Gedragscode politieke ambtsdragers gemeente Barneveld

Geldend van 01-01-2025 t/m heden

Intitulé

Gedragscode politieke ambtsdragers gemeente Barneveld

De raad van de gemeente Barneveld;

gelezen het voorstel van het presidium nr. 24-25;

gelet op de artikelen 15, derde lid, 41c, tweede lid en 69, tweede lid van de Gemeentewet;

b e s l u i t :

vast te stellen de Gedragscode politieke ambtsdragers gemeente Barneveld:

Bij integriteit van politieke ambtsdragers (te weten: leden van de Gemeenteraad en leden van het College van Burgemeester en Wethouders) en raadscommissieleden zijn de volgende kernbegrippen leidend:

Dienstbaarheid: het handelen van een politieke ambtsdrager is altijd en volledig gericht op het belang van de gemeente en op de organisaties en burgers die daar onderdeel van uit maken.

Functionaliteit: het handelen van een politieke ambtsdrager heeft een herkenbaar verband met de functie die hij vervult in het bestuur.

Onafhankelijkheid: het handelen van een politieke ambtsdrager wordt gekenmerkt door onpartijdigheid, dat wil zeggen dat geen vermenging optreedt met oneigenlijke belangen en dat ook iedere schijn van een dergelijke vermenging wordt vermeden.

Openheid: het handelen van een politieke ambtsdrager is transparant, opdat optimale verantwoording mogelijk is en de controlerende organen volledig inzicht hebben in het handelen van de politieke ambtsdrager en zijn beweegredenen daarbij.

Betrouwbaarheid: op een politieke ambtsdrager moet men kunnen rekenen. Die houdt zich aan zijn afspraken. Kennis en informatie waarover hij uit hoofde van zijn functie beschikt, wendt hij aan voor het doel waarvoor die zijn gegeven.

Zorgvuldigheid en respect: het handelen van een politieke ambtsdrager is zodanig dat alle organisaties en burgers op gelijke wijze en met respect worden bejegend en dat belangen van partijen op correcte wijze worden afgewogen. Deze kernbegrippen zijn de toetssteen voor de volgende gedragsafspraken.

Verantwoordelijkheid: Politieke ambtsdragers zetten zich zowel als individu als collectief in om de integriteit te bewaken en te bevorderen

1 Algemene bepalingen

  • 1.1.

    Deze gedragscode geldt voor politieke ambtsdragers van de gemeente Barneveld en voor leden van door de raad ingestelde commissies.

  • 1.2.

    Onder ‘politieke ambtsdragers’ worden verstaan de raadsleden, de wethouders en de burgemeester.

  • 1.3.

    Onder ‘bestuurders’ worden verstaan de wethouders en de burgemeester.

  • 1.4.

    De burgemeester en de griffier fungeren voor politieke ambtsdragers als vertrouwenspersoon bij vragen met betrekking tot integriteit.

  • 1.5.

    In gevallen waarin de code niet voorziet of waarbij de toepassing niet eenduidig is, vindt bespreking plaats in het college voor wat betreft de wethouders en in het presidium voor wat betreft de raadsleden en de burgemeester.

2 Belangenverstrengeling

  • 2.1.

    Een politieke ambtsdrager doet opgave van zijn financiële belangen in ondernemingen en organisaties waarmee de gemeente zakelijke betrekkingen onderhoudt. De opgave is openbaar en door derden te raadplegen.

  • 2.2.

    Bij privaat-publieke samenwerkingsrelaties voorkomt de politieke ambtsdrager (de schijn van) bevoordeling in strijd met eerlijke concurrentieverhoudingen.

  • 2.3.

    Een oud-politieke ambtsdrager wordt het eerste jaar na de beëindiging van zijn ambtstermijn uitgesloten van het tegen beloning verrichten van werkzaamheden voor de gemeente Barneveld of verbonden partijen van de gemeente Barneveld, waaraan hij verbonden was.

  • 2.4.

    Indien de onafhankelijke oordeelsvorming van een politieke ambtsdrager over een onderwerp in het geding kan zijn, geeft hij voorafgaand aan de beraadslaging of, indien er geen beraadslaging plaatsvindt, bij de besluitvorming daarover aan in hoeverre het onderwerp hem persoonlijk aangaat.

  • 2.5.

    Een politieke ambtsdrager die familie- of vriendschapsbetrekkingen of anderszins persoonlijke betrekkingen heeft met een aanbieder van diensten of zaken aan de gemeente, onthoudt zich van deelname aan de beraadslaging en de besluitvorming over de betreffende opdracht.

  • 2.6.

    Een politieke ambtsdrager neemt van een aanbieder van diensten aan de gemeente geen geschenken, faciliteiten of diensten aan die zijn onafhankelijke positie ten opzichte van de aanbieder kunnen beïnvloeden.

  • 2.7.

    Een politieke ambtsdrager vervult geen nevenfuncties die een risico vormen voor een integere vervulling van de politieke functie.

  • 2.8.

    Een politieke ambtsdrager geeft ten behoeve van de openbaarmaking van zijn nevenfuncties en q.q.-nevenfuncties aan voor welke organisatie de functies worden verricht, wat het tijdsbeslag is en of de functies bezoldigd zijn.

  • 2.9.

    Een politieke ambtsdrager behoudt geen inkomsten uit een q.q.-nevenfunctie, tenzij dat op grond van de wet geheel of gedeeltelijk is toegestaan. De inkomsten komen ten goede aan de kas van de gemeente. Voor een voltijds bestuurder vindt verrekening plaats met inkomsten uit niet aan het ambt gebonden nevenfuncties.

3 Informatie

  • 3.1.

    Een politieke ambtsdrager gaat zorgvuldig en correct om met informatie waarover hij uit hoofde van zijn ambt beschikt. Hij zorgt ervoor dat niet-openbare stukken veilig worden opgeborgen en dat digitale bestanden beveiligd zijn. Hij neemt privacywet- en regelgeving in acht.

  • 3.2.

    Een politieke ambtsdrager houdt geen informatie achter.

  • 3.3.

    Een politieke ambtsdrager verstrekt geen geheime, vertrouwelijke of anderzijds niet-openbare informatie.

  • 3.4.

    Een politieke ambtsdrager maakt niet ten eigen bate of ten bate van zijn persoonlijke betrekkingen gebruik van in de uitoefening van het ambt verkregen informatie.

  • 3.5.

    Een politieke ambtsdrager gaat verantwoord om met de e-mail- en internetfaciliteiten alsmede met de sociale media van de gemeente.

4 Geschenken, diensten en uitnodigingen

  • 4.1.

    Een politieke ambtsdrager accepteert geen geschenken, faciliteiten of diensten indien zijn onafhankelijke positie hierdoor kan worden beïnvloed. In onderhandelingssituaties weigert hij door betrokken relaties aangeboden geschenken of andere voordelen.

  • 4.2.

    Geschenken en giften die een politieke ambtsdrager uit hoofde van zijn functie ontvangt, worden gemeld en geregistreerd en zijn eigendom van de gemeente. Er wordt een gemeentelijke bestemming voor gezocht. De griffier legt een register aan voor de registratie van geschenken en giften en beheert dit register waar het leden van de gemeenteraad betreft. Waar het leden van het college betreft wordt het register aangelegd en beheert door de gemeentesecretaris. De registers zijn openbaar en via internet beschikbaar.

  • 4.3.

    Indien een politieke ambtsdrager geschenken of giften ontvangt die een waarde van minder dan 50 euro vertegenwoordigen, kunnen deze in afwijking van het bepaalde in 4.2 worden behouden en behoeven ze niet te worden gemeld en geregistreerd.

  • 4.4.

    Aanbiedingen voor privéwerkzaamheden of kortingen op privégoederen worden niet geaccepteerd.

  • 4.5.

    Een politieke ambtsdrager maakt in het bestuursorgaan waar hij deel van uitmaakt, melding van uitnodigingen voor excursies, lunches, evenementen, werkbezoeken, etc op kosten van derden.

  • 4.6.

    Een politieke ambtsdrager die vanuit zijn ambtsfunctie geschenken geeft, diensten en faciliteiten aanbiedt of uitnodigingen verstrekt, doet dit niet op persoonlijke titel maar namens de overheid waar hij aan verbonden is. De gemeenteraad wordt geïnformeerd over door het college verstrekte geschenken en uitnodigingen.

5 Bestuurlijke uitgaven, onkostenvergoedingen, buitenlandse dienstreizen en voorzieningen

  • 5.1.

    Uitgaven worden uitsluitend vergoed als de hoogte daarvan, de functionaliteit in relatie tot het ambt of het belang van de gemeente kunnen worden aangetoond. Een politieke ambtsdrager is terughoudend bij het in rekening brengen van uitgaven die zich op het grensvlak van privé en publiek bevinden.

  • 5.2.

    Een politieke ambtsdrager declareert geen kosten die reeds op andere wijze worden vergoed.

  • 5.3.

    In geval van twijfel over een declaratie of over het correct gebruik van een creditcard door een bestuurder, wordt dit voorgelegd aan de burgemeester en zo nodig ter besluitvorming aan het college van B&W.

  • 5.4.

    Een politieke ambtsdrager die het voornemen heeft uit hoofde van zijn functie een buitenlandse reis te maken of is uitgenodigd voor een buitenlandse reis of werkbezoek op kosten van derden, heeft vooraf toestemming nodig van het bestuursorgaan waar hij deel van uitmaakt. Het gemeentelijke belang van de reis is doorslaggevend voor de besluitvorming. Indien het toestemming aan een bestuurder betreft, wordt de raad van de besluitvorming in het college op de hoogte gesteld.

  • 5.5.

    Een politieke ambtsdrager meldt het voornemen tot een buitenlandse reis of een uitnodiging daartoe in het bestuursorgaan waar hij deel van uit maakt en verschaft daarbij informatie over het doel van de reis, de bijbehorende beleidsoverwegingen, de samenstelling van het gezelschap, de geraamde kosten en de wijze waarop van de reis verslag wordt gedaan.

  • 5.6.

    Het ten laste van de gemeente meereizen van de partner van de politieke ambtsdrager naar en in het buitenland is uitsluitend toegestaan wanneer dit gebeurt op uitnodiging van de ontvangende partij en het belang van de gemeente daarmee gediend is. Het meereizen van de partner wordt bij de besluitvorming betrokken.

  • 5.7.

    Het anderszins meereizen naar en in het buitenland van derden op kosten van de gemeente is niet toegestaan. Het meereizen van derden op eigen kosten is toegestaan en wordt in dat geval bij de besluitvorming betrokken.

  • 5.8.

    Het verlengen van een buitenlandse dienstreis voor privé-doeleinden is toegestaan, mits dit is betrokken bij de besluitvorming. De extra reis- en verblijfkosten en de fiscale gevolgen komen volledig voor rekening van de politieke ambtsdrager.

  • 5.9

    Gebruik van gemeentelijke eigendommen of – voorzieningen voor privédoeleinden is niet toegestaan, tenzij het betreft de bruikleen van mobiele apparaten die mede voor privédoeleinden kunnen worden gebruikt.

6 Naleving gedragscode

  • 6.1.

    Politieke ambtsdragers en raadscommissieleden zorgen dat zij bekend zijn met de inhoud van de gedragscode. Zij ontvangen bij hun aantreden een exemplaar van de code.

  • 6.2.

    Een politieke ambtsdrager is aanspreekbaar op de naleving van deze code.

  • 6.3.

    Leden van door de raad ingestelde commissies zijn aanspreekbaar op naleving van deze code.

  • 6.4.

    De politieke ambtsdragers bevorderen de integriteit van het bestuur. Zij voeren hiertoe jaarlijks minimaal één gesprek over het onderwerp integriteit en bespreken daarbij of de gedragscode wijziging of aanvulling behoeft.

7 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 7.1.

    Deze regeling treedt in werking op 1 januari 2025

  • 7.2.

    De Gedragscode politiek ambtsdragers gemeente Barneveld, vastgesteld bij raadsbesluit van 1 oktober 2013, wordt ingetrokken.

  • 7.3.

    Deze regeling kan worden aangehaald als: Gedragscode politieke ambtsdragers gemeente Barneveld.

Ondertekening

Vastgesteld in de openbare vergadering van 11 december 2024.

De raad voornoemd,

de griffier,

de voorzitter,