Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR731224
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR731224/1
Preventief jeugdbeleid gemeente Maashorst
Geldend van 24-12-2024 t/m heden
Intitulé
Preventief jeugdbeleid gemeente MaashorstVoorwoord
Met trots presenteer ik het preventief jeugdbeleid van de gemeente Maashorst. Een Afrikaanse gezegde dat aansluit bij dit beleid en goed de essentie van opgroeien goed samenvat, is “It takes a Village to raise a Child”.
Een kind ontwikkelt zich niet alleen binnen de muren van het gezin, maar wordt gevormd door de gehele gemeenschap waarin het leeft. Met dit in gedachten richten we onze blik op beschermende factoren die een positieve invloed hebben op de ontwikkeling van een kind. Een sterke pedagogische basis is niet alleen de verantwoordelijkheid van ouders, maar van de hele gemeenschap. Scholen, kinderopvang, sportverenigingen, buurtcentra en andere organisaties dragen allemaal bij aan de opvoeding van onze kinderen. Door samen te werken kunnen we een omgeving creëren waarin elk kind de kans krijgt om zich optimaal te ontwikkelen.
Het preventief jeugdbeleid zet in op het realiseren van een sterke pedagogische basis. Soms hebben kinderen of hun ouders/opvoeders een extra steuntje in de rug nodig. Daarvoor gaan we werken aan het uitbreiden van beschikbare preventieve voorzieningen bijvoorbeeld in de vorm van trainingen en interventies en zorgen we ervoor dat ouders en opvoeders in de toekomst dicht bij huis terecht kunnen met al hun opvoed- en opgroeivragen.
Ik kijk er naar uit om met dit beleid aan de slag te gaan. Samen investeren we in onze jeugd, want de jeugd heeft de toekomst!
R. Sour
Wethouder zorg en welzijn
Hoofdstuk 1 Aanleiding
De meeste jeugdigen in Nederland ontwikkelen zich zonder al te veel problemen tot zelfredzame en sociale volwassenen die een positieve bijdrage leveren aan de samenleving.
Ouders/opvoeders maken zich weleens zorgen en hebben vragen over de opvoeding en het opgroeien van hun kinderen. Dat is normaal en laat zien dat ouders/opvoeders betrokken zijn bij hun kind en het beste voor hun kind willen.
Naast plezierige en liefdevolle situaties zijn er momenten dat opvoeden of opgroeien lastig is. Sommige kinderen en hun ouders/opvoeders hebben door de omstandigheden waarin zij opgroeien en opvoeden te maken met extra uitdagingen. Dat geldt bijvoorbeeld voor kinderen van ouders/opvoeders met een verstandelijke beperking, kinderen in gezinnen met geldzorgen, kinderen van ouders/opvoeders met een migratieachtergrond, maar ook voor kinderen, ouders/opvoeders die zelf psychosociale problemen hebben zoals angstklachten of sombere gevoelens.
Het ervaren dat opvoeden en opgroeien soms lastig is, is niet erg, want vallen en opstaan hoort bij het leven. Echter zien we de laatste jaren een toename in opgroei- en opvoedvragen. Het resultaat daarvan is dat de druk op de specialistische jeugdhulp toeneemt en de kosten stijgen. Met (specialistische) jeugdhulp wordt bedoeld ondersteuning, hulp en zorg (niet zijnde preventie) aan jeugdigen en hun ouders/opvoeders bij het verminderen, stabiliseren, behandelen of omgaan met de gevolgen van diverse problemen. Voorbeelden daarvan zijn psychische problemen, stoornissen, psychosociale problemen, gedragsproblemen of een verstandelijke beperking van de jeugdige of opvoedingsproblemen van ouders/opvoeders. Deze hulp kan alleen worden ingezet door het krijgen van een indicatie van een verwijzer (bijvoorbeeld een jeugdconsulent of een huisarts) voor specialistische hulp.
Landelijk kregen er in 2023, 394.000 jeugdigen tot 23 jaar een vorm van jeugdhulp (Centraal Bureau voor Statistiek). In de gemeente Maashorst maken 1.509 unieke jeugdigen (1 januari 2024) gebruik van gespecialiseerde jeugdhulp (dashboard Regionale Inkoop Organisatie Zorg, 2024) dat is ongeveer 14% van de jeugdigen in Maashorst.
In vergelijking met 2022 is er een geringe stijging te zien in het aantal hulpvragen. Ondanks deze geringe stijging zijn de kosten fors toegenomen. Dit komt onder andere doordat de inzet van jeugdhulp langer duurt en de kosten voor de trajecten zijn gestegen. Hierdoor staat de houdbaarheid onder druk.
Daarom is het nodig om een gedragsverandering te bewerkstelligen en een nieuwe beweging op gang te brengen. Van problematiseren naar normaliseren en meer preventieve inzet dan jeugdhulp. We willen een gezonde, veilige en kansrijke ontwikkeling van jeugdigen bevorderen en de toename in de gespecialiseerde jeugdhulp dempen. Dat kan alleen door het versterken van de sociale basis, gericht te zijn op positief opgroeien en aandacht te hebben voor preventie.
Hoofdstuk 2. Landelijke ontwikkelingen
Hervormingsagenda Jeugd
Volgens de Jeugdwet zijn gemeenten verantwoordelijk voor alle vormen van jeugdzorg, zoals kinderbeschermingsmaatregelen, jeugdhulp en jeugdreclassering. De Jeugdwet is op dit moment in ontwikkeling, onder de naam de Hervormingsagenda Jeugd. Op 18 april 2023 hebben de Vereniging van Nederlandse Gemeente (VNG) en het Rijk een principeakkoord bereikt over de Hervormingsagenda Jeugd. In de periode 2023 – 2028 wordt met de Hervormingsagenda Jeugd gewerkt aan een brede maatschappelijk agenda. De agenda is gericht op het structureel verbeteren van de kwaliteit en beschikbaarheid van passende jeugdhulp voor jeugdigen en gezinnen en de lange-termijnhoudbaarheid van het jeugdstelsel. Preventie is daarbij een belangrijke sleutel.
De Hervormingsagenda Jeugd bestaat uit 7 thema’s:
- 1.
Reikwijdte: jeugdhulpplicht voor de meest kwetsbare jeugdigen en gezinnen;
- 2.
Jeugdhulp steviger verbinden aan aanpalende domeinen zoals het onderwijs, volwassenen-ggz en bestaanszekerheid;
- 3.
Stevige lokale teams en toegang;
- 4.
Terugdringen residentiële jeugdhulp: zo thuis mogelijk;
- 5.
Kwaliteitsverbetering en blijvend leren;
- 6.
Verbeteren van de organisatie en inkoop van specialistische jeugdzorg;
- 7.
Eenvoudigere uitvoering en inkoop, minder administratieve lasten en aanpak negatieve effecten marktwerking;
- 8.
Verbeteren inzicht in het functioneren van het jeugdstelsel met data en monitoring.
Op dit moment heeft de Jeugdwet een breed en open karakter, zeker in vergelijking met andere wetten. De aanscherping van de Jeugdwet (thema 1) zal gaan betekenen dat niet alle hulpvragen van jeugdigen of ouders/opvoeders in de toekomst beantwoordt gaan worden met jeugdhulp. Maar zal zich ook richten op andere ontwikkelingen zoals:
Meer preventie en vroegsignalering:
De bedoeling is dat er in de toekomst meer preventie en vroegsignalering plaatsvindt. Dit betekent dat problemen bij jeugdigen eerder worden gesignaleerd, er laagdrempelige ondersteuning beschikbaar is en er ruimte is voor laagdrempelige activiteiten of interventies zoals groepstrainingen, sport, spelactiviteiten en laagdrempelige ondersteuning.
Versterken eigen kracht:
Er wordt ook ingezet op het versterken van de eigen kracht van gezinnen. Ouders/opvoeders worden meer betrokken bij de jeugdhulp en krijgen ondersteuning om hun opvoedingsvaardigheden te ontwikkelen. Hierdoor kunnen ze jeugdigen beter zelf begeleiden en is er minder jeugdhulp nodig.
Zorg dicht bij huis door sterke sociale teams:
Een andere maatregel is dat jeugdigen en hun ouders/opvoeders voor jeugdhulp laagdrempelig en dicht bij huis terecht moeten kunnen bij stevige lokale teams, die waar nodig ook zelf passende en samenhangende basishulp kunnen bieden: zowel licht als zwaar en zowel kort als langdurig (thema 2). De inperking van de jeugdhulp betekent niet dat jeugdigen die echt jeugdhulp nodig hebben, die hulp niet meer zullen krijgen. Er blijft geld beschikbaar voor jeugdhulp, maar dit geld wordt gerichter ingezet. De inzet van jeugdhulp ligt op complexe en ingrijpende problemen waarvoor specialistische jeugdhulp nodig is.
Gezond en Actief Leven Akkoord:
Naast de Hervormingsagenda Jeugd is het beleidsakkoord ‘Gezond en Actief Leven Akkoord’ (GALA) opgesteld door de Nederlandse overheid in samenwerking met verschillende stakeholders, zoals gemeenten, zorgverzekeraars, zorgaanbieders en maatschappelijke organisaties. Het akkoord is gericht op het bevorderen van gezondheid en welzijn van de bevolking en het verbeteren van de leefomgeving. Het doel van het GALA is een gezonder en actiever leven voor alle inwoners van Nederland.
De belangrijkste doelstellingen van het Gezond en Actief Leven Akkoord zijn:
- 1.
Preventie en Gezondheid: het bevorderen van een gezonde leefstijl om ziektes te voorkomen, door onder andere meer aandacht te besteden aan beweging, gezonde voeding en mentale gezondheid.
- 2.
Inclusie en Participatie: het vergroten van de maatschappelijke participatie van mensen, bijvoorbeeld door de toegankelijkheid van zorg en ondersteuning te verbeteren voor kwetsbare groepen zoals ouderen en mensen met een beperking.
- 3.
Leefomgeving: het verbeteren van de leefomgeving om gezonde keuzes te bevorderen, zoals het stimuleren van een groene en veilige buurt waar mensen kunnen sporten en bewegen.
- 4.
Samenwerking: het versterken van de samenwerking tussen verschillende organisaties en niveaus van bestuur, zodat inspanningen om de gezondheid te verbeteren beter op elkaar worden afgestemd.
Integraal Zorg Akkoord:
Het Gezond en Actief Leven Akkoord is bedoeld om inwoners van Nederland te helpen zo lang mogelijk gezond te blijven. Naast het GALA is op 22 september 2022 een akkoord gesloten tussen de Nederlandse overheid en verschillende partijen in de zorgsector, zoals zorgverzekeraars, zorgaanbieders, gemeenten en patiëntenorganisaties, namelijk het Integraal Zorg Akkoord (IZA). Het IZA richt zich op de toekomst van de Nederlandse gezondheidszorg en heeft als doel om de zorg duurzaam, betaalbaar en toegankelijk te houden voor alle inwoners.
Deze drie ontwikkelingen organiseren een beweging van zorg naar preventie en van individuele zorg naar collectief aanbod. De gemeente Maashorst heeft hier al een start mee gemaakt door de inzet van de ‘Sterke Sociale Basis’ en het Preventie Team Jeugd.
Hoofdstuk 3. Lokale ontwikkelingen
Sterke Sociale Basis
Op 27 juni 2024 is het beleidskader ‘Sterke Sociale Basis’ vastgesteld door de gemeenteraad. Het doel van de ‘Sterke sociale basis’ is het op gang brengen van de beweging ‘formele zorg’ naar ‘maatschappelijke zorg’.
In het beleidskader ‘Sterke sociale basis’ wordt een sterke sociale basis als volgt omschreven:
‘De sociale basis is het fundament van ons stelsel voor zorg, ondersteuning en meedoen. Het is de plek waar inwoners van Maashorst elkaar vinden, ontmoeten en waar sociale cohesie ontstaat. In de sociale basis werken bewoners, vrijwilligers en professionals samen aan een breed, laagdrempelig en vrij toegankelijk aanbod van activiteiten en voorzieningen in de buurt. Dit aanbod is gericht op preventie, het versterken van zelfredzaamheid en samenredzaamheid en het ontplooien van talent. De gemeente faciliteert de sociale basis rondom de sociale opgave in gebieden. Die basis is er voor alle Maashorstenaren: jong en oud, kansarm en kansrijk. Zij vergroot de burgerkracht, zorgt dat inwoners mee kunnen doen en voorkomt dat inwoners met een kleine zorg- of ondersteuningsvraag in een zwaar traject terechtkomen.’
Het hoofddoel van de ‘Sterke Sociale Basis’ is om in 2030 80% van de vragen gerelateerd aan zorg, welzijn en participatie door de inwoner zelf of met behulp van het eigen netwerk op te lossen, en deze anders te beantwoorden met een vangnet van preventieve en algemene voorzieningen. Deze vormen samen een sterke sociale basis. Dit betekent dat slechts voor 20% van de vragen de lokale aanpak onvoldoende oplossing biedt. Hiervoor is gespecialiseerde hulp beschikbaar.
De ‘Sterke Sociale Basis’ in de gemeente Maashorst wordt vormgegeven op basis van 5 bouwstenen:
- 1.
Actieve vrijwilligers en inwoners
- 2.
Uitgebreid aanbod preventieve en voorliggende voorzieningen
- 3.
Gastvrije ontmoetingsplekken
- 4.
Samenwerken en netwerken in de wijk; formeel en informeel
- 5.
Verbinder in de wijk/kern
Het Preventief jeugdbeleid vindt zijn uitwerking in bouwstenen 2 en 4 van de ‘Sterke Sociale Basis’ en maakt gebruik van de andere bouwstenen.
Preventie Team Jeugd
In april 2023 is in Maashorst gestart met het Preventie Team Jeugd. Het preventieteam bestaat uit medewerkers van preventieve organisaties die werkzaam zijn in de gemeente Maashorst. Dat zijn de GGD Hart voor Brabant, Compass (jongerenwerk), ONS welzijn en Haspel GGZ (praktijkondersteuner jeugd).
Vanuit de verschillende ‘moederorganisaties’ werken professionals als preventiewerker jeugd om op die manier diverse expertises en ervaringen te bundelen. Dit biedt een bredere blik om naar (lokale) vraagstukken te kijken. Iedere teamlid heeft een kern of wijk als focusgebied en is in dat werkgebied het vaste gezicht voor vragen van inwoners en zoekt actief de samenwerking op met andere lokale partijen.
De opdracht van het Preventie Team Jeugd is:
- 1.
lichte ondersteuningsvragen van jeugdigen en ouders/verzorgers in beeld brengen;
- 2.
bewoners stimuleren om mee te doen;
- 3.
leefbaarheid in de wijk vergroten;
- 4.
oplossingen in de wijk en in het eigen informele circuit stimuleren;
- 5.
samenwerken met partners in de wijk en kern.
In 2025 gaan we de inzet van het preventieteam uitbreiden naar alle leeftijdscategorieën (van 0 tot 100+). Het preventieteam is onderdeel van de ‘Sterke Sociale Basis’.
Herijking jeugd en jongerenwerk
De bedoeling was om in 2023 de uitvoering van het jeugd- en jongerenwerk te herijken. Voor een substantieel deel werd het jeugd en jongerenwerk gefinancierd uit incidentele middelen en daarnaast speelde dat het jongerenwerk in voormalige gemeente Uden anders werd vormgegeven dan in de voormalige gemeente Landerd.
Vanwege de diverse ontwikkelingen zoals het beleidskader ‘Sterke Sociale Basis’, ‘De Hervormingsagenda Jeugd’ en het ‘Preventie Team Jeugd’ is besloten om besloten om de herijking van het jeugd en jongerenwerk onderdeel uit te laten maken van het preventief jeugdbeleid. Op deze manier ontstaat er een samenhang in de aanpak en creëren we één pedagogische basis voor alle jeugdigen, ouders/ opvoeders in Maashorst.
Inmiddels zijn er in heel de gemeente Maashorst er (structureel) jongerenwerkers actief. Zij bieden laagdrempelige ondersteuning aan jongeren in hun ontwikkeling naar volwassenheid. Ze doen dit door contact te maken, te signaleren, motiveren, opvoeden en activeren. Daarbij werken jongerenwerkers met diverse partners samen, zoals ouders, scholen, het Preventie Team Jeugd en de politie. Jongerenwerkers spreken de taal van jongeren, fungeren als rolmodel, stimuleren hun persoonlijke én sociale ontwikkeling en begrenzen daar waar nodig.
In 2024 zijn we naast het jongerenwerk gestart met het kinderwerk. Het kinderwerk richt zich op kinderen in de leeftijd van 5-12 jaar. Het kinderwerk wordt vormgegeven door jongerenwerkers die zich focussen op een jongere doelgroep. Activiteiten zijn in het kinderwerk een belangrijk middel om te werken aan doelen, zoals talentontwikkeling, een gezonde leefstijl of het bevorderen van competenties. Naast het organiseren van activiteiten en de ondersteuning voor kinderen is er ook veel aandacht voor de ondersteuning van ouders bij de opvoeding op thema’s zoals sociale media. Kinderwerkers en jongerenwerker zijn een belangrijk onderdeel van de pedagogische basis. De aankomende jaren zal dit nog verder moeten worden geïmplementeerd en doorontwikkeld.
Jouw Ingebrachte Mentor
De gemeenten in de regio Brabant Noordoost hebben ingestemd met het actieplan “Bevorderen doorstroom en zelfstandigheid jongeren van 16-27 jaar”. Dit plan richt zich op jongeren die vanwege diverse redenen niet volledig meer thuis wonen, en vanuit gespecialiseerde jeugdhulp op een andere plek wonen. Vanuit het actieplan 16-27 jaar is de ambitie uitgesproken dat elke jongere die vanuit gespecialiseerde jeugdhulp elders woont, terug moet kunnen vallen op een informeel netwerk. De Jouw Ingebrachte Mentor (JIM) wordt gezien als concrete, goed onderbouwde en veelbelovende aanpak om het structureel betrekken van het informele netwerk vorm te geven. Een JIM kan een oom, tante of buurman zijn, in wie de jongere vertrouwen heeft en die de ouders als ondersteunend ervaren. De JIM is een steunfiguur voor de jongere en een adviseur voor ouders en professionals. Het doel is een lange termijn relatie. De achterliggende gedachte is dat professionals wisselen, maar de JIM blijft. De JIM aanpak is ook opgenomen in Hervormingsagenda Jeugd.
Een aantal aanbieders van gespecialiseerde jeugdhulp in de regio Brabant Noordoost hebben hun medewerkers geschoold in de JIM-aanpak. In de gemeente Maashorst zijn er een aantal preventiewerkers jeugd geschoold in de JIM-aanpak. Het Preventie Team Jeugd en het jongerenwerk wijst jeugdigen en hun ouders actief op het inzetten van een JIM. Daardoor richten we ons niet enkel op jongeren in de gespecialiseerde jeugdhulp, maar investeren we juist in de preventieve inzet van een JIM voor alle kinderen en jeugdigen.
Hoofdstuk 4. Definitie en afbakening
In de gemeente Maashorst zijn er op het gebied van jeugd mooie lokale ontwikkelingen. Echter, op dit moment is er nog geen actueel beleid specifiek voor de preventieve inzet voor jeugdigen en ouders/opvoeders, waarin diverse uitgangspunten zijn verankerd. Wel is er vanuit diverse beleidskaders, zoals het Armoedebeleid, het Onderwijsachterstandenbeleid, het Sportbeleid, het Cultuurbeleid, het Regionaal Beleidsprogramma Jeugd en het Integrale Veiligheidsplan, aandacht voor de doelgroep jeugdigen. In de beleidskaders staan gerelateerde ambities en interventies gericht op bijvoorbeeld armoede, onderwijsachterstanden of de inzet vanuit de Jeugdwet en daarmee de inzet van gespecialiseerde jeugdhulp. Maar een samenhangende, preventieve, lokale aanpak voor alle jeugdigen en ouders/opvoeders ontbreekt.
Vanuit landelijke onderzoek blijkt dat een samenhangende aanpak op Preventief jeugdbeleid werkt. Deze aanpak moet zorgen voor een sterk aanbod van lokale basisvoorzieningen en lokale steun, waar jeugdigen en hun ouders/opvoeders laagdrempelig, zonder verwijzing, diagnose of beschikking, met (hulp)vragen terecht kunnen. Voor jeugdigen die gespecialiseerde jeugdhulp (dus met een beschikking) nodig hebben, blijft dit mogelijk.
Definitie: Preventie wordt in het jeugdbeleid gezien als het voorkomen van problemen, het in goede banen leiden van beginnende problemen, en het voorkomen dat problemen terugkomen of uitgroeien tot complexe problematiek. Het gaat hierbij om lokale (in)formele steun en hulp die zonder een indicatie vrij toegankelijk beschikbaar is.
Met dit jeugdbeleid willen we het grotere plaatje in de gemeente Maashorst omschrijven op de volgende onderdelen:
- –
het uitbreiden van een preventief en voorliggend aanbod van voorzieningen;
- –
meer integraliteit en samenhang onder preventieve partners.
- –
het versterken van lokale steun
Door focus aan te brengen en bekendheid te geven aan het preventieve aanbod ontstaat er samenhang in de aanpak. Daardoor worden ouders/opvoeders, jeugdigen en professionals bekender met het lokale aanbod. Signalen kunnen vroegtijdiger worden opgepakt en er kan sneller gebruik worden gemaakt van laagdrempelige ondersteuning dicht bij huis. Hierdoor worden wachtlijsten voorkomen en hoeven ouders/opvoeders en jeugdigen mogelijk in de toekomst minder vaak een beroep te doen op de inzet van gespecialiseerde jeugdhulp.
Afbakening
Focus betekent ook dat er sprake is van een afbakening van de diverse landelijke en lokale ontwikkelingen. Ambities beschreven in de eerdergenoemde beleidsterreinen vinden daar hun uitwerking.
Het Preventief jeugdbeleid richt zich op preventie en daardoor niet op de volgende ontwikkelingen:
- 1.
Inzet van gespecialiseerde jeugdhulp vanuit de Jeugdwet;
- 2.
De aanpak van de veiligheidsketen zoals het Toekomst Scenario Kind en Gezinsbescherming;
- 3.
Aanpak van langdurige of acute onveiligheid;
- 4.
Aanpak van langdurig schoolverzuim en passend onderwijs.
Hoofdstuk 5. Cijfers
De gemeente Maashorst telt volgens het Centraal Bureau voor Statistiek (CBS) op 1 januari 2024 59.209 inwoners, waarvan 8.989 kinderen in de leeftijd van 0-15 jaar en 6.706 jongeren in de leeftijd van 15-25 jaar. Landelijk kregen er in 2023, 394.000 jeugdigen tot 23 jaar een vorm van beschikte jeugdhulp (CBS De inzet van deze jeugdhulp is variërend van lichte opvoedondersteuning tot behandeling en gesloten jeugdzorg. Voor al deze jeugdhulp is een beschikking van een verwijzer zoals de huisarts of een jeugdconsulent afgegeven.
Als het gaat om preventieve inzet, zijn we met name aangewezen op lokale cijfers. We hebben nog een uitdaging om dit effectiever te meten en hierop te sturen. Dit komt mede omdat het Preventie Team Jeugd korter dan een jaar geleden is gestart. Toch zijn er al verschillende cijfers lokaal beschikbaar die iets zeggen over de preventieve inzet.
Op elke kinderopvang en school in de gemeente Maashorst zit een aansluitfunctionaris van de GGD. De aansluitfunctionaris van de GGD is het eerste aanspreekpunt voor scholen met een hulpvraag. Zij werken nauw samen met het preventieteam. De aansluitfunctionarissen van de GGD hebben in de eerste 3 kwartalen van 2024, 393 vragen gehad. Het ging om 390 individuele vragen en 3 groepsvragen. Er zijn in totaal 85 van deze vragen doorverwezen naar de Toegang jeugd en/of volwassene (79 naar jeugd en 9 naar volwassene). Dat betekent dat er van de 393 vragen 308 vragen zijn opgepakt door het preventieve veld. Het gaat dan om de school zelf, het preventie team jeugd, of de aansluitfunctionaris van de GGD.
De aansluitfunctionaris van de GGD richt zicht met name op kinderen in de leeftijd van 0 tot en met 12 jaar. Dat is ook terug te zien in het overzicht GGD Hart voor Brabant preventieve cijfers gemeente Maashorst.
Naast de aansluitfunctionarissen van de GGD is er bij de huisartsenpraktijken een praktijkondersteuner jeugd werkzaam. Een praktijk ondersteuner jeugd is een alternatief voor lichte ambulante jeugd vragen op bijvoorbeeld het gebied van geestelijke gezondheidszorg. De praktijkondersteuner beoordeelt de hulpvraag, biedt passende ondersteuning en de inwoner is sneller geholpen.
Daarnaast kan de praktijk ondersteuner afhankelijk van de hulpvraag van de inwoner gerichter verwijzen naar ondersteuning in het voorliggend veld zonder indicatie voor gespecialiseerde jeugdhulp van een verwijzer. In de periode oktober 2023 tot en met maart 2024 hebben de praktijkondersteuners jeugd in de gemeente Maashorst 151 nieuwe aanmeldingen (96 meisjes en 55 jongens) opgepakt. Vooral kinderen vanaf 7 jaar en met name 14/15/16-jarigen komen het vaakst bij de praktijkondersteuner. Ongeveer 60% van de kinderen worden doorverwezen naar gespecialiseerde jeugdhulp. Dat betekent dat 40% van de vragen nu al kan worden opgepakt in preventieve veld.
Op thema gerelateerde cijfers, zoals somberheidsklachten, mentale problematiek of middelengebruik, zullen we in een nader hoofdstuk ingaan.
Hoofdstuk 6. Visie
Het succes van een preventieve aanpak hangt voor een groot deel af van de pedagogische kwaliteit van de omgeving waarin een kind opgroeit. We noemen dit de pedagogische basis. De pedagogische basis is het deel van In de sociale basis dat bijdraagt aan het opgroeien, opvoeden en de ontwikkeling van jeugdigen. De pedagogische basis wordt gevormd door contacten tussen mensen onderling zowel fysiek als online, hun sociale relaties en de verbinding met wat er in hun leefomgeving aanwezig is.
We vinden het belangrijk dat we een lokale sterke pedagogische basis creëren en daarom luidt onze visie:
In Maashorst kun je gezond en gelukkig opgroeien en opvoeden. We creëren samen (formeel en informeel) een sterke pedagogische basis zodat jeugdigen en ouders/ opvoeders erbij horen, gezien worden en ertoe doen.
Preventie werkt het best wanneer jeugdigen een sterke pedagogische basis hebben. De focus ligt hierbij op het bevorderen van beschermende factoren. Beschermende factoren zijn factoren die de kans op succesvol opgroeien vergroten. Voorbeelden daarvan zijn voldoende steun van ouders/opvoeders en medeopvoeders, zoals familie, vrienden, buurtgenoten, vrijwilligers, kinder- en jongerenwerkers, leerkrachten en pedagogisch medewerkers. Een sterke basis met beschermende factoren betekent ook dat ouders/opvoeders steun ervaren bij het opvoeden van hun jeugdigen en met eenvoudige opvoedvragen makkelijker terecht kunnen bij medeopvoeders of hun eigen netwerk. Andere voorbeelden zijn:
- 1.
Positieve relaties met leeftijdsgenoten;
- 2.
Positieve onderlinge relaties in het gezin;
- 3.
Kennis over opvoeding en ontwikkeling;
- 4.
Zelfwaardering en zelfvertrouwen;
- 5.
Positieve vrijetijdsbesteding zoals sport of cultuur.
De kans dat jeugdigen gezond, veilig en kansrijk opgroeien wordt vergroot door sociale binding, erkenning, waardering voor positief gedrag, steun van belangrijke volwassenen en basisvoorzieningen in de omgeving.
Het creëren van deze pedagogische basis met focus op beschermende factoren kunnen we niet alleen, maar doen we samen: it takes a village to raise a child.
Samen met onze partners signaleren, participeren en ontwikkelen we. We willen een samenleving creëren waarin preventief jeugdbeleid niet alleen een beleidsmaatregel is, maar een gezamenlijke inspanning van de hele gemeenschap.
Hoofdstuk 7. Betrokkenen
Het Preventief jeugdbeleid is de komende jaren leidend voor de keuzes die de gemeente maakt op het gebied van preventie voor jeugdigen en hun ouders/opvoeders.
Het creëren van een pedagogische basis raakt een groot deel van de gemeenschap. De direct betrokkene van het jeugdbeleid zijn:
- 1.
Jeugdigen:
Alle jeugdigen van 0 (-9 maanden) tot 23 jaar, met speciale aandacht voor risicogroepen zoals jeugdigen uit kwetsbare gezinnen, jeugdigen met gedrags- of ontwikkelingsproblemen en jeugdigen in armoede.
- 2.
Ouders en opvoeders:
Ouders, grootouders, verzorgers en andere primaire opvoeders die verantwoordelijk zijn voor de opvoeding van jeugdigen.
- 3.
Kinderopvang en onderwijs:
Pedagogisch medewerkers, leraren, orthopedagogen, directeuren, en anderen die een cruciale rol spelen in de dagelijkse interactie met jeugdigen en het signaleren en, indien nodig, opschalen van hulp bij problemen.
- 4.
Lokale organisaties:
Lokale organisaties: Lokale organisaties zoals ONS welzijn, het jongerenwerk van Compass, GGD Hart voor Brabant, Missie Maashorst (sport), Kunst en CO, het verenigingsleven, de bibliotheek en anderen die betrokken zijn bij het organiseren van activiteiten en het bieden van ondersteuning aan jeugdigen.
Hoofdstuk 8. Doelstelling
Het werken aan preventie en normaliseren van opvoed- en opgroeivragen is een breed begrip. Opgroeien en opvoeden omvat verschillende domeinen die met elkaar verbonden zijn en elkaar beïnvloeden. Problemen in het ene domein kunnen effect hebben op omstandigheden in andere domeinen. Bijvoorbeeld als een gezin lang in financiële problemen heeft gezeten, zijn de negatieve gevolgen voor jeugdigen duidelijk zichtbaar. Jeugdigen die in armoede opgroeien, doen het over het algemeen slechter op school, krijgen later vaker een slecht betaalde baan, en kampen bovengemiddeld vaak met gezondheidsproblemen. Ook krijgen ze niet altijd dezelfde kansen als jeugdigen uit welvarende gezinnen, bijvoorbeeld omdat hun ouders/opvoeders een beperkter netwerk hebben.
De integrale aanpak op het Preventief jeugdbeleid vraagt een strategische doelstelling. Deze doelstelling sluit aan op het beleidskader ’Sterke Sociale Basis’ van gemeente Maashorst. De strategische doelstelling van het Preventief jeugdbeleid is:
In 2028 is het aantal jeugdigen dat gebruik gemaakt van gespecialiseerde jeugdhulp met 6% afgenomen door het realiseren van een breed aanbod van preventieve voorziening voor inwoners met opvoed- en opgroeivragen.
In Maashorst maakt op dit moment ongeveer 14% van de jeugdigen en ouders/opvoeder gebruik van gespecialiseerde jeugdhulp. Met bovenstaande doelstelling zal enkel 8% van de jeugdigen en ouders/opvoeders nog gebruik maken van gespecialiseerde jeugdhulp. De inzet van gespecialiseerde jeugdhulp ligt daardoor op complexe en ingrijpende problemen.
Om over 4 jaar te kunnen zeggen dat het beleid bijdraagt om de doelstelling in 2028 te behalen is het belangrijk om focus aan te brengen.
Uit een breed participatieproces zijn zes thema’s naar voren gekomen waarin lokaal de wens bestaat om de integraliteit te versterken en het aanbod uit te breiden. Onze preventieve inzet richt ze de aankomende jaren daarom op:
- 1.
Scheidingsproblematiek;
- 2.
Kansrijke Start;
- 3.
Eenzaamheid;
- 4.
Mentale weerbaarheid;
- 5.
Middelengebruik;
- 6.
Bestaanszekerheid:
In het kader van het Preventief jeugdbeleid is ervoor gekozen zoveel mogelijk gebruik te maken van effectieve interventies uit de databank van het Nederlands Jeugd Instituut (NJI). Hoewel losse preventieve interventies een klein effect hebben, kunnen deze kleine effecten samen leiden tot een omvangrijk en duurzaam resultaat.
Hoofdstuk 9. Uitvoering
Scheidingsproblematiek
Aanleiding: Scheidingsproblematiek gaat over het beëindigen van een relatie tussen twee ouders/opvoeders. Een scheiding heeft veel impact op diverse levensgebieden van zowel ouders/opvoeders als jeugdigen. Denk hierbij bijvoorbeeld aan opvoeden, wonen, financiën en vriendschappen. De meeste ouders/opvoeders lukt het om gezamenlijk tot afspraken te komen om goed uit elkaar te gaan. Echter als ouders/opvoeders er bij een scheiding zelf of met lichte hulp en ondersteuning niet uitkomen en er voortdurend conflicten zijn heeft dit invloed op de ontwikkeling van jeugdigen, voorbeelden daarvan zijn emotie regulatieproblemen, schooluitval of lichamelijke problemen. Voor deze problemen wordt vaak een beroep gedaan op de inzet van gespecialiseerde jeugdhulp. Uit de Gezondheidsmonitor jeugd 2023 blijkt dat 79% van de jeugdigen in de gemeente Maashorst bij beide ouders/opvoeders woont. Ongeveer 20% van de jeugdigen maakte in de gemeente Maashorst een scheiding mee. Uit het onderzoek ‘Als je het ons vraagt’ (2022) van de Kinderombudsman blijkt dat jeugdigen die een scheiding meemaken minder vaak een goed voorbeeld krijgen van ouders/opvoeders. Ze missen soms stabiliteit en continuïteit thuis en ervaren scheiden als een ingrijpende gebeurtenis. Uit het onderzoek blijkt dat de focus momenteel vooral op jeugdigen ligt, terwijl het beleidsmatig nuttig is om ook ouders/ opvoeders in de aanpak te betrekken. Daarom is besloten het preventieve veld rondom scheidingsproblematiek in de gemeente Maashorst uit te breiden.
Wat willen we bereiken:
De negatieve effecten van echtscheidingen worden verminderd en de algehele welzijn en ontwikkeling van jeugdigen (en ouders/opvoeders) in de gemeente Maashorst wordt bevorderd doordat we in 2028 een breed laagdrempelig (online) aanbod realiseren op het gebied van scheidingsproblematiek.
Wat gaan we ervoor doen:
- –
Vanaf 2025 vergroten we de bekendheid van het aanbod van Stichting Villa Pinedo in de gemeente Maashorst, waardoor jeugdigen laagdrempelig (online) contact kunnen hebben met lotgenoten. en er middels campagnes stil wordt gestaan bij de dag van de scheiding.
* Bij Villa Pinedo zijn vrijwillige jongeren werkzaam die zich inzetten voor kinderen met gescheiden ouders. Zij zijn Buddy in de chat, beantwoorden vragen op het Forum en maken blogs en vlogs met de reden om kinderen te steunen in de soms moeilijke tijd rondom de scheiding van hun ouders. Alle jongeren hebben zelf ook gescheiden ouders, dus ze weten waar kinderen doorheen gaan
- –
Er wordt jaarlijks middels campagnes stil gestaan bij scheidingsproblematiek, bijvoorbeeld tijdens de dag van de scheiding.
- –
Vanaf 2025 is de bekendheid van de website ‘Als je uit elkaar gaat’ vergroot in de gemeente Maashorst, zodat ouders/opvoeders en professionals laagdrempelig online advies kunnen vinden over scheidingen.
- –
Vanaf 2025 wordt er minimaal drie keer per jaar in de gemeente Maashorst een bijeenkomst georganiseerd door ONS welzijn waar informatie wordt gegeven over goed uit elkaar gaan, waardoor er voor jeugdigen minder problematische scheidingen zijn.
- –
Vanaf 2025 is er voor ouders/opvoeders die uit elkaar gaan laagdrempelige ondersteuning beschikbaar in de vorm van 1 tot 5 gesprekken, waarbij informatie wordt gegeven door de sociale raadslieden samen met een maatschappelijk werker over scheiden.
- –
Vanaf 2025 is er een doorgaande lijn in bewezen effectieve interventies voor kinderen en jeugdigen van gescheiden ouders door de inzet van: Dappere Dino’s, KIES en de Scheidingsatlas uitgevoerd door ONS welzijn.
- –
Eén keer per jaar vindt er één interactieve theatervoorstelling plaats over één actuele ontwikkelingen, dit kan zijn op het gebied van scheidingsproblematiek.
Bestaanszekerheid
Een bestaan met voldoende en voorspelbaar inkomen, een woning, toegang tot onderwijs en zorg. Dit allemaal om mee te kunnen doen in de samenleving. Bestaanszekerheid is niet voor iedereen vanzelfsprekend. Wanneer er sprake is van onzekerheid op een van de genoemde gebieden heeft dit gevolgen voor opvoeden en opgroeien. Voor kinderen die opgroeien in armoede is het moeilijker om hun talenten te ontwikkelen en daarmee krijgen ze geen gelijke kansen. Van zo’n valse start hebben ze de rest van hun leven last. Daarom willen we voorkomen dat kinderen opgroeien met geldzorgen. Uit de cijfers van de Gezondheidsmonitor 2023 blijkt dat ongeveer 6% van de gezinnen in Maashorst met kinderen in de leeftijd van 0 – 11 jaar moeite heeft met rondkomen. Uit de lokale enquête onder ouders blijkt dat in de gemeente Maashorst behoefte is aan de bekendheid van voorzieningen, maar ook aan voorlichting aan jeugdigen. De komende jaren zetten we in op bestaanszekerheid voor kinderen, jongeren en ouders. Dat doen we op basis van het beleidskader ‘Armoede en Schulden gemeente Maashorst 2024 – 2028’ (vastgesteld 16 november 2023 gemeenteraad). Daarnaast besteden we er extra aandacht aan vanuit het preventief jeugdbeleid.
Doelstelling: In 2028 wordt de bestaanszekerheid van jeugdigen in de gemeente Maashorst vergroot door de toename van het gebruik van de basisvoorzieningen.
- –
Vanaf 2025 onderzoeken we de mogelijkheden van een programma over financiële redzaamheid in het onderwijs en implementeren we deze.
Kansrijke Start
Aanleiding: Kansrijke Start is een landelijk actieprogramma. Het doel van het programma Kansrijke Start is om (aanstaande) kwetsbare ouders/opvoeders te helpen, zodat hun jeugdigen zo gezond mogelijk hun leven starten. Kansrijke Start richt zich op samenwerking tussen professionals uit de geboortezorg en het medisch en sociaal domein. De focus ligt op de eerste 1000 dagen van een kind, wat de periode vóór, tijdens en na de zwangerschap omvat. De omgeving waarin jeugdigen worden geboren bepaalt in grote mate hun kansen voor later. Wanneer jeugdigen een minder goede start maken, bijvoorbeeld door vroeggeboorte, laag geboortegewicht of blootstelling aan medische of sociale risicofactoren zoals stress, roken, slechte voeding of gebrek aan liefdevolle aandacht, heeft dit een levenslang effect op zowel hun fysieke als mentale gezondheid en ontwikkeling. Dit beïnvloedt ook hun kansen op school, op de arbeidsmarkt en in de maatschappij.
Ouders/opvoeders en de omgeving van het kind zijn cruciaal voor het geven van een goede start. Het verschil maken door preventie kan soms al door de inzet van kleine interventies, zoals het samenbrengen van ouders, of laagdrempelige opvoedondersteuning. Daardoor kunnen problemen op latere leeftijd en risico factoren worden voorkomen. Het helpt om hier focus in aan te brengen en daarom is besloten het preventieve veld en de samenwerking rondom de geboortezorg en het medisch domein te verbeteren.
Wat willen we bereiken
In 2028 verhogen we het aantal kinderen dat een gezonde start heeft in de gemeente Maashorst door de inzet van een reeks aan preventieve interventies en het versterken van de samenwerking op medisch- en sociaal domein bij de eerste 1000 dagen.
Wat gaan we ervoor doen:
- –
Vanaf 2024 is er in de gemeente Maashorst een lokale coalitie Kansrijke Start.
- –
Vanaf 2025 onderzoekt de lokale coalitie Kansrijke Start door middel van de analysetool wat er in de gemeente Maashorst gebeurt in de eerste 1000 dagen.
* De analysetool brengt in kaart wat de gemeente al doet in de 1000 dagen van een kind waardoor duidelijk is op welke punten de samenwerking en aanpak kunnen worden versterkt.
- –
Vanaf 2025 onderzoekt de lokale coalitie Kansrijke Start de interventies vanuit de menukaart Kansrijke Start en implementeert deze.
*De menukaart Kansrijke Start geeft een overzicht van alle erkende interventies die van belang kunnen zijn tijdens de eerste 1000 dagen van een kind. Op basis van de analyse maakt de lokale coalitie passende keuzes voor de inzet van interventies van Kansrijke Start.
- –
Vanaf 2026 is er voor ouders/opvoeders in de eerste 1000 dagen (in)formele ontmoeting door het organiseren van ‘CenteringOuderschap’.
*Bij CenteringOuderschap komen ouders/opvoeders, met baby’s die in dezelfde periode geboren zijn bij elkaar. Samen met de jeugdarts of jeugdverpleegkundige praten ze over de ontwikkeling van hun baby en hoe het in hun gezin gaat.
Eenzaamheid
Aanleiding: Soms voelen jeugdigen, ouders/opvoeders zich eenzaam. Je een keer eenzaam voelen is geen probleem, maar als eenzaamheid langer aanhoudt, kan dit zich uiten in gevoelens van niet verbonden zijn, niet gezien worden, of niet begrepen worden. Langdurige eenzaamheid kan diverse mentale klachten met zich meebrengen, zoals onzekerheid, stress en somberheid. Ook kunnen lichamelijke klachten ontstaan. In de gemeente Maashorst voelt 21% van de jeugdigen zich weleens eenzaam (Gezondheidsmonitor, 2023).
Eenzaamheid kan worden voorkomen door preventieve inzet. Voorbeelden hiervan zijn lid worden van een vereniging, het organiseren van activiteiten, buurtbijeenkomsten, maatjesprojecten, of lotgenotencontact. Andere voorbeelden van een aanpak tegen eenzaamheid zijn: voorlichting voor scholen, trainingen, of het stimuleren van contact tussen jeugdigen. 45 % Van de ouders/ opvoeders geven in een lokale online enquête aan dat het stimuleren van contact tussen jeugdigen onderling het meest helpend is voor het aanpakken van eenzaamheid. Jongeren geven aan dat de aanpak soms heel klein hoef te zijn. Denk bijvoorbeeld aan een luisterend oor of het organiseren van ontmoetingen. Daar gaan we vanuit het preventief jeugdbeleid wat mee doen.
Wat willen we bereiken:
In 2028 is er een dalende lijn te zien in de eenzaamheid onder jeugdigen door de inzet van extra preventieve interventies en het versterken van de samenwerking tussen verschillende partijen.
Wat gaan we ervoor doen:
- –
Vanaf 2025 zijn er tweewekelijks sociale activiteiten door de inzet van kinder- en jongerenwerk van Compass zodat jeugdigen, elkaar laagdrempelig kunnen ontmoeten.
- –
Het jongerenwerk van Compass biedt laagdrempelige ondersteuning aan jeugdigen die zich eenzaam voelen door de inzet van de interventie Join Us.
* Join Us heeft een preventief programma ontwikkeld dat aantoonbaar eenzaamheid bij jeugdigen vermindert.
- –
Vanaf 2025 is er een maatjesproject uitgevoerd door Humanitas zoals Jeugdsupport voor jeugdigen in de leeftijd van 8 tot 23 jaar die te maken hebben met mentale uitdagingen, eenzaamheid of moeite hebben met het leggen van sociaal contact of zelfredzaamheid.
Mentale weerbaarheid
Aanleiding:
Jeugdigen en ouders die weerbaar zijn, kunnen hun grenzen goed aangeven. Ze durven voor zichzelf op te komen en ook om hulp te vragen. Mentale weerbaarheid is het vermogen om, om te gaan met uitdagingen, stress en druk. Het ontstaan van mentale weerbaarheid heeft te maken met opvoeding, persoonlijke eigenschappen zoals karakter, en ervaringen (Movisie 2022). De leefwereld van jeugdigen speelt zich niet alleen af in de fysieke omgeving, maar ook online.
In de gemeente Maashorst herstelt 73% van de jongeren (in de tweede en vierde klas van het voortgezet onderwijs) na een moeilijke periode zich meestal weer snel en geeft 90% aan zich voldoende weerbaar te voelen (Gezondheidsmonitor, 2023).
Wanneer jeugdigen zich niet mentaal weerbaar voelen, kan dit zich uiten in onzekerheid, weinig zin hebben in school, somberheid, paniekerig gedrag, weinig zelfvertrouwen en een laag zelfbeeld. Deze eigenschappen zijn risicofactoren voor het ontstaan van problemen op latere leeftijd.
Deze risicofactoren kunnen uitmonden van lichte problemen tot bijvoorbeeld suïcide. Gemeenten zijn vanaf 2024, volgens de wet Integrale Suïcide Preventie, verplicht een lokaal beleid te ontwikkelen om suïcide te voorkomen. De uitwerking voor jeugd vindt plaats binnen het onderdeel mentale weerbaarheid. De uitwerking van suïcidepreventie voor volwassene valt onder het gezondheidsbeleid.
In de gemeente Maashorst kampt 18% van de jeugdigen met psychische klachten (Gezondheidsmonitor, 2021). Deze klachten lopen uiteen van licht tot zwaar. Daarnaast blijkt dat de invloed van ouders/opvoeders op de opvoeding en de mate waarin zij zich gesteund voelen, effect heeft op het welzijn van de jeugdigen. In Maashorst ervaart 31% van de ouders /opvoeders bovengemiddeld veel stress bij de opvoeding (Gezondheidsmonitor, 2023). Ook geven ouders/opvoeders vanuit de lokale enquête aan uitdagingen te ondervinden met betrekking tot het gebruik van sociale media en schermtijd.
Ondanks dat het met bij 80% van de jeugdige en 70% van de ouders op het gebied van mentale gezondheid goed gaat, helpt het om aandacht te geven aan de preventieve inzet van mentale weerbaarheid.
Wat willen we bereiken:
In 2028 zijn er extra interventies geïmplementeerd om de mentale weerbaarheid van ouders/opvoeders te vergroten, waardoor er een afname is van de ouders/opvoeders die stress ervaren bij de opvoeding.
In 2028 zijn er extra interventies geïmplementeerd en is de samenwerking versterkt rondom het aanbod van interventies voor mentale weerbaarheid voor jeugdigen, waardoor zij zich weerbaarder voelen en veerkrachtiger kunnen opgroeien.
Wat gaan we ervoor doen:
- –
Vanaf 2025 is er een doorgaande lijn in het trainingsaanbod voor ouders/opvoeders voor het versterken van opvoedvaardigheden door de inzet van de interventies: ‘Peuter in Zicht’, ‘Opvoeden enzo’ en ‘Omgaan met Pubers’ door de GGD Hart voor Brabant.
- –
Vanaf 2025 is er een doorgaande lijn in het trainingsaanbod voor jeugdigen voor het versterken van hun mentale weerbaarheid door de inzet van sociale weerbaarheidstrainingen vanuit Ypse.
- –
Vanaf 2025 voert Buurtgezinnen het programma Buurtgezinnen uit zodat gezinnen die steun kunnen gebruiken gekoppeld worden aan een stabiel gezin in de buurt.
- –
Vanaf 2025 blijven we doorgaan met de STORM aanpak vanuit de landelijke agenda suïcide-aanpak 2021 – 2025 ‘Samen Minder Suïcide) en vergroten we de bekendheid daarvan onder lokale partners.
*STORM is een preventie-aanpak gericht op jeugdigen op middelbare scholen. Alle leerlingen worden in hun tweede en vierde leerjaar bij een jeugdverpleegkundige gescreend op psychische klachten, zoals depressie en suïcidaliteit. Mentoren en zorgcoördinatoren worden getraind in het oppikken en bespreekbaar maken van verontrustende signalen. Jeugdigen met ernstige klachten krijgen direct hulp. Aan mentaal kwetsbare jeugdigen en hun ouders/ opvoeders, worden speciale trainingen aangeboden.
- –
Vanaf 2025 zijn er tweewekelijks sociale activiteiten door de inzet van kinder- en jongerenwerk van Compass voor kinderen en jeugdigen, om elkaar laagdrempelig te kunnen ontmoeten waarbij ruimte is voor signalen van eenzaamheid en mentale weerbaarheid op te pikken en bespreekbaar te maken.
- –
Vanaf 2025 bevorderen we de kennis en het bewustzijn over de risico’s en gevolgen van mentale problemen (en signalen van suïcide) bij lokale professionals en het onderwijs volgens de landelijke agenda suïcide-aanpak 2021-2025 ‘Samen Minder Suïcide’.
- –
Vanaf 2025 voert Humanitas het programma Home Start uit zodat ouders/opvoeders laagdrempelig en preventief hun opvoedvaardigheden en sociale netwerk kunnen vergroten door de inzet van een vrijwilliger
- –
Vanaf 2025 wordt er gestart met het online jongeren- en kinderwerk in de gemeente Maashorst.
*Bij online jongerenwerk gebruiken jongerenwerkers online platforms zoals Instagram, WhatsApp en Snapchat om dezelfde werkzaamheden uit te voeren en dezelfde doelen na te streven als met het reguliere jongerenwerk.
- –
Vanaf 2026 is er 1 keer per jaar een voorlichting voor ouders/opvoeders over de kansen en risico’s van sociale media door het kinder- en jongerenwerk van Compass.
Middelengebruik
Aanleiding: Met middelengebruik bedoelen we het gebruik van alcohol, tabak/vapen en drugs. Het is normaal dat jeugdigen hiermee experimenteren. Het wordt echter gevaarlijk als ze daardoor niet meer goed functioneren of zelfs verslaafd raken. Voordat middelengebruik een probleem wordt, kan de gemeente diverse preventieve interventies inzetten, zoals voorlichtingen voor ouders /opvoeders, of op scholen, interactieve games of inzet van rolmodellen. Uit de cijfers blijkt dat de hoeveelheid middelengebruik in de gemeente Maashorst overeenkomt met die in de rest van de regio Noordoost-Brabant. In Maashorst rookt 4% van de scholieren (in de tweede en vierde klas van het voortgezet onderwijs) wekelijks een sigaret. In 2023 heeft 28% van de jeugdigen (in de tweede en vierde klas) in Maashorst ooit alcohol gedronken, terwijl dit in 2021 nog 37% was (Gezondheidsmonitor, 2023).
Ondanks dat lokale cijfers overeenkomen met het regionale beeld, zijn er wel signalen dat het middelengebruik extra aandacht behoeft. Het valt op dat er onvoldoende integrale samenwerking is, waardoor rolonduidelijkheid ontstaat. Er worden wel preventieve programma’s en interventies ingezet, maar de effectiviteit van deze interventies is niet altijd meetbaar. Daarnaast geven jeugdigen zelf aan dat de interventies niet altijd effectief zijn. Sommige interventies worden als overdreven of ‘zwaar’ ervaren. Zowel jeugdige als ouders geven vanuit de het participatieproces aan dat de inzet van rolmodellen helpend zou kunnen zijn. Middelengebruik is een thema dat over diverse domeinen heen gaat. Er kan veel preventief worden ingezet, maar er moet ook aandacht zijn voor de handhaving van wet- en regelgeving en de veiligheidsaspecten. De aanpak van middelengebruik wordt daarom niet alleen in het Preventief jeugdbeleid omschreven, maar is in samenspraak met het gezondheidsbeleid en het integraal veiligheidsplan ontwikkeld. Onderstaande doelstellingen beperken zich tot enkele onderdelen van de aanpak op middelengebruik.
Wat willen we bereiken:
In 2028 gebruiken jeugdigen in de gemeente Maashorst minder alcohol, drugs en tabak waarbij volgens de pijlers educatie, signalering, handhaving en omgeving een integrale aanpak ontstaat.
Wat gaan we er voor doen:
- –
Vanaf 2025 onderzoeken we de mogelijkheden van het programma ‘Helder op School voor het Primair en Speciaal Onderwijs.
- –
Vanaf 2025 vergroten we de bekendheid van de campagnes van Skip die Trip in de gemeente Maashorst.
* Skip die Trip is een programma vanuit diverse gemeente uit de regio Noordoost Brabant, de politieregio Oost-Brabant, de GGD Hart voor Brabant Zuidoost en Novadic Kentron om de normverschuiving van drugsgebruik aan te pakken.
- –
Vanaf 2026 kunnen ouders/opvoeders drie keer per jaar gebruikmaken van laagdrempelige voorlichting over handvatten rondom middelengebruik
- –
Vanaf 2026 vergroten we de kennis en het bewustzijn over de risico’s en gevolgen van middelengebruik bij lokale professionals en in het voortgezet onderwijs door de implementatie van het programma ‘Helder op School’.
*Helder op School is een meerjarig, Evidence Based programma uitgegeven door het Trimbos-instituut. Het programma behandelt thema’s rondom alcohol, roken en drugs. De vier pijlers van het programma omvatten beleid en regelgeving, signaleren en begeleiden, ouderparticipatie en lessen voor leerlingen.
- –
In 2028 is er een integrale aanpak met betrekking tot de aanpak van middelengebruik uitgevoerd door preventiepartners in de gemeente Maashorst.
Hoofdstuk 10. Evaluatie
De aankomende jaren gaan we flink inzetten op preventie op diverse gebieden binnen de gemeente. De kracht van preventie ligt in de combinatie van maatregelen. Eén enkele preventieve maatregel heeft vaak weinig effect, maar door een combinatie van maatregelen, en het bereiken van een grote doelgroep, kan het een groter maatschappelijk effect hebben (NJI, 2019). Bovendien kan het kostenbesparend zijn, omdat minder jeugdigen en opvoeders intensievere zorg nodig hebben.
Toch zijn niet alle effecten van het preventieve aanbod één-op-één meetbaar. Daarom is het belangrijk om een goede mix te creëren van kwantitatieve en kwalitatieve resultaten. Het belangrijkste van het meten van de resultaten is dat het bijdraagt aan de verbetering van de lokale gemeenschap. Het meten van de uitkomsten is niet alleen een manier van verantwoorden, maar moet ook een gezamenlijk verbeterproces en verantwoordelijkheid in gang zetten.
De evaluatie van het Preventief jeugdbeleid vindt één keer in de twee jaar op twee manieren plaats:
Kwantitatieve evaluatie:
We meten op basis van data de doelstellingen in het Preventief jeugdbeleid, dat doen we door:
- –
Het aantal beschikkingen dat per jaar op basis van de Jeugdwet wordt afgegeven (geanonimiseerd in kaart te brengen);
- –
Het aantal jeugdigen/ouders/opvoeders dat gebruik maakt van een preventieve voorziening in kaart te brengen;
- –
De beschikbare data vanuit de Gezondheidsmonitor te vergelijken met de thema gerelateerde doelstellingen.
Kwalitatieve evaluatie:
Cijfers en data zeggen niet alleen of het beschreven beleid effectief is geweest. De talloze activiteiten en interventies zullen worden uitgevoerd door diverse lokale partners. Zij beschikken over veel expertise en lokale kennis over hoe het gaat met opvoeders en jeugdigen in de gemeente.
Voor de evaluatie verwachten we van partners dat zij zowel kwalitatieve als kwantitatieve gegevens bijhouden. Jaarlijks leggen zij verantwoording af over de preventieve activiteiten aan de hand van de volgende punten:
- –
Het aantal jeugdigen/ouders/opvoeders dat er aan de heeft activiteit deelgenomen;
- –
Welk effect de activiteit voor de jeugdigen/ouders/opvoeders heeft gehad (is er een verbetering ten opzichte van de desbetreffende problematiek);
- –
Hoe de integraliteit en samenhang onder partners is versterkt door de activiteit;
- –
Welke verbetering er zijn ten aanzien van de activiteit.
Ten slotte zullen er gedurende de beleidsperiode ook gesprekken plaatsvinden met jeugdigen tijdens sport-, spel- en eetmomenten. Door al deze uitgangspunten als onderdeel van de evaluatie te gebruiken, ontstaat er een resultaat dat is gebaseerd op data, kennis, ervaring en expertise. De behaalde resultaten en aanbevelingen kunnen gedurende de beleidsperiode worden vertaald naar nieuwe actiepunten.
Hoofdstuk 11. Lokale agenda Preventief jeugdbeleid
Samen met partners werken we de komende periode aan een intensiever partnerschap met stakeholders vanuit het Preventief jeugdbeleid. We ontwikkelen een samenhangende aanpak voor voorlichting en groepsactiviteiten die elkaar versterken. Dit kan helpen om meer impact te maken voor jeugdigen en ouders/ opvoeders. Deze samenhang vatten we samen in een lokale agenda.
Deze maken we zowel fysiek als online beschikbaar. Op die manier is het voor jeugdigen, ouders/ opvoeders en professionals duidelijk wat we in de gemeente Maashorst op het gebied van preventie voor jeugdigen doen.
Door de samenwerking te versterken, bouwen we samen aan een sterke pedagogische basis en een gemeenschap die effectiever reageert op de eerste signalen. Hierdoor kunnen we de druk op jeugdhulp dempen en beschermende factoren bij jeugdige, ouders en opvoeders vergroten.
Hoofdstuk 11. Financiën
De uitvoering van het preventief jeugdbeleid valt onder programma 6 Sociaal Domein, taakveld 6.1 Samenkracht en burgerparticipatie. Het beleid kan uitgevoerd worden binnen de beschikbare structurele middelen voor preventief jeugdbeleid. In onderstaande overzicht is de begroting weergegeven van het preventief jeugdbeleid. In de begroting worden de financiële effecten van de nieuwe, gewijzigde of aanvullende inzet per onderwerp gepresenteerd.
Naast bovenstaande middelen, zijn in de structurele begroting van Maashorst ook middelen opgenomen voor de inzet onze strategische partners zoals Compass, Ons Welzijn, GGD. Het voorliggend beleid houdt de inzet van deze partners in stand, maar verlegd op onderdelen wel de focus. Deze budgetten zijn niet meegenomen in bovenstaande begroting, maar dragen nadrukkelijk wel bij aan de totstandkoming van het beleid.
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl