Regeling vervalt per 01-01-2027

Subsidieregeling Gezond en Actief Leven Akkoord Tytsjerksteradiel

Geldend van 31-12-2024 t/m 31-12-2026

Intitulé

Subsidieregeling Gezond en Actief Leven Akkoord Tytsjerksteradiel

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Tytsjerksteradiel;

gelet op de Algemene wet bestuursrecht en de Algemene subsidieverordening Tytsjerksteradiel 2024;

besluit vast te stellen de navolgende Subsidieregeling Gezond en Actief Leven Akkoord Tytsjerksteradiel:

Paragraaf 1 Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    Asv: Algemene subsidieverordening Tytsjerksteradiel 2024;

  • b.

    Awb: Algemene wet bestuursrecht;

  • c.

    College: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Tytsjerksteradiel;

  • a.

    De-minimisverklaring: verklaring van de subsidieaanvrager die nodig is om te bepalen of subsidieverlening zal leiden tot een overschrijding van het de-minimisplafond, bedoeld in artikel 3, tweede lid, van de de-minimisverordening;

  • b.

    De-minimisverordening: verordening (EU) nr. 2023/2831 van de Commissie van 13 december 2023 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun (zie voor meer informatie De-minimisverordeningen - Europa decentraal);

  • c.

    Gezondheidsachterstand: individuele negatieve afwijking ten opzichte van de landelijk gemiddelde levensverwachting, het gemiddeld aantal gezonde jaren en de ervaren gezondheid;

  • d.

    Mantelzorg: onbetaalde zorg voor een langdurig zieke, hulpbehoevende of gehandicapte naaste;

  • e.

    Mantelzorger: persoon die mantelzorg verleent gedurende minimaal 3 maanden en/of voor minimaal 8 uur per week;

  • f.

    Penvoerder: stichting of vereniging die deelneemt aan een samenwerkingsverband en door de overige deelnemers als zodanig is aangewezen. De penvoerder fungeert onder meer als subsidieaanvrager, contactpersoon en subsidieontvanger;

  • g.

    Samenwerkingsovereenkomst: een overeenkomst tussen alle deelnemers van een samenwerkingsverband, waarin afspraken worden gemaakt over de uitvoering van de activiteiten ten behoeve waarvan subsidie wordt gevraagd. De samenwerkingsovereenkomst bevat in ieder geval de gegevens van alle deelnemers, de wijze van samenwerking en de verdeling van kosten en risico’s;

  • h.

    Samenwerkingsverband: een groep van ten minste drie stichtingen of verenigingen die actief zijn binnen de gemeente en activiteiten uitvoeren als bedoeld in deze regeling;

  • i.

    sociale basis: het geheel aan vrij toegankelijke formele en informele diensten, voorzieningen, netwerken, burgeractiviteiten en betekenisvolle relaties tussen burgers onderling en tussen burgers, professionals en de overheid die het mogelijk maken dat mensen in diverse sociale verbanden kunnen samenleven en participeren in de maatschappij;

  • j.

    Subsidieplafond: het bedrag dat gedurende een bepaald tijdvak ten hoogste beschikbaar is voor de verstrekking van subsidies op grond van deze regeling;

  • k.

    Welzijn op recept: een werkwijze op basis van samenwerkingsafspraken waarbij een huisarts of andere eerstelijnszorgverlener personen met psychosociale problematiek doorverwijst naar een welzijnscoach, die in een kortdurend traject begeleiding en ondersteuning biedt bij het vinden van een passende activiteit en maatschappelijke ondersteuning.

Artikel 2 Toepasselijkheid Asv

De Algemene subsidieverordening Achtkarspelen 2024 is van toepassing op deze subsidieregeling en de subsidies die op grond daarvan worden verstrekt.

Artikel 3 Openstellingsbesluit

  • 1. Het college kan een of meerdere keren per jaar een openstellingsbesluit vaststellen voor het verstrekken van subsidies op grond van deze regeling. De regeling kan voor alle paragrafen tegelijk, of voor een of meerdere paragrafen afzonderlijk, worden opengesteld.

  • 2. Een openstellingsbesluit bevat in ieder geval een aanvraagperiode en een subsidieplafond.

Artikel 4 Aanvraag

  • 1. Een subsidieaanvraag wordt ingediend met gebruikmaking van een daartoe door het college beschikbaar gesteld aanvraagformulier en gaat vergezeld van de in dat formulier genoemde bijlagen.

  • 2. In geval van een samenwerkingsverband wordt de subsidie aangevraagd door de penvoerder.

  • 3. Een aanvraag bevat in ieder geval de volgende gegevens en bescheiden:

    • a.

      Een activiteitenplan, met daarin:

      • i.

        Een beschrijving van de activiteiten waarvoor subsidie wordt gevraagd en de doelen die daarmee worden nagestreefd;

      • ii.

        Een toelichting op de mate waarin de activiteiten aan de betreffende toetsingscriteria voldoen;

      • iii.

        Een beschrijving van de wijze waarop de deelnemers aan het samenwerkingsverband onderling en met andere partijen samenwerken.

    • b.

      Een begroting met een overzicht van de kosten en opbrengsten van de activiteiten waarvoor subsidie wordt gevraagd;

    • c.

      Een dekkingsplan, met een opgave van bij anderen aangevraagde subsidies of vergoedingen ten behoeve van dezelfde activiteiten, onder vermelding van de stand van zaken daarvan;

    • d.

      De duur van de projectperiode en een uitvoeringsplanning;

    • e.

      Een de-minimisverklaring;

    • f.

      Voor het onderdeel Sociale Basis geldt ook: Een samenwerkingsovereenkomst die is ondertekend door alle deelnemers aan het betreffende samenwerkingsverband;

    • g.

      Voor het onderdeel Sociale Basis geldt ook: Een ondertekende machtiging van iedere deelnemer aan het samenwerkingsverband, waarin de penvoerder wordt gemachtigd om mede namens die deelnemer subsidie aan te vragen.

Artikel 5 Subsidieplafond

  • 1. Het college kan jaarlijks een of meerdere keren een subsidieplafond vaststellen, voor subsidies die op grond van deze regeling worden verstrekt.

  • 2. Per paragraaf wordt een afzonderlijk subsidieplafond vastgesteld.

  • 3. Het subsidieplafond bedraagt het als zodanig in het openstellingsbesluit genoemde bedrag.

Artikel 6 Verdeelsystematiek

  • 1. De subsidie wordt verdeeld op basis van rangschikking van de voor subsidie in aanmerking komende aanvragen.

  • 2. De aanvragen die voor subsidie in aanmerking komen worden door het college getoetst aan de hand van de criteria die zijn opgenomen in bijlage 1 van deze regeling.

  • 3. Het college kent per criterium een aantal hele punten toe en motiveert die puntentoekenning.

  • 4. Aanvragen die minder dan 1/4e van de beschikbare punten hebben gekregen op een of meer van de betreffende criteria, of die in totaal minder dan 50 punten hebben gekregen, komen niet voor subsidie in aanmerking en maken ook geen deel uit van de rangschikking.

  • 5. Het college verdeelt het beschikbare bedrag per paragraaf in de volgorde van de rangschikking, te beginnen met de aanvraag die het hoogste aantal totale punten heeft gekregen en vervolgens met de opvolgende aanvragen.

  • 6. Voor zover door verstrekking van subsidie voor aanvragen die even hoog zijn gerangschikt, het subsidieplafond wordt overschreden, wordt de onderlinge rangschikking van die aanvragen vastgesteld door middel van loting.

Artikel 7 Weigeringsgronden

Onverminderd het bepaalde in artikel 4:25, tweede lid, en artikel 4:35 Awb kan de subsidie geweigerd worden indien:

  • a.

    Subsidieverstrekking niet in overeenstemming is met het doel van de betreffende paragraaf;

  • b.

    De aanvrager niet behoort tot de doelgroep van de betreffende paragraaf;

  • c.

    Er geen sprake is van een subsidiabele activiteit;

  • d.

    De aanvraag is ontvangen buiten het in het openstellingsbesluit genoemde tijdvak;

  • e.

    De aanvraag niet het in artikel 6, vierde lid, bedoelde minimale aantal punten heeft gekregen;

  • f.

    De activiteiten feitelijk of financieel niet uitvoerbaar zijn.

  • g.

    De subsidie is aan te merken als staatssteun en niet met toepassing van artikel 8 kan worden verstrekt.

  • h.

Artikel 8 Staatssteun

  • 1. Een subsidie die is aan te merken als staatssteun wordt voor zover mogelijk verstrekt met toepassing van de de-minimisverordening.

  • 2. Het eerste lid is niet van toepassing indien de subsidie kan worden verstrekt onder de werking van de algemene groepsvrijstellingsverordening of een andere vrijstellingsverordening.

Artikel 9 Beslistermijn

  • 1. Het college beslist op een subsidieaanvraag binnen zes weken na de laatste dag van het tijdvak waarin aanvragen kunnen worden ingediend.

  • 2. De in het eerste lid bedoelde termijn kan eenmaal met ten hoogste vier weken worden verlengd.

Artikel 10 Voorschot en betaling

  • 1. Het college verleent ambtshalve een voorschot van 100% van het verleende subsidiebedrag, tenzij in de beschikking tot subsidieverlening anders is bepaald.

  • 2. De beschikking tot verlening van het voorschot wordt gecombineerd met de beschikking tot subsidieverlening waarmee zij verband houdt.

  • 3. Subsidiebedragen worden betaald overeenkomstig een in de beschikking tot subsidieverlening opgenomen betalingsritme en binnen een in die beschikking genoemde termijn.

  • 4. Betaling geschiedt uitsluitend op een Nederlandse bankrekening die op naam staat van de subsidieontvanger.

Artikel 11 Verantwoording en vaststelling

  • 1. De subsidieontvanger dient een aanvraag tot vaststelling van de subsidie in bij het college. De aanvraag moet worden ingediend uiterlijk binnen 8 weken na de datum waarop de gesubsidieerde activiteiten volgens de beschikking tot subsidieverlening moeten zijn verricht.

  • 2. De aanvraag bevat:

    • a.

      Een inhoudelijk verslag waaruit blijkt in hoeverre de gesubsidieerde activiteiten zijn verricht, in hoeverre aan de verplichtingen is voldaan en welke resultaten zijn behaald;

    • b.

      Een financieel verslag met een overzicht van de aan de gesubsidieerde activiteiten verbonden kosten en opbrengsten, inclusief toelichting.

  • 3. Het college stelt de subsidie vast binnen 8 weken na ontvangst van de vaststellingsaanvraag.

  • 4. Het college kan in de beschikking tot subsidieverlening bepalen dat een andere wijze van verantwoording en vaststelling van toepassing is.

Paragraaf 2 Terugdringen gezondheidsachterstanden

Artikel 12 Doel

Het doel van deze paragraaf is een bijdrage leveren aan het terugdringen van gezondheidsachterstanden in de gemeente.

Artikel 13 Doelgroep

Subsidie kan uitsluitend worden verstrekt aan een stichting met een zorg- of welzijnsdoelstelling

Artikel 14 Subsidiabele activiteiten

Subsidie kan worden verstrekt voor activiteiten die gericht zijn op het verbeteren van de gezondheid van inwoners met een sociaaleconomisch kwetsbare positie, waaronder begrepen activiteiten die de achterliggende oorzaak van gezondheidsachterstanden aanpakken en activiteiten ter bevordering van vaardigheden die gericht zijn op het verbeteren van de eigen gezondheid.

Artikel 15 Subsidiabele kosten

Subsidie kan worden verstrekt voor kosten die rechtstreeks aan de subsidiabele activiteit zijn toe te rekenen en voor de uitvoering daarvan redelijkerwijs nodig zijn.

Artikel 16 Niet subsidiabele kosten

  • 1. Geen subsidie wordt verstrekt voor:

    • a.

      Kosten die niet ten laste komen van de subsidieontvanger;

    • b.

      Kosten die reeds anderszins zijn of worden gedekt;

    • c.

      Verrekenbare of compensabele btw;

    • d.

      Kosten van alcoholische versnaperingen of andere ongezonde producten.

Artikel 17 Toetsingscriteria

Het college beoordeelt een subsidieaanvraag aan de hand van de criteria zoals vastgelegd in bijlage 1 bij deze regeling.

Artikel 18 Verplichtingen

De subsidieontvanger is verplicht om:

  • a.

    De gesubsidieerde activiteiten uiterlijk op 31 december van het betreffende kalenderjaar uit te voeren;

  • b.

    Onverwijld schriftelijk aan het college te melden indien de activiteiten waarvoor subsidie is verstrekt niet, niet tijdig, of niet geheel zullen worden verricht;

  • c.

    De resultaten van de gesubsidieerde activiteiten te monitoren gedurende de subsidieperiode en die resultaten schriftelijk met het college te delen bij de aanvraag tot vaststelling van de subsidie.

Paragraaf 3 Versterken sociale basis

Artikel 19 Doel

Het doel van deze paragraaf is een bijdrage leveren aan het versterken van de sociale basis in de gemeente.

Artikel 20 Doelgroep

Subsidie kan uitsluitend worden verstrekt aan een stichting met een zorg- of welzijnsdoelstelling.

Artikel 21 Subsidiabele activiteiten

  • 1. Subsidie kan worden verstrekt voor sociale initiatieven die de onderlinge verbondenheid of de zelfredzaamheid van inwoners in de gemeente versterken, op het gebied van:

    • a.

      Ontmoeten en betrokkenheid;

    • b.

      Samenredzaamheid;

    • c.

      Zelfredzaamheid en ontplooiing.

  • 2. Geen subsidie wordt verstrekt voor (buurt- en dorps)feesten, barbecues of daarmee vergelijkbare activiteiten.

Artikel 22 Subsidiabele kosten

Subsidie kan worden verstrekt voor kosten die rechtstreeks aan de subsidiabele activiteit zijn toe te rekenen en voor de uitvoering daarvan redelijkerwijs nodig zijn.

Artikel 23 Niet subsidiabele kosten

  • 2. Geen subsidie wordt verstrekt voor:

    • a.

      Kosten die niet ten laste komen van de subsidieontvanger;

    • b.

      Kosten die reeds anderszins zijn of worden gedekt;

    • c.

      Verrekenbare of compensabele btw;

    • d.

      Kosten van alcoholische versnaperingen of andere ongezonde producten.

Artikel 24 Toetsingscriteria

Het college beoordeelt een subsidieaanvraag aan de hand van de criteria zoals vastgelegd in bijlage 1 bij deze regeling.

Artikel 25 Verplichtingen

De subsidieontvanger is verplicht om:

  • a.

    De gesubsidieerde activiteiten uiterlijk op 31 december van het betreffende kalenderjaar uit te voeren;

  • b.

    Onverwijld schriftelijk aan het college te melden indien de activiteiten waarvoor subsidie is verstrekt niet, niet tijdig, of niet geheel zullen worden verricht;

  • c.

    De resultaten van de gesubsidieerde activiteiten te monitoren gedurende de subsidieperiode en die resultaten schriftelijk met het college te delen bij de aanvraag tot vaststelling van de subsidie.

Paragraaf 4 Mantelzorg

Artikel 26 Doel

Het doel van deze paragraaf is een bijdrage leveren aan het ondersteunen van mantelzorgers in de gemeente.

Artikel 27 Doelgroep

Subsidie kan uitsluitend worden verstrekt aan een stichting met een zorg- of welzijnsdoelstelling.

Artikel 28 Subsidiabele activiteiten

  • 1. Subsidie kan worden verstrekt voor activiteiten die mantelzorgers ondersteunen bij de voorbereiding, uitvoering en afwikkeling van hun mantelzorgtaken.

  • 2. Geen subsidie wordt verstrekt voor activiteiten die slechts voor een beperkte groep mantelzorgers beschikbaar zijn.

Artikel 29 Subsidiabele kosten

Subsidie kan worden verstrekt voor kosten die rechtstreeks aan de subsidiabele activiteit zijn toe te rekenen en voor de uitvoering daarvan redelijkerwijs nodig zijn.

Artikel 30 Niet subsidiabele kosten

  • 1. Geen subsidie wordt verstrekt voor:

    • a.

      Kosten die niet ten laste komen van de subsidieontvanger;

    • b.

      Kosten die reeds anderszins zijn of worden gedekt;

    • c.

      Verrekenbare of compensabele btw;

    • d.

      De betaling van mantelzorgers voor door hen verrichte zorg.

Artikel 31 Toetsingscriteria

Het college beoordeelt een subsidieaanvraag aan de hand van de criteria zoals vastgelegd in bijlage 1 bij deze regeling.

Artikel 32 Verplichtingen

De subsidieontvanger is verplicht om:

  • a.

    De gesubsidieerde activiteiten uiterlijk op 31 december van het betreffende kalenderjaar uit te voeren;

  • b.

    Onverwijld schriftelijk aan het college te melden indien de activiteiten waarvoor subsidie is verstrekt niet, niet tijdig, of niet geheel zullen worden verricht;

  • c.

    De resultaten van de gesubsidieerde activiteiten te monitoren gedurende de subsidieperiode en die resultaten schriftelijk met het college te delen bij de aanvraag tot vaststelling van de subsidie.

Paragraaf 5 Een tegen eenzaamheid

Artikel 33 Doel

Het doel van deze paragraaf is een bijdrage leveren aan het verminderen en voorkomen van eenzaamheid bij inwoners in de gemeente.

Artikel 34 Doelgroep

Subsidie kan uitsluitend worden verstrekt aan een stichting met een zorg- of welzijnsdoelstelling.

Artikel 35 Subsidiabele activiteiten

  • 1. Subsidie kan worden verstrekt voor activiteiten die gericht zijn op het structureel verminderen en voorkomen van eenzaamheid bij inwoners van de gemeente.

  • 2. Geen subsidie wordt verstrekt voor activiteiten die uitsluitend voor een beperkte groep inwoners beschikbaar zijn.

Artikel 36 Subsidiabele kosten

Subsidie kan worden verstrekt voor kosten die rechtstreeks aan de subsidiabele activiteit zijn toe te rekenen en voor de uitvoering daarvan redelijkerwijs nodig zijn.

Artikel 37 Niet subsidiabele kosten

  • 1. Geen subsidie wordt verstrekt voor:

    • a.

      Kosten die niet ten laste komen van de subsidieontvanger;

    • b.

      Kosten die reeds anderszins zijn of worden gedekt;

    • c.

      Verrekenbare of compensabele btw;

Artikel 38 Toetsingscriteria

Het college beoordeelt een subsidieaanvraag aan de hand van de criteria zoals vastgelegd in bijlage 1 bij deze regeling.

Artikel 39 Verplichtingen

De subsidieontvanger is verplicht om:

  • a.

    De gesubsidieerde activiteiten uiterlijk op 31 december van het betreffende kalenderjaar uit te voeren;

  • b.

    Onverwijld schriftelijk aan het college te melden indien de activiteiten waarvoor subsidie is verstrekt niet, niet tijdig, of niet geheel zullen worden verricht;

  • c.

    De resultaten van de gesubsidieerde activiteiten te monitoren gedurende de subsidieperiode en die resultaten schriftelijk met het college te delen bij de aanvraag tot vaststelling van de subsidie.

Paragraaf 6 Slotbepalingen

Artikel 40 Hardheidsclausule

Het college kan de bepalingen uit deze regeling buiten toepassing laten, indien naar zijn oordeel in bijzondere individuele gevallen de toepassing van een artikel uit deze regeling leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard.

Artikel 41 Inwerkingtreding en einddatum

  • 1. Deze regeling treedt in werking op de dag na de bekendmaking.

  • 2. Deze regeling vervalt van rechtswege op 1 januari 2027, met dien verstande dat de regeling van toepassing blijft op subsidies die voor deze datum zijn aangevraagd.

Artikel 42 Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling Gezond en actief leven akkoord Tytsjerksteradiel.

Ondertekening

Bijlage 1:

Beoordelingsformulier subsidieregeling Gezond en Actief Leven Akkoord (GALA) 2025 gemeente Achtkarspelen/Tytsjerksteradiel

Naam subsidieaanvrager (organisatie)

GALA onderdeel

 

Dossiernummer

 

Datum beoordeling

 

Beoordeling ingevuld door

Naam commissielid

 

Beoordelingscriteria: hierop beoordelen we uw aanvraag voor subsidie

Maximaal te behalen punten

Behaalde score

1.

Het initiatief stimuleert zelf- en samenredzaamheid van inwoners

 
 
 
  • Het initiatief zorgt ervoor dat jongeren, kwetsbare inwoners of inwoners die kwetsbaar dreigen te worden, minder (of helemaal niet) afhankelijk worden van professionele hulp of ondersteuning.

10

 
 

Geef hier een toelichting op de behaalde score:

2.

Het is duidelijk hoe dit initiatief bijdraagt aan een preventieve aanpak

 
 
 
  • De mate waarin en wijze waarop het initiatief een preventieve werking heeft.

12,5

 
 

Geef hier een toelichting op de behaalde score:

3.

Het initiatief sluit aan op de Friese Preventie Aanpak (FPA)

 
 
 
  • de wijze waarop het initiatief aansluit op de Friese Preventie Aanpak.

2,5

 
 

Geef hier een toelichting op de behaalde score:

4.

Het initiatief is gericht op het integraal terugdringen van gezondheidsachterstanden

 
 
 
  • de mate waarin en de wijze waarop het initiatief bijdraagt aan het terugdringen van gezondheidsachterstanden;

  • het bevorderen gezondheidsvaardigheden;

  • kwetsbare inwoners worden bereikt; en

  • de samenhang met andere beleidsdoelstellingen.

17,5

 
 

Geef hier een toelichting op de behaalde score:

5.

Het is te verwachten dat het initiatief kosten bespaart

 
 
 
  • de mate waarin en de wijze waarop kosten worden bespaard met het initiatief.

7,5

 
 

Geef hier een toelichting op de behaalde score:

6.

Het initiatief bereikt een bepaalde (specifieke) doelgroep en/of dorpen, waarbij duidelijk is omschreven waarom er voor deze insteek is gekozen en waarmee kansengelijkheid wordt vergroot

 
 
 
  • het is duidelijk welke doelgroep(en) en/of dorpen bereikt worden;

  • de mate waarin en de wijze waarop het initiatief bijdraagt aan het vergroten van kansengelijkheid.

10

 
 

Geef hier een toelichting op de behaalde score:

7.

Het initiatief is vernieuwend ten opzichte van bestaande initiatieven of is aanvullend op bestaande succesvolle initiatieven

 
 
 
 

7,5

 
 

Geef hier een toelichting op de behaalde score:

8.

Het initiatief is opgebouwd uit interventies die een (wetenschappelijk bewezen) effect hebben

 
 
 
 

12,5

 
 

Geef hier een toelichting op de behaalde score:

9.

Het initiatief leidt tot een duurzaam resultaat

 
 
 
  • De mate van effectiviteit van het initiatief in de periode na subsidieverlening;

10

 
 

Geef hier een toelichting op de behaalde score:

10.

Het initiatief is voorzien van een voorstel voor monitoring

 
 
 
 

10

 
 

Geef hier een toelichting op de behaalde score:

Maximaal te behalen punten voor bij een incidentele/eenmalig subsidie = 100 punten

0% van de punten = onvoldoende

25% van de punten = redelijk

50% van de punten = voldoende

75% van de punten = goed

100% van de punten = uitstekend

Totaal behaalde punten:

Toelichting

ALGEMEEN

In 2023 heeft de rijksoverheid aan de gemeente een specifieke uitkering (SPUK) verstrekt ten behoeve van de uitvoering van het Gezond en Actief Leven Akkoord (GALA). Met het GALA bouwen we aan het fundament voor een gerichte lokale en regionale aanpak op het gebied van preventie, gezondheid en sociale basis, met als doel een gezonde samenleving en een gezonde generatie in 2040. Een samenleving met weerbare, gezonde mensen die opgroeien, leven, werken en wonen in een gezonde leefomgeving, én waarin sprake is van een sterke sociale basis. Vanaf de eerste 1000 dagen in het leven tot aan vitaal ouder worden. Speciale aandacht is er voor mensen in kwetsbare situaties. Mensen die het nodig hebben moeten kunnen blijven rekenen op goede zorg en ondersteuning. Waarbij het betaalbaar houden van het zorgstelsel een belangrijk aandachtspunt is. In eerste instantie geven mensen zelf invulling aan een zo gezond mogelijk leven. Waar nodig wordt door gemeenten, rijk en zorgpartijen passende hulp geboden die aansluit op de behoefte en de mogelijkheden van de hulpvrager.

GALA bestaat uit 3 thema’s die zijn verdeeld in 15 onderdelen. Met de GALA middelen kunnen een aantal van deze onderdelen met reeds bestaand beleid een extra impuls krijgen. Andere onderdelen zijn relatief nieuw. Voor 4 onderdelen van GALA is het nodig de gelden via een subsidieregeling beschikbaar te stellen aan partijen die actief zijn in het voorliggende veld. Het betreft de volgende onderdelen:

  • Terugdringen gezondheidsachterstanden (paragraaf 2)

  • Versterken sociale basis (paragraaf 3)

  • Mantelzorg (paragraaf 4)

  • Een tegen eenzaamheid (paragraaf 5)

Terugdringen gezondheidsachterstanden (paragraaf 2)

De aanpak van gezondheidsachterstanden vergt meer dan alleen de inzet op gezondheid. Er is vaak sprake van achterliggende problematiek zoals bestaansonzekerheid, armoede, beperkte gezondheidsvaardigheden en kansenongelijkheid. Met het onderdeel terugdringen gezondheidsachterstanden zetten we in op initiatieven waarmee de meest kwetsbare inwoners worden bereikt. Belangrijk is dat de initiatieven zijn gericht op de zelfredzaamheid en het bevorderen van de gezondheidsvaardigheden van inwoners, zodat inwoners ook na afloop van de initiatieven in staat zijn zelfstandig gezondheidsachterstanden terug te dringen.

Versterken sociale basis (paragraaf 3)

Deze paragraaf is een vervolg op de eerdere Subsidieregeling Sociale Basis en is bedoeld voor sociale initiatieven op het gebied van ontmoeten en betrokkenheid, samenredzaamheid, en zelfredzaamheid & ontplooiing, die de onderlinge verbondenheid van inwoners en het ‘Mienskip gedachtegoed’ in de gemeente versterken. Het kan daarbij onder meer gaan om het uitbouwen van reeds bestaande en eerder gesubsidieerde initiatieven die succesvol zijn.

Met ontmoeten en betrokkenheid wordt gedoeld op initiatieven door en voor inwoners. Initiatieven die openstaan voor alle inwoners en waarbij inwoners zich inzetten met en voor elkaar, hun buurt of dorp.

Met samenredzaamheid wordt gedoeld op de mogelijkheid voor inwoners om zich te redden met behulp van anderen. Daarbij gaat het bijvoorbeeld om initiatieven gericht op het bevorderen van het vermogen van inwoners om zich zoveel mogelijk te redden met behulp van anderen, of om initiatieven die bijdragen aan een sterke gemeenschap van mensen die omkijken naar elkaar, zodat inwoners ook daadwerkelijk kunnen terugvallen op anderen.

Met zelfredzaamheid en ontplooiing wordt onder meer gedoeld op initiatieven die gericht zijn op het vergroten van de zelfredzaamheid en veerkracht van inwoners, of initiatieven waardoor inwoners de kans krijgen op een gezonde en positieve wijze (hun talenten) te ontwikkelen.

Mantelzorg (paragraaf 4)

In de huidige regeling Sociale Basis is er aandacht voor mantelzorg. Met het GALA onderdeel mantelzorg wil de gemeente de reeds bestaande ondersteuning voor mantelzorgers een extra impuls geven door de informatievoorziening toegankelijk(er) te maken en de taken van mantelzorgers zoveel mogelijk te verlichten. Dat kan bijvoorbeeld door hulp bij regelzaken, de inzet van een mantelzorgmakelaar en het inzetten van respijtzorg. Het is belangrijk dat mantelzorgers zich door die initiatieven ook gesteund voelen.

Een tegen eenzaamheid (paragraaf 5)

Deze paragraaf heeft betrekking op de aanpak van eenzaamheid, meer specifiek gaat het om initiatieven die zijn gericht op het verminderen en voorkomen van eenzaamheid bij inwoners in de gemeente. Een uitdagende opgave is het bereiken van de doelgroep. Belangrijk is daarom dat de initiatieven een gedegen plan hebben ten aanzien van de manier waarop zij eenzame inwoners willen gaan bereiken. Omdat eenzaamheid voorkomt onder alle leeftijdsgroepen, is van belang dat de initiatieven rekening houden met het bereiken van de verschillende groepen, alsook met de verschillen in aanpak tussen die groepen.