Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR731464
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR731464/1
Verordening op de heffing en de invordering van leges Leiderdorp 2025
Geldend van 24-12-2024 t/m heden
Intitulé
Verordening op de heffing en de invordering van leges Leiderdorp 2025De raad van de gemeente Leiderdorp;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 5 november 2024, nr. z/24/167727/378892;
gehoord het advies van de Auditcommissie 26 november 2024;
gelet op het bepaalde in artikel de artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h, en 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet en de artikelen 2, tweede lid, en 7 van de Paspoortwet en artikel 13.1a van de Omgevingswet;
b e s l u i t:
vast te stellen de volgende verordening:
Verordening op de heffing en de invordering van leges Leiderdorp 2025
Artikel 1 Definities
Deze verordening verstaat onder:
- a.
kwartier : een aaneengesloten periode van 15 minuten;
- b.
dag : de periode van 00.00 tot 24.00, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;
- c.
week : een aaneengesloten periode van zeven dagen;
- d.
maand : het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1) e dag in de volgende kalendermaand, met dien verstande dat als de n e dag in een kalendermaand 30 of 31 januari is, de (n-1) e dag in de volgende kalendermaand altijd de laatste dag van de maand februari is;
- e.
jaar : het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1) e dag in het volgende kalenderjaar;
- f.
kalenderjaar : de periode van 1 januari tot en met 31 december.
Artikel 2 Belastbaar feit
Onder de naam “leges” worden rechten geheven voor:
- a.
het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een dienst of het nemen van een besluit;
- b.
het verlenen van een dienst op aanvraag; of
- c.
het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een document;
één en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.
Artikel 3 Belastingplicht
Belastingplichtig is de aanvrager of degene voor wie de aanvraag is gedaan.
Artikel 4 Vrijstellingen
Leges worden niet geheven voor:
- a.
diensten die ingevolge wettelijk voorschrift zijn vrijgesteld van heffing van leges of kosteloos moeten worden verleend.
- b.
het in behandeling nemen van een aanvraag tot verlening van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 5.1. 2e lid onder aan van de omgevingswet , voor het plaatsen van vergunningsplichtige zonnepanelen;
- c.
voor het in behandeling nemen van een aanvraag op basis van de APV artikelen 2.10 (Het plaatsen van voorwerpen op of aan de weg in strijd met de publieke functie ervan voor zover het driehoeks-reclameborden betreft), 2:25 (Evenementen), 5:14 (Venten), 5:18 (Standplaatsvergunning):
-
indien de aanvraag wordt ingediend door een non-profit organisatie (uitgezonderd politieke partijen) die blijkens haar statuten alsmede Gelet op de ingediende aanvraag, geen individueel, persoonlijk of groepswinstoogmerk heeft en waarbij de doelstellingen van de non-profitorganisatie van maatschappelijke, sociale, pedagogische, sportieve, charitatieve en of culturele aard zijn.d. diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 13.6 van de Omgevingswet zijn of worden verhaald.
-
Artikel 5 Maatstaven van heffing en tarieven
-
1. De leges worden geheven naar tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende Tarieventabel.
-
2. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de Tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.
Artikel 6 Wijze van heffing
De leges worden geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur, of een kennisgeving langs elektronische weg. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving of langs elektronische weg aan de belastingschuldige bekendgemaakt.
Artikel 7 Termijnen van betaling
-
1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:
- a.
mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;
- b.
schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiking van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen dertig (30) dagen na de dagtekening van de kennisgeving.
- c.
Bij een elektronische indiening van de aanvraag wordt gedaan, op het moment van het doen van elektronische aanvraag
- a.
-
2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.
Artikel 8 Kwijtschelding
Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.
Artikel 9 Vermindering of teruggaaf
Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst, besluit of handeling wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst, besluit of handeling in die tarieventabel opgenomen bepaling.
Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden
Het college van burgemeester en wethouders is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening als de wijzigingen:
- a.
van zuiver redactionele aard zijn,
- b.
een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende paragrafen of artikelen van hoofdstuk 1 van de tarieventabel betreft:
- 1.
paragraaf 2 (reisdocumenten én Nederlandse identiteitskaart);
- 2.
paragraaf 3 (rijbewijzen);
- 3.
artikel 1.4.5.5.(schriftelijke verstrekking uit de basisregistratie personen);
- 4.
artikel 1.9.1. (verklaring omtrent het gedrag);
- 5.
paragraaf 15 (Kansspelen);
- 1.
één en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijzigingen van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.
Artikel 11 Overgangsrecht
-
1. De “Legesverordening Leiderdorp 2024” en de daarbij behorende tarieventabel 2024 van18 december 2023 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 12, tweede lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
-
2. Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 12, tweede lid opgenomen datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.
Artikel 12 Inwerkingtreding
-
1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.
-
2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2025.
Artikel 13 Citeertitel
Deze verordening wordt aangehaald als Legesverordening Leiderdorp 2025.
Ondertekening
Vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van Leiderdorp op 16 december 2024,
de griffier,
mevrouw H.K.B. Fobler
de voorzitter,
mevrouw T.C.M. Struik
Tarieventabel behorende bij Verordening leges Leiderdorp 2025
Hoofdstuk 1 Algemene dienstverlening |
|
|
|
Paragraaf 1 Burgerlijke stand |
|
|
|
1.1.1 |
Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk, het registreren van een partnerschap in de trouwzaal of een andere door de gemeente hiertoe aangewezen ruimte op: |
|
|
1.1.1.1 |
Maandag tot en met vrijdag in het gemeentehuis of op een door de gemeente aangewezen locatie buiten het gemeentehuis: van 09.00 uur tot 16.00 uur, een en ander conform het reglement Burgerlijke Stand |
€ |
404,95 |
1.1.1.2 |
Maandag tot en met vrijdag buiten de tijden gelegen tussen 09.00 en 16.00 uur, alsmede op zaterdag en op een dag dat het gemeentehuis gesloten is, of op een door de gemeente aangewezen locatie buiten het gemeentehuis, een en ander conform het reglement Burgerlijke Stand |
€ |
729,45 |
1.1.1.3 |
In afwijking van de rubriek 1.1.1.1 bedraagt het tarief voor de voltrekking van een huwelijk of het registreren van een partnerschap tussen personen waarvan er tenminste één ingezetene is van de gemeente Leiderdorp, in het gemeentehuis (beperkte ceremonie) gedurende de tijden zoals is opgenomen in het reglement burgerlijke stand |
€ |
|
1.1.1.4 |
In afwijking van de rubriek 1.1.1.1 bedraagt het tarief voor de voltrekking van een huwelijk of het registreren van een partnerschap in het gemeentehuis (beperkte ceremonie) gedurende de tijden zoals opgenomen in het reglement burgerlijke stand |
€ |
200,55 |
1.1.1.5 |
De tarieven vermeld onder 1.1.1.1, 1.1.1.2 en 1.1.1.4 worden bij wijziging van de reservering betreffende het tijdstip, de datum en/of de locatie voor het voltrekken van het huwelijk of het registreren van een partnerschap, verhoogd met |
€ |
33,25 |
1.1.2 |
Het tarief bedraagt voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk indien daarbij gebruik gemaakt wordt van de trouwzaal of een andere door de gemeente hiertoe aangewezen ruimte op: |
|
|
1.1.2.1 |
Maandag tot en met vrijdag in het gemeentehuis of op een door de gemeente aangewezen locatie buiten het gemeentehuis: van 09.00 uur tot 16.00 uur, een en ander conform het reglement Burgerlijke Stand |
€ |
404,95 |
1.1.2.2 |
Maandag tot en met vrijdag buiten de tijden gelegen tussen 09.00 en 16.00 uur, alsmede op zaterdag en op een dag dat het gemeentehuis gesloten is, of op een door de gemeente aangewezen locatie buiten het gemeentehuis, een en ander conform het reglement Burgerlijke Stand |
€ |
729,45 |
1.1.2.3 |
De tarieven vermeld onder 1.1.2.1 en 1.1.2.2 worden bij wijziging van de reservering betreffende het tijdstip, de datum en/of de locatie voor het voltrekken van het huwelijk of het registreren van een partnerschap, verhoogd met |
|
|
1.1.2.3.1 |
indien u verplaatst tussen 3 maanden en 2 weken voor de huwelijksdatum dan wel registratiedatum |
€ |
51,30 |
1.1.2.3.2 |
indien u verplaatst binnen 2 weken voor de huwelijksdatum dan wel registratiedatum |
€ |
82,05 |
1.1.2.4. |
Het tarief bedraagt voor de omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk, zonder een ceremonie |
€ |
145,95 |
1.1.2.5 |
Indien de huwelijksvoltrekking of de registratie van partnerschap, genoemd in de leden 1.1.1.1, 1.1.1.2 en 1.1.1.4 wordt geannuleerd, wordt voor de reeds gemaakte kosten een tarief in rekening gebracht. De leges bedraagt: |
|
|
1.1.2.5.1 |
indien wordt geannuleerd tussen 3 maanden en 2 weken voor de huwelijksdatum dan wel registratiedatum: 75% van de leges |
|
|
1.1.2.5.2 |
indien wordt geannuleerd binnen 2 weken voor de huwelijksdatum dan wel registratiedatum: 50% van de leges |
|
|
1.1.2.6. |
Bij niet verschijnen of dusdanig laat verschijnen op de huwelijksvoltrekking of de registratie van partnerschap, waardoor deze ceremonie geen doorgang kan vinden, vindt geen restitutie plaats. Ingeval van een kosteloze huwelijksvoltrekking of registratie van partnerschap, zoals bedoeld in 1.1.1.3. bedraagt de leges |
€ |
102,60 |
1.1.2.6.1 |
Indien een kosteloze huwelijksvoltrekking dan wel registratie van partnerschap zoals bedoeld in 1.1.1.3 wordt geannuleerd wordt er voor de reeds gemaakte kosten een tarief in rekening gebracht. Het tarief bedraagt |
€ |
102,60 |
1.1.3 |
Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap in een bijzonder huis op grond van artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek |
€ |
404,95 |
1.1.4 |
Het tarief bedraagt voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk in een bijzonder huis op grond van artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek |
€ |
404,95 |
1.1.5 |
Het tarief bedraagt voor het verstrekken van: |
€ |
|
1.1.5.1 |
een trouwboekje of partnerschapboekje in een normale uitvoering |
€ |
22,30 |
1.1.5.2 |
een trouwboekje of partnerschapboekje in een luxe uitvoering |
€ |
44,75 |
1.1.6 |
Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand is van toepassing het ten tijde van de aanvraag geldende tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand. |
|
|
1.1.7 |
Het tarief bedraagt voor het van gemeentewege ter beschikking stellen van getuigen bij een voltrekking van een huwelijk of het registreren van een partnerschap, per getuige |
€ |
25,65 |
1.1.8 |
Het tarief bedraagt voor: |
|
|
1.1.8.1 |
de benoeming tot trouwambtenaar (Babs) voor de voltrekking van één huwelijk of de registratie van één partnerschap zonder beëdiging door de rechtbank |
€ |
225,25 |
1.1.8.2 |
de benoeming tot trouwambtenaar (Babs) voor de voltrekking van één huwelijk of de registratie van één partnerschap met beëdiging door de rechtbank |
€ |
299,55 |
1.1.9 |
Voor het op verzoek toezenden van afschriften en uittreksels als bedoeld in dit hoofdstuk worden de tarieven verhoogd met de portokosten conform het geldende tarief van PostNL. |
|
|
|
|
|
|
Paragraaf 2 Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart |
|
|
|
1.2 |
Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag: |
|
|
1.2.1 |
van een nationaal paspoort: |
|
|
1.2.1.1 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is, geldt het ten hoogste te heffen tarief (naar beneden afgerond op vijf cent) zoals dat is opgenomen in artikel 6 van het Besluit paspoortgelden |
|
|
1.2.1.2 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt, geldt het ten hoogste te heffen tarief (naar beneden afgerond op vijf cent) zoals dat is opgenomen in artikel 6 van het Besluit paspoortgelden |
|
|
1.2.2 |
van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in onderdeel 1.2.1 (zakenpaspoort) geldt het ten hoogste te heffen tarief (naar beneden afgerond op vijf cent) zoals dat is opgenomen in artikel 6 van het Besluit paspoortgelden |
|
|
1.2.2.1 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is, geldt het ten hoogste te heffen tarief (naar beneden afgerond op vijf cent) zoals dat is opgenomen in artikel 6 van het Besluit paspoortgelden |
|
|
1.2.2.2 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt, geldt het ten hoogste te heffen tarief (naar beneden afgerond op vijf cent) zoals dat is opgenomen in artikel 6 van het Besluit paspoortgelden |
|
|
1.2.3 |
van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort): |
|
|
1.2.3.1 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is, geldt het ten hoogste te heffen tarief (naar beneden afgerond op vijf cent) zoals dat is opgenomen in artikel 6 van het Besluit paspoortgelden |
|
|
1.2.3.2 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt, geldt het ten hoogste te heffen tarief (naar beneden afgerond op vijf cent) zoals dat is opgenomen in artikel 6 van het Besluit paspoortgelden |
|
|
1.2.4 |
van een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen |
|
|
1.2.5 |
van een Nederlandse identiteitskaart: |
|
|
1.2.5.1 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is, geldt het ten hoogste te heffen tarief (naar beneden afgerond op vijf cent) zoals dat is opgenomen in artikel 6 van het Besluit paspoortgelden |
|
|
1.2.5.2 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt, geldt het ten hoogste te heffen tarief (naar beneden afgerond op vijf cent) zoals dat is opgenomen in artikel 6 van het Besluit paspoortgelden |
|
|
1.2.6 |
voor de versnelde uitreiking van een in de onderdelen 1.2.1 tot en met 1.2.5 genoemde document, zijnde een toeslag op de in die onderdelen genoemde bedragen, geldt het ten hoogste te heffen tarief (naar beneden afgerond op vijf cent) zoals dat is opgenomen in artikel 6 van het Besluit paspoortgelden |
|
|
1.2.7 |
voor het bezorgen van een in de onderdelen 1.2.1 tot en met 1.2.5 genoemde document, zijnde een toeslag op de in de onderdelen 1.2.1 tot en met 1.2.6 genoemde bedragen |
€ |
18,40 |
1.2.8 |
van een vervangende Nederlandse identiteitskaart voor een persoon met een uitreisverbod, ongeacht de leeftijd van de betrokken persoon |
€ |
37,15 |
|
|
|
|
Paragraaf 3 Rijbewijzen |
|
|
|
1.3.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs het tarief zoals dat is opgenomen in het Reglement rijbewijzen artikel 104b vermeerderd met de rijkskostencomponent (het bedrag dat de gemeenten moeten afdragen aan de Dienst Wegverkeer als vergoeding van de productiekosten van het rijbewijs), afgerond naar beneden op vijf cent |
|
|
1.3.2 |
Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1 wordt bij een spoedaanvraag vermeerderd met het bedrag conform de door het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat goedgekeurde RDW rijbewijstarieven voor 2020, afgerond naar beneden op vijf cent |
|
|
1.3.3 |
Voor het verstrekken van een formulier voor het aanvragen van een verklaring van geschiktheid als bedoeld in artikel 98 van het Reglement Rijbewijzen (gezondheidsverklaring) is van toepassing het ten tijde van de aanvraag geldende tarief zoals dat door het CBR is vastgesteld onder goedkeuring van de Minister van Infrastructuur en Milieu. |
|
|
|
|
|
|
Paragraaf 4 Verstrekkingen uit de Basisregistratie personen |
|
|
|
1.4.1 |
Voor de toepassing van dit hoofdstuk, met uitzondering van de onderdelen 1.4.3 en 1.4.4, wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon waarvoor de basisregistratie personen moet worden geraadpleegd. |
|
|
1.4.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
|
1.4.2.1 |
tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking, |
|
12,95 |
1.4.3 |
Voor de toepassing van onderdeel 1.4.4 wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon die niet zijn opgenomen in de basisregistratie personen. |
|
|
1.4.4 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
|
1.4.4.1 |
tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking |
|
12,95 |
1.4.5 5 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gegevens als bedoeld in artikel 17, tweede lid, van het Besluit basisregistratie personen het tarief zoals dat is opgenomen in artikel 10, lid 2 Regeling basisregistratie personen |
|
|
1.4.6 |
tot het verstrekken van een meertalig modelformulier woon- en/of verblijfplaats als bedoeld in artikel 7, eerste lid, van verordening (EU) nr. 2016/1191 van het Europees Parlement en de Raad van 6 juli 2016 betreffende de bevordering van het vrije verkeer van burgers door vereenvoudigde overlegging van bepaalde openbare documenten in de Europese Unie en tot wijziging van Verordening nr. 1024/2012 (PbEU 2016, L 200) |
|
17,00 |
1.4.7 |
Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van de (gemeentelijke) basisregistratie personen, voor ieder daaraan besteed kwartier |
€ |
21,25 |
|
|
|
|
Paragraaf 5 Gereserveerd |
|
|
|
Paragraaf 6 Gereserveerd |
|
|
|
|
|
|
|
Paragraaf 7 Bestuursstukken |
|
|
|
1.7.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van: |
|
|
1.7.1.1 |
een afschrift van de gemeentebegroting (Programmabegroting) |
€ |
75,55 |
1.7.1.2 |
een afschrift van de gemeenterekening (Programmarekening) |
€ |
40,10 |
1.7.1.3 |
een afschrift van de Voorjaarsnota of de Najaarsnota |
€ |
20,55 |
1.7.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
|
1.7.2.1 |
tot het verstrekken van: |
|
|
1.7.2.1.1 |
een afschrift van het verslag van een raadsvergadering, per pagina |
€ |
0,25 |
1.7.2.1.2 |
een afschrift van de stukken behorende bij een raadsvergadering, per pagina |
€ |
0,25 |
1.7.2.2 |
tot het afsluiten van een abonnement voor een kalenderjaar: |
|
|
1.7.2.2.1 |
op de verslagen van de raadsvergaderingen, inclusief portokosten |
€ |
52,15 |
1.7.2.2.2 |
op de stukken behorende bij de raadsvergaderingen, inclusief portokosten |
€ |
52,15 |
1.7.2.2.3 |
op de agenda van de raadsvergaderingen, inclusief portokosten |
€ |
13,05 |
1.7.3 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van: |
|
|
1.7.3.1 |
een afschrift van het verslag van een vergadering, per pagina |
€ |
0,25 |
1.7.3.1.1 |
een afschrift van de stukken behorende bij een vergadering, per pagina |
€ |
0,25 |
1.7.3.2 |
tot het afsluiten van een abonnement voor een kalenderjaar: |
|
|
1.7.3.2.1 |
op verslagen van een vergadering(en) (inclusief agenda), inclusief portokosten |
€ |
14,35 |
1.7.3.2.2 |
op de stukken behorende bij een vergadering, inclusief portokosten |
€ |
52,15 |
1.7.4 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van: |
|
|
1.7.4.1 |
een afschrift van de Algemene Plaatselijke Verordening (inclusief de geldende wijzigingsverordeningen) |
€ |
15,40 |
1.7.4.2 |
een afschrift van de Bouwverordening (inclusief de geldende wijzigingsverordeningen) |
€ |
106,90 |
1.7.4.3 |
een afschrift van een andere dan de onder 1.7.4.1 en 1.7.4.2 genoemde verordeningen, inclusief de geldende wijzigingsverordeningen |
€ |
15,40 |
1.7.5 |
Voor het op verzoek toezenden van stukken en afschriften als bedoeld in dit hoofdstuk worden de tarieven verhoogd met de portokosten conform het geldende tarief van PostNL, behoudens indien bij het tarief is vermeld dat het bedrag daarvan inclusief portokosten is. |
|
|
|
|
|
|
Paragraaf 8 Vastgoedinformatie |
|
|
|
1.8.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
|
1.8.1.1 |
tot het verstrekken van een fotokopie van een plan, zoals bestemmingsplan, voorbereidingsbesluit, streekplan, wegenkaart behorende bij de legger bedoeld in onderdeel 1.8.2.2, structuurplan of stadsvernieuwingsplan: |
|
|
1.8.1.1.1 |
in formaat A4 of kleiner, per bladzijde |
€ |
0,25 |
1.8.1.1.2 |
in formaat A3, per bladzijde |
€ |
0,55 |
1.8.1.2 |
tot het verstrekken van een lichtdruk van een plan, zoals bestemmingsplan, voorbereidingsbesluit, streekplan, wegenkaart behorende bij de legger bedoeld in onderdeel 1.8.2.2, structuurplan of stadsvernieuwingsplan, per stuk |
€ |
21,90 |
|
vermeerderd met |
€ |
2,90 |
|
voor elke dm2 waarmee de oppervlakte van de kaart, tekening of lichtdruk het A1 formaat (84x59cm) te boven gaat. |
|
|
1.8.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift van of uittreksel uit: |
|
|
1.8.2.1 |
de gemeentelijke basisregistratie adressen of de gemeentelijke basisregistratie gebouwen, bedoeld in artikel 2 van de Wet basisregistraties adressen en gebouwen, per adres respectievelijk per gebouw |
€ |
12,95 |
1.8.2.2 |
de legger bedoeld in artikel 27 van de Wegenwet |
€ |
25,00 |
1.8.2.3 |
de inschrijving in het Rijksmonumentenregister bedoeld in de artikelen 3.3 lid 5 van de Erfgoedwet, per inschrijving |
€ |
12,95 |
1.8.2.4 |
het Rijksmonumentenregister bedoeld in de artikelen 3.3 lid 5 van de Erfgoedwet, per monument |
€ |
12,95 |
1.8.2.5 |
het gemeentelijke beperkingenregister of de gemeentelijke beperkingenregistratie, bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder a en b van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen onroerende zaken, dan wel tot het verstrekken van een aan die registratie ontleende verklaring, als bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder c, van die Wet. |
€ |
12,95 |
1.8.3 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van kopieën van: |
€ |
|
1.8.3.1 |
het gemeentelijke adressenbestand of delen daarvan, per adres |
€ |
12,95 |
1.8.3.2 |
het gemeentelijke relatiebestand adres-kadastraal perceel of delen daarvan, per gelegde relatie |
€ |
12,95 |
1.8.3.3 |
het gemeentelijke adrescoördinatenbestand of delen daarvan, per adrescoördinaat |
€ |
12,95 |
|
|
|
|
Paragraaf 9 Overige publiekszaken |
|
|
|
1.9 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
|
1.9.1 |
tot het verkrijgen van een verklaring omtrent het gedrag van een natuurlijke persoon het tarief zoals dat is opgenomen in artikel 1 van de “Regeling vergoeding verklaring omtrent het gedrag en gedragsverklaring aanbesteden” |
|
|
1.9.2 |
tot het verkrijgen van een legalisatie van een handtekening of een foto en voor het waarmerken van bescheiden |
€ |
17,00 |
1.9.3 |
tot het verkrijgen van een verklaring omtrent het bezit van het Nederlanderschap |
€ |
17,00 |
1.9.4 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzoek tot verlof tot uitstel van begrafenis of crematie |
€ |
17,00 |
1.9.5 |
Het tarief bedraagt voor een laissez-passer voor lijken ten behoeve van het vervoer van een lijk naar het buitenland |
€ |
17,00 |
|
|
|
|
Paragraaf 10 Gemeentearchief |
|
|
|
1.10.1 |
Het tarief bedraagt voor het op verzoek doen van naspeuringen in de in het gemeentearchief berustende stukken, per adres |
€ |
21,25 |
1.10.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift van of uittreksel uit een in het gemeentearchief berustend stuk: |
|
|
1.10.3 |
het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. |
|
|
|
Indien een begroting als bedoeld in subonderdeel 1.10.2 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. |
|
|
1.10.4 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het uitlenen van archiefbescheiden |
€ |
32,45 |
1.10.5 |
Voor het op verzoek toezenden van afschriften en uittreksels als bedoeld in dit hoofdstuk worden de tarieven verhoogd met de portokosten conform het geldende tarief van PostNL. |
|
|
|
|
|
|
Paragraaf 11 Huisvestingswet 2014 |
|
|
|
1.11 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
|
1.11.1 |
van een huisvestingsvergunning als bedoeld in artikel 8, eerste lid, van de Huisvestingswet 2014 |
€ |
120,75 |
|
|
|
|
Paragraaf 12 Leegstandwet |
|
|
|
1.12 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
|
1.12.1.1 |
tot het verkrijgen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van een leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandwet |
€ |
274,55 |
1.12.1.2 |
tot verlenging van een vergunning tot tijdelijke verhuur van een woonruimte als bedoeld in artikel 15, negende lid, van de Leegstandwet |
€ |
91,35 |
1.12.2 |
Indien aanvragen als bedoeld in de subonderdelen 1.12.1.1 en 1.12.1.2 gelijktijdig worden ingediend en woonruimten in hetzelfde gebouw, zoals een flat, een school of een kantoor betreffen, worden de in die subonderdelen bedoelde leges slechts eenmaal geheven. |
|
|
|
|
|
|
Paragraaf 13 Gereserveerd |
|
|
|
|
|
|
|
Paragraaf 14 Gereserveerd |
|
|
|
|
|
|
|
Paragraaf 15 Kansspelen |
|
|
|
1.15.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen: |
|
|
1.15.1.1 |
voor een periode van twaalf maanden voor één kansspelautomaat, zoals is opgenomen in artikel 3 Speelautomatenbesluit 2000 |
|
|
1.15.1.2 |
voor een periode van twaalf maanden voor twee of meer kansspelautomaten, voor de eerste kansspelautomaat zoals is opgenomen in artikel 3 Speelautomatenbesluit 2000 |
|
|
en voor iedere volgende kansspelautomaat zoals is opgenomen in artikel 3 Speelautomatenbesluit 2000 |
|
|
|
1.15.1.3 |
voor één speelautomaat, welke vergunning geldt voor een periode van langer dan vier jaar of voor onbepaalde tijd zoals is opgenomen in artikel 3 Speelautomatenbesluit 2000 |
|
|
1.15.1.4 |
voor twee of meer kansspelautomaten, welke vergunning geldt voor een periode van langer dan vier jaar of voor onbepaalde tijd, voor de eerste kansspelautomaat zoals is opgenomen in artikel 3 Speelautomatenbesluit 2000 |
|
|
en voor iedere volgende kansspelautomaat zoals is opgenomen in artikel 3 Speelautomatenbesluit 2000 |
|
|
|
1.15.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning) |
€ |
187,00 |
|
|
|
|
Paragraaf 16 Kabels en leidingen |
|
|
|
1.16.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag in verband met het verkrijgen van een instemmingsbesluit of vergunning, als bedoeld in de Algemene verordening ondergrondse infrastructuren (AVOI): |
|
|
1.16.1.1 |
indien het betreft tracés vanaf 25 m1 tot 250 m1 |
€ |
694,55 |
1.16.1.2 |
indien het betreft tracés vanaf 250 m1 tot 1000 m1 |
€ |
944,71 |
1.16.1.3 |
indien het betreft tracés vanaf 1000 m1 tot 2500 m1 |
€ |
1.383,05 |
1.16.1.4 |
indien het betreft tracés vanaf 2500 m1 en meer, per m1 tracé |
€ |
0,55 |
1.16.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding als bedoeld in de Algemene verordening ondergrondse infrastructuren (AVOI), voor werkzaamheden van niet ingrijpende aard (tracés tot 25 m1) |
€ |
165,59 |
1.16.3 |
Indien ter voorbereiding op een aanvraag, of na de ontvangst van een aanvraag als bedoeld in 1.16.1 een (voor)bespreking plaatsvindt tussen de gemeente en de aanvrager, dan wel tussen de gemeente, de aanvrager en eventuele andere partijen, wordt het in 1.16.1 genoemde bedrag per overleg verhoogd met |
€ |
531,32 |
|
|
|
|
Paragraaf 17 Verkeer en vervoer |
|
|
|
1.17 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor: |
|
|
1.17.1 |
een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 |
€ |
95,25 |
1.17.2 |
een ontheffing als bedoeld in artikel 9.1 van de Regeling voertuigen |
€ |
95,25 |
1.17.3.1 |
een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer met medisch advies |
€ |
130,70 |
1.17.3.2 |
een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer zonder medisch advies |
€ |
91,45 |
1.17.3.3 |
een second opinion door de GGD ter zake van een aanvraag voor een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer |
|
Het tarief dat door de GGD in rekening wordt gebracht |
1.17.4 |
een vergunning voor een individuele gehandicaptenparkeerplaats |
€ |
80,65 |
1.17.5 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag |
|
|
1.17.5.1 |
voor het aanleggen of verplaatsen van een individuele gehandicaptenparkeerplaats |
€ |
404,95 |
1.17.5.2 |
voor het vervangen van het onderbord (kenteken) van een individuele gehandicaptenparkeerplaats |
€ |
40,25 |
1.17.6 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van: |
|
|
1.17.6.1 |
een ontheffing om gevaarlijke stoffen buiten de aangewezen wegen of weggedeelten te transporteren, ingevolge artikel 28 Wet vervoer gevaarlijke stoffen |
€ |
282,50 |
1.17.6.2 |
een verlenging van een eerder verleende ontheffing als bedoeld in rubriek 1.17.6.1 |
€ |
93,85 |
Paragraaf 18 Diversen |
|
|
|
1.18.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
|
1.18.1.1 |
tot het verkrijgen van een vergunning teneinde te mogen vissen in wateren die bij de gemeente in eigendom of beheer zijn |
€ |
9,70 |
1.18.1.2 |
tot het verkrijgen van een ontheffing ingevolge artikel 4:6, tweede lid, van de Algemene Plaatselijke Verordening (geluidhinder) |
€ |
209,80 |
1.18.1.3 |
tot het verkrijgen van een ontheffing ingevolge artikel 4:18, derde lid, van de Algemene Plaatselijke Verordening (recreatief nachtverblijf buiten kampeerterrein) |
€ |
209,80 |
1.18.1.4 |
tot het verkrijgen van een vergunning voor de plaatsing op gemeentegrond van driehoeksborden met aankondigingen van tijdelijke activiteiten |
€ |
95,50 |
1.18.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van: |
€ |
|
1.18.2.1 |
gewaarmerkte afschriften van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina A4-formaat |
€ |
0,55 |
1.18.2.2 |
afschriften, doorslagen of fotokopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen: |
|
|
1.18.2.2.1 |
per pagina op papier van A4-formaat |
€ |
0,25 |
1.18.2.2.2 |
per pagina op papier van A3-formaat |
€ |
0,55 |
1.18.2.3 |
kopieën van kaarten, tekeningen en lichtdrukken, al dan niet behorend bij de in de onderdelen 1.18.2.1 en 1.18.2.2 genoemde stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per kaart, tekening of lichtdruk |
€ |
21,90 |
vermeerderd met |
€ |
2,90 |
|
voor elke dm2 waarmee de oppervlakte van de kaart, tekening of lichtdruk het A1 formaat (84x59cm) te boven gaat; |
|
|
|
1.18.2.4 |
een beschikking op aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen |
€ |
93,85 |
1.18.2.5 |
stukken of uittreksels, welke op aanvraag van de aanvrager moeten worden opgemaakt, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina |
€ |
12,95 |
1.18.3 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot: |
|
|
1.18.3.1 |
het in exploitatie nemen van een kindercentrum als bedoeld in artikel 1.45, eerste lid van de Wet kinderopvang, waarvoor een onderzoek door de GGD benodigd is |
€ |
1.494,55 |
1.18.3.2 |
het in exploitatie nemen van een gastouderbureau als bedoeld in artikel 1.45, eerste lid van de Wet kinderopvang, waarvoor een onderzoek door de GGD benodigd is |
€ |
1.494,55 |
1.18.3.3 |
het bieden van een voorziening voor gastouderopvang (door gastouders) als bedoeld in artikel 1.45, tweede lid van de Wet kinderopvang, waarvoor een onderzoek door de GGD benodigd is |
€ |
640,55 |
1.18.3.4 |
het bieden van een voorziening voor gastouderopvang indien een reeds geregistreerde voorziening voor gastouderopvang op een ander adres op gaat vangen en sprake is van een verkort inspectiebezoek |
€ |
523,55 |
1.18.4 |
Het tarief bedraagt voor een optie voor de Nederlandse nationaliteit of een aanvraag tot naturalisatie, zoals deze opgenomen in het Besluit optie- en naturalisatiegelden 2002, dan wel recentelijk is gewijzigd. |
|
|
1.18.5 |
Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag om tegemoetkoming van schade als bedoeld in artikel 6.1 Wet ruimtelijke ordening (planschade) bedraagt het ten hoogste te heffen tarief (naar beneden afgerond op vijf cent) zoals dat is opgenomen in artikel 6.4, derde lid, Wet ruimtelijk ordening |
|
|
1.18.6 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag voor het plaatsen van een laadlocatie |
€ |
119,35 |
Hoofdstuk 2 DIENSTVERLENING EN BESLUITEN IN HET KADER VAN DE OMGEVINGSWET |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Paragraaf 2.1 Algemene bepalingen |
|
|
|
|
|
|
|
Artikel 2.1 |
Definities |
|
|
|
1. Begripsbepalingen die zijn opgenomen in de bijlage bij de Omgevingswet, in bijlage I bij het Besluit activiteiten leefomgeving, bijlage I bij het Besluit bouwwerken leefomgeving, bijlage I bij het Besluit kwaliteit leefomgeving, bijlage I bij het Omgevingsbesluit en bijlage I bij de Omgevingsregeling en in de bijlagen bij het gemeentelijke omgevingsplan, zijn van toepassing op dit hoofdstuk, tenzij in de legesverordening of deze tarieventabel anders is bepaald. |
|
|
|
2. In dit hoofdstuk voorkomende begrippen die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander dan een in het eerste lid bedoeld wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld, tenzij in de legesverordening of deze tarieventabel anders is bepaald. |
|
|
|
3. In dit hoofdstuk wordt verstaan onder: |
|
|
|
- binnenplanse omgevingsplanactiviteit: een activiteit waarvoor in het omgevingsplan is bepaald dat het is verboden deze zonder omgevingsvergunning te verrichten en die niet in strijd is met het omgevingsplan; |
|
|
|
- binnenplanse omgevingsplanactiviteit bij wijzigingsbevoegdheid of uitwerkingsplicht: een activiteit waarvoor in het omgevingsplan is bepaald dat het is verboden deze zonder omgevingsvergunning te verrichten en die in strijd is met het omgevingsplan, maar die niet in strijd is met regels voor de toepassing van een wijzigingsbevoegdheid of het voldoen aan een uitwerkingsplicht in het tijdelijke deel van het omgevingsplan, bedoeld in artikel 22.1, aanhef en onder a, van de Omgevingswet; |
|
|
|
4. In aanvulling op de in bijlage I bij de Omgevingsregeling opgenomen omschrijving van het begrip ‘bouwkosten’ betreffen de in die omschrijving: |
|
|
|
- onder a genoemde Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 de voorwaarden die bekendgemaakt zijn in Staatscourant 2012, 1567; |
|
|
|
- onder b bedoelde bouwkosten de kosten voor de fysieke realisatie (het bouwen) van het bouwwerk; |
|
|
|
- onder c bedoelde prijs de prijs exclusief omzetbelasting. |
|
|
|
|
|
|
Artikel 2.2 |
Dienstverlening en besluiten waarvoor leges worden geheven |
|
|
|
Leges worden geheven voor het in behandeling nemen van een aanvraag om: |
|
|
|
a. omgevingsoverleg; |
|
|
|
b. een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 5.1 of artikel 22.8 van de Omgevingswet in samenhang met artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit; |
|
|
|
c. een of meer maatwerkvoorschriften als bedoeld in artikel 4.5 van de Omgevingswet; |
|
|
|
d. toestemming voor het treffen van een gelijkwaardige maatregel als bedoeld in artikel 4.7 van de Omgevingswet; |
|
|
|
e. een wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning; |
|
|
|
f. intrekking van een omgevingsvergunning; |
|
|
|
g. wijziging van een besluit als bedoeld in de onderdelen b, c en d; |
|
|
|
h. een besluit in het kader van de Omgevingswet, anders dan bedoeld in de onderdelen b tot en met g. |
|
|
|
|
|
|
Artikel 2.3 |
Bepalen tarief |
|
|
|
1. De in artikel 2.2 bedoelde leges worden geheven naar de tarieven zoals opgenomen in de volgende paragrafen van dit hoofdstuk. |
|
|
|
2. Als een aanvraag betrekking heeft op meerdere activiteiten, is het tarief opgebouwd uit de som van de verschuldigde leges behorend bij die activiteiten. |
|
|
|
3. Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag wordt in voorkomend geval verhoogd met een of meer modaliteiten bedoeld in paragraaf 2.12. |
|
|
|
4. Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag wordt in voorkomend geval verminderd overeenkomstig het bepaalde in paragraaf 2.13. |
|
|
|
5. Het tarief behorend bij een aanvraag om een maatwerkvoorschrift of bij een aanvraag om toestemming om een gelijkwaardige maatregel te treffen is niet van toepassing als het onderwerp waarop het maatwerkvoorschrift betrekking heeft of de gelijkwaardige maatregel onderdeel is van een aanvraag om een omgevingsvergunning. |
|
|
|
6. In afwijking van het tweede en derde lid kan ook per activiteit of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd. |
|
|
|
|
|
|
Paragraaf 2.2 Voorfase |
|
|
|
|
|
|
|
Artikel 2.4 |
Omgevingsoverleg |
|
|
|
Als de (concept-)aanvraag betrekking heeft op het houden van omgevingsoverleg over een of meer activiteiten die gevolgen kunnen hebben voor de fysieke leefomgeving, bedraagt het tarief: |
€ |
298,81 |
|
|
|
|
Paragraaf 2.3 Activiteiten met betrekking tot bouwwerken |
|
|
|
|
|
|
|
Artikel 2.5 |
Bouwactiviteit (bouwtechnisch deel) |
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in paragraaf 2.3.2 van het Besluit bouwwerken leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
|
|
|
per gebruiksoppervlakte (GO): |
|
|
|
a. Woonfunctie betreffende grondgebonden woningen alsmede woningen in een woongebouw (appartement, flatwoning) voor de eerste 500 m2 GO |
€ |
40,30 |
|
b. voor het aantal m2 boven de eerste 500m2 woonfunctie |
€ |
12,19 |
|
c. Overige gebruiksfunctie per m2 GO voor de eerste 500m2: |
€ |
40,30 |
|
d. voor het aantal m2 boven de eerste 500 m2 overige gebruiksfunctie |
€ |
12,19 |
|
e. In afwijking van hetgeen is bepaald in art. 2.5, sub a en c, bedraagt het minimumtarief voor de woonfunctie betreffende grondgebonden woningen dan wel woningen in een woongebouw (appartement, flatwoning) en voor een niet benoemde categorie niet zijnde gebruiksfunctie dan wel voor een bouwwerk geen gebouw zijnde waarbij geen sprake is van een wijziging van het aantal m2: |
€ |
178,36 |
|
f. In afwijking van hetgeen hiervoor is bepaald in artikel 2.5, sub a t/m d is het maximum legesbedrag voor de bouwactiviteit gesteld op: |
€ |
231.417,05 |
|
g. In afwijking van hetgeen hiervoor is bepaald in artikel 2.5, sub a t/m d geldt voor de bestaande gebruiksoppervlakte waar de bouwactiviteit betrekking op heeft, een tarief van 25% van de in de genoemde rubrieken vermelde tarieven, mits de uitwendige scheidingsconstructies niet worden gewijzigd. |
|
|
Artikel 2.6 |
Omgevingsplanactiviteit: bouwactiviteit, in stand houden of gebruiken bouwwerk (ruimtelijke deel) |
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een bouwactiviteit, het in stand houden of gebruiken van het te bouwen bouwwerk, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
|
|
|
a. voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit: |
€ |
560,82 |
|
1. als moet worden beoordeeld of het uiterlijk of de plaatsing van het bouwwerk, zowel op zichzelf beschouwd als in verband met de omgeving of de te verwachten ontwikkeling daarvan, niet in strijd is met redelijke eisen van welstand, als bedoeld in de gemeentelijke beleidsregels bedoeld in artikel 4.19 van de Omgevingswet en hiervoor een advies van de gemeentelijke adviescommissie bedoeld in artikel 2.49, eerste lid, aanhef en onder b, nodig is, verhoogd met: |
€ |
187,05 |
|
2. als de bouwactiviteit plaatsvindt op een bodemgevoelige locatie en de toelaatbare kwaliteit van de bodem moet worden beoordeeld, verhoogd met: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken |
|
|
|
3. als moet worden beoordeeld of de activiteit niet in strijd is met het in voorbereiding zijnde omgevingsplan respectievelijk het in voorbereiding zijnde omgevingsplan dat voorziet in de bescherming van het stads- en dorpsgezicht, verhoogd met: |
€ |
142,80 |
|
b. voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit bij wijzigingsbevoegdheid of uitwerkingsplicht: |
€ |
2.924,66 |
|
c. voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit: |
€ |
2.991,32 |
|
|
|
|
Artikel 2.7 |
Omgevingsplanactiviteit: slopen van een bouwwerk |
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een sloopactiviteit, niet zijnde een sloopactiviteit met betrekking tot een monument of beschermd stads- en dorpsgezicht, als bedoeld in paragraaf 2.4, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
|
|
|
a. voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit: |
€ |
632,90 |
|
b. voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit bij wijzigingsbevoegdheid of uitwerkingsplicht: |
€ |
632,90 |
|
c. voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit: |
€ |
632,90 |
|
|
|
|
Paragraaf 2.4 Activiteiten met betrekking tot cultureel erfgoed en werelderfgoed |
|
|
|
|
|
|
|
Artikel 2.8 |
Omgevingsplanactiviteit: monumenten |
|
|
|
1. Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, met betrekking tot een gemeentelijk monument, provinciaal monument, rijksmonument, voorbeschermd gemeentelijk monument, voorbeschermd provinciaal monument of voorbeschermd rijksmonument, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
|
|
|
a. voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit of bij toepassing van artikel 10 van de Erfgoedverordening Leiderdorp 2008 in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit: |
|
|
|
1° voor het slopen, verstoren, verplaatsen of wijzigen van een monument of voorbeschermd monument: |
€ |
142,58 |
|
2° voor het herstellen of gebruiken van een monument of voorbeschermd monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht: |
€ |
142,58 |
|
b. voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit bij wijzigingsbevoegdheid of uitwerkingsplicht: |
|
|
|
1° voor het slopen, verstoren, verplaatsen of wijzigen van een monument of voorbeschermd monument: |
€ |
142,58 |
|
2° voor het herstellen of gebruiken van een monument of voorbeschermd monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht: |
€ |
142,58 |
|
c. voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit: |
|
|
|
1° voor het slopen, verstoren, verplaatsen of wijzigen van een monument of voorbeschermd monument: |
€ |
142,58 |
|
2° voor het herstellen of gebruiken van een monument of voorbeschermd monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht: |
€ |
142,58 |
|
2. Als de in het eerste lid bedoelde aanvraag een archeologisch monument betreft, worden de in het eerste lid genoemde tarieven verhoogd met: |
€ |
142,58 |
|
3. Het eerste lid, aanhef en onder a, en tweede lid, is van overeenkomstige toepassing op een aanvraag om een omgevingsvergunning met betrekking tot een monument of archeologisch monument dat op grond van de Erfgoedverordening Leiderdorp 2008 is aangewezen respectievelijk waarop, voordat het is aangewezen, die verordening van overeenkomstige toepassing is. De vorige volzin is van toepassing: |
|
|
|
a. als het gaat om een aangewezen monument of archeologisch monument: zolang in het omgevingsplan daaraan nog niet de functie-aanduiding gemeentelijk monument is gegeven; en |
|
|
|
b. als het gaat om een monument of archeologisch monument waarop voordat het is aangewezen de verordening van overeenkomstige toepassing is: zolang in het omgevingsplan daaraan nog niet de functie-aanduiding gemeentelijk monument is gegeven of het omgevingsplan nog geen voorbeschermingsregel bevat vanwege het voornemen om die functie-aanduiding te geven. |
|
|
|
|
|
|
Artikel 2.9 |
Rijksmonumentenactiviteit |
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een rijksmonumentenactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, met uitzondering van een rijksmonumentenactiviteit met betrekking tot een archeologisch monument, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
|
|
|
a. voor het slopen, verstoren, verplaatsen of wijzigen van een monument of voorbeschermd monument: |
€ |
142,58 |
|
b. voor het herstellen of gebruiken van een monument of voorbeschermd monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht: |
€ |
142,58 |
|
|
|
|
Artikel 2.10 |
Omgevingsplanactiviteit: sloopactiviteit in beschermd stads- of dorpsgezicht |
|
|
|
1. Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een sloopactiviteit in een rijksbeschermd, provinciaal beschermd of gemeentelijk beschermd stads- of dorpsgezicht, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
|
|
|
a. voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit of bij toepassing van artikel 10 van de Erfgoedverordening Leiderdorp 2008 in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit: |
€ |
142,58 |
|
b. voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit bij wijzigingsbevoegdheid of uitwerkingsplicht: |
€ |
142,58 |
|
c. voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit: |
€ |
142,58 |
|
2. Het eerste lid, aanhef en onder a, is van overeenkomstige toepassing op een sloopactiviteit die wordt verricht op een locatie waarvoor een op grond van artikel 4.35, eerste lid, van de Invoeringswet Omgevingswet als instructie geldende aanwijzing als beschermd stads- of dorpsgezicht als bedoeld in artikel 35, eerste lid, van de Monumentenwet 1988 zoals die wet luidde voor de inwerkingtreding van de Erfgoedwet van kracht is, zolang in het omgevingsplan aan die locatie nog niet de functie-aanduiding rijksbeschermd stads- of dorpsgezicht is gegeven. |
|
|
|
|
|
|
Artikel 2.11 |
Omgevingsplanactiviteit: overig cultureel erfgoed en werelderfgoed |
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een andere activiteit dan die genoemd in de artikelen 2.8, 2.9 en 2.10 en cultureel erfgoed of werelderfgoed betreft, waarvoor in het omgevingsplan met het oog op het behoud van cultureel erfgoed of van de uitzonderlijke universele waarde van werelderfgoed een verbod is opgenomen om zonder omgevingsvergunning deze activiteit te verrichten, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
€ |
142,58 |
|
|
|
|
Paragraaf 2.5 Milieubelastende activiteiten |
|
|
|
|
|
|
|
Artikel 2.12 |
Omgevingsplanactiviteit: milieubelastende activiteit |
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een milieubelastende activiteit als bedoeld in paragraaf 22.3.26 van het tijdelijke deel van het omgevingsplan zoals opgenomen in artikel 7.1 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
€ |
2.141,26 |
|
|
|
|
Artikel 2.13 |
Activiteiten die bedrijfstakken overstijgen (afdeling 3.2 Besluit activiteiten leefomgeving) |
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een of meer milieubelastende activiteiten, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een of meer activiteiten die bedrijfstakken overstijgen als bedoeld in de paragrafen 3.2.1, 3.2.3 tot en met 3.2.15, 3.2.17 tot en met 3.2.19 en 3.2.24 van afdeling 3.2 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
|
|
|
a. voor één milieubelastende activiteit: |
€ |
4.282,52 |
|
b. voor twee tot vijf milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit: |
€ |
2.997,77 |
|
c. voor vijf of meer milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit: |
€ |
2.569,51 |
|
|
|
|
Artikel 2.14 |
Nutssector en industrie (afdeling 3.4 Besluit activiteiten leefomgeving) |
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een of meer milieubelastende activiteiten, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een of meer activiteiten in de categorie nutssector en industrie als bedoeld in de paragrafen 3.4.2, 3.4.4 tot en met 3.4.9 en 3.4.11 van afdeling 3.4 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
|
|
|
a. voor één milieubelastende activiteit: |
€ |
4.282,52 |
|
b. voor twee tot vijf milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit: |
€ |
2.997,77 |
|
c. voor vijf tot tien milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit: |
€ |
2.569,51 |
|
|
|
|
Artikel 2.15 |
Afvalbeheer (afdeling 3.5 Besluit activiteiten leefomgeving) |
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een of meer milieubelastende activiteiten, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een of meer activiteiten in de sector afvalbeheer als bedoeld in de paragrafen 3.5.1, 3.5.4, 3.5.7, 3.5.8 en 3.5.11 van afdeling 3.5 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
|
|
|
a. voor één milieubelastende activiteit: |
€ |
4.282,52 |
|
b. voor twee tot vijf milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit: |
€ |
2.997,77 |
|
c. voor vijf of meer milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit: |
€ |
2.569,51 |
|
|
|
|
Artikel 2.16 |
Agrarische sector (afdeling 3.6 Besluit activiteiten leefomgeving) |
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een of meer milieubelastende activiteiten, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een of meer activiteiten in de agrarische sector als bedoeld in de paragrafen 3.6.1, 3.6.7 en 3.6.8 van afdeling 3.6 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
|
|
|
a. voor één milieubelastende activiteit: |
€ |
4.282,52 |
|
b. voor twee tot vijf milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit: |
€ |
2.997,77 |
|
c. voor vijf of meer milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit: |
€ |
2.569,51 |
|
|
|
|
Artikel 2.17 |
Dienstverlening, onderwijs en zorg (afdeling 3.7 Besluit activiteiten leefomgeving) |
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een milieubelastende activiteit, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een activiteit in de sector dienstverlening, onderwijs en zorg als bedoeld in de paragrafen 3.7.6 en 3.7.10 van afdeling 3.7 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief per milieubelastende activiteit, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
€ |
4.282,52 |
|
|
|
|
Artikel 2.18 |
Transport, logistiek en ondersteuning daarvan (afdeling 3.8 Besluit activiteiten leefomgeving) |
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een of meer milieubelastende activiteiten, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een of meer activiteiten in de sector transport, logistiek en ondersteuning daarvan als bedoeld in de paragrafen 3.8.2, 3.8.3, 3.8.5, 3.8.6, 3.8.8 tot en met 3.8.11 van afdeling 3.8 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
|
|
|
a. voor één milieubelastende activiteit: |
€ |
4.282,52 |
|
b. voor twee tot vijf milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit: |
€ |
2.997,77 |
|
c. voor vijf of meer milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit: |
€ |
2.569,51 |
|
|
|
|
Artikel 2.19 |
Sport en recreatie (afdeling 3.9 Besluit activiteiten leefomgeving) |
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een milieubelastende activiteit, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een activiteit in de sector sport en recreatie als bedoeld in paragraaf 3.9.1 van afdeling 3.9 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief per milieubelastende activiteit, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
€ |
4.282,52 |
|
|
|
|
Artikel 2.20 |
Samenloop van dezelfde milieubelastende activiteit |
|
|
|
1. Als bij de toepassing van de artikelen 2.13 tot en met 2.19 dezelfde milieubelastende activiteit onder meer dan een artikel valt, wordt die milieubelastende activiteit slechts eenmaal in de heffing betrokken, waarbij het voor de belastingplichtige meest gunstige van toepassing zijnde tarief wordt toegepast. |
|
|
|
2. Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een kernactiviteit in een bedrijfstak gecombineerd met functioneel ondersteunende activiteiten uit andere bedrijfstakken, dan is, in afwijking van het bepaalde in deze paragraaf, op al deze activiteiten het artikel van toepassing waaronder de bedrijfstak die bepalend is voor de kernactiviteit valt. |
|
|
|
|
|
|
Paragraaf 2.6 Lozingsactiviteiten |
|
|
|
|
|
|
|
Artikel 2.21 |
Lozingsactiviteit niet afkomstig van milieubelastende activiteit |
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een lozingsactiviteit op een oppervlaktewaterlichaam in beheer bij de gemeente, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder c, onder 1, van de Omgevingswet, en het gaat niet om het lozen van water of stoffen afkomstig van een milieubelastende activiteit als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
€ |
535,32 |
|
|
|
|
Artikel 2.22 |
Lozingsactiviteit afkomstig van milieubelastende activiteit |
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een lozingsactiviteit op een oppervlaktelichaam in beheer bij de gemeente, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder c, onder 1, van de Omgevingswet, bestaande uit het lozen van afvalwater, koelwater of stoffen afkomstig van een milieubelastende activiteit als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
€ |
1.070,63 |
|
|
|
|
Paragraaf 2.7 Aanlegactiviteiten |
|
|
|
|
|
|
|
Artikel 2.23 |
Omgevingsplanactiviteit: opbreken en graven (reserveren) |
|
|
|
|
|
|
Artikel 2.24 |
Omgevingsplanactiviteit: overige activiteiten beperkingengebied leidingen, landschapselement en aardkundige waarde (reserveren) |
|
|
|
|
|
|
Artikel 2.25 |
Omgevingsplanactiviteit: geluid weg |
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het aanleggen of wijzigen van een weg als op grond van het omgevingsplan of bij omgevingsvergunning voor een omgevingsplanactiviteit een geluidgevoelig gebouw is toegelaten binnen het aandachtsgebied van die weg, als bedoeld in artikel 22.272 van het tijdelijke deel van het omgevingsplan zoals opgenomen in artikel 7.1 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
|
|
|
a. voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit: |
€ |
560,82 |
|
b. voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit: |
€ |
2.991,32 |
|
|
|
|
Artikel 2.26 |
Omgevingsplanactiviteit: aanleggen, beschadigen en veranderen van een weg |
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg, bedoeld in artikel 2:11 van de Algemene plaatselijke verordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
€ |
616,92 |
|
|
|
|
Artikel 2.27 |
Omgevingsplanactiviteit: het maken en veranderen van een uitweg |
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg, bedoeld artikel 2:12 van de Algemene plaatselijke verordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
€ |
436,14 |
|
|
|
|
Artikel 2.28 |
Omgevingsplanactiviteit: overige aanlegactiviteiten |
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of een werkzaamheid (aanlegactiviteit), niet zijnde een activiteit die in de voorgaande artikelen van deze paragraaf is benoemd, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
|
|
|
a. voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit: |
€ |
560,82 |
|
en als moet worden beoordeeld of de in het tijdelijke deel van het omgevingsplan bedoelde aanlegactiviteit niet in strijd is met het in voorbereiding zijnde omgevingsplan respectievelijk het in voorbereiding zijnde omgevingsplan dat voorziet in de bescherming van het stads- of dorpsgezicht, als bedoeld in artikel 22.278, tweede lid, van het tijdelijke deel van het omgevingsplan zoals opgenomen in artikel 7.1 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet, verhoogd met: |
|
|
|
b. voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit bij wijzigingsbevoegdheid of uitwerkingsplicht: |
€ |
2.924,66 |
|
c. voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit: |
€ |
2.991,32 |
|
|
|
|
Paragraaf 2.8 Overige activiteiten |
|
|
|
|
|
|
|
Artikel 2.29 |
Omgevingsplanactiviteit: alarminstallatie (niet van toepassing) |
|
|
|
|
|
|
Artikel 2.30 |
Omgevingsplanactiviteit: kappen van bomen of vellen van houtopstanden |
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het vellen van een houtopstand, bedoeld in artikel 5, lid 1, van de Verordening op de beplantingen Leiderdorp 2018 in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
|
|
|
a. per boom |
€ |
74,67 |
|
met een maximum van |
€ |
440,65 |
|
b. per andere houtopstand |
€ |
448,10 |
|
|
|
|
Artikel 2.31 |
Omgevingsplanactiviteit: reclame (niet van toepassing) |
|
|
|
|
|
|
Artikel 2.32 |
Omgevingsplanactiviteit: voorwerpen op of aan de weg |
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit de opslag van roerende zaken in een aangewezen gedeelte van de gemeente, bedoeld in artikel 2:10 van de Algemene plaatselijke verordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
|
|
|
a. als de activiteit bestaat uit het daar opslaan van roerende zaken,: |
€ |
436,14 |
|
b. als de activiteit bestaat uit het als eigenaar, beperkt gerechtigde of gebruiker van een onroerende zaak toestaan of gedogen dat daar roerende zaken worden opgeslagen: |
€ |
436,14 |
|
|
|
|
Artikel 2.33 |
Omgevingsplanactiviteit: standplaatsen (reserveren) |
|
|
|
|
|
|
Artikel 2.34 |
Andere activiteiten |
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit dan in deze paragraaf en voorgaande paragrafen van dit hoofdstuk bedoeld: |
€ |
161,37 |
|
|
|
|
Paragraaf 2.9 Maatwerkvoorschriften |
|
|
|
|
|
|
|
Artikel 2.35 |
Maatwerkvoorschriften bij bouwactiviteiten |
|
|
|
Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften betrekking heeft op een bouwactiviteit, bedraagt het tarief: |
|
|
|
a. voor een maatwerkvoorschrift dat betrekking heeft op: |
|
|
|
1. het in stand houden van een bestaand bouwwerk, bedoeld in artikel 3.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving; |
|
|
|
2. bouwactiviteiten die het bouwen van nieuwe bouwwerken betreffen als bedoeld in artikel 4.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving; |
|
|
|
3. het gebruik van een bouwwerk, bedoeld in artikel 6.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving; of |
|
|
|
4. het verrichten van bouw- of sloopwerkzaamheden als bedoeld in artikel 7.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving; |
|
|
|
per maatwerkvoorschrift: |
€ |
1.084,03 |
|
b. in andere gevallen dan bedoeld in onderdeel a, per maatwerkvoorschrift: |
€ |
1.084,03 |
|
|
|
|
Artikel 2.36 |
Maatwerkvoorschriften bij milieubelastende activiteiten |
|
|
|
1. Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving betrekking heeft op: |
|
|
|
een milieubelastende activiteit als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief per maatwerkvoorschrift: |
€ |
2.141,26 |
|
2. Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften betrekking heeft op een andere milieubelastende activiteit dan bedoeld in het eerste lid, bedraagt het tarief per maatwerkvoorschrift: |
€ |
2.141,26 |
|
|
|
|
Artikel 2.37 |
Maatwerkvoorschriften bij overige activiteiten |
|
|
|
Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften betrekking heeft op een andere activiteit dan genoemd in de artikelen 2.35 en 2.36, bedraagt het tarief per maatwerkvoorschrift: |
€ |
1.084,03 |
|
|
|
|
Paragraaf 2.10 Gelijkwaardigheid |
|
|
|
|
|
|
|
Artikel 2.38 |
Gelijkwaardige maatregel |
|
|
|
1. Als de aanvraag om toestemming voor een gelijkwaardige maatregel als bedoeld in artikel 4.7 van de Omgevingswet betrekking heeft op: |
|
|
|
a. een milieubelastende activiteit, per activiteit: |
€ |
2.141,26 |
|
b. een andere activiteit dan bedoeld in de onderdelen a bedraagt het tarief, per uur: |
€ |
135,50 |
|
2. Het op grond van het eerste lid, onder b, verschuldigde bedrag wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeeld. De aanvraag wordt dan in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop het verschuldigde bedrag aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. |
|
|
|
|
|
|
Paragraaf 2.11 Overige tarieven |
|
|
|
|
|
|
|
Artikel 2.39 |
Verlengen tijdelijke omgevingsvergunning bouwactiviteit |
|
|
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om verlenging van de in een omgevingsvergunning voor een bouwactiviteit gestelde termijn, bedoeld in artikel 10.23, tweede lid, van het Omgevingsbesluit: |
€ |
684,32 |
|
|
|
|
Artikel 2.40 |
Wijzigen omgevingsvergunning |
|
|
|
Voor het in behandeling nemen van een aanvraag om wijziging van een omgevingsvergunning is hetzelfde tarief verschuldigd als op grond van dit hoofdstuk verschuldigd is voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor de activiteit of activiteiten waarop de aanvraag tot wijziging betrekking heeft. |
|
|
|
|
|
|
Artikel 2.41 |
Wijzigen voorschriften omgevingsvergunning |
|
|
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning: |
€ |
341,59 |
|
|
|
|
Artikel 2.42 |
Intrekken omgevingsvergunning (niet overgenomen) |
|
|
|
|
|
|
Artikel 2.43 |
Beoordeling aanvullende gegevens |
|
|
|
Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van aanvullende gegevens die worden ingediend nadat de aanvraag om een omgevingsvergunning bedoeld in artikel 2.2, aanhef en onderdeel b, in behandeling is genomen, per keer: |
€ |
280,69 |
|
|
|
|
Artikel 2.44 |
Beoordeling onderzoeksrapporten |
|
|
|
De in artikel 2.49 opgenomen tarieven zijn van overeenkomstige toepassing op het in behandeling nemen van een aanvraag tot het beoordelen van een onderzoeksrapport, zonder dat sprake is van een aanvraag om een omgevingsvergunning of ander besluit. |
|
|
|
|
|
|
Artikel 2.45 |
Wijzigen van het omgevingsplan |
|
|
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van het omgevingsplan: |
€ |
4.094,50 |
|
Genoemd legestarief bedraagt uitsluitend het bedrag aan leges voor de behandeling van de aanvraag waarbij (de wijziging van) het omgevingsplan (inclusief noodzakelijke onderzoeken) door de aanvrager wordt aangeleverd. |
|
|
|
|
|
|
Artikel 2.46 |
Niet genoemd besluit op aanvraag |
|
|
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een ander, in dit hoofdstuk niet benoemd besluit op grond van de Omgevingswet, de op die wet gebaseerde algemene maatregelen van bestuur of het omgevingsplan: |
€ |
161,37 |
|
|
|
|
Paragraaf 2.12 Modaliteiten |
|
|
|
|
|
|
|
Artikel 2.47 |
Achteraf ingediende aanvraag |
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning voor een activiteit wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de activiteit, worden de op grond van de paragrafen 2.3 tot en met 2.8 verschuldigde leges verhoogd met: |
€ |
97,48 |
|
|
|
|
Artikel 2.48 |
Uitgebreide voorbereidingsprocedure (niet overgenomen) |
|
|
|
|
|
|
Artikel 2.49 |
Beoordeling onderzoeksrapporten |
|
|
|
Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als krachtens wettelijk voorschrift voor de betreffende aanvraag een rapport moet worden beoordeeld: |
|
|
|
a. voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport: |
€ |
1.070,63 |
|
b. voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport; |
€ |
1.070,63 |
|
c. voor de beoordeling van een geluid- of luchtrapport betreffende de geluid- of luchtbelasting; |
€ |
1.070,63 |
|
d. voor de beoordeling van een akoestisch rapport betreffende de interne en externe geluidwering of nagalm van een bouwwerk; |
€ |
1.070,63 |
|
e. voor de beoordeling van een ecologisch onderzoeksrapport; |
€ |
1.070,63 |
|
f. voor de beoordeling van een milieueffectrapportage (MER); |
€ |
1.070,63 |
|
g. voor de beoordeling van een niet in de voorgaande onderdelen genoemd rapport; |
€ |
1.070,63 |
|
|
|
|
Artikel 2.50 |
Advies |
|
|
|
1. Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als een daartoe aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag om een omgevingsvergunning of een ander besluit op grond van de Omgevingswet per uitgebracht advies: |
|
|
|
a. voor een advies van de gemeenteraad: |
€ |
1.084,03 |
|
b. voor een advies van de gemeentelijke adviescommissie als bedoeld in de Verordening op de gemeentelijke adviescommissie omgevingskwaliteit Leiderdorp dat uitsluitend betrekking heeft op de redelijke eisen van welstand, als bedoeld in de gemeentelijke beleidsregels bedoeld in artikel 4.19 van de Omgevingswet: |
€ |
187,05 |
|
c. voor een advies van de gemeentelijke adviescommissie als bedoeld in de Verordening op de gemeentelijke adviescommissie omgevingskwaliteit Leiderdorp in andere gevallen dan bedoeld in onderdeel b: |
€ |
178,36 |
|
d. voor een advies in andere gevallen dan bedoeld in de onderdelen a tot en met c: |
|
|
|
het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. |
|
|
|
2. Als een begroting als bedoeld in het eerste lid, onderdeel d, is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. |
|
|
|
|
|
|
Artikel 2.51 |
Instemming |
|
|
|
1. Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als een aanvraag om een omgevingsvergunning of een ander besluit op grond van de Omgevingswet betrekking heeft op een activiteit waarvoor de beslissing op de aanvraag op grond van artikel 16.16 van de Omgevingswet instemming behoeft van een bestuursorgaan: |
|
|
|
het bedrag dat dit bestuursorgaan aan rechten zou heffen als het voor de activiteit waarvoor instemming wordt verzocht zelf bevoegd gezag zou zijn. |
|
|
|
2. Het bedrag bedoeld in het eerste lid, onder b, wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeeld. De aanvraag wordt dan in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop het verschuldigde bedrag aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. |
|
|
|
|
|
|
Paragraaf 2.13 Vermindering |
|
|
|
|
|
|
|
Artikel 2.52 |
Vermindering na omgevingsoverleg |
|
|
|
1. Als de aanvraag om een omgevingsvergunning bedoeld in artikel 2.2, aanhef en onderdeel b, en zoals nader omschreven in de paragrafen 2.3 tot en met 2.8, is voorafgegaan door een aanvraag om omgevingsoverleg als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en onderdeel a, en zoals nader omschreven in paragraaf 2.2, waarop de aanvraag om de omgevingsvergunning betrekking heeft, worden onder de in het tweede lid genoemde voorwaarden de ter zake van het omgevingsoverleg geheven leges in mindering gebracht op de leges voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning |
|
|
|
2. Voor de toepassing van het eerste lid wordt de aanvraag om een omgevingsvergunning gedaan: |
|
|
a. voor dezelfde activiteit of activiteiten als waarop het omgevingsoverleg betrekking had; |
|
|
|
b. in overeenstemming met de uitkomsten van het omgevingsoverleg; en |
|
|
|
c. binnen 6 maanden na het laatste omgevingsoverleg of, als het omgevingsoverleg volgens afspraak leidt tot een kennisgeving aan de aanvrager, na de dagtekening van de kennisgeving. |
|
|
|
|
3. Bij de toepassing van het eerste lid blijft voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning in ieder geval verschuldigd: |
€ |
298,81 |
|
|
|
|
Artikel 2.53 |
Vermindering bij meervoudige aanvraag |
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op vijf of meer activiteiten, bestaat aanspraak op vermindering van leges, met uitzondering van leges voor de milieubelastende activiteiten als bedoeld in paragraaf 2.5 en het legesdeel dat betrekking heeft op de modaliteiten genoemd in paragraaf 2.12. De vermindering bedraagt: |
|
|
|
a. bij 5 tot 10 activiteiten: |
|
2% |
|
van de voor die activiteiten verschuldigde leges; |
|
|
|
b. bij 10 tot 15 activiteiten: |
|
3% |
|
van de voor die activiteiten verschuldigde leges; |
|
|
|
c. bij 15 of meer activiteiten: |
|
5% |
|
van de voor die activiteiten verschuldigde leges. |
|
|
|
|
|
|
Paragraaf 2.14 Teruggaaf |
|
|
|
|
|
|
|
Artikel 2.54 |
Teruggaaf bij aanvraag en oordeel geen omgevingsvergunning nodig |
|
|
|
Als het college van burgemeester en wethouders op grond van een aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning oordeelt dat voor de voorgenomen activiteit geen omgevingsvergunning is vereist, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: |
|
85% |
|
van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is gedaan verschuldigde leges. |
|
|
|
|
|
|
Artikel 2.55 |
Teruggaaf als aanvraag verder buiten behandeling wordt gelaten |
|
|
|
Als na toepassing van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht een aanvraag buiten behandeling wordt gelaten, bestaat aanspraak op teruggaaf. De teruggaaf bedraagt: |
|
50% |
|
van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is gedaan verschuldigde leges met een minimum van € 75,00 en een maximum van € 250,00. |
|
|
|
|
|
|
Artikel 2.56 |
Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning of maatwerkvoorschrift bij reguliere procedure |
|
|
|
Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning of aanvraag om een maatwerkvoorschrift op de voorbereiding waarvan afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht niet van toepassing is geheel of gedeeltelijk intrekt terwijl het college van burgemeester en wethouders daarover nog geen besluit heeft genomen, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: |
|
|
|
a. bij gehele of gedeeltelijke intrekking binnen 2 weken na de indiening van de aanvraag: |
|
70% |
van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges; |
|
|
|
|
b. bij gehele of gedeeltelijke intrekking op een tijdstip vanaf 2 weken tot 4 weken na de indiening van de aanvraag: |
|
60% |
van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges; |
|
|
|
|
c. bij gehele of gedeeltelijke intrekking op een tijdstip vanaf 6 weken na de indiening van de aanvraag: |
|
50% |
van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges. |
|
|
|
|
|
|
|
Artikel 2.57 |
Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning of maatwerkvoorschrift bij uitgebreide voorbereidingsprocedure |
|
|
|
Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning of aanvraag om een maatwerkvoorschrift op de voorbereiding waarvan afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing is geheel of gedeeltelijk intrekt terwijl het college van burgemeester en wethouders daarover nog geen besluit heeft genomen, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: |
|
|
|
a. bij gehele of gedeeltelijke intrekking binnen zes weken na de indiening van de aanvraag: |
|
75% |
|
van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges; |
|
|
|
b. bij gehele of gedeeltelijke intrekking op een tijdstip vanaf zes weken tot achttien weken na de indiening van de aanvraag: |
|
50% |
|
van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges; |
|
|
|
c. bij gehele of gedeeltelijke intrekking op een tijdstip vanaf achttien weken na de indiening van de aanvraag: |
|
25% |
|
van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges. |
|
|
|
|
|
|
Artikel 2.58 |
Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg-, sloop,- of milieubelastende activiteiten |
|
|
|
Als het college van burgemeester en wethouders een verleende omgevingsvergunning voor een bouw- of milieubelastende activiteit intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 1 maand na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt: |
|
50% |
|
van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges. |
|
|
|
|
|
|
Artikel 2.59 |
Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw- of milieubelastende activiteiten |
|
|
|
a. Als het college van burgemeester en wethouders een omgevingsvergunning voor een bouw- of milieubelastende activiteit weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: |
|
50% |
van de voor de activiteit waarvoor de omgevingsvergunning is geweigerd verschuldigde leges. |
|
|
|
|
b. Onder een weigering bedoeld in onderdeel a wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak. |
|
|
|
|
|
|
Artikel 2.60 |
Geen teruggaaf legesdeel modaliteiten |
|
|
|
In afwijking van de voorgaande artikelen van deze paragraaf wordt geen teruggaaf verleend van het legesdeel dat betrekking heeft op de modaliteiten genoemd in paragraaf 2.12. |
|
|
Hoofdstuk 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn |
|
|
|
Paragraaf 1 Horeca |
|
|
|
3.1.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning op grond van artikel 3 van de Alcoholwet |
€ |
488,65 |
3.1.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding als bedoeld in artikel 30 van de Alcoholwet |
€ |
73,20 |
3.1.3 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een wijziging als bedoeld in artikel 30a lid 2 van de Alcoholwet |
€ |
73,20 |
3.1.4 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Alcoholwet |
€ |
67,20 |
3.1.5 |
Het tarief bedraagt tot het verkrijgen van een vergunning ingevolge artikel 2:28 van de Algemene Plaatselijke Verordening |
€ |
243,35 |
|
|
|
|
Paragraaf 2 Organiseren evenementen of markten |
|
|
|
3.2.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het organiseren van een evenement als bedoeld in artikel 2:25 van de Algemene plaatselijke verordening (evenementenvergunning), indien het betreft: |
|
|
3.2.1.1 |
A- evenement, zie artikel 2:24 lid 3, sub a van de Algemene plaatselijke verordening |
€ |
92,50 |
3.2.1.2 |
B- evenement, zie artikel 2:24 lid 3, sub b van de Algemene plaatselijke verordening |
€ |
125,00 |
3.2.1.3 |
C- evenement, zie artikel 2:24 lid 3, sub c van de Algemene plaatselijke verordening |
€ |
237,50 |
|
|
|
|
Paragraaf 3 Overige APV activiteiten |
|
|
|
3.3 |
Het recht bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
|
3.3.1 |
voor een vergunning voor het innemen van een standplaats voor de verkoop van goederen als bedoeld in artikel 5:18 van de Algemene plaatselijke verordening |
|
|
3.3.1.1 |
Voor één dag |
€ |
48,10 |
3.3.1.2 |
gedurende één dag in de week per jaar |
€ |
125,25 |
3.3.1.3 |
gedurende twee dagen in de week per jaar |
€ |
156,55 |
3.3.1.4 |
gedurende drie of meer dagen per week per jaar |
€ |
188,05 |
3.3.1.4.1 |
van een vergunning als bedoeld in artikel 5:15, eerste lid, van de Algemene plaatselijke verordening (ventvergunning) voor één dag |
€ |
48,10 |
3.3.1.4.2 |
van een vergunning als bedoeld in artikel 5:15, eerste lid, van de Algemene plaatselijke verordening (ventvergunning) niet zijnde één dag |
€ |
72,55 |
3.3.1.5.1 |
van een vergunning als bedoeld in artikel 5:13, eerste lid, van de Algemene plaatselijke verordening (collectevergunning) voor één dag |
€ |
48,10 |
3.3.1.5.2 |
van een vergunning als bedoeld in artikel 5:13, eerste lid, van de Algemene plaatselijke verordening (collectevergunning) niet zijnde één dag |
€ |
72,55 |
3.3.1.6 |
van een vergunning als bedoeld in artikel 2:72 van de Algemene plaatselijke verordening (aanwezigheid en verkoop van vuurwerk) |
€ |
379,80 |
|
|
|
|
Paragraaf 4 Prostitutiebedrijven |
|
|
|
3.4 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om: |
|
|
3.4.1 |
een exploitatievergunning of wijziging van een exploitatievergunning als bedoeld in artikel 3:4 van de Algemene plaatselijke verordening, anders dan een wijziging bedoeld in onderdeel 3.4.2: |
|
|
3.4.1.1 |
voor een seksinrichting |
€ |
1.707,20 |
3.4.1.2 |
voor een escortbedrijf |
€ |
727,85 |
3.4.2 |
wijziging van een exploitatievergunning in verband met uitsluitend een wijziging van het beheer in een seksinrichting of escortbedrijf, als bedoeld in artikel 3:15, vierde lid, van de Algemene plaatselijke verordening: |
|
|
3.4.2.1 |
voor een seksinrichting |
€ |
187,00 |
3.4.2.2 |
voor een escortbedrijf |
€ |
187,00 |
|
|
|
|
Paragraaf 5 Huisvestingswet 2014 |
|
|
|
3.5 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
|
3.5.1 |
van een vergunning voor het onttrekken van woonruimte aan de bestemming tot bewoning als bedoeld in artikel 21, aanhef en onder a, van de Huisvestingswet 2014 |
€ |
324,00 |
3.5.2 |
van een vergunning voor het samenvoegen van woonruimte met andere woonruimte als bedoeld in artikel 21, aanhef en onder b, van de Huisvestingswet 2014 |
€ |
324,00 |
3.5.3 |
van een vergunning voor het omzetten van zelfstandige woonruimte in onzelfstandige woonruimte als bedoeld in artikel 21, aanhef en onder c, van de Huisvestingswet 2014 |
€ |
324,00 |
3.5.4 |
van een vergunning voor het verbouwen tot twee of meer woonruimten als bedoeld in artikel 21, aanhef en onder d, van de Huisvestingswet 2014 |
€ |
324,00 |
|
|
|
|
Paragraaf 6 Winkeltijdenwet |
|
|
|
3.6.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
|
3.6.1.1 |
voor een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenverordening 2013 |
€ |
140,85 |
3.6.1.2 |
tot het verlenen van toestemming om een in onderdeel 3.6.1.1 bedoelde ontheffing over te dragen aan een ander |
€ |
140,85 |
3.6.1.3 |
tot het intrekken of wijzigen van een in onderdeel 3.6.1.1 bedoelde ontheffing |
€ |
140,85 |
|
|
|
|
Paragraaf 7 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking |
|
|
|
3.7 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking |
€ |
140,85 |
Behorende bij het raadsbesluit van 16 december 2024, nr. Z/24/167727/378892
de griffier,
mevrouw H.K.B. Fobler
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl