Regeling vervallen per 01-01-2006

Verordening op de fractieondersteuning 2006

Geldend van 01-01-2006 t/m 11-03-2009 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2006

Intitulé

Verordening op de fractieondersteuning 2006

Inhoud

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    fractie: elke groepering in de gemeenteraad die ten tijde van het begin van een nieuwe zittingsperiode van de raad is geregistreerd overeenkomstig artikel G3 van de Kieswet of die is gevormd naar aanleiding van een mededeling van een lid van de raad overeenkomstig het Reglement van Orde voor de vergaderingen van de Gemeenteraad;

  • b.

    stichting: een door een fractie ter assistentie van de fractie aangewezen stichting, welke statutair uitsluitend met de uitvoering van de fractieondersteuning zoals bedoeld in deze verordening is belast;

  • c.

    financiële bijdrage: de subsidie waarop een stichting fractieondersteuning jaarlijks aanspraak kan maken ingevolge deze verordening;

  • d.

    fractieondersteuning: ondersteuning ten behoeve van de uitvoering van werkzaamheden van de fractie in de gemeenteraad;

  • e.

    egalisatiereserve: een in de jaarrekening van de stichting fractieondersteuning op te nemen cumulatieve reserve waaraan jaarlijks het verschil tussen de volgens artikel 7 definitief vastgestelde financiële bijdrage en de werkelijke kosten van de activiteiten waarvoor subsidie werd verleend wordt toegevoegd of onttrokken.

Artikel 2 Jaarlijkse verlening financiële bijdrage; vast en variabel bedrag

  • 1. De Gemeenteraad verleent de stichting per kalenderjaar op aanvraag een financiële bijdrage voor de fractieondersteuning.

  • 2. De stichting overlegt bij de aanvraag de statuten.

  • 3. De financiële bijdrage bestaat uit een vast bedrag per fractie en een bedrag per raadslid.

Artikel 3 (Niet) toegestane bestedingen

  • 1. Tenminste 3/5e deel van de financiële bijdrage wordt besteed aan de personele ondersteuning van de fractie en de daaraan gerelateerde bureaukosten.

  • 2. De financiële bijdrage mag niet gebruikt worden ter bekostiging van:

    • a.

      uitgaven die in strijd zijn met een wettelijk voorschrift;

    • b.

      uitgaven aan politieke partijen, met politieke partijen verbonden instellingen of natuurlijke personen anders dan ter vergoeding van prestaties (diensten of goederen) geleverd ten behoeve van de fractieondersteuning op basis van een gespecificeerde, reële declaratie;

    • c.

      giften, leningen en voorschotten;

    • d.

      uitgaven waarvoor op grond van het Rechtspositiebesluitraads- en commissieleden alsmede de Verordening vergoedingen raadsleden en commissieleden 2003 aanspraak op vergoeding bestaat, met uitzondering van het bepaalde over de vergoedingen van duo-raadsleden;

    • e.

      uitgaven ten behoeve van raadsleden of bedrijven waarover raadsleden middellijk of onmiddellijk zeggenschap hebben;

    • f.

      (her)verkiezing van raadsleden;

    • g.

      kosten voor kantoorruimte buiten het stadhuis.

Artikel 4 Betaling voorschotten

  • 1. De financiële bijdrage wordt als voorschot uitgekeerd in twee termijnen, te weten op 1 januari en 1 juli.

  • 2. Indien een stichting niet tijdig conform artikel 7 een aanvraag tot vaststelling van de financiële bijdrage indient wordt, in afwijking van het eerste lid, op het tweede voorschot 10% van de financiële bijdrage in mindering gebracht, totdat de aanvraag tot vaststelling van de financiële bijdrage conform artikel 7 is ingediend.

  • 3. Indien één jaar na afloop van een kalenderjaar nog geen aanvraag tot vaststelling van de financiële bijdrage is ingediend wordt de betaling van het voorschot opgeschort totdat de aanvraag tot vaststelling van de bijdrage met inachtneming van artikel 7 is ingediend.

  • 4. In een jaar waarin verkiezingen plaatsvinden, wordt, in afwijking van het eerste lid, op 1 januari het voorschot naar tijdsevenredigheid verstrekt voor de maanden tot en met de maand waarin de verkiezingen plaatsvinden. In de eerste maand na de maand waarin de eerste vergadering van de nieuw gekozen raad plaatsvindt wordt het voorschot verstrekt voor de overige maanden van dat jaar.

  • 5. De stichting maakt voor de ontvangst van de financiële bijdrage op grond van deze verordening en voor de uitgaven in het kader van de fractiekostenvergoeding gebruik van één giro- of bankrekening. Deze rekening wordt niet gebruikt voor andere doeleinden.

Artikel 5 Regeling bij wijziging zeteltal door verkiezingen of splitsing

  • 1. Indien het zeteltal van een fractie ten gevolge van verkiezingen verandert, wordt het variabele gedeelte van de bijdrage aangepast met ingang van de eerste dag na de maand waarin de eerste vergadering van de nieuw gekozen raad plaatsvindt.

  • 2. Bij splitsing van een fractie tijdens een zittingsperiode heeft de nieuw gevormde fractie met ingang van de maand volgend op de maand waarin de splitsing heeft plaatsgevonden uitsluitend aanspraak op het in artikel 2 bedoelde variabele bedrag. Deze aanspraak wordt in mindering gebracht op de financiële bijdrage van de fractie in oude samenstelling De nieuwe fractie kan geen aanspraak maken op de door de fractie in de oude samenstelling opgebouwde egalisatiereserve.

  • 3. Bij splitsing van een fractie tijdens een zittingsperiode valt de basisbijdrage toe aan de raadsfractie die naar het oordeel van de Gemeenteraad als rechtsopvolger van de oorspronkelijke fractie wordt beschouwd.

  • 4. Indien een fractie als gevolg van verkiezingen ophoudt te bestaan, vervalt de aanspraak op de financiële bijdrage met ingang van de datum dat de raad in de nieuwe samenstelling aantreedt.

  • 5. Indien een fractie tijdens een zittingsperiode ophoudt te bestaan, vervalt de aanspraak op de financiële bijdrage met ingang van de maand volgend op de maand waarin de fractie hiervan kennisgeving heeft gedaan.

Artikel 6 Egalisatiereserve, reserves en voorzieningen, liquiditeitsoverschotten

  • 1. De egalisatiereserve van de stichting mag op 31 december van het jaar waarin raadsverkiezingen zijn gehouden, niet groter zijn dan 100% van de financiële bijdrage die de stichting in het verkiezingsjaar toekwam. Het bedrag dat het maximum overschrijdt wordt op eerste verzoek van de Gemeenteraad teruggestort in de gemeentekas.

  • 2. De vorming van andere reserves dan de egalisatiereserve ten laste van de financiële bijdrage is niet toegestaan.

  • 3. De vorming van voorzieningen ten laste van de financiële bijdrage is toegestaan mits deze voorzieningen voldoen aan artikel 44, eerste en derde lid, van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten.

  • 4. Het is een stichting niet toegestaan een tijdelijk of permanent liquiditeitsoverschot op een andere rekening te storten dan een uitsluitend voor dit doel geopende en beheerde spaarrekening.

  • 5. De aard van de in het vorige lid bedoelde spaarrekeningen is zodanig dat de nominale omvang van de stortingen intact blijft en dat te allen tijde het gehele tegoed voor de stichting onmiddellijk en zonder betaling van boetes opeisbaar is.

  • 6. De stichting aangewezen door een in artikel 5, vierde en vijfde lid, bedoelde fractie is verplicht de opgebouwde egalisatiereserve te restitueren aan de gemeente.

Artikel 7 Vaststelling financiële bijdrage; verantwoording; controle

  • 1. De stichting dient voor 1 april na afloop van het kalenderjaar een aanvraag tot vaststelling van de financiële bijdrage in bij de Gemeenteraad.

  • 2.De aanvraag tot vaststelling van de financiële bijdrage wordt ingediend middels het verantwoordingsmodel zoals opgenomen in bijlage A behorende bij deze verordening.

  • 3. De aanvraag tot vaststelling van de financiële bijdrage gaat vergezeld van een activiteitenverslag betreffende de bestedingen die geen betrekking hebben op de personele ondersteuning van de fractie en daaraan gerelateerde bureaukosten.

  • 4. De stichting geeft opdracht tot onderzoek van de aanvraag tot vaststelling van de financiële bijdrage aan een accountant als bedoeld in artikel 393, eerste lid, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek.

  • 5.De accountant geeft de uitslag van zijn onderzoek weer in een schriftelijke verklaring omtrent de getrouwheid van de aanvraag tot vaststelling van de financiële bijdrage. De aanvraag tot vaststelling van de financiële bijdrage gaat vergezeld van een accountantsverklaring die voldoet aan model B behorende bij deze verordening.

  • 6. De Gemeenteraad stelt jaarlijks de financiële bijdrage vast.

  • 7. Indien een stichting niet tijdig een aanvraag tot vaststelling van de financiële bijdrage indient, kan de Gemeenteraad de financiële bijdrage ambtshalve vaststellen.

Artikel 8 Terugvordering en verrekening

Indien in strijd wordt gehandeld met artikel 3 of wanneer niet wordt voldaan aan andere bepalingen van deze verordening vordert de Gemeenteraad de in het geding zijnde uitgaven terug, dan wel verrekent deze uitgaven met het voorschot voor het volgende jaar.

Artikel 9

In gevallen waarin deze verordening niet of niet genoegzaam voorziet beslist de Gemeenteraad.

Artikel 10

De Verordening op de fractieondersteuning wordt ingetrokken.

Artikel 11 Overgangsbepaling

  • 1. De Verordening op de fractieondersteuning blijft van toepassing ten aanzien van de verantwoording van de uitgaven en de vaststelling van de financiële bijdragen over de boekjaren 2004 en 2005 en de periode van 1 januari tot 1 april 2006.

  • 2. In afwijking van de Verordening op de fractieondersteuning wordt op 1 januari 2006 een voorschot betaald voor de periode tot 1 april 2006.

  • 3. Over de periode van 1 januari tot 1 april 2006 wordt door de stichting een afzonderlijke verantwoording van de uitgaven ingediend en stelt de Gemeenteraad bij afzonderlijk besluit de financiële bijdrage vast.

Artikel 12 Overgangsbepaling

De stichtingen dragen er zorg voor dat uiterlijk 31 december 2006 de egalisatiereserve voldoet aan de bepaling van artikel 6, eerste lid, voor de periode omvattende de kalenderjaren 2002 tot en met 2006.

Artikel 13 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening fractieondersteuning 2006.

Artikel 14 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op 1 april 2006.