Uitvoeringsbesluiten Parkeerverordening 2025 en Verordening Parkeerbelastingen 2025

Ondertekening

Bijlage 1 Plaats, tijdstip en wijze van betaald parkeren en de toepassing van de wielklem

• 1.

  Plaats en tijdstip betaald parkeren

• a.

  Vast te stellen dat:

  Op de navolgende wegen en parkeerterreinen het parkeren van maandag t/m zondag telkens van 08:00 tot 20:00 uur slechts is toegestaan tegen betaling van parkeerbelasting als bedoeld in de tarieventabel behorende bij de vigerende Verordening Parkeerbelastingen:

  Waddenpromenade

  (Gebied A) Waddenpromenade;

• b.

  Vast te stellen dat:

  Op de navolgende wegen en parkeerterreinen het parkeren van maandag t/m zaterdag telkens van 09:00 tot 20:00 uur slechts is toegestaan tegen betaling van parkeerbelasting als bedoeld in de tarieventabel behorende bij de vigerende Verordening Parkeerbelastingen:

  Voorstraat

  (Gebied B) Voorstraat;

  Binnenstad

  (Gebied C) Achterstraat, Anjelierstraat, Bildtstraat, Bildtseweg, Both Apothekerstraat, Brouwersstraat, Caspar di Roblesstraat, Dalpad, Dokstraat, Droogstraat, Dwarsstraat, Dijkswal, Fabrieksplein, Fabrieksstraat, Franekereind, Gardeniersstraat, Grachtswalplein, Grote Bredeplaats, Grote Ossenmarkt, Havenplein, Havenweg, Heiligeweg, Herenwaltje, Hofstraat, Hoogstraat, Jan Ruurdstraat, Karremanstraat, Kerkpad, Kerkpoortstraat, Klaverbladstraat, Kleine Bredeplaats, Kleine Ossenmarkt, Kruisstraat, Lammert Warndersteeg, Lanen, Liemendijk, Lombardstraat, Molenpad, Moriaanstraat, Nieuwstraat, Nieuweweg, Noordergrachtswal, Noorderhaven (met uitzondering van pleintje voor stadhuis), Noorderstraat, Noordijs, Nutstraat, Ooievaarsteeg, Oude Turfkade, Raamstraat, Rapenburg, Romastraat, Rommelhaven, Roptaweg, Rozemarijnstraat, Rozengracht, Rozenstraat, Schapestraatje, Scheerstraat, Scheffersplein, Schoolplein, Schoolstraat, Schritsen Simon Stijlstraat, Sint Annahof, Spinhuisstraat, Spinstraat, Steenhouwerstraat, Tiepelplein, Tuinpad, Vetsmeltersstraat, Vianen, Vismarkt, Vissersstraat, Wasbleek, Wasbleekstraat, Weeshuisstraat, Werfpad, Westersteeg, Westerstraat, Westerkerklaan, Westerzeedijk “Driehoekje”, Weverstraat, Willemskade, William Boothstraat, Wortelstraat, Zeepziedersstraat, Zeilmakersstraat, Zoutstraat, Zoutsloot, Zuiderbolwerk, Zuiderhaven, Zuiderplein en Zuiderstraat;

  Schil

  (Gebied D) Spoorstraat, Stationsweg, Nieuwe Vissershaven (uitgezonderd camperplaatsen) en Willemshaven;

• c.

  Vast te stellen dat:

  Op de navolgende weg het parkeren van maandag t/m zondag telkens van 00:00 tot en met 23:59 uur slechts is toegestaan tegen betaling van parkeerbelasting als bedoeld in de tarieventabel behorende bij de vigerende Verordening Parkeerbelastingen:

  Camperparkeerplaatsen Nieuwe Vissershaven

  (Gebied E) Camperparkeerplaatsen op parkeerterrein aan de Nieuwe Vissershaven, maximale inworp telkens 3 dagen;

• d.

  Vast te stellen dat:

  Op het navolgende parkeerterrein het parkeren op zaterdag telkens van 09:00 tot 20:00 uur slechts is toegestaan tegen betaling van parkeerbelasting als bedoeld in de tarieventabel behorende bij de vigerende Verordening Parkeerbelastingen:

  Pleintje Noorderhaven

  (Gebied F) Pleintje voor stadhuis aan de Noorderhaven;

• e.

  Vast te stellen dat:

  Op de navolgende wegen en parkeerterreinen het parkeren van maandag t/m zaterdag telkens van 09:00 tot 20:00 uur slechts is toegestaan tegen betaling van parkeerbelasting als bedoeld in de tarieventabel behorende bij de vigerende Verordening Parkeerbelastingen:

  Vignetgebied

  (Gebied G) Totale grondgebied binnen de gemeente Harlingen, met uitzondering van de gebieden (de gebieden A, B, C, D, E, F van bijlage 1 en gebied H van bijlage 2 van de Uitvoeringsbesluiten Parkeerverordening 2025 en Verordening Parkeerbelastingen 2025), industrieterrein Oostpoort, Nieuwe Industriehaven, Nieuwe Vissershaven, parkeerterreinen Westerzeedijk en het grondgebied van Wijnaldum.

• 2.

  Wijze van betalen

  Vast te stellen dat:

  • a.

    Ter zake van het betaald parkeren voor alle onder 1 “Plaats en tijdstip betaald parkeren” genoemde gebieden geschiedt het in werking stellen van de parkeerapparatuur door een betaling met een bankpas. Bij teveel betaald parkeergeld vindt geen restitutie plaats;

  • b.

    In afwijking van het bepaalde onder lid 2a kan het in werking stellen van de parkeerapparatuur ook geschieden door via een telefoon in te loggen op de centrale computer van een bij het SHPV aangesloten provider of een provider die met een bij het SHPV aangesloten provider samenwerkt. De aanvang van het parkeren meldt de belastingplichtige door de gebiedscode digitaal door te geven aan de provider. Ook neemt de belastingplichtige de overige voorwaarden van de provider in acht. Bij teveel betaald parkeergeld vindt geen restitutie plaats;

  • c.

    Wanneer niet aan voornoemde voorwaarden is voldaan, wordt de belasting geheven bij wege van voldoening op aangifte overeenkomstig het bepaalde in het eerste lid van artikel 7 en geldt de betalingstermijn zoals bedoeld in het eerste lid van artikel 8 van de vigerende Verordening Parkeerbelastingen.

• 3.

  Wielklem

  Vast te stellen dat voor alle onder 1 “Plaats en tijdstip betaald parkeren” genoemde gebieden, indien nodig, een wielklem kan worden toegepast.

Bijlage 2 Plaatsen waar met een parkeervergunning kan worden geparkeerd

• 1.

  Plaatsen waar met een vergunning kan worden geparkeerd:

  Waddenpromenade

  (Gebied A) Waddenpromenade;

  Voorstraat

  (Gebied B) Voorstraat;

  Binnenstad

  (Gebied C) Achterstraat, Anjelierstraat, Bildtstraat, Bildtseweg, Both Apothekerstraat, Brouwersstraat, Caspar di Roblesstraat, Dalpad, Dokstraat, Droogstraat, Dwarsstraat, Dijkswal, Fabrieksplein, Fabrieksstraat, Franekereind, Gardeniersstraat, Grachtswalplein, Grote Bredeplaats, Grote Ossenmarkt, Havenplein, Havenweg, Heiligeweg, Herenwaltje, Hofstraat, Hoogstraat, Jan Ruurdstraat, Karremanstraat, Kerkpad, Kerkpoortstraat, Klaverbladstraat, Kleine Bredeplaats, Kleine Ossenmarkt, Kruisstraat, Lammert Warndersteeg, Lanen, Liemendijk, Lombardstraat, Molenpad, Moriaanstraat, Nieuwstraat, Nieuweweg, Noordergrachtswal, Noorderhaven (met uitzondering van pleintje voor stadhuis), Noorderstraat, Noordijs, Nutstraat, Ooievaarsteeg, Oude Turfkade, Raamstraat, Rapenburg, Romastraat, Rommelhaven, Roptaweg, Rozemarijnstraat, Rozengracht, Rozenstraat, Schapestraatje, Scheerstraat, Scheffersplein, Schoolplein, Schoolstraat, Schritsen Simon Stijlstraat, Sint Annahof, Spinhuisstraat, Spinstraat, Steenhouwerstraat, Tiepelplein, Tuinpad, Vetsmeltersstraat, Vianen, Vismarkt, Vissersstraat, Wasbleek, Wasbleekstraat, Weeshuisstraat, Werfpad, Westersteeg, Westerstraat, Westerkerklaan, Weverstraat, Westerzeedijk “Driehoekje”, Willemskade, William Boothstraat, Wortelstraat, Zeepziedersstraat, Zeilmakersstraat, Zoutstraat, Zoutsloot, Zuiderbolwerk, Zuiderhaven, Zuiderplein en Zuiderstraat;

  Schil

  (Gebied D) Spoorstraat, Stationsweg, Nieuwe Vissershaven (uitgezonderd camperparkeerplaatsen) en Willemshaven;

  Pleintje Noorderhaven

  (Gebied F) Pleintje voor stadhuis aan de Noorderhaven;

  Vignetgebied

  (Gebied G) Totale grondgebied binnen de gemeente Harlingen, met uitzondering van de gebieden (de gebieden A, B, C, D, E, F van bijlage 1 en gebied H van bijlage 2 van de Uitvoeringsbesluiten Parkeerverordening 2025 en Verordening Parkeerbelastingen 2025), industrieterrein Oostpoort, Nieuwe Industriehaven, Nieuwe Vissershaven, parkeerterreinen Westerzeedijk en het grondgebied van Wijnaldum;

  Vijverbuurt

  (Gebied H) Vijver, Vijverstraat.

• 2.

  Bewonersvergunning:

  • a.

    dat voor de onder gebied C, D en G genoemde wegen een vergunning als bedoeld in artikel 3, lid 3, onder a van de vigerende parkeerverordening aan bewoners kan worden afgegeven, die respectievelijk wonen in de onder gebied B en C genoemde straten (Binnenstad vergunning);

  • b.

    dat voor de onder gebied G genoemde wegen een vergunning als bedoeld in artikel 3, lid 3, onder a van de vigerende parkeerverordening aan bewoners kan worden afgegeven, die respectievelijk wonen in de onder gebied G genoemde straten en het dorp Wijnaldum (Vignetgebied vergunning);

  • c.

    dat voor de onder gebied C, D, G en H genoemde wegen een vergunning als bedoeld in artikel 3, lid 3, onder a van de vigerende parkeerverordening aan bewoners kan worden afgegeven, die respectievelijk wonen in de straten Vijver, Vijverstraat, Hondenstraat, Grutterstraat en Herenknechtenkamerstraat. (Vijverbuurt vergunning).

• 3.

  Bedrijfsvergunning:

  Dat voor alle genoemde wegen en terreinen onder 1 “Plaatsen waar met een vergunning kan worden geparkeerd”, uitgezonderd gebied E (Pleintje Noorderhaven, waarbij parkeren met een bedrijfsvergunning op zaterdagen wel is toegestaan) een vergunning, als bedoeld in artikel 3, lid 3, onder b van de vigerende parkeerverordening aan eigenaar of houder van een motorvoertuig wanneer deze een beroep of bedrijf uitoefent, kan worden afgegeven.

• 4.

  Bezoekersvergunning:

  • a.

    dat voor de onder gebied C, D en G genoemde wegen een vergunning als bedoeld in artikel 3, lid 3, onder c van de vigerende parkeerverordening aan bewoners kan worden afgegeven, die respectievelijk wonen in de onder gebied B, C en H genoemde straten (Binnenstad);

  • b.

    dat voor de onder gebied G genoemde wegen een vergunning als bedoeld in artikel 3, lid 3, onder c van de vigerende parkeerverordening aan bewoners kan worden afgegeven, die respectievelijk wonen in de onder gebied G genoemde straten (Vignetgebied).

• 5.

  Dienstenvergunning:

  Dat voor alle genoemde wegen en terreinen onder 1 “Plaatsen waar met een vergunning kan worden geparkeerd”, uitgezonderd gebied E (Pleintje Noorderhaven, waarbij parkeren met een dienstenvergunning op zaterdagen wel is toegestaan), een vergunning, als bedoeld in artikel 3, lid 3, onder d van de vigerende parkeerverordening aan organisaties van openbaar nut, dan wel organisaties die medisch noodzakelijke consulten uitvoeren, die voor de uitoefening van de functie of taak structureel een of meer motorvoertuigen in de gehele gemeente nodig heeft, kan worden afgegeven.

• 6.

  Werknemersvergunning:

  • a.

    dat voor de volgende locaties een vergunning als bedoeld in artikel 3, lid 3 onder e van vigerende parkeerverordening kan worden afgegeven aan degenen die werkzaam zijn bij een bedrijf gevestigd in de onder A, B, C, D en H genoemde straten (Werknemers Binnenstad):

    • •

      Gebied D;

    • •

      Gebied G.

  • b.

    dat voor de onder G genoemde wegen een vergunning als bedoeld in artikel 3, lid 3 onder e van de vigerende Parkeerverordening kan worden afgegeven aan degenen die werkzaam zijn bij een bedrijf gevestigd in de onder G genoemde straten (Werknemers Vignet).

• 8.

  Stallingsbedrijvenvergunning:

  Dat voor de onder gebied C genoemde wegen een vergunning, als bedoeld in artikel 3, lid 3, onder f van de vigerende Parkeerverordening aan bestaande stallingsbedrijven die ook als zodanig in het bestemmingsplan zijn opgenomen, kan worden afgegeven, die gevestigd zijn in de onder gebied C genoemde straten.

• 9.

  Stadhuisvergunning:

  Dat voor het onder gebied F genoemd plein een vergunning, als bedoeld in artikel 3, lid 3, onder g van de vigerende Parkeerverordening aan door burgemeester en wethouders aan te wijzen personen / instanties, kan worden afgegeven.

• 10.

  Kort verblijfvergunning:

  Dat voor de onder gebied D genoemde wegen en de straat Zuiderhaven een vergunning als bedoeld in artikel 3, lid 3, onder h van de vigerende Parkeerverordening aan een (zet)schipper met een vaste/aangewezen ligplaats in de Noorderhaven of Zuiderhaven kan worden afgegeven of aan een standplaatshouder van de markt.

• 11.

  Mantelzorgvergunning:

  • a.

    dat voor de onder gebied C, D en G genoemde wegen een vergunning als bedoeld in artikel 3, lid 3, onder i van de vigerende parkeerverordening aan mantelzorgers kan worden afgegeven, waarbij de zorgbehoevende woont in de onder gebied B, C en H genoemde straten (Mantelzorg Binnenstad);

  • b.

    dat voor de onder gebied G genoemde wegen een vergunning als bedoeld in artikel 3, lid 3, onder i van de vigerende parkeerverordening aan mantelzorgers kan worden afgegeven, waarbij de zorgbehoevende woont in de onder gebied G genoemde straten (Mantelzorg Vignetgebied).

• 12.

  Deelautovergunning:

  Dat voor alle genoemde wegen en terreinen onder 1 “Plaatsen waar met een vergunning kan worden geparkeerd”, uitgezonderd gebied E (Pleintje Noorderhaven, waarbij parkeren met een deelautovergunning op zaterdagen wel is toegestaan) een vergunning als bedoeld in artikel 3, lid 3, onder j van de vigerende parkeerverordening aan een deelauto-organisatie kan worden afgegeven.

Bijlage 3 Verleningsvoorschriften parkeervergunning

• 1.

  Bewonersvergunning, ex artikel 3, lid 3, onder a van de vigerende parkeerverordening:

Regels voor de aanvraag van een bewonersvergunning:

• a.

  Voor het aanvragen van een bewonersvergunning moet het Klantcontactcentrum in het bezit zijn van een door de aanvrager ingevuld (bij voorkeur digitaal) aanvraagformulier;

• b.

  De aanvrager woont volgens de Basisregistratie Personen in een gebied waar betaald parkeren geldt en/of waar door vergunninghouders geparkeerd mag worden, of:

  • I.

    In afwijking van het bepaalde in sub b. wordt ook als bewoner aangemerkt degene die een woonhuis in eigendom heeft in een gebied waar betaald parkeren geldt en/of waar door vergunninghouders geparkeerd mag worden, indien er op het betreffende adres volgens de gegevens uit de Basisregistratie Personen geen personen staan ingeschreven (bezitters 2e woningen), of:

  • II.

    In afwijking van het bepaalde in sub n. wordt ook als bewoner aangemerkt degene die een woonhuis in eigendom heeft in een gebied waar betaald parkeren geldt en/of waar door vergunninghouders geparkeerd mag worden, indien op het betreffende adres volgens de gegevens uit de Basisregistratie Personen geen andere personen staan ingeschreven dan de kinderen van de eigenaar;

• c.

  De aanvrager is houder van het voertuig. Als houder van een voertuig wordt de persoon aangemerkt op wiens naam het kenteken volgens de gegevens van de RDW staat, of:

  • I.

    Indien het kenteken niet bij de RDW geregistreerd staat dient de aanvrager het kentekenbewijs van het voertuig waarvoor de vergunning wordt aangevraagd en dat op zijn/haar naam staat overleggen, of:

  • II.

    Als het voertuig niet op naam staat van de aanvrager, dient de aanvrager een leasecontract ten aanzien van dat voertuig beschikbaar te stellen, of:

  • III.

    Als het voertuig via de werkgever aan de aanvrager ter beschikking is gesteld, heeft de aanvrager een verklaring van die werkgever nodig, of een op naam van de aanvrager staand (en geldig) huurcontract voor dat voertuig bij een erkend autoverhuurbedrijf alvorens vergunning verleend kan worden;

• d.

  Per woonadres worden maximaal 5 bewonersvergunningen verleend;

• e.

  Indien de aanvrager op zijn adres beschikt over een Parkeerplaats Op Eigen Terrein en dat adres als zodanig is opgenomen in het ‘Besluit lijst Parkeren Op Eigen Terrein’, vervalt het recht op een bewonersvergunning;

• f.

  De beoordeling tot het verstrekken van een bewonersvergunning wordt gedaan door het Klantcontactcentrum;

• g.

  De kosten voor de vergunning kunnen via een bankoverschrijving of per kas van het Klantcontactcentrum worden voldaan;

• h.

  De vergunning wordt op digitale wijze (op kenteken) verstrekt.

• 2.

  Bedrijfsvergunning, ex artikel 3, lid 3, onder b van de vigerende Parkeerverordening:

Regels voor de aanvraag van een bedrijfsvergunning:

• a.

  Voor het aanvragen van een bedrijfsvergunning moet het Klantcontactcentrum in het bezit zijn van een door de aanvrager ingevuld (bij voorkeur digitaal) aanvraagformulier;

• b.

  Op het aanvraagformulier moet een schriftelijke motivering worden vermeld, gericht op het verkrijgen van een bedrijfsvergunning;

• c.

  De beoordeling tot het verstrekken van een bedrijfsvergunning wordt gedaan door het Klantcontactcentrum;

• d.

  De kosten voor de vergunning kunnen via een bankoverschrijving of per kas van het Klantcontactcentrum worden voldaan;

• e.

  De vergunning wordt op digitale wijze (op kenteken), of per post toegezonden, of persoonlijk aan de balie van het Klantcontactcentrum aan de aanvrager uitgereikt.

Regels voor de toewijzing van een bedrijfsvergunning:

• 1.

  Het gebruik van de bedrijfsvergunning dient noodzakelijk te zijn voor de primaire bedrijfsvoering, dat wil zeggen de hoofdactiviteiten van het bedrijf;

• 2.

  Als noodzakelijk voor de bedrijfsvoering wordt in ieder geval niet aangemerkt: woon-/werkverkeer, laden en lossen van goederen, het vervoeren van financiële dagopbrengsten en andere geldtransporten;

• 3.

  Bij de beoordeling wordt rekening gehouden met de mogelijkheid transporten in te plannen of samen te voegen;

• 4.

  Voor de beeldvorming zijn de regels voor de toewijzing van een bedrijfsvergunning uitgewerkt in onderstaande voorbeelden:

  Wel	Niet
  Bezorgdienst verse goederen	Café / restaurant zonder bezorgdienst
  Aannemer / bouwbedrijf	Atelier
  Schoonmaakbedrijf	Detailhandel
  Scheepsreparatiebedrijf	Kantoorfunctie (bijvoorbeeld: advocaten, notarissen, accountants, banken, zakelijke dienstverlening)
  Woninginrichter
  Installatiebedrijf

• 3.

  Bezoekersvergunning, ex artikel 3, lid 3, onder c van de vigerende Parkeerverordening:

Regels voor de aanvraag van een bezoekersvergunning:

• a.

  Voor het aanvragen van een bezoekersvergunning moet het klantcontactcentrum in het bezit zijn van een door de aanvrager ingevuld (bij voorkeur digitaal) aanvraagformulier;

• b.

  De aanvrager woont volgens de Basisregistratie Personen in een gebied waar betaald parkeren geldt en/of waar door vergunninghouders geparkeerd mag worden, of:

  • I.

    In afwijking van het bepaalde in sub a. wordt ook als bewoner aangemerkt degene die een woonhuis in eigendom heeft in een gebied waar betaald parkeren geldt en/of waar door vergunninghouders geparkeerd mag worden, indien er op het betreffende adres volgens de gegevens uit de Basisregistratie Personen geen personen staan ingeschreven (bezitters 2e woningen);

  • II.

    In afwijking van het bepaalde in sub a. wordt ook als bewoner aangemerkt degene die een woonhuis in eigendom heeft in een gebied waar betaald parkeren geldt en/of waar door vergunninghouders geparkeerd mag worden, indien op het betreffende adres volgens de gegevens uit de Basisregistratie Personen geen andere personen staan ingeschreven dan de kinderen van de eigenaar;

• c.

  Per woonadres wordt maximaal 1 bezoekersvergunning verleend;

• d.

  Indien de aanvrager op zijn adres beschikt over een Parkeerplaats Op Eigen Terrein en dat adres als zodanig is opgenomen in het ‘Besluit lijst Parkeren Op Eigen Terrein’, vervalt het recht op een bezoekersvergunning;

• e.

  Een bezoekersvergunning geeft recht op 22 uur parkeren per kalenderweek van zondag 00.00 uur tot de volgende zondag 00.00 uur;

• f.

  De beoordeling tot het verstrekken van een bezoekersvergunning geschiedt door het Klantcontactcentrum;

• g.

  De kosten voor de vergunning kunnen via een bankoverschrijving of per kas van het Klantcontactcentrum worden voldaan.

• 4.

  Dienstenvergunning, ex artikel 3, lid 3, onder d van de vigerende Parkeerverordening:

Regels voor de aanvraag van een dienstenvergunning:

• a.

  Voor het aanvragen van een dienstenvergunning moet het Klantcontactcentrum in het bezit zijn van een door de aanvrager ingevuld (bij voorkeur digitaal) aanvraagformulier;

• b.

  Op het aanvraagformulier moet een schriftelijke motivering worden aangegeven gericht op het verkrijgen van een dienstenvergunning;

• c.

  De beoordeling tot het verstrekken van een dienstenvergunning wordt gedaan door het Klantcontactcentrum;

• d.

  De kosten voor de vergunning kunnen via een bankoverschrijving of per kas van het Klantcontactcentrum worden voldaan;

• e.

  De vergunning wordt op digitale wijze (op kenteken), of per post toegezonden, of persoonlijk aan de balie van het Klantcontactcentrum aan de aanvrager uitgereikt.

• 5.

  Werknemersvergunning, ex artikel 3, lid 3, onder e van de vigerende Parkeerverordening:

Regels voor de aanvraag van een werknemersvergunning:

• a.

  Voor het aanvragen van een werknemersvergunning moet het Klantcontactcentrum in het bezit zijn van een door de aanvrager ingevuld (bij voorkeur digitaal) aanvraagformulier;

• b.

  De aanvrager is houder van het voertuig. Als houder van een voertuig wordt de persoon aangemerkt op wiens naam het kenteken volgens de gegevens van de RDW staat, of:

  • I.

    Indien het kenteken niet bij de RDW geregistreerd staat dient de aanvrager het kentekenbewijs van het voertuig waarvoor de vergunning wordt aangevraagd en dat op zijn/haar naam staat overleggen, of:

  • II.

    Als het voertuig niet op naam van de aanvrager staat, dient een leasecontract, of een geldig huurcontract ten aanzien van dat voertuig bij een erkend autoverhuurbedrijf, op naam van de aanvrager getoond te worden, of:

  • III.

    Als het voertuig niet op naam van de aanvrager staat, dient de aanvrager middels een afschrift uit de Basisregistratie Personen aan te tonen dat het woonadres en het adres op het kentekenbewijs van het betreffende voertuig overeenstemmen;

• c.

  De aanvrager moet een werkgeversverklaring van maximaal twee weken oud overleggen van de werkgever waar hij/zij werkzaam is;

• d.

  Het bedrijf van de werkgever moet gevestigd zijn in een gebied waar betaald parkeren geldt en/of waar door vergunninghouders geparkeerd mag worden;

• e.

  De beoordeling tot het verstrekken van een werknemersvergunning geschiedt door het Klantcontactcentrum;

• f.

  De kosten voor de vergunning kunnen via een bankoverschrijving of per kas van het Klantcontactcentrum worden voldaan;

• g.

  De vergunning wordt op digitale wijze (op kenteken) verstrekt.

• 6.

  Stallingsbedrijvenvergunning, ex artikel 3, lid 3, onder f van de vigerende Parkeerverordening:

Regels voor de aanvraag van een stallingsbedrijvenvergunning:

• a.

  Voor het aanvragen van een stallingsbedrijvenvergunning moet het Klantcontactcentrum in het bezit zijn van een door de aanvrager ingevuld aanvraagformulier;

• b.

  De aanvrager moet een recent uittreksel uit het Nationaal Handelsregister tonen, waaruit blijkt dat het bedrijf waarvoor de vergunning wordt aangevraagd, op naam staat van de aanvrager;

• c.

  De beoordeling tot het verstrekken van een stallingsbedrijvenvergunning geschiedt door het Klantcontactcentrum;

• d.

  De kosten voor de vergunning kunnen via een bankoverschrijving of per kas van het Klantcontactcentrum worden voldaan;

• e.

  De vergunning wordt vervolgens per post toegezonden, of persoonlijk aan de balie van het Klantcontactcentrum aan de aanvrager uitgereikt.

Regels voor de toewijzing van een stallingsbedrijvenvergunning:

• 1.

  Het gebruik van de stallingsbedrijvenvergunning dient noodzakelijk te zijn voor de primaire bedrijfsvoering, dat wil zeggen de hoofdactiviteiten van het bedrijf;

• 2.

  De stallingsbedrijvenvergunning wordt alleen verleend aan bestaande stallingsbedrijven die ook als zodanig in het bestemmingsplan zijn opgenomen.

• 8.

  Stadhuisvergunning, ex artikel 3, lid 3, onder g van de vigerende Parkeerverordening:

Regel voor de aanvraag van een stadhuisvergunning:

• a.

  Voor het verkrijgen van een stadhuisvergunning kan de aanvrager zich wenden tot de dienstdoende bode.

• 9.

  Kort verblijfvergunning, ex artikel 3, lid 3, onder h van de vigerende Parkeerverordening:

Regels voor de aanvraag van een kort verblijfvergunning:

• a.

  Voor het aanvragen van een kort verblijfvergunning moet het Klantcontactcentrum in het bezit zijn van een door de aanvrager ingevuld (bij voorkeur digitaal) aanvraagformulier;

• b.

  De aanvrager:

  • I.

    dient een vaste/aangewezen ligplaats in de Noorderhaven of Zuiderhaven te hebben en kan dit aantonen door middel van een geldig huurcontract op naam van de aanvrager, of door een werknemersverklaring uitgegeven door de VBZH welke maximaal twee weken oud is, of:

  • II.

    is een vaste standplaatshouder van de markt volgens de gegevens van de marktmeester op de Voorstraat in Harlingen op de woensdagen en/of zaterdagen;

• c.

  De aanvrager is houder van het voertuig. Als houder van een voertuig wordt de persoon aangemerkt op wiens naam het kenteken volgens de gegevens van de RDW staat, of:

  • I.

    Indien het kenteken niet bij de RDW geregistreerd staat dient de aanvrager het kentekenbewijs van het voertuig waarvoor de vergunning wordt aangevraagd en dat op zijn/haar naam staat overleggen, of:

  • II.

    Als het voertuig niet op naam van de aanvrager staat, dient een leasecontract, of een geldig huurcontract ten aanzien van dat voertuig bij een erkend autoverhuurbedrijf, op naam van de aanvrager getoond te worden, of:

  • III.

    Als het voertuig niet op naam van de aanvrager staat, dient de aanvrager middels een afschrift uit de Basisregistratie Personen aan te tonen dat het woonadres en het adres op het kentekenbewijs van het betreffende voertuig overeenstemmen;

• d.

  De beoordeling tot het verstrekken van een kort verblijfvergunning geschiedt door het Klantcontactcentrum;

• e.

  De kosten voor de vergunning kunnen via een bankoverschrijving of per kas van het Klantcontactcentrum worden voldaan;

• f.

  De vergunning wordt op digitale wijze (op kenteken) verstrekt.

• 10.

  Mantelzorgvergunning, ex artikel 3, lid 3, onder i van de vigerende Parkeerverordening:

Regels voor de aanvraag van een mantelzorgvergunning:

• a.

  Voor het aanvragen van een mantelzorgvergunning moet het Klantcontactcentrum in het bezit zijn van een door de aanvrager ingevuld (bij voorkeur digitaal) aanvraagformulier;

• b.

  De aanvrager dient hier een mantelzorgverklaring aan toe te voegen, welke uitgegeven wordt door het Steunpunt Mantelzorg Harlingen;

• c.

  De persoon waaraan mantelzorg wordt verleend, woont volgens de Basisregistratie Personen in een gebied waar betaald parkeren geldt en/of waar door vergunninghouders geparkeerd mag worden;

• d.

  De aanvrager woont buiten het vergunningsgebied van de persoon waaraan mantelzorg wordt verleend of woont in een andere gemeente;

• e.

  De aanvrager is houder van het voertuig. Als houder van een voertuig wordt de persoon aangemerkt op wiens naam het kenteken volgens de gegevens van de RDW staat, of:

  • I.

    Indien het kenteken niet bij de RDW geregistreerd staat dient de aanvrager het kentekenbewijs van het voertuig waarvoor de vergunning wordt aangevraagd en dat op zijn/haar naam staat overleggen, of:

  • II.

    Als het voertuig niet op naam van de aanvrager staat, dient een leasecontract, of een geldig huurcontract ten aanzien van dat voertuig bij een erkend autoverhuurbedrijf, op naam van de aanvrager getoond te worden, of:

  • III.

    Als het voertuig niet op naam van de aanvrager staat, dient de aanvrager middels een afschrift uit de Basisregistratie Personen aan te tonen dat het woonadres en het adres op het kentekenbewijs van het betreffende voertuig overeenstemmen;

• f.

  Er worden maximaal twee mantelzorgvergunningen verleend op het adres van de persoon die mantelzorg ontvangt;

• g.

  Indien de aanvrager op zijn adres beschikt over een Parkeerplaats Op Eigen Terrein en dat adres als zodanig is opgenomen in het ‘Besluit lijst Parkeren Op Eigen Terrein’, vervalt het recht op een mantelzorgvergunning;

• h.

  De beoordeling tot het verstrekken van een mantelzorgvergunning geschiedt door het Klantcontactcentrum;

• i.

  De kosten voor de vergunning kunnen via een bankoverschrijving of per kas van het Klantcontactcentrum worden voldaan;

• j.

  De vergunning wordt op digitale wijze (op kenteken) verstrekt.

• 11.

  Deelautovergunning, ex artikel 3, lid 3, onder j van de vigerende Parkeerverordening:

Regels voor de aanvraag van een deelautovergunning:

• a.

  De deelauto-organisatie dient te zijn ingeschreven bij het Nationaal Handelsregister en de doelstelling van de organisatie is gedeeld autogebruik;

• b.

  Iedereen met een geldig rijbewijs B dient abonnementhouder van de deelauto-or-ganisatie te kunnen worden;

• c.

  De gedeelde auto’s dienen 24 uur per dag, 7 dagen per week beschikbaar te zijn voor abonnementhouders;

• d.

  De gedeelde auto’s dienen toegankelijk voor abonnementhouders te zijn met een persoonlijk of digitaal toegangsmiddel;

• e.

  De gedeelde auto’s dienen in eigendom te zijn van de deelauto-organisatie of worden rechtstreeks geleased van een leasemaatschappij;

• f.

  De beoordeling tot het verstrekken van een deelautovergunning geschiedt door het Klantcontactcentrum;

• g.

  De kosten voor de vergunning kunnen via een bankoverschrijving of per kas van het Klantcontactcentrum worden voldaan;

• h.

  De vergunning wordt op digitale wijze (op kenteken) verstrekt.

Bijlage 4 Uitvoeringsvoorschriften

• 1.

  Handhavingsprocedure met betrekking tot gebruik wielklem en wegslepen:

  Binnen het betaald parkeren gebied wordt een wielklem aangebracht op de dag dat de 4e naheffingsaanslag wordt opgelegd. Een voertuig kan worden weggesleept nadat de wielklem minimaal 24 uur bevestigd is geweest.

• 2.

  Voertuigen met buitenlands kenteken:

  Een voertuig voorzien van een niet-Nederlands kenteken wordt binnen het betaald parkeren gebied bij de eerste naheffingsaanslag geklemd, tenzij de gegevens van de kentekenhouder via de kentekenregistratie van het betreffende land te achterhalen zijn. Landen waarvan de kentekengegevens zijn op te vragen zijn onder andere, Duitsland, België en Polen. Auto’s uit deze landen worden dus niet bij de eerste naheffingsaanslag geklemd. Er worden maximaal 4 naheffingsaanslagen opgelegd. Het voertuig met het buitenlands kenteken kan worden weggesleept nadat de 4e naheffing minimaal 24 uur opgelegd is geweest.

• 3.

  Leenauto’s:

  De verleende vergunningen zijn niet geldig voor leenauto’s.

• 4.

  Camperplaatsen aan de Nieuwe Vissershaven:

  Er zijn op het terrein aan de Nieuwe Vissershaven speciaal aangegeven camperplaatsen beschikbaar. In verband met veiligheid wordt niet toegestaan dat buiten de speciaal aangegeven camperplaatsen wordt overnacht.

• 5.

  Nieuw / ander motorvoertuig:

  In geval van de aanschaf van een nieuw of ander motorvoertuig heeft vergunninghouder een periode van vijf werkdagen om de parkeervergunning op het juiste kenteken te zetten. Wordt binnen die periode een naheffing ontvangen en wordt bezwaar gemaakt, dan wordt de naheffing ingetrokken.

• 6.

  Campers:

  Campers komen niet in aanmerking voor een parkeervergunning. Hierbij gelden twee uitzonderingen:

  • a.

    De betreffende camper is het eerste en enige motorvoertuig op het betreffende woonadres, of:

  • b.

    De betreffende camper wordt aantoonbaar en zeer regelmatig ingezet voor woon-werk verkeer.

Bijlage 5 Kostenonderbouwing naheffingsaanslag

• a.

  Vaste informatieverwerkingskosten€ 180.200

Kosten voor o.a. beheer- en onderhoud van de parkeersystemen voor straat parkeren. Denk hierbij aan de parkeerautomaten, bebording en software.

• b.

  Variabele informatieverwerkingskosten € 29.500

Kosten voor o.a. bevraging Nationaal Parkeer Register en afhandeling financiële transacties parkeerautomaten.

• c.

  Kosten van afschrijving€ 39.407

Kosten voor o.a. afschrijving en rentes parkeerapparatuur en systemen

• d.

  Personeelskosten€ 147.915

Personeel kosten voor o.a. handhaving, heffing en inning, KCC en overhead.

• e.

  Oninbare naheffingsaanslagen€ 788

Aantal niet invorderbare naheffingsaanslagen: 10

Totale begrote kosten 2025:€ 398.810

Prognose aantal naheffingsaanslagen 2025: 1.000

Kostprijs per naheffingsaanslag:€ 398,81

Maximaal tarief naheffingsaanslag: € 78,80

Bijlage 6 Besluit lijst Parkeren Op Eigen Terrein (POET)

Vast te stellen dat de bewonersadressen, op basis van artikelen 1, 3 en 10 van bijlage 3 van de Uitvoeringsbesluiten Parkeerverordening 2025 en Verordening Parkeerbelastingen 2025 vanwege het aanwezig zijn van een eigen parkeergelegenheid het recht op een bewonersvergunning, bezoekersvergunning en mantelzorgvergunning vervalt, luiden als volgt:

Bijlage 7 Plattegrond gebiedsindeling