Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR732132
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR732132/1
Legesverordening Voorne aan Zee 2025
Geldend van 25-12-2024 t/m heden
Intitulé
Legesverordening Voorne aan Zee 2025De raad van de gemeente Voorne aan Zee
Gelet op het bijbehorende raadsvoorstel;
Gelet op de artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h, en 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet en de artikelen 2, tweede lid, en 7 van de Paspoortwet, en artikel 13.1a van de Omgevingswet;
Besluit vast te stellen de Legesverordening Voorne aan Zee 2025
Artikel 1 Definities
Deze verordening verstaat onder:
- a.
dag: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;
- b.
week: een aaneengesloten periode van zeven dagen;
- c.
maand: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1) dag in de volgende kalendermaand, met dien verstande dat als de ne dag in een kalendermaand 30 of 31 januari is, de (n-1) dag in de volgende kalendermaand altijd de laatste dag van de maand februari is;
- d.
jaar: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1) dag in het volgende kalenderjaar;
- e.
kalenderjaar: de periode van 1 januari tot en met 31 december.
Artikel 2 Belastbaar feit
Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor:
- a.
het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een dienst of het nemen van een besluit;
- b.
het verlenen van een dienst op aanvraag; of
- c.
het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een document;
een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.
Artikel 3 Belastingplicht
Belastingplichtig is de aanvrager of degene voor wie de aanvraag is gedaan.
Artikel 4 Vrijstellingen
Leges worden niet geheven voor:
- a.
diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 13.6 van de Omgevingswet zijn of worden verhaald;
- b.
diensten die ingevolge wettelijk voorschrift zijn vrijgesteld van rechtenheffing of kosteloos moeten worden verleend.
Artikel 5 Maatstaven van heffing en tarieven
-
1. De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.
-
2. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieven tabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.
Artikel 6 Wijze van heffing
De leges worden geheven door middel van een mondelinge kennisgeving, een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur of een kennisgeving langs elektronische weg. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving of langs elektronische weg aan de belastingschuldige bekendgemaakt.
Artikel 7 Termijnen van betaling
-
1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:
- a.
mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;
- b.
schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 30 dagen na de dagtekening van de kennisgeving;
- c.
Langs elektronische weg in het aanvraagproces wordt gedaan onverwijld, dan wel als die mogelijkheid wordt geboden binnen 30 dagen na het indienen van de aanvraag langs elektronische weg;
- d.
Langs elektronische weg na indiening van de aanvraag wordt gedaan, binnen 30 dagen na dagtekening van de kennisgeving.
- a.
-
2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.
Artikel 8 Kwijtschelding
Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.
Artikel 9 Vermindering of teruggaaf
Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst, besluit of handeling wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in die tarieventabel opgenomen bepaling.
Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, als de wijzigingen:
- 1.
van zuiver redactionele aard zijn;
- 2.
een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende paragrafen of artikelen van de tarieventabel betreft:
- a.
paragraaf 1.2 (reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart);
- b.
paragraaf 1.3 (rijbewijzen);
- c.
artikel 1.17 (schriftelijke verstrekking uit de basisregistratie personen);
- d.
artikel 1.25, onder 3a (verklaring omtrent het gedrag);
- e.
artikel 1.31 (Wet op de kansspelen);
- a.
een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.
Artikel 11 Overgangsrecht
-
1. De Legesverordening Voorne aan Zee 2024 vastgesteld op 21 december 2023, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 12, tweede lid genoemde datum van ingang van de heffing. Zij blijft van toepassing op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
-
2. Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 12, tweede lid, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.
Artikel 12 Inwerkingtreding
-
1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.
-
2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2025.
Artikel 13 Citeertitel
Deze verordening wordt aangehaald als: Legesverordening Voorne aan Zee 2025.
Ondertekening
Aldus besloten in de openbare vergadering van de gemeenteraad van Voorne aan Zee van donderdag 19 december 2024
de griffier,
A. (Ariëtte) Goslings Msc
de voorzitter,
A.R.C. (Arno) Scheepers RA Msc
Tabel van tarieven, behorende bij de Legesverordening 2025 gemeente Voorne aan Zee vastgesteld bij raadsbesluit van 19 december 2024.
INHOUD |
HOOFDSTUK I ALGEMENE DIENSTVERLENING |
Paragraaf 1.1 Burgerlijke strand |
Paragraaf 1.2 Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart |
Paragraaf 1.3 Rijbewijzen |
Paragraaf 1.4 Verstrekkingen in het kader van de basisregistratie persoonsgegevens |
Paragraaf 1.5 Bestuursstukken |
Paragraaf 1.6 Gereserveerd |
Paragraaf 1.7 Overige Publiekszaken |
Paragraaf 1.8 Gemeentearchief |
Paragraaf 1.9 Bijzondere wetten |
Paragraaf 1.10 Diversen |
HOOFDSTUK 2 BIJZONDERE WETTEN DIENSTVERLENING EN BESLUITEN IN HET KADER VAN DE OMGEVINGSWET |
Paragraaf 2.1 Algemene bepalingen |
Paragraaf 2.2 Voorfase |
Paragraaf 2.3 Activiteiten met betrekking tot bouwwerken |
Paragraaf 2.4 Activiteiten met betrekking tot cultureel erfgoed en werelderfgoed |
Paragraaf 2.5 Milieubelastende activiteiten |
Paragraaf 2.6 Lozingsactiviteiten |
Paragraaf 2.7 Aanlegactiviteiten |
Paragraaf 2.8 Overige activiteiten |
Paragraaf 2.9 Maatwerkvoorschriften |
Paragraaf 2.10 Gelijkwaardigheid |
Paragraaf 2.11 Overige Tarieven |
Paragraaf 2.12 Modaliteiten |
Paragraaf 2.13 Vermindering |
Paragraaf 2.14 Teruggaaf |
HOOFDSTUK 3 DIENSTVERLENING VALLEND ONDER DE DIENSTENRICHTLIJN EN NIET VALLEND ONDER HOOFDSTUK 2 |
Paragraaf 3.1 Horeca |
Paragraaf 3.2 Seksbedrijven |
Paragraaf 3.3 Winkeltijdenwet |
Paragraaf 3.4 Organiseren van een evenement of markt |
BIJLAGE: OVERZICHT BOUWKOSTEN TEN BEHOEVE VAN BEREKENINGEN VOOR DE BOUWLEGES-TOETS (‘ROEB lijst’) |
HOOFDSTUK 1 ALGEMENE DIENSTVERLENING |
Paragraaf 1.1 Burgerlijke stand
Artikel 1.1 Huwelijksvoltrekking of registratie partnerschap stadhuis Voorne aan Zee |
|
||
Het tarief bedraagt bij voltrekking van het huwelijk/geregistreerd partnerschap/omzetting in het stadhuis van Brielle, Hellevoetsluis of Rockanje met een maximale tijdsduur van één uur: |
|
||
a. |
maandag tot en met vrijdag tot 10.00 tot 20.00 uur: |
€ 477,00 |
|
b. |
zaterdag van 10.00 tot 20.00 uur: |
€ 1.052,00 |
|
Artikel 1.2 Huwelijksvoltrekking of registratie partnerschap externe locatieHet tarief bedraagt bij voltrekking van het huwelijk/geregistreerd partnerschap/omzetting op een andere locatie dan het stadhuis met een maximale tijdsduur van één uur op: |
|
||
a. |
maandag tot en met vrijdag tot 10.00 tot 20.00 uur: |
€ 682,00 |
|
b. |
zaterdag van 10.00 tot 20.00 uur: |
€ 1.258,00 |
|
Artikel 1.2a Huwelijk in een bijzonder huis |
|||
a. |
Administratief zonder ceremonie |
kosteloos |
|
b. |
Met ceremonie |
€ 477,00 |
|
Artikel 1.3 Voor het voltrekken van het huwelijk/geregistreerd partnerschap/omzetting op een varend passagiersschip: |
|
||
a. |
maandag tot en met vrijdag van 10.00 uur tot 20.00 uur: |
€ 888,00 |
|
b. |
zaterdag van 10.00 tot 20.00 uur: |
€ 1.464,00 |
|
Artikel 1.4 Verlenging, eenmalige aanwijzing, administratieve omzetting, kosteloos Het tarief voor het aanwijzen en de verlenging van een aanwijzing tot een vaste externe trouwlocatie bedraagt: |
€ 242,00 |
||
1.4.1 Het tarief voor de éénmalige aanwijzing van een incidentele externe trouwlocatie bedraagt: |
€ 334,00 |
||
1.4.2. Voor de administratieve omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk tijdens kantooruren buiten de kosteloze tijdstippen maandagmorgen en dinsdagmorgen om 09.00 uur en 09.30 uur |
€ 101,00 |
||
1.4.3 Het tarief bedraagt voor het voltrekken van een huwelijk/geregistreerd partnerschap op maandagmorgen en dinsdagmorgen om 09.00 uur en om 09.30 uur (met uitzondering van bijzondere feestdagen), in een ruimte in het gemeentehuis in Hellevoetsluis, met maximaal 6 personen en met een maximale tijdsduur van vijftien minuten: |
kosteloos |
||
Artikel 1.5 Aanwijzing buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand voor één dag |
|
||
Voor het éénmalig benoemen van een externe buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand |
€ 154,00 |
||
Artikel 1.6 Beschikbaar stellen getuige door gemeenteVoor het optreden als getuige bij een huwelijk/geregistreerd partnerschap van een in functie zijnde medewerker der gemeentesecretarie wordt per getuige een bedrag in rekening gebracht van: |
€ 33,50 |
||
Artikel 1.7 Annuleren of wijzigen datumHet tarief bedraagt voor het verplaatsen en/of annuleren van een huwelijksdatum en/of –tijdstip, daaronder ook begrepen partnerschapsdatum en/of –tijdstip (bij een kosteloos huwelijk of een kosteloze partnerschapsregistratie): |
|
||
a. |
voor melding voorgenomen huwelijk/geregistreerd partnerschap |
€ 46,00 |
|
b. |
na melding voorgenomen huwelijk/geregistreerd partnerschap: |
€ 77,00 |
|
Artikel 1.8 Trouwboekje of partnerschapsboekje Het tarief voor het trouwboekje / partnerschapsboekje bedraagt |
€ 31,00 |
Paragraaf 1.2 Reisdocumenten en Nederlandseidentiteitskaart
Artikel 1.9 Paspoorten of andere reisdocumenten en artikel 1.10 Nederlandse identiteitskaart |
|
Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen naar aanleiding van een aanvraag van een reisdocument of een Nederlandse identiteitskaart: het in artikel 6, lid 2, van het Besluit paspoortgelden voor het betreffende document en in voorkomend geval voor de versnelde uitreiking ervan genoemde tarief dat ten hoogste in een gemeentelijke verordening mag worden geheven, naar beneden afgerond op een veelvoud van € 0,05 |
|
Artikel 1.11 Modaliteiten |
|
Het tarief bedraagt voor het bezorgen van een in de artikelen 1.9 en 1.10 genoemd document (met uitzondering van de Waddeneilanden), zijnde een toeslag op de in de artikelen 1.9 en 1.10: |
€ 6,50 |
Paragraaf 1.3 Rijbewijzen
Artikel 1.12 Rijbewijzen en artikel 1.13 Modaliteiten |
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs het van rijkswege vastgestelde maximumbedrag, naar beneden afgerond op € 0,05 |
Paragraaf 1.4 Verstrekkingen in het kader van de basisregistratie persoonsgegevens
Artikel 1.14 Definities |
|||
1. |
Voor de toepassing van dit artikel wordt onder één verstrekking verstaan verstrekking van een of meer gegevens over één persoon waarvoor de basisregistratie personen moet worden geraadpleegd. |
|
|
Artikel 1.15 Verstrekking van gegevens uit de basisregistratie personen |
|||
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
||
a. |
Uittreksel en/of afschrift van de burgerlijke stand: |
€ 17,10* |
|
b. |
MMF uittreksel en/of afschrift van de burgerlijke stand |
€ 17,10 |
|
c. |
Voor de afgifte van een lijkenpas of voor de afgifte van een verklaring van uitstel begraven/cremeren: |
€ 15,50 |
|
d. |
Verklaring huwelijksbevoegdheid |
€ 29,80 |
|
e. |
MMF Verklaring huwelijksbevoegdheid |
€ 29,80 |
|
2. Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
||
a. |
tot het verstrekken van gegevens per verstrekking: aan de balie |
€ 11,30 |
|
b. |
tot het verstrekken van gegevens per verstrekking: via digitaal loket: |
€ 6,20 |
|
c. |
tot het verstrekken van gegevens per verstrekking (Internationaal model): aan de balie: |
€ 17,00 |
|
d. |
tot het verstrekken van gegevens per verstrekking (Internationaal model): via digitaal loket: |
€ 8,75 |
Artikel 1.16 Gereserveerd |
|
Artikel 1.17 Schriftelijkeverstrekking |
|
In afwijking van artikel 1.15 bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het schriftelijk verstrekken van gegevens bedoeld in artikel 17, tweede lid, van het Besluit basisregistratie personen: |
€ 7,50** |
* Tarief per 1-1-2025
**Dit is het maximumtarief.
Artikel 1.18 Gereserveerd |
Paragraaf 1.5 Bestuursstukken
Artikel 1.19 Afschriften van bestuursstukken |
||
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van: |
|
|
a. |
Een exemplaar van een verordening: |
€ 21,00 |
b. |
Aanvullingen van de onder 1 genoemde verordening, per bladzijde: |
€ 0,90 |
Artikel 1.20 Abonnement op bestuursstukken |
||
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afsluiten van een abonnement voor een kalenderjaar op: |
|
|
a. |
voor een jaarabonnement op de raadsstukken: |
€ 102,60 |
b. |
voor een jaarabonnement op de afsprakenlijst van raadscommissies: |
€ 21,55 |
Paragraaf 1.6 Vastgoedinformatie
Artikel 1.21 tot met 1.24 Gereserveerd |
Paragraaf 1.7 Overigepubliekszaken
Artikel 1.25 Overigepubliekszaken |
|||
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
||
1. |
Legaliseren van een handtekening of het waarmerken van een stuk, voor elke handtekening of voor elk stuk: |
€ 11,30 |
|
2. |
a. |
Verstrekken van een bewijs van Nederlanderschap: aan de balie |
€ 11,30 |
b. |
Verstrekken van een bewijs van Nederlanderschap: via digitaal loket |
€ 8,75 |
|
3. |
a. |
Verstrekken van een verklaring omtrent het gedrag: |
€ 41,35* |
b. |
een attestatie de vita (bewijs van in leven) aan de balie |
€ 17,10** |
|
c. |
een attestatie de vita (bewijs van in leven) via digitaal loket |
€ 11,00 |
|
d. |
een attestatie de vita (bewijs van in leven) voor een pensioen |
kosteloos |
*Dit is het maximumtarief vanaf 1 maart 2016
** tarief per 1-1-2025
Paragraaf 1.8 Gemeentearchief
Artikel 1.26 Naspeuringen in gemeentearchief |
|
Nasporing door ambtenaren in het gemeentearchief en in gegevensverzamelingen berustende bescheiden, ongeacht het resultaat daarvan, per daaraan besteed half uur of gedeelte daarvan mits het langer duurt dan 10 minuten: |
€ 14,00 |
Artikel 1.27 tot en met 1.28 Gereserveerd |
Paragraaf 1.9 Bijzonderewetten
Artikel 1.29 Huisvestingswet 2014 |
|||
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om: |
|
||
1. |
Een huisvestingsvergunning als bedoeld in artikel 8, eerste lid, van de Huisvestingswet 2014: |
€ 78,50 |
|
2. |
indeling in een urgentiecategorie als bedoeld in artikel 13, tweede lid, van de Huisvestingswet 2014: |
€ 39,25 |
|
Artikel 1.30 Leegstandwet |
|||
1. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om: |
||
a. |
een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandwet: |
€ 142,50 |
|
b. |
Verlenging van een vergunning tot tijdelijke verhuur van woonruimte als bedoeld in artikel 15, negende lid van de Leegstandswet |
€ 45,00 |
|
Artikel 1.31 Wet op de kansspelen |
|||
1. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen: |
|
|
a. |
voor één kansspelautomaat, welke vergunning geldt voor onbepaalde tijd: |
€ 226,50* |
|
b. |
voor twee of meer kansspelautomaten, welke vergunning geldt voor onbepaalde tijd: |
€ 226,50* |
|
En voor iedere volgende kansspelautomaat |
€ 136,00* |
||
2. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning): |
€ 15,00 |
|
* dit is het maximumtarief |
|||
Artikel 1.32 Kabels en Leidingen |
|||
1. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag in verband met het verkrijgen van instemming omtrent tijdstip, plaats en werkwijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in de Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuren (AVOI): |
€ 687,50 |
|
a |
vermeerderd met een bedrag per strekkende meter van het gehele tracé: met een lengte vanaf 25 meter: |
€ 5,50 |
|
2 |
Indien er met betrekking tot een aanvraag overleg moet plaatsvinden tussen de gemeente en de netbeheerder(s) of andere beheerders van openbare gronden en de netbeheerder, wordt het in lid 1 genoemde bedrag per overleg verhoogd met: |
€ 278,70 |
|
3 |
Voor het aanbrengen van administratieve wijzigingen in een verleende vergunning/instemmingsbesluit en/of het verwerken van een melding bedraagt het tarief: |
€ 150,00 |
|
4 |
Het tarief voor het in behandeling nemen van een storings- of graafmelding tot 25 m1 is: |
€ 225,00 |
|
a |
vermeerderd met een bedrag per strekkende meter van het gehele tracé: met een lengte vanaf 25 meter: |
€ 5,50 |
|
5 |
Indien met betrekking tot een melding onderzoek naar de status van de kabel plaatsvindt, verhoogd met het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de melding aan de melder meegedeelde kosten blijkend uit een begroting die ter zake door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. |
||
6 |
Indien een begroting als bedoeld in lid 5 is uitgebracht, wordt een melding in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de melder ter kennis is gebracht, tenzij de melding voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. |
||
Artikel 1.33 Wegenverkeerswetgeving |
|||
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om: |
|
||
1. |
a. een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990: |
€ 43,85 |
|
b. een ontheffing als bedoeld in artikel 9.1 van de Regeling voertuigen: |
€ 43,85 |
||
2. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om verstrekking van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW): |
€ 38,00 |
|
3. |
Het tarief bedraagt voor een medische keuring/geneeskundig onderzoek voor het verkrijgen van een gehandicaptenparkeerkaart: |
€ 245,50 |
|
4. |
Het tarief bedraagt voor het aanleggen van een persoonsgebonden gehandicaptenparkeerplaats: |
€ 375,00 |
|
5. |
Het tarief bedraagt voor het wijzigen (zoals bestrating en/of verf) van een gehandicaptenparkeerplaats: |
€ 150,00 |
|
6. |
Het tarief bedraagt voor het wijzigen van een onderbord met kenteken voor een persoonsgebonden gehandicaptenparkeerplaats: |
€ 70,00 |
Paragraaf 1.10 Diversen
Artikel 1.34 Gewaarmerkte afschriften, kopieën, stukken of uittreksels |
||||
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van: |
|
|||
1. |
kopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen: |
|
||
a. |
Enkelzijdig (zwart-wit) in formaat A4 of kleiner, per bladzijde: |
€ 0,07 |
||
b. |
Enkelzijdig (zwart-wit) in formaat A3, per bladzijde: |
€ 0,08 |
||
c. |
Enkelzijdig (kleur) in formaat A4 of kleiner, per bladzijde: |
€ 0,15 |
||
d. |
Enkelzijdig (kleur) in formaat A3, per bladzijde: |
€ 0,16 |
||
e. |
Dubbelzijdig (zwart-wit) in formaat A4 of kleiner, per bladzijde: |
€ 0,12 |
||
f. |
Dubbelzijdig (zwart-wit) in formaat A3, per bladzijde: |
€ 0,13 |
||
g. |
Dubbelzijdig (kleur) in formaat A4 of kleiner, per bladzijde: |
€ 0,32 |
||
h. |
Dubbelzijdig (kleur) in formaat A3, per bladzijde: |
€ 0,40 |
||
2 |
Kopieën van kaarten en tekeningen per kopie: |
|||
a. |
Formaat A2 |
€ 7,25 |
||
b. |
Formaat A1 |
€ 9,00 |
||
c. |
Formaat A0 |
€ 12,50 |
||
Artikel 1.35 Diverse vergunningen of beschikkingen |
||||
1. |
Voor het afgeven van een beschikking op verzoekschriften, van een vergunning of een ontheffing dan wel van elk ander stuk in het persoonlijk belang van de aanvrager opgemaakt, voor zover deze stukken niet afzonderlijk en met name in de volgende punten van deze tarieven lijst zijn genoemd of in een andere belastingverordening van deze gemeente of andere rechtsregels zijn genoemd, per beschikking |
€ 125,00 |
||
2. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag Vuurwerkverkoopvergunning op grond van artikel 2:72 van de APV: |
€ 177,50 |
||
3. |
Het tarief voor een nieuwe milieupas bedraagt |
€ 12,15 |
||
HOOFDSTUK 2 DIENSTVERLENING EN BESLUITEN IN HET KADER VAN DE OMGEVINGSWET |
||||
Paragraaf 2.1 |
Algemenebepalingen |
|
||
Artikel 2.1 |
Definities |
|||
1. |
Begripsbepalingen die zijn opgenomen in de bijlage bij de Omgevingswet, in bijlage I bij het Besluit activiteiten leefomgeving, bijlage I bij het Besluit bouwwerken leefomgeving, bijlage I bij het Besluit kwaliteit leefomgeving, bijlage I bij het Omgevingsbesluit en bijlage I bij de Omgevingsregeling en in de bijlagen bij het gemeentelijke omgevingsplan, zijn van toepassing op dit hoofdstuk, tenzij in de legesverordening of deze tarieventabel anders is bepaald. |
|
||
2. |
In dit hoofdstuk voorkomende begrippen die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander dan een in het eerste lid bedoeld wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld, tenzij in de legesverordening of deze tarieventabel anders is bepaald. |
|
||
3. |
In aanvulling op de in bijlage I bij de Omgevingsregeling opgenomen omschrijving van het begrip ‘bouwkosten’ betreffen de in die omschrijving: - onder a genoemde Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 de voorwaarden die bekendgemaakt zijn in Staatscourant 2012, 1567; - onder b bedoelde bouwkosten de kosten voor de fysieke realisatie (het bouwen) van het bouwwerk; - onder c bedoelde prijs de prijs exclusief omzetbelasting. |
|
||
4. |
In afwijking van bijlage I bij de Omgevingsregeling wordt onder bouwkosten verstaan: de bouwkosten die worden berekend aan de hand van de ‘ROEB-lijst’ (Regionaal Overleg Eindhoven Bouwtoezicht), zoals opgenomen in de bijlage bij deze tarieventabel. Voor zover deze ‘ROEB-lijst’ niet voorziet in een passende hoofcategorie (vetgedrukt in de lijst) wordt onder bouwkosten verstaan: de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (de voorwaarden die bekendgemaakt zijn in Staatscourant 2012, 1567), voor het uit te voeren werk. In dit laatste geval zullen de overgelegde gegevens getoetst worden aan hun wettelijke kaders. Wanneer deze raming ontbreekt gaat het om de kosten die voortvloeien uit aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het bouwen) van de bouwwerken. Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschied wordt in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economische verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft, exclusief de omzetbelasting. |
|
||
Artikel 2.2 |
Dienstverlening en besluiten waarvoor leges worden geheven |
|||
|
Leges worden geheven voor het in behandeling nemen van een aanvraag om: |
|
||
a. |
omgevingsoverleg; |
|
||
b. |
een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 5.1 of artikel 22.8 van de Omgevingswet in samenhang met artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit; |
|
||
c. |
een of meer maatwerkvoorschriften als bedoeld in artikel 4.5 van de Omgevingswet; |
|
||
d. |
toestemming voor het treffen van een gelijkwaardige maatregel als bedoeld in artikel 4.7 van de Omgevingswet; |
|
||
e. |
een wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning; |
|
||
f. |
intrekking van een omgevingsvergunning; |
|
||
g. |
wijziging van een besluit als bedoeld in de onderdelen b, c en d; |
|
||
h. |
een besluit in het kader van de Omgevingswet, anders dan bedoeld in de onderdelen b tot en met g. |
|
||
Artikel 2.3 |
Bepalentarief |
|||
1. |
De in artikel 2.2 bedoelde leges worden geheven naar de tarieven zoals opgenomen in de volgende paragrafen van dit hoofdstuk. |
|
||
2. |
Als een aanvraag betrekking heeft op meerdere activiteiten, is het tarief opgebouwd uit de som van de verschuldigde leges behorend bij die activiteiten. |
|
||
3. |
Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag wordt in voorkomend geval verhoogd met het tarief voor een of meer modaliteiten bedoeld in paragraaf 2.12. |
|
||
4. |
Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag wordt in voorkomend geval verminderd overeenkomstig het bepaalde in paragraaf 2.13. |
|
||
5. |
Het tarief behorend bij een aanvraag om een maatwerkvoorschrift of bij een aanvraag om toestemming om een gelijkwaardige maatregel te treffen is niet van toepassing als het onderwerp waarop het maatwerkvoorschrift betrekking heeft of de gelijkwaardige maatregel onderdeel is van een aanvraag om een omgevingsvergunning. |
|
||
6. |
In afwijking van het tweede en derde lid kan ook per activiteit of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd. |
|
Paragraaf 2.2 |
Voorfase |
|
Artikel 2.4 |
Omgevingsoverleg |
|
1. |
Als de aanvraag betrekking heeft op het houden van omgevingsoverleg over een of meer activiteiten die gevolgen kunnen hebben voor de fysieke leefomgeving, bedraagt het tarief: |
|
a. |
voor een eerste omgevingsoverleg: |
€ 308,40 |
b. |
voor elk volgend omgevingsoverleg zijnde de intaketafel (wenselijkheid initiatief): |
€ 514,00 |
c. |
Voor elk volgend omgevingsoverleg zijnde de omgevingstafel (haalbaarheid initiatief): |
€ 1.542,00 |
d. |
per in te schakelen adviseur verhoogd met: |
€ 257,00 |
2. |
Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk, als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten, wordt, indien in het kader van een omgevingsoverleg een andere in dit hoofdstuk opgenomen dienst dient te worden uitgevoerd, het tarief voor het omgevingsoverleg vermeerderd met de leges zoals vermeld in deze tarieventabel voor die betreffende dienst of diensten. |
|
3. |
Archeologische toets in de initiatieffase |
€ 102,80 |
Paragraaf 2.3 |
Activiteiten met betrekking tot bouwwerken |
|
Artikel 2.5 |
Bouwactiviteit (bouwtechnischedeel) |
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in paragraaf 2.3.2 van het Besluit bouwwerken leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
|
a. |
indien de bouwkosten minder dan € 50.000 bedragen |
0,950% |
|
van de bouwkosten, met een minimum van: |
€ 257,00 |
b. |
indien de bouwkosten € 50.000 tot € 100.0000 bedragen |
€ 488,30 |
|
vermeerderd met |
0,900% |
|
van het bedrag waarmee de bouwkosten van € 50.000 te boven gaat. |
|
c. |
indien de bouwkosten € 100.000 tot € 400.000 bedragen |
€ 950,90 |
|
vermeerderd met |
0,850% |
|
van het bedrag waarmee de bouwkosten van € 100.000 te boven gaat. |
|
d. |
indien de bouwkosten € 400.000 tot € 1.000.000 bedragen |
€ 3.572,30 |
|
vermeerderd met |
0,800% |
|
van het bedrag waarmee de bouwkosten van € 400.000 te boven gaat. |
|
e. |
indien de bouwkosten € 1.000.000 tot € 2.000.000 bedragen |
€ 8.506,70 |
|
vermeerderd met |
0,750% |
|
van het bedrag waarmee de bouwkosten van € 1.000.000 te boven gaat. |
|
f. |
indien de bouwkosten € 2.000.000 tot € 5.000.000 bedragen |
€ 16.216,70 |
|
vermeerderd met |
0,700% |
|
van het bedrag waarmee de bouwkosten van € 2.000.000 te boven gaat. |
|
g. |
indien de bouwkosten € 5.000.000 of meer bedragen |
€ 37.804,70 |
|
vermeerderd met |
0,650% |
|
van het bedrag waarmee de bouwkosten van € 5.000.000 te boven gaat. |
|
|
met een maximum van: |
€155.000,00 |
Artikel 2.6 |
Omgevingsplanactiviteit: bouwactiviteit, in stand houden of gebruiken bouwwerk (ruimtelijkedeel) |
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een bouwactiviteit, het in stand houden of gebruiken van het bouwwerk, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
|
1. |
voor een omgevingsplanactiviteit waarbij sprake is van een bouwactiviteit |
|
a. |
indien de bouwkosten minder dan € 50.000 bedragen |
1,250% |
|
van de bouwkosten, met een minimum van: |
€ 257,00 |
b. |
indien de bouwkosten € 50.000 tot € 100.0000 bedragen |
€ 642,50 |
|
vermeerderd met |
1,150% |
|
van het bedrag waarmee de bouwkosten van € 50.000 te boven gaat. |
|
c. |
indien de bouwkosten € 100.000 tot € 400.000 bedragen |
€ 1.233,60 |
|
vermeerderd met |
1,050% |
|
van het bedrag waarmee de bouwkosten van € 100.000 te boven gaat. |
|
d. |
indien de bouwkosten € 400.000 tot € 1.000.000 bedragen |
€ 4.471,80 |
|
vermeerderd met |
0,900% |
|
van het bedrag waarmee de bouwkosten van € 400.000 te boven gaat. |
|
e. |
indien de bouwkosten € 1.000.000 tot € 2.000.000 bedragen |
€ 10.023,00 |
|
vermeerderd met |
0,800% |
|
van het bedrag waarmee de bouwkosten van € 1.000.000 te boven gaat. |
|
f. |
indien de bouwkosten € 2.000.000 tot € 5.000.000 bedragen |
€ 18.247,00 |
|
vermeerderd met |
0,700% |
|
van het bedrag waarmee de bouwkosten van € 2.000.000 te boven gaat. |
|
g. |
indien de bouwkosten € 5.000.000 of meer bedragen |
€ 39.835,00 |
|
vermeerderd met |
0,650% |
|
van het bedrag waarmee de bouwkosten van € 5.000.000 te boven gaat. |
|
|
met een maximum van: |
€ 155.000,00 |
2. |
De tarieven genoemd onder lid 1 worden in voorkomende gevallen verhoogd als volgt: |
|
a. |
als de bouwactiviteit plaatsvindt op een bodemgevoelige locatie en de toelaatbare kwaliteit van de bodem moet worden beoordeeld, verhoogd met: |
€ 190,60 |
b. |
als moet worden beoordeeld of de activiteit niet in strijd is met het in voorbereiding zijnde omgevingsplan respectievelijk het in voorbereiding zijnde omgevingsplan dat voorziet in de bescherming van het stads- en dorpsgezicht, verhoogd met: |
€ 190,60 |
c. |
als sprake is van toepassing van de wijzigingsbevoegdheid of uitwerkingsplicht, zoals bedoeld in artikel 22.1, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, verhoogd met: |
€ 569,20 |
3. |
voor een omgevingsplanactiviteit die uitsluitend bestaat uit het in stand houden of gebruiken van een bouwwerk en waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit: |
€ 948,70 |
4. |
Onverminderd de voorgaande onderdelen van dit artikel wordt indien sprake is van een buitenplanse omgevingsplanactiviteit het tarief verhoogd met, indien deze is voorafgegaan aan een omgevingsoverleg (omgevingstafel) zoals bedoeld in artikel 2.4 : |
|
a. |
en het betreft een eenvoudig initiatief |
€ 529,40 |
b. |
en het betreft een gemiddeld initiatief |
€ 9.039,80 |
c. |
en het betreft een complex initiatief |
€ 14.915,75 |
5. |
Indien de aanvraag niet is voorafgegaan door een omgevingsoverleg zoals bedoeld in artikel 2.4 worden de tarieven genoemd in het voorgaande lid vermeerderd met: |
€ 1.162,25 |
Artikel 2.7 |
Omgevingsplanactiviteit: slopen van een bouwwerk |
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een sloopactiviteit, niet zijnde een sloopactiviteit met betrekking tot een monument of beschermd stads- en dorpsgezicht, als bedoeld in paragraaf 2.4, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
|
a. |
voor een omgevingsplanactiviteit danwel een buitenplanse omgevingsplanactiviteit |
€ 264,70 |
Paragraaf 2.4 |
Activiteiten met betrekking tot cultureel erfgoed en werelderfgoed |
|
Artikel 2.8 |
Omgevingsplanactiviteit: monumenten |
|
1. |
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, met betrekking tot een gemeentelijk monument, provinciaal monument, rijksmonument, voorbeschermd gemeentelijk monument, voorbeschermd provinciaal monument of voorbeschermd rijksmonument, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
|
a. |
voor een omgevingsplanactiviteit, een buitenplanse omgevingsplanactiviteit of bij toepassing van de gemeentelijke erfgoedverordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit: |
|
|
voor het slopen, verstoren, verplaatsen, het herstellen of gebruiken van een monument of wijzigen van een monument of voorbeschermd monument waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht |
€ 183,55 |
2. |
Als de in het eerste lid bedoelde aanvraag een archeologisch monument betreft, worden de in het eerste lid genoemde tarieven verhoogd met: |
€ 158,80 |
3. |
Het eerste lid, aanhef en onder a, en tweede lid, is van overeenkomstige toepassing op een aanvraag om een omgevingsvergunning met betrekking tot een monument of archeologisch monument dat op grond van de gemeentelijke Erfgoedverordening is aangewezen respectievelijk waarop, voordat het is aangewezen, die verordening van overeenkomstige toepassing is. De vorige volzin is van toepassing: |
|
a. |
als het gaat om een aangewezen monument of archeologisch monument: zolang in het omgevingsplan daaraan nog niet de functie-aanduiding gemeentelijk monument is gegeven; en |
|
b. |
als het gaat om een monument of archeologisch monument waarop voordat het is aangewezen de verordening van overeenkomstige toepassing is: zolang in het omgevingsplan daaraan nog niet de functie-aanduiding gemeentelijk monument is gegeven of het omgevingsplan nog geen voorbeschermingsregel bevat vanwege het voornemen om die functie-aanduiding te geven. |
|
Artikel 2.9 |
Rijksmonumentenactiviteit |
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een rijksmonumentenactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, met uitzondering van een rijksmonumentenactiviteit met betrekking tot een archeologisch monument, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
|
a. |
voor het slopen, verstoren, verplaatsen, het herstellen of gebruiken van een monument of wijzigen van een monument of voorbeschermd monument waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht |
€ 183,55 |
Artikel 2.10 |
Omgevingsplanactiviteit: sloopactiviteit in beschermd stads- of dorpsgezicht |
|
1. |
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een sloopactiviteit in een rijksbeschermd, provinciaal beschermd of gemeentelijk beschermd stads- of dorpsgezicht, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
|
a. |
voor een omgevingsplanactiviteit danwel buitenplanse omgevingsplanactiviteit of bij toepassing van de gemeentelijke erfgoedverordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit: |
€ 183,55 |
2. |
Het eerste lid, aanhef en onder a, is van overeenkomstige toepassing op een sloopactiviteit die wordt verricht op een locatie waarvoor een op grond van artikel 4.35, eerste lid, van de Invoeringswet Omgevingswet als instructie geldende aanwijzing als beschermd stads- of dorpsgezicht als bedoeld in artikel 35, eerste lid, van de Monumentenwet 1988 zoals die wet luidde voor de inwerkingtreding van de Erfgoedwet van kracht is, zolang in het omgevingsplan aan die locatie nog niet de functie-aanduiding rijksbeschermd stads- of dorpsgezicht is gegeven. |
|
Paragraaf 2.5 |
Milieubelastendeactiviteiten |
|
Artikel 2.12 |
Omgevingsplanactiviteit: milieubelastendeactiviteit |
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een milieubelastende activiteit als bedoeld in het omgevingsplan of paragraaf 22.3.26 van het tijdelijke deel van het omgevingsplan zoals opgenomen in artikel 7.1 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
€ 2.287,10 |
Artikel 2.13 |
Overige milieubelastende activiteiten (afdeling 3.2 tot en met 3.9 Besluit activiteiten leefomgeving) |
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een of meer milieubelastende activiteiten, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
|
a. |
voor één milieubelastende activiteit: |
€ 3.257,30 |
b. |
voor twee tot vijf milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit: |
€ 2.161,35 |
c. |
voor vijf of meer milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit: |
€ 2.161,35 |
Paragraaf 2.6 |
Lozingsactiviteiten |
|
Artikel 2.21 |
Lozingsactiviteit niet afkomstig van milieubelastende activiteit |
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een lozingsactiviteit op een oppervlaktewaterlichaam in beheer bij de gemeente, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder c, onder 1, van de Omgevingswet, en het gaat niet om het lozen van water of stoffen afkomstig van een milieubelastende activiteit als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
€ 762,40 |
Artikel 2.22 |
Lozingsactiviteit afkomstig van milieubelastende activiteit |
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een lozingsactiviteit op een oppervlaktelichaam in beheer bij de gemeente, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder c, onder 1, van de Omgevingswet, bestaande uit het lozen van afvalwater, koelwater of stoffen afkomstig van een milieubelastende activiteit als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
€ 762,40 |
Paragraaf 2.7 |
Aanlegactiviteiten |
|
Artikel 2.25 |
Omgevingsplanactiviteit: geluidweg |
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het aanleggen of wijzigen van een weg als op grond van het omgevingsplan of bij omgevingsvergunning voor een omgevingsplanactiviteit een geluidgevoelig gebouw is toegelaten binnen het aandachtsgebied van die weg, als bedoeld in artikel 22.272 van het tijdelijke deel van het omgevingsplan zoals opgenomen in artikel 7.1 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
|
a. |
voor een omgevingsplanactiviteit danwel buitenplanse omgevingsplanactiviteit |
€ 1.524,70 |
Artikel 2.26 |
Omgevingsplanactiviteit: aanleggen of veranderen weg |
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg, bedoeld in de Algemene plaatselijke verordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
€ 116,45 |
Artikel 2.27 |
Omgevingsplanactiviteit: uitweg/uitrit |
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg, bedoeld in de Algemene plaatselijke verordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
€ 224,35 |
Artikel 2.28 |
Omgevingsplanactiviteit: aanlegactiviteiten |
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of een werkzaamheid (aanlegactiviteit), niet zijnde een activiteit die in de voorgaande artikelen van deze paragraaf is benoemd, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
|
a. |
voor een omgevingsplanactiviteit dan wel buitenplanse omgevingsplanactiviteit: |
€ 205,75 |
b. |
voor een omgevingsplanactiviteit dan wel buitenplanse omgevingsplanactiviteit die wordt gecombineerd met een aanvraag zoals bedoeld in paragraaf 2.4 en/of artikel 2.30 zijn voor deze activiteit geen leges verschuldigd. |
|
Artikel 2.29 |
Gereserveerd |
|
Artikel 2.30 |
Gereserveerd |
|
Paragraaf 2.8 |
Overigeactiviteiten |
|
Artikel 2.30 |
Omgevingsplanactiviteit: kappen van bomen of vellen van houtopstanden |
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het vellen van een houtopstand, bedoeld in de Algemene plaatselijke verordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
€ 132,10 |
Artikel 2.31 |
Omgevingsplanactiviteit: reclame |
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit handelsreclame met behulp van een opschrift, aankondiging of afbeelding in welke vorm dan ook, die zichtbaar is vanaf een voor het publiek toegankelijke plaats, als bedoeld in de Algemene plaatselijke verordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, en als niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in paragraaf 2.3, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
|
a. |
als de activiteit bestaat uit het op of aan een onroerende zaak maken of voeren van die handelsreclame: |
€ 180,10 |
Artikel 2.32 |
Omgevingsplanactiviteit: Geluidwaarde |
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit betreffende het vaststellen van een hogere geluidwaarde als bedoeld in het Besluit kwaliteit leefomgeving |
€ 1.422,95 |
Artikel 2.33 |
Gereserveerd |
|
Artikel 2.34 |
Andere activiteiten |
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit dan in deze paragraaf en voorgaande paragrafen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit: |
|
a. |
betreft een bij of krachtens artikel 5.1 van de Omgevingswet aangewezen vergunningplichtige activiteit, uitgezonderd de activiteit bedoeld in onderdeel b, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
€ 529,40 |
b. |
betreft een omgevingsplanactiviteit als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
|
1. |
voor een omgevingsplanactiviteit dan wel buitenplanse omgevingsplanactiviteit: |
€ 1.058,80 |
2. |
voor een in een gemeentelijke verordening als bedoeld in artikel 22.8 van de Omgevingswet in samenhang met artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit aangewezen vergunningplichtige activiteit: |
€ 529,40 |
Paragraaf 2.9 |
Maatwerkvoorschriften |
|
Artikel 2.35 |
Maatwerkvoorschriftenbijbouwactiviteiten |
|
|
Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften betrekking heeft op een bouw- of sloopactiviteit, bedraagt het tarief: |
|
a. |
voor een maatwerkvoorschrift dat betrekking heeft op: |
|
1. |
het in stand houden van een bestaand bouwwerk, bedoeld in artikel 3.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving; |
|
2. |
bouwactiviteiten die het bouwen van nieuwe bouwwerken betreffen als bedoeld in artikel 4.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving; |
|
3. |
het gebruik van een bouwwerk, bedoeld in artikel 6.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving; of |
|
4. |
het verrichten van bouw- of sloopwerkzaamheden als bedoeld in artikel 7.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving; |
|
|
per maatwerkvoorschrift: |
€ 1.524,70 |
b. |
in andere gevallen dan bedoeld in onderdeel a, per maatwerkvoorschrift: |
€ 1.524,70 |
Artikel 2.36 |
Maatwerkvoorschriftenbijmilieubelastendeactiviteiten |
|
1. |
Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving betrekking heeft op: |
|
a. |
één milieubelastende activiteit als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief: |
€ 1.905,90 |
b. |
twee tot vijf milieubelastende activiteiten als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, per milieubelastende activiteit: |
€ 1.191,20 |
c. |
vijf of meer milieubelastende activiteiten als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, per milieubelastende activiteit |
€ 952,95 |
2. |
Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften betrekking heeft op een andere milieubelastende activiteit dan bedoeld in het eerste lid, bedraagt het tarief per milieubelastende activiteit |
€ 529,40 |
Artikel 2.37 |
Maatwerkvoorschriftenbijoverigeactiviteiten |
|
|
Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften betrekking heeft op een andere activiteit dan genoemd in de artikelen 2.35 en 2.36, bedraagt het tarief per maatwerkvoorschrift: |
€ 1.524,70 |
Paragraaf 2.10 |
Gelijkwaardigheid |
|
Artikel 2.38 |
Gelijkwaardigemaatregel |
|
1. |
Als de aanvraag om toestemming voor een gelijkwaardige maatregel als bedoeld in artikel 4.7 van de Omgevingswet betrekking heeft op: |
|
a. |
een bouwactiviteit, bedraagt het tarief: |
€ 1.067,25 |
b. |
een activiteit met betrekking tot cultureel erfgoed, bedraagt het tarief: |
€ 1.095,90 |
c. |
een milieubelastende activiteit, bedraagt het tarief: |
€ 1.905,90 |
d. |
een andere activiteit dan bedoeld in de onderdelen a, b of c, bedraagt het tarief: |
€ 1.095,90 |
2. |
Het op grond van het eerste lid verschuldigde bedrag wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeeld. De aanvraag wordt dan in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop het verschuldigde bedrag aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. |
|
Paragraaf 2.11 |
Overigetarieven |
|
Artikel 2.39 |
Verlengentijdelijkeomgevingsvergunning |
|
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om verlenging van de in een omgevingsvergunning voor een activiteit gestelde termijn |
€ 758,95 |
Artikel 2.40 |
Wijzigenomgevingsvergunning |
|
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project: |
€ 230,50 |
Artikel 2.41 |
Wijzigenvoorschriftenomgevingsvergunning |
|
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning: |
€ 1.524,70 |
Artikel 2.42 |
Gereserveerd |
|
Artikel 2.43 |
Gereserveerd |
|
Artikel 2.44 |
Beoordelingonderzoeksrapporten |
|
|
De in artikel 2.49 opgenomen tarieven zijn van overeenkomstige toepassing op het in behandeling nemen van een aanvraag tot het beoordelen van een onderzoeksrapport, zonder dat sprake is van een aanvraag om een omgevingsvergunning of van het nemen van een ander besluit. |
|
Artikel 2.45 |
Wijzigen van het omgevingsplan |
|
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van het omgevingsplan: |
|
a. |
en het betreft een eenvoudig initiatief |
€ 5.695,10 |
b. |
en het betreft een gemiddeld initiatief |
€ 7.115,05 |
c. |
en het betreft een complex initiatief |
€ 14.514,70 |
Artikel 2.46 |
Niet genoemd besluit op aanvraag |
|
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een ander, in dit hoofdstuk niet benoemd besluit op grond van de Omgevingswet, de op die wet gebaseerde algemene maatregelen van bestuur of het omgevingsplan: |
€ 529,40 |
Paragraaf 2.12 |
Modaliteiten |
|
Artikel 2.47 |
Achterafingediendeaanvraag |
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning voor een activiteit wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de activiteit, worden de op grond van de paragrafen 2.3 tot en met 2.8 verschuldigde leges verhoogd met: |
10% |
|
waarbij een minimumbedrag verschuldigd is van € 257,- met een maximumbedrag van € 1.028,- |
|
Artikel 2.48 |
Uitgebreidevoorbereidingsprocedure |
|
|
Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing is op de voorbereiding van het besluit: |
|
a. |
als sprake is van een milieubelastende activiteit: |
€ 2.383,40 |
b. |
als sprake is van een buitenplanse omgevingsplanactiviteit: |
€ 759,00 |
c. |
als sprake is van andere activiteiten dan bedoeld in de onderdelen a en b: |
€ 4.553,00 |
Artikel 2.49 |
Beoordelingonderzoeksrapporten |
|
|
Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als krachtens wettelijk voorschrift voor de betreffende aanvraag een rapport moet worden beoordeeld: |
|
a. |
voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport (historische toets) |
€ 317,65 |
b. |
voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport (niet zijnde een historische toets) |
€ 317,65 |
c. |
voor de opstelling van een archeologisch Programma van Eisen: |
€ 514,00 |
d. |
voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport |
€ 380,35 |
e. |
voor de beoordeling van een geluid- of luchtrapport betreffende de geluid- of luchtbelasting: |
€ 317,65 |
f. |
voor de beoordeling van een Aerius-rapport |
€ 317,65 |
h. |
voor de beoordeling van een akoestisch rapport betreffende de interne en externe geluidwering of nagalm van een bouwwerk: |
€ 1.992,15 |
i. |
voor de beoordeling van een ecologisch onderzoeksrapport: |
€ 1.138,45 |
j. |
voor de beoordeling van een milieueffectrapportage (MER): |
€ 3.794,65 |
k. |
voor de beoordeling van een niet in de voorgaande onderdelen genoemd rapport: |
€ 1.517,80 |
Artikel 2.50 |
Advies |
|
1. |
Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als een daartoe aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag om een omgevingsvergunning of een ander besluit op grond van de Omgevingswet: |
|
a. |
voor een advies van de gemeenteraad: |
€ 1.058,80 |
b. |
voor het uitgebrachte advies van de agrarische adviescommissie met inbegrip van de beoordeling |
€ 900,00 |
c. |
Voor het uitgebrachte advies van natuur en landschap met inbegrip van de beoordeling |
€ 1.593,75 |
d. |
voor een advies in andere gevallen dan bedoeld in de onderdelen a tot en met c: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. |
|
2. |
Als een begroting als bedoeld in het eerste lid, onderdeel d, is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. |
|
Artikel 2.51 |
Instemming |
|
1. |
Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als een aanvraag om een omgevingsvergunning of een ander besluit op grond van de Omgevingswet betrekking heeft op een activiteit waarvoor de beslissing op de aanvraag op grond van artikel 16.16 van de Omgevingswet instemming behoeft van een bestuursorgaan: |
|
a. |
als de gemeenteraad moet besluiten over de instemming: |
€ 1.058,80 |
b. |
als een ander bestuursorgaan moet besluiten over de instemming: |
|
|
het bedrag dat dit bestuursorgaan aan rechten zou heffen als het voor de activiteit waarvoor instemming wordt verzocht zelf bevoegd gezag zou zijn. |
|
2. |
Het bedrag bedoeld in het eerste lid, onder b, wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeeld. De aanvraag wordt dan in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop het verschuldigde bedrag aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. |
|
Paragraaf 2.13 |
Vermindering |
|
Artikel 2.52 |
Verminderingnaomgevingsoverleg |
|
1. |
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning bedoeld in artikel 2.2, aanhef en onderdeel b, en zoals nader omschreven in de paragrafen 2.3 tot en met 2.8, is voorafgegaan door een aanvraag om omgevingsoverleg als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en onderdeel a, en zoals nader omschreven in paragraaf 2.2, waarop de aanvraag om de omgevingsvergunning betrekking heeft, bestaat onder de in het tweede lid genoemde voorwaarden aanspraak op vermindering van de voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning verschuldigde leges. De vermindering bedraagt: |
100% |
|
van de voor het omgevingsoverleg geheven leges. |
|
2. |
Voor de toepassing van het eerste lid wordt de aanvraag om een omgevingsvergunning gedaan: |
|
|
a. voor dezelfde activiteit of activiteiten als waarop het omgevingsoverleg betrekking had; |
|
|
b. in overeenstemming met de uitkomsten van het omgevingsoverleg; en |
|
|
c. binnen zes maanden na het laatste omgevingsoverleg of, als het omgevingsoverleg volgens afspraak leidt tot een kennisgeving aan de aanvrager, na de dagtekening van de kennisgeving. |
|
Artikel 2.53 |
Gereserveerd |
|
Paragraaf 2.14 |
Teruggaaf |
|
Artikel 2.54 |
Teruggaaf bij aanvraag en oordeel geen omgevingsvergunning nodig |
|
|
Als het college van burgemeester en wethouders op grond van een aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning oordeelt dat voor de voorgenomen activiteit geen omgevingsvergunning is vereist, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: |
75% |
|
van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is gedaan verschuldigde leges. |
|
Artikel 2.55 |
Teruggaaf als aanvraag verder buiten behandeling wordt gelaten |
|
|
Als na toepassing van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht een aanvraag buiten behandeling wordt gelaten, bestaat aanspraak op teruggaaf. De teruggaaf bedraagt: |
50% |
|
van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is gedaan verschuldigde leges. |
|
Artikel 2.56 |
Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning of maatwerkvoorschrift bij reguliere procedure |
|
|
Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning of aanvraag om een maatwerkvoorschrift op de voorbereiding waarvan afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht niet van toepassing is geheel of gedeeltelijk intrekt terwijl het college van burgemeester en wethouders daarover nog geen besluit heeft genomen, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: |
|
a. |
bij gehele of gedeeltelijke intrekking op verzoek van het bevoegd gezag na de indiening van de aanvraag: |
100% |
|
van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges; |
|
b. |
bij gehele of gedeeltelijke intrekking binnen vier weken na de indiening van de aanvraag: |
75% |
|
van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges; |
|
c. |
bij gehele of gedeeltelijke intrekking op een tijdstip vanaf vier weken tot zes weken na de indiening van de aanvraag: |
50% |
|
van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges; |
|
d. |
bij gehele of gedeeltelijke intrekking op een tijdstip vanaf zes weken na de indiening van de aanvraag: |
25% |
|
van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges. |
|
Artikel 2.57 |
Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning of maatwerkvoorschrift bij uitgebreide voorbereidingsprocedure |
|
|
Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning of aanvraag om een maatwerkvoorschrift op de voorbereiding waarvan afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing is geheel of gedeeltelijk intrekt terwijl het college van burgemeester en wethouders daarover nog geen besluit heeft genomen, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: |
|
a. |
bij gehele of gedeeltelijke intrekking op verzoek van het bevoegd na de indiening van de aanvraag: |
100% |
|
van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges; |
|
b. |
bij gehele of gedeeltelijke intrekking binnen zes weken na de indiening van de aanvraag: |
75% |
|
van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges; |
|
c. |
bij gehele of gedeeltelijke intrekking op een tijdstip vanaf zesweken tot achttien weken na de indiening van de aanvraag: |
50% |
|
van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges; |
|
d. |
bij gehele of gedeeltelijke intrekking op een tijdstip vanaf achttien weken na de indiening van de aanvraag: |
25% |
|
van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges. |
|
Artikel 2.58 |
Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw- of milieubelastende activiteiten |
|
|
Als het college van burgemeester en wethouders een verleende omgevingsvergunning voor een bouw- of milieubelastende activiteit intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 12 maanden na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt: |
25% |
|
van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges. |
|
Artikel 2.59 |
Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw- of milieubelastende activiteiten |
|
a. |
Als het college van burgemeester en wethouders een omgevingsvergunning weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: |
10% |
|
van de voor de activiteit waarvoor de omgevingsvergunning is geweigerd verschuldigde leges. |
|
b. |
Onder een weigering bedoeld in onderdeel a wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij onherroepelijke rechterlijke uitspraak. |
|
Artikel 2.60 |
Geen teruggaaflegesdeelmodaliteiten |
|
|
In afwijking van de voorgaande artikelen van deze paragraaf wordt geen teruggaaf verleend van het legesdeel dat betrekking heeft op de modaliteiten genoemd in paragraaf 2.12. |
|
Artikel 2.61 |
Minimumbedragvoorteruggaaf |
|
|
Een bedrag minder dan € 257,- wordt niet teruggegeven. |
|
HOOFDSTUK 3 DIENSTVERLENING VALLEND ONDER DE DIENSTENRICHTLIJN EN NIET VALLEND ONDER HOOFDSTUK 2
Paragraaf 3.1 Horeca
Artikel 3.1 Exploitatieopenbareinrichting |
||
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van: |
||
1. |
een aanvraag om een vergunning tot het exploiteren van een openbare inrichting als bedoeld in artikel 2:28van de Algemene plaatselijke verordening: |
€ 272,50 |
2. |
Voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor het wijzigen van in de bijlage(n) van de exploitatievergunning genoemde gegevens, niet zijnde een wijziging van de ondernemingsvorm: |
€ 95,50 |
3 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing van de sluitingstijd voor een horecabedrijf als bedoeld in artikel 2:29, eerste lid, van de Algemene plaatselijke Verordening |
€ 29,65 |
4. |
Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een terrasvergunning: |
€ 151,90 |
5. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding incidentele festiviteit als bedoeld in artikel 4.3 van de Algemene plaatselijke verordening: |
€ 29,65 |
Artikel 3.2 Uitoefenen horeca- of slijtersbedrijf |
||
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van: |
||
1. |
een aanvraag om een vergunning op grond van artikel 3 van de Alcoholwet: |
€ 224,45 |
2. |
een melding als bedoeld in artikel 30 van de Alcoholwet: |
€ 57,30 |
3. |
een aanvraag om wijziging van het aanhangsel als bedoeld in artikel 30a, tweede lid, van de Alcoholwet: |
€ 40,00 |
4. |
een aanvraag om een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Alcoholwet: |
€ 33,15 |
Paragraaf 3.2 Seksbedrijven
Artikel 3.3 Vergunning seksbedrijf |
|||
1. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning of om de verlenging van een vergunning als bedoeld in artikel 3:4 van de Algemene plaatselijke verordening: |
||
a. |
Tot het verkrijgen van een vergunning voor het exploiteren van een seksinrichting als bedoeld in artikel 3.4 van de Algemene Plaatselijke Verordening: |
€ 468,70 |
|
b. |
Voor het verlengen c.q. reviseren van een vergunning voor het exploiteren van een seksinrichting als bedoeld in artikel 3.4 van de Algemene Plaatselijke Verordening; |
€ 222,00 |
|
c. |
Voor het verlengen c.q. reviseren van een vergunning voor het exploiteren van een seksinrichting als bedoeld in artikel 3.4 van de Algemene Plaatselijke Verordening: |
€ 177,50 |
|
d |
Voor het verlengen c.q. reviseren van een vergunning voor het exploiteren van een escortbedrijf als bedoeld in artikel 3.4 van de Algemene Plaatselijke Verordening: |
€ 127,15 |
|
e |
Ter zake van een wijziging in het personeelsbestand in een bestaande vergunning bedraagt het tarief 50% van het tarief als bedoeld onder a en c. |
||
Artikel 3.4 Gereserveerd |
Paragraaf 3.3 Winkeltijdenwet
Artikel 3.5 Ontheffingwinkeltijden |
||
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om: |
|
|
1. |
een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet: |
€ 35,85 |
Paragraaf 3.4 Organiserenevenement of markt
Artikel 3.6 Organiserenevenement |
||
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het organiseren van een evenement als bedoeld in artikel 2.25, eerste lid, van de Algemene plaatselijke verordening (evenementenvergunning), als het betreft: |
|
|
a. |
een evenement met de risicoclassificatie B en C, opgenomen in de beleidsregels evenementenvergunningen Voorne aan Zee 2024: |
€ 271,50 |
b. |
een evenement met de risicoclassificatie A, opgenomen in de beleidsregels evenementenvergunningen Voorne aan Zee 2024: |
€ 65,20 |
c. |
verklaring van geen bezwaar |
€ 41,50 |
Paragraaf 3.5 Standplaatsen
Artikel 3.8 t/m 3.10 Gereserveerd |
Paragraaf 3.6 Huisvestingswet 2014 en Wet goed verhuurderschap
Artikel 3.11 t/m 3.18 Gereserveerd |
Paragraaf 3.7 In dit hoofdstuk niet benoemd besluit
Artikel 3.19 Niet benoemd besluit op aanvraag |
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in dit hoofdstuk niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking: |
€ 125,00 |
Behorende bij raadsbesluit van 19 december 2024
De griffier van gemeente Voorne aan Zee,
A. (Ariëtte) Goslings Msc
OVERZICHT BOUWKOSTEN TEN BEHOEVE VAN BEREKENINGEN
VOOR DE BOUWLEGES-TOETS (‘ROEB lijst’)
2024 |
2024 |
|||
De vermelde prijzen gelden per eenheid zoals vermeld |
excl. BTW |
incl. 21% BTW |
eenheid |
|
(euro) |
(euro) |
(bruto) |
||
1. |
WONINGEN |
|||
1.1 Rijtjeswoningen |
255,00 |
308,55 |
per m3 |
|
1.2 Halfvrijstaande woningen |
308,00 |
372,68 |
per m3 |
|
1.3 Vrijstaande woningen / appartementen |
343,00 |
415,03 |
per m3 |
|
1.4 Bungalows |
367,00 |
444,07 |
per m3 |
|
1.5 Woonwagens (nieuw en verplaatst) |
231,00 |
279,51 |
per m3 |
|
1.6 (Tijdelijke) woonunit |
231,00 |
279,51 |
per m3 |
|
1.7 Recreatiewoning |
231,00 |
279,51 |
per m3 |
|
2. |
WONINGUITBREIDINGEN EN VERBOUWINGEN |
|||
2.1 Uitbreiding woonruimte / dakopbouw |
349,00 |
422,29 |
per m3 |
|
2.2 Uitbreiding bergruimte / garage |
154,00 |
186,34 |
per m3 |
|
2.3 Kelder |
320,00 |
387,20 |
per m3 |
|
2.4 Serre |
692,00 |
837,32 |
per m2 |
|
2.5 Verandering woonruimte (inpandig) |
160,00 |
193,60 |
per m3 |
|
2.6 Dakkapel |
1.325,00 |
1.603,25 |
per ml |
|
2.7 Gevelwijziging |
716,00 |
866,36 |
per m2 |
|
2.8 Nieuw dak |
142,00 |
171,82 |
per m2 |
|
3. |
BIJGEBOUWEN |
|||
3.1 Berging/garage met plat dak |
160,00 |
193,60 |
per m3 |
|
3.2 Berging/garage met kapconstructie |
148,00 |
179,08 |
per m3 |
|
3.3 Carport / Overkapping |
190,00 |
229,90 |
per m2 |
|
3.4 Tuinhuisje (prefab) |
178,00 |
215,38 |
per m2 |
|
3.5 Zwembad |
237,00 |
286,77 |
per m3 |
|
4. |
TUIN en STRAATMEUBILAIR |
|||
4.1 Houten schutting/pergola |
83,00 |
100,43 |
per ml |
|
4.2 Gemetselde tuinmuur |
148,00 |
179,08 |
per ml |
|
4.3 Schotelantenne |
1.195,00 |
1.445,95 |
per st. |
|
4.4 Hout + metselwerk tuinmuur |
113,00 |
136,73 |
per ml |
|
4.5 Gaashekwerk |
60,00 |
72,60 |
per ml |
|
5. |
BEDRIJFSHALLEN - Gemetselde wandconstructie: geldt voor gehele pand (geen opsplitsing) |
|||
5.1 Bedrijfshal hoogte tot en met 3m |
119,00 |
143,99 |
per m3 |
|
5.2 Bedrijfshal hoogte tussen 3 en 6 m |
71,00 |
85,91 |
per m3 |
|
5.3 Tussenvloer in de hal extra |
160,00 |
196,60 |
per m2 |
|
5.4 Bedrijfskantoor in de hal |
243,00 |
294,03 |
per m3 |
|
Systeembouw: geldt voor gehele pand (geen opsplitsing) |
||||
5.5 Hal hoogte tot en met 6 m |
71,00 |
85,91 |
per m3 |
|
5.6 Hal hoogte tussen 6 tot en met 9 m |
60,00 |
72,60 |
per m3 |
|
5.7 Hal hoger dan 9 m, opp. kleiner dan 5.000 m2 |
54,00 |
65,34 |
per m3 |
|
5.8 Hal hoger dan 9 m, opp. tussen 5.000 en 10.000 m2 |
54,00 |
65,34 |
per m3 |
|
5.9 Hal hoger dan 9 m, opp. tussen 10.000 en 20.000 m2 |
48,00 |
58,08 |
per m3 |
|
5.10 Hal hoger dan 9 m, opp. groter dan 20.000 m2 |
48,00 |
58,08 |
per m3 |
|
5.11 Tussenvloer in de hal extra |
101,00 |
122,21 |
per m2 |
|
5.12 Kantoorvloer in de hal extra |
154,00 |
186,34 |
per m2 |
|
5.13 Open loods |
154,00 |
186,34 |
per m2 |
|
5.14 Semi-permanente unit |
243,00 |
294,03 |
per m3 |
|
5.15 Romneyloods |
34,00 |
41,14 |
per m3 |
|
6. |
OVERIGE GEBOUWEN |
|||
6.1 Kantoor |
343,00 |
415,03 |
per m3 |
|
6.2 Showroom |
202,00 |
244,42 |
per m3 |
|
6.3 Winkel |
343,00 |
415,03 |
per m3 |
|
6.4 Bouwmarkt |
154,00 |
186,34 |
per m3 |
|
6.5 Horeca |
314,00 |
379,94 |
per m3 |
|
6.6 Sporthal |
308,00 |
372,68 |
per m3 |
|
6.7 Kleedgebouwen |
284,00 |
343,64 |
per m3 |
|
6.8 Scholen / kinderdagverblijven |
273,00 |
330,33 |
per m3 |
|
6.9 Noodscholen |
225,00 |
272,25 |
per m3 |
|
6.10 Zorgfunctie (kleinschalig) |
409,00 |
494,89 |
per m3 |
|
6.11 Interne wijzigingen overige gebouwen |
119,00 |
143,99 |
per m3 |
|
6.12 Gevelwijzigingen overige gebouwen |
722,00 |
873,62 |
per m2 |
|
7. |
TUINBOUWKAS |
|||
7.1 Verwarmde kas |
54,00 |
65,34 |
per m2 |
|
7.2 Onverwarmde kas |
36,00 |
43,56 |
per m2 |
|
8. |
VARKENSSTAL |
|||
8.1 Stal fokzeugen en biggen (traditioneel metselwerk) |
474,00 |
573,54 |
per m2 |
|
8.2 Stal voor vleesvarkens ( traditioneel metselwerk) |
438,00 |
529,98 |
per m2 |
|
8.3 Stal voor fokzeugen (groepshuisvesting op stro) |
308,00 |
372,68 |
per m2 |
|
* Voor systeembouw zoals beton en staalwanden geldt een tariefreductie van |
60,00 |
72,60 |
per m2 |
|
9. |
KOEIENSTAL |
|||
9.1 Stal voor vleeskalveren (traditioneel metselwerk) |
426,00 |
515,46 |
per m2 |
|
9.2 Grupstal (traditioneel metselwerk) |
343,00 |
415,03 |
per m2 |
|
9.3 Ligboxenstal (traditioneel metselwerk) |
367,00 |
444,07 |
per m2 |
|
* Voor systeembouw zoals beton en staalwanden geldt een tariefreductie van |
60,00 |
72,60 |
per m2 |
|
9.4 Gedeelte voor melkinrichting, installatie en tank |
728,00 |
880,88 |
per m2 |
|
10. |
KIPPENSTAL |
|||
10.1 Vleeskuikens (traditioneel metselwerk) |
355,00 |
429,55 |
per m2 |
|
10.2 Legkippen (traditioneel metselwerk) |
379,00 |
458,59 |
per m2 |
|
* Voor systeembouw zoals beton en staalwanden geldt een tariefreductie van |
60,00 |
72,60 |
per m2 |
|
10.3 Extra kosten legbatterijen/mestverwijdering |
113,00 |
136,73 |
per m2 |
|
11. |
PAARDENSTAL |
|||
11.1 Paardenstal (traditioneel metselwerk) |
716,00 |
866,36 |
per m2 |
|
11.2 Manege (rijhal) (traditioneel metselwerk) |
349,00 |
422,29 |
per m2 |
|
* Voor systeembouw zoals beton en staalwanden geldt een tariefreductie van |
60,00 |
72,60 |
per m2 |
|
12. |
OVERIGE ARGRARISCHE BEDRIJFSGEBOUWEN |
|||
12.1 Opslagloods agrarische (spouwmuur traditioneel) |
255,00 |
308,55 |
per m2 |
|
12.2 Opslagloods (houten gevels) |
137,00 |
165,77 |
per m2 |
|
12.3 Opslagloods (beton gevels) |
137,00 |
165,77 |
per m2 |
|
12.4 Prefab werktuigen/opslagloods (stalen gevels) |
113,00 |
136,73 |
per m2 |
|
12.5 Prefab veldschuur open (stalen gevels) |
66,00 |
79,86 |
per m2 |
|
12.6 Aardappelloods (incl. kelderventilatie + inrichting) |
391,00 |
473,11 |
per m2 |
|
12.7 Champignonkwekerij (incl. basisinrichting) |
704,00 |
851,84 |
per m2 |
|
12.8 Nertsen |
172,00 |
208,12 |
per m1 |
|
13. |
MEST SILO / KELDER |
|||
13.1 Bovengronds van staal en/of hout systeembouw |
47,00 |
56,87 |
per m3 |
|
13.2 Mest kelder (losse kelder) |
160,00 |
196,60 |
per m2 |
|
13.3 Sleufsilo |
290,00 |
350,90 |
per m1 |
|
14. |
(PARKEER)KELDER |
|||
14.1 Gedeeltelijk boven- of ondergronds |
207,00 |
250,47 |
per m3 |
|
14.2 Geheel ondergronds |
278,00 |
336,38 |
per m3 |
|
14.3 Geheel bovengronds |
131,00 |
158,51 |
per m3 |
|
14.4 (Parkeer)kelder onder gebouw |
137,00 |
165,77 |
per m3 |
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl