Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR732398
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR732398/1
Verordening onderzoeken doelmatigheid en doeltreffendheid bestuur (art. 213a Gemeentewet) Gemeente Oostzaan 2024
Geldend van 25-12-2024 t/m heden
Intitulé
Verordening onderzoeken doelmatigheid en doeltreffendheid bestuur (art. 213a Gemeentewet) Gemeente Oostzaan 2024Artikel 1. Definities
In deze verordening wordt verstaan onder:
- -
doelmatigheid: de mate waarin een maximale hoeveelheid producten en prestaties is gerealiseerd met een minimale hoeveelheid middelen of een hogere kwaliteit wordt bereikt met een gelijkblijvende hoeveelheid aan middelen;
- -
doeltreffendheid: de mate waarin de geleverde producten en prestaties bijdragen aan het realiseren van gestelde gemeentelijke beleidsdoelen.
Artikel 2. Onderzoeksfrequentie
-
1. Het college verricht jaarlijks onderzoeken naar de doelmatigheid van onderdelen van de organisatie-eenheden van de gemeente en de uitvoering van taken door de gemeente.
-
2. Het college verricht jaarlijks onderzoeken naar de doeltreffendheid van delen van programma's en paragrafen van de begroting en jaarstukken.
Artikel 3. Onderzoeksplan
Het college neemt, indien noodzakelijk, een onderzoeksplan op in de paragraaf bedrijfsvoering van de begroting, voor de in het daaropvolgende jaar te verrichten onderzoeken naar de doelmatigheid en doeltreffendheid.
Artikel 4. Voortgang onderzoeken
Het college rapporteert in de tussentijdse rapportages en de paragraaf bedrijfsvoering van de jaarstukken over de voortgang van de onderzoeken naar de doelmatigheid en doeltreffendheid en de uitputting van bijbehorende budgetten.
Artikel 5. Verslag en plan van verbetering
-
1. De onderzoeksresultaten worden vastgelegd in een verslag. Het verslag bevat tenminste een analyse van de onderzoeksresultaten en indien nodig aanbevelingen voor verbetering.
-
2. Op basis van het verslag stelt het college indien nodig een plan van verbetering op.
-
3. Het verslag en het plan van verbetering worden ter kennisgeving aan de raad aangeboden.
-
4. Het college neemt op basis van het plan van verbetering organisatorische maatregelen.
Artikel 6. Intrekking oude regeling
De Verordening onderzoek doelmatigheid en doeltreffendheid 2014 wordt ingetrokken.
Artikel 7. Inwerkingtreding en citeertitel
-
1. Deze verordening treedt in werking op 12 december 2024.
-
2. Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening onderzoeken doelmatigheid en doeltreffendheid bestuur (artikel 213a Gemeentewet) Gemeente Oostzaan 2024.
Ondertekening
Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 12 december 2024.
De voorzitter,
De griffier,
Toelichting
Artikelsgewijs
Enkel die bepalingen die verdere toelichting behoeven, worden hieronder nader toegelicht.
Artikel 2. Onderzoeksfrequentie
In artikel 2 wordt het college opgedragen onderzoek te doen naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van het door het college gevoerde bestuur. De raad stelt vast met welke frequentie deze onderzoeken van het college minimaal moeten plaatsvinden. Hierbij wordt een scheiding aangebracht tussen onderzoeken naar de doelmatigheid en onderzoeken naar de doeltreffendheid.
Eerste lid
De onderzoeken naar de doelmatigheid betreffen onderzoeken naar de uitvoering van het gemeentelijk beleid en beheer van gemeentelijke middelen. Omdat de uitvoering wordt gedaan door de gemeentelijke organisatie, richten deze onderzoeken zich enerzijds op de organisatie-eenheden van de gemeente en anderzijds op de gemeentelijke taken en doelmatigheid in de procesgang. Het voordeel hiervan is dat ook de doelmatigheid van de uitvoering van gemeentelijk beleid en het beheer van middelen door derden wordt onderzocht.
Tweede lid
De onderzoeken naar de doeltreffendheid vinden plaats op basis van het in de programma's of paragrafen van de begroting geformuleerde beleid. Dit beleid kan programma’s of paragrafen van de begroting en jaarstukken of delen daarvan omvatten.
Artikel 3. Onderzoeksplan
Eerste lid
Het college stelt een onderzoeksplan op voor het komende jaar.
Het onderzoeksplan moet een volledig beeld geven van de voorgenomen onderzoeken, zij het uiteraard nog globaal. De onderzoeken in het onderzoeksplan worden per onderzoek uitgewerkt.
Vanzelfsprekend zal de raad willen weten wat de plannen zijn, en ook gelegenheid willen hebben om deze te bespreken en als hij dat nodig acht invloed uit te oefenen.
Het onderzoeksplan wordt als onderdeel van de paragraaf bedrijfsvoering van de begroting aangeboden aan de raad. Het wordt ook door de raad vastgesteld.
Tweede lid
In het tweede lid is aangegeven wat in ieder geval moet worden opgenomen in het onderzoeksplan.
Tweede lid, onder a
Het onderzoeksobject wordt dusdanig omschreven dat duidelijk aangegeven is wat de afbakening van het onderzoek is. Daarbij worden bij de doelmatigheidsonderzoeken duidelijk de scheidslijnen aangegeven ten aanzien van de te onderzoeken procedures en instrumenten. Bij de doeltreffendheidsonderzoeken worden duidelijk de scheidslijnen met andere beleidsvelden aangegeven.
Tweede lid, onder b
De reikwijdte van ieder onderzoek strekt zich in beginsel uit over alle organen (raad en het college), organisatie-eenheden en instellingen waarvoor de gemeente bestuurlijk verantwoordelijk is of waarvan de activiteiten geheel of in belangrijke mate door de gemeente worden bekostigd. De reikwijdte kan in het onderzoeksplan worden ingeperkt door het aangeven van het te onderzoeken tijdvak en de te onderzoeken organen, organisatie-eenheden en instellingen. De reikwijdte van onderzoeken moet van tevoren duidelijk worden aangegeven.
Tweede lid, onder c
Hier wordt aangegeven welke onderzoeksmethode per onderzoek wordt gebruikt. Te denken valt aan het meten van de effecten van begrotingsprogramma's, aan de hand van tevoren bepaalde indicatoren. Dat kunnen meetbare en telbare prestaties zijn. Ook kan worden gedacht aan meningspeilingen in enigerlei vorm en andere 'zachtere' meetmethoden. Naast de vraag of de doelstellingen zijn gehaald kan worden onderzocht of dat gebeurd is met een zo efficiënt mogelijk gebruik van middelen. Dit kan bijvoorbeeld door gebruik te maken van benchmarking.
Tweede lid, onder d
Er wordt een inschatting van de duur van het onderzoek gegeven, eventueel onderverdeeld in fasen.
Tweede lid, onder e
Onderzoeken kunnen in opdracht van het college worden uitgevoerd door het ambtelijke apparaat (al of niet met inbreng van deskundigheid van derden) of door derden. Indien de ambtelijke organisatie de onderzoeken uitvoert, zullen in het onderzoeksplan waarborgen dienen te worden ingebouwd, waarmee de onafhankelijkheid van de analyse en/of adviezen ter verbeteringen worden gegarandeerd. Dat betekent dat het onderzoek zelf mag worden uitgevoerd door functionarissen die in hun dagelijks werk betrokken zijn bij het onderzoeksobject. De evaluatie en de aanbevelingen voor verbetering daarentegen moeten zoveel als mogelijk onafhankelijk tot stand komen en uitgevoerd worden door functionarissen die niet in hun dagelijks werk betrokken zijn bij het onderzoeksobject.
Tweede lid, onder f
Tot slot wordt jaarlijks vooraf het budget in de begroting bepaald voor het in het daaropvolgende jaar te verrichten onderzoek.
Artikel 4. Voortgang onderzoeken
De paragraaf bedrijfsvoering van de jaarstukken dient inzicht te geven in de stand van zaken omtrent de bedrijfsvoering. Daarbij dient een relatie te worden gelegd met de inhoud van de programma's. Het ligt voor de hand om in deze paragraaf eveneens te rapporteren over de stand van zaken bij de onderzoeken naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van het gevoerde bestuur en de uitputting van bijbehorende budgetten.
Artikel 5. Verslag en plan van verbetering
Eerste lid
Met de onderzoeken beoogt de gemeente de transparantie van gemeentelijk handelen te vergroten en de publieke verantwoording daarover te versterken. De bevindingen van de onderzoeken worden dan ook neergelegd in verslagen voor de raad, zoals voorgeschreven in artikel 213a, eerste lid, van de Gemeentewet. De verslagen dienen volgens artikel 197, tweede lid, van de Gemeentewet te worden gevoegd bij de jaarrekening en het jaarverslag. Dat betreft uiteraard de verslagen die tijdens het betreffende verslagjaar zijn afgerond. Dat sluit echter geenszins uit dat de raad, als hij dat wenst, de verslagen ontvangt zodra ze zijn vastgesteld.
Systematische aandacht voor doelmatigheid en doeltreffendheid impliceert ook het doel om te leren, om te denken over en te streven naar verbetering, daarom is in deze verordening opgenomen dat evaluatie en aanbevelingen voor verbetering onderdeel zijn van het verslag.
Tweede lid
Bedrijfsvoering is een zaak van het college. Het college bepaalt dan ook of op basis van de onderzoeksresultaten het nodig is een plan van verbetering op te stellen.
Het plan wordt – indien van toepassing – opgesteld door het college.
Derde lid
Het plan van verbetering wordt uiteraard ook ter kennisgeving aan de raad gestuurd.
Vierde lid
Tot slot volgt dat een plan van verbetering moet leiden tot actie. Het is het college dat de organisatorische maatregelen neemt tot verbetering.
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl