerking komen voor een garantie ten behoeve van onderwijshuisvesting. Indien zij een garantstelling nodig hebben kan deze zonder instemming van de Raad verstrekt worden door het College.

3. De aanvrager van een garantie moet aantonen dat hij geen lening of geen lening tegen aanvaardbare voorwaarden kan afsluiten. De gemeente kan hiervoor bewijs opvragen.

4. De aanvrager kan geen of slechts deels een beroep doen op een waarborgfonds of een andere financieringsregeling. Wanneer een waarborgfonds slechts deels kan waarborgen, mag de gemeente maximaal voor het resterende deel een garantie verstrekken.

5. De aanvrager zal tegemoet komen aan het verzoek van de gemeente alle informatie te verstrekken, die de gemeente nodig acht voor de verstrekking van de garantie.

6. De aanvrager gaat akkoord met door de gemeente te stellen (aanvullende) voorwaarden (bijvoorbeeld zekerheden).

7. De aanvrager zal – gelet op de verstrekte informatie inzake financiële positie - op moment van beoordeling in staat zijn gedurende de gehele looptijd van de lening de rente en aflossing te kunnen betalen.

1. Zowel in de begroting als in jaarstukken informeert het College de Raad op het gebied van treasury, middels de zogeheten Paragraaf Financiering, of zoveel vaker als nodig is uit hoofde van de actieve informatieplicht van het College aan de Raad.

2. Het College besluit, na advies van de treasurer, over het aantrekken dan wel uitzetten van langlopende geldleningen en beleggingen van overtollige middelen aan openbare lichamen. Het College informeert vervolgens de Raad.

1. Dit statuut treedt in werking vanaf 1 januari 2025.

2. Met ingang van de datum van inwerkingtreding van dit statuut vervalt het Treasurystatuut 2016.