Verordening op de heffing en invordering van leges 2025

Geldend van 25-12-2024 t/m heden

Intitulé

Verordening op de heffing en invordering van leges 2025

De raad van de gemeente Voerendaal;

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 12 november 2024;

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, en artikel 156, eerste lid en tweede lid, aanhef en onderdeel h van de Gemeentewet, de artikelen 2, tweede lid, en 7 van de Paspoortwet en artikel 13.1a van de Omgevingswet;

besluit:

vast te stellen de

‘VERORDENING OP DE HEFFING EN INVORDERING VAN LEGES 2025

(Legesverordening 2025)

Artikel 1 Definities

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    'dag': de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • b.

    'jaar': het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n–1)e dag in het volgende kalenderjaar;

  • c.

    'kalenderjaar': de periode van 1 januari tot en met 31 december;

  • d.

    'maand': het tijdvak dat loopt van ne dag in een kalendermaand tot en met de (n–1)e dag in de volgende kalendermaand, met dien verstande dat als de ne dag in een kalendermaand 30 of 31 januari is, de (n–1)e dag in de volgende kalendermaand altijd de laatste dag van de maand februari is;

  • e.

    'week': een aaneengesloten periode van zeven dagen.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam 'leges' worden rechten geheven voor:

  • a.

    het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een dienst of het nemen van een besluit;

  • b.

    het verlenen van een dienst op aanvraag; of

  • c.

    het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een document;

een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager of degene voor wie de aanvraag is gedaan.

Artikel 4 Vrijstellingen

  • 1. Leges worden niet geheven voor:

    • a.

      diensten die ingevolge wettelijk voorschrift zijn vrijgesteld van rechtenheffing of kosteloos moeten worden verleend;

    • b.

      beschikkingen of afschriften die betrekking hebben op een subsidie uit de gemeentekas, waaronder begrepen beslissingen op een aanvraag, die worden uitgereikt aan belanghebbenden;

    • c.

      het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 5.1 of artikel 22.8 van de Omgevingswet in samenhang met artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, voor zover deze uitsluitend betrekking heeft op het plaatsen van zonnepanelen, niet zijnde zonnepanelen in zonneweides/energietuinen;

    • d.

      opgaven en stukken, verstrekt aan de pers voor bekendmakingen in de nieuwsbladen;

    • e.

      de uitreiking aan belanghebbenden van beschikkingen of afschriften daarvan, houdende aanstelling, benoeming, bevordering, ontslag, toekenning van bezoldiging, vergoeding of toelage, dan wel verhoging daarvan betreffende enige gemeentelijke functie of dienstverrichting jegens de gemeente;

    • f.

      beschikkingen op verzoek- en bezwaarschriften ter zake van plaatselijke belastingen of retributies;

    • g.

      diensten waarvan de kosten krachtens de afdelingen 13.6 of 13.7 van de Omgevingswet zijn of worden verhaald.

  • 2. Geen leges worden geheven van openbare besturen, ambtenaren en instellingen voor nasporingen, inlichtingen of andere diensten en stukken, door hen in het openbaar belang gevraagd.

Artikel 5 Maatstaven van heffing en tarieven

  • 1. De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6 Wijze van heffing

De leges worden geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur, of een kennisgeving langs elektronische weg. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving of langs elektronische weg aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7 Termijnen van betaling

  • 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving bedoeld in artikel 6:

    • a.

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 14 dagen na de dagtekening van de kennisgeving;

    • c.

      langs elektronische weg in het aanvraagproces wordt gedaan onverwijld, dan wel als die mogelijkheid wordt geboden binnen 14 dagen na het indienen van de aanvraag langs elektronische weg;

    • d.

      langs elektronische weg na indiening van de aanvraag wordt gedaan, binnen 14 dagen na dagtekening van de kennisgeving.

  • 2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 8 Vermindering of teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst, besluit of handeling wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst, dat besluit of die handeling in die tarieventabel opgenomen bepaling.

Artikel 9 Overdracht van bevoegdheden

  • 1. Het college van burgemeester en wethouders is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, als de wijzigingen:

    • van zuiver redactionele aard zijn;

    • een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende paragrafen of artikelen van hoofdstuk 1 van de tarieventabel betreft:

    • artikel 1.17 (schriftelijke verstrekking uit de Basisregistratie Personen);

    • paragraaf 1.2 (reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaarten);

    • paragraaf 1.3 (rijbewijzen);

    • artikel 1.31 (Wet op de kansspelen);

    • artikel 1.25, onderdeel a (verklaring omtrent het gedrag);

    • een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

  • 2. Het college van burgemeester en wethouders is bevoegd tot het wijzigen van de in artikel 2.1, vierde lid van de tarieventabel genoemde Bijlage I bij de tarieventabel.

Artikel 10 Overgangsrecht

  • 1. De ‘Legesverordening 2024’ van 9 november 2023 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 11, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2. Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 11, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.

Artikel 11 Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2025.

Artikel 12 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als ‘Legesverordening 2025”.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 19 december 2024.

DE RAAD VAN DE GEMEENTE VOERENDAAL,

Namens deze,

De griffier,

F. Meijerink

Bijlage Tarieventabel behorende bij de Legesverordening 2025

Indeling tarieventabel:

Hoofdstuk 1 Algemene dienstverlening

Paragraaf 1.1 Burgerlijke stand

Paragraaf 1.2 Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart

Paragraaf 1.3 Rijbewijzen

Paragraaf 1.4 Verstrekkingen in het kader van de Basisregistratie Personen

Paragraaf 1.5 Bestuursstukken

Paragraaf 1.6 Vastgoedinformatie

Paragraaf 1.7 Overige publiekszaken

Paragraaf 1.8 Gemeentearchief

Paragraaf 1.9 Bijzondere wetten

Paragraaf 1.10 Diversen

Hoofdstuk 2 Dienstverlening en besluiten in het kader van de Omgevingswet

Paragraaf 2.1 Algemene bepalingen

Paragraaf 2.2 Voorfase

Paragraaf 2.3 Activiteiten bouwwerken

Paragraaf 2.4 Activiteiten cultureel erfgoed

Paragraaf 2.5 Milieubelastende activiteiten

Paragraaf 2.6 Lozingsactiviteiten

Paragraaf 2.7 Aanlegactiviteiten

Paragraaf 2.8 Overige activiteiten

Paragraaf 2.9 Maatwerkvoorschriften

Paragraaf 2.10 Gelijkwaardigheid

Paragraaf 2.11 Overige tarieven

Paragraaf 2.12 Modaliteiten

Paragraaf 2.13 Vermindering

Paragraaf 2.14 Teruggaaf

Hoofdstuk 3 Dienstverlening vallend onder de Dienstenrichtlijn en niet vallend onder hoofdstuk 2

Paragraaf 3.1 Horeca

Paragraaf 3.2 Seksbedrijven

Paragraaf 3.3 Winkeltijdenwet

Paragraaf 3.4 Organiseren evenement of markt

Paragraaf 3.5 Standplaatsen

Paragraaf 3.6 Huisvestingswet 2014 en Wet goed verhuurderschap

Paragraaf 3.6A Wet kinderopvang

Paragraaf 3.6B Overige bedrijfsmatige activiteiten

HOOFDSTUK 1 ALGEMENE DIENSTVERLENING

Paragraaf 1.1 Burgerlijke stand

Artikel 1.1 Huwelijksvoltrekking of registratie partnerschap

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap als daarbij gebruik gemaakt wordt van de trouwzaal of een andere door de gemeente hiertoe aangewezen ruimte op:

 

a.

dinsdag en donderdag om 09.00 uur als lokethandeling en zonder enig decorum:

€ 0,00

b.

maandag tot en met vrijdag van 09.30 uur tot 18.30 uur:

€ 236,00 

c.

zaterdag van 09.30 uur tot 18.30 uur:

 € 446,00

Artikel 1.2 Omzetten geregistreerd partnerschap in huwelijk

Het tarief bedraagt voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk als daarbij gebruik gemaakt wordt van de trouwzaal of een andere door de gemeente hiertoe aangewezen ruimte:

 

a.

als lokethandeling en zonder enig decorum tijdens de openingsuren van het gemeentehuis:

€ 39,00

b.

op maandag tot en met vrijdag van 09.30 uur tot 18.30 uur:

€ 236,00 

c.

op zaterdag van 09.30 uur tot 18.30 uur:

€ 446,00

Artikel 1.3 Huwelijksvoltrekking of registratie partnerschap in bijzonder huis

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap in een bijzonder huis op grond van artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek, het tarief genoemd in artikel 1.1 verhoogd met:

€ 157,00

Artikel 1.4 Omzetten geregistreerd partnerschap in huwelijk in bijzonder huis

Het tarief bedraagt voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk in een bijzonder huis op grond van artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek, het tarief genoemd in artikel 1.2 verhoogd met::

€ 157,00

Artikel 1.4a Beoordeling en afhandeling huwelijk/partnerschap op locatie

Het tarief bedraagt voor de beoordeling en administratieve afhandeling van een verzoek voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap op locatie:

€ 105,00

Artikel 1.4b Huwelijksvoltrekking of registratie partnerschap op locatie

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap op een vooraf goedgekeurde locatie binnen de gemeentegrenzen:

a.

op maandag tot en met vrijdag (met uitzondering van een nationaal erkende feestdag) van 10.00 uur tot 21.00 uur:

€ 236,00

b.

op zaterdag (met uitzondering van een nationaal erkende feestdag) van 10.00 uur tot 21,.00 uur:

€ 446,00

Artikel 1.5 Aanwijzing buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand voor één dag

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om bij besluit een buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand aan te wijzen voor één dag, mits beëdiging bij de rechtbank al heeft plaatsgevonden:

€ 25,00

Artikel 1.6 Beschikbaar stellen getuige door gemeente

Het tarief bedraagt voor het door de gemeente beschikbaar stellen van een getuige voor de huwelijksvoltrekking of de registratie van een partnerschap, per getuige:

€ 40,00

Artikel 1.7

Gereserveerd

Artikel 1.8 Trouwboekje of partnerschapsboekje

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van:

 

a.

een trouwboekje of partnerschapsboekje in een normale uitvoering:

€ 42,00

Artikel 1.8a Diversen

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van:

a.

elk afschrift van een akte van de burgerlijke stand als bedoeld in artikel 23b, tweede lid van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek

€ 17,10

b.

elk uittreksel als bedoeld in artikel 23b, eerste lid van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek

€ 17,10

c.

elke verklaring van huwelijksbevoegdheid als bedoeld in artikel 49a van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek

€ 29,80

d.

attestatie de vita (internationaal)

€ 17,10

e.

elk meertalig uittreksel uit een akte van de burgerlijke stand

€ 17.10

f.

een, betreffende een in de onderdelen a, b, d of e genoemd stuk, meertalig formulier als bedoeld in artikel 7, eerste lid van verordening (EU) nr. 2016/1191 van het Europees Parlement en de Raad van 6 juli 2016 betreffende de bevordering van het vrije verkeer van burgers door vereenvoudigde overlegging van bepaalde openbare documenten in de Europese Unie en tot wijziging van Verordening nr. 1024/2012 (PbEU 2016, L 200)

€ 17,10

g.

een, betreffende een in onderdeel c genoemd stuk, meertalig formulier als bedoeld in artikel 7, eerste lid van verordening (EU) nr. 2016/1191 van het Europees Parlement en de Raad van 6 juli 2016 betreffende de bevordering van het vrije verkeer van burgers door vereenvoudigde overlegging van bepaalde openbare documenten in de Europese Unie en tot wijziging van Verordening nr. 1024/2012 (PbEU 2016, L 200)

€ 23,00

Paragraaf 1.2 Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart

Artikel 1.9 Paspoorten of andere reisdocumenten

Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van de in dit artikel genoemde documenten het ten hoogste te heffen tarief (afgerond naar beneden op vijf cent), zoals dat is opgenomen in artikel 6 van het Besluit paspoortgelden:

 

a.

een nationaal paspoort:

 

1.

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is:

€ 86,85

2.

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt:

€ 65,70

b.

een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in onderdeel a (zakenpaspoort):

 

1.

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is:

€ 86,85

2.

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt:

€ 65,70

c.

een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort):

 

1.

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is:

€ 86,85

2.

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt:

€ 65,70

d.

een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen:

€ 65,70

Artikel 1.10 Nederlandse identiteitskaart

Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van de in dit artikel genoemde documenten het ten hoogste te heffen tarief (afgerond naar beneden op vijf cent), zoals dat is opgenomen in artikel 6 van het Besluit paspoortgelden:

a.

een Nederlandse identiteitskaart:

 

1.

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is:

€ 78,50

2.

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt:

€ 42,35

b.

een vervangende Nederlandse identiteitskaart voor een persoon met een uitreisverbod, ongeacht de leeftijd van de betrokken persoon:

€ 38,25

Artikel 1.11 Modaliteiten

Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag:

a.

voor de versnelde uitreiking van een in de artikelen 1.9 en 1.10, onder a, genoemd document, zijnde een toeslag op de in die artikelen genoemde bedragen:

€ 59,10

Paragraaf 1.3 Rijbewijzen

Artikel 1.12 Rijbewijzen

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

a.

tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs, het tarief, zoals dat is opgenomen in artikel 104b van het Reglement rijbewijzen, verhoogd met de rijkskostencomponent, zijnde het bedrag dat de gemeente moet afdragen aan de RDW als vergoeding van de produktiekosten van het rijbewijs (afgerond naar beneden op vijf cent:

€ 52,10

b.

tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs via de RDW, het tarief, zoals dat is opgenomen in de Regeling tarieven Dienst Wegverkeer (afgerond naar beneden op vijf cent)

€ 52,10

Artikel 1.13 Modaliteiten

1.

Het tarief genoemd in artikel 1.12 wordt:

a.

bij een spoedlevering verhoogd met:

€ 39,65

Paragraaf 1.4 Verstrekkingen in het kader van de Basisregistratie Personen

Artikel 1.14 Definities

1.

Voor de toepassing van artikel 1.15 wordt onder één verstrekking verstaan verstrekking van een of meer gegevens over één persoon waarvoor de Basisregistratie Personen moet worden geraadpleegd.

 

2.

Voor de toepassing van artikel 1.16 wordt onder één verstrekking verstaan verstrekking van een of meer gegevens over één persoon die niet zijn opgenomen in de Basisregistratie Personen.

Artikel 1.15 Verstrekking van gegevens uit de Basisregistratie Personen

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

a.

tot het verstrekken van een bewijs van in leven zijn (leges)

€ 10,50

b.

tot het verstrekken van een bewijs van in leven zijn (gratis pensioen)

d.

tot het verstrekken van overige gegevens, per verstrekking:

€ 10,50

Artikel 1.16 Verstrekking van aangehaakte gegevens

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

a.

tot het verstrekken van gegevens: per verstrekking voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 25,00

Artikel 1.17 Schriftelijke verstrekking

In afwijking van de artikelen 1.15 en 1.16 bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het schriftelijk verstrekken van gegevens bedoeld in artikel 17, tweede lid, van het Besluit basisregistratie personen:

€ 7,50

Artikel 1.18 Op aanvraag doornemen Basisregistratie Personen

1.

Het tarief bedraagt voor het op aanvraag doornemen van de Basisregistratie Personen, voor ieder daaraan te besteden kwartier:

€ 25,00

2.

Het op grond van het eerste lid verschuldigde bedrag wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeeld. De aanvraag wordt dan in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop het verschuldigde bedrag aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

Paragraaf 1.5 Bestuursstukken

Artikel 1.19 Afschriften van bestuursstukken

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

 

a.

een afschrift van de gemeentebegroting:

€ 50,00

b.

een afschrift van de gemeenterekening:

€ 47,00

Artikel 1.20

Gereserveerd

Paragraaf 1.6 Vastgoedinformatie

Artikel 1.21

Gereserveerd

 

Artikel 1.22

Gereserveerd

 

Artikel 1.23

Gereserveerd

 

Paragraaf 1.7 Overige publiekszaken

Artikel 1.24 Gemeentegarantie

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

a.

tot het instemmen met het wijzigen of omzetten van een door de gemeente gegarandeerde hypothecaire geldlening:

€ 31,00

Artikel 1.25 Overige publiekszaken

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

a.

tot het verstrekken van een verklaring omtrent het gedrag:

€ 41,35

b.

tot het legaliseren van een handtekening:

€ 10,50

c.

tot het ter legalisatie zenden van stukken naar een andere gemeente in Nederland, in het persoonlijk belang van de aanvrager:

€ 10,50

d.

tot het afgeven van een verklaring dat de foto op een stuk, de foto is van degene, te wiens name het stuk is gesteld of van degene die in dat stuk wordt bedoeld:

€ 10,50

Paragraaf 1.8 Gemeentearchief

Artikel 1.26

Gereserveerd

Artikel 1.27

Gereserveerd

Artikel 1.28

Gereserveerd

Paragraaf 1.9 Bijzondere wetten

Artikel 1.29 Huisvestingswet 2014

Gereserveerd

 

Artikel 1.30 Leegstandwet

1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

a.

een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandwet:

€ 144,00

b.

verlenging van een vergunning tot tijdelijke verhuur van woonruimte als bedoeld in artikel 15, negende lid, van de Leegstandwet:

€ 48,00

Artikel 1.31 Wet op de kansspelen

1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen:

 

A.

voor een bepaalde tijd van minimaal twaalf maanden en maximaal vier jaar, per twaalf maanden of naar evenredigheid van het verschil in looptijd van de vergunning:

a.

voor één kansspelautomaat:

€ 56,50

b.

voor twee of meer kansspelautomaten:

een basisbedrag van:

€ 34,00

per kansspelautomaat verhoogd met:

€ 22,50

B.

voor onbepaalde tijd:

a.

voor één kansspelautomaat:

€ 95,00

b.

voor twee of meer kansspelautomaten:

een basisbedrag van:

€ 64,00

per kansspelautomaat verhoogd met:

€ 56,00

2.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning met een totaal prijzengeld van minder dan € 4.500):

€ 26,00

3.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning tot het exploiteren of doen exploiteren van een speelgelegenheid als bedoeld in artikel 2.27 van de Algemene plaatselijke verordening:

€ 378,00

Artikel 1.32 Telecommunicatiewet

1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding in verband met het verkrijgen van instemming omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 5.4, eerste lid, van de Telecommunicatiewet:

a.

bij een sleuflengte van:

0 – 100 meter:

€ 315,00

101 – 1.000 meter:

€ 368,00

1.001 m en langer:

€ 420,00

b.

als het betreft werkzaamheden in tegel-, klinker- en sierbestratingen, alsmede gesloten verhardingen, voor zover de werkzaamheden plaatsvinden in of op openbare gemeentegrond, per strekkende meter sleuf verhoogd met:

€ 1,60

en per lasgat verhoogd met:

€ 1,85

c.

als het betreft werkzaamheden in bermen, groenstroken en dergelijke, voor zover de werkzaamheden plaatsvinden in of op openbare gemeentegrond, per strekkende meter sleuf verhoogd met:

€ 1,50

en per lasgat verhoogd met:

€ 1,85

d.

als met betrekking tot een melding overleg moet plaatsvinden tussen gemeente, andere beheerders van openbare grond en de aanbieder van het netwerk, verhoogd met:

€ 47,00

e.

als met betrekking tot een melding onderzoek naar de status van de kabel plaatsvindt, verhoogd met het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de melding aan de melder meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

 

2.

Als een begroting als bedoeld in het eerste lid, onderdeel e, is uitgebracht, wordt een melding in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de melder ter kennis is gebracht, tenzij de melding voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

3.

De tarieven bedoeld in het eerste lid, onderdelen a, b en c worden verminderd met de van de melder verkregen of te verkrijgen privaatrechtelijke vergoeding voor beheerskosten in verband met de werkzaamheden, met dien verstande dat de uitkomst van de vermindering niet minder dan nihil kan bedragen

 

Artikel 1.33 Wegenverkeerswetgeving

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

 

a.

een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990, voor zover noodzakelijk voor en direct samenhangend met de uitvoering van bijzondere transporten:

€ 36,00

b.

een ontheffing als bedoeld in artikel 9.1 van de Regeling voertuigen:

€ 36,00

c.

verstrekking of verlenging van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW):

- indien geen medisch advies is vereist:

€ 26,00

- indien een medisch advies op basis van een dossierstudie toereikend is, exclusief werkelijke kosten dossierstudie:

€ 26,00

- indien een medisch advies op basis van een geneeskundig onderzoek is vereist, exclusief werkelijke kosten geneeskundig onderzoek:

€ 26,00

d.

het nemen van een tijdelijke verkeersmaatregel:

€ 26,00

e.

afgifte van een verklaring van geen bezwaar:

- ten behoeve van een provinciale ontheffing als bedoeld in artikel 148, eerste lid van de Wegenverkeerswet (wedstrijd met voertuigen op de weg):

€ 53,00

- voor gebruik van de openbare weg ten behoeve van een wedstrijd op of aan de weg anders dan met voertuigen:

€ 53,00

- voor gebruik van de openbare weg, niet zijnde een wedstrijd op of aan de weg en niet zijnde een wielertoertocht:

€ 26,00

f.

een ontheffing als bedoeld in artikel 148, eerste lid van de Wegenverkeerswet (wedstrijd met voertuigen op de weg

€ 53,00

g.

een ontheffing als bedoeld in artikel 2.5, vierde lid van de Algemene plaatselijke verordening (plaatsen voorwerpen op, aan of boven de weg)

€ 26,00

Artikel 1.33a Naturalisatie

Het tarief bedraag voor het in behandeling van een aanvraag tot:

a.

tot naturalisatie tot Nederlander (enkelvoudig verzoek standaard)

€ 1.091,00

b.

tot naturalisatie tot Nederlander (enkelvoudig verzoek verlaagd)

€ 811,00

c.

tot naturalisatie tot Nederlander (gezamenlijk verzoek standaard)

€ 1.393,00

d.

tot naturalisatie tot Nederlander (gezamenlijk verzoek verlaagd)

€ 1.114,00

e.

tot het afleggen van een optie ter verkrijging van het Nederlanderschap (enkelvoudig)

€ 231,00

f.

tot het afleggen van een optie ter verkrijging van het Nederlanderschap (gezamenlijk)

€ 395,00

g.

tot het afleggen van een optie ter verkrijging van het Nederlanderschap (medeopterend kind)

€ 26,00

h.

tot meenaturalisatie tot Nederlander van een minderjarige

€ 161,00

Paragraaf 1.10 Diversen

Artikel 1.34 Gewaarmerkte afschriften, kopieën, stukken of uittreksels

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

 

a.

gewaarmerkte afschriften van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina:

€ 10,50

b.

een beschikking op aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen:

€ 26,00

c.

stukken of uittreksels, welke op aanvraag van de aanvrager moeten worden opgemaakt, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina:

€ 10,50

d.

kopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen:

 

1.

in formaat A4 of kleiner, per bladzijde:

€ 0,30

2.

in formaat A3 of groter, per bladzijde:

€ 0,30

3.

kleurenkopie in ieder formaat, per bladzijde:

€ 1,00

HOOFDSTUK 2 DIENSTVERLENING EN BESLUITEN IN HET KADER VAN DE OMGEVINGSWET

Paragraaf 2.1 Algemene bepalingen

Artikel 2.1 Definities

1.

Begripsbepalingen die zijn opgenomen in de bijlage bij de Omgevingswet, in bijlage I bij het Besluit activiteiten leefomgeving, bijlage I bij het Besluit bouwwerken leefomgeving, bijlage I bij het Besluit kwaliteit leefomgeving, bijlage I bij het Omgevingsbesluit en bijlage I bij de Omgevingsregeling en in de bijlagen bij het gemeentelijke omgevingsplan, zijn van toepassing op dit hoofdstuk, tenzij in de legesverordening of deze tarieventabel anders is bepaald.

2.

In dit hoofdstuk voorkomende begrippen die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander dan een in het eerste lid bedoeld wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld, tenzij in de legesverordening of deze tarieventabel anders is bepaald.

3.

In dit hoofdstuk wordt verstaan onder:

-

binnenplanse omgevingsplanactiviteit: een activiteit waarvoor in het omgevingsplan is bepaald dat het is verboden deze zonder omgevingsvergunning te verrichten en die niet in strijd is met het omgevingsplan;

-

binnenplanse omgevingsplanactiviteit bij wijzigingsbevoegdheid of uitwerkingsplicht: een activiteit waarvoor in het omgevingsplan is bepaald dat het is verboden deze zonder omgevingsvergunning te verrichten en die in strijd is met het omgevingsplan, maar die niet in strijd is met regels voor de toepassing van een wijzigingsbevoegdheid of het voldoen aan een uitwerkingsplicht in het tijdelijke deel van het omgevingsplan, bedoeld in artikel 22.1, aanhef en onder a, van de Omgevingswet;

-

kleine buitenplanse omgevingsplanactiviteit: één van de hierna genoemde omgevingsplanactiviteiten waarvoor het omgevingsplan een vergunningplicht bevat en de activiteit in strijd is met het tijdelijk deel van het omgevingsplan en/of in strijd is met de regels van het omgevingsplan:

  • een bijbehorend bouwwerk of uitbreiding daarvan (binnen de bebouwde kom);

  • een bijbehorend bouwwerk of uitbreiding daarvan (buiten de bebouwde kom), mits niet hoger dan 5 m1 en de oppervlakte niet meer dan 150 m2;

  • een erfafscheiding/omheining;

  • een gebouw ten behoeve van een infrastructurele of openbare voorziening dat niet voldoet aan de vergunningsvrij voorwaarden, mits niet hoger dan 5 m, en de oppervlakte niet meer dan 50 m2;

  • een bouwwerk, geen gebouw zijnde of een gedeelte van een dergelijk bouwwerk mits deze niet hoger is dan 10 meter en niet meer dan 50 m2 bedraagt;

  • een dakterras, balkon of andere niet op de grond gelegen buitenruimte aan of op een gebouw, een dakkapel, dakopbouw of gelijksoortige uitbreiding van een gebouw, de uitbreiding van een bouwwerk met een bouwdeel van ondergeschikte aard danwel voorzieningen gericht op het isoleren van een gebouw;

-

grote buitenplanse omgevingsplanactiviteit: een activiteit waarvoor in het omgevingsplan is bepaald dat het is verboden deze zonder omgevingsvergunning te verrichten en die in strijd is met het omgevingsplan of een andere activiteit die in strijd is met het omgevingsplan en die niet voldoet aan de definitie “kleine buitenplanse omgevingsplanactiviteit”;

-

omgevingsoverleg:

  • a.

    in de vorm van een intaketafel: overleg, waarin een ruimtelijk en maatschappelijk initiatief (gericht op de fysieke leefomgeving) wordt besproken en beoordeeld en de wenselijkheid van het initiatief wordt bepaald;

  • b.

    in de vorm van een omgevingstafel: overleg, waarin een complex ruimtelijk en maatschappelijk initiatief ruimtelijk wordt beoordeeld en de haalbaarheid van het initiatief wordt bepaald.

4.

In aanvulling op de in bijlage I bij de Omgevingsregeling opgenomen omschrijving van het begrip ‘bouwkosten’ betreffen de in die omschrijving:

  • -

    onder a genoemde Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 de voorwaarden die bekendgemaakt zijn in Staatscourant 2012, 1567;

  • -

    onder b bedoelde bouwkosten de kosten voor de fysieke realisatie (het bouwen) van het bouwwerk;

  • -

    onder c bedoelde prijs de prijs exclusief omzetbelasting,

waarbij als ondergrens voor de berekening van de bouwkosten worden gehanteerd de in bijlage I bij deze tarieventabel opgenomen eenheidsprijzen.

Artikel 2.2 Dienstverlening en besluiten waarvoor leges worden geheven

Leges worden geheven voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

a.

om beoordeling van een principeverzoek c.q. conceptaanvraag om een omgevingsvergunning inclusief het houden van omgevingsoverleg;

b.

een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 5.1 of artikel 22.8 van de Omgevingswet in samenhang met artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit inclusief het houden van omgevingsoverleg;

c.

een of meer maatwerkvoorschriften als bedoeld in artikel 4.5 van de Omgevingswet;

d.

toestemming voor het treffen van een gelijkwaardige maatregel als bedoeld in artikel 4.7 van de Omgevingswet;

e.

een wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning;

f.

intrekking van een omgevingsvergunning;

g.

wijziging van een besluit als bedoeld in de onderdelen b, c en d;

h.

een besluit in het kader van de Omgevingswet, anders dan bedoeld in de onderdelen b tot en met g.

Artikel 2.3 Bepalen tarief

1.

De in artikel 2.2 bedoelde leges worden geheven naar de tarieven zoals opgenomen in de volgende paragrafen van dit hoofdstuk.

2.

Als een aanvraag betrekking heeft op meerdere activiteiten, is het tarief opgebouwd uit de som van de verschuldigde leges behorend bij die activiteiten.

3.

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag wordt in voorkomend geval verhoogd met het tarief voor een of meer modaliteiten bedoeld in paragraaf 2.12.

4.

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag wordt in voorkomend geval verminderd overeenkomstig het bepaalde in paragraaf 2.13.

5.

Het tarief behorend bij een aanvraag om een maatwerkvoorschrift of bij een aanvraag om toestemming om een gelijkwaardige maatregel te treffen is niet van toepassing als het onderwerp waarop het maatwerkvoorschrift betrekking heeft of de gelijkwaardige maatregel onderdeel is van een aanvraag om een omgevingsvergunning.

6.

In afwijking van het tweede en derde lid kan ook per activiteit of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.

Paragraaf 2.2 Voorfase

Artikel 2.4 Omgevingsoverleg

Het tarief bedraagt:

a.

voor het in behandeling nemen van een aanvraag om beoordeling van een principeverzoek c.q. conceptaanvraag om een omgevingsvergunning, inhoudende het toetsen aan het omgevingsplan, regelgeving en beleid en, indien noodzakelijk, een behandeling door de gemeentelijke adviescommissie als bedoeld in de Verordening op de gemeentelijke adviescommissie Omgevingskwaliteit, alsmede de administratieve afhandeling:

- wanneer geconcludeerd wordt dat het verzoek vergunningvrij gerealiseerd kan worden:

€ 100

- in alle andere andere gevallen:

€ 360

b.

voor elke volgende behandeling door de gemeentelijke adviescommissie als bedoeld in de Verordening op de gemeentelijke adviescommissie Omgevingskwaliteit, alsmede de administratieve afhandeling

€ 80

c.

voor het houden van omgevingsoverleg over een of meer activiteiten die gevolgen kunnen hebben voor de fysieke leefomgeving in het kader van een concept-aanvraag/principe-verzoek, een aanvraag om een omgevingsvergunning of een aanvraag om een deel van het omgevingsplan te wijzigen:

1.

voor een overleg aan de intaketafel:

PM

2.

voor een eerste overleg aan de omgevingstafel:

€ 500

3.

voor elk volgend overleg aan de omgevingstafel:

€ 250

4.

per in te schakelen adviseur verhoogd met de door de adviseur gefactureerde kosten:

PM

Paragraaf 2.3 Activiteiten met betrekking tot bouwwerken

Artikel 2.5 Bouwactiviteit (bouwtechnische deel)

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in paragraaf 2.3.2 van het Besluit bouwwerken leefomgeving, met uitzondering van de aanvraag, die uitsluitend betrekking heeft op het plaatsen van zonnepanelen, niet zijnde zonnepanelen in zonneweides/energietuinen, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

a.

over de bouwkosten:

1,1 %

 

met een minimum van:

€ 360

met een maximum van:

€ 70.000

Als ondergrens voor de berekening van de bouwkosten worden gehanteerd de in bijlage I bij deze tarieventabel opgenomen eenheidsprijzen

Artikel 2.6 Omgevingsplanactiviteit: bouwactiviteit, in stand houden of gebruiken bouwwerk (ruimtelijke deel)

1.

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een bouwactiviteit, het in stand houden of gebruiken van het te bouwen bouwwerk (met uitzondering van de aanvraag, die uitsluitend betrekking heeft op het plaatsen van zonnepanelen, niet zijnde zonnepanelen in zonneweides/energietuinen) bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

a.

voor een omgevingsplanactiviteit waarbij sprake is van een bouwactiviteit:

over de bouwkosten:

2,4 %

met een minimum van:

€ 360

met een maximum van:

€ 140.000

Als ondergrens voor de berekening van de bouwkosten worden gehanteerd de in bijlage I bij deze tarieventabel opgenomen eenheidsprijzen

b.

voor een omgevingsplanactiviteit die uitsluitend bestaat uit het in stand houden of gebruiken van een bouwwerk waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit:

€ 360

2.

Onverminderd het bepaalde in lid 1 wordt het tarief:

a.

voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit bij ontheffing-/afwijkingsmogelijkheid (zoals opgenomen in het omgevingsplan), verhoogd met:

€ 360

b.

voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit bij wijzigingsbevoegdheid of uitwerkingsplicht, verhoogd met:

€ 720

c.

voor een kleine buitenplanse omgevingsplanactiviteit, zoals bedoeld in artikel 2.1, derde lid, verhoogd met:

€ 720

d.

voor een grote buitenplanse omgevingsplanactiviteit, zoals bedoeld in artikel 2.1, derde lid, verhoogd met:

€ 1.440

3.

De tarieven, genoemd in lid 1 en lid 2 worden in voorkomende gevallen:

a.

als moet worden beoordeeld of het uiterlijk of de plaatsing van het bouwwerk, zowel op zichzelf beschouwd als in verband met de omgeving of de te verwachten ontwikkeling daarvan, niet in strijd is met redelijke eisen van welstand, als bedoeld in de gemeentelijke beleidsregels bedoeld in artikel 4.19 van de Omgevingswet en hiervoor geen advies van de gemeentelijke adviescommissie bedoeld in artikel 2.50, eerste lid, aanhef en onder b, nodig is, verhoogd met:

NVT

b.

als de bouwactiviteit plaatsvindt op een bodemgevoelige locatie en de toelaatbare kwaliteit van de bodem moet worden beoordeeld, verhoogd met:

€ 720

c.

als moet worden beoordeeld of de activiteit niet in strijd is met het in voorbereiding zijnde omgevingsplan respectievelijk het in voorbereiding zijnde omgevingsplan dat voorziet in de bescherming van het stads- en dorpsgezicht, verhoogd met:

€ 720

De onder 1, 2 en 3 vermelde bedragen worden verhoogd met de kosten, die de Omgevingsdienst Zuid-Limburg en/of een andere dienst in rekening brengt voor de advisering

PM

Artikel 2.7 Omgevingsplanactiviteit: slopen van een bouwwerk

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een sloopactiviteit, niet zijnde een sloopactiviteit met betrekking tot een monument of beschermd stads- en dorpsgezicht, als bedoeld in paragraaf 2.4, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

a.

voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit:

€ 360

b.

voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit (inhoudende een kleine en grote buitenplanse omgevingsplanactiviteit):

€ 360

Het onder a of b vermelde bedrag wordt verhoogd met de kosten, die de Omgevingsdienst Zuid-Limburg en/of een andere dienst in rekening brengt voor de advisering

PM

Paragraaf 2.4 Activiteiten met betrekking tot cultureel erfgoed en werelderfgoed

Artikel 2.8 Omgevingsplanactiviteit: monumenten

1.

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, met betrekking tot een gemeentelijk monument, provinciaal monument, voorbeschermd gemeentelijk monument of voorbeschermd provinciaal monument, met uitzondering van de aanvraag, die uitsluitend betrekking heeft op het plaatsen van zonnepanelen, niet zijnde zonnepanelen in zonneweides/energietuinen, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

a.

voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit of bij toepassing van de gemeentelijke erfgoedverordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit:

voor het slopen, verstoren, verplaatsen of wijzigen van een monument of voorbeschermd monument:

€ 360

voor het herstellen of gebruiken van een monument of voorbeschermd monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:

€ 360

b.

voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit (inhoudende een kleine en grote buitenplanse omgevingsplanactiviteit):

voor het slopen, verstoren, verplaatsen of wijzigen van een monument of voorbeschermd monument:

€ 1.440

voor het herstellen of gebruiken van een monument of voorbeschermd monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:

€ 1.440

2.

Als de in het eerste lid bedoelde aanvraag een archeologisch monument betreft, worden de in het eerste lid genoemde tarieven verhoogd met:

€ 360

3.

Het eerste lid, aanhef en onder a, en tweede lid, is van overeenkomstige toepassing op een aanvraag om een omgevingsvergunning met betrekking tot een monument of archeologisch monument dat op grond van de gemeentelijke erfgoedverordening is aangewezen respectievelijk waarop, voordat het is aangewezen, die verordening van overeenkomstige toepassing is. De vorige volzin is van toepassing:

  • a.

    als het gaat om een aangewezen monument of archeologisch monument: zolang in het omgevingsplan daaraan nog niet de functie-aanduiding gemeentelijk monument is gegeven; en

  • b.

    als het gaat om een monument of archeologisch monument waarop voordat het is aangewezen de verordening van overeenkomstige toepassing is: zolang in het omgevingsplan daaraan nog niet de functie-aanduiding gemeentelijk monument is gegeven of het omgevingsplan nog geen voorbeschermingsregel bevat vanwege het voornemen om die functie-aanduiding te geven.

Het op grond van de leden 1, 2 of 3 verschuldigde bedrag wordt verhoogd met de kosten, die de Omgevingsdienst Zuid-Limburg en/of een andere dienst in rekening brengt voor de advisering

PM

Artikel 2.9 Rijksmonumentenactiviteit

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een rijksmonumentenactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, met uitzondering van een rijksmonumentenactiviteit met betrekking tot een archeologisch monument of met uitzondering van de aanvraag, die uitsluitend betrekking heeft op het plaatsen van zonnepanelen, niet zijnde zonnepanelen in zonneweides/energietuinen, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

a.

voor het slopen, verstoren, verplaatsen of wijzigen van een monument of voorbeschermd monument:

€ 360

b.

voor het herstellen of gebruiken van een monument of voorbeschermd monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:

€ 360

Het onder a of b vermelde bedrag wordt verhoogd met de kosten, die de Omgevingsdienst Zuid-Limburg en/of een andere dienst in rekening brengt voor de advisering

PM

Artikel 2.10 Omgevingsplanactiviteit: sloopactiviteit in beschermd stads- of dorpsgezicht

1.

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een sloopactiviteit in een rijksbeschermd, provinciaal beschermd of gemeentelijk beschermd stads- of dorpsgezicht, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

a.

voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit of bij toepassing van de gemeentelijke erfgoedverordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit:

€ 360

b.

voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit (inhoudende een kleine en grote buitenplanse omgevingsplanactiviteit):

€ 1.440

 2.

Het eerste lid, aanhef en onder a, is van overeenkomstige toepassing op een sloopactiviteit die wordt verricht op een locatie waarvoor een op grond van artikel 4.35, eerste lid, van de Invoeringswet Omgevingswet als instructie geldende aanwijzing als beschermd stads- of dorpsgezicht als bedoeld in artikel 35, eerste lid, van de Monumentenwet 1988 zoals die wet luidde voor de inwerkingtreding van de Erfgoedwet van kracht is, zolang in het omgevingsplan aan die locatie nog niet de functie-aanduiding rijksbeschermd stads- of dorpsgezicht is gegeven.

 

Het op grond van lid 1 of lid 2 verschuldigde bedrag wordt verhoogd met de kosten, die de Omgevingsdienst Zuid-Limburg en/of een andere dienst in rekening brengt voor de advisering

PM

Artikel 2.11 Omgevingsplanactiviteit: overig cultureel erfgoed en werelderfgoed

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een andere activiteit dan die genoemd in de artikelen 2.8, 2.9 en 2.10 en cultureel erfgoed of werelderfgoed betreft, waarvoor in het omgevingsplan met het oog op het behoud van cultureel erfgoed of van de uitzonderlijke universele waarde van werelderfgoed een verbod is opgenomen om zonder omgevingsvergunning deze activiteit te verrichten, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 360

Het vermelde bedrag wordt verhoogd met de kosten, die de Omgevingsdienst Zuid-Limburg en/of een andere dienst in rekening brengt voor de advisering

PM

Paragraaf 2.5 Milieubelastende activiteiten

Artikel 2.12 Omgevingsplanactiviteit: milieubelastende activiteit

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een milieubelastende activiteit als bedoeld in paragraaf 22.3.26 van het tijdelijke deel van het omgevingsplan zoals opgenomen in artikel 7.1 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 360

Het vermelde bedrag wordt verhoogd met de kosten, die de Omgevingsdienst Zuid-Limburg (zie bijlage II bij deze tarieventabel) en/of een andere dienst in rekening brengt voor de advisering

PM

Artikel 2.13 Activiteiten die bedrijfstakken overstijgen (afdeling 3.2 Besluit activiteiten leefomgeving)

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een of meer milieubelastende activiteiten, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een of meer activiteiten die bedrijfstakken overstijgen als bedoeld in de paragrafen 3.2.1, 3.2.3 tot en met 3.2.15, 3.2.17 tot en met 3.2.19 en 3.2.24 van afdeling 3.2 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

a.

voor een aanvraag, waarop paragraaf 16.5.2 van de Omgevingswet van toepassing is (reguliere voorbereidingsprocedure):

€ 360

b.

voor een aanvraag, waarop paragraaf 16.5.3 van de Omgevingswet van toepassing is (uniforme openbare voorbereidingsprocedure), in afwijking van artikel 2.3, tweede lid: zie artikel 2.48

PM

c.

het onder a of b vermelde bedrag wordt verhoogd met de kosten, die de Omgevingsdienst Zuid-Limburg (zie bijlage II bij deze tarieventabel) en/of een andere dienst in rekening brengt voor de advisering

PM

Artikel 2.14 Nutssector en industrie (afdeling 3.4 Besluit activiteiten leefomgeving)

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een of meer milieubelastende activiteiten, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een of meer activiteiten in de categorie nutssector en industrie als bedoeld in de paragrafen 3.4.2, 3.4.4 tot en met 3.4.9 en 3.4.11 van afdeling 3.4 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

a.

voor een aanvraag, waarop paragraaf 16.5.2 van de Omgevingswet van toepassing is (reguliere voorbereidingsprocedure):

€ 360

b.

voor een aanvraag, waarop paragraaf 16.5.3 van de Omgevingswet van toepassing is (uniforme openbare voorbereidingsprocedure), in afwijking van artikel 2.3, tweede lid: zie artikel 2.48

PM

c.

het onder a of b vermelde bedrag wordt verhoogd met de kosten, die de Omgevingsdienst Zuid-Limburg (zie bijlage II bij deze tarieventabel) en/of een andere dienst in rekening brengt voor de advisering

PM

Artikel 2.15 Afvalbeheer (afdeling 3.5 Besluit activiteiten leefomgeving)

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een of meer milieubelastende activiteiten, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een of meer activiteiten in de sector afvalbeheer als bedoeld in de paragrafen 3.5.1, 3.5.4, 3.5.7, 3.5.8 en 3.5.11 van afdeling 3.5 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

a.

voor een aanvraag, waarop paragraaf 16.5.2 van de Omgevingswet van toepassing is (reguliere voorbereidingsprocedure):

€ 360

b.

voor een aanvraag, waarop paragraaf 16.5.3 van de Omgevingswet van toepassing is (uniforme openbare voorbereidingsprocedure), in afwijking van artikel 2.3, tweede lid: zie artikel 2.48

PM

c.

het onder a of b vermelde bedrag wordt verhoogd met de kosten, die de Omgevingsdienst Zuid-Limburg (zie bijlage II bij deze tarieventabel) en/of een andere dienst in rekening brengt voor de advisering

PM

Artikel 2.16 Agrarische sector (afdeling 3.6 Besluit activiteiten leefomgeving)

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een of meer milieubelastende activiteiten, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een of meer activiteiten in de agrarische sector als bedoeld in de paragrafen 3.6.1, 3.6.7 en 3.6.8 van afdeling 3.6 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

a.

voor een aanvraag, waarop paragraaf 16.5.2 van de Omgevingswet van toepassing is (reguliere voorbereidingsprocedure):

€ 360

b.

voor een aanvraag, waarop paragraaf 16.5.3 van de Omgevingswet van toepassing is (uniforme openbare voorbereidingsprocedure), in afwijking van artikel 2.3, tweede lid: zie artikel 2.48

PM

c.

het onder a of b vermelde bedrag wordt verhoogd met de kosten, die de Omgevingsdienst Zuid-Limburg (zie bijlage II bij deze tarieventabel) en/of een andere dienst in rekening brengt voor de advisering

PM

Artikel 2.17 Dienstverlening, onderwijs en zorg (afdeling 3.7 Besluit activiteiten leefomgeving)

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een milieubelastende activiteit, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een activiteit in de sector dienstverlening, onderwijs en zorg als bedoeld in de paragrafen 3.7.6 en 3.7.10 van afdeling 3.7 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief per milieubelastende activiteit, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

a.

voor een aanvraag, waarop paragraaf 16.5.2 van de Omgevingswet van toepassing is (reguliere voorbereidingsprocedure):

€ 360

b.

voor een aanvraag, waarop paragraaf 16.5.3 van de Omgevingswet van toepassing is (uniforme openbare voorbereidingsprocedure), in afwijking van artikel 2.3, tweede lid: zie artikel 2.48

PM

c.

het onder a of b vermelde bedrag wordt verhoogd met de kosten, die de Omgevingsdienst Zuid-Limburg (zie bijlage II bij deze tarieventabel) en/of een andere dienst in rekening brengt voor de advisering

PM

Artikel 2.18 Transport, logistiek en ondersteuning daarvan (afdeling 3.8 Besluit activiteiten leefomgeving)

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een of meer milieubelastende activiteiten, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een of meer activiteiten in de sector transport, logistiek en ondersteuning daarvan als bedoeld in de paragrafen 3.8.2, 3.8.3, 3.8.5, 3.8.6, 3.8.8 tot en met 3.8.11 van afdeling 3.8 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

a.

voor een aanvraag, waarop paragraaf 16.5.2 van de Omgevingswet van toepassing is (reguliere voorbereidingsprocedure):

€ 360

b.

voor een aanvraag, waarop paragraaf 16.5.3 van de Omgevingswet van toepassing is (uniforme openbare voorbereidingsprocedure), in afwijking van artikel 2.3, tweede lid: zie artikel 2.48

PM

c.

het onder a of b vermelde bedrag wordt verhoogd met de kosten, die de Omgevingsdienst Zuid-Limburg (zie bijlage II bij deze tarieventabel) en/of een andere dienst in rekening brengt voor de advisering

PM

Artikel 2.19 Sport en recreatie (afdeling 3.9 Besluit activiteiten leefomgeving)

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een milieubelastende activiteit, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een activiteit in de sector sport en recreatie als bedoeld in paragraaf 3.9.1 van afdeling 3.9 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief per milieubelastende activiteit, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

a.

voor een aanvraag, waarop paragraaf 16.5.2 van de Omgevingswet van toepassing is (reguliere voorbereidingsprocedure):

€ 360

b.

voor een aanvraag, waarop paragraaf 16.5.3 van de Omgevingswet van toepassing is (uniforme openbare voorbereidingsprocedure), in afwijking van artikel 2.3, tweede lid: zie artikel 2.48

PM

c.

het onder a of b vermelde bedrag wordt verhoogd met de kosten, die de Omgevingsdienst Zuid-Limburg (zie bijlage II bij deze tarieventabel) en/of een andere dienst in rekening brengt voor de advisering

PM

Artikel 2.20 Samenloop van milieubelastende activiteiten

1.

Als bij de toepassing van de artikelen 2.13 tot en met 2.19 dezelfde milieubelastende activiteit onder meer dan een artikel valt, wordt die milieubelastende activiteit slechts eenmaal in de heffing betrokken, waarbij het voor de belastingplichtige meest gunstige van toepassing zijnde tarief wordt toegepast.

2.

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een kernactiviteit in een bedrijfstak gecombineerd met functioneel ondersteunende activiteiten uit andere bedrijfstakken, dan is, in afwijking van het bepaalde in deze paragraaf, op al deze activiteiten het artikel van toepassing waaronder de bedrijfstak die bepalend is voor de kernactiviteit valt.

Paragraaf 2.6 Lozingsactiviteiten

Artikel 2.21 Lozingsactiviteit niet afkomstig van milieubelastende activiteit

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een lozingsactiviteit op een oppervlaktewaterlichaam in beheer bij de gemeente, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder c, onder 1, van de Omgevingswet, en het gaat niet om het lozen van water of stoffen afkomstig van een milieubelastende activiteit als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 360

Het vermelde bedrag wordt verhoogd met de kosten, die de Omgevingsdienst Zuid-Limburg en/of een andere dienst in rekening brengt voor de advisering

PM

Artikel 2.22 Lozingsactiviteit afkomstig van milieubelastende activiteit

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een lozingsactiviteit op een oppervlaktelichaam in beheer bij de gemeente, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder c, onder 1, van de Omgevingswet, bestaande uit het lozen van afvalwater, koelwater of stoffen afkomstig van een milieubelastende activiteit als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 360

Het vermelde bedrag wordt verhoogd met de kosten, die de Omgevingsdienst Zuid-Limburg en/of een andere dienst in rekening brengt voor de advisering

PM

Paragraaf 2.7 Aanlegactiviteiten

Artikel 2.23 Omgevingsplanactiviteit: opbreken en graven

1.

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het opbreken van de verharding in openbaar gebied of het graven in openbaar gebied, anders dan voor het aanleggen, in stand houden of verwijderen van een kabel of leiding, als bedoeld in artikel PM van het omgevingsplan bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

NVT

2.

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het aanleggen, in stand houden of verwijderen van een kabel of leiding in openbaar gebied, als bedoeld in artikel PM van het omgevingsplan, niet zijnde kabels als bedoeld in artikel 1.1 van de Telecommunicatiewet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

NVT

3.

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet bestaande uit het graven in het gebied met [normwaarde archeologische verwachtingswaarde OF archeologische verwachtingen], als bedoeld in artikel PM van het omgevingsplan, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

NVT

4.

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het graven in het beperkingengebied leidingen, als bedoeld in artikel PM van het omgevingsplan, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

NVT

5.

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het graven in een bijzonder landschapselement of gebied met aardkundige waarde. als bedoeld in artikel PM van het omgevingsplan, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

NVT

6.

De in het eerste tot en met vijfde lid genoemde tarieven zijn van toepassing als de aanvraag een binnenplanse omgevingsplanactiviteit betreft. Deze zijn van overeenkomstige toepassing als de aanvraag een buitenplanse omgevingsplanactiviteit (inhoudende een kleine en grote buitenplanse omgevingsplanactiviteit) betreft en worden in dat geval verhoogd met:

NVT

7.

De op grond van dit artikel verschuldigde leges wordt verhoogd met de kosten, die de Omgevingsdienst Zuid-Limburg en/of een andere dienst in rekening brengt voor de advisering

PM

Artikel 2.24 Omgevingsplanactiviteit: overige activiteiten beperkingengebied leidingen, landschapselement en aardkundige waarde

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, in het beperkingengebied leidingen, in een bijzonder landschapselement of in een gebied met aardkundige waarde, bestaande uit het:

  • a.

    aanbrengen of verwijderen van diepwortelende beplanting,

  • b.

    indrijven van voorwerpen,

  • c.

    ophogen van de grond, of

  • d.

    verharden van de grond,

bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

a.

voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel PM van het omgevingsplan:

NVT

b.

voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit (inhoudende een kleine en grote buitenplanse omgevingsplanactiviteit):

NVT

Het onder a of b vermelde bedrag wordt verhoogd met de kosten, die de Omgevingsdienst Zuid-Limburg en/of een andere dienst in rekening brengt voor de advisering

PM

Artikel 2.25 Omgevingsplanactiviteit: geluid weg

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het aanleggen of wijzigen van een weg als op grond van het omgevingsplan of bij omgevingsvergunning voor een omgevingsplanactiviteit een geluidgevoelig gebouw is toegelaten binnen het aandachtsgebied van die weg, als bedoeld in artikel 22.272 van het tijdelijke deel van het omgevingsplan zoals opgenomen in artikel 7.1 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

a.

voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit:

€ 360

b.

voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit (inhoudende een kleine en grote buitenplanse omgevingsplanactiviteit):

€ 1.440

Artikel 2.26 Omgevingsplanactiviteit: aanleggen of veranderen weg

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg, bedoeld in artikel 2.6 van de Algemene plaatselijke verordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 360

Het vermelde bedrag wordt verhoogd met de kosten, die de Omgevingsdienst Zuid-Limburg en/of een andere dienst in rekening brengt voor de advisering

PM

Artikel 2.27 Omgevingsplanactiviteit: uitweg/uitrit

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg, bedoeld in artikel 2.7 van de Algemene plaatselijke verordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 180

Het vermelde bedrag wordt verhoogd met de kosten, die de Omgevingsdienst Zuid-Limburg en/of een andere dienst in rekening brengt voor de advisering

PM

Artikel 2.28 Omgevingsplanactiviteit: overige aanlegactiviteiten

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of een werkzaamheid (aanlegactiviteit), niet zijnde een activiteit die in de voorgaande artikelen van deze paragraaf is benoemd, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

a.

voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit:

€ 360

en als moet worden beoordeeld of de in het tijdelijke deel van het omgevingsplan bedoelde aanlegactiviteit niet in strijd is met het in voorbereiding zijnde omgevingsplan respectievelijk het in voorbereiding zijnde omgevingsplan dat voorziet in de bescherming van het stads- of dorpsgezicht, als bedoeld in artikel 22.278, tweede lid, van het tijdelijke deel van het omgevingsplan zoals opgenomen in artikel 7.1 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet, verhoogd met:

€ 720

b.

voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit (inhoudende een kleine en grote buitenplanse omgevingsplanactiviteit):

€ 1.440

Het onder a of b vermelde bedrag wordt verhoogd met de kosten, die de Omgevingsdienst Zuid-Limburg en/of een andere dienst in rekening brengt voor de advisering

PM

Paragraaf 2.8 Overige activiteiten

Artikel 2.29 Omgevingsplanactiviteit: alarminstallatie

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het in, op of aan een onroerende zaak hebben van een alarminstallatie die een voor de omgeving opvallend geluid of lichtsignaal kan produceren, bedoeld in artikel PM van de Algemene plaatselijke verordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

NVT

Het vermelde bedrag wordt verhoogd met de kosten, die de Omgevingsdienst Zuid-Limburg en/of een andere dienst in rekening brengt voor de advisering

PM

Artikel 2.30 Omgevingsplanactiviteit: kappen van bomen of vellen van houtopstanden

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het vellen van een houtopstand, bedoeld in de ter zake vigerende verordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 68

Het vermelde bedrag wordt verhoogd met de kosten, die de Omgevingsdienst Zuid-Limburg en/of een andere dienst in rekening brengt voor de advisering

Artikel 2.31 Omgevingsplanactiviteit: reclame

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit handelsreclame met behulp van een opschrift, aankondiging of afbeelding in welke vorm dan ook, die zichtbaar is vanaf een voor het publiek toegankelijke plaats, als bedoeld in artikel PM van de Algemene plaatselijke verordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, en als niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in paragraaf 2.3, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

a.

als de activiteit bestaat uit het op of aan een onroerende zaak maken of voeren van die handelsreclame:

NVT

b.

als de activiteit bestaat uit het als eigenaar, beperkt gerechtigde of gebruiker van een onroerende zaak toestaan of gedogen dat die handelsreclame op of aan die onroerende zaak wordt gemaakt of gevoerd:

NVT

Het onder a of b vermelde bedrag wordt verhoogd met de kosten, die de Omgevingsdienst Zuid-Limburg en/of een andere dienst in rekening brengt voor de advisering

PM

Artikel 2.32 Omgevingsplanactiviteit: opslag roerende zaken

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit de opslag van roerende zaken in een aangewezen gedeelte van de gemeente, bedoeld in artikel PM van de Algemene plaatselijke verordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 

a.

als de activiteit bestaat uit het daar opslaan van roerende zaken,:

NVT

b.

als de activiteit bestaat uit het als eigenaar, beperkt gerechtigde of gebruiker van een onroerende zaak toestaan of gedogen dat daar roerende zaken worden opgeslagen:

NVT

Artikel 2.33 Omgevingsplanactiviteit: standplaatsen

GERESERVEERD; zie hoofdstuk 3, paragraaf 3.5 Standplaatsen

Artikel 2.34 Andere activiteiten

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit dan in deze paragraaf en voorgaande paragrafen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit:

 

a.

betreft een bij of krachtens artikel 5.1 van de Omgevingswet aangewezen vergunningplichtige activiteit, uitgezonderd de activiteit bedoeld in onderdeel b, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 360

b.

betreft een omgevingsplanactiviteit als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit:

€ 360

voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit (inhoudende een kleine en grote buitenplanse omgevingsplanactiviteit):

€ 1.440

voor een in een gemeentelijke verordening als bedoeld in artikel 22.8 van de Omgevingswet in samenhang met artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit aangewezen vergunningplichtige activiteit:

€ 360

Het onder a of b vermelde bedrag wordt verhoogd met de kosten, die de Omgevingsdienst Zuid-Limburg en/of een andere dienst in rekening brengt voor de advisering

PM

Paragraaf 2.9 Maatwerkvoorschriften

Artikel 2.35 Maatwerkvoorschriften bij bouwactiviteiten

Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften betrekking heeft op een bouw- of sloopactiviteit, bedraagt het tarief:

a.

voor een maatwerkvoorschrift dat betrekking heeft op:

  • 1.

    het in stand houden van een bestaand bouwwerk, bedoeld in artikel 3.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving;

  • 2.

    bouwactiviteiten die het bouwen van nieuwe bouwwerken betreffen als bedoeld in artikel 4.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving;

  • 3.

    het gebruik van een bouwwerk, bedoeld in artikel 6.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving; of

  • 4.

    het verrichten van bouw- of sloopwerkzaamheden als bedoeld in artikel 7.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving;

per maatwerkvoorschrift:

€ 37

b.

in andere gevallen dan bedoeld in onderdeel a, per maatwerkvoorschrift:

€ 37

De op grond van dit artikel verschuldigde leges wordt verhoogd met de kosten, die de Omgevingsdienst Zuid-Limburg en/of een andere dienst in rekening brengt voor de advisering

PM

Artikel 2.36 Maatwerkvoorschriften bij milieubelastende activiteiten

1.

Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving betrekking heeft op:

a.

één milieubelastende activiteit als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief:

€ 360

b.

twee of meer milieubelastende activiteiten als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, in afwijking van artikel 2.3, tweede lid:

€ 1.440

2.

Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften betrekking heeft op een andere milieubelastende activiteit dan bedoeld in het eerste lid, bedraagt het tarief per maatwerkvoorschrift:

€ 53

De op grond van dit artikel verschuldigde leges wordt verhoogd met de kosten, die de Omgevingsdienst Zuid-Limburg (zie bijlage II bij deze tarieventabel) en/of een andere dienst in rekening brengt voor de advisering

PM

Artikel 2.37 Maatwerkvoorschriften bij overige activiteiten

Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften betrekking heeft op een andere activiteit dan genoemd in de artikelen 2.35 en 2.36, bedraagt het tarief per maatwerkvoorschrift:

€ 53

De op grond van dit artikel verschuldigde leges wordt verhoogd met de kosten, die de Omgevingsdienst Zuid-Limburg en/of een andere dienst in rekening brengt voor de advisering

PM

Paragraaf 2.10 Gelijkwaardigheid

Artikel 2.38 Gelijkwaardige maatregel

1.

Als de aanvraag om toestemming voor een gelijkwaardige maatregel als bedoeld in artikel 4.7 van de Omgevingswet betrekking heeft op:

a.

een bouwactiviteit, bedraagt het tarief, per uur:

€ 105

b.

een activiteit met betrekking tot cultureel erfgoed, bedraagt het tarief, per uur:

€ 105

c.

een milieubelastende activiteit, bedraagt het tarief, per uur:

€ 105

d.

een andere activiteit dan bedoeld in de onderdelen a, b of c, bedraagt het tarief, per uur:

€ 105

2.

Het op grond van het eerste lid verschuldigde bedrag wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeeld. De aanvraag wordt dan in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop het verschuldigde bedrag aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

De op grond van dit artikel verschuldigde leges wordt verhoogd met de kosten, die de Omgevingsdienst Zuid-Limburg en/of een andere dienst in rekening brengt voor de advisering

PM

Paragraaf 2.11 Overige tarieven

Artikel 2.39 Verlengen tijdelijke omgevingsvergunning bouwactiviteit

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om verlenging van de in een omgevingsvergunning voor een bouwactiviteit gestelde termijn, bedoeld in artikel 10.23, tweede lid, van het Omgevingsbesluit:

€ 360

Artikel 2.40 Wijzigen omgevingsvergunning

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag om wijziging van een omgevingsvergunning is hetzelfde tarief verschuldigd als op grond van dit hoofdstuk verschuldigd is voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor de activiteit of activiteiten waarop de aanvraag tot wijziging betrekking heeft.

Artikel 2.41 Wijzigen voorschriften omgevingsvergunning

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning:

€ 720

Het vermelde bedrag wordt verhoogd met de kosten, die de Omgevingsdienst Zuid-Limburg en/of een andere dienst in rekening brengt voor de advisering

PM

Artikel 2.42 Intrekken omgevingsvergunning

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning, tenzij artikel 2.58 van toepassing is:

€ 360

Het vermelde bedrag wordt verhoogd met de kosten, die de Omgevingsdienst Zuid-Limburg (zie bijlage II bij deze tarieventabel) en/of een andere dienst in rekening brengt voor de advisering

PM

Artikel 2.43 Beoordeling aanvullende gegevens

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van aanvullende gegevens die worden ingediend nadat de aanvraag om een omgevingsvergunning bedoeld in artikel 2.2, aanhef en onderdeel b, in behandeling is genomen:

€ 180

Het vermelde bedrag wordt verhoogd met de kosten, die de Omgevingsdienst Zuid-Limburg en/of een andere dienst in rekening brengt voor de advisering

PM

Artikel 2.44 Beoordeling onderzoeksrapporten

De in artikel 2.49 opgenomen tarieven zijn van overeenkomstige toepassing op het in behandeling nemen van een aanvraag tot het beoordelen van een onderzoeksrapport, zonder dat sprake is van een aanvraag om een omgevingsvergunning of ander besluit.

Artikel 2.45 Wijzigen van het omgevingsplan

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van het omgevingsplan.

€ 2.880

Artikel 2.46 Niet genoemd besluit op aanvraag

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een ander, in dit hoofdstuk niet benoemd besluit op grond van de Omgevingswet, de op die wet gebaseerde algemene maatregelen van bestuur of het omgevingsplan, per uur:

€ 105

Het vermelde bedrag wordt verhoogd met de kosten, die de Omgevingsdienst Zuid-Limburg en/of een andere dienst in rekening brengt voor de advisering

PM

Paragraaf 2.12 Modaliteiten

Artikel 2.47 Achteraf ingediende aanvraag

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning voor een activiteit wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de activiteit, worden de op grond van de paragrafen 2.3 tot en met 2.8 verschuldigde leges verhoogd met:

25 %

met een maximum van

€ 12.600

Artikel 2.48 Uitgebreide voorbereidingsprocedure

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing is op de voorbereiding van het besluit:

a.

als sprake is van een milieubelastende activiteit:

€ 1.440

b.

als sprake is van een buitenplanse omgevingsplanactiviteit (inhoudende een kleine en grote buitenplanse omgevingsplanactiviteit):

€ 1.440

c.

als sprake is van andere activiteiten dan bedoeld in de onderdelen a en b:

€ 1.440

De op grond van dit artikel verschuldigde leges wordt verhoogd met de kosten, die de Omgevingsdienst Zuid-Limburg (zie bijlage II bij deze tarieventabel) en/of een andere dienst in rekening brengt voor de advisering

PM

Artikel 2.49 Beoordeling onderzoeksrapporten

 

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als krachtens wettelijk voorschrift voor de betreffende aanvraag een rapport moet worden beoordeeld:

 

a.

voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport:

€ 360

b.

voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport:

€ 360

c.

voor de beoordeling van een geluid- of luchtrapport betreffende de geluid- of luchtbelasting:

€ 360

d.

voor de beoordeling van een akoestisch rapport betreffende de interne en externe geluidwering of nagalm van een bouwwerk:

€ 360

e.

voor de beoordeling van een ecologisch onderzoeksrapport:

€ 360

f.

voor de beoordeling van een milieueffectrapportage (MER):

€ 1.440

g.

voor de beoordeling van een niet in de voorgaande onderdelen genoemd rapport:

€ 360

De op grond van dit artikel verschuldigde leges wordt verhoogd met de kosten, die de Omgevingsdienst Zuid-Limburg en/of een andere dienst in rekening brengt voor de advisering

PM

Artikel 2.50 Advies

 

1.

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als een daartoe aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies uitbrengt in het kader van een omgevingsoverleg en/of over de aanvraag om een omgevingsvergunning of een ander besluit op grond van de Omgevingswet:

a.

voor een advies van de gemeenteraad:

€ 1.440

b.

vanaf de tweede behandeling: voor een advies van de gemeentelijke adviescommissie als bedoeld in de Verordening op de gemeentelijke adviescommissie Omgevingskwaliteit dat uitsluitend betrekking heeft op redelijke eisen van welstand, als bedoeld in de gemeentelijke beleidsregels bedoeld in artikel 4.19 van de Omgevingswet: per behandeling

€ 80

c.

voor een advies van de gemeentelijke adviescommissie als bedoeld in de Verordening op de gemeentelijke adviescommissie Omgevingskwaliteit in andere gevallen dan bedoeld in onderdeel b:

€ 80

d.

voor een advies in andere gevallen dan bedoeld in de onderdelen a tot en met c: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

2.

Als een begroting als bedoeld in het eerste lid, onderdeel d, is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

Artikel 2.51 Instemming

 

1.

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als een aanvraag om een omgevingsvergunning of een ander besluit op grond van de Omgevingswet betrekking heeft op een activiteit waarvoor de beslissing op de aanvraag op grond van artikel 16.16 van de Omgevingswet instemming behoeft van een bestuursorgaan:

het bedrag dat dit bestuursorgaan aan rechten zou heffen als het voor de activiteit waarvoor instemming wordt verzocht zelf bevoegd gezag zou zijn.

PM

2.

Het bedrag bedoeld in het eerste lid wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeeld. De aanvraag wordt dan in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop het verschuldigde bedrag aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

Paragraaf 2.13 Vermindering

Artikel 2.52 Vermindering na conceptaanvraag/principeverzoek en omgevingsoverleg

1.

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning bedoeld in artikel 2.2, aanhef en onderdeel b, en zoals nader omschreven in de paragrafen 2.3 tot en met 2.8, is voorafgegaan door een conceptaanvraag/principe-verzoek en/of omgevingsoverleg als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en onderdeel a, en zoals nader omschreven in paragraaf 2.2, waarop de aanvraag om de omgevingsvergunning betrekking heeft, bestaat onder de in het tweede lid genoemde voorwaarden aanspraak op vermindering van de voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning verschuldigde leges. De vermindering bedraagt:

 

De ter zake van de conceptaanvraag/het principeverzoek en/of het omgevingsoverleg geheven leges wordt geheel of deels in mindering gebracht tot een maximum van de voor de aanvraag om omgevingsvergunning verschuldigde leges, met uitzondering van de kosten, die de Omgevingsdienst Zuid-Limburg en/of een andere dienst in het kader van dat omgevingsoverleg in rekening heeft gebracht voor de advisering

PM

2.

Voor de toepassing van het eerste lid wordt de aanvraag om een omgevingsvergunning gedaan:

  • a.

    voor dezelfde activiteit of activiteiten als waarop de conceptaanvraag/het principeverzoek en/of het omgevingsoverleg betrekking had;

  • b.

    in overeenstemming met de uitkomst van de beoordeling van conceptaanvraag/principeverzoek en/of het omgevingsoverleg; en

  • c.

    binnen 3 maanden na dagtekening van de kennisgeving van de uitkomst van beoordeling van conceptaanvraag/principeverzoek en/of binnen 3 maanden na het laatste omgevingsoverleg of, als het omgevingsoverleg volgens afspraak leidt tot een kennisgeving aan de aanvrager, na de dagtekening van de kennisgeving.

Artikel 2.53

GERESERVEERD

 

Paragraaf 2.14 Teruggaaf

Artikel 2.54 Teruggaaf bij aanvraag en oordeel geen omgevingsvergunning nodig

Als het college van burgemeester en wethouders op grond van een aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning oordeelt dat voor de voorgenomen activiteit geen omgevingsvergunning is vereist, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is gedaan verschuldigde leges, met uitzondering van de kosten, die de Omgevingsdienst Zuid-Limburg en/of een andere dienst in het kader van de aanvraag in rekening heeft gebracht voor de advisering

85 %

Artikel 2.55 Teruggaaf als aanvraag verder buiten behandeling wordt gelaten

Als na toepassing van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht een aanvraag buiten behandeling wordt gelaten, bestaat aanspraak op teruggaaf. De teruggaaf bedraagt:

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is gedaan verschuldigde leges, met uitzondering van de kosten, die de Omgevingsdienst Zuid-Limburg en/of een andere dienst in het kader van de aanvraag in rekening heeft gebracht voor de advisering

85 %

Artikel 2.56 Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning of maatwerkvoorschrift bij reguliere procedure

 

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning of aanvraag om een maatwerkvoorschrift op de voorbereiding waarvan afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht niet van toepassing is geheel of gedeeltelijk intrekt terwijl het college van burgemeester en wethouders daarover nog geen besluit heeft genomen, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

 

a.

bij gehele of gedeeltelijke intrekking binnen 4 weken na de indiening van de aanvraag:

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges, met uitzondering van de kosten, die de Omgevingsdienst Zuid-Limburg en/of een andere dienst in het kader van de aanvraag in rekening heeft gebracht voor de advisering

75 %

b.

bij gehele of gedeeltelijke intrekking op een tijdstip vanaf 4 weken tot 6 weken na de indiening van de aanvraag:

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges, met uitzondering van de kosten, die de Omgevingsdienst Zuid-Limburg en/of een andere dienst in het kader van de aanvraag in rekening heeft gebracht voor de advisering

50 %

c.

bij gehele of gedeeltelijke intrekking op een tijdstip vanaf 6 weken na de indiening van de aanvraag:

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges, met uitzondering van de kosten, die de Omgevingsdienst Zuid-Limburg en/of een andere dienst in het kader van de aanvraag in rekening heeft gebracht voor de advisering

25 %

Artikel 2.57 Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning of maatwerkvoorschrift bij uitgebreide voorbereidingsprocedure

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning of aanvraag om een maatwerkvoorschrift op de voorbereiding waarvan afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing is geheel of gedeeltelijk intrekt terwijl het college van burgemeester en wethouders daarover nog geen besluit heeft genomen, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

a.

bij gehele of gedeeltelijke intrekking binnen 6 weken na de indiening van de aanvraag:

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges, met uitzondering van de kosten, die de Omgevingsdienst Zuid-Limburg en/of een andere dienst in het kader van de aanvraag in rekening heeft gebracht voor de advisering

75 %

b.

bij gehele of gedeeltelijke intrekking op een tijdstip vanaf zes weken tot achttien weken na de indiening van de aanvraag:

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges, met uitzondering van de kosten, die de Omgevingsdienst Zuid-Limburg en/of een andere dienst in het kader van de aanvraag in rekening heeft gebracht voor de advisering

50 %

c.

bij gehele of gedeeltelijke intrekking op een tijdstip vanaf achttien weken na de indiening van de aanvraag:

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges, met uitzondering van de kosten, die de Omgevingsdienst Zuid-Limburg en/of een andere dienst in het kader van de aanvraag in rekening heeft gebracht voor de advisering

25 %

Artikel 2.58 Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw- of milieubelastende activiteiten

 

Als het college van burgemeester en wethouders een verleende omgevingsvergunning voor een bouw- of milieubelastende activiteit intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 2 jaren na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt:

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges, met uitzondering van de kosten, die de Omgevingsdienst Zuid-Limburg en/of een andere dienst in het kader van de aanvraag om de verleende omgevingsvergunning in rekening heeft gebracht voor de advisering

25 % 

Artikel 2.59 Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw- of milieubelastende activiteiten

 

a.

Als het college van burgemeester en wethouders een omgevingsvergunning voor een bouw- of milieubelastende activiteit weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

van de voor de activiteit waarvoor de omgevingsvergunning is geweigerd verschuldigde leges, met uitzondering van de kosten, die de Omgevingsdienst Zuid-Limburg en/of een andere dienst in het kader van de aanvraag omgevingsoverleg in rekening heeft gebracht voor de advisering

10 %

b.

Onder een weigering bedoeld in onderdeel a wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak

 

Artikel 2.60 Geen teruggaaf legesdeel modaliteiten

 

In afwijking van de voorgaande artikelen van deze paragraaf wordt geen teruggaaf verleend van het legesdeel dat betrekking heeft op de modaliteiten genoemd in paragraaf 2.12.

 

Artikel 2.61 Minimumbedrag voor teruggaaf

 

Een bedrag minder dan € 250,00 wordt niet teruggegeven.

 

HOOFDSTUK 3 DIENSTVERLENING VALLEND ONDER DE EUROPESE DIENSTENRICHTLIJN EN NIET VALLEND ONDER HOOFDSTUK 2

Paragraaf 3.1 Horeca

Artikel 3.1 Exploitatie openbare inrichting

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van:

a.

een aanvraag om een vergunning tot het exploiteren van een openbare inrichting als bedoeld in artikel 2.18van de Algemene plaatselijke verordening:

€ 105,00

b.

een aanvraag om wijziging van het aanhangsel als bedoeld in artikel 2.18b van de Algemene plaatselijke verordening:

€ 53,00

c.

een aanvraag om een ontheffing van de sluitingstijd voor een openbare inrichting als bedoeld in artikel 2.19 van de Algemene plaatselijke verordening:

€ 25,00

Artikel 3.2 Uitoefenen horeca- of slijtersbedrijf

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van:

a.

een aanvraag om een vergunning op grond van artikel 3 van de Alcoholwet:

€ 131,00

b.

een aanvraag om een ontheffing als bedoeld in artikel 4, vierde lid, van de Alcoholwet:

€ 25,00

c.

een melding als bedoeld in artikel 30 van de Alcoholwet:

€ 53,00

d.

een aanvraag om wijziging van het aanhangsel als bedoeld in artikel 30a, tweede lid, van de Alcoholwet:

€ 53,00

e.

een aanvraag om een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Alcoholwet:

€ 26,00

Paragraaf 3.2 Seksbedrijven

Artikel 3.3 Vergunning seksbedrijf

1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning vergunning als bedoeld in artikel 3.3, eerste lid van de Algemene plaatselijke verordening of om de verlenging van een vergunning als bedoeld in artikel 3.9, eerste lid van de Algemene plaatselijke verordening:

a.

voor een escortbedrijf:

€ 341,00

b.

voor andere prostitutiebedrijven dan bedoeld in onderdeel a:

€ 341,00

c.

voor andere seksbedrijven dan bedoeld in de onderdelen a en b:

€ 341,00

2.

Het bedrag dat op grond van het eerste lid verschuldigd is wordt:

 

a.

voor iedere beheerder die zal worden aangesteld bij het seksbedrijf verhoogd met

€ 184,00

b.

als de aanvraag tot het verlenen van de vergunning mede ziet op een seksinrichting verhoogd met:

€ 184,00

3.

Als meerdere aanvragen als bedoeld in het eerste lid gelijktijdig worden ingediend en betrekking hebben op hetzelfde seksbedrijf en dezelfde exploitant, worden de op grond van dat lid verschuldigde leges voor iedere tweede en volgende van die aanvragen verminderd met:

0 %

Artikel 3.4 Wijzigen vergunning seksbedrijf

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om wijziging / voor (naar aanleiding van een melding) wijziging van een in artikel 3.3 bedoelde vergunning in verband met een wijziging van:

 

a.

de exploitant aan wie de vergunning is verleend:

€ 341,00

b.

de op de vergunning vermelde of te vermelden beheerder of beheerders:

€ 184,00

c.

de activiteit waarvoor de vergunning is verleend:

€ 341,00

d.

het vaste telefoonnummer dat in advertenties voor het seksbedrijf zal worden gebruikt:

€ 92,00

e.

het adres waar het seksbedrijf wordt uitgeoefend:

€ 184,00

f.

het adres van de onder dat seksbedrijf vallende seksinrichting waarvoor de vergunning mede is verleend:

€ 92,00

Paragraaf 3.3 Winkeltijdenwet

Artikel 3.5 Ontheffing winkeltijden

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

 

a.

een permanente ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet:

€ 26,00

b.

een eenmalige ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet:

€ 26,00

c.

toestemming om een in onderdeel a bedoelde ontheffing over te dragen aan een ander:

€ 26,00

d.

wijziging van een in onderdeel a bedoelde ontheffing:

€ 26,00

Paragraaf 3.4 Organiseren evenement of markt

Artikel 3.6 Organiseren evenement

1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het organiseren van een evenement als bedoeld in artikel 2.14 en artikel 2.15 van de Algemene plaatselijke verordening, niet zijnde een wielertoertocht of pelotonstocht (inclusief ontheffing artikel 35 Alcoholwet, ontheffing geluidhinder, tijdelijke verkeersmaatregelen en brandveilig gebruik) (evenementenvergunning), als het evenement:

 

a.

minder dan 3 dagen (exclusief op- en afbouw) duurt:

€ 131,00

b.

3 dagen of langer (exclusief op- en afbouw) duurt:

- een basisbedrag van:

€ 131,00

- per dag verhoogd met:

€ 26,00

2.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning (evenementenvergunning) voor een wielertoertocht of pelotonstocht:

€ 53,00

Artikel 3.7 Organiseren markt

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning:

a.

voor het organiseren van een snuffelmarkt als bedoeld in artikel 5.19 van de Algemene plaatselijke verordening (inclusief ontheffing artikel 35 Alcoholwet, ontheffing geluidhinder, tijdelijke verkeersmaatregelen en brandveilig gebruik):

€ 26,00

Artikel 3.7a Ontheffing geluidhinder

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een ontheffing als bedoeld in artikel 4.4 van de Algemene plaatselijke verordening:

a.

geldig voor 1 dag:

€ 26,00

b.

geldig voor 1 week of een gedeelte daarvan dat langer duurt dan 1 dag:

€ 26,00

c.

geldig voor 1 maand of een gedeelte daarvan dat langer duurt dan 1 week:

€ 26,00

d.

geldig voor 1 jaar of een gedeelte daarvan dat langer duurt dan 1 maand:

€ 53,00

Paragraaf 3.5 Standplaatsen

Artikel 3.8 Marktstandplaatsvergunningen en andere vergunningen op markt

1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

 

a.

een vaste-standplaatsvergunning als bedoeld in artikel 5 van de Marktverordening:

€ 26,00

b.

een dagplaatsvergunning als bedoeld in artikel 14 van de Marktverordening, die leidt tot vergunningverlening:

€ 26,00

c.

een standwerkvergunning als bedoeld in artikel 15 van de Marktverordening, die leidt tot vergunningverlening:

€ 26,00

2.

Als een aanvraag om een vaste-standplaatsvergunning, te verlenen via het selectiestelsel, niet leidt tot vergunningverlening, bestaat aanspraak op teruggaaf van 20 % van de op grond van het eerste lid, onderdeel a, verschuldigde leges

 

3.

Als een aanvraag om een vaste-standplaatsvergunning, te verlenen via loting, niet leidt tot vergunningverlening, bestaat aanspraak op teruggaaf van 20 % van de op grond van het eerste lid, onderdeel a, verschuldigde leges

 

Artikel 3.9 Overige administratieve dienstverlening markt

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

a.

overschrijving van een vaste-standplaatsvergunning op naam van een ander als bedoeld in artikel 5 van de Marktverordening:

€ 26,00

b.

toestemming met vervanging van de vergunninghouder (artikel 19, tweede lid van de Marktverordening):

€ 26,00

c..

ontheffing van de verplichting tot het innemen van de vergunde standplaats (artikel 19, eerste lid van de Marktverordening):

€ 26,00

Artikel 3.10 Losse standplaatsen

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het innemen of hebben van een (losse) standplaats als bedoeld in artikel 5.16 van de Algemene plaatselijke verordening:

€ 26,00

Paragraaf 3.6 Huisvestingswet 2014 en Wet goed verhuurderschap

Artikel 3.11 t/m artikel 3.18

Gereserveerd

Paragraaf 3.6A Wet kinderopvang

Artikel 3.19 Exploitatie opvanglocatie

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor het in exploitatie nemen van een locatie voor kinderopvang, buitenschoolse opvang, gastouderopvang of een peuterspeelzaal:

€ 153,00

Paragraaf 3.6B Overige bedrijfsmatige activiteiten

Artikel 3.20 Exploitatie overige bedrijfsmatige activiteiten

Het tarief bedraagt voor:

a.

het in behandeling nemen van een aanvraag om een exploitatievergunning bedrijfsmatige activiteiten als bedoeld in artikel 2.58 van de Algemene plaatselijke verordening:

€ 105,00

b.

het wijzigen van de in onderdeel a genoemde exploitatievergunning als bedoeld in artikel 2.58, zesde lid van de Algemene plaatselijke verordening:

€ 105,00

Behorende bij raadsbesluit van 19 december 2024

De griffier van de gemeente Voerendaal,

Bijlage I bij artikel 2.1, vierde lid van de Tarieventabel Legesverordening 2025: Tabel ter bepaling van de bouwkosten ten behoeve van een omgevingsvergunning

nr.

type bouwwerk en kenmerk

eenheid

prijs/eenheid

 

WOONGEBOUWEN

 
 

1

Appartementen standaard

€ 426,00

2

Appartementen beter

€ 524,00

 

GRONDGEBONDEN WONINGEN

 
 

3

Tussenwoning standaard

€ 380,00

4

Tussenwoning beter

€ 526,00

5

Half vrijstaand standaard

€ 426,00

6

Half vrijstaand beter

€ 625,00

7

Vrijstaand standaard

€ 526,00

8

Vrijstaand beter

€ 683,00

 

WONINGEN - AANVULLINGEN

 
 

9

Garage / berging

€ 223,00

10

Kelder (onder nieuwbouw)

€ 301,00

11

Carport / overkapping

€ 160,00

12

Dakkapel h=1,6 m *

€ 1.618,00

13

Aanbouw tegen bestaande woning

€ 448,00

14

Gemetselde tuinmuur d=100 kolom= hoh 4000 *

€ 201,00

 

BIJEENKOMSTGEBOUW (in m²)

 
 

15

Multifunctionele accommodatie

€ 1.898,00

16

Café \ Restaurant

€ 1.648,00

17

Hotel \ Motel

€ 1.993,00

 

GEZONDHEIDSZORGGEBOUW (in m²)

 
 

18

Gezondheidscentrum

€ 1.781,00

19

Woonzorgcentrum

€ 1.652,00

20

Ziekenhuis

€ 2.510,00

 

INDUSTRIEEL GEBOUW (in m²)

 
 

21

Bedrijfshal, (basic \ lowbudget)

€ 410,00

22

Bedrijfshal, < 2.500 m²

€ 532,00

23

Bedrijfshal, > 2.500 m²

€ 473,00

24

Bedrijfshal, > 10.000 m²

€ 458,00

25

Toeslag kantoor tegen bedrijfshal

€ 1.324,00

26

Toeslag kantoor inpandig in bedrijfshal *

€ 801,00

 

KANTOORGEBOUWEN (in m²)

 
 

27

Kantoor standaard

€ 1.537,00

28

Kantoor beter

€ 2.338,00

 

ONDERWIJSGEBOUW (in m²)

 
 

29

Basis- en bredeschool

€ 1.604,00

30

Middelbare- en hogereschool

€ 1.720,00

 

SPORTGEBOUW (in m²)

 
 

31

Sporthal \ gymzaal

€ 1.399,00

32

Clubhuis (kleedlokalen + kantine)

€ 1.749,00

 

WINKELGEBOUW (in m²)

 
 

33

Doe-het-zelf hal \ meubelzaak \ supermarkt

€ 1.019,00

34

Autogarage met showroom

€ 842,00

35

Winkels

€ 1.699,00

 

PARKEERGARAGES (in m²)

 
 

36

Parkeergarage bovengronds

€ 428,00

37

Parkeergarage ondergronds

€ 1.098,00

 

PORTA KABINES (in m²)

 
 

38

Porta kabines lowbudget

€ 734,00

39

Porta kabines afgewerkt

€ 958,00

40

Woonwagen

€ 1.454,00

 

TOESLAGEN GEBOUWEN

 
 

41

Paalfundering in m² bebouwd oppervlak *

€ 51,00

 

AGRARISCH (in m²)

 
 

42

Werktuigen loods

€ 203,00

43

Geisoleerd stal (pluimvee)

€ 243,00

44

Sterk geventileerde stal (rundvee \ varkens)

€ 203,00

45

Mestkelder

€ 92,00

46

Tuinbouwkast (onverwarmd)

€ 37,00

47

Tuinbouwkast (verwarmd)

€ 52,00

48

Open veldschuur

€ 188,00

 

AANVULLINGEN DIVERSEN

 
 

49

Zonwering (uitvalscherm-markies) *

€ 669,00

50

Airco installaties (st) *

st

€ 689,00

51

Ventilatie units (st) *

st

€ 2.065,00

52

Ontgeuringsinstallatie (st) *

st

€ 11.018,00

53

Reclame dubbelzijdige lichtbak (st) *

st

€ 717,00

54

Reclame gevelbelettering (m¹) *

€ 701,00

55

Terrasschotten inclusief terrasputjes (m¹) *

€ 674,00

56

Terrasheaters (st) *

st

€ 660,00

57

Rookmelders (st) *

st

€ 139,00

 

Verbouw - Renovatie

 
 

58

Correctie casco grootschalige verbouwing

-40%

59

Correctie casco kleinschalige verbouwing

-70%

* Deze eenheidsprijs is aanvullend op de eenheidsprijs van het type bouwwerk

Behorende bij raadsbesluit van 19 december 2024

De griffier van de gemeente Voerendaal,

Bijlage II bij hoofdstuk 2 van de Tarieventabel Legesverordening 2025: Tarieven Omgevingsdienst Zuid-Limburg voor advisering

Artikelnummer

Activiteit

Kostprijs

Artikel 2.4

Omgevingsoverleg

€ 1.888

Artikel 2.12

Omgevingsplanactiviteit milieubelastende activiteit

€ 3.186 vergunning regulier

€ 8.496 vergunning complex*

Artikel 2.13

Activiteiten die bedrijfstakken overstijgen

€ 3.186 vergunning regulier

€ 8.496 vergunning complex*

Artikel 2.14 t/m 2.19

Variatie aan sectoren

€ 3.186 vergunning regulier

€ 8.496 vergunning complex*

Artikel 2.36

Maatwerkvoorschriften bij milieubelastende activiteiten

€ 2.124

Artikel 2.42

Intrekken vergunning

€ 2.006

Artikel 2.48

Vermeerdering wanneer de uitgebreide voorbereidingsprocedure van toepassing is

€ 5.310

* Een vergunning complex betreft een vergunning waarop de uniforme openbare voorbereidingsprocedure van toepassing is

Behorende bij raadsbesluit van 19 december 2024.

De griffier van de gemeente Voerendaal,