Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR730391
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR730391/1
Verordening Participatieraad Sociaal Domein Stadskanaal 2024
Geldend van 01-01-2025 t/m heden
Intitulé
Verordening Participatieraad Sociaal Domein Stadskanaal 2024De raad van de gemeente Stadskanaal;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 22 november 2024, nr. Z-23-119676/D/24/347983;
b e s l u i t :
gelet op:
- •
artikel 84 en artikel 150 van de Gemeentewet;
- •
artikel 47 van de Participatiewet;
- •
artikel 42 van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ);
- •
artikel 42 van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW);
- •
artikel 2.1.3., lid 3 van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo 2015) en
- •
artikel 2.10 van de Jeugdwet;
overwegende dat de raad bij verordening regels dient vast te stellen waarop ingezetenen of hun vertegenwoordigers betrokken worden bij de uitvoering van voornoemde wetten en dat met de integrale advisering door vertegenwoordigers van de ingezetenen in één Participatieraad Sociaal Domein, op integrale en gestructureerde wijze meerwaarde wordt gerealiseerd van de kwaliteit van de uitvoering van voornoemde wetgeving, gericht op volwaardig burgerschap;
b e s l u i t:
vast te stellen de volgende "Verordening Participatieraad Sociaal Domein Stadskanaal 2024"
Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
- 1.
sociaal domein: het geheel van regelingen met betrekking tot de Participatiewet, IOAW, IOAZ, Wmo 2015 en de Jeugdwet;
- 2.
Participatieraad Sociaal Domein Stadskanaal: een door het college ingestelde onafhankelijke adviescommissie krachtens artikel 84 van de Gemeentewet, verder te noemen ‘Participatieraad’;
- 3.
college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Stadskanaal;
- 4.
wet: Participatiewet, IOAZ, IOAW, Wmo 2015 en Jeugdwet;
- 5.
belanghebbende: ingezetene van 18 jaar of ouder van de gemeente Stadskanaal die:
- a)
een uitkering ontvangt van de gemeente Stadskanaal op grond van de Participatiewet, IOAZ en IOAW;
- b)
betrokken is bij een van de volgende doelgroepen:
- -
mensen met een lichamelijke handicap;
- -
mensen met een verstandelijke handicap;
- -
geestelijke gezondheidszorg/maatschappelijk opvang;
- -
jeugd en gezin;
- -
ouderen;
- -
minima;
- -
mantelzorgers/vrijwilligers;
- -
- a)
- 6.
volwaardig burgerschap : burgers die (naar vermogen) participeren in de samenleving;
- 7.
het beleid: de vorming, uitvoering en evaluatie van het beleid aangaande de wet;
- 8.
bestuurlijk overleg: een overleg op uitnodiging van de Participatieraad met één of meerdere leden van het college;
- 9.
vergadering: een vergadering van de Participatieraad zonder aanwezigheid van één of meerder leden van het college.
Artikel 2 Rechtsvorm
De Participatieraad is een commissie als bedoeld in artikel 84 van de Gemeentewet.
Artikel 3 Doelstelling
De Participatieraad heeft als doel belanghebbenden of hun vertegenwoordigers door integrale en gestructureerde vertegenwoordiging te betrekken bij de uitvoering van de wet opdat meerwaarde wordt gerealiseerd van de kwaliteit van de uitvoering van de wet, gericht op de realisatie van volwaardig burgerschap. Zij geeft gelet op het doel van de wet gevraagd en ongevraagd advies over de gemeentelijke beleidsvorming, beleidsuitvoering en beleidsevaluatie van het sociaal domein. De Participatieraad beoordeelt het voorgestelde beleid van de raad en het college vanuit het perspectief van de burger.
Hoofdstuk 2 Taken en bevoegdheden
Artikel 4 Taken van het college
- 1.
Het college bepaalt het moment waarop de Participatieraad betrokken wordt. Uitgangspunt daarbij is dat de Participatieraad zo vroeg mogelijk in het proces betrokken wordt voor het aanleveren van een advies, in elk geval op een zodanig tijdstip dat er een gedegen advies te formuleren is, waarbij geldt dat een termijn van zes weken in elk geval voldoende is.
- 2.
Op verzoek van de Participatieraad kan het college de adviestermijn als bedoeld in het eerste lid verlengen.
- 3.
Indien naar het oordeel van het college advisering vooraf zal leiden tot een ongewenste vertraging in de dienstverlening aan belanghebbenden, zal de Participatieraad achteraf om advies worden gevraagd.
- 4.
Het college verstrekt de Participatieraad tijdig alle informatie die nodig is voor een goede uitoefening van haar taken.
- 5.
Voor besluiten die onder de beslissingsbevoegdheid vallen van de gemeenteraad, adviseert de Participatieraad op een dusdanig moment dat het college het advies in het voorstel aan de gemeenteraad kan verwerken. Het college draagt er zorg voor dat het advies en reactienota samen met het raadsvoorstel naar de gemeenteraad wordt verzonden.
- 6.
Het college motiveert schriftelijk de keuze voor het wel of niet overnemen van een gevraagd of ongevraagd advies en koppelt dat terug aan de Participatieraad uiterlijk 12 weken na het ontvangst van het advies.
Artikel 5 Taken en bevoegdheden van de Participatieraad
- 1.
De leden van de Participatieraad vertegenwoordigen in gezamenlijkheid de belangen van belanghebbenden bij de uitvoering van de wet en hebben tot taak het gevraagd en ongevraagd adviseren van het college over het beleid, voor zover het niet gaat om individuele situaties en bedrijfsvoering anders dan vastgelegde procedures en regelingen.
- 2.
De gevraagde en ongevraagde adviezen van de Participatieraad aan het college worden gegeven in overeenstemming met de mening van de meerderheid van de leden.
- 3.
De Participatieraad kan alleen een gevraagd of ongevraagd advies uitbrengen over de uitvoering van de wet, indien meer dan de helft van de zittende leden aanwezig is.
- 4.
De Participatieraad bevordert het overleg en samenwerking met bestaande adviesorganen, organisaties, groeperingen en personen die te maken hebben/krijgen met het sociaal domein.
- 5.
De Participatieraad onderhoudt actief het contact met netwerken van (ervarings)deskundigen zoals belangenbehartigers, cliëntenorganisaties en inwoners van Stadskanaal om zo knelpunten en ontwikkelingen te signaleren in de samenleving en te agenderen voor een (werkgroep) vergadering.
- 6.
De Participatieraad stelt individuen of hun vertegenwoordigers, zoals bedoeld in de wet, in staat om als toehoorder een vergadering bij te wonen.
- 7.
Bij de uitvoering van de taken wordt met het oog op de doelstelling als bedoeld in artikel 3 op constructieve wijze in relatie tot het college gehandeld opdat optimaal invulling gegeven wordt aan de uitvoering van de taken.
- 8.
Op uitnodiging van de Participatieraad vinden per kalenderjaar in de regel maximaal vier bestuurlijke overleggen plaats met één of meerdere leden van het college. Het bestuurlijk overleg wordt voorgezeten door de voorzitter van de Participatieraad.
Artikel 6 Vergadering
- 1.
De Participatieraad vergadert zo dikwijls als hij nodig acht.
- 2.
Een uitgangspunt voor het tijdstip van een vergadering betreft het uitbrengen van advies als bedoeld in artikel 4, eerste lid van deze verordening.
- 3.
De vergaderingen zijn in de regel openbaar. De Participatieraad kan bij meerderheid besluiten een besloten vergadering te houden.
- 4.
Er worden geen besluiten genomen (adviezen geformuleerd) indien niet ten minste de helft van het aantal zittende leden aanwezig is.
- 5.
Indien als gevolg van hetgeen bedoeld in het vierde lid, de Participatieraad niet tijdig een advies kan uitbrengen zoals bedoeld in artikel 4, eerste lid, wordt de Participatieraad geacht voldoende mogelijkheid te hebben gehad het college te adviseren
Artikel 7 Samenstelling en zittingsduur leden Participatieraad
- 1.
De Participatieraad bestaat uit minimaal 8 en maximaal 15 leden. De Participatieraad kiest uit zijn midden een voorzitter, secretaris en penningmeester. De voorzitter streeft naar consensus binnen de Participatieraad.
- 2.
De Participatieraad is samengesteld uit belanghebbenden, bij voorkeur met lokale binding en zo veel mogelijk verschillende achtergronden, kennis en expertise.
- 3.
De leden hebben zitting in de Participatieraad op persoonlijke titel. De leden verrichten hun werkzaamheden zonder last.
- 4.
De zittingsduur van de leden van de Participatieraad bedraagt een periode van vier jaar. De leden kunnen maximaal voor twee periodes van vier jaar worden benoemd. Met het oog op de continuïteit van de uitvoering van de taken, kan het lid daarna maximaal twaalf maanden aanblijven als lid.
- 5.
Een lid van de Participatieraad is niet:
- a)
een lid van de gemeenteraad Stadskanaal (incl. fractieondersteuners);
- b)
een lid van het college;
- c)
ambtenaar bij de gemeente Stadskanaal;
- d)
anderszins werkzaam bij de gemeente Stadskanaal;
- e)
werkzaam bij een door gemeente Stadskanaal gecontracteerde partij ter uitvoering van taken binnen het sociaal domein.
- a)
- 6.
Het lidmaatschap eindigt tussentijds door: het eindigen van de hoedanigheid waaraan een lid zijn benoeming ontleent;
- a)
aftreden op eigen schriftelijk verzoek;
- b)
onder curatelestelling;
- c)
overlijden;
- d)
opzegging van het vertrouwen door de meerderheid van de zitting hebbende leden bij ernstig en langdurig disfunctioneren van een lid.
- a)
- 7.
De Participatieraad stelt een rooster van aftreden vast in het huishoudelijk reglement.
Artikel 8 Benoeming, schorsing en ontslaan
- 1.
Het college benoemt, schorst en ontslaat de leden van de Participatieraad.
- 2.
De Participatieraad is verantwoordelijk voor de werving en selectie van nieuwe leden en kiest daarvoor uit hun midden drie leden die zitting hebben in een tijdelijke selectiecommissie.
- 3.
Het benoemen van nieuwe leden door het college geschiedt op voordracht van de selectiecommissie.
- 4.
De benoeming ter voorziening in tussentijds opengevallen plaatsen geschiedt bij voorkeur binnen twee maanden na het ontstaan van de vacature.
- 5.
Indien de Participatieraad nalaat een voordracht te doen of niet voldoet aan artikel 12, lid 4, kan het college voorzien in de vacature.
Artikel 9 Facilitering en vergoeding
- 1.
Het college faciliteert de Participatieraad bij zijn taakuitvoering, via onder andere:
- a)
het toewijzen van een contactambtenaar als intermediair c.q. gesprekspartner tussen college, gemeentelijke afdelingen en de Participatieraad. De contactambtenaar is waar nodig aanwezig bij de vergadering. De contactambtenaar is op de hoogte van de lopende zaken;
- b)
het toewijzen van secretariële ondersteuning, die zorgdraagt voor verzending van de agendastukken en verslaglegging van de vergaderingen van de Participatieraad;
- c)
het, voor zover mogelijk, ter beschikking stellen van ruimte en vergaderfaciliteiten voor vergaderingen van de Participatieraad Sociaal Domein.
- a)
- 2.
De leden van de Participatieraad ontvangen een vergoeding ten laste van de gemeente op grond van artikel 3.4.1 eerste lid van het Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers. De vergoeding wordt aangemerkt als een vrijwilligersvergoeding.
- 3.
De betaling van de leden van de Participatieraad vindt plaats door de gemeente na accordering van een ingediende declaratie.
- 4.
Daarnaast wordt jaarlijks op voorstel van het college een budget opgenomen in de begroting voor kosten die verband houden met:
- a)
organisatiekosten burgerbetrokkenheid/externe activiteiten;
- b)
deskundigheidsbevordering;
- c)
onderzoek en inwinnen van advies;
- d)
vergaderkosten;
- e)
communicatie en publicatie;
- f)
studiedagen, symposia en groepsverbindende activiteiten.
- a)
-
Deze kosten hebben geen betrekking op telefoon- en internetkosten van de leden.
Betaling van deze kosten vindt plaats door de gemeente na accordering van ingediende facturen.
- 5.
De Participatieraad dient jaarlijks vóór 1 mei een activiteitenplan en een begroting in voor de kosten in het volgende kalenderjaar.
- 6.
De Participatieraad brengt jaarlijks vóór 1 mei verslag uit aan het college over de activiteiten en bevindingen van het voorgaande jaar.
Hoofdstuk 3 Overige bepalingen
Artikel 10 Vertrouwelijkheidsplicht
- 1.
De Participatieraad kan bepalen dat de leden, deskundigen en derden verplicht zijn tot vertrouwelijkheid ten aanzien van stukken c.q. hetgeen ter zitting wordt behandeld.
- 2.
De vertrouwelijkheidsplicht kan eveneens worden opgelegd door of namens het college en de gemeenteraad, ten aanzien van stukken die zij aan de leden van de Participatieraad, deskundigen of derden verstrekken.
- 3.
De vertrouwelijkheidsplicht vervalt niet door de beëindiging van het lidmaatschap van de Participatieraad of van het adviseurschap van externe deskundigen of derden.
- 4.
De plicht tot vertrouwelijkheid wordt op de stukken aangegeven of voorafgaande aan de behandeling van de betreffende onderwerpen bekendgemaakt.
- 5.
De duur van de vertrouwelijkheidsplicht wordt - voor zover mogelijk - vooraf aangegeven.
Artikel 11 Huishoudelijk Reglement en geschillen
De Participatieraad stelt een huishoudelijk reglement vast voor zijn werkwijze die niet is bepaald door deze verordening en wordt ter instemming voorgelegd aan het college alvorens het van kracht wordt.
Artikel 12 Overgang- en Slotbepalingen
- 1.
De Participatieraad verstrekt aan het college alle gewenste inlichtingen over haar werkzaamheden.
- 2.
In gevallen die de uitvoering van deze verordening betreffen en waarin deze regeling niet voorziet, beslist het college na overleg met de Participatieraad.
- 3.
In afwijking van artikel 7, lid 7, wordt bij benoeming van de nieuwe Participatieraad, eenmalig een afwijkend rooster van aftreden opgesteld, dit om de continuïteit in de Participatieraad te waarborgen.
- 4.
Er is sprake van een functionerende Participatieraad, als de Participatieraad minimaal acht leden telt.
- 5.
Indien er geen functionerende Participatieraad is, zal het college de totstandkoming ervan actief bevorderen.
Artikel 13 Inwerkingtreding, intrekking anterieure verordeningen, geschillen en citeertitel
- 1.
Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2025, onder gelijktijdige intrekking van de Verordening Participatieraad Gemeente Stadskanaal vastgesteld door de raad op 24 september 2012, laatstelijk gewijzigd op 20 april 2020.
- 2.
Over geschillen voortkomend uit toepassing van deze verordening beslist het college.
- 3.
Deze verordening wordt aangehaald als: "Verordening Participatieraad Sociaal Domein Stadskanaal 2024".
Ondertekening
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 9 december 2024.
De raad
mevrouw W.J. Onrust
raadsgriffier
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl