Besluit van het algemeen bestuur van de Regionale Belasting Groep houdende regels omtrent takenregister Besluit Takenregister Regionale Belasting Groep per 1 januari 2025

Geldend van 18-12-2024 t/m heden

Intitulé

Besluit van het algemeen bestuur van de Regionale Belasting Groep houdende regels omtrent takenregister Besluit Takenregister Regionale Belasting Groep per 1 januari 2025

Besluit Takenregister Regionale Belasting Groep per 1 januari 2025 op grond van artikel 6, tweede en derde lid van de gemeenschappelijke regeling RBG

  • A.

    Het hoogheemraadschap van Delfland heeft aan de RBG de heffing en invordering van de volgende belastingen overgedragen:

    • 1.

      Watersysteemheffing;

    • 2.

      Zuiveringsheffing;

    • 3.

      Verontreinigingsheffing;

    • 4.

      Precariobelasting;

    • 5.

      Leges.

  • B.

    Het hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard heeft aan de RBG de heffing en invordering van de volgende belastingen overgedragen:

    • 1.

      Watersysteemheffing;

    • 2.

      Wegenheffing;

    • 3.

      Zuiveringsheffing;

    • 4.

      Verontreinigingsheffing;

    • 5.

      Precariobelasting;

    • 6.

      Leges.

  • C.

    De gemeente Delft heeft aan de RBG overgedragen:

    • 1)

      De uitvoering van de Wet waardering onroerende zaken.

    • 2)

      Met inachtneming van hetgeen geregeld is in de betreffende gemeentelijke belastingverordeningen, de heffing en invordering van:

      • 1.

        Onroerendezaakbelastingen;

      • 2.

        Afvalstoffenheffing;

      • 3.

        Rioolheffing;

      • 4.

        Reinigingsrechten;

      • 5.

        Toeristenbelasting;

      • 6.

        Precariobelasting;

      • 7.

        Reclamebelasting;

      • 8.

        Kadegelden;

      • 9.

        Leges, met uitzondering van de leges als vermeld in de tarieventabel van de legesverordening:

        • ◼︎

          Paragraaf 1.1. Burgerlijke stand- Paragraaf 1.2. Reisdocumenten;

        • ◼︎

          Paragraaf 1.3. Rijbewijzen;

        • ◼︎

          Paragraaf 1.4. Verstrekkingen BRP

        • ◼︎

          Paragraaf 1.6. Vastgoedinformatie

        • ◼︎

          Paragraaf 1.7. Overige publiekszaken;

        • ◼︎

          Paragraaf 3.6. Huisvestingswet

        • ◼︎

          Paragraaf 1.9. Leegstandswet

        • ◼︎

          Paragraaf 1.10. Diversen met uitzondering van artikel 1.33, onderdeel 3 (gehandicaptenparkeerkaart) en onderdeel 1.35 ligplaatsen voor plezier- en terrasboten etc.;

        • ◼︎

          Paragraaf 3.1. Horeca, onder artikel 3.2. letter f.

        • ◼︎

          Paragraaf 3.2. Seksbedrijven

        • ◼︎

          Paragraaf 3.3. Winkeltijdenwet

  • D.

    De gemeente Vlaardingen heeft aan de RBG overgedragen:

    • 1)

      De uitvoering van de Wet waardering onroerende zaken.

    • 2)

      Met inachtneming van hetgeen geregeld is in de betreffende gemeentelijke belastingverordeningen, de heffing en invordering van:

      • 1.

        Onroerendezaakbelastingen;

      • 2.

        Afvalstoffenheffing;

      • 3.

        Rioolheffing;

      • 4.

        Eenmalig rioolaansluitrecht

      • 5.

        Toeristenbelasting;

      • 6.

        Precariobelasting;

      • 7.

        Lijkbezorgingsrechten;

      • 8.

        Reinigingsrechten;

      • 9.

        Havengelden pleziervaartuigen, recreatieve toeristische (bedrijfs)vaartuigen en historische schepen;

      • 10.

        Havengelden vaste ligplaatsen;

      • 11.

        BIZ-bijdrage;

      • 12.

        Leges, met uitzondering van de leges als vermeld in de tarieventabel van de legesverordening, hoofdstuk 1 onder:

        • ◼︎

          Algemeen;

        • ◼︎

          Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart;

        • ◼︎

          Basisregistratie Personen onder 11;

        • ◼︎

          Rijbewijzen;

        • ◼︎

          Kadaster;

        • ◼︎

          Verkeer/toezicht en handhaving onder 31.B en 31.C.

  • E.

    De gemeente Schiedam heeft aan de RBG overgedragen:

    • 1)

      De uitvoering van de Wet waardering onroerende zaken.

    • 2)

      Met inachtneming van hetgeen geregeld is in de betreffende gemeentelijke belastingverordeningen, de heffing en invordering van:

      • 1.

        Onroerendezaakbelastingen;

      • 2.

        Afvalstoffenheffing;

      • 3.

        Rioolheffing;

      • 4.

        Reinigingsrecht;

      • 5.

        Precariobelasting;

      • 6.

        Logiesbelasting;

      • 7.

        Woonwagenrecht;

      • 8.

        Woonschepenrecht;

      • 9.

        BIZ-bijdrage;

      • 10.

        Leges, met uitzondering van de leges als vermeld in de tarieventabel van de legesverordening:

        • ◼︎

          Paragraaf 1.1 Burgerlijke stand;

        • ◼︎

          Paragraaf 1.2. Reisdocumenten Nederlandse identiteitskaart;

        • ◼︎

          Paragraaf 1.3. Rijbewijzen;

        • ◼︎

          Paragraaf 1.4. Verstrekkingen uit de Gemeentelijke Basisadministratie Persoonsgegevens

        • ◼︎

          Paragraaf 1.7. Overige publiekszaken;

        • ◼︎

          Paragraaf 1.8. Gemeentearchief.

        • ◼︎

          Paragraaf 1.15. Verkeer en vervoer met uitzondering van Ontheffingen RVV en ontheffingen APV

  • F.

    De deelnemers hebben de werkzaamheden met betrekking tot de klantencontacten voor de hierboven genoemde taken overgedragen aan de RBG.

  • G.

    Ingeval een of meer in de onderdelen A tot en met E genoemde taken komen te vervallen, blijft de RBG deze uitvoeren zolang nodig is om het lopende belastingjaar volledig af te ronden, voor zover dit belastingjaar tot de werkzaamheden van de RBG behoorde, tenzij anders wordt bepaald.

Ondertekening

Aldus vastgesteld door het algemeen bestuur van de Regionale Belasting Groep in de openbare vergadering van 5 december 2024.

Het algemeen bestuur van de Regionale Belasting Groep,

Directeur,

(was getekend)

J.F. Kooistra

Voorzitter

(was getekend)

Drs. A.J.B. van der Klugt