Regeling vervallen per 28-06-2013

Nadere regels voor het aanbrengen van meningsuitingen en bekendmakingen van politieke partijen verband houdende met verkiezingen van openbare lichamen.

Geldend van 26-07-2007 t/m 27-06-2013

Intitulé

Nadere regels voor het aanbrengen van meningsuitingen en bekendmakingen van politieke partijen verband houdende met verkiezingen van openbare lichamen.

Burgemeester en wethouders van Veghel;

 

overwegende, dat de raad in zijn vergadering van 19 april 2007 een nieuwe APV heeft vastgesteld;

 

dat hun college op 17 februari 1998 op grond van artikel 2.4.8. van de APV 1997 in overleg met de politieke partijen heeft besloten tot vaststelling van nadere regels ter regulering van meningsuitingen en bekendmakingen verband houdende met verkiezingen t.b.v. openbare lichamen;

 

dat het omwille van de duidelijkheid wenselijk is de nadere regels van 17 februari 1998 onder de APV te bestendigen;

 

gelet op artikel 2.4.2., zesde lid van de Algemene plaatselijke verordening

 

b e s l u i t e n :

 

vast te stellen navolgende:

 

Nadere regels voor het aanbrengen van meningsuitingen en bekendmakingen van politieke partijen verband houdende met verkiezingen van openbare lichamen.

Artikel 1

  • 1. Het is de rechthebbende op een onroerende zaak alsmede de hoofdgebruiker van die zaak verboden deze zaak of een daarop aanwezige zaak te gebruiken of het gebruik daarvan toe te laten voor het aanbrengen van een meningsuiting of bekendmaking van een aan enige verkiezing deelnemende politieke partij, verband houdende met verkiezingen ten behoeve van openbare lichamen, met behulp van een aanplakbiljet of ander geschrift, afbeelding of aanduiding, die vanaf de weg of vanaf een andere voor het publiek toegankelijke plaats zichtbaar is

  • 2. het eerste lid gestelde verbod geldt niet ten aanzien van:

    a. meningsuitingen of bekendmakingen in het inwendig gedeelte van een onroerende zaak;

    b. meningsuitingen of bekendmakingen op aanplakborden, krachtens artikel 2.4,2. vierde lid

    van de APV 1997 aangewezen door het college van burgemeester en wethouders;

    c.   meningsuitingen of bekendmakingen aangebracht op een perceel kadastraal behorend bij   

    een gebouw, mits deze meningsuitingen of bekendmakingen gezamenlijk geen grotere      

    oppervlakte hebben dan 0,50 m2.

Artikel 2

Deze nadere regels treden in werking op de eerste dag na die van de bekendmaking. Alsdan vervallen de nadere regels vastgesteld bij besluit van 17 februari 1998

Ondertekening

Aldus vastgesteld op 18 juli 2007

 

Burgemeester en wethouders van de gemeente Veghel.

 

De secretaris,

H.J.B.C. Maas.

 

De burgemeester,

A. Frankfort.

 

 

 

Toelichting

Toelichting nader regels ex artikel  2.4.2, zesde lid APV

 

Onderhavige nadere regels vormen de neerslag van de afspraken gemaakt tussen de in Veghel aanwezige politieke partijen waarin deze zich enige zelfbeperking opleggen m.b.t. affichering Indien zonder enige regulering gedurende langere tijd verkiezingsaffiches van mogelijk toekomstige bestuurders, of in ieder geval van politieke partijen die zijn gelieerd met plaatselijke bestuurders, worden aangebracht buiten de daarvoor aangewezen gemeentelijke aanplakborden kan dat een precedent- werking hebben Van verenigingen wordt immers ook verwacht dat uitsluitend gebruik gemaakt wordt van de evenementenborden aan de invalswegen van de kernen. Dat terwijl ook evenementen slechts van tijdelijke aard zijn en de aankondiging van evenementen ook kan vallen onder de werking van artikel 7 van de Grondwet Daarnaast worden affiches van politieke partijen, hoe anders ook dan handelsreclame, door de inwoners veelal wel degelijk geassocieerd met dergelijke reclame

 

Uit een oogpunt van de openbare orde verdient het aanbeveling het aanbrengen van affiches van politieke partijen i.v.m. verkiezingen voor openbare lichamen enigszins te structureren. Veelal vinden in een verkiezingsjaar verkiezingen plaats voor verschillende openbare lichamen, zodat aanplakborden van gemeente en politieke partijen gedurende een periode van enige maanden aanwezig zijn

 

Onderhavige regels voorzien in een beperking naar plaats en tijdstip van het gebruik van affiches van aan verkiezingen deelnemende politieke partijen verband houdende met verkiezingen van openbare lichamen (gemeenteraad, provinciale staten, Tweede Kamer, Europees parlement en eventueel in de toekomst waterschap) Deze affiches mogen -indien deze zichtbaar zijn vanaf de weg of vanaf een voor het publiek toegankelijke plaats- worden aangebracht:’

 

a.         op aangewezen aanplakborden welke tijdens de verkiezingen van gemeentewege worden aangebracht.

            De gemeente zorgt voor een tijdige plaatsing van voldoende aanplakborden

b.         binnen een gebouw

Gedacht moet hierbij o.a. worden aan affiches achter een raam

c.         op het perceel behorend bij een woning of ander gebouw, mits in omvang beperkt tot 0,50m2. Deze mogelijkheid is met name bedoeld voor diegenen wier woning zodanig is gelegen dat een affiche binnen de woning vanaf de openbare weg niet zichtbaar is Het betreft hier met name gebouwen in het buitengebied. Om een ieder in de gelegenheid te stellen zijn persoonlijke voorkeur voor een politieke partij kenbaar te maken valt een uiting van maximaal 0, 50m2 aangebracht op een perceel behorend bij een gebouw.

 

Met deze maatregelen wordt voorkomen dat een wildgroei van bekendmakingen plaatsvindt. Een reëel gebruik van het middel blijft mogelijk Deze regeling moet worden gezien als een uitgebalanceerde oplossing waarbij zowel recht wordt gedaan aan het individuele recht van meningsuiting als het daaraan in casu contraire algemeen belang van de openbare orde Een dergelijke beperking verdraagt zich dan ook met artikel 7 van de Grondwet en artikel 10 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de mens (Verdrag van Rome)

Overtreding van de nadere regels is strafbaar op grond van artikel 6.1. van de APV.