Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR731060
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR731060/1
Verordening op de heffing en de invordering van reinigingsrechten 2025
Geldend van 01-01-2025 t/m heden
Intitulé
Verordening op de heffing en de invordering van reinigingsrechten 2025De raad van de gemeente Tynaarlo;
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 12 november 2024
gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet;
B E S L U I T
vast te stellen de volgende verordening:
verordening op de heffing en de invordering van reinigingsrechten 2025
Artikel 1Definities
In deze verordening wordt verstaan onder:
a. Inzamelvoorziening: een voor een perceel of groep van percelen voor de inzameling van afvalstoffen van gemeentewege aangewezen voorziening;
b. pashouder: degene aan wie een pas ter beschikking is gesteld dat toegang geeft tot de inzamelvoorziening;
c. grof huishoudelijk afval: afvalstoffen, die door aard, omvang of hoeveelheid niet via de inzamelvoorziening worden ingezameld.
Artikel 2Belastbaar feit
Onder de naam 'reinigingsrechten' worden rechten geheven zowel voor het genot van door het gemeentebestuur verstrekte diensten als voor het gebruik van voor de openbare dienst bestemde gemeentebezittingen, werken of inrichtingen die bij de gemeente in beheer of in onderhoud zijn.
Artikel 3Belastingplicht
De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.
Artikel 4Maatstaf van heffing en belastingtarief
1. De rechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.
2. Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.
Artikel 5Belastingjaar
Met betrekking tot de rechten die per kwartaal worden geheven is het belastingtijdvak gelijk aan een kalenderkwartaal.
Artikel 6Wijze van heffing
1. De rechten worden geheven bij wege van aanslag, met dien verstande dat per belastbaar feit een afzonderlijke aanslag kan worden opgelegd.
2. In afwijking van het eerste lid geldt, dat de belasting bedoeld in hoofdstuk 3 van de bij deze verordening behorende tarieventabel kan worden geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur.
Artikel 7Ontstaan van de belastingschuld
De rechten zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening of bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen.
Artikel 8Termijnen van betaling
1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen worden betaald uiterlijk op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld.
2. In afwijking in zoverre van het eerste lid geldt, in geval het totaalbedrag van de op een aanslagbiljet verenigde aanslagen, of als het aanslagbiljet maar één aanslag bevat het bedrag daarvan, meer is dan € 50,- en zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen worden betaald in twee gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt op de laatste dag volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en de volgende een maand later.
3. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet moeten de reinigingsrechten worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6, tweede lid:
a. mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;
b. schriftelijk wordt gedaan, op het moment van het uitreiken van de kennisgeving, dan wel ingeval van toezending daarvan, binnen 14 dagen na de dagtekening van de kennisgeving.
4. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in de voorgaande leden gestelde termijnen.
5. Belastingbedragen van minder dan € 10,00 per aanslag worden niet geheven.
Artikel 9Overgangsrecht
De ‘Verordening reinigingsrechten 2024’ van 19 december 2024, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 10, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
Artikel 10Inwerkingtreding
1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de tweede dag na die van bekendmaking.
2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2025.
Artikel 11Citeertitel
Deze verordening wordt aangehaald als: ‘Verordening reinigingsrechten 2025’.
Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 17 december 2024
drs. M.J.F.J. Thijsen, voorzitter
R.J. Puite griffier
Ondertekening
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl