Tarieventabel gemeentelijke belastingen en heffingen 2025

Geldend van 01-01-2025 t/m heden

Intitulé

Tarieventabel gemeentelijke belastingen en heffingen 2025

De raad van de gemeente Pijnacker-Nootdorp;

gezien het voorstel van het college van 12 november 2024;

gelet op ;

  • 1.

    de artikelen 220 tot en met 220h van de Gemeentewet en artikel 5 van de Verordening onroerende-zaak belastingen 2021;

  • 2.

    artikel 15:33 van de Wet milieubeheer en artikel 5 van de Verordening afvalstoffenheffing 2024;

  • 3.

    artikel 228a van de Gemeentewet en artikel 6 van de Verordening riool en waterzorgheffing 2022;

  • 4.

    artikel 224 van de Gemeentewet en artikel 5 van de Verordening toeristenbelasting 2020;

  • 5.

    artikel 229 van de Gemeentewet, de artikelen 2 en 7 van de Paspoortwet en artikel 5 van de Legesverordening 2024;

besluit:

  • I.

    Vast te stellen de Tarieventabel gemeentelijke belastingen en heffingen 2025 behorende bij de:

    • 1.

      Verordening onroerende-zaak belastingen 2021;

    • 2.

      Verordening afvalstoffenheffing 2024;

    • 3.

      Verordening riool- en waterzorgheffing 2022;

    • 4.

      Verordening toeristenbelasting 2020;

    • 5.

      Legesverordening 2024

Hoofdstuk 1 Onroerende-zaakbelastingen

Artikel 1

Het tarief van de onroerendezaakbelasting bedraagt een percentage van de heffingsmaatstaf. Het percentage bedraagt voor:

1.1

De gebruikersbelasting

0,1528%

1.2

De eigenarenbelasting:

1.2.1

Voor onroerende zaken die in hoofdzaak tot woning dienen

0,0736%

1.2.2

Voor onroerende zaken die niet in hoofdzaak tot woning dienen

0,2225%

Hoofdstuk 2 Afvalstoffenheffing

Artikel 2.1 Maatstaven en jaarlijkse tarieven afvalstoffenheffing

De belasting bedraagt per perceel per belastingjaar:

2.1.1

Indien het perceel wordt gebruikt door één persoon

€ 311,76

2.1.2

Indien het perceel wordt gebruikt door twee personen

€ 408,00

2.1.3

Indien het perceel wordt gebruikt door drie of meer personen

€ 423,12

Artikel 2.2 Maatstaven en tarieven overige afvalstoffenheffingen

De belasting bedraagt voor:

2.2.1

Het op verzoek ophalen van maximaal 2 kubieke meter grof huishoudelijk afval per keer

€ 20,00

2.2.2

Het aanbieden van huishoudelijk afval op een daartoe van gemeentewege ter beschikking gestelde plaats indien dit, inclusief het op verzoek opgehaalde grof huishoudelijk afval, meer bedraagt dan 4 kubieke meter per jaar, per kubieke meter

€ 20,00

Hoofdstuk 3 Rioolheffing

Artikel 3

3.1

De belasting bedraagt per perceel per belastingjaar

€ 195,72

3.2.

Indien meer dan 400 m3 afvalwater vanuit een perceel wordt afgevoerd, wordt de belasting als bedoeld in het eerste lid, voor elke 50 m3 of gedeelte daarvan dat boven de eerste 400 m3 afvalwater wordt afgevoerd vermeerderd met

€ 20,88

Met dien verstande dat de totale belasting niet meer bedraagt dan

€ 341,88

Hoofdstuk 4 Vervallen

Hoofdstuk 5 Toeristenbelasting

Artikel 5

5.1

Het tarief bedraagt per persoon, per overnachting

€ 2,39

5.2

In afwijking van het eerste lid bedraagt het tarief, indien overnacht wordt op een camping per persoon, per overnachting

€ 1,02

Hoofdstuk 6 Leges

Titel 1 Algemene dienstverlening

Paragraaf

Omschrijving

Tarief

Paragraaf 1.1

Burgerlijke stand

1.1.1

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap met ceremonie of de omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk met ceremonie op het gemeentekantoor te Pijnacker op:

1.1.1.1

Maandag t/m vrijdag 

€ 325,30

1.1.1.2

Op zaterdag tussen 9:00 en 16:00 uur 

€ 951,50

1.1.1.3

Op zondag en erkende feestdagen tussen 9:00 en 16:00 uur

€ 1.841,20

1.1.2

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van het partnerschap met ceremonie of de omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk met ceremonie op een andere daartoe aangewezen locatie dan het gemeentekantoor te Pijnacker op:

1.1.2.1

Maandag t/m vrijdag 

€ 271,70

1.1.2.2

Zaterdag,

€ 803,50

1.1.2.3

Zondag en erkende feestdagen

€ 1.565,00

1.1.2.4

Het tarief bedraagt voor de eenvoudige huwelijksceremonie op maandag of dinsdag om 10:00 uur en 14:30 uur, met uitzondering van erkende feestdagen, als bedoeld in artikel 6 van de Uitvoeringsregeling Burgerlijke stand 2024 (http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR718742)

€ 219,75

1.1.3

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap met ceremonie of de omzetting van een geregistreerde partnerschap in een huwelijk met ceremonie in een bijzonder huis ingevolge artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek (BWBR0002656)

€ 325,30

1.1.4

Het tarief bedraagt voor het annuleren, verzetten of wijzigen van : Datum; Tijd; Locatie of Soort voltrekking van een reeds gereserveerde huwelijksvoltrekking, registratie van partnerschap of omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk.

€ 84,65

1.1.4.1

Indien de annulering het gevolg is van het overlijden één van de aanstaande echtgenoten of partners worden geen leges in rekening gebracht.

1.1.5

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van:

1.1.5.1

een trouwboekje of partnerschapboekje (gekalligrafeerd)

€ 45,80

1.1.5.2

een aanvulling in een trouwboekje of partnerschapboekje (gekalligrafeerd)

€ 14,85

1.1.6

Het tarief bedraagt voor het aanwijzen van een getuige van gemeentewege bij huwelijkssluiting, registratie van partnerschap of omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk, per getuige

€ 47,50

1.1.7

Het tarief bedraagt voor het doen van nasporing in de registers van de Burgerlijke Stand, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 15,15

1.1.8

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand (BWBR0001851) geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand.

€ 15,15

1.1.9

Het tarief bedraagt voor het benoemen van een buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand per benoeming

€ 167,25

1.1.10

Het tarief bedraagt voor het benoemen van een buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand die reeds in een andere gemeente is benoemd tot buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand per benoeming

€ 41,55

1.1.11

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzoek tot het aanwijzen van een trouwlocatie

€ 167,20

1.1.12

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzoek tot uit uitstel van het verlof tot begraven of cremeren

€ 24,65

Paragraaf 1.2

Reisdocumenten

1.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.2.1.1

van een nationaal paspoort, een zakenpaspoort of een faciliteitenpaspoort voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is:

€ 86,85

1.2.1.2

van een nationaal paspoort of een zakenpaspoort voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 65,70

1.2.1.3

van een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen

€ 65,70

1.2.2.1

van een Nederlandse identiteitskaart (NIK) voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 78,50

1.2.2.2

van een Nederlandse identiteitskaart (NIK) voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 42,35

1.2.3

van een vervangende Nederlandse Identiteitskaart voor een persoon met een uitreisverbod, ongeacht de leeftijd van de betrokken persoon. 

€ 38,25

1.2.4

voor een spoedlevering van de in de onderdelen 1.2.1.1 tot en met 1.2.2.2 genoemde documenten, de in die onderdelen genoemde leges vermeerderd met een bedrag van 

€ 59,10

Paragraaf 1.3

Rijbewijzen

1.3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs:

€ 52,10

1.3.2

Het tarief als genoemd in onderdeel 1.3.1 wordt bij een spoedlevering vermeerderd met

€ 39,65

1.3.3

Voor de afgifte van het formulier Eigen verklaring ( voor Verklaring van geschiktheid) wordt het door het Centraal Bureau voor Rijvaardigheidsbewijzen in overleg met het ministerie van Verkeer en Waterstaat vastgestelde bedrag in rekening gebracht.

Paragraaf 1.4

Verstrekkingen uit de Basisregistratiepersonen

1.4.1

Voor de toepassing van dit hoofdstuk, met uitzondering van de onderdelen 1.4.3 en 1.4.4, wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon waarvoor in de Basisregistratie Personen, persoonsgegevens moeten worden geraadpleegd.

1.4.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.4.2.1

tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking

€ 10,50

1.4.2.2

tot het verstrekken van gegevens via internet, per verstrekking

€ 7,70

1.4.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven van:

1.4.3.1

een gewaarmerkt afschrift uit de Basisregistratie Personen aan de gemeentelijke balie

€ 10,50

1.4.3.2

een gewaarmerkt afschrift uit de Basisregistratie Personen via internet

€ 7,70

1.4.3.3

een gewaarmerkt internationaal afschrift uit de Basisregistratie Personen via de gemeentelijke balie

€ 13,85

1.4.3.4

tot het verstrekken van een meertalig modelformulier woon- en/of verblijfsplaats als bedoeld in artikel 7, eerste lid, van verordening (EU) nr 2016/1191 van het Europees Parlement en de Raad van 6 juli 2016 betreffende de bevordering van het vrije verkeer van burgers door vereenvoudigde overlegging van bepaalde openbare documenten in de Europese Unie en tot wijziging van de Verordening nr 1024/2012 (pbEU 2016, L 200) via de gemeentelijke balie

€ 16,75

1.4.3.5

tot het verstrekken van een meertalig modelformulier woon- en/of verblijfsplaats als bedoeld in artikel 7, eerste lid, van verordening (EU) nr 2016/1191 van het Europees Parlement en de Raad van 6 juli 2016 betreffende de bevordering van het vrije verkeer van burgers door vereenvoudigde overlegging van bepaalde openbare documenten in de Europese Unie en tot wijziging van de Verordening nr 1024/2012 (pbEU 2016, L 200) via internet

€ 7,70

1.4.4

Het tarief bedraagt voor het op aanvraag doornemen van één of meer kaartverzamelingen, administraties of registers voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 20,00

1.4.4.1

op grond van levering van de gevraagde gegevens op papier wordt het op grond van 1.4.4. verschuldigde tarief per geprinte bladzijde verhoogd met

€ 0,85

1.4.4.2

op grond van digitale levering van de gevraagde gegevens, wordt het op grond van 1.4.4. verschuldigde tarief verhoogd met

€ 2,90

Paragraaf 1.5

Vervallen

Paragraaf 1.6

Vastgoedinformatie

1.6.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.6.1.1

tot het verstrekken van een fotokopie of een lichtdruk van een plan, zoals bestemmingsplan, voorbereidingsbesluit, streekplan, structuurplan of stadsvernieuwingsplan:

1.6.1.1.1

in formaat A4 of kleiner, per bladzijde

€ 15,00

1.6.1.1.2

in formaat A3, per bladzijde

€ 15,00

1.6.1.1.3

in formaat A2, per bladzijde

€ 16,20

1.6.1.1.4

in formaat A1, per bladzijde 

€ 17,75

1.6.1.1.5

in formaat A0, per bladzijde 

€ 17,75

1.6.2.1

tot het verstrekken van een afschrift of een uittreksel uit het gemeentelijke beperkingenregister of de gemeentelijke beperkingenregistratie, dan wel tot het verstrekken van een aan die registratie ontleende verklaring, als bedoeld in artikel 9, eerste lid, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen (BWBR0016876)

€ 16,35

Paragraaf 1.7

Overige publiekszaken

1.7.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.7.7.1

tot het verkrijgen van een verklaring omtrent het gedrag 

€ 44,80

1.7.7.2

tot het verkrijgen van een bewijs van in leven zijn

€ 9,90

1.7.7.3

tot het verkrijgen van een legalisatie van een handtekening

€ 12,45

1.7.7.4

tot het waarmerken van documenten

€ 3,50

Paragraaf 1.8

Gemeentearchief

1.8.1

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doen van nasporingen in de in het gemeentearchief berustende stukken, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 23,85

1.8.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van:

1.8.2.1

een afschrift of fotokopie van een in het gemeentearchief berustend stuk, per pagina

€ 0,95

1.8.2.2

een uittreksel uit een in het gemeentearchief berustend stuk

€ 0,95

1.8.2.3

Een afschrift van een bouwvergunning

€ 25,00

Paragraaf 1.9

Huisvestingswet

1.9

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.9.1

tot het verkrijgen van een huisvestingsvergunning als bedoeld in artikel 8, eerste lid, van de Huisvestingswet 2014 (BWBR0035303)

€ 30,00

1.9.2

tot het verkrijgen van een urgentieverklaring als bedoeld in artikel 4:2 van de Huisvestigingsverordening gemeente Pijnacker-Nootdorp 2023

€ 73,65

Paragraaf 1.10

Leegstandwet

1.10

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.10.1

tot het verkrijgen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandwet (BWBR0003403)

€ 73,65

1.10.2

tot verlenging van een vergunning tot tijdelijke verhuur van woonruimte als bedoeld in artikel 15, lid 9, van de Leegstandwet (BWBR0003403)

€ 73,65

Paragraaf 1.11

Vervallen

1.11.1

Vervallen

Paragraaf 1.12

Kansspelen

1.12.1

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen (BWBR0002469) is overeenkomstig artikel 3 van het Speelautomatenbesluit 2000 (BWBR0011373)

1.12.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (BWBR0002469) (loterijvergunning)

€ 14,65

1.12.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning tot het exploiteren of doen exploiteren van een speelgelegenheid als bedoeld in artikel 2:39 van de Algemene Plaatselijke Verordening Pijnacker-Nootdorp 2017 (gmb-2017-113671)

€ 892,65

Paragraaf 1.13

Telecommunicatie

1.13.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding/aanvraag voor het verkrijgen van instemming voor het aanleggen, in stand houden en opruimen van kabels en leidingen in openbare gronden conform de AVOI 2013

€ 236,30

1.13.1.1

Het in 1.13.1 genoemde bedrag wordt:

1.13.1.2

indien over een aanvraag overleg moet plaatsvinden tussen gemeente, andere beheerders van openbare grond en de aanbieder van het netwerk, verhoogd met

€ 472,00

1.13.1.3

indien met betrekking tot een melding onderzoek naar de status van de kabel plaatsvindt, verhoogd met het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die ter zake door of namens het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

1.13.1.4

indien een begroting als bedoeld in 1.31.1.3 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

Paragraaf 1.14

Verkeer en vervoer

1.14

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.14.1

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (BWBR0004825), voor één voertuig 

€ 82,70

1.14.1.1

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in 1.14.1 voor extra voertuigen, per voertuig

€ 13,80

1.14.1.2

tot het verkrijgen van een wijziging van de ontheffing als bedoeld in 1.14.1 bij wijziging van het voertuig , per wijziging

€ 13,80

1.14.1.3

tot het verkrijgen of wijzigen van een ontheffing als bedoeld in artikel 9.1 van de Regeling voertuigen (BWBR0025798)

€ 82,65

1.14.2

Met betrekking tot een parkeervergunningzone of parkeerschijfzone

1.14.2.1

tot het verkrijgen van een parkeervergunning/-ontheffing voor bewoners, als bedoeld in artikel 3, lid 2 onder a van de Parkeerverordening Pijnacker-Nootdorp op kenteken voor een jaar of een gedeelte daarvan

€ 87,50

1.14.2.2

tot het verkrijgen van een parkeervergunning/-ontheffing voor bezoekers als bedoeld in artikel 3, lid 2 onder c van de Parkeerverordening Pijnacker-Nootdorp(kraskaart voor 5 uur), per set van 10 kaarten

€ 8,85

1.14.2.3

tot het verkrijgen van een tijdelijke parkeervergunning/-ontheffing op kenteken ten behoeve van tijdelijke werkzaamheden, als bedoeld in artikel 3, lid 2 onder e van de Parkeerverordening Pijnacker-Nootdorp voor maximaal 3 weken

€ 37,95

1.14.2.4

tot het verkrijgen van een zakelijke parkeervergunning/-ontheffing op kenteken als bedoeld in artikel 3, lid 2 onder b van de Parkeerverordening Pijnacker-Nootdorp voor een jaar of een gedeelte daarvan

€ 419,10

1.14.2.5

tot het wijzigen van een parkeervergunning/-ontheffing op kenteken als bedoeld in de artikelen 14.2.1 14.2.2, 14.2.3 en 14.2.4 van deze verordening

€ 15,25

1.14.3

Het tarief voor het verstrekken van een dagontheffing voor de voetgangerszone Pijnacker-Centrum, Zonnehof of Windlusthof

€ 22,20

1.14.4

Het tarief voor het verkrijgen van een ontheffing voor het vervoer van gevaarlijke stoffen als bedoeld in de Wet vervoer gevaarlijke stoffen (BWBR0007606):

1.14.4.1

voor propaantanks die in eigendom zijn bij particulieren en bij bedrijven, voor een periode van 2 jaar

€ 81,50

1.14.4.2

voor (mobiele) propaantanks op bouwlocaties, voor de periode van 1 jaar

€ 97,05

1.14.4.3

voor het vervoer van gevaarlijke stoffen als bedoeld in de Wet vervoer gevaarlijke stoffen (BWBR0007606), ten behoeve van andere doeleinden dan onder 1.14.4.1 of 1.14.4.2 bedoeld, voor de periode van 1 jaar

€ 97,05

1.14.4.4

Het tarief voor het in behandeling nemen van een verzoek om bijzondere toestemming voor het laden of lossen van vuurwerk op voor publiek toegankelijke plaatsen binnen de bebouwde kom als bedoeld in Hoofdstuk 7.5.11 (CV1) ADR

€ 97,05

1.14.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor:

1.14.5.1

de aanwijzing van een individueel gereserveerde parkeerplaats (zoals een gehandicaptenparkeerplaats) door middel van een verkeersbesluit, bedoeld in artikel 12 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BWBR0004826):

€ 135,30

1.14.5.2

het wijzigen van een besluit voor de aanwijzing van een individueel gereserveerde parkeerplaats, als bedoeld in artikel 12 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BWBR0004826), en de aanpassing voortvloeiend uit een kentekenwijziging

€ 75,25

1.14.6

het tarief voor de aanleg van een individueel gereserveerde parkeerplaats na positief besluit over de aanwijzing als bedoeld in artikel 1.14.10.1 bedraagt

€ 282,30

Paragraaf 1.15

Diversen

1.15.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

1.15.1.1

gewaarmerkte afschriften van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina

€ 3,50

1.15.1.2

een afschrift van de Algemene Plaatselijke Verordening

€ 41,65

1.15.2

afschriften, doorslagen of fotokopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen:

1.15.2.1

per pagina op papier van A4-formaat

€ 0,95

1.15.2.2

kaarten, tekeningen en lichtdrukken, al dan niet behorend bij de in de onderdelen 1.15.1.1 en 1.15.1.2 genoemde stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per kaart, tekening of lichtdruk

1.15.2.2.1

A4 – formaat, per bladzijde

€ 15,00

1.15.2.2.2

A3– formaat, per bladzijde 

€ 15,00

1.15.2.2.3

A2 – formaat, per bladzijde 

€ 16,20

1.15.2.2.4

A1 – formaat, per bladzijde

€ 17,75

1.15.2.2.5

A0 – formaat, per bladzijde

€ 17,75

1.15.2.3

de bouwverordening en de daarop betrekking hebbende stukken

€ 105,80

1.15.2.4

de bouwverordening, zonder toelichting

€ 55,50

1.15.2.5

aanvulling op de onder 1.15.1.2 genoemde verordening, per bladzijde

€ 0,45

1.15.2.6

de Welstandsnota Pijnacker-Nootdorp

€ 77,50

1.15.2.7

een beschikking op aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen

€ 15,00

1.15.2.8

stukken of uittreksels, welke op aanvraag van de aanvrager moeten worden opgemaakt, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina

€ 0,95

1.15.3

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het aansluiten van een onroerende zaak, waaronder wordt verstaan een gebouwd eigendom, op de drukriolering wordt berekend op de werkelijke kosten. 

1.15.3.1

Indien een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning op grond van één van de in artikel 4:5, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (BWBR0005537) vermelde gronden buiten verdere behandeling wordt gesteld, is een bedrag verschuldigd van

€ 126,90

1.15.3.2

Het tarief bedraagt voor het inschakelen van een tolk of vertaler voor elke tolkvraag

€ 86,85

1.15.4

een beschikking op aanvraag op grond van de Algemene Plaatselijke Verordening Pijnacker-Nootdorp 2017 (gmb-2017-113671), voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen

€ 29,90

Titel 2 Fysieke leefomgeving / omgevingsvergunning

Paragraaf

Omschrijving

Vast tarief

Variabel tarief

Paragraaf 2.1

Algemene bepalingen

2.1.1

Definities

2.1.1.1

Begripsbepalingen die zijn opgenomen in de bijlage bij de Omgevingswet, in bijlage I bij het Besluit activiteiten leefomgeving, bijlage I bij het Besluit bouwwerken leefomgeving, bijlage I bij het Besluit kwaliteit leefomgeving, bijlage I bij het Omgevingsbesluit en bijlage I bij de Omgevingsregeling en in de bijlagen bij het gemeentelijke omgevingsplan, zijn van toepassing op dit hoofdstuk, tenzij in de legesverordening of deze tarieventabel anders is bepaald.

2.1.1.2

In dit hoofdstuk voorkomende begrippen die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander dan een in het eerste lid bedoeld wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld, tenzij in de legesverordening of deze tarieventabel anders is bepaald.

2.1.1.3

In dit hoofdstuk wordt verstaan onder:

2.1.1.3.a.

binnenplanse omgevingsplanactiviteit:een activiteit waarvoor in het omgevingsplan is bepaald dat het is verboden deze zonder omgevingsvergunning te verrichten en die niet in strijd is met het omgevingsplan (hieronder wordt ook verstaan de toetsing aan een voormalige binnenplanse afwijkingsmogelijkheid);

2.1.1.3.b.

binnenplanse omgevingsplanactiviteit bij wijzigingsbevoegdheid of uitwerkingsplicht: een activiteit waarvoor in het omgevingsplan is bepaald dat het is verboden deze zonder omgevingsvergunning te verrichten en die in strijd is met het omgevingsplan, maar die niet in strijd is met regels voor de toepassing van een wijzigingsbevoegdheid of het voldoen aan een uitwerkingsplicht in het tijdelijke deel van het omgevingsplan, bedoeld in artikel 22.1, aanhef en onder a, van de Omgevingswet;

2.1.1.3.c.

geringe wijziging: een aanpassing waarbij slechts één van de volgende punten verandert: wijziging in de constructieve veiligheid; wijziging in de brandcompartimentering; wijziging in de bouwregelgeving; veranderingen die te maken hebben met welstand; aanpassing in het omgevingsplan. Indien twee of meer van deze punten veranderen, is er geen sprake van een geringe wijziging

2.1.1.3.d.

kleine buitenplanse omgevingsplanactiviteit: een activiteit die afwijkt van het omgevingsplan en waarvoor een omgevingsvergunning vereist is, maar die van beperkte aard is en geen wezenlijke strijd oplevert met de ruimtelijke regels. Voor de specifieke bouwwerken of gebruiksactiviteiten die hieronder vallen, zie bijlage A;

2.1.1.3.e.

intaketafel: een vorm van vooroverleg waarin beleidsadviseurs de wenselijkheid van ruimtelijke ideeën van particuliere initiatiefnemers verkennen op basis van geldende beleidsdocumenten. Het doel van de intaketafel is om deze ideeën snel en efficiënt te beoordelen op wenselijkheid, eventuele kansen en knelpunten te identificeren en de initiatiefnemer te adviseren over de vervolgstap. 

2.1.1.3.f.

omgevingstafel: een integraal overleg waarbij diverse deskundigen van de gemeente en externe adviseurs betrokken zijn. Dit overleg is gericht op het uitgebreid toetsen van de haalbaarheid van het initiatief in bredere zin, inclusief de voorwaarden waaronder het initiatief kan worden uitgevoerd;

2.1.1.3.g.

ruimtelijke vraag: een informeel vooroverleg waarbij de aanvrager en de gemeente de mogelijkheden van een voorgenomen initiatief verkennen. Dit proces heeft tot doel om voorafgaand aan de indiening van een vergunningsaanvraag inzicht te krijgen in de relevante ruimtelijke en juridische kaders, alsook mogelijke knelpunten;

2.1.1.3.h.

Conceptverzoek: een voorbereidende bijeenkomst waarin wordt beoordeeld of het voorgenomen initiatief vergunbaar is volgens de bepalingen van de Omgevingswet. Tijdens dit overleg worden relevante regelgeving, voorwaarden en mogelijke implicaties besproken, zodat de aanvrager een goed onderbouwde aanvraag kan indienen;

2.1.1.4

bouwkosten: de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in hoofdstuk 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012(UAV 2012, Stcrt. 2012, 1567), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt een gespecificeerde raming van de bouwkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft.

2.1.2

Dienstverlening en besluiten waarvoor leges worden geheven: Leges worden geheven voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

2.1.2.a.

conceptverzoek;

2.1.2.b.

een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 5.1 of artikel 22.8 van de Omgevingswet in samenhang met artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit;

2.1.2.c.

een of meer maatwerkvoorschriften als bedoeld in artikel 4.5 van de Omgevingswet;

2.1.2.d.

toestemming voor het treffen van een gelijkwaardige maatregel als bedoeld in artikel 4.7 van de Omgevingswet;

2.1.2.e.

een wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning;

2.1.2.f.

intrekking van een omgevingsvergunning;

2.1.2.g.

wijziging van een besluit als bedoeld in de onderdelen b, c en d;

2.1.2.h.

een besluit in het kader van de Omgevingswet, anders dan bedoeld in de onderdelen b tot en met g.

2.1.3

Bepalen tarief

2.1.3.1

De in artikel 2.2 bedoelde leges worden geheven naar de tarieven zoals opgenomen in de volgende paragrafen van dit hoofdstuk.

2.1.3.2

Als een aanvraag betrekking heeft op meerdere activiteiten, is het tarief opgebouwd uit de som van de verschuldigde leges behorend bij die activiteiten.

2.1.3.3

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag wordt in voorkomend geval verhoogd met het tarief voor een of meer modaliteiten bedoeld in paragraaf 2.12.

2.1.3.4

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag wordt in voorkomend geval verminderd overeenkomstig het bepaalde in paragraaf 2.13

2.1.3.5

Het tarief behorend bij een aanvraag om een maatwerkvoorschrift of bij een aanvraag om toestemming om een gelijkwaardige maatregel te treffen is niet van toepassing als het onderwerp waarop het maatwerkvoorschrift betrekking heeft of de gelijkwaardige maatregel onderdeel is van een aanvraag om een omgevingsvergunning.

2.1.3.6

In afwijking van het tweede en derde lid kan ook per activiteit of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.

Paragraaf 2.2

Voorfase

2.2.1

Conceptverzoek

2.2.1.1

Voordat een formele aanvraag om een besluit als bedoeld in de overige paragrafen van deze titel wordt ingediend en betrekking heeft op een conceptverzoek over een of meer activiteiten die gevolgen kunnen hebben voor de fysieke leefomgeving, bedraagt het tarief:

€ 430,40

2.2.1.1.a.

voor een ruimtelijke vraag in verband met een voorgenomen initiatief, waarbij de mogelijkheden worden verkend voorafgaand aan het indienen van een vergunningsaanvraag:

€ 0,00

2.2.1.1.b.

voor een conceptverzoek, waarbij wordt beoordeeld of het initiatief in het kader van de Omgevingswet vergunbaar is:

€ 430,40

2.2.1.1.c.

voor een intaketafel, waarbij de wenselijkheid van het initiatief wordt getoetst:

€ 430,40

2.2.1.1.d.

voor een omgevingstafel, waarbij de haalbaarheid van het initiatief in bredere zin wordt getoetst: het bedrag van de kosten, zoals vooraf aan de aanvrager meegedeeld voordat de aanvraag voor een omgevingsvergunning in behandeling wordt genomen, op basis van een door het college van burgemeester en wethouders opgestelde begroting.

2.2.1.2

Als een begroting als bedoeld in het eerste lid, onderdeel d, is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de tiende werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze tiende werkdag schriftelijk is ingetrokken.

Paragraaf 2.3

Activiteiten met betrekking tot bouwwerken

Bouwactiviteit (bouwtechnische deel)

2.3.1

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in paragraaf 2.3.2 van het Besluit bouwwerken leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

2.3.1.a.

indien de bouwkosten minder dan € 15.000,00 bedragen: 0,66% van de bouwkosten, met een minimum van €16,98

€ 16,98

0,660%

2.3.1.b.

indien de bouwkosten € 15.000,00 tot € 50.000,00 bedragen: € 97,50, vermeerderd met 0,65% van de bouwkosten waarmee die bouwkosten € 15.000,00 te boven gaat;

€ 97,50

0,650%

2.3.1.c.

indien de bouwkosten € 50.000,00 tot € 200.000,00 bedragen: € 325,00, vermeerderd met 0,63% van de bouwkosten waarmee die bouwkosten € 50.000,00 te boven gaat;

€ 325,00

0,630%

2.3.1.d.

Indien de bouwkosten € 200.000,00 tot € 500.000,00 bedragen: € 1.270,00, vermeerderd met 0,62% van de bouwkosten waarmee die bouwkosten € 200.000,00 te boven gaat;

€ 1.270,00

0,620%

2.3.1.e.

Indien de bouwkosten € 500.000,00 tot € 1.000.000,00 bedragen: € 3.130,00 vermeerderd met 0,60% van de bouwkosten waarmee die bouwkosten € 500.000,00 te boven gaat;

€ 3.130,00

0,600%

2.3.1.f.

Indien de bouwkosten vanaf € 1.000.000,00 tot € 2.500.000,00 bedragen: € 6.130,00 vermeerderd met 0,57% van de bouwkosten waarmee die bouwkosten € 1.000.000,00 te boven gaat;

€ 6.130,00

0,570%

2.3.1.g.

Indien de bouwkosten € 2.500.000,00 of meer bedragen: € 14.680,00 vermeerderd met 0,53% van de bouwkosten waarmee die bouwkosten € 2.500.000,00 te boven gaat;

€ 14.680,00

0,530%

Omgevingsplanactiviteit: bouwactiviteit (ruimtelijke deel):

2.3.2

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een bouwactiviteit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

2.3.2.a.

indien de bouwkosten minder dan € 15.000,00 bedragen: 1,54% van de bouwkosten, met een minimum van € 39,62

€ 39,62

1,540%

2.3.2.b.

indien de bouwkosten € 15.000,00 tot € 50.000,00 bedragen: € 226,50, vermeerderd met 1,51% van de bouwkosten waarmee die bouwkosten € 15.000,00 te boven gaat;f;

€ 226,50

1,510%

2.3.2.c.

indien de bouwkosten € 50.000,00 tot € 200.000,00 bedragen: € 755,00, vermeerderd met 1,47% van de bouwkosten waarmee die bouwkosten € 50.000,00 te boven gaat;

€ 755,00

1,470%

2.3.2.d.

indien de bouwkosten € 200.000,00 tot € 500.000,00 bedragen: € 2.960,00, vermeerderd met 1,44% van de bouwkosten waarmee die bouwkosten € 200.000,00 te boven gaat;

€ 2.960,00

1,440%

2.3.2.e.

indien de bouwkosten € 500.000,00 tot € 1.000.000,00 bedragen: € 7.280,00, vermeerderd met 1,4% van de bouwkosten waarmee die bouwkosten € 500.000,00 te boven gaat;

€ 7.280,00

1,400%

2.3.2.f.

indien de bouwkosten € 1.000.000,00 tot € 2.500.000,00 bedragen: € 14.280,00, vermeerderd met 1,33% van de bouwkosten waarmee die bouwkosten € 1.000.000,00 te boven gaat;

€ 14.280,00

1,330%

2.3.2.g.

Indien de bouwkosten € 2.500.000,00 of meer bedragen: € 34.230,00 vermeerderd met 1,23% van de bouwkosten waarmee die bouwkosten € 2.500.000,00 te boven gaat;

€ 34.230,00

1,230%

2.3.3

Omgevingsplanactiviteit: slopen van een bouwwerk

2.3.3.1

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een sloopactiviteit, niet zijnde een sloopactiviteit met betrekking tot een monument of beschermd stads- en dorpsgezicht, als bedoeld in paragraaf 2.4, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 109,05

Paragraaf 2.4

Activiteiten met betrekking tot cultureel erfgoed en werelderfgoed

2.4.1

Omgevingsplanactiviteit: monumenten: Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, met betrekking tot een gemeentelijk monument, provinciaal monument, voorbeschermd gemeentelijk monument of voorbeschermd provinciaal monument, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

2.4.1.a.

voor het slopen, verstoren, verplaatsen of wijzigen:

€ 109,05

2.4.1.b.

voor het herstellen of gebruiken op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:

€ 109,05

2.4.2

Rijksmonumentenactiviteit: Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een rijksmonumentenactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, met uitzondering van een rijksmonumentenactiviteit met betrekking tot een archeologisch monument, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

2.4.2.a.

voor het slopen, verstoren, verplaatsen of wijzigen:

€ 109,05

2.4.2.b.

voor het herstellen of gebruiken op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:

€ 109,05

2.4.3

Omgevingsplanactiviteit: sloopactiviteit in beschermd stads- of dorpsgezicht: Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een sloopactiviteit in een rijksbeschermd, provinciaal beschermd of gemeentelijk beschermd stads- of dorpsgezicht, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 109,05

2.4.4

Omgevingsplanactiviteit: overig cultureel erfgoed en werelderfgoed (gereserveerd)

Paragraaf 2.5

Milieubelastende activiteiten

2.5.1

Omgevingsplanactiviteit: milieubelastende activiteiten

2.5.1.1

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een milieubelastende activiteit zoals bedoeld in het omgevingsplan, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 3.454,10

2.5.2

Overige milieubelastende activiteiten (afdelingen 3.2 tot en met 3.9 Besluit activiteiten leefomgeving)

2.5.2.1

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op één of meer milieubelastende activiteiten, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

2.5.2.2

Voor één milieubelastende activiteit:

€ 3.454,10

2.5.2.3

Voor twee tot vijf milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit:

€ 2.878,40

2.5.2.4

Voor vijf of meer milieubelastende activiteiten. Per milieubelastende activiteit:

€ 2.302,70

Paragraaf 2.6

Lozingsactiviteiten

2.6.1

Lozingsactiviteit niet afkomstig van milieubelastende activiteit

2.6.1.1

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een lozingsactiviteit op een oppervlaktewaterlichaam in beheer bij de gemeente, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder c, onder 1, van de Omgevingswet, en het gaat niet om het lozen van water of stoffen afkomstig van een milieubelastende activiteit als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 514,00

2.6.2

Lozingsactiviteit afkomstig van milieubelastende activiteit

2.6.2.1

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een lozingsactiviteit op een oppervlaktelichaam in beheer bij de gemeente, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder c, onder 1, van de Omgevingswet, bestaande uit het lozen van afvalwater, koelwater of stoffen afkomstig van een milieubelastende activiteit als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 1.028,00

Paragraaf 2.7

Aanlegactiviteiten

2.7.1

Omgevingsplanactiviteit: opbreken en graven (gereserveerd)

2.7.2

Omgevingsplanactiviteit: overige activiteiten beperkingengebied leidingen, landschapselement en aardkundige waarde (gereserveerd)

2.7.3

Omgevingsplanactiviteit: geluid weg: Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het aanleggen of wijzigen van een weg als op grond van het omgevingsplan of bij omgevingsvergunning voor een omgevingsplanactiviteit een geluidgevoelig gebouw is toegelaten binnen het aandachtsgebied van die weg, als bedoeld in artikel 22.272 van het tijdelijke deel van het omgevingsplan zoals opgenomen in artikel 7.1 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 109,05

2.7.4

Omgevingsplanactiviteit: aanleggen of veranderen weg

2.7.4.1

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg, bedoeld in artikel 2:11 van de Algemene Plaatselijke Verordening Pijnacker-Nootdorp 2017 (gmb-2017-113671) in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 109,05

2.7.5

Omgevingsplanactiviteit: uitweg/uitrit

2.7.5.1

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg, bedoeld artikel 2:12 van de Algemene Plaatselijke Verordening Pijnacker-Nootdorp 2017 (gmb-2017-113671) in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 109,05

2.7.6

Omgevingsplanactiviteit: overige aanlegactiviteiten

2.7.6.1

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of een werkzaamheid (aanlegactiviteit), niet zijnde een activiteit die in de voorgaande artikelen van deze paragraaf is benoemd, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 109,05

Paragraaf 2.8

Overige activiteiten

2.8.1

Omgevingsplanactiviteit: alarminstallatie [gereserveerd]

2.8.2

Omgevingsplanactiviteit: kappen van bomen of vellen van houtopstanden: Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het vellen van een houtopstand, bedoeld in artikel 4:11 van de Algemene Plaatselijke Verordening Pijnacker-Nootdorp 2017 (gmb-2017-113671) in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: 

€ 109,05

2.8.3

Omgevingsplanactiviteit: Reclame [gereserveerd]

2.8.4

Omgevingsplanactiviteit: Opslag van roerende zaken [gereserveerd]

2.8.5

Omgevingsplanactiviteit: Standplaatsen [gereserveerd]

2.8.6

Andere activiteiten: Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het vellen van een houtopstand, bedoeld in artikel 4:11 van de Algemene Plaatselijke Verordening Pijnacker-Nootdorp 2017 (gmb-2017-113671) in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 109,05

Paragraaf 2.9

Maatwerkvoorschriften

2.9.1

Maatwerkvoorschriften bij bouwactiviteiten

2.9.1.1.

Het tarief bedraagt per maatwerkvoorschrift, voor een maatwerkvoorschrift dat betrekking heeft op:

2.9.1.1.1.

het in stand houden van een bestaand bouwwerk, bedoeld in artikel 3.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving:

€ 253,10

2.9.1.1.2

bouwactiviteiten die het bouwen van nieuwe bouwwerken betreffen als bedoeld in artikel 4.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving per;

€ 253,10

2.9.1.1.3

het gebruik van een bouwwerk, bedoeld in artikel 6.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving; of

€ 253,10

2.9.1.1.4

het verrichten van bouw- of sloopwerkzaamheden als bedoeld in artikel 7.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving;

€ 253,10

2.9.1.1.5

in andere gevallen dan bedoeld in de onderdelen 2.9.1.1.1 tot en met 2.9.1.1.4, per maatwerkvoorschrift:

€ 253,10

2.9.2

Maatwerkvoorschriften bij milieubelastende activiteiten: Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving betrekking heeft op:

2.9.2.1

één milieubelastende activiteit als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief:

€ 3.454,10

2.9.2.2

twee tot vijf milieubelastende activiteiten als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, in afwijking van artikel 2.3, per milieubelastende activiteit::

€ 2.878,40

2.9.2.3

vijf of meer milieubelastende activiteiten als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, in afwijking van artikel 2.3, per milieubelastende activiteit:

€ 2.302,70

2.9.2.4

Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften betrekking heeft op een andere milieubelastende activiteit dan bedoeld in artikel 2.36, bedraagt het tarief per milieubelastende activiteit:

€ 3.454,10

2.9.3

Maatwerkvoorschriften bij overige activiteiten

2.9.3.1

Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften betrekking heeft op een andere activiteit dan genoemd in de artikelen 2.9.1 en 2.9.2, bedraagt het tarief per maatwerkvoorschrift:

€ 253,10

Paragraaf 2.10

Gelijkwaardigheid

2.10.1

Gelijkwaardige maatregel

2.10.1.1

Als de aanvraag om toestemming voor een gelijkwaardige maatregel als bedoeld in artikel 4.7 van de Omgevingswet betrekking heeft op een milieubelastende activiteit, bedraagt het tarief:

€ 2.302,70

2.10.1.2

een bouwactiviteit, bedraagt het tarief: het bedrag van de kosten, zoals vooraf aan de aanvrager meegedeeld voordat de aanvraag voor een omgevingsvergunning in behandeling wordt genomen, op basis van een door het college van burgemeester en wethouders opgestelde begroting.

2.10.1.3

een activiteit met betrekking tot cultureel erfgoed, bedraagt het tarief: het bedrag van de kosten, zoals vooraf aan de aanvrager meegedeeld voordat de aanvraag voor een omgevingsvergunning in behandeling wordt genomen, op basis van een door het college van burgemeester en wethouders opgestelde begroting.

2.10.1.4

een milieubelastende activiteit, bedraagt het tarief: het bedrag van de kosten, zoals vooraf aan de aanvrager meegedeeld voordat de aanvraag voor een omgevingsvergunning in behandeling wordt genomen, op basis van een door het college van burgemeester en wethouders opgestelde begroting.

2.10.1.5

een andere activiteit dan bedoeld in de onderdelen a, b of c, bedraagt het tarief: het bedrag van de kosten, zoals vooraf aan de aanvrager meegedeeld voordat de aanvraag voor een omgevingsvergunning in behandeling wordt genomen, op basis van een door het college van burgemeester en wethouders opgestelde begroting.

2.10.1.6

Het op grond van het eerste lid verschuldigde bedrag wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeeld. De aanvraag wordt dan in behandeling genomen op de tiende werkdag na de dag waarop het verschuldigde bedrag aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze tiende werkdag schriftelijk is ingetrokken.

Paragraaf 2.11

Overige tarieven

2.11.1

Verlengen tijdelijke omgevingsvergunning bouwactiviteit

2.11.1.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om verlenging van de in een omgevingsvergunning voor een bouwactiviteit gestelde termijn, bedoeld in artikel 10.23, tweede lid, van het Omgevingsbesluit:

€ 127,35

2.11.2

Wijzigen omgevingsvergunning

2.11.2.1

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag om wijziging van een omgevingsvergunning is hetzelfde tarief verschuldigd als op grond van dit hoofdstuk verschuldigd is voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor de activiteit of activiteiten waarop de aanvraag tot wijziging betrekking heeft.

2.11.2.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project:

€ 127,35

2.11.3

Wijzigen voorschriften omgevingsvergunning

2.11.3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning:

€ 127,35

2.11.4

Beoordeling onderzoeksrapporten

2.11.4.1

De in artikel 2.12.4 opgenomen tarieven zijn van overeenkomstige toepassing op het in behandeling nemen van een aanvraag tot het beoordelen van een onderzoeksrapport, zonder dat sprake is van een aanvraag om een omgevingsvergunning.

2.11.5

Wijzigen van het omgevingsplan

2.11.5.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van het omgevingsplan: het bedrag van de kosten, zoals vooraf aan de aanvrager meegedeeld voordat de aanvraag voor een omgevingsvergunning in behandeling wordt genomen, op basis van een door het college van burgemeester en wethouders opgestelde begroting.

2.11.5.2

Tenzij kostenverhaal op andere wijze met elkaar is overeengekomen.

2.11.5.3

Het op grond van het eerste lid verschuldigde bedrag wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeeld. De aanvraag wordt dan in behandeling genomen op de tiende werkdag na de dag waarop het verschuldigde bedrag aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze tiende werkdag schriftelijk is ingetrokken.

2.11.6

Niet genoemd besluit op aanvraag

2.11.6.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een ander, in dit hoofdstuk niet benoemd besluit op grond van de Omgevingswet, de op die wet gebaseerde algemene maatregelen van bestuur of het omgevingsplan:

€ 127,35

Paragraaf 2.12

Modaliteiten

2.12.1

Planologische strijdigheid met het omgevingsplan (waarbij tevens of geen sprake is van een bouwactiviteit) Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief:

2.12.1.a.

voor het beoordelen of er toepassing gegeven kan worden aan de regels voor toepassing van een binnenplanse afwijkingsbevoegdheid, wijzigingsbevoegdheid, of het voldoen aan een uitwerkingsplicht in het tijdelijke deel van het omgevingsplan:

€ 253,10

2.12.1.b.

Voor het beoordelen of met een ‘kleine buitenplanse afwijking’ als bedoeld in artikel 2.1.1 onder 3 d, meegewerkt kan worden aan een afwijking van het omgevingsplan

€ 253,10

2.12.1.c.

Voor het beoordelen of meegewerkt kan worden aan een afwijking van het omgevingsplan in andere gevallen dan bedoeld als in artikel 2.12.1 onder a. en b.

€ 3.797,35

2.12.2

Achteraf ingediende aanvraag

2.12.2.1

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning voor een activiteit wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de activiteit, worden de op grond van de paragrafen 2.3 tot en met 2.8 verschuldigde leges verhoogd met:

10,000%

2.12.3

Uitgebreide voorbereidingsprocedure

2.12.3.1

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing is op de voorbereiding van het besluit:

2.12.3.2

als sprake is van een milieubelastende activiteit:

€ 2.338,70

2.12.3.3

als sprake is van een buitenplanse omgevingsplanactiviteit:

€ 759,30

2.12.3.4

als sprake is van andere activiteiten dan bedoeld in de onderdelen 2.12.3.2 en 2.12.3.3:

€ 759,30

2.12.4

Beoordeling onderzoeksrapporten

2.12.4.1

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als krachtens wettelijk voorschrift voor de betreffende aanvraag een rapport moet worden beoordeeld:

2.12.4.2

voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport:

€ 342,95

2.12.4.3

voor de beoordeling van een milieueffectrapportage (MER):

€ 3.454,10

2.12.4.4

voor de beoordeling van een niet in de voorgaande onderdelen genoemd rapport:

€ 342,95

2.12.5

Advies

2.12.5.1

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als een daartoe aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag om een omgevingsvergunning of een ander besluit op grond van de Omgevingswet:

2.12.5.a.

voor een advies van de gemeenteraad:

€ 253,15

2.12.5.b.

voor een advies van de gemeentelijke adviescommissie als bedoeld in de Verordening op de gemeentelijke adviescommissie omgevings-kwaliteit Pijnacker-Nootdorp 2023 dat uitsluitend betrekking heeft op redelijke eisen van welstand, als bedoeld in de gemeentelijke beleidsregels bedoeld in artikel 4.19 van de Omgevingswet:

2.12.5.b.1.

Vooroverleg: Omgevingstafel of Intaketafel, per behandeling

€ 100,00

2.12.5.b.2.

Vooroverleg of concept plan, per behandeling

€ 100,00

2.12.5.b.3.

Plantoetsing aanvraag omgevingsvergunning:

2.12.5.b.4.

Indien de bouwkosten lager zijn dan € 50.000,00 (maximaal drie behandelingen:

€ 100,00

2.12.5.b.5.

Indien de bouwkosten € 50.000 of hoger zijn, maar lager dan € 2.000.000 bedragen: 0,2% van de bouwkosten, afgerond op € 5,00 naar boven, per aanvraag, (maximaal drie behandelingen);

0,200%

2.12.5.b.6.

Indien de bouwkosten € 2.000.000,00 of hoger zijn, maar lager dan € 6.000.000,00 (bouwkosten minus € 2.000.000 maal 0,05%, vermeerderd met € 4.000,00, afgerond op € 5,00 naar boven, per aanvraag, (maximaal drie behandelingen);

€ 4.000,00

0,050%

2.12.5.b.7.

Indien de bouwkosten meer dan €6.000.000,00 bedragen: € 6.000,00 per aanvraag, (maximaal drie behandelingen);

€ 6.000,00

2.12.5.b.8.

Vanaf 4e behandeling aanvraag omgevingsvergunning, per behandeling: 25 % van het gestelde in de artikelen: 2.12.5.b.4 tot en met 2.12.5.b.8

25,000%

2.12.5.b.9.

Indien binnen één jaar na het vooroverleg een vergunningaanvraag wordt ingediend, wordt tot maximaal twee maal vooroverleg in mindering gebracht op de legeskosten, met een minimaal factuurbedrag van €0,00.

2.12.5.c.

voor een advies van de gemeentelijke adviescommissie als bedoeld in de Verordening op de gemeentelijke adviescommissie omgevings-kwaliteit Pijnacker-Nootdorp 2023 in andere gevallen dan bedoeld in onderdeel b: het bedrag van de kosten, zoals vooraf aan de aanvrager meegedeeld voordat de aanvraag voor een omgevingsvergunning in behandeling wordt genomen, op basis van een door het college van burgemeester en wethouders opgestelde begroting.

2.12.5.d.

voor een advies in andere gevallen dan bedoeld in de onderdelen 2.12.5.b.1 tot en met 2.12.5.b.8: het bedrag van de kosten, zoals vooraf aan de aanvrager meegedeeld voordat de aanvraag voor een omgevingsvergunning in behandeling wordt genomen, op basis van een door het college van burgemeester en wethouders opgestelde begroting.

2.12.5.2

Als een begroting als bedoeld in onderdeel 2.12.5.c of 2.12.5.d, is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de tiende werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze tiende werkdag schriftelijk is ingetrokken.

2.12.5.3

De kosten, zoals bedoeld in het eerste lid, onder c of d, worden vastgesteld op: € 70,82 per mensuur, met een maximum van € 1.162,87

2.12.5.4

Indien de daadwerkelijk gemaakte kosten, zoals bedoeld in het eerste lid, onder c of d, lager zijn dan het bedrag dat in de begroting is geraamd, wordt het verschil aan de aanvrager terugbetaald. 

2.12.6

Instemming

2.12.6.1

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als een aanvraag om een omgevingsvergunning of een ander besluit op grond van de Omgevingswet betrekking heeft op een activiteit waarvoor de beslissing op de aanvraag op grond van artikel 16.16 van de Omgevingswet instemming behoeft van een bestuursorgaan:

2.12.6.1.1

het bedrag dat dit bestuursorgaan aan rechten zou heffen als het voor de activiteit waarvoor instemming wordt verzocht zelf bevoegd gezag zou zijn.

2.12.6.2

Het bedrag bedoeld in het eerste lid wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeeld. De aanvraag wordt dan in behandeling genomen op de tien werkdag na de dag waarop het verschuldigde bedrag aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze tien de werkdag schriftelijk is ingetrokken.

Paragraaf 2.13

Vermindering

2.13.1

Vermindering na conceptverzoek

2.13.1.1

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning, bedoeld in artikel 2.2, aanhef en onderdeel b, en zoals nader omschreven in de paragrafen 2.3 tot en met 2.8, is voorafgegaan door een aanvraag om een conceptverzoek als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en onderdeel a, en zoals nader omschreven in paragraaf 2.2, waarop de aanvraag om de omgevingsvergunning betrekking heeft, bestaat onder de in het tweede lid genoemde voorwaarden aanspraak op vermindering van de leges die verschuldigd zijn voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning. De vermindering bedraagt 100% van de voor het conceptverzoek geheven leges.

100,000%

2.13.1.2

Voor de toepassing van het eerste lid wordt de aanvraag om een omgevingsvergunning gedaan:

2.13.1.2.a.

voor dezelfde activiteit of activiteiten als waarop het conceptverzoek betrekking had;

2.13.1.2.b.

in overeenstemming met de uitkomsten van het conceptverzoek; en 

2.13.1.2.c.

binnen 52 weken na het verzenden van een schriftelijke reactie aan de aanvrager, na de dagtekening van de reactie. 

2.13.1.3

Bij toepassing van het eerste lid blijft voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning in ieder geval verschuldigd: 

€ 137,00

2.13.2

Vermindering bij meervoudige aanvraag [gereserveerd]

Paragraaf 2.14

Teruggaaf

2.14.1

Teruggaaf bij aanvraag en oordeel geen omgevingsvergunning nodig

2.14.1.1

Als het college van burgemeester en wethouders op grond van een aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning oordeelt dat voor de voorgenomen activiteit geen omgevingsvergunning is vereist, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt 85,00% van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is gedaan verschuldigde leges

85,000%

2.14.2

Teruggaaf als aanvraag verder buiten behandeling wordt gelaten

2.14.2.1

Als na toepassing van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht een aanvraag buiten behandeling wordt gelaten, bestaat aanspraak op teruggaaf. De teruggaaf bedraagt 85,00% van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is gedaan verschuldigde leges

2.14.3

Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning of maatwerkvoorschrift bij reguliere procedure

2.14.3.1

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning of aanvraag om een maatwerkvoorschrift op de voorbereiding waarvan afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht niet van toepassing is geheel of gedeeltelijk intrekt terwijl het college van burgemeester en wethouders daarover nog geen besluit heeft genomen, bestaat

2.14.3.1.a.

bij gehele of gedeeltelijke intrekking binnen vier weken na de indiening van de aanvraag 75,00% van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges;

75,000%

2.14.3.1.b.

bij geheel of gedeeltelijke intrekking op een tijdstip van vier weken tot zes weken na de indiening van de aanvraag: 50,00% van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges:

50,000%

2.14.3.1.c.

bij gehele of gedeeltelijke intrekking vanaf zes weken na de indiening van de aanvraag: 25,00% van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges;

25,000%

2.14.4

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning of aanvraag om een maatwerkvoorschrift op de voorbereiding waarvan afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht niet van toepassing is geheel of gedeeltelijk intrekt terwijl het college van burgemeester en wethouders daarover nog geen besluit heeft genomen, bestaat

2.14.4.a.

bij gehele of gedeeltelijke intrekking binnen zes weken na de indiening van de aanvraag 75,00% van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges 

75,000%

2.14.4.b.

bij gehele of gedeeltelijke intrekking vanaf zes weken tot achttien weken na de indiening van de aanvraag 50,00% van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges 

50,000%

2.14.4.c.

bij gehele of gedeeltelijke intrekking vanaf achttien weken na de indiening van de aanvraag 25,00% van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges 

25,000%

2.14.5

Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsverguning voor bouw- of milieubelastende activiteiten

2.14.5.1

Als het college van burgemeester en wethouders een verleende omgevingsvergunning voor een bouw- of milieubelastende activiteit intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 6 maanden na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt 25,00% van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges

25,000%

2.14.6

Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw- of milieubelastende activiteiten

2.14.6.a.

Als het college van burgemeester en wethouders een omgevingsvergunning voor een bouw- of milieubelastende activiteit weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: 25,00% van de voor de activiteit waarvoor de omgevingsvergunning is geweigerd verschuldigde leges

2.14.6.b.

Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.14.6.a wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak.

2.14.7

Geen teruggaaf legesdeel modaliteiten

2.14.7.1

In afwijking van de voorgaande artikelen van deze paragraaf wordt geen teruggaaf verleend van het legesdeel dat betrekking heeft op de modaliteiten genoemd in paragraaf 2.12. artikel 2.46a.

2.14.8

Minimumbedrag voor teruggaaf

2.14.8.1

Een bedrag minder dan € 137,00 wordt niet teruggegeven.

€ 137,00

Titel 3 Europese dienstenrichtlijn

Paragraaf

Omschrijving

tarief

Paragraaf 3.1

Horeca

3.1.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning op grond van artikel 3 van de Alcoholwet (BWBR0002458)

€ 404,55

3.1.2

Het tarief bedraagt voor het bijschrijven van een leidinggevende op het aanhangsel van een Drank en Horecavergunning als bedoeld in artikel 30a van de Alcoholwet (BWBR0002458)

€ 89,25

3.1.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Alcoholwet (BWBR0002458)

€ 18,00

3.1.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning tot het exploiteren van een openbare inrichting als bedoeld in artikel 2.28 van de Algemene Plaatselijk Verordening Pijnacker-Nootdorp 2017 (gmb-2017-113671)

€ 489,30

3.1.4.1

Indien de aanvraag bedoeld onder 3.1.4. in één keer geheel compleet wordt ingediend, wordt het tarief verminderd met:

€ 47,95

Paragraaf 3.2

Organiseren evenementen of markten

3.2.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 2:25 Algemene Plaatselijke Verordening Pijnacker-Nootdorp 2017 (gmb-2017-113671) (Evenementenvergunning)

€ 419,15

3.2.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

3.2.2.1

tot het verkrijgen van een standplaatsvergunning als bedoeld in artikel 2.1 lid 2 van de Warenmarktverordening Pijnacker-Nootdorp 2011 (verwijzing naar marktreglement)

€ 243,90

3.2.2.2

tot het verkrijgen van een standplaatsvergunning als bedoeld in artikel 5:18 van de Algemene Plaatselijke Verordening Pijnacker-Nootdorp 2017 (gmb-2017-113671) (standplaats niet op de markt of bij evenement)

€ 178,40

3.2.2.3

Stroom verbruik (220 Volt), per dag

€ 5,85

3.2.2.4

Krachtstroom verbruik stroom (380 Volt), per dag

€ 11,80

3.2.2.5

Waterverbruik, per dag of een gedeelte van de dag

€ 2,35

3.2.2.6

Waterverbruik voor Circus of Kermis, per dag of een gedeelte van de dag

€ 11,80

Paragraaf 3.3

Marktgelden

3.3.1

Voor de begripsomschrijvingen genoemd in deze Paragraaf van de verordening wordt verwezen naar de Warenmarktverordening Pijnacker-Nootdorp 2011 (CVDR1228621), het marktreglement 2020 (CVDR638560),Algemene Plaatselijke Verordening Pijnacker-Nootdorp 2017 (gmb-2017-113671) en de notitie Standplaatsenbeleid 2012 (CVDR165227).

3.3.1.1

Onder de naam ‘marktgeld’ wordt een recht geheven voor het hebben van één of meer standplaatsen op de markt of op andere, voor de openbare dient bestemde, als markt aan te wijzen plaatsen.

3.3.1.2

Het marktgeld wordt geheven naar het aantal vierkante meters oppervlakte standplaats

3.3.1.3

Het marktgeld, waarin zijn begrepen de energielasten tot een maximum aanwezig vermogen van 150 watt, is voor elke vierkante meter ingenomen ruimte:

3.3.2

op de weekmarkt in Pijnacker of Nootdorp

3.3.2.1

per dag of een gedeelte daarvan

€ 0,95

3.3.2.2

per 13 weken

€ 11,65

3.3.3

Bij gebruik van de energievoorziening bij aanwezigheid van een vermogen meer dan 150 watt, op de weekmarkt per 1.000 watt aanwezig vermogen

3.3.3.1

voor een dagplaats, per dag

€ 1,40

3.3.3.2

voor een vaste standplaats, per kwartaal

€ 16,70

3.3.3.2.2

3.3.7

Ontheffing van marktgeld kan plaatsvinden als de vergunninghouder door omstandigheden buiten zijn schuld, dit ter beoordeling van burgemeester en wethouders, de toegewezen standplaats niet heeft kunnen innemen en de vergunninghouder burgemeester en wethouders hiervan schriftelijk in kennis heeft gesteld.

Paragraaf 3.4

Standplaatsgelden

3.4

Onder de naam ‘standplaatsgeld’ wordt een recht geheven voor het hebben van één of meer standplaatsen buiten de markt op de, voor de openbare dienst bestemde, als standplaats aangewezen plaatsen. Het standplaatsgeld, wordt geheven voor:

3.4.1

een incidentiel standplaats als bedoeld in artikel 2.4 van de Notitie standplaatsenbeleid 2012 waarin ook zijn begrepen de energielasten tot een maximum aanwezig vermogen van 150 watt, bedraagt:

3.4.1.1

per dag of een gedeelte daarvan voor een halve plaats (max. 15 m²)

€ 7,25

3.4.1.2

per dag of een gedeelte daarvan voor een hele plaats (max. 30 m²)

€ 14,60

3.4.2

een Seizoensstandplaats als bedoeld in artikel 2.4 van de Notitie standplaatsenbeleid 2012 waarin ook zijn begrepen de energielasten tot een maximum aanwezig vermogen van 150 watt, bedraagt:

3.4.2.1

per 12 weken of een gedeelte daarvan voor een halve plaats (max. 15 m²)

3.4.2.2

per 12 weken of een gedeelte daarvan voor een hele plaats (max. 30 m²)

3.4.3

een vaste standplaats als bedoeld in artikel 2.4 van de Notitie standplaatsenbeleid 2012 waarin ook zijn begrepen de energielasten tot een maximum aanwezig vermogen van 150 watt, bedraagt:

3.4.3.1

per 13 weken voor een halve plaats (max. 15 m²)

€ 93,50

3.4.3.2

per 13 weken voor een hele plaats (max. 30 m²)

€ 174,95

3.4.4

Bij gebruik van de energievoorziening bij een aanwezig vermogen van meer dan 150 watt, op een standplaats per 1.000 watt aanwezig vermogen:

3.4.4.1

voor een dagplaats

€ 1,40

3.4.4.2

voor een seizoens- of vaste standplaats per 13 weken of een gedeelte daarvan:

€ 16,70

Paragraaf 3.5

Prostitutiebedrijven

3.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning als bedoeld in artikel 3:4 van de Algemene Plaatselijke Verordening Pijnacker-Nootdorp 2017 (gmb-2017-113671) (seksinrichting of escortbedrijf) 

€ 911,35

Paragraaf 3.6

Huisvesting

3.6.1

tot het verkrijgen van een onttrekkingsvergunning als bedoeld in artikel 5:1 onder a en b van de Huisvestigingsverordening gemeente Pijnacker-Nootdorp 2019 (gmb-2019-159983)

€ 73,60

3.6.2

tot het verkrijgen en onttrekkingsvergunning als bedoeld in artikel 5:1 onder c en d van de Huisvestigingsverordening gemeente Pijnacker-Nootdorp 2019 (gmb-2019-159983)

€ 1.675,45

3.6.3

tot het verkrijgen van een splitsingsvergunning als bedoeld in artikel 5:8 van de huisvestingsverordening gemeente Pijnacker-Nootdorp 2019 (gmb-2019-159983) indien:

3.6.4

de vergunning tegelijk wordt aangevraagd met een omgevingsvergunning als bedoeld in Titel 2, hoofdstuk 3 onder 2.3.1 (bouwactiviteiten) van deze verordening : Nihil

3.6.5

de vergunning een splitsing betreft van een gemengd object in één woning en één bedrijfsruimte

€ 73,60

3.6.6

de vergunning een splitsing betreft waarbij het splitsingsplan betreft: 

3.6.6.1

2 tot 12 woningen

€ 893,60

3.6.6.2

12 tot 25 woningen

€ 8.377,15

3.6.6.3

25 of meer woningen

€ 16.754,40

Paragraaf 3.7

Overige vergunningen, ontheffingen of andere beschikkingen

3.7.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

€ 29,90

II. Overgangsrecht

De ‘tarieventabel gemeentelijke belastingen en heffingen 2024 van 7 november 2023, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel III, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing. De ‘tarieventabel gemeentelijke belastingen en heffingen 2024’ blijft van toepassing op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

III. Inwerkingtreding

  • 1. Deze tarieventabel treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2025.

VI. Citeertitel

Deze tarieventabel wordt aangehaald als ‘Tarieventabel gemeentelijke belastingen en heffingen 2025’

Ondertekening

Vastgesteld in de openbare vergadering van 19 december 2024.

Arjen van der Lugt

griffier

Björn Lugthart

voorzitter

Bijlage A ‘Definitie kleine en grote buitenplanse omgevingsplanactiviteiten’

Een buitenplanse omgevingsplanactiviteit is:

  • a.

    een activiteit waarvoor het omgevingsplan bepaalt dat een vergunning nodig is, maar het volgens de beoordelingsregels niet mogelijk is de vergunning te verlenen.

  • b.

    Een andere activiteit die in strijd is met het omgevingsplan.

Alle buitenplanse omgevingsplanactiviteiten vallen onder de artikel 2.12.1 sub c grote buitenplanse omgevingsplanactiviteit’, tenzij de activiteit valt binnen de volgende categorieën. Dan is het een artikel 2.12.1 sub b kleine buitenplanse omgevingsplanactiviteit’:

  • 1.

    Een bijbehorend bouwwerk of uitbreiding daarvan, mits, voor zover gelegen buiten de bebouwde kom, wordt voldaan aan de volgende eisen:

    • a.

      niet hoger dan 5 m, tenzij sprake is van een kas of bedrijfsgebouw van lichte constructie ten dienste van een agrarisch bedrijf;

    • b.

      de oppervlakte niet meer dan 150 m2;

  • 2.

    Een gebouw ten behoeve van een infrastructurele of openbare voorziening (nutsvoorzieningen, de waterhuishouding, het meten van de luchtkwaliteit, het telecommunicatieverkeer, het openbaar vervoer of het weg-spoorweg-, water- of luchtverkeer) wanneer wordt voldaan aan de volgende eisen:

    • a.

      niet hoger dan 5m, en

    • b.

      de oppervlakte niet meer dan 50m2;

  • 3.

    Een bouwwerk, geen gebouw zijnde, of een gedeelte van een dergelijk bouwwerk, mits voldaan wordt aan de volgende eisen:

    • a.

      niet hoger dan 10m, en

    • b.

      de oppervlakte niet meer dan 50m2;

  • 4.

    Een dakterras, balkon of andere niet op de grond gelegen buitenruimte aan of op een gebouw, een dakkapel, dakopbouw of gelijksoortige uitbreiding van een gebouw, de uitbreiding van een bouwwerk met een bouwdeel van ongeschikte aard dan wel voorzieningen gericht op het isoleren van een gebouw;

  • 5.

    Een antenne-installatie, mits niet hoger dan 40 meter;

  • 6.

    Een installatie bij een glastuinbouwbedrijf voor warmtekrachtkoppeling (de gecombineerde opwekking van warmte en elektriciteit of mechanische energie door verstoking van een brandstof, waarvan de warmte nuttig gebruikt wordt, anders dan voor de productie van elektriciteit);

  • 7.

    De herinrichting van het openbaar gebied;

  • 8.

    Het gebruiken van bouwwerken, eventueel in samenhang met bouwactiviteiten die de bebouwde oppervlakte of het bouwvolume niet vergroten, mits:

    • -

      voor zover gelegen binnen de bebouwde kom, het bruto vloeroppervlak niet meer dan 1.500 m2 bedraagt en, wanneer het om een woonfunctie gaat er niet meer dan 10 woningen worden gecreëerd;

    • -

      voor zover gelegen buiten de bebouwde kom , het bruto vloeroppervlak niet meer dan 200 m2 bedraagt en, er geen nieuwe woningen worden gecreëerd.

  • 9.

    Het gebruik van onbebouwde gronden, mts:

    • -

      voor zover gelegen binnen de bebouwde kom, het oppervlak niet meer dan 1.500 m2 bedraagt;

    • -

      voor zover gelegen buiten de bebouwde kom, het oppervlak niet meer dan 500 m2 bedraagt.

  • 10.

    mits, voor zover gelegen buiten de bebouwde kom, het uitsluitend betreft een logiesfunctie voor werknemers of de opvang van asielzoekers of andere categorieën vreemdelingen;

  • 11.

    Ander gebruik van gronden of bouwwerken dan bedoeld in de onderdelen 1 tot en met 10 voor een termijn van ten hoogte 10 jaar;