Financiële verordening gemeenschappelijke regeling 1Stroom 2024

Geldend van 24-12-2024 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2024

Intitulé

Financiële verordening gemeenschappelijke regeling 1Stroom 2024

Het Algemeen Bestuur van gemeenschappelijke regeling 1Stroom;

gelezen het voorstel van het dagelijks bestuur van;

gelet op artikel 212 van de Gemeentewet en artikel 21 van de gemeenschappelijke regeling 1Stroom.

besluit vast te stellen:

Financiële verordening gemeenschappelijke regeling 1Stroom 2024

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

Artikel 1. Begripsbepaling

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • 1Stroom: het openbaar lichaam als bedoeld in artikel 2 van de GR 1Stroom (hierna genoemd: ‘1Stroom’);

  • administratie: het systematisch verzamelen, vastleggen, verwerken en verstrekken van informatie ten behoeve van het besturen, functioneren en beheersen van de organisatie van de gemeente Duiven en Westervoort en de verantwoording die daarover moet worden afgelegd;

  • administratieve organisatie: het stelsel van organisatorische maatregelen gericht op het tot stand brengen en het in stand houden van de goede werking van de bestuurlijke en ambtelijke informatieverzorging ten behoeve van de verantwoordelijke leiding.

  • doelmatigheid: de mate waarin de gewenste prestaties en beoogde maatschappelijke effecten worden gerealiseerd met een zo beperkt mogelijke inzet van middelen, of met de beschikbare middelen zo veel mogelijk resultaat wordt bereikt;

  • doeltreffendheid: de mate waarin de gewenste prestaties en beoogde maatschappelijke effecten van het beleid daadwerkelijk worden behaald;

  • financieel beheer: het uitoefenen van bestuur over en toezicht op het beheer van middelen en het uitoefenen van rechten van 1Stroom;

  • inkomsten: totaal van de baten voor toevoegingen en onttrekkingen van reserves;

  • overheidsbedrijf: onderneming met privaatrechtelijke rechtspersoonlijkheid, niet zijnde een personenvennootschap met rechtspersoonlijkheid, waarin de gemeente, al dan niet tezamen met een of meer andere publiekrechtelijke rechtspersonen, in staat is het beleid te bepalen of een onderneming in de vorm van een personenvennootschap, waarin een publiekrechtelijke rechtspersoon deelneemt.

  • rechtmatigheid: het in overeenstemming zijn met geldende wet- en regelgeving;

  • rechtmatigheidsverantwoording: de rapportage van burgemeester en wethouders waarbij aangegeven wordt in welke mate de totstandkoming van de financiële beheershandelingen en de vastlegging daarvan overeenstemmen met de relevante wet- en regelgeving.

Hoofdstuk 2. Begroting en verantwoording

Artikel 2. Programma-indeling

  • 1. Het algemeen bestuur stelt de programma-indeling van de programmabegroting vast.

Artikel 3. Inrichting begroting en jaarstukken

  • 1. Bij de begroting en de jaarstukken worden onder elk van de programma’s, het totaal van de baten en lasten per programma weergegeven.

  • 2. Bij de uiteenzetting van (de financiële positie in) de begroting wordt van de nieuwe investeringen per investering het benodigde investeringskrediet weergegeven.

  • 3. In de jaarrekening wordt van de investeringen de uitputting van de geautoriseerde investeringskredieten en de actuele raming van de totale uitgaven en inkomsten weergegeven.

  • 4. De begroting en het jaarverslag van 1Stroom bevatten de bedrijfsvoeringsbudgetten (waaronder loonkosten, overige personeelskosten, huisvesting, ICT en overige bedrijfsvoeringskosten. Deze lasten zijn een onderdeel van het programma dienstverlening.

  • 5. De baten van dit programma zijn de bijdragen van de gemeenten Westervoort en Duiven en mogelijk derde opdrachtgevers.

  • 6. De indeling van de jaarstukken volgt de indeling van de begroting van het betreffende jaar.

  • 7. Incidentele baten en lasten groter dan € 10.000,- worden afzonderlijk gespecificeerd in het bij de begroting en jaarrekening opgenomen overzicht incidentele baten en lasten.

Artikel 4. Kaders begroting

  • 1. Het dagelijks bestuur stelt, overeenkomstig artikel 22 van de gemeenschappelijke regeling 1Stroom, jaarlijks een ontwerpbegroting op en zendt deze aan de raden van de deelnemende gemeenten.

  • 2. De raden van de deelnemende gemeenten kunnen, overeenkomstig artikel 22 van de gemeenschappelijke regeling 1Stroom, bij het dagelijks bestuur hun zienswijze over de ontwerpbegroting naar voren brengen.

  • 3. Het algemeen bestuur stelt overeenkomstig artikel 22 van de gemeenschappelijke regeling 1Stroom de begroting vast.

Artikel 5. Autorisatie begroting en investeringskredieten

  • 1. Het algemeen bestuur autoriseert met het vaststellen van de begroting de baten en de lasten per programma.

  • 2. Standaard worden alle nieuwe investeringen geautoriseerd bij de vaststelling van de begroting.

  • 3. Bij de behandeling van de tussenrapportage in het algemeen bestuur bedoeld in artikel 6, lid 1, doet het dagelijks bestuur voorstellen voor het wijzigen van de geautoriseerde baten en lasten, het wijzigen van de geautoriseerde investeringskredieten en het bijstellen van het beleid.

  • 4. Voor een investering waarvan het investeringskrediet niet met het vaststellen van de begroting is geautoriseerd, legt het dagelijks bestuur voorafgaand aan het aangaan van verplichtingen een investeringsvoorstel met een voorstel voor het vaststellen van een investeringskrediet aan het algemeen bestuur voor.

Artikel 6. Tussentijdse rapportage

  • 1. Het dagelijks bestuur informeert minimaal 1 keer per jaar het algemeen bestuur door middel van een tussentijdse rapportage over de realisatie van de begroting over het lopende boekjaar.

  • 2. De tussenrapportage bevat een uiteenzetting over de uitvoering en het bijstellen van het beleid en een overzicht met de bijgestelde raming van:

    • a.

      de baten en de lasten per bedrijfsvoeringsbudget;

    • b.

      de (beoogde) toevoegingen en onttrekkingen aan reserves per bedrijfsvoeringsbudget;

    • c.

      het resultaat, volgend uit de onderdelen a en b.

  • 3. In de tussenrapportage worden afwijkingen op de oorspronkelijke ramingen van de baten en lasten van de bedrijfsvoeringsbudgetten en investeringskredieten opgenomen in programma’s in de begroting groter dan € 10.000 toegelicht.

Artikel 7. Jaarstukken

  • 1. Gelijktijdig met het aanbieden van de jaarstukken biedt het dagelijks bestuur het algemeen bestuur het voorstel aan over de bestemming van het jaarrekeningresultaat.

  • 2. Vooruitlopend op het bestemmingsvoorstel over het jaarrekeningresultaat kan het dagelijks bestuur het algemeen bestuur voorstellen om restantmiddelen op onderdelen van het rekeningresultaat over te hevelen naar het volgende begrotingsjaar.

Artikel 8. EMU-saldo

  • 1. Wanneer het Rijk de gemeenschappelijke regeling bericht dat alle decentrale overheden samen het collectieve aandeel van decentrale overheden in het EMU-tekort, bedoeld in artikel 3, zesde lid, van de Wet Houdbare overheidsfinanciën, hebben overschreden, informeert het Dagelijks Bestuur het Algemeen Bestuur of een aanpassing van de begroting nodig is. Als het Dagelijks Bestuur een aanpassing nodig acht, doet het Dagelijks Bestuur een voorstel voor het wijzigen van de begroting.

Hoofdstuk 3. Rechtmatigheidsverantwoording

Artikel 9. Verantwoordings- en rapportagegrens rechtmatigheidsverantwoording

  • 1. Het algemeen bestuur stelt vast op welke wijze zij door middel van de paragraaf bedrijfsvoering van de begroting en de jaarstukken, naast de verplichte onderdelen van deze paragraaf, wil worden geïnformeerd over rechtmatigheid.

  • 2. In de rechtmatigheidsverantwoording bij de jaarrekening rapporteert het dagelijks bestuur aan het algemeen bestuur over afwijkingen met een verantwoordingsgrens van 3% van de totale lasten van de gemeenschappelijke regeling, inclusief de dotaties aan de reserves.

  • 3. In de paragraaf bedrijfsvoering worden de geconstateerde afwijkingen (fouten of onduidelijkheden) groter dan € 10.000 nader toegelicht.

Artikel 10. Voorwaardencriterium

  • 1. Het voorwaardencriterium is het criterium van rechtmatigheid, dat betrekking heeft op de eisen die worden gesteld bij de uitvoering van de financiële beheershandelingen. De eisen/voorwaarden zijn afkomstig uit diverse wet- en regelgeving en hebben betrekking op aspecten als doelgroep, termijn, grondslag, administratieve bepalingen, normbedragen, bevoegdheden, bewijsstukken, recht, hoogte en duur.

  • 2. Het dagelijks bestuur biedt het algemeen bestuur jaarlijks uiterlijk op 31 december ter vaststelling een normenkader rechtmatigheid aan. Dit kader bestaat uit alle relevante (interne) wet- en regelgeving waaruit financiële beheershandelingen kunnen voortvloeien.

Artikel 11. Begrotingscriterium

  • 1. Het begrotingscriterium is een criterium van rechtmatigheid dat betrekking heeft op de grenzen van de baten en lasten in de door het algemeen bestuur geautoriseerde begroting van exploitatie en investeringskredieten en de hiermee samenhangende programma’s, waarbinnen de financiële beheershandelingen tot stand moeten zijn gekomen;

  • 2. De begrotingsrechtmatigheid wordt beoordeeld op het niveau waarop de begroting door het algemeen bestuur is geautoriseerd, zoals is opgenomen in artikel 5.

  • 3. Bij investeringsprojecten wordt de begrotingsrechtmatigheid beoordeeld op het niveau van het totaal gevoteerde kredietbedrag. Een overschrijding van het jaarbudget, passend binnen het totaal bedrag van het krediet, wordt daarmee als rechtmatig beschouwd.

  • 4. Uitgangspunt is dat iedere afwijking van de begroting als onrechtmatig wordt beschouwd. Afwijkingen worden als acceptabel aangemerkt in de volgende situaties:

    • a.

      Er is sprake van een overschrijding waarbij direct gerelateerde inkomsten de overschrijding compenseren.

    • b.

      De overschrijding is geautoriseerd door middel van de vaststelling van een tussentijdse rapportage.

  • 5. Begrotingsonrechtmatigheden die passen binnen het bestaande beleid van het algemeen bestuur, worden opgenomen in de rechtmatigheidsverantwoording (voor zover de verantwoordingsgrens voor afzonderlijke fouten of onduidelijkheden is overschreden), maar worden niet nader toegelicht in de paragraaf bedrijfsvoering.

  • 6. Overschrijdingen van baten en/of onderschrijdingen van lasten en baten zijn alleen onrechtmatig als die niet tijdig tot een begrotingswijziging hebben geleid of te laat aan de algemeen bestuur zijn gemeld. Voor de betreffende overschrijdingen en/of onderschrijdingen die zijn ontstaan in het begrotingsjaar, geldt dat het melden en toelichten in de jaarrekening als tijdig wordt gezien.

Artikel 12. Misbruik en oneigenlijk gebruik-criterium

  • 1. Het misbruik en oneigenlijk gebruik-criterium is het criterium van rechtmatigheid dat betrekking heeft op het voorkomen, detecteren en corrigeren van misbruik en oneigenlijk gebruik van overheidsgelden en gemeentelijke eigendommen bij financiële beheershandelingen.

  • 2. Het dagelijks bestuur zorgt voor de regels voor het voorkomen van misbruik en oneigenlijk gebruik van regelingen en eigendommen en legt deze regels vast.

Hoofdstuk 4. Financieel beleid

Artikel 13. Waardering en afschrijving vaste activa

  • 1. De volgende uitgangspunten worden gehanteerd:

    • a.

      Investeringen zijn uitgaven waarvan het nut zich over meerdere jaren uitstrekt

    • b.

      Het minimum bedrag van een investering bedraagt € 10.000

    • c.

      Investeringen worden geactiveerd tegen de verkrijgings- of de vervaardigingsprijs.

    • d.

      De kosten voor onderzoek en ontwikkeling worden in maximaal 5 jaar afgeschreven

    • e.

      Voor afschrijvingen wordt de lineaire afschrijvingsmethode gehanteerd en er wordt afgeschreven tot nihil.

    • f.

      Er wordt gestart met afschrijven en rente berekenen per 1 januari van het volgende jaar.

    • g.

      Voor renteberekening hanteren we het omslagpercentage.

  • 2. Afschrijvingstermijnen:

  • Gebouwen

     

    Nieuwbouw

     

    40 jaar

     
     

    Renovatie, restauratie en verbouwingen

     

    25 jaar

     
     

    Semi permanent

     

    20 jaar

     
     

    Toegangsbeveiliging

     

    10 jaar

    Meubilair

     

    Bureaustoelen

     

    10 jaar

     
     

    Smartboards, beamers ,TV, presentatieschermen

    10 jaar

     
     

    Overig meubilair/inventaris

     

    15 jaar

    ICT

     

    hardware

     

    4 jaar

     
     

    software

     

    7 jaar

    Vervoermiddelen

     

    Vrachtwagen

     

    7 jaar

     
     

    Trekker

     

    7 jaar

     
     

    Schaftwagen

     

    10 jaar

     
     

    Klepelmaaier

     

    6 jaar

     
     

    Overige vervoermiddelen

     

    8 jaar

    Overig

     

    Mobiele telefoons

     

    3 jaar

  • 3. In incidentele gevallen is afwijking van de afschrijvingstermijnen zoals beschreven in lid 2 van dit artikel mogelijk, mits gemotiveerd.

Artikel 14. Reserves en voorzieningen

  • 1. Reserves en voorzieningen kunnen overeenkomstig richtlijnen van het algemeen bestuur worden gevormd en zullen in voorkomende situaties via de begroting of begrotingswijzigingen worden ingediend.

Artikel 15. Voorziening voor oninbare vorderingen

  • 1. Voor de vorderingen op verbonden partijen en derden wordt een voorziening wegens oninbaarheid gevormd op basis van een individuele beoordeling op inbaarheid van de openstaande vorderingen.

Artikel 16. Kostprijsberekening

  • 1. Voor het bepalen van de geraamde kostprijs van goederen, werken en diensten die worden geleverd aan overheidsbedrijven en derden, wordt een systeem van kostentoerekening gehanteerd.

Artikel 17. Prijzen economische activiteiten

  • 1. Voor het bepalen van de geraamde prijzen van economische activiteiten wordt door 1Stroom aan overheidsbedrijven en derden ten minste de geraamde integrale kostprijs in rekening gebracht. Economische activiteiten zijn leveringen van goederen, diensten of werken waarbij 1Stroom in concurrentie treedt met andere ondernemingen.

  • 2. Bij afwijking van het eerste lid vanwege een publiek belang doet het dagelijks bestuur vooraf voor elk van deze activiteiten afzonderlijk een voorstel voor een besluit van het Algemeen bestuur, waarin het publiek belang van de activiteiten wordt gemotiveerd.

  • 3. Besluiten van het algemeen bestuur met de motivering van het publiek belang als bedoeld in het vorige lid zijn niet nodig als minder dan de integrale kostprijs in rekening wordt gebracht en er sprake is van een van de uitzonderingen zoals genoemd in artikel 25h van de Mededingingswet.

Artikel 18. Financieringsfunctie

  • 1. Het dagelijks bestuur neemt bij het uitzetten en het aantrekken van middelen de kaders in acht die vermeld staan in het treasurystatuut.

Hoofdstuk 5. Paragrafen

Artikel 19. Paragrafen

  • 1. Bij de begroting en de jaarstukken neemt het dagelijks bestuur de volgende paragrafen op:

    • a.

      financiering;

    • b.

      weerstandsvermogen en risicobeheersing;

    • c.

      bedrijfsvoering;

    • d.

      openbaarheidsparagraaf.

  • 2. Het dagelijks bestuur zorgt ervoor dat bij de uitwerking van de paragrafen minimaal aan de wettelijke eisen wordt voldaan.

  • 3. In de paragraaf bedrijfsvoering bij de begroting en de jaarstukken neemt het dagelijks bestuur naast de verplichte onderdelen op grond van artikel 14 van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten in ieder geval de toelichting op de rechtmatigheidsverantwoording op. In de toelichting op de rechtmatigheidsverantwoording worden alle fouten en onduidelijkheden vermeld die uitgaan boven een bedrag van € 10.000.

Hoofdstuk 6. Financiële organisatie en financieel beheer

Artikel 20. Administratie

De administratie is zodanig van opzet en werking, dat zij in ieder geval dienstbaar is voor:

  • a.

    het sturen en het beheersen van activiteiten en processen in 1Stroom;

  • b.

    het verstrekken van informatie over ontwikkelingen in de omvang van de vaste activa, voorraden, vorderingen, schulden en contracten;

  • c.

    het verschaffen van informatie over uitputting van de toegekende budgetten en investeringskredieten en voor het maken van kostencalculaties;

  • d.

    het verschaffen van informatie over indicatoren met betrekking tot de productie van goederen en diensten en de maatschappelijke effecten van het beleid van 1Stroom en het gemeentelijke beleid van de deelnemende gemeenten;

  • e.

    het afleggen van verantwoording over de rechtmatigheid, de doelmatigheid en de doeltreffendheid van het gevoerde bestuur in relatie tot de gestelde beleidsdoelen, de begroting en relevante wet- en regelgeving; en

  • f.

    de controle van de registratie van gegevens als zodanig en van de daaraan ontleende informatie, alsmede voor de controle op de rechtmatigheid, de doelmatigheid en de doeltreffendheid van het gevoerde bestuur in relatie tot de gestelde beleidsdoelen, de begroting en relevante wet- en regelgeving.

Artikel 21. Financiële organisatie

Het dagelijks bestuur draagt zorgt voor:

  • a.

    een eenduidige indeling van 1Stroom en een eenduidig toewijzing van de taken aan de diverse programma’s en teams;

  • b.

    een adequate scheiding van taken, functies, bevoegdheden, verantwoordelijkheden;

  • c.

    de verlening van mandaten en volmachten voor het aangaan van verplichtingen ten laste van de toegekende budgetten en investeringskredieten;

  • d.

    de interne regels voor taken en bevoegdheden, de verantwoordingsrelaties en de bijbehorende informatievoorziening van de financieringsfunctie;

  • e.

    de te maken afspraken met organisatorische eenheden over de te leveren prestaties, de daarvoor beschikbare middelen en de wijze en frequentie van rapportage over de voortgang van de activiteiten en uitputting van middelen;

  • f.

    de kostenverdeelsleutels voor het eenduidig toewijzen van baten en lasten aan de taakvelden;

  • g.

    het beleid en de interne regels voor de inkoop en de aanbesteding van goederen, werken en diensten, en

  • h.

    het beleid en de interne regels voor het voorkomen van misbruik en oneigenlijk gebruik van gemeentelijke regelingen en eigendommen, opdat aan de eisen van rechtmatigheid, controle en verantwoording wordt voldaan.

Artikel 22. Interne controle

  • 1. Het dagelijks bestuur zorgt voor de jaarlijkse interne toetsing van de getrouwheid van de informatieverstrekking en de rechtmatigheid van de beheershandelingen. Bij afwijkingen rapporteert het dagelijks bestuur daarover in de rechtmatigheidsverantwoording. Daarnaast informeert het dagelijks bestuur de raad over genomen maatregelen tot herstel van de tekortkomingen.

  • 2. Het dagelijks bestuur zorgt voor de systematische controle van de registratie en de ontwikkeling van de bezittingen en het financieel vermogen van de gemeenschappelijke regeling met dien verstande dat de waardepapieren, de voorraden, de uitstaande leningen, de debiteurenvorderingen, de liquiditeiten, de opgenomen leningen, de kortlopende schulden en de vorderingen van crediteuren jaarlijks worden gecontroleerd en registergoederen en bedrijfsmiddelen periodiek worden gecontroleerd. Bij afwijkingen in de registratie neemt het dagelijks bestuur maatregelen voor herstel van de tekortkomingen.

Artikel 23. Passeerbevoegdheid controller

  • 1. De controller is bevoegd om, met medeweten van het dagelijks bestuur, het algemeen bestuur rechtstreeks te informeren en te adviseren bij een blijvend verschil van inzicht met het dagelijks bestuur en bij zwaarwegende aangelegenheden.

Hoofdstuk 7. Slotbepalingen

Artikel 24 Intrekken oude verordening en overgangsrecht

  • 1. De Financiële verordening 1Stroom 2021 wordt ingetrokken, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de jaarrekening en het jaarverslag en bijbehorende stukken van het begrotingsjaar 2023.

Artikel 25. Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1. Deze verordening treedt met terugwerkende kracht in werking op 1 januari 2024.

  • 2. Deze verordening wordt aangehaald als “Financiële verordening 1Stroom 2024”.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van het algemeen bestuur van 1Stroom d.d.

secretaris

voorzitter