Kwaliteitskader peuteropvang in de gemeente Barneveld 2024

Geldend van 01-01-2024 t/m heden

Intitulé

Kwaliteitskader peuteropvang in de gemeente Barneveld 2024

De inspectie-eisen zijn gekoppeld aan de Subsidieregeling Onderwijskansen gemeente Barneveld. Op grond van deze regeling kan kinderopvang in aanmerking komen voor een subsidie indien zij voldoet aan dit kwaliteitskader. Deze subsidie volgt een peuter, die gebruik maakt van een door de gemeente Barneveld erkende peuteropvang uitgevoerd onder de Wet kinderopvang.

Het toezicht conform de Wet kinderopvang wordt uitgevoerd door de GGD. De GGD rapporteert de gemeente over de uitkomsten van de inspectie. De gemeente is verantwoordelijk voor eventuele handhaving. Daarnaast legt de kinderopvang jaarlijks verantwoording af aan de gemeente over de uitvoering van het kwaliteitskader.

Doel: Bewaken, beheersen en verbeteren van de peuteropvang/VVE kwaliteit in de gemeente Barneveld.

Looptijd: Dit kwaliteitskader is geldig vanaf 1-1-2024.

Nr.

Omschrijving

1.

Wettelijke kaders peuteropvang

Houders die het peuterarrangement aanbieden voldoen aan de vereisten die zijn opgenomen in:

  • De Wet kinderopvang

  • De Wet innovatie en kwaliteit kinderopvang

  • Het besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie

  • Het toezichtkader onderwijsinspectie

Controlerende instantie GGD

2. Kindgebonden financiering peuteropvang

2.1 Doel: een ontwikkelingsgericht aanbod wordt aangeboden aan peuters van 2 tot 4 jaar.

2.2 Eisen aanbod 1 :

  • Dagdeel peuteropvang duurt niet langer dan 6 uur of als peuteropvang plaatsvindt binnen dagopvang mag maximaal 6 uur meetellen voor het totaal van 320 of 960 uur.

  • Peuteropvang wordt gegeven in een horizontale groep. Als er sprake is van een verticale stamgroep wordt deze ten behoeve van de peuteropvang gesplitst in gescheiden groepen.

  • Peuteropvang duurt minimaal 40 weken per jaar.

  • Er wordt gewerkt met een door het NJI goedgekeurde integraal VVE-programma.

  • De ontwikkeling van de kinderen wordt structureel gevolgd door een kindvolgsysteem dat voldoet aan de eisen van het waarderingskader van de inspectie van het Onderwijs.

Peuteropvang voor kinderen van 2 tot 4 jaar zonder VVE indicatie:

  • Totaal 8 uur per week of totaal 320 uur per jaar.

Peuteropvang kinderen van 2 tot 4 jaar met een VVE indicatie2 :

  • Totaal 16 uur per week of totaal 640 uur per jaar.

  • Totaal uren in de periode van 2,5 tot 4 jaar 960 uur.

3.Inzet pedagogisch beleidsmedewerker VVE (PBM’er)

3.1 Doel: inzet verhogen van de kwaliteit van het aanbod van VE

3.2 Voorwaarden:

  • Gestelde eisen conform art. 2a van het Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie

  • Elke locatie beschrijft in haar pedagogisch beleidsplan (onderdeel subsidieaanvraag) welke kwaliteit verbeterende maatregelen zij gaat nemen en neemt daarin op welke rol en aandeel de PBM’er hierin gaat vervullen.

  • Er is 10 uur per doelgroeppeuter VVE beschikbaar. Deze 10 uur is gebaseerd op een plaatsingsperiode van een kalenderjaar. Indien de plaatsingsperiode minder is, wordt het aantal uur naar rato berekend.

3.3 Verantwoording:

Op locatieniveau vindt verantwoording op inzet plaats. Ook achteraf wordt dit verwoord in de inhoudelijke en financiële toelichting over de inzet van de aangevraagde subsidie(s). 

3.4 Afstemming inzet op gemeenteniveau

Doorgaande lijn:

  • Afspraken uitvoeren zoals staan beschreven in het beleidskader onderwijskansen gemeente Barneveld hoofdstuk 3.3

Ouders:

  • Elke locatie maakt jaarlijks een werkplan ouderbetrokkenheid (onderdeel van het pedagogisch beleidsplan).

Externe zorg:

  • Organisaties die subsidie ontvangen op basis van de regeling peuteropvang gemeente Barneveld nemen actief deel aan de externe zorgstructuur.

4.Subsidie passende kinderopvang

4.1 Doel: De gemeentelijke kostprijs peuteropvang gaat uit van gemiddelde spreiding doelgroeppeuters over de peuteropvanglocaties. Hoewel het de bedoeling is dat er zoveel mogelijk gemengde peutergroepen zijn (kinderen met en zonder vve-indicatie die samen spelen en zich ontwikkelen), kan het zijn dat een locatie of kind vraagt om meer inzet dan de basisondersteuning biedt. In deze gevallen is het mogelijk om een extra subsidie aan te vragen. We verwachten dat hierdoor de opbrengst van het educatieve programma beter tot zijn recht komt voor de groep of voor een individueel kind zelf. 

4.2 Voorwaarden:

  • In het actieplan passende kinderopvang (onderdeel subsidieaanvraag) wordt beschreven hoe de subsidie ingezet wordt.

  • En hoe de inzet van deze subsidie zich verhoudt met de inzet van de pedagogisch beleidsmedewerker/coach.

  • Voor de aanvraag is afstemming nodig met de Coach on the job.

4.3 Verantwoording:

Op locatieniveau vindt verantwoording op inzet plaats. Ook achteraf wordt dit verwoord in de inhoudelijke en financiële toelichting over de inzet van de aangevraagde subsidie(s).

5. Beleidsplan onderwijskansen

Resultaten:

  • De resultaten van de kinderen met een VVE indicatie worden geregistreerd en gerapporteerd volgens de afspraken beschreven in het beleidsplan onderwijskansen gemeente Barneveld hoofdstuk 3.6.

6. Plusje (extra opslag) peuteropvang

6.1 Doel: extra opslag voor voorbereidings- en evaluatietijd en uitvoering aan de gemeente gehanteerde kwaliteitseisen boven op de wettelijke minimumeisen.

6.2 Voorwaarden:

De voorschoolse instelling legt in het pedagogisch werkplan vast op welke wijze door pedagogisch medewerkers invulling wordt gegeven aan de voorbereidings- en evaluatietijd, oudercontactmomenten en overleg momenten.

7. Kleine kern

8.1 Doel: peuteropvang ook in kleine kernen toegankelijk

8.2 Voorwaarden:

  • Er is sprake van een groep als er in een kalenderjaar gemiddeld 6 kinderen gebruik maken van de peuteropvang.

  • Er is maar 1 aanbieder van peuteropvang in een dorpskern.

  • De hoogte van de aanvullende subsidie is maximaal de aanvulling die nodig is tot het vastgestelde exploitatiemodel.


Noot
1

Alleen in de kleine kern kan (in overleg) worden afgeweken van het verplichte 16-uursaanbod bij gebrek aan VVE-doelgroepkinderen.

Noot
2

Voor peuters van 2 tot 2,5 jaar geldt er geen verplichting om 16 uur VVE aan te bieden door de locatie, maar is de 16 uur een maximum.