Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR729316
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR729316/1
Toetsingskader evenementen randvoorwaarden voor vergunningen en meldingen 2025
Geldend van 01-01-2025 t/m heden
Intitulé
Toetsingskader evenementen randvoorwaarden voor vergunningen en meldingen 20251. INLEIDING
Evenementen zijn belangrijk voor Enschede. Jaarlijks vinden binnen de gemeentegrenzen honderden evenementen plaats: van grote meerdaagse festivals tot kleine buurt- of straatfeesten. Het Enschedese evenementenaanbod onderscheidt zich door grote diversiteit en veelzijdigheid. Een gevarieerd evenementenaanbod is belangrijk. Het geeft ruimte voor ontspanning, ontmoeting en maakt Enschede een fijne stad om in te wonen, werken of studeren. Tegelijkertijd vervullen evenementen een belangrijke functie voor de hele regio. Evenementen hebben een aantrekkende werking op bezoekers en toeristen en hebben een grote economische impact. Evenementen kunnen naast deze positieve effecten ook negatieve effecten hebben. Ze kunnen een grote invloed op de omgeving en de openbare orde en veiligheid hebben. Bijvoorbeeld door geluid en grote aantallen bezoekers. Om dat zoveel mogelijk te voorkomen stellen we voorwaarden aan evenementen.
We beperken overmatige overlast door evenementen
We zijn ons ervan bewust dat evenementen overlast kunnen veroorzaken voor omwonenden en omliggende ondernemers. Dit proberen we zoveel mogelijk te beperken door voorwaarden op te leggen. De evenementenorganisator moet zich daaraan houden. Bovendien houden we gedurende grotere evenementen voortdurend contact met de organisatie en zoeken we samen naar oplossingen wanneer signalen over overlast binnenkomen.
Evenementen moeten veilig zijn voor iedereen
Evenementen worden steeds groter met meer technische installaties, bouwsels en bouwwerken. Het is belangrijk dat alle evenementen veilig verlopen voor zowel bezoekers, deelnemers, medewerkers als omwonenden. Dit vraagt meer van ons als gemeente. We moeten nog meer oog hebben voor het verantwoord laten verlopen van evenementen. Goede voorwaarden in de vergunning en adequaat toezicht en handhaving zijn dan ook noodzakelijk.
De evenementenorganisator (vergunning- of meldinghouder) is primair verantwoordelijk voor een veilig verloop van het evenement. Dat houdt in dat de risico’s en impact van het evenement goed in kaart gebracht moeten worden door de evenementenorganisator en dat er maatregelen genomen moeten worden om het evenement veilig te laten verlopen.
We werken met evenementenvergunningen en -meldingen
We hebben grote en kleine evenementen. Evenementen met veel en weinig invloed op hun omgeving. Niet voor alle evenementen zijn dezelfde voorwaarden nodig. Afhankelijk van de grootte en het soort evenement heeft de organisator een evenementenvergunning nodig óf volstaat het doen van een melding van het evenement. Naast de evenementenvergunning of -melding kunnen ook andere vergunningen of ontheffingen nodig zijn.
De randvoorwaarden staan in dit toetsingskader
In dit toetsingskader zijn de randvoorwaarden voor evenementen vastgesteld. Dit toetsingskader vervangt het toetsingskader uit 2017. In december 2023 is het overkoepelende evenementenbeleid: ‘Samen vieren, samen groeien’ vastgesteld. Het toetsingskader maakt onderdeel uit van het integrale evenementenbeleid van de gemeente Enschede.
2. WETTELIJK KADER
Er is een breed scala van regels dat in meer of mindere mate van toepassing is op evenementen. In dit hoofdstuk wordt een overzicht gegeven van de wet- en regelgeving die (mogelijk) van toepassing is.
2.1 Algemene Plaatselijke Verordening Enschede
In de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) staan de gemeentelijke regels over de openbare orde en veiligheid. De APV biedt de grondslag voor dit toetsingskader. In Hoofdstuk 2 afdeling 7 (artikelen 2:24 – 2:26) zijn regels voor evenementen opgenomen. De integrale tekst uit de APV, is te vinden in bijlage 1.
2.2 Verordening kwaliteit leefomgeving Enschede
In de Verordening kwaliteit leefomgeving (Vkl) staan regels over de fysieke leefomgeving die o.a. gaan over geluidhinder bij collectieve en incidentele festiviteiten. De regels uit de Vkl zijn van toepassing op evenementen.
Nu de Omgevingswet met ingang van 1 januari 2024 in werking is getreden, zal een groot deel van de regels uit de Vkl stap voor stap worden verwerkt in het omgevingsplan. Dat moet voor het eind van 2031 klaar zijn. Tot dat moment blijven de regels uit de Vkl van kracht. Terwijl de APV voor dit toetsingskader de grondslag biedt voor openbare orde en veiligheid, doen de Vkl en het omgevingsplan dat voor de leefomgeving.
2.3 Overige wet- en regelgeving
Naast de bepalingen in de APV, Vkl en het omgevingsplan kunnen andere (wettelijke) regelingen 1 van toepassing zijn bij het organiseren van een evenement:
- •
Algemene wet bestuursrecht (Awb);
- •
Alcoholwet;
- •
Arbeidsomstandighedenwet;
- •
Besluit brandveilig gebruik en basishulpverlening overige plaatsen (BGBOP);
- •
Europese Single Use Plastics-richtlijn;
- •
Gemeentewet;
- •
Omgevingswet;
- •
Politiewet;
- •
Vuurwerkbesluit;
- •
Warenwet;
- •
Wegenverkeerswet 1994;
- •
Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur (Bibob);
- •
Wet luchtvaart;
- •
Wet op de kansspelen;
- •
Wet publieke gezondheid;
- •
Wet veiligheidsregio’s;
- •
Zondagswet.
In bijlage 2 is een toelichting gegeven op een aantal van de bovenstaande wetten.
2.4 Regionaal kader evenementenveiligheid
Dit toetsingskader sluit aan bij de doelen, kaders en uitgangspunten zoals die zijn opgenomen in het Regionaal kader evenementenveiligheid opgesteld door Veiligheidsregio Twente. In dit kader staan de uitgangspunten om evenementen mogelijk te maken op een wijze dat veiligheid en gezondheid gewaarborgd zijn.
3. DEFINITIE EVENEMENT
De definitie van een evenement is opgenomen in de APV van de gemeente Enschede. In artikel 2:24 APV wordt onder een evenement verstaan: elke voor publiek toegankelijke verrichting van vermaak.
Onder een evenement wordt mede verstaan:
- •
Een herdenkingsplechtigheid;
- •
Een braderie;
- •
Een themamarkt, tenzij deze privaatrechtelijk is gereguleerd;
- •
Een beurs;
- •
Een grootschalig verkoopevenement in een evenementenhal;
- •
Een optocht op de weg niet zijnde een betoging als bedoeld in artikel 2:3 APV;
- •
Een besloten bijeenkomst voor zover die plaatsvindt op een openbare plaats;
- •
Een (besloten) bijeenkomst, waarvoor publiekelijk kaarten worden verkocht en/of publiekelijk reclame wordt gemaakt;
- •
Tentfeesten;
- •
Een vuurwerkshow.
3.1 Melding of vergunning?
Er wordt onderscheid gemaakt tussen twee verschillende soorten evenementen die elk een andere procedure kennen: evenementen met een meldingsplicht en evenementen met een vergunningplicht, zie figuur 1. De APV beschrijft wanneer kan worden volstaan met een evenementenmelding of wanneer een evenement vergunningplichtig is, zie bijlage 1.
Figuur 1: Evenement melden of evenementenvergunning aanvragen?
3.2 Vier categorieën vergunningplichtige evenementen
De vergunningplichtige evenementen worden onderverdeeld in de categorieën 1, 2, 3 en 4. Deze indeling heeft te maken met de mate waarin evenementen effect op hun omgeving kunnen hebben. Denk hierbij aan het geluidsniveau en de eindtijd van het evenement. Een uitgebreide beschrijving van deze categorieën en voorwaarden zijn te vinden in paragraaf 7.1 van dit toetsingskader.
4. EEN EVENEMENT MELDEN
Kleine evenementen zijn minder belastend voor de omgeving dan grotere evenementen en hebben een beperkte impact op de openbare orde, veiligheid en het milieu. Voor deze evenementen kan worden volstaan met een melding, waaraan algemene voorwaarden zijn verbonden (art. 2:25A lid 3 en lid 4 APV). Dat geeft organisatoren van een klein evenement meer vrijheid, maar tegelijkertijd ook de verantwoordelijkheid voor een goed verloop van het evenement.
Het melden van een evenement is belangrijk, zodat hulpdiensten tijdig op de hoogte zijn van geplande evenementen. Ook is het melden van belang indien in het kader van het handhaven van de openbare orde aanvullende eisen nodig zijn.
4.1 Indieningstermijn en -vereisten melding
Een melding dient minimaal 15 werkdagen voorafgaand aan het evenement via het digitaal loket van de gemeente Enschede te worden ingediend: melding doen van een evenement. Bij het doen van de melding, verklaart de melder te voldoen aan álle algemene voorwaarden.
Benodigde bijlage
Bij een melding dient, indien van toepassing, de onderstaande bijlage te worden bijgevoegd:
- •
Plattegrond (situatietekening)
-
Geef op een duidelijke plattegrond aan waar het evenement wordt gehouden, vermeld het volgende: straatnaam en huisnummers, te plaatsen objecten en afmetingen/plaats tent.
- •
Verkeersplan
-
Let op: Is er een wegafsluiting nodig voor een buurt- of straatfeest, dan moet er een verkeersplan worden aangeleverd bij de melding. Op basis van de APV mogen geen wegen worden afgesloten. Buurt- en straatfeesten worden hiervan uitgezonderd, mits het een 30-km straat betreft, die geen busroute, omleidingsroute of doorgaande weg is (art. 2:25A lid 3 sub i APV). In bijlage 3 staat waar een verkeersplan aan moet voldoen.
Als blijkt dat niet aan alle voorwaarden kan worden voldaan, dan is het niet meer mogelijk om binnen de termijn van 15 werkdagen alsnog een evenementenvergunning te verkrijgen. Het evenement kan dan niet doorgaan. Het is dus zaak om vroegtijdig te bepalen of met een melding volstaan kan worden.
4.2 Evenementen met een vergunningplicht
Bij grote evenementen, met o.a. meer dan 500 bezoekers per dag, kan niet worden volstaan met een melding wegens mogelijk risico op verstoring van de openbare orde, overlastsituaties, verkeersveiligheid, publieksveiligheid, volksgezondheid etc. Om voorwaarden op maat te kunnen geven is een vergunning noodzakelijk. Nog sterker dan bij meldingsplichtige evenementen geldt hier dat hulpdiensten goed op de hoogte dienen te zijn van de geplande evenementen.
In hoofdstuk 5 wordt het proces van de vergunningaanvraag beschreven.
5. PROCES AANVRAAG EVENEMENTENVERGUNNING
Wanneer een evenementenvergunning nodig is, moet er aan verschillende zaken voldaan worden. Er is tijd nodig om een aanvraag te kunnen beoordelen. Vergunningverleners kunnen daarbij advies vragen aan diverse instanties, waaronder de hulpdiensten en de Veiligheidsregio Twente. Om ervoor te zorgen dat een vergunning op tijd voor een evenement wordt verleend, dient een organisator tijdig een ontvankelijke aanvraag in te dienen.
5.1 Indieningstermijn vergunning
De organisator dient minimaal 12 weken en maximaal 30 weken voorafgaand aan het evenement een aanvraag voor een evenementenvergunning in. Daarvoor moet het formulier: evenementenvergunning worden gebruikt.
Als een aanvraag korter dan de vereiste 12 weken voor het evenement wordt ingediend, dan kan worden besloten om deze niet in behandeling te nemen, omdat er onvoldoende tijd is voor een correcte beoordeling en afhandeling van de aanvraag. Dit houdt in dat het evenement niet kan plaatsvinden.
Een beslissing op een aanvraag voor een vergunning wordt binnen 8 weken na de datum van ontvangst van de aanvraag genomen. Als de aanvraag niet volledig is, en de gemeente om meer informatie of onderzoeken verzoekt, wordt die termijn stopgezet tot het moment dat de aanvrager de informatie aan de gemeente toestuurt. Daarna loopt de termijn weer door.
5.2 Indieningsvereisten vergunning
Voor een goede beoordeling is een ontvankelijke aanvraag nodig. Een aanvraag is ontvankelijk als alle informatie die nodig is om tot een goede beoordeling te komen ook daadwerkelijk in het bezit van de gemeente is. Deze informatie geeft onder andere belangrijke informatie ten behoeve van de beoordeling van een veilig verloop van het evenement.
Benodigde bijlagen
Bij een aanvraag dienen de onderstaande bijlagen te worden bijgevoegd:
- •
Een op schaal gemaakte situatietekening van het evenemententerrein met daarop ingetekend alle te plaatsen objecten (schaal 1:1000);
- •
Een op schaal gemaakte plattegrond (schaal 1:100) van tenten, waarbij er meer dan 150 personen tegelijkertijd in de tent aanwezig zijn;
- •
Veiligheidsplan (bijlage 3);
- •
Verkeersplan (bijlage 3);
- •
Constructiegegevens van tijdelijke bouwsels volgens de richtlijn van “Bouwkundige en constructieve eisen bouwwerken tijdens evenementen in de gemeente Enschede 2018” (bijlage 4) (indien van toepassing);
- •
RAS-nummer van attractie- en speeltoestellen (indien van toepassing);
- •
Programma en draaiboek van het evenement (indien van toepassing);
- •
Een routekaart (indien van toepassing);
- •
Gegevens van leidinggevenden die alcoholische dranken schenken op basis van de Alcoholwet, zoals: volledige voor- en achternaam (meisjesnaam), geboortedatum, geboorteplaats, postcode/woonplaats en telefoonnummer (indien van toepassing);
- •
Informatiebrief omwonenden en bedrijven (van toepassing op een categorie 2-, 3- en 4 evenement).
Bibob
In het kader van de Wet Bibob heeft de gemeente Enschede Bibob-beleid vastgesteld: Bibob-onderzoek. Daarin wordt geregeld voor welke activiteiten een Bibob-toets moet worden uitgevoerd. Als daarvoor gegronde redenen zijn kan de gemeente besluiten voorafgaand aan een evenement een Bibob-toets uit te voeren. In dat geval zal de toets onderdeel zijn van het proces van vergunningverlening. Mocht de toets negatief uitvallen, dan zal geen evenementenvergunning verleend worden.
5.3 Integrale evenementenvergunning
Waar mogelijk wordt gewerkt met een integrale evenementenvergunning. Hiermee wordt bedoeld een vergunning met zowel de voorschriften met betrekking tot het evenement, maar waarin ook ontheffingen voor bijvoorbeeld de Alcoholwet of Zondagswet zijn opgenomen. De vergunning en ontheffingen inclusief de voorschriften worden samengevoegd tot één document. Dit vermindert voor alle partijen de administratieve lasten en zorgt voor een transparante en uniforme procedure.
Afhankelijk van de activiteiten kunnen er naast de integrale evenementenvergunning, andere vergunningen of ontheffingen nodig zijn, zoals bijvoorbeeld een omgevingsvergunning.
5.4 Vooraankondiging evenementen
Organisatoren kunnen hun voornemen om een vergunningplichtig evenement te organiseren voor 1 november van het jaar voorafgaand aan het evenement aankondigen via het digitaal loket van de gemeente Enschede. Aangekondigde evenementen worden op de strategische evenementenkalender Enschede geplaatst. Dit is van belang om inzichtelijk te krijgen hoe evenementen over het jaar en over de gemeente zijn verdeeld. Ook biedt het tijdig inzicht in de benodigde capaciteit van bijvoorbeeld hulpverlenende diensten en de beschikbaarheid van de gewenste locatie. Eventuele knelpunten worden hierdoor vroegtijdig gesignaleerd en zo mogelijk opgelost. Enschede Promotie coördineert in opdracht van de gemeente Enschede het opstellen van de strategische evenementenkalender. Deze evenementenkalender wordt vastgesteld door het college van B&W.
Uiterlijk 31 december krijgen organisatoren die hun evenement(en) hebben aangemeld bericht over een plek op de strategische evenementenkalender. Het plaatsen van een evenement op deze kalender geeft echter niet zonder meer recht op een vergunning. Er zal alsnog tijdig een ontvankelijke aanvraag moeten worden ingediend.
De vooraankondiging is ook belangrijk bij besluitvorming rondom samenlopende vergunningaanvragen (zie paragraaf 5.5). Zitten evenementen elkaar mogelijk in de weg, dan krijgt de aanvraag voor het evenement waarvoor een vooraankondiging is gedaan voorrang.
5.5 Samenlopende vergunningaanvragen
Het kan gebeuren dat meerdere aanvragen voor het houden van een evenement worden ingediend voor dezelfde locatie, datum en tijdstip. We spreken dan over samenlopende aanvragen. Dat wil nog niet direct zeggen dat deze evenementen niet gelijktijdig kunnen doorgaan. Dat is pas het geval als deze evenementen elkaar negatief beïnvloeden. Denk bijvoorbeeld aan objecten die op dezelfde plaats gepland zijn, evenementen die thematisch niet bij elkaar passen of waarvan de geluidsniveaus of muziekstijlen elkaar negatief beïnvloeden. In dat geval spreken we over concurrerende aanvragen.
Bij samenlopende aanvragen dient de burgemeester te besluiten of de betreffende evenementen zonder problemen vergund kunnen worden. Is dat het geval, dan kunnen zij in hun geplande vorm doorgaan. De burgemeester kan, om tot zijn besluit te komen, desgewenst advies vragen van externe adviseurs.
In situaties waarin aanvragen worden gedaan voor samenlopende evenementen die potentieel concurrerend zijn, wordt aan de hand van het ‘Afwegingskader en procedureregels samenlopende aanvragen voor evenementen’ (bijlage 5) bepaald welk evenement voorrang krijgt. In dit afwegingskader worden de aanvragen van samenlopende evenementen aan de hand van meerdere stappen getoetst, waarna na elke stap aanvragen kunnen afvallen.
5.6 Leges
Voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een evenementenvergunning worden leges in rekening gebracht. In de legesverordening staat beschreven hoe hoog het bedrag aan leges is dat in rekening wordt gebracht. Eventuele vrijstelling van leges en de daarvoor geldende voorwaarden, zijn ook opgenomen in de legesverordening. De meest actuele legesverordening kan ingezien worden op de website van de gemeente Enschede: leges.
5.7 Informatievoorziening richting omwonenden en bedrijven
Het is van belang dat omwonenden en bedrijven op de hoogte zijn van welke evenementen waar en wanneer plaatsvinden. Zo kunnen zij rekening houden met mogelijke activiteiten voor de deur en eventuele wijzigingen in het verkeer, wat invloed kan hebben op de bereikbaarheid van hun huizen en bedrijven. Dit betekent dat een goede communicatie vanuit de evenementenorganisatie richting deze partijen over de bereikbaarheid van de stad, de locatie, inhoud, datum, doelgroep, organisator en tijden van het evenement, belangrijk is.
Organisatoren van een vergunningplichtig categorie 2-, 3-, en 4- evenement moeten omwonenden en omliggende bedrijven uiterlijk twee weken voor het evenement via een brief informeren. Zo worden omwonenden en omliggende bedrijven onder andere geïnformeerd over wie zij kunnen bellen of aanspreken bij eventuele overlast, zoals (geluids)hinder. Deze informatiebrief dient als bijlage te worden aangeleverd bij de aanvraag.
In een informatiebrief dient in ieder geval het volgende te worden opgenomen:
- •
Wanneer het evenement plaatsvindt;
- •
Wat de op- en afbouwtijden zijn;
- •
Wat de omwonenden en bedrijven ervan kunnen merken. Denk aan geluid, muziek, verkeer, parkeren etc.;
- •
Wat de organisator eraan doet om de eventuele overlast zo veel mogelijk te beperken;
- •
Telefoonnummer/e-mailadres van de organisator (voor/tijdens/na het evenement).
Publicatie van de vergunning
Zowel de aanvragen als de verleende/geweigerde evenementenvergunningen worden gepubliceerd op de website van de gemeente Enschede: officiële bekendmakingen en in Huis aan Huis Enschede. Bij de verleende vergunningen gebeurt dat minimaal twee weken voorafgaand aan evenementen.
6. EVENEMENTENLOCATIES
Niet elke locatie is geschikt om evenementen te houden. Om verspreiding van overlast zoveel mogelijk te beperken zijn er een aantal locaties aangewezen die geschikt zijn voor evenementen. Daar moeten wel goede voorwaarden aan worden gekoppeld, passend bij die locaties. Voor deze locaties kunnen mogelijk in het omgevingsplan dan wel in een omgevingsvergunning aanvullende voorwaarden gelden.
6.1 Aangewezen locaties
In tabel 1 zijn de geschikte aangewezen evenementenlocaties opgenomen.
Locaties |
Locaties |
||
Centrum |
Oude Markt |
Buitengebied |
Militaryterrein Boekelo |
Van Heekplein |
Het Rutbeek |
||
Ei van Ko |
Vliegveld Twenthe evenementenlocatie |
||
Kruispunt de Graaf |
Diverse locaties buitengebied 2 |
||
Stationsplein |
Dorpen |
Boekelo |
|
Willem Wilminkplein |
Glanerbrug |
||
Plein Zuidmolen |
Lonneker |
||
Buiten centrum |
Volkspark |
||
Van Heekpark |
|||
Roombeek; (Lasonderbleek, Lonnekerbleek, Stroinksbleek) |
|||
Parkeerplaats grenzend aan Stadion FC Twente |
|||
Universiteit Twente |
Tabel 1: aangewezen evenementenlocaties.
6.2 Niet aangewezen locaties
Op andere locaties dan hierboven genoemd (tabel 1) kunnen normaal gesproken alleen evenementen plaatsvinden in categorie 1, de niet belastende evenementen (zie paragraaf 7.1). Een evenement van een hogere categorie kan in beginsel alleen plaatsvinden buiten de aangewezen evenementenlocaties bij een positief advies van het stadsdeel waar het plaatsvindt én van de partijen die vooraf adviseren bij het verlenen van een evenementenvergunning. Daarbij geldt voor de betreffende locatie een maximum van 3 evenementen per jaar. De vergunningverleners van de gemeente stellen in overleg met o.a. de brandweer en politie bij de locatie passende maatwerkvoorschriften op.
Uitzondering stadscentrum – categorie 2 evenement
Voor niet aangewezen locaties in het stadscentrum geldt een aanvulling op deze regel. Daar kan onder voorwaarden een vergunning voor evenementen tot categorie 2 worden verstrekt. Daarbij geldt een maximumaantal van 3 evenementen per locatie, tot een maximum totaal van 20 vergunningplichtige evenementen voor het gehele stadscentrum. Voorbeeld van locaties waar in het verleden evenementen hebben plaatsgevonden zijn onder meer de Bolwerkstraat en de Klokkenplas. Ook hier geldt dat de vergunningverleners van de gemeente, in overleg met o.a. de brandweer en politie, passende maatwerkvoorschriften opstellen bij de locatie.
Bij grote evenementen verspreid over grotere delen van het stadscentrum, zoals het Koningsfestival of de Proef Eet, kunnen kleinere evenementen op niet aangewezen locaties worden meegenomen als onderdeel van het grote evenement. Dit valt dan onder een integrale vergunning. In dat geval telt dit niet mee bij het maximumaantal van 3 evenementen per locatie.
7. VOORWAARDEN AAN EVENEMENTEN
Nu toegelicht is wat er onder evenementen verstaan wordt, wanneer een melding of een vergunning nodig is en hoe die kunnen worden ingediend, wordt er in dit hoofdstuk ingegaan op de voorwaarden die gelden voor evenementen. Daarbij wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met de locatie en het type evenement.
7.1 Categorieën en eindtijden van evenementen
Evenementen zijn onderverdeeld in categorieën. De eindtijden van evenementen zijn van groot belang, omdat deze sterk bepalend zijn voor de eventuele hinder die mensen kunnen ervaren. Hoe later op de avond, hoe meer hinder omwonenden en bedrijven van een evenement kunnen ervaren. Dit kan gaan over geluidhinder, grote aantallen mensen en verkeersstromen. Daarnaast speelt de dag van de week waarop het evenement plaatsvindt een rol. Evenementen die eindigen na 23.00 uur en waar een school- of werkdag op volgt, zullen een grotere invloed hebben op de hinderbeleving van omwonenden en bedrijven dan als er een vrije dag op volgt.
Gelet op de mate waarin evenementen effect op hun omgeving kunnen hebben, ontstaan er twee soorten evenementen:
- •
Niet-belastende evenementen: evenementen met een klein effect op de omgeving, zoals braderieën en buurt- en straatfeesten. Dit zijn de meldingsplichtige evenementen en categorie 1 vergunningplichtige evenementen.
- •
Belastende evenementen: evenementen met een groter effect op de omgeving. Dit zijn de categorie 2-, 3- en 4 evenementen. Er wordt bij deze evenementen onderscheid gemaakt tussen muziekevenementen en overige evenementen. Bij muziekevenementen is muziek de hoofdattractie. Bij overige evenementen draait het niet om de muziek, maar is dit ondergeschikt aan de hoofdattractie en is het slechts sfeer-ondersteunend.
In tabel 2 staat weergegeven wanneer een evenement in welke categorie valt. Horizontaal staan de evenementencategorieën en de tijdstippen waarbinnen die mogen plaatsvinden. Verticaal staan de dagen waarop het evenement mag plaatsvinden aangegeven met een ✓. De maximale toelaatbare geluidsniveaus zijn in paragraaf 7.4 geluid opgenomen.
Meldingsplichtig |
Vergunningplichtig evenementen |
||||
Van 9.00-24.00 |
Categorie 1 Van 9.00-24.00 |
Categorie 2 Van 9.00-23.00 |
Categorie 3 Van 9.00-24.00 |
Categorie 4 Van 9.00-01.00 |
|
Maandag |
✓ |
✓ |
✓ |
|
|
Dinsdag |
✓ |
✓ |
✓ |
|
|
Woensdag |
✓ |
✓ |
✓ |
|
|
Donderdag |
✓ |
✓ |
✓ |
|
|
Vrijdag |
✓ |
✓ |
✓ |
✓ |
✓ |
Zaterdag |
✓ |
✓ |
✓ |
✓ |
✓ |
Zondag |
✓ |
✓ |
✓ |
|
|
Tabel 2: meldingsplichtig en vergunningplichtige evenementen, categorieën en eindtijden.
Uitzonderingen tijden
In afwijking van de hierboven gestelde tijden zijn er een aantal uitzonderingen mogelijk.
- •
Het is wél toegestaan categorie 3- en 4 evenementen te organiseren op andere dagen dan vrijdag en zaterdag, wanneer deze binnen de basisschoolvakanties vallen óf wanneer de dag volgend op het evenement een feestdag betreft. Wanneer de volgende dag een werkdag is (bijvoorbeeld een evenement op Tweede Pinksterdag), dan mag het evenement niet langer duren dan tot 23.00 (categorie 2).
- •
Het introductieconcert van Universiteit Twente en hogeschool Saxion kan tot 01.00 uur plaatsvinden, ook als de datum buiten de basisschoolvakantie valt. Dit past in het streven om Enschede aantrekkelijker te maken als studentenstad.
- •
Tijdens Koningsnacht, voorafgaand aan Koningsdag, kan ter beoordeling van de burgemeester en onder door hem nader vast te stellen (geluids-)voorwaarden, een ontheffing worden verleend tot spreiding van de eindtijden op de Oude Markt en het Van Heekplein tot uiterlijk 02.30 uur.
- •
Evenementen op een zondag die starten voor 13.00 uur kunnen alleen plaatsvinden met een ontheffing Zondagswet.
- •
Buurtfeesten e.d. op oudejaarsavond mogen tot 02.00 uur op 1 januari plaatsvinden.
7.2 Aantal evenementendagen per locatie
In Enschede is gekozen voor een aantal evenementenlocaties (zie paragraaf 6.1). Omwonenden en bedrijven van deze locaties lopen daarmee het risico relatief vaak met de gevolgen van een evenement te worden geconfronteerd. Daarom is per locatie een maximumaantal dagen vastgesteld waarop evenementen mogen worden gehouden. Daarbij is bovendien een koppeling met de evenementencategorieën gelegd.
In tabel 3 wordt het aantal meldingsplichtige en vergunningplichtige evenementendagen vallend in categorie 1 per locatie weergegeven.
In de APV staat in art. 2:25A lid 3 sub c dat er geen meldingsplichtige evenementen mogen plaatsvinden op de volgende aangewezen evenementenlocaties: Oude Markt, Van Heekplein, Ei van Ko, Kruispunt de Graaf, Stationsplein, Willem Wilminkplein, Plein Zuidmolen en het Volkspark. Voor vergunningplichtige evenementen (categorie 1) zijn er op deze evenementenlocaties geen beperkingen in het aantal evenementendagen.
In tabel 4 wordt het aantal vergunningplichtige evenementendagen in de categorieën 2, 3 en 4 per locatie weergegeven.
Er zijn een aantal uitzonderingen:
- •
Evenementen die op dezelfde dag én dezelfde locatie worden georganiseerd, worden gerekend als één evenementendag.
- •
Een evenement dat de volgende dag nog maximaal één uur doorgaat – bijvoorbeeld een popconcert dat 's avonds begint en duurt tot de volgende dag 01.00 uur – wordt gerekend als één evenementendag (categorie 4) voor de betreffende locatie.
- •
Onder het kopje ‘buitengebied overig’ gaat het niet om het aantal dagen, maar om het aantal evenementen.
- •
Indien er een evenementenvergunning wordt afgegeven voor een fanzone (voor betaald voetbal), heeft dit geen invloed op het aantal toegestane evenementendagen.
|
Locatie |
Aantal vergunningplichtige evenementendagen |
||
Categorie 2 09:00 – 23:00 uur |
Categorie 3 09:00 – 24:00 uur |
Categorie 4 09:00 – 01:00 uur |
||
Centrum |
Oude Markt |
10 |
40 |
5 |
Van Heekplein |
20 3 |
5 |
2 |
|
Ei van Ko |
8 |
0 |
1 |
|
Kruispunt de Graaf |
3 |
0 |
0 |
|
Stationsplein |
3 |
0 |
0 |
|
Willem Wilminkplein |
3 |
2 |
0 |
|
Plein Zuidmolen |
3 |
0 |
0 |
|
Niet aangewezen locaties 4 |
20 |
0 |
0 |
|
Buiten centrum |
Volkspark |
40 |
30 |
2 |
Van Heekpark |
5 |
8 5 |
0 |
|
Roombeek (Lasonderbleek, Lonnekerbleek, Stroinksbleek) |
5 |
1 |
0 |
|
Parkeerplaats grenzend aan stadion FC Twente |
1 |
0 |
0 |
|
Universiteit Twente |
Volgens omgevingsplan dan wel omgevingsvergunning. |
|||
Buitengebied |
Militaryterrein Boekelo |
9 6 |
0 |
0 |
Het Rutbeek |
Volgens omgevingsplan dan wel omgevingsvergunning. |
|||
Vliegveld Twenthe |
Volgens omgevingsplan dan wel omgevingsvergunning. |
|||
Buitengebied overig |
Maximaal 7 evenementen 7 |
|||
Dorpen |
Boekelo |
0 |
0 |
2 |
Glanerbrug |
0 |
0 |
2 |
|
Lonneker |
7 |
2 |
3 |
Tabel 4: aantal toegestane vergunningplichtige evenementendagen in de categorieën 2, 3, en 4 per locatie.
Omgevingsvergunning/omgevingsplan
Voor de Universiteit Twente, Het Rutbeek en Evenemententerrein Vliegveld Twenthe geldt een uitzonderingspositie. Voor deze drie locaties is een omgevingsvergunning danwel een omgevingsplan van kracht, met daarin opgenomen het aantal evenementen en de bijbehorende voorwaarden. Dit toetsingskader is voor deze locaties dan ook alleen van toepassing voor zover de omgevingsvergunning dan wel het omgevingsplan daarin niet voorziet. De omgevingsvergunning dan wel het omgevingsplan ziet niet toe op aspecten van openbare orde en veiligheid. Daarom is voor deze aspecten eveneens een evenementenvergunning nodig.
Speciaal evenement
In bijzondere gevallen is het mogelijk om, naast de hierboven genoemde aantallen, vaker grootschalige evenementen te houden in de gemeente Enschede. Het dient dan te gaan om speciale evenementen met een bijzonder karakter, die nadrukkelijk bijdragen aan de (landelijke) profilering van de stad. Voorbeelden zijn de massale viering van Koningsdag vanwege het bezoek van de koninklijke familie, een (inter-) nationaal sportsucces of een tour van een bekende popgroep. Hierbij zullen voor wat betreft de randvoorwaarden per geval maatwerkvoorschriften worden opgenomen in de vergunning. Daarbij wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met de belangen van omwonenden en bedrijven. Bijlage 6 geeft uitvoeringsregels voor speciale evenementen.
7.3 Aantal bezoekers per locatie
De Oude Markt is een horecaplein dat zich kenmerkt door publieke evenementen, plek voor ontmoeting en aanwezigheid van avondhoreca. Om goed te kunnen functioneren is het noodzakelijk om een balans te waarborgen tussen de vrije ruimte rondom de kerk en de ruimte met terrassen en lindebomen.
In de terrassenvisie 2021 is de invloed van de evenementen op de terrassen opgenomen. Er staat bijvoorbeeld in dat bij evenementen het harmonicaterras eenvoudig kan worden teruggebracht tot het basis zomerterras, zodat het evenement en de verkeerscirculatie voldoende ruimte hebben. Bij grotere evenementen kan ook gevraagd worden het basis zomerterras kleiner te maken. Het zomerterras is seizoensgebonden, wat betekent dat deze in de wintermaanden volledig is opgeruimd.
Maximumaantal bezoekers Oude Markt en Van Heekplein
Bij een aantal evenementen is het denkbaar dat er zoveel mensen op af komen dat zij zonder extra (veiligheids-)maatregelen niet op de beoogde locatie passen. De activiteiten rond de kampioensfestiviteiten van FC Twente in 2010, Serious Request in 2012 en The Passion in 2015 zijn daarvan voorbeelden. Dergelijke grote evenementen vinden vooral plaats op de Oude Markt en het Van Heekplein. Om te voorkomen dat de veiligheid en gezondheid van zowel deelnemers als bezoekers en omwonenden in gevaar komt, is er een richtlijn vastgesteld die maxima stelt aan de aantallen bezoekers van evenementen op deze beide locaties, zie tabel 5.
Oude Markt |
Van Heekplein |
||
Met zomerterrassen |
Zonder zomerterrassen |
||
Maximum aantal bezoekers |
7.000 |
15.000 |
25.000 |
Tabel 5: maximum aantal bezoekers van evenementen op de Oude Markt en het Van Heekplein.
Bij een reële verwachting van overschrijding van deze bezoekersaantallen, zullen in overleg met de organisator van het betreffende evenement extra veiligheidsmaatregelen genomen worden. In de praktijk zal het zo zijn dat per evenement in overleg met de diverse betrokkenen zoals Enschede Promotie, de Veiligheidsregio Twente, de politie en de brandweer, een inschatting van de risico’s wordt gemaakt. Daarbij zijn de aard en omvang van het evenement uitgangspunt, aangevuld met factoren als de aanwezigheid van 'obstakels' (podia, tapwagens e.d.), beschikbare vluchtwegen, aard van de bezoekers, verwacht drankgebruik, etc.
In samenspraak wordt overlegd wat de beste locatie is en welke eventuele extra maatregelen nodig zijn, zoals crowd management, vakindelingen, barrières etc.
Overige evenementenlocaties
Voor andere evenementenlocaties is het niet zinvol een maximumaantal te benoemen. Deze locaties zijn namelijk ruimtelijk minder begrensd en afhankelijk van de aard van het evenement en de wijze van inrichting van het terrein (inclusief aantal en omvang objecten) zullen de maximaal toelaatbare bezoekersaantallen sterk fluctueren. In alle gevallen wordt conform het ‘Regionaal kader evenementenveiligheid’ advies gevraagd aan de Veiligheidsregio Twente.
7.4 Geluid
Tijdens het merendeel van de evenementen wordt gebruik gemaakt van versterkte muziek. Geluidhinder is tot op zekere hoogte onvermijdelijk. Om overlast zo veel mogelijk te beperken zijn er maximaal toelaatbare geluidsniveaus vastgelegd. In dit toetsingskader gaat het alleen om geluidhinder van elektrische versterkte muziek. Het gebruiken van hoorns bij evenementen vormt hierop een uitzondering en wordt dan ook niet getoetst of gemeten. We spreken over equivalente geluidsniveaus (Laeq), dat een gemiddeld geluidsniveau over een bepaalde periode weergeeft.
In de evenementenvergunning staat welk geluidsniveau is toegestaan. Ook wordt in de vergunning aangegeven welke meet- en controlemethode wordt toegepast.
Geluidniveaus
Niet bij alle evenementen zijn hoge geluidsniveaus nodig. Evenementen zoals buurt- en straatfeesten kunnen met lagere niveaus volstaan dan grootschalige evenementen, zie tabel 6. Maar ook bij grootschalige evenementen, met grote bezoekersaantallen, zijn hoge geluidsniveaus niet altijd nodig.
Gaat het echter om grote muziekevenementen, waarbij muziek de hoofdattractie van het evenement is, dan is duidelijk dat daar bijpassende hogere geluidsniveaus bij horen. Bij grote evenementen waarbij muziek meer op de achtergrond speelt en sfeer-verhogend is, is daarentegen een lager geluidsniveau passender. In zijn aanvraag geeft de organisator van een evenement aan of muziek de hoofdattractie is of slechts sfeer-verhogend (overig), zie tabel 7.
dB(A)/dB(C)
Geluidsniveaus worden gemeten met dB(A)- en dB(C)-waarden. Dit hangt samen met de gevoeligheid van ons gehoor voor bepaalde frequenties en de hoogte van geluidsniveaus. Bij muziek waar veel lage tonen geproduceerd worden, kan een meting in dB(C) een beter beeld geven. De lage tonen dragen veel verder dan tonen in het midden en hoge geluidsspectrum en zijn dan ook over een veel groter gebied hoorbaar, ook binnenshuis. Er wordt een verschil van 15 dB tussen de dB(A)- en de dB(C)-norm gehanteerd. De normwaarden in tabellen 6 en 7 mogen niet overschreden worden.
Maximaal toelaatbaar gemiddeld geluidsniveau
Het maximaal toelaatbaar gemiddeld geluidsniveau:
Evenement |
Categorie |
Tijden |
Geluidsniveau gemeten op 20 meter van de bron in dB (A) |
Geluidsniveau gemeten op 20 meter van de bron in dB (C) |
Meldingsplichtig |
09.00 – 19.00 uur |
55dB(A) |
70dB(C) |
|
19.00 – 24.00 uur |
50dB(A) |
65dB(C) |
||
Vergunningplichtig |
1 |
09.00 – 19.00 uur |
55dB(A) |
70dB(C) |
19.00 – 24.00 uur |
50dB(A) |
65dB(C) |
Tabel 6: maximaal toelaatbaar gemiddeld geluidsniveau meldingsplichtige evenementen en vergunningplichtige evenementen categorie 1.
Evenement |
Categorie |
Muziek / overig |
Geluidsniveau gemeten op 20 meter van de bron in dB (A) |
Geluidsniveau gemeten op 20 meter van de bron in dB (C) |
Vergunningplichtig |
2, 3 en 4 |
Muziek |
90dB(A) |
105dB(C) |
Overig |
80dB(A) |
95dB(C) |
Tabel 7: maximaal toelaatbaar gemiddeld geluidsniveau categorie 2, 3 en 4.
Uitzonderingen op geluidsniveaus
- •
Vindt een evenement plaats aan de noord-, oost- en/of zuidzijde van de Grote Kerk (de andere zijden dan van de hoofdingang), dan geldt een maximaal geluidsniveau van 80 dB(A) en 95 dB(C) op 20 meter van de bron, omdat een niveau van 90 dB(A) hier voor geluidsproblemen zorgt als gevolg van de geringe afstand tussen podium en gevels.
- •
Voor het Van Heekpark en het Willem Wilminkplein geldt vanwege de ligging direct naast woonbebouwing een geluidsniveau van 85 dB(A) en 100 dB(C) op 20 meter van de bron.
- •
Voor de locaties zoals Het Rutbeek, Universiteit Twente en Evenemententerrein Vliegveld Twenthe gelden de geluidsvoorwaarden zoals opgenomen in hun omgevingsvergunning of in het omgevingsplan.
- •
Voor categorie 2 evenementen op niet-aangewezen locaties gelden maatwerkvoorschriften passend bij de locatie en het karakter van het evenement.
- •
Voor zowel Koningsnacht als Koningsdag geldt een maximaal toegestaan geluidsniveau van 90 dB(A) voor de gehele binnenstad.
Meetduur
Bij de normering van de evenementen is rekening gehouden met de Omgevingsregeling en de Nota Limburg. Uitgangspunt is dat gemeten wordt over een periode van 1 minuut. Er kunnen echter omstandigheden zijn dat ook gemeten wordt over een andere periode. Hiervoor dient een motivatie door de aanvrager te worden aangeleverd.
Ontheffingsmogelijkheden voor geluidsniveaus
Niet altijd zijn de basisnormen voor geluidsniveaus in de praktijk realiseerbaar. Het aantal bezoekers, de aard van de muziek, het unieke karakter van een evenement e.d. maken het soms gewenst meer ruimte te bieden.
Ontheffing tot 95 dB(A)
De mogelijkheid bestaat om 12 keer per jaar, met een ontheffing, een gemiddeld geluidsniveau van 95 dB(A) en 110 dB(C) toe te staan bij podia op de Oude Markt voor de Grote Kerk of de Jacobuskerk en/of op het Van Heekplein. Vooral de beeldbepalende evenementen komen hiervoor in aanmerking, ongeacht of het een categorie 2-, 3- of 4-evenement betreft. Voor alle andere evenementenlocaties worden in principe geen ontheffingen tot 95 dB(A) verstrekt.
Ontheffingsmogelijkheid dB(C)
Vooral bij dance muziek wordt veel gebruikt gemaakt van lage tonen; deze zijn sterk sfeerbepalend bij dit type muziek. Het verschil tussen dB(A) en dB(C) is daarin al gauw groter dan 15 dB. Om een dance- of vergelijkbaar evenement in het stadscentrum mogelijk te maken is er jaarlijks één mogelijkheid om met een ontheffing een verschil van 20 dB te vergunnen. Deze ontheffingsmogelijkheid geldt specifiek voor het Van Heekplein, omdat dit plein het meest geschikt is voor dergelijke evenementen.
Voor terreinen waar een omgevingsvergunning voor de activiteit milieu geldt, zullen ook normen voor dB(C) opgenomen worden.
Soundchecks
In een evenementenvergunning kunnen venstertijden worden opgenomen, waarbinnen gedurende een beperkte tijdsduur soundchecks en andere noodzakelijke voorbereidingen kunnen worden getroffen. Dit om geluidsoverlast voor aanvang van een evenement te beperken. Soundchecks mogen twee uur voorafgaand aan de start van het evenement plaatsvinden. Indien het om praktische redenen noodzakelijk is af te wijken van deze standaardnorm, dan dient de organisator dat in zijn aanvraag op te geven. Dit kan dan in de beoordeling van de aanvraag worden meegewogen.
Evenementen met andere geluidsbronnen
In de gemeente Enschede worden ook evenementen georganiseerd waarbij veel geluid afkomstig is van de motoren van auto’s, tractoren, motorfietsen e.d. Deze zijn vanwege het hoge geluidsniveau niet toegestaan in de nabijheid van de woonomgeving vanwege de vele overlast die verwacht kan worden.
7.5 Combinatie geluidniveau, tijdsduur en aantal (spreiding) evenementen
De combinatie geluidsniveau, tijdsduur en aantal (spreiding) evenementen is in hoge mate van invloed op de beleving van een evenement door omwonenden. Ervaringen uit het verleden leren dat veel geluidbelastende evenementen kort na elkaar op (nagenoeg) dezelfde locatie doorgaans leiden tot meer klachten dan als er voldoende spreiding tussen de evenementen is aangebracht. Het element tijdsduur van een evenement versterkt dit nog eens.
Enschede Promotie stelt de strategische evenementenkalender op. Daarbij houdt zij met deze factoren rekening en coördineert, met name voor de binnenstad, de juiste spreiding van evenementen. Zo nodig wordt er met de evenementenorganisator overlegd of er andere mogelijkheden zijn om overlast zoveel mogelijk te beperken. Hierbij valt te denken aan de locatie, tijdsduur, datum, geluid etc.
7.6 Objecten tussen twee opeenvolgende evenementen
Tijdens evenementen worden vaak verschillende objecten geplaatst. Denk daarbij aan podia, tapwagens, koelwagens, urinoirs, etc. Zeker in het zwaartepunt van het evenementenseizoen vinden er wekelijks evenementen plaats op dezelfde locatie(s). Dit speelt vooral op de Oude Markt.
Het is dan verleidelijk om deze objecten vanuit financiële overwegingen gedurende langere tijd te laten staan. Daar tegenover staat dat diverse objecten de gewenste uitstraling van de omgeving van de Oude Markt schaden. Als het hoofdpodium binnen 8 dagen na een evenement opnieuw gebruikt wordt op dezelfde locatie, kan het tijdens die dagen blijven staan. Dit geldt voor een aaneengesloten periode van maximaal 4 weken, inclusief op- en afbouw. Andere objecten moeten na afloop van het evenement van de evenementenlocatie verwijderd worden.
7.7 Buitenbars bij grootschalige evenementen
Bij grootschalige evenementen bestaat bij horecaondernemers vaak de wens om op de zomerterrassen buitenbars te mogen plaatsen. Ondernemers die financieel bijdragen aan de organisatie van een evenement, kunnen dan met de plaatsing van een buitenbar deze kosten (deels) terugverdienen. Voor de goede orde, het betreft hier geen tapwagens/carrousels, maar bars samengesteld uit tap en/of klapbuffetten.
De organisator geeft in de aanvraag van zijn (integrale) evenementenvergunning aan of, en zo ja waar hij op de betreffende evenementenlocatie buitenbars op het (zomer)terras wil plaatsen tijdens zijn evenement. Het plaatsen van een buitenbar is alleen toegestaan als het terras onderdeel uitmaakt van het evenemententerrein én is weergegeven op de situatietekening. Buitenbars mogen uitsluitend zwak alcoholische dranken als bedoeld in de Alcoholwet verstrekken. Bij de aanvraag dienen de gegevens van leidinggevenden die alcoholische dranken schenken te worden aangeleverd, zoals eerder benoemd in paragraaf 5.2.
Voorwaarden die gelden bij buitenbars:
- •
Per horeca-inrichting mag maximaal 1 buitenbar op het zomerterras geplaatst worden;
- •
Voor de Oude Markt geldt dat de afstand van de buitenbar tot de plint van het plein tenminste 2 meter bedraagt;
- •
De omvang van de buitenbar bedraagt maximaal 4,40 x 4,40 meter;
- •
Voor bereikbaarheid voor hulpdiensten dient altijd een rijloper van 3,5 meter breedte vrijgehouden te worden;
- •
Mogen niet geplaatst worden op brandkranen (1 meter ronden vrijhouden) en niet in vlucht- of calamiteitenroutes staan.
Veiligheidsaspecten spelen altijd een belangrijke rol. Bij evenementen waarbij grote publiekstromen worden verwacht, kan bepaald worden dat de plaatsing van buitenbars niet toegestaan zijn in verband met risico’s voor openbare orde en veiligheid. De adviezen van de politie en de Veiligheidsregio Twente wegen daarbij zwaar.
7.8 Kaarten Oude Markt, Van Heekplein en Willem Wilminkplein
Verreweg de meeste evenementen in het centrum vinden plaats op de Oude Markt en het Van Heekplein. Zowel de aanvrager van evenementenvergunningen als de vergunningverlener hebben baat bij op de locatie toegesneden voorwaarden. Belangrijke uitgangspunten zijn veiligheid, geluid en verkeersafwikkeling. In bijlage 7 zijn kaarten van de Oude Markt, het Van Heekplein en het Willem Wilminkplein opgenomen. Dit laat onverlet dat voor ieder evenement wel een gedetailleerde plattegrondtekening op schaal nodig is.
De voorwaarden voor de Oude Markt, het Van Heekplein en het Willem Wilminkplein zijn voor iedere aanvrager leidend. Slechts in overleg met de vergunningverleners van de gemeente kan hiervan afgeweken worden, maar aan de basisvoorwaarden voor geluid en veiligheid wordt niet getornd.
Specifiek voor de Oude Markt geldt dat op een strook ter breedte van 1 meter, direct aansluitend aan de binnenzijde van de vrij te houden route voor de hulpdiensten, geen objecten mogen worden geplaatst. Dit ter bescherming van belangen van direct aangrenzende horecaondernemingen.
7.9 Markten en evenementen
1. Warenmarkten en evenementen Van Heekplein
Twee keer per week, op dinsdag en op zaterdag, wordt op het Van Heekplein een warenmarkt gehouden. In principe gaat de markt voor op evenementen, maar het college heeft de mogelijkheid om in bijzondere gevallen de warenmarkt op andere dagen, uren en plaatsen te houden. Dit staat in de bruikleenovereenkomsten met de stichting dinsdagmarkt (artikel 2) en stichting zaterdagmarkt (artikel 2 lid 8 tot en met 14).
Bij ‘bijzondere gevallen’ gaat het om grote evenementen die in het belang zijn van de bovenregionale en nationale uitstraling van de stad Enschede. Het is niet de bedoeling dat de gemeente het begrip ‘bijzondere gevallen’ zo ruim opvat dat de warenmarkt veelvuldig kan worden verplaatst. Bij het nemen van een besluit weegt het college de belangen van zowel de marktkooplieden als die van het evenement zorgvuldig tegen elkaar af.
2. Bio-markt en evenementen Langestraat
In de bruikleenovereenkomst met de stichting zaterdagmarkt (artikel 2 lid 15) staat dat de gemeente het marktterrein voor de bio-markt aan de Langestraat (rond het stadhuis) vaker kan verplaatsen, omdat daar meer reguliere evenementen kunnen plaatsvinden. Dit geldt in ieder geval voor: Koningsnacht en Koningsdag, de sinterklaasintocht en Proef Eet. In artikel 2 lid 16 staan de daarbij geldende uitgangspunten benoemd.
3. Van Heekplein op zondag
In de bruikleenovereenkomst met de stichting ‘Reuring op het Van Heekplein’ (artikel 2 lid 4 en 5) staat dat de gemeente, slechts indien er sprake is van bijzondere omstandigheden en bij wijze van uitzondering, het gebruik van het marktterrein geen doorgang kan laten vinden. Bijzondere omstandigheden zijn omstandigheden die het laten doorgaan van de activiteiten op het H.J. van Heekplein op één of meerdere koopzondagen praktisch onmogelijk maken, zoals de organisatie van grote(re) evenementen die al dan niet van belang zijn voor de regionale of nationale uitstraling van de stad Enschede. Voorbeelden hiervan zijn: de Enschedese Marathon en een (verhoopt) kampioensfeest van FC Twente.
Themamarkten
Een themamarkt is geen reguliere warenmarkt, maar is vooral gericht op vermaak en verkoop met een specifiek thema en valt daardoor onder het begrip ‘evenement’. Een themamarkt bestaat voor minimaal 67% uit kramen in een bepaald thema en voor maximaal 33% uit kramen met overig, ondergeschikt, aanbod. Voorbeelden hiervan zijn een Halloweenmarkt en de Oude Ambachten markt. De themamarkt moet het verblijf in de (binnen)stad leuker en aangenamer maken. Het element ‘vermaak’ wordt bepaald door de aantrekkingskracht van de themamarkt op bezoekers.
Voor een dergelijke themamarkt dient een evenementenvergunning te worden aangevraagd. Een dergelijke themamarkt mag alleen plaatsvinden in de open lucht.
Themamarkten met een sociaal-maatschappelijke insteek in de wijk
Een themamarkt met een sociaal-maatschappelijke insteek voorziet in een behoefte vanuit de wijken aan evenementen ter verbetering van de leefbaarheid en sociale samenhang. Instellingen, kunstenaars, vrijwilligersorganisaties, etc. uit de wijk kunnen zich er presenteren en er kunnen o.a. tweedehands spullen worden verkocht.
Dit type themamarkt is niet commercieel van aard: slechts 30% van de kramen bestaat uit commercieel aanbod, tot een maximum van drie. Deze kramen kunnen worden ingenomen door ambulante handelaren, maar ook door winkeliers uit een nabijgelegen winkelcentrum. Het commerciële aanbod blijft daarmee ondergeschikt aan het hoofdaanbod van maatschappelijk georiënteerde kramen.
Deze vorm van een themamarkt mag maximaal eens per week plaatsvinden. De organisator dient te hebben afgestemd met de winkeliersverenigingen in de directe nabijheid en met de Centrale Vereniging voor de Ambulante Handel, afdeling Enschede.
7.10 Grootschalige verkoopactiviteiten
Naast themamarkten is ook sprake van een toenemende behoefte bij evenementenhallen om grootschalige verkoopevenementen te organiseren. Daarbij staat de verkoop centraal en zijn de verkoopactiviteiten niet meer als ondergeschikt aan de hoofdactiviteit als een beurs of als vrijetijdsbesteding. Voorbeelden zijn een vlooienmarkt, een automarkt of een modebeurs. Dergelijke verkoopevenementen zijn grote publiekstrekkers, juist ook voor bezoekers van buiten de stad. Ze dragen bij aan een goede bekendheid en een goed imago van deze locaties, en daarmee ook indirect aan het imago van de Enschede als centrumstad. Daarnaast dragen ze ook bij een gezonde exploitatie van deze hallen waardoor andere evenementen kunnen blijven voortbestaan.
Daarom maken we dit soort aan detailhandel gerelateerde verkoopevenementen beperkt mogelijk door ze onder het begrip evenement te brengen. De voorwaarden die daarbij gelden:
- •
Mogen alleen in de formele evenementenlocaties plaatsvinden;
- •
Er wordt maximaal 3 x per jaar per locatie een vergunning verleend;
- •
Het moet gaan om een verkoopevenement met een bovenlokale aantrekkingskracht: er is sprake van een bijzonder karakter of wel door de schaal of wel door de bijzondere aard van het aanbod.
7.11 Commerciële feesten in de openbare ruimte
Een besloten feest in de openbare ruimte waar entree voor wordt gevraagd, en waarbij de ruimte voor commerciële doeleinden wordt gebruikt, valt ook binnen de definitie van een evenement. Dergelijke evenementen horen in principe in een daartoe bestemde gebouw/locatie thuis. Denk bijvoorbeeld aan evenementenhallen. De exploitanten van dergelijke gebouwen en/of locaties hebben kosten moeten maken om aan veiligheids- en geluidseisen te kunnen voldoen. Door commerciële evenementen, die niet vanuit het publieke belang georganiseerd worden en die vaak overlastgevend zijn voor de omgeving, te laten plaatsvinden op openbaar terrein, worden exploitanten van daarvoor bedoelde gebouwen en/of locaties benadeeld. Voor het gebruik van de openbare ruimte ten behoeve van commerciële feesten wordt een huurovereenkomst met de organisator aangegaan. Afhankelijk van de grootte van de te huren openbare ruimte en specifieke kenmerken, kan dit bedrag verschillen.
7.12 Constructieve veiligheid
Bij evenementen worden regelmatig bouwsels zoals podia, tribunes en/of andere constructies van enige omvang gebouwd. Bij het indienen van een aanvraag moeten deze constructieve gegevens ter toetsing worden voorgelegd aan de constructeur van de gemeente. In de vergunning kunnen voorwaarden worden gesteld om de veiligheid van deze constructie(s) te borgen. De organisator van het evenement dient aan de toezichthouder (bouwinspecteur) van de gemeente te melden wanneer hij de constructie(s) gaat plaatsen. De toezichthouder controleert dan voorafgaand aan ingebruikname of de geplaatste constructie(s) overeenkomt/overeenkomen met wat in de vergunning is opgenomen. Als de toezichthouder constateert dat de constructie(s) niet voldoet/voldoen aan hetgeen in de vergunning is opgenomen wordt de organisator in de gelegenheid gesteld om binnen de aangegeven tijd de overtreding te herstellen. Indien de geconstateerde overtreding(en) niet of onvoldoende door de organisator wordt/worden hersteld, kan besloten worden, na overleg met de burgemeester, de betreffende constructie(s) niet te gebruiken of het evenement (deels) niet door te laten gaan of met bestuursdwang te beëindigen.
Bij evenementen in evenementenhallen en/of op evenemententerreinen, is het van belang zicht te hebben op de veiligheid van podia, tribunes en andere objecten. Daarom dient altijd een melding van een evenement te worden gedaan.
Als er een podium hoger dan een meter, een tribune hoger dan twee meter, tenten groter dan 50m2 of andere vergelijkbare grote constructies ten behoeve van het evenement wordt geplaatst, is een evenementenvergunning noodzakelijk. Er wordt bij de aanvraag gevraagd om certificaten/constructieve gegevens voor podia, tenten of tribunes aan te leveren. Dit conform het gestelde in bijlage 4: ‘Bouwkundige en constructieve eisen aan bouwwerken tijdens evenementen in de gemeente Enschede 2018’.
7.13 Duurzaamheid
Evenementenorganisatoren moeten bij het organiseren van evenementen voldoen aan de landelijke wet- en regelgeving op het gebied van duurzaamheid. Door het stijgend aantal evenementen en bijbehorende bezoekersstromen, ontstaat een toenemende druk op de omgeving. Aandacht voor duurzaamheid bij evenementen wordt dan ook steeds belangrijker. De gemeente adviseert in samenwerking met Enschede Promotie en andere partners, evenementenorganisatoren over het treffen van duurzaamheidsmaatregelen. Deze activiteiten zullen worden voortgezet om de verduurzaming van evenementen op een hoger plan te brengen.
Duurzaamheid in relatie tot afval
De overheid neemt maatregelen om plastic afval in het milieu te verminderen. Zo is het vanaf 1 januari 2024 niet meer toegestaan om wegwerpbakjes en wegwerpbekers te gebruiken bij evenementen. Een organisator van een evenement heeft dan ook te maken met diverse regels. Ook met die voor het gebruik van wegwerpmateriaal. Deze producten worden wegwerpplastics of SUP’s (Single Use Plastics) genoemd. Afhankelijk van het type evenement gelden verschillende regels, zie Rijksoverheid.
Duurzame elektriciteitsvoorzieningen
Als gemeente willen we meer duurzame energie gebruiken en overschakelen van fossiele naar duurzame bronnen van energie. Het gebruik van duurzame elektriciteit is dan ook een belangrijk aandachtspunt voor evenementen. Er wordt veel gebruik gemaakt van dieselgeneratoren om elektriciteit op te wekken. Deze zijn zeer vervuilend en maken veel lawaai. Er zijn steeds meer initiatieven die een duurzaam alternatief bieden. Als gemeente stimuleren we duurzame alternatieven, mits deze veilig zijn. De vergunningverlener kan hiervoor advies vragen aan de brandweer.
7.14 Ballonnen en confetti
Voor de gehele gemeente Enschede geldt een verbod bij evenementen tot het oplaten van ballonnen en het afschieten/uitstrooien/verspreiden van niet-biologische confetti in de buitenlucht. Niet-biologische confetti zorgt voor een langdurige vervuiling van de natuur en vormt een bedreiging voor vogels en andere dieren.
7.15 Afval en afvalwater
De organisator van een evenement is zelf verantwoordelijk, ook financieel, voor het inzamelen en afvoeren van zowel het kleine (=zwerf)afval, als het grof afval dat gepaard gaat met zijn evenement. Uitzondering daarop vormen evenementen waarvoor overeengekomen is dat Stadsdeelbeheer Centrum zorg draagt voor opruimen en afvoeren van het zwerfafval. Afspraken daarover worden apart gemaakt. Daarnaast dient de organisator de openbare ruimte in oorspronkelijke staat terug te brengen.
Indien de organisator de afspraken op dit vlak niet nakomt, voert het stadsdeelbeheer van het betreffende stadsdeel deze taak alsnog uit, op kosten van de organisator.
Afvalwater
Wanneer er bij een evenement afvalwater geproduceerd wordt, zoals bijvoorbeeld voor de afvoer van toiletten en/of condenswater en spoelwater bij bierinstallaties, dan is daarvoor een ontheffing noodzakelijk. Dit is niet het geval wanneer het gaat om huishoudelijk afvalwater, afvloeiend hemelwater en grondwater.
7.16 Toegankelijkheid en inclusie
Sinds 2016 geldt het VN-verdrag handicap in Nederland. Het doel van dit verdrag is het bevorderen, beschermen en waarborgen van de mensenrechten van mensen met een beperking.
Elk evenement moet toegankelijk zijn voor mensen met beperkingen. Kleine aanpassingen kunnen al een groot verschil maken. Zorg als evenementenorganisatie er o.a. voor dat de fysieke inrichting in orde is. Voorkom bijvoorbeeld hoge drempels, zorg dat doorgangen breed genoeg zijn en regel de nodige faciliteiten zoals aangepaste toiletten. Communiceer vooraf al duidelijk over wat er voor deze bezoekers wel en niet mogelijk is. Toegankelijkheid begint bij gastvrijheid! Voor meer informatie zie de Routekaart Toegankelijke Festivals en de Brochure Toegankelijke Producten en Diensten.
Toegankelijkheidstest
Binnen de gemeente Enschede is de Commissie Enschede Toegankelijk actief. De commissie denkt graag met evenementenorganisatoren mee om evenementen in de gemeente Enschede (nog) toegankelijker te maken. De evenementenorganisator kan een mail sturen naar deze commissie en dan neemt de commissie contact met de organisator op.
Locatiegebonden voorwaarden - Oude Markt en Van Heekplein:
- •
Het realiseren van een toegankelijke toiletvoorziening, indien er speciaal een toiletvoorziening voor het evenement moet worden gerealiseerd;
- •
Er mogen alleen kabelgoten worden gebruikt waar gebruikers van een rolstoel of scootmobiel zonder problemen zelfstandig overheen kunnen rijden.
7.17 Vuurwerk
Buiten de jaarwisseling mag vuurwerk alleen worden afgestoken door professionele vuurwerkbedrijven. We praten dan over professioneel én theatervuurwerk. Conform het Vuurwerkbesluit dienen zij daarvoor een ontbrandingstoestemming aan te vragen bij het College van Gedeputeerde Staten van de provincie Overijssel. Sommige evenementen worden afgesloten met vuurwerk. Dit wordt als onderdeel van het evenement benoemd in de evenementenvergunning, waarbij ook uitdrukkelijk wordt aangegeven dat de organisator zelf dient te zorgen voor een ontbrandingstoestemming van de Provincie Overijssel. Voor een op zichzelf staande vuurwerkshow moet een evenementenvergunning worden aangevraagd.
7.18 Drones
Enschede heeft de ambitie om drone-hoofdstad van Europa te worden en om drones op een veilige en verantwoorde manier, onderdeel te laten zijn van onze maatschappij.
Er gelden Europese regels voor drones, zie Rijksoverheid. Deze zorgen voor veiligheid in de lucht en op de grond. Gemeente Enschede hanteert deze regels.
7.19 Eindafweging
Voor alle evenementen geldt dat een organisator ervoor moet zorgen dat de openbare orde, openbare veiligheid, volksgezondheid en bescherming van het milieu gewaarborgd zijn. Indien daartoe gegronde redenen zijn, kan de burgemeester te allen tijde nadere regels stellen in het belang van deze punten.
8. OPENBARE ORDE, VEILIGHEID EN PUBLIEKE GEZONDHEID
Evenementen verschillen sterk in omvang van elkaar. Vooral bij de grootschalige evenementen komen grote hoeveelheden mensen bij elkaar. Dat brengt risico’s met zich mee of heeft een verhoogde impact op de omgeving. Om de veiligheid van publiek, uitvoerenden en omwonenden te waarborgen worden aan evenementen eisen gesteld op het gebied van openbare orde, (brand)veiligheid, bereikbaarheid en gezondheid. Deze voorwaarden worden in de evenementenvergunning opgenomen.
De gemeente is als vergunningverlener de eerste toetsende partij. De politie en stadsdeelmanagement van het stadsdeel waarin een evenement wordt gehouden adviseren over een evenement. Naarmate een evenement groter wordt, zullen ook de Veiligheidsregio Twente, waaronder de brandweer, GHOR en andere disciplines adviseren over specifieke voorwaarden op het vlak van openbare orde en veiligheid en gezondheid.
8.1 Risicoanalyse en advies
Hoe groter het evenement des te meer veiligheids- en beheersmaatregelen nodig zijn. Veiligheidsregio Twente heeft het ‘Regionaal kader evenementenveiligheid’ opgesteld. Daarin is een risico-inventarisatiemodel opgenomen waarmee een risicoclassificatie voor evenementen gemaakt kan worden. In dit risico-inventarisatiemodel zijn onder andere het aantal verwachte bezoekers, de aard van het evenement en daarmee samenhangend de samenstelling van het publiek en het bijbehorende (verwachte) gedrag opgenomen. Met behulp van het risico-inventarisatiemodel en bijbehorende checklist kan de vergunningverlener eenvoudig bepalen welke hulpdiensten hem van dienst kunnen zijn met hun advies.
Het model onderscheidt evenementen naar risico-inschatting, zie tabel 8. Hoe risicovoller een evenement wordt ingeschat of hoe groter de impact van het evenement op de stad/omgeving, des te meer partijen bij een advies betrokken zijn en ook des te uitgebreider het advies van de hulpdiensten kan zijn. Dat toont ook het belang van een goede afstemming en coördinatie tussen de hulpdiensten onderling.
Bij een klasse B-evenement kan gekozen worden voor de risico behandelaanpak (multi-advies). Bij een klasse C-evenement is een multi-advies verplicht. Op basis van de strategische evenementenkalender kunnen hulpdiensten gevraagd en ongevraagd advies geven.
Klasse evenement |
Omschrijving |
Mono-advisering |
Multi-advisering |
A-evenement |
Reguliere evenementen |
Optioneel |
Nee |
B-evenement |
Aandachtsevenementen betreffen evenementen met mogelijke risico’s |
Ja |
Optioneel |
C-evenement |
Risico-evenementen of evenementen met een verhoogde impact op de omgeving |
Nee |
Ja |
Tabel 8: Klasse evenementen + type advisering.
8.2 Veiligheid, bereikbaarheid en gezondheid
Veiligheid
Openbare orde
De openbare orde, veiligheid en beveiliging, in ruime zin van het woord, op en rondom een evenement dient te zijn geborgd. Om dit te borgen dient de beveiliging van evenementen te worden uitgevoerd door gecertificeerde en gekwalificeerde beveiligers van door het Ministerie van Justitie erkende beveiligingsbedrijven. De in te zetten capaciteit is afhankelijk van de aard en omvang van een evenement. De bevoegdheden van de beveiligers gelden binnen het aangewezen evenemententerrein en op basis van het huisreglement van de evenementenorganisatie.
De politie is, in opdracht van de burgemeester, de handhavende instantie waar het de openbare orde, veiligheid en bereikbaarheid betreft. Door aanwezigheid en zo nodig optreden van de politie, wordt verstoring van de openbare orde zoveel mogelijk voorkomen. Bij alle evenementen wordt daarom, onder meer afhankelijk van de aard en grootte van het evenement, politiecapaciteit op maat ingezet.
Constructieve veiligheid
Bouwsel en bouwwerken worden tijdens een schouw en/of tijdens het evenement door het bouwtoezicht gecontroleerd op of er wordt voldaan aan de geldende wet- en regelgeving en de vergunningsvoorschriften.
Milieuveiligheid
Milieugevaarlijke stoffen, gevaarlijke stoffen als bedoeld in het Besluit activiteiten leefomgeving, worden tijdens een schouw en/of tijdens het evenement door milieutoezicht gecontroleerd. Er wordt gecontroleerd of er wordt voldaan aan de geldende wet- en regelgeving en de vergunningsvoorschriften.
Brandveiligheid
Bij (permanente) bouwwerken die voor een evenement worden gebruikt, is vaak een omgevingsvergunning of (aanvulling op de) gebruiksvergunning of -melding nodig. Indien de functie van het bouwwerk afwijkt van het beoogde doel - een parkeergarage die bijvoorbeeld wordt gebruikt voor een danceparty - zullen aanvullende voorzieningen worden verlangd. Denk daarbij aan de aanwezigheid van extra brandblusmiddelen en voldoende veilige vluchtroutes. In de vergunning zijn dan ook (extra) voorschriften opgenomen om de brandveiligheid te garanderen.
De sector Brandveiligheid van de brandweer adviseert hierover en controleert op verzoek van de gemeente voor of tijdens het evenement of de geldende wet- en regelgeving en de vergunningsvoorschriften worden nageleefd en de brandveiligheid niet in het geding is. Het besluit BGBOP en eventueel een melding Brandveilig gebruik zijn daarvoor leidend.
Gelijktijdigheid van evenementen
Grootschalige evenementen vereisen ook inzetcapaciteit van hulpdiensten. Omdat deze capaciteit niet in onbeperkte mate aanwezig is, dient in een vroeg stadium in regionaal verband afstemming plaats te vinden om te voorkomen dat onderbezetting bij evenementen dreigt. Dit is des te meer van belang omdat hulpdiensten regionaal ingezet kunnen worden. Door middel van de regionale evenementenkalender die de Veiligheidsregio Twente faciliteert, is er tijdig inzicht in de aankomende evenementen.
Risicovol weer
Risicovolle weersomstandigheden tijdens evenementen kunnen verschillende veiligheids- en gezondheidsrisico’s met zich meebrengen. Het soort evenement, de doelgroep, het weer, de locatie en het tijdstip hebben invloed op welke (beheers)maatregelen het beste toegepast kunnen worden. Zie de folder die is opgesteld door de GHOR Twente: risicovol weer bij evenementen en de pagina: risicovol weer van Veiligheidsregio Twente.
Indien noodzakelijk vindt (voor)overleg plaats met Veiligheidsregio Twente. De burgemeester kan besluiten of een (beheers)maatregel genomen moet worden en of het evenement al dan niet door kan gaan als de organisatie zelf al niet over is gegaan tot het afgelasten van het evenement.
Bereikbaarheid voor hulpdiensten en publiek
De evenementenlocatie zal altijd bereikbaar en toegankelijk moeten zijn voor de hulpdiensten. Dit geldt ook voor de direct aan deze locatie gelegen panden en percelen. Vanwege de omvang van hun hulpverleningsvoertuigen zal de maatvoering die de brandweer opgeeft leidend zijn.
De aanvrager dient in een verkeersplan aan te geven hoe omwonenden en bedrijven die in de nabijheid van de evenementenlocatie wonen of gevestigd zijn, ten alle tijden hun pand op een veilige en verantwoorde wijze kunnen bereiken. Onderdeel van een goede bereikbaarheid is ook het vermijden van obstakels die een belemmering vormen voor de goede doorstroming van publiek en het overige verkeer.
Waar het de verkeersveiligheid, de doorstroming van het verkeer en toegankelijkheid betreft, is de politie de handhavende instantie. Wanneer in strijd met de voorschriften van de vergunning wordt gehandeld, kan worden opgetreden op grond van de Wegenverkeerswet 1994 of daaruit voortvloeiende reglementen. Ook kan de politie in dat geval het evenement beëindigen.
Publieke gezondheid
Grote evenementen worden getoetst aan de ‘Veldnorm evenementenzorg’. De organisator dient (eventueel in samenwerking met de evenementenzorgorganisatie) gezondheidsrisico’s in beeld te brengen. Aan de hand van de te verwachten zorgvragen kan het nodig zijn om extra maatregelen op het vlak van (volks)gezondheid te treffen. Dit kan variëren van de aanwezigheid van EHBO-voorzieningen tot de aanwezigheid van een arts of ambulance, maar ook aspecten als sanitaire voorzieningen en drinkwater zijn hierbij aandachtspunten. De GHOR kan adviseren over de in de vergunning op te nemen voorschriften. Wanneer blijkt dat de voorschriften niet worden nageleefd dan wordt door het bevoegd gezag beoordeeld of handhaving noodzakelijk is en/of er maatregelen getroffen moeten worden.
GHOR Twente heeft geneeskundige richtlijnen voor evenementen opgesteld, zie de richtlijnen. Deze kunnen evenementenorganisatoren helpen bij het opstellen van het onderdeel publieke gezondheid in het veiligheidsplan.
Beschikbaarheid (gratis) drinkwater
In bepaalde gevallen kan er tijdens een evenement sprake zijn van een verhoogd risico op uitputting en uitdroging bij bezoekers en deelnemers. De beschikbaarheid van (gratis) drinkwater speelt in deze gevallen een grote rol om deze risico’s te verminderen. Zie hiervoor de folder die is opgesteld door GHOR Twente: (gratis) drinkwater bij evenementen. Indien nodig worden voorwaarden opgenomen in de evenementenvergunning.
8.3 Multidisciplinaire coördinatiegroep
Uit het risico-inventarisatiemodel van de Veiligheidsregio Twente kan blijken dat het bij zeer grootschalige evenementen belangrijk is een multidisciplinaire operationele coördinatiegroep samen te stellen. Deze groep bestaat uit vertegenwoordigers van de Veiligheidsregio Twente, politie, brandweer, GHOR, gemeente Enschede (o.a. de regisseur uitvoering veiligheid) en de organisator van het evenement. Tezamen vormen zij een “commandopost”. Vanuit elke discipline zal een eigen aansturend verantwoordelijke afgevaardigde zitting hebben. Per evenement zal de samenstelling van deze coördinatiegroep worden vastgesteld.
Evenementen zoals hierboven bedoeld, zijn van een omvang dat zij een landelijke uitstraling hebben, zoals 3FM Serious Request in 2012 en The Passion in 2015. Evenementen die dus grote hoeveelheden bezoekers bij elkaar brengen en/of een grote invloed hebben op de omgeving en de verkeersafwikkeling met betrekking tot het evenement.
8.4 Calamiteiten
In het geval van grootschalige calamiteiten tijdens een evenement wordt gereageerd volgens de bij gemeente en hulpverleningsdiensten bekende opschalingprocedures, ook wel GRIP genoemd. GRIP staat voor Gecoördineerde Regionale Incidentbestrijdings Procedure. Deze procedure omvat een aantal bestuurlijke en operationele afspraken over de opschaling bij incidenten. De procedures variëren van een “GRIP 0” situatie bij relatief kleinschalige incidenten, tot GRIP 3 en 4 waarbij de gemeentelijke rampenstaf opgeroepen wordt. Opschaling geschiedt op basis van signalering door de hulpverleningsdiensten.
9. TOEZICHT EN HANDHAVING
Om evenementen goed en veilig te laten plaatsvinden en overlast te beperken, zijn er voorschriften aan de vergunning verbonden. Wanneer de organisator van een evenement zich niet houdt aan de voorschriften uit de vergunning of aan de algemeen geldende wettelijke regels, kan er handhavend worden opgetreden.
9.1 Uitgangspunten van toezicht en handhaving
In het gemeentelijke toezichts- en handhavingsbeleid is voorzien in handhaving bij evenementen. Het uitgangspunt is dat daar waar de risico’s en overlast of impact het grootst zijn, de meeste inzet op toezicht en handhaving plaatsvindt. Kaders voor inzet op toezicht en handhaving liggen op het vlak van veiligheid, leefbaarheid, duurzaamheid en naleefgedrag. Wanneer die kaders worden overtreden of wanneer dat dreigt te gebeuren, wordt ingegrepen en/of bijgestuurd. Vooroverleg voorafgaand aan vergunningverlening is belangrijk om te bepalen of het uitoefenen van toezicht noodzakelijk is.
Naast de gemeente, kunnen, zoals uit het voorgaande hoofdstuk blijkt, verschillende instanties, elk vanuit hun eigen formele taken en bevoegdheden, toezicht uitoefenen en handhavend optreden.
De verantwoordelijkheid om te voldoen aan de vergunningvoorschriften ligt altijd bij de evenementenorganisator van het evenement. De gemeente en andere bevoegde instanties hebben een toezichthoudende en controlerende taak. Het uitgangspunt hierbij is preventie om overlast te voorkomen en de veiligheid te borgen.
Tijdens de uitvoering van alle grootschalige/risicovolle evenementen is een gemeentelijk vertegenwoordiger aanwezig of telefonisch bereikbaar als eerste aanspreekpunt voor de organisatie, toezichthoudende en controlerende instanties en de hulpdiensten. De gemeentelijk vertegenwoordiger monitort het evenement om de risico’s of impact te laten reduceren of voorkomen. De gemeentelijk vertegenwoordiger maakt hierin een belangenafweging, na advies of rapportages van de adviseurs en/of toezichthouders / handhavers en -indien noodzakelijk- na afstemming met een jurist of een Adviseur Openbare orde en Veiligheid (AOV-er).
Wanneer geconstateerd wordt dat de vergunningvoorschriften niet worden nageleefd, overlegt de gemeentelijk vertegenwoordiger met de vergunninghouder om hem in de gelegenheid te stellen alsnog aan de voorschriften te voldoen. Bij herhaalde overtreding bestaat de mogelijkheid, na intern overleg en in afstemming met de burgemeester, het evenement met bestuursdwang te laten beëindigen of sancties en/of beperkingen op te leggen. Hiervoor wordt de Landelijke Handhavingsstrategie Omgevingsrecht (LSHO) gehanteerd.
9.2 Multidisciplinaire schouw
Vlak voor aanvang van een grootschalig evenement vindt onder verantwoordelijkheid van de burgemeester, onder leiding van een gemeentelijk vertegenwoordiger, een multidisciplinaire schouw plaats gericht op het constateren van veiligheidsrisico’s. Dit wordt gedaan in samenwerking met medewerkers van de gemeente, politie en brandweer en worden eventueel bijgestaan door de GHOR en andere toezichthoudende instanties, zoals Omgevingsdienst Twente. De gemeente is integraal verantwoordelijk voor het uitvoeren van de schouw samen met de betrokken diensten.
9.3 Eindafweging
Bij constatering van een overtreding zal de gemeentelijk vertegenwoordiger de vergunninghouder van het evenement aanspreken om de overtreding ongedaan te maken. Doorgaans wordt aan dat verzoek gevolg gegeven. Bij herhaalde overtreding kan het evenement (deels) beëindigd worden of kunnen sancties en/of beperkingen en/of beheersmaatregelen opgelegd worden. Beëindigen van het evenement zal in ieder geval gebeuren als de veiligheid van personen in het geding is.
9.4 Meldpunt klachten
Wanneer omwonenden en bedrijven (geluids)hinder ondervinden van een evenement, kunnen zij een klacht indienen bij de evenementenorganisator en/of gemeente en/of politie.
Evenementenorganisator
Evenementenorganisatoren van een vergunningplichtig categorie 2-, 3-, en 4- evenement moeten omwonenden en bedrijven voorafgaand aan een evenement informeren en aangeven met wie zij op de dag van een evenement contact kunnen opnemen bij klachten. Zo worden bepaalde vormen van overlast mogelijk direct verholpen.
Gemeente
Op de gemeentelijke website kunnen klachten ingediend worden. Na het indienen van de klacht wordt deze door de gemeente in behandeling genomen. Op werkdagen van 09.00 – 17.00 uur kunnen klachten ook telefonisch worden gemeld.
Politie
Voor klachten kan men ook terecht bij de meldkamer van de politie (telefoonnummer 0900-8844), die 24-uursdienst heeft. De klachten worden door de politie afgehandeld of waar nodig doorgegeven aan de gemeente Enschede, die ze zal afhandelen. Indien de overlast direct gevaar vormt voor de veiligheid en/of gezondheid, bel 112.
10. AFWIJKINGSMOGELIJKHEID
In dit toetsingskader is er naar gestreefd om het beleid voor zoveel mogelijk toekomstige situaties goed te regelen. Echter, het bepaalde in artikel 4:84 van de Algemene wet bestuursrecht maakt het mogelijk om in voorkomende gevallen gemotiveerd van het beleid af te wijken. Dit is onder meer mogelijk indien de situatie ontstaat waarin er voor één of meer belanghebbenden gevolgen ontstaan, die wegens bijzondere omstandigheden onevenredig zijn in verhouding tot de met de beleidsregel te dienen doelen.
Ondertekening
BIJLAGE 1 – APV VAN TOEPASSING OP EVENEMENTEN
Artikel 2:24 Begripsbepaling
- 1.
In deze afdeling wordt onder een evenement verstaan: elke voor publiek toegankelijke verrichting van vermaak.
- 2.
Onder een evenement wordt mede verstaan:
- a.
Een herdenkingsplechtigheid;
- b.
Een braderie;
- c.
Een themamarkt, tenzij deze privaatrechtelijk is gereguleerd;
- d.
Een beurs;
- e.
Een grootschalig verkoopevenement in een evenementenhal;
- f.
Een optocht op de weg niet zijnde een betoging als bedoeld in artikel 2.3 APV;
- g.
Een besloten bijeenkomst voor zover die plaatsvindt op een openbare plaats;
- h.
Een (besloten) bijeenkomst waarvoor publiekelijk kaarten worden verkocht en/of publiekelijk reclame wordt gemaakt;
- i.
Tentfeesten;
- j.
Een vuurwerkshow.
- a.
Artikel 2:25 Vergunning
- 1.
Het is verboden zonder vergunning van de burgemeester een evenement te organiseren.
- 2.
De organisator van een evenement zorgt er voor dat de openbare orde, openbare veiligheid, volksgezondheid en de bescherming van het milieu gewaarborgd zijn.
- 3.
Onverminderd het bepaalde in artikel 1:8 weigert de burgemeester de vergunning als de organisator van een vechtsportwedstrijd of –gala, welke behoort tot door de burgemeester aan te wijzen categorieën, van slecht levensgedrag is.
- 4.
De burgemeester kan te allen tijde nadere regels stellen in het belang van de openbare orde, openbare veiligheid, volksgezondheid en de bescherming van het milieu.
Artikel 2:25A Meldingsplichtig evenement
- 1.
Het verbod van artikel 2:25 lid 1 geldt niet voor een meldingsplichtig evenement.
- 2.
Het is verboden zonder tijdige melding aan de burgemeester een meldingsplichtig evenement te organiseren.
- 3.
Onder een meldingsplichtig evenement wordt verstaan een evenement, niet zijnde een evenement als bedoeld in lid 4, dat voldoet aan alle van de onderstaande voorwaarden:
- a.
Het betreft een evenement van maximaal twee aaneengesloten dagen;
- b.
Het aantal bezoekers bedraagt maximaal 500 personen per dag;
- c.
Het evenement vindt niet plaats op een van de volgende aangewezen evenementenlocaties: Van Heekplein, Oude Markt, Ei van Ko, Kruispunt de Graaf, Stationsplein, Plein Zuidmolen en Willem Wilminkplein en in het Volkspark;
- d.
Het evenement vindt plaats tussen 09.00 en 24.00 uur;
- e.
Enkel en alleen achtergrondmuziek is hoorbaar tot 55 dB(A) / 70 dB(C) (van 09.00 tot 19.00 uur) en 50 dB(A) / 65 dB(C) (van 19.00 tot 24.00 uur), gemeten op 20 meter van de geluidsbron;
- f.
Er wordt geen podium geplaatst dat hoger is dan 1 meter of is voorzien van een overkapping of achterwand, geen tribune hoger dan twee meter, of andere vergelijkbare grote objecten ten behoeve van het evenement;
- g.
Er ontstaat door het plaatsen van objecten geen schade aan de weg of aan groenvoorzieningen;
- h.
Tenten zijn niet groter dan 50 m2;
- i.
Er worden geen wegen afgesloten. Buurt- en straatfeesten worden hiervan uitgezonderd, mits het een 30-km straat betreft, die geen busroute, omleidingsroute of doorgaande weg is.
- j.
Er zijn geen verkeersomleidingen noodzakelijk;
- k.
Er wordt geen vuurwerk afgestoken;
- l.
Er is geen open vuur. Vuurkorven worden hiervan uitgezonderd, mits zij zodanig gebruikt worden dat zij geen gevaar voor de omgeving opleveren en dat voldoende blusmiddelen aanwezig zijn;
- m.
Het evenement is geen vechtsportwedstrijd of -gala als bedoeld in artikel 2:25 lid 3.
- a.
- 4.
Onder een meldingsplichtig evenement wordt eveneens verstaan een evenement dat voldoet aan alle van de onderstaande voorwaarden:
- a.
Het evenement vindt plaats in een sociaal cultureel centrum of een evenementeninrichting/gebouw of in de tot die gebouw/locatie behorende buitenruimte;
- b.
Het gebouw en/of de locatie:
- 1.
beschikt over de vereiste omgevingsvergunning voor de activiteit milieu en, indien van toepassing, een omgevingsvergunning voor planologisch strijdig gebruik, of;
- 2.
beschikt over de vereiste vergunning in het kader van de milieubelastende activiteit, of;
- 3.
beschikt over de vereiste geaccepteerde melding in het kader van de milieubelastende activiteit, of;
- 4.
heeft een eigenaar die heeft voldaan aan de informatieplicht in het kader van de milieubelastende activiteit.
- 1.
- c.
Het bezoekersaantal bedraagt maximaal 5.000 personen per dag;
- d.
Het gebouw/de locatie beschikt over een geaccepteerde melding brandveilig gebruik voor evenementen;
- e.
Het evenement behoort gezien de grootschaligheid, de muziekstijl, het soort publiek en de sluitingstijd tot de normale bedrijfsvoering van het gebouw/de locatie;
- f.
Het evenement heeft geen groot uitstralingseffect op de omgeving, zoals bijvoorbeeld een live optreden van een zeer bekende groep of artiest of een soort hardcore/houseparty, waardoor overlast kan ontstaan en/of de openbare orde, (verkeers)veiligheid, zedelijkheid of gezondheid in het geding kunnen komen;
- g.
Er wordt geen podium geplaatst dat hoger is dan 1 meter of is voorzien van een overkapping of achterwand, geen tribune hoger dan twee meter, of andere vergelijkbare grote objecten ten behoeve van het evenement;
- h.
Er is geen aanleiding te vermoeden dat door het evenement de openbare orde, de openbare veiligheid, de volksgezondheid of het milieu in gevaar komen;
- i.
Door het evenement wordt er geen extra ruimte gevraagd in de openbare ruimte (parkeren) en zijn er geen verkeersmaatregelen noodzakelijk zoals afsluiting van wegen;
- j.
Het evenement is geen vechtsportwedstrijd of -gala als bedoeld in artikel 2:25 lid 3.
- a.
- 5.
Indien na melding van een evenement blijkt dat niet aan alle voorwaarden voor een meldingsplichtig evenement wordt voldaan, wordt de organisator hiervan op de hoogte gebracht.
Artikel 2:25B Verbod, voorschriften en beperkingen bij meldingsplichtige evenementen
De burgemeester kan een meldingsplichtig evenement verbieden of kan voorschriften of beperkingen opleggen, indien er aanleiding is te vermoeden dat door het evenement de openbare orde, de openbare veiligheid, de volksgezondheid of het milieu in gevaar komen.
Artikel 2:25C Uitzonderingen op de vergunning- en de meldingsplicht
- 1.
Evenementen waarvoor geen vergunning als bedoeld in artikel 2:25 of melding als bedoeld in artikel 2:25A vereist is, zijn:
- a.
Bioscoopvoorstellingen;
- b.
Markten zoals genoemd in de Gemeentewet;
- c.
Kansspelen als bedoeld in de Wet op de Kansspelen;
- d.
Het in een gebouw in de zin van de Alcoholwet gelegenheid geven tot dansen, te weten in discotheken en muziekcafés t/m categorie 2 (VNG “Handreiking bedrijven en milieuzonering” en opvolgende versies);
- e.
Betogingen, samenkomsten en vergaderingen als bedoeld in de Wet openbare manifestaties;
- f.
Voetbalwedstrijden als bedoeld in artikel 2:26A;
- g.
Sportwedstrijden waaraan uitsluitend wordt deelgenomen door amateursporters op de daarvoor bestemde sportlocaties, niet zijnde een vechtsportwedstrijd of -gala als bedoeld in artikel 2:25 lid 3;
- h.
Toneel-, muziek-, theater- en cabaretvoorstellingen en dergelijke die plaatsvinden in de daarvoor bestemde gebouwen/locaties;
- i.
Tentoonstellingen/exposities, presentaties en congressen die plaatsvinden in de daarvoor bestemde gebouwen/locaties;
- j.
Paasvuren, tenzij deze gepaard gaan met festiviteiten (tentfeesten) waarbij tenten of andere objecten worden geplaatst en waarbij bijvoorbeeld versterkte muziek ten gehore wordt gebracht en/of alcohol wordt geschonken.
- a.
- 2.
In afwijking van lid 1 is een vergunning als bedoeld in artikel 2:25 of een melding als bedoeld in artikel 2:25A wel vereist voor evenementen genoemd in lid 1 onder a, h en i als deze plaatsvinden in een evenementeninrichting/gebouw/locatie of de tot die gebouw/locatie behorende buitenruimte als bedoeld in artikel 2:25A lid 4 en die bestemd is voor meerdere soorten evenementen en niet slechts voor één specifieke soort evenement.
Artikel 2:25D Indieningstermijn vergunning en melding
De indieningstermijn voor een melding en een vergunning zijn:
- 1.
Minimaal 15 werkdagen voorafgaand aan een meldingsplichtig evenement als bedoeld in artikel 2:25A lid 3 en lid 4;
- 2.
Minimaal 12 weken en maximaal 30 weken voorafgaand aan een vergunningplichtig evenement.
Artikel 2:26 Ordeverstoring
- 1.
Het is verboden bij een evenement de orde te verstoren.
- 2.
Het is verboden enig gereedschap, voorwerp of middel te vervoeren of bij zich te hebben met de kennelijke bedoeling daarmee bij een evenement de orde te verstoren.
- 3.
Voor de toepassing van dit artikel wordt onder evenement verstaan elke voor publiek toegankelijke verrichting van vermaak en een herdenkingsplechtigheid.
BIJLAGE 2 – TOELICHTING OVERIGE WET- EN REGELGEVING
Algemene wet bestuursrecht (Awb)
Dit toetsingskader kan worden aangemerkt als beleid, zoals bedoeld in de artikelen 4:81 tot en met 4:84 van de Awb. Dat betekent dat dit toetsingskader een uitgangspunt is bij de behandeling van een aanvraag voor een evenementenvergunning of een -melding.
In de gevallen waarin niets is geregeld in de APV of een andere formele wet, geldt de Awb als ‘vangnet’ over de manier waarop de gemeente moet handelen, beslistermijnen, bekendmaking van de besluiten en de rechtsbescherming voor belanghebbende derden (bezwaar- en beroep).
Gemeentewet
Een belangrijke randvoorwaarde bij ieder evenement is de veiligheid van het publiek. Op grond van artikel 174 van de Gemeentewet is de burgemeester belast met het toezicht op de openbare samenkomsten en vermakelijkheden alsmede op de voor het publiek openstaande gebouwen en daarbij behorende erven. Ook is de burgemeester belast met de handhaving van de openbare orde en is hij bevoegd om alle bevelen te geven die noodzakelijk geacht worden voor de handhaving van de openbare orde (artikel 172 Gemeentewet).
Omgevingswet
Op 1 januari 2024 is de Omgevingswet in werking getreden. Deze wet bundelt de wet- en regelgeving voor de fysieke leefomgeving.
Omgevingsplan
Het omgevingsplan bevat de gemeentelijke regels voor de fysieke leefomgeving. Naast de toetsing aan de APV, de Vkl en dit toetsingskader, wordt een evenement getoetst aan het omgevingsplan.
Tijdelijk deel omgevingsplan
Bij de inwerkingtreding van de Omgevingswet staan de ruimtelijke regels voor evenementen nog in de geldende bestemmingsplannen, de Vkl en in de APV. De geldende bestemmingsplannen zijn bij de inwerkingtreding automatisch onderdeel van het tijdelijk deel omgevingsplan van de gemeente. De regels in de APV en de Vkl vallen niet onder de werking van de Omgevingswet.
Nieuw deel omgevingsplan
Gemeenten hebben tot eind 2031 de tijd het tijdelijke deel van het omgevingsplan en andere regels om te zetten naar een nieuw omgevingsplan.
BOPA-omgevingsvergunning
Wanneer een evenement niet past binnen de ruimtelijke regels van het omgevingsplan, kan een organisator een buitenplanse omgevingsplanactiviteit (BOPA) bij het college van B&W aanvragen. De organisator vraagt bij de gemeente aan om te mogen afwijken van het omgevingsplan. Wanneer de BOPA ook daadwerkelijk voorafgaand aan het evenement is verleend, kan het evenement plaatsvinden. Bij de afweging om een BOPA te verlenen spelen allerlei ruimtelijke afwegingen een rol. De proceduretijd voor het verlenen van zo’n vergunning is normaal gezien, 8 weken, oftewel de reguliere voorbereidingsprocedure. In hele uitzonderlijke gevallen kan het college voor de BOPA-omgevingsvergunning de uitgebreide voorbereidingsprocedure van toepassing verklaren. In dat geval is de proceduretijd ca. 6 maanden.
Flora- en fauna-activiteit
Voor het organiseren van een evenement kan naast een omgevingsvergunning voor een BOPA van de gemeente ook een omgevingsvergunning flora- en fauna-activiteit van de provincie noodzakelijk zijn. Dit is in het geval als een evenement negatieve effecten heeft op vaste verblijf- en voortplantingsplaatsen van beschermde planten- en diersoorten. Of zo’n flora & fauna omgevingsvergunning noodzakelijk is hangt af van de locatie, de tijd van het jaar waarin het wordt georganiseerd en de kenmerken van het evenement. Bij evenementen in een park of in het landelijk gebied is het verstandig altijd eerst door een ecologisch deskundige te laten kijken of er mogelijk beschermde natuurwaarden aanwezig zijn op of rondom de evenementenlocatie.
Alcoholwet
Op grond van artikel 35 Alcoholwet kan de burgemeester ten aanzien van het verstrekken van zwak-alcoholhoudende dranken ontheffing verlenen bij een bijzondere gelegenheid van tijdelijke aard.
Besluit brandveilig gebruik en basishulpverlening overige plaatsen
Het Besluit brandveilig gebruik en basishulpverlening overige plaatsen (BGBOP) geeft brandveiligheidsvoorschriften voor het gebruik van een locatie waarvoor vanuit andere regels geen brandveiligheidseisen zijn gesteld. Denk aan openluchtfestivals, campings en het plaatsen van tenten. Daarnaast schrijft het BGBOP ook voor dat de organisator van het evenement moet zorgen voor basishulpverlening die is afgestemd op de reële risico’s.
Europese Single Use Plastics-richtlijn
Sinds 3 juli 2021 is de Europese Single Use Plastics-richtlijn (SUP-richtlijn) van kracht. De richtlijn moet bedrijven en evenementenorganisatoren aanzetten om duurzame alternatieven voor single use kunststofproducten en single use kunststof verpakkingen te ontwikkelen. De maatregelen uit de SUP-richtlijn hebben onder meer betrekking op kunststof wegwerpplastic, waaronder ook verschillende verpakkingen, zie o.a. de ministeriële regeling.
Meer informatie over SUP: Rijksoverheid en Kennisinstituut Duurzaam Verpakken.
Politiewet
De Politiewet omschrijft de taak van de politie als ‘de daadwerkelijke handhaving van de rechtsorde en het verlenen van hulp aan hen die deze behoeven’. Hieronder vallen ook evenementen. De hulpverlenende taak wordt bovendien zo breed opgevat dat hierbij ook veiligheid in preventieve zin hoort, zoals vooraf houden van veiligheidsoverleg bij evenementen.
Vuurwerkbesluit
Op grond van het Vuurwerkbesluit mag consumentenvuurwerk enkel en alleen worden afgestoken rond de jaarwisseling. Voor het afsteken van vuurwerk bij evenementen dient een ontbrandingsmelding te worden gedaan of in sommige gevallen een aanvraag voor ontbrandingstoestemming in te dienen bij de Provincie Overijssel.
Wegenverkeerswet
Gelet op de bepalingen in de Wegenverkeerswet 1994 en het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV 1990) en het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW), is het mogelijk om (gedeelten van) wegen, straten en/ of pleinen, die in het beheer en eigendom van de gemeente zijn af te sluiten ten behoeve van een evenement. In sommige gevallen is voor een dergelijke verkeersmaatregel een verkeersbesluit op basis van die wetgeving nodig. Voor evenementen is ook bepaald dat ontheffing nodig is op het verbod voor het houden van wedstrijden met voertuigen op de openbare weg.
Wet Bibob
In Enschede is de ‘Beleidsregel Wet Bibob gemeente Enschede 2019’ van toepassing. Een organisator en/of evenement kan worden getoetst aan de wet Bibob.
Wet veiligheidsregio’s
De wet veiligheidsregio’s omvat bepalingen over brandweerzorg, rampenbestrijding, crisisbeheersing en geneeskundige hulpverlening.
Zondagswet
Bij evenementen op zondag geldt de Zondagswet. Deze wet bevat een aantal algemene verboden om de openbare rust op zondag en aanverwante feestdagen te beschermen. Evenementen op een zondag die starten voor 13:00 uur kunnen alleen plaatsvinden met een ontheffing Zondagswet.
BIJLAGE 3 – VERKEERSPLAN EN VEILIGHEIDSPLAN
Evenementenorganisatoren moeten ervoor zorgen dat voetgangers, fietsen, auto’s en openbaar vervoer (ov) zo weinig mogelijk last hebben van een evenement. In een verkeersplan wordt o.a. uitgelegd hoe het evenemententerrein en de omgeving veilig en vlot bereikbaar blijven.
Het verkeersplan kan heel eenvoudig zijn als er weinig verkeer wordt beïnvloed. Wanneer bijvoorbeeld een deel van de stoep wordt gebruikt, dan moet worden aangegeven hoe voetgangers er toch langs kunnen. Het plan kan ook zeer uitgebreid zijn als er veel verkeer wordt beïnvloed, bijvoorbeeld als er een marathon door de stad wordt georganiseerd.
Bijlage 3.1 Verkeersplan
3.1.1 Meldingsplichtige evenementen
Indien er voor het evenement een straat moet worden afgesloten op basis van art. 2:25A lid 3 sub i APV, dienen hiervoor de juiste maatregelen getroffen te worden en een verkeersplan aangeleverd te worden bij de melding.
- •
Allereerst zijn schrikhekken met een verkeersbord C1: afgesloten voor alle voertuigen, vereist. Deze worden rondom het evenement geplaatst.
- •
Indien van toepassing moeten er ook voorwaarschuwingen geplaatst worden, zodat verkeer niet onnodig een straat inrijdt.
- •
Indien verkeer door de afzetting een ander gedeelte van de wijk of straat niet eenvoudig kan bereiken zal er een omleiding gemaakt moeten worden.
- •
In de situatietekening staan voorbeelden hoe dit eruit kan zien.
Dit plan met een duidelijke situatietekening en de juiste bebording, levert u aan met de melding.
- •
Het verkeersplan wordt beoordeeld, en er wordt gecheckt of er geen belemmeringen in de buurt zijn voor het afsluiten van dit gedeelte.
Wat moet u als organisator doen als u toestemming krijgt?
- •
Als u toestemming krijgt, stuur dan een e-mail naar wegwerkzaamheden@enschede.nl Met daarin de volgende informatie:
- •
Datum;
- •
Duur van de afsluiting;
- •
Welk gedeelte van de straat wordt afgesloten.
- •
De afsluiting wordt dan breed gecommuniceerd, waaronder met de hulpdiensten en opgenomen in Melvin, het programma waar alle actuele wegafsluitingen in vermeld worden.
Voorbeelden van afzetmateriaal:
Voorbeeld situatietekening:
3.1.2 Vergunningplichtige evenementen
Voor vergunningplichtige evenementen dient altijd een verkeersplan aangeleverd te worden bij de aanvraag.
Het verkeersplan bevat maatregelen om de verkeersveiligheid te waarborgen, zoals:
- •
Aantal verkeersregelaars per taak, moment, locatie en ingehuurde organisatie;
- •
Tijden en locaties van de wegafsluitingen en omleidingen;
- •
Toegankelijkheid evenemententerrein;
- •
Parkeerfaciliteiten;
- •
Aan- en afvoer van bezoekers in relatie tot het openbaar vervoer en parkeerfaciliteiten;
- •
Doorgang openbaar vervoer in relatie tot het evenemententerrein;
- •
Af- en aanrijdroutes (artiesten, leveranciers);
- •
Calamiteitenroutes hulpdiensten;
- •
Vrijhouden van brandkranen bij parkeren van voertuigen in de buurt van het evenement;
- •
Aantal gecertificeerde verkeersregelaars (evenementen/beroeps);
- •
Garanderen van bereikbaarheid van onder andere ziekenhuizen, huisartsen, gemeentehuis;
- •
Begaanbaar houden af- en aanrijdroutes en calamiteitenroutes.
Voor meer informatie zie de website evenementen Veiligheidsregio Twente: verkeersplan.
Bijlage 3.2 Veiligheidsplan
Bij elke evenementen vergunningaanvraag moet een veiligheidsplan worden aangeleverd.
Het veiligheidsplan beschrijft hoe de organisator de veiligheid van mensen (bezoekers, medewerker, artiesten en omgeving) bij en rondom een evenement borgt. Ook beschrijft het plan de preventieve (personele, materiële en organisatorische) maatregelen die de organisator getroffen heeft.
De organisator is primair verantwoordelijk voor de veiligheid van publiek, medewerkers, omstanders, publieke eigendommen en een ordelijk verloop van het evenement. Met het opstellen van het veiligheidsplan wordt inzichtelijk gemaakt welke risico’s een evenement met zich meebrengt en welke maatregelen daarvoor getroffen worden. In geval van een incident is er alvast nagedacht over de bestrijding zodat de eventuele impact ervan beperkt blijft. De gemeente en hulpverleningsdiensten kunnen op basis van het veiligheidsplan bovendien beter bepalen of er aanvullende maatregelen nodig zijn om het evenement nog veiliger te laten verlopen.
Voor meer informatie zie de website evenementen Veiligheidsregio Twente: veiligheidsplan.
BIJLAGE 4 – BOUWKUNDIGE EN CONSTRUCTIEVE EISEN BOUWWERKEN TIJDENS EVENEMENTEN IN DE GEMEENTE ENSCHEDE
Deze bijlage is een samenvatting van en ontleend aan de “Richtlijn constructieve toetsingscriteria bij een aanvraag voor een evenementenvergunning” van het Centraal overleg Bouwconstructies (COBc). Daar waar afgeweken wordt ten opzichte van de originele tekst, wordt dit aangegeven met een cursieve tekst.
De richtlijn streeft enerzijds een hoger veiligheidsniveau na en verwijst anderzijds in hoofdstuk 5 naar eerder uitgebrachte bestaande evenementnormen en -richtlijnen, die een lager veiligheidsniveau voorschrijven. Juist om meer verwarring en discussies te vermijden, wordt in de Gemeente Enschede (minimaal) vastgehouden aan het bestaande veiligheidsniveau van “evenementnormen” NEN-EN 13782, NEN-EN 13814 en NPR 8020-51.
Uiteraard mag wel met het hogere veiligheidsniveau van de richtlijn gerekend worden, maar dan dient dit ook consequent aangehouden te worden. Beide rekenmethoden zijn toegestaan, maar er mag onderling niet “geshopt” worden naar gunstiger voorwaarden en factoren uit de andere rekenmethode.
Voor de duidelijkheid van deze bijlage wordt dezelfde hoofdstukindeling en artikelnummering van de richtlijn aangehouden. De “Richtlijn constructieve toetsingscriteria bij een aanvraag voor een evenementenvergunning” kan gedownload worden op https://www.vereniging-bwt.nl/centraal-overleg-bouwconstructies/documenten/2018/11/cobc-richtlijn-evenentenvergunning-11-2018
In deze bijlage is aangegeven welke gegevens noodzakelijk zijn om bouwwerken en constructies die geplaatst zijn en gebouwd worden tijdens en ten behoeve van evenementen te toetsen. Uitgangspunt hierbij is dat een bouwwerk bestand moet zijn tegen de daarop werkende krachten.
Leeswijzer:
- •
Hoofdstuk 2: Voorwaarden
- •
Hoofdstuk 2 punt 7 en 8, hoofdstuk 3 punt 5 en hoofdstuk 4 punt 6, 8 en 9: beheersmaatregelen
- •
Hoofdstuk 3: indieningvereisten
- •
Hoofdstuk 4: constructieve prestatie-eisen
HOOFDSTUK 1 - DEFINITIES
Bouwsel
Een tent, tribune, podium of elke andere constructie van enige omvang die met het oog op het organiseren van een vergunningplichtig evenement voor een periode van maximaal 30 dagen aaneensluitend wordt geplaatst of opgericht, met uitzondering van partytenten, springkussens, attractietoestellen, waterbakken, marktkraampjes en hiermee naar aard en omvang gelijk te stellen constructies, alsmede podia zonder overkapping waarvan de hoogte maximaal 1 meter is, en tenten met een vloeroppervlakte kleiner dan 50 m².
Vergunninghouder
De rechtspersoon of natuurlijke persoon op wiens naam de vergunning gesteld is en die op basis daarvan bevoegd is handelend op te treden in het kader van het vergunde evenement.
Beheersmaatregel
Een duidelijk omschreven actie, te ondernemen door of namens de vergunninghouder, die erop gericht is veiligheidsmaatregelen te nemen ten aanzien van publiek, personeel en artiesten ingeval de feitelijke omstandigheden (bijv. weersomstandigheden) ongunstiger zijn of gaan worden dan die tijdens de voorbereidingen of het ontwerp van bouwsels voorzien waren.
Windkracht
De kracht die de wind uitoefent, uitgedrukt in eenheden volgens de schaal van Beaufort (Bft). De in deze schaal genoemde windsnelheid is gelijk aan de fundamentele waarde van de basiswindsnelheid, zoals bedoeld in de NEN-EN 1991-1-4.
HOOFDSTUK 2 - ALGEMENE VOORWAARDEN TEN AANZIEN VAN TE PLAATSEN BOUWSELS/CONSTRUCTIES
- 1.
Voor constructieve verantwoording van bouwsels dient de vergunninghouder aannemelijk te (laten) maken dat de constructieve veiligheid van op te richten of te plaatsen bouwsels gewaarborgd is. Deze verantwoording kan voor standaard en/of meermalig in ongewijzigde vorm te plaatsen bouwsels bestaan uit het overleggen van bijvoorbeeld een productcertificaat, zoals een TUV-keur of een gelijkwaardig document, mits dit document dekkend is ten aanzien van de in deze beleidsregels gestelde constructieve eisen.
- 2.
Van bouwsels, waarbij de constructieve veiligheid niet relevant is en waarbij geen risico's van persoonlijk letsel bij falen te verwachten is, hoeft geen constructieve verantwoording te worden afgelegd, e.e.a. in overleg met de vergunningverlener. Bij de plaatsing en het gebruik van bovenstaande bouwsels dienen wel de daarbij behorende productcertificaten en/of gebruiksvoorschriften in acht genomen te worden. Deze certificaten en/of voorschriften dienen op verzoek van het bevoegd gezag direct te kunnen worden overlegd.
- 3.
De vergunninghouder dient de vergunningverlener proactief te benaderen ten aanzien van het aanleveren van de juiste gegevens en documenten en voor het maken van een afspraak voor inspectie.
- 4.
De constructieve verantwoording dient om aannemelijk te maken, dat bouwsels veilig gebruikt kunnen worden. Deze verantwoording kan daarom voor standaard en meermalig in ongewijzigde vorm te plaatsen bouwsels bestaan uit het overleggen van bijvoorbeeld een productcertificaat, zoals een TUV-keur of een gelijkwaardig document, mits dit document dekkend is ten aanzien van de in deze richtlijn gestelde constructieve eisen.
- 5.
De vergunninghouder is te allen tijde eindverantwoordelijk voor de veilige plaatsing en het veilige gebruik van bouwsels.
- 6.
Opbouw en gebruik dienen conform de productattesten van de leverancier en/of fabrikant of volgens specifieke bouwsel-normen (zie hoofdstuk 5) te worden uitgevoerd.
- 7.
Er dienen beheersmaatregelen beschreven te zijn, die voorzien in de situatie dat de belastingen ongunstiger worden dan de waarden waarop de bouwsels zijn berekend. Deze beheersmaatregelen kunnen onderdeel zijn van een veiligheidsplan en/of ontruimingsplan. De vergunninghouder is verantwoordelijk voor het opstellen en uitvoeren van deze beheersmaatregelen. In deze beheersmaatregelen dient ten minste aangegeven te zijn tot welke weersomstandigheden het bouwsel kan worden gebruikt, het moment waarbij het bouwsel buiten gebruik gesteld moet worden en de veiligheidsmaatregelen die men dan moet treffen. (zie ook onder hoofdstuk 4, lid 9). De nadruk moet liggen op het in veiligheid brengen van de aanwezige mensen.
- 8.
De vergunninghouder van het evenement is verplicht zich vooraf en tijdens het evenement op de hoogte te stellen van de voorspelde weersomstandigheden voor het evenement. Bij voorspellingen die ongunstiger zijn dan de waarde waarop de bouwsels berekend zijn, moeten de onder punt 7. omschreven beheersmaatregelen uitgevoerd worden.
- 9.
De constructieve verantwoording dient gelijktijdig bij de aanvraagstukken van het evenement te worden ingediend ter beoordeling aan de vergunningverlener.
- 10.
Het toezicht op de veiligheid van kermisattracties (attractietoestellen) valt onder verantwoordelijkheid van de Nederlandse Voedsel-en Warenautoriteit (NVWA). In deze richtlijn wordt hiervoor kortheidshalve verwezen naar:
-
https://www.nvwa.nl/onderwerpen/consumentenartikelen/dossier/attractietoestellen
HOOFDSTUK 3 - IN TE DIENEN CONSTRUCTIEVE GEGEVENS
- 1.
Situatietekening (min. 1:500), met daarop aangegeven:
- a.
Alle te plaatsen bouwsels;
- b.
1e lijns bebouwing rondom het evenemententerrein;
- c.
Begrenzing publieksgedeelte;
- d.
Legenda, waarin de getekende bouwsels worden omschreven;
- e.
Noordpijl en schaalaanduiding.
- a.
- 2.
Tekening met daarop plattegrond(en), aanzichten en eventueel doorsneden en details van alle te plaatsen bouwsels, e.e.a. op een goed leesbare schaal. De constructieve tekeningen moeten een volledig en actueel beeld geven van de te maken constructies met eventueel een tekstuele toelichting. De maatvoering en de te gebruiken materialen, profielen en gewichtsinformatie moeten zijn aangegeven. Eventuele ballastgewichten en / of grondverankeringen, stabiliteitsvoorzieningen (schoren, kruizen, windbokken), af te hangen installaties (lichtspots, speakers etc.) en fundatievoorzieningen (grondplaten) dienen op de tekening te zijn aangegeven. Voor tenten en podia met opbouw dient duidelijk aangegeven te worden waar wandzeilen of -doek (open of dicht i.v.m. windbelasting) aanwezig is in het bouwsel. De uitvoering van de tekeningen moet voldoen aan NEN 47 en/of NEN 2302.
- 3.
Productattest van de standaard en/of meermalig te plaatsen bouwsels.
- 4.
Statische berekeningen, waarin ten minste opgenomen zijn en die ten minste voldoen aan:
- a.
Berekeningen van de constructie van de te plaatsen bouwsels;
- b.
De constructieschematisering, -geometrie, materiaaleigenschappen, profielafmetingen en de eigenschappen van de ondersteuningen moeten in de berekening zijn weergegeven en gemotiveerd;
- c.
Belastingen en belastingcombinaties moeten volledig uitgewerkt worden gepresenteerd;
- d.
De toegepaste waarde voor de windsnelheid dient expliciet vermeld te zijn;
- e.
De maatgevende berekeningsresultaten moeten duidelijk worden gepresenteerd;
- f.
Bij vervolgberekeningen of wijzigingen moet herkenbaar naar eerdere resultaten worden verwezen;
- g.
Computerberekeningen moeten minimaal voldoen aan het bovenstaande; verder moeten in- en uitvoer duidelijk worden gepresenteerd;
- h.
EEM-berekeningen moeten voldoen aan de voorwaarden, zoals opgenomen in het document “Uitwerking indieningsvereisten EEM-berekeningen” (april 2011);
- i.
De constructieve berekeningen moeten een volledige verantwoording geven van de te maken constructies.
- a.
- 5.
Een verantwoording van de brandveiligheidsaspecten van constructieve onderdelen, conform de in HS. 5 genoemde normen en richtlijnen.
- 6.
Een beschrijving van de beheersmaatregelen, zoals genoemd in hoofdstuk 2, art. 7 (pag. 7), eventueel opgenomen in bijv. een veiligheidsplan of een ontruimingsplan.
- 7.
Alle bescheiden zijn bij voorkeur in het Nederlands opgesteld en zijn voorzien van de hierboven onder "Algemeen" genoemde gegevens. Wanneer documenten (van bijv. standaard bouwsels of product specifieke keurmerken) toch in één der andere moderne talen zijn opgesteld (bijv. Engels of Duits) dan dient hiervan een korte Nederlandse toelichting of samenvatting van de belangrijkste punten te worden bijgevoegd.
- 8.
Er dient een duidelijke samenhang te zijn tussen alle berekeningen en tekeningen van een bouwsel.
(N.B. bovenstaande gegevens hebben alleen betrekking op de constructieve verantwoording en sluiten daarom niet volledig aan op de algemene indieningsvereisten, zoals aangegeven in BBGBOP, artikel 2.3).
HOOFDSTUK 4 - CONSTRUCTIEVE PRESTATIE-EISEN EN RANDVOORWAARDEN VOOR BOUWSELS
- 1.
Bij elk bouwsel (behoudens bouwsels, zoals bedoeld onder hoofdstuk 2, lid 2) dienen de standzekerheid en (kantel)-stabiliteit te zijn gewaarborgd. Hierbij dient een veiligheidsniveau te worden aangehouden, die minimaal gelijkwaardig zijn aan de in hoofdstuk 5 genoemde “evenementnormen” NEN-EN 13782, NEN-EN 13814 en NPR 8020-51.
- 2.
Opgelegde belastingen mogen worden bepaald volgens de in hoofdstuk 5 aangegeven normen.
- 3.
Voor gebruiksbelastingen (vloerbelastingen) dient ten minste uitgegaan te worden van gelijkmatig verdeelde belastingen en puntlasten, conform de in hoofdstuk 5 aangegeven normen.
- 4.
Bij vloeren, waarop veel publiek gelijktijdig aanwezig kan zijn, dient een deel van de gebruiksbelasting horizontaal op de constructie in rekening gebracht te worden, conform de in hoofdstuk 5 aangegeven normen. In tabel 2 van NPR 8020-51 zijn deze horizontale belastingen aangegeven. Dit zijn dezelfde waarden die ook zijn aangegeven in NEN-EN 13814 in artikel 5.3.3.1.3
- 5.
Voor de in rekening te brengen windbelasting mag worden uitgegaan van de in NEN-EN 1991-1-4 beschreven systematiek. Op basis van de tijdelijkheid van het evenement en eventueel gunstige weersvoorspellingen mag een lagere windsnelheid en dus een lagere extreme stuwdrukwaarde worden aangenomen dan aangegeven in NEN-EN 1991-1-4, art. 4.5. Er mag geen lagere ontwerplevensduur dan 10 jaar worden aangenomen (Cprob = 0,9). Voor een eenvoudiger methode mag ook gebruik gemaakt worden van de in NEN-EN 13814 in tabel 1 genoemde windbelastingen voor respectievelijk bouwsels “in gebruik” en “buiten gebruik”.
- 6.
De voor de berekening van bouwsels aangenomen windsnelheid dient expliciet te worden vermeld in duidelijke relatie tot de beheersmaatregelen. Zie ook aanvullende opmerking in hoofdstuk 4 lid 5.
- 7.
In geval van binnen-evenementen dient eveneens rekening gehouden te worden met windbelastingen, e.e.a. gerelateerd aan de aanwezigheid en afmetingen van openingen in de gevel..
- 8.
Bij de berekening op windbelastingen dient rekening te zijn gehouden met de invloed van nabijgelegen bouwwerken, conform NEN1991-1-4, bijlage A.4. In zijn algemeenheid geldt hierbij, dat wanneer een nabijgelegen bouwwerk een hoogte (h high) heeft kleiner dan 2x de gemiddelde hoogte (h ave) van de te beschouwen evenementenbouwsels er geen windberekening met verhoogde windbelastingen hoeft te worden gemaakt.
- 9.
Indien de voor het evenement voorspelde windkracht groter is dan de hieraan gerelateerde stuwdrukwaarden waarop de bouwsels berekend zijn, dienen de hierbij omschreven beheersmaatregelen te worden uitgevoerd (zie ook onder hoofdstuk 2, lid 7). De vergunninghouder is hiervoor verantwoordelijk.
- 10.
De vergunninghouder dient zich tijdens het evenement op de hoogte te houden (door actief te communiceren met het weerstation, dat de meest actuele lokale weersvoorspellingen kan leveren) of de weersomstandigheden (wind, regen, sneeuw) binnen de voor het ontwerp aangenomen grenzen blijven. Wanneer dit niet meer het geval is dienen de omschreven beheersmaatregelen te worden uitgevoerd, conform hoofdstuk 2, lid 7 en 8.
- 11.
Bij de stabiliteitsbeschouwing op basis van windbelastingen mag ook rekening gehouden worden met een onvoorziene (maar reële) scheefstand. De “evenementnormen” NEN-EN 13782, NEN-EN 13814 en NPR 8020-51 voorzien niet in deze eisen m.b.t. scheefstand.
- 12.
De standzekerheid en stabiliteit kunnen worden gewaarborgd door het bouwsel te voorzien van stabiliteitsverbanden (windverbanden) en/of het bouwsel af te schoren met spanbanden naar ankerpennen of ballastblokken. Er kan ook gebruik worden gemaakt van momentvaste verbindingen.
- 13.
Bij optredende gronddrukken boven een lokaal bepaalde grenswaarde moet de draagkracht van het funderingselement d.m.v. grondonderzoek + berekening worden aangetoond. Als grenswaarde ondergrens) zal in veel gevallen een waarde van ca. 30 – 80 kN/m2 moeten worden aangenomen, afhankelijk van de plaatselijke grondgesteldheid. Blijven de optredende gronddrukken beneden deze ondergrens, dan hoeft geen aparte verantwoording van de gronddraagkracht te worden gegeven.
- 14.
Het is zonder uitdrukkelijke toestemming van de eigenaar van het betreffende terrein niet toegestaan om verankeringen aan te brengen in vloeren of bestrating.
- 15.
Voor het afschoren van de bouwsels mag geen gebruik gemaakt worden van straatmeubilair, bomen, struiken of andere aanwezige attributen, die geen onderdeel uitmaken van bijbehorende onderdelen van het bouwsel, zonder een rekentechnische verantwoording en toestemming van de betreffende eigenaar.
- 16.
Borgingen (borgpennen, splitpennen, wiggen, etc.) in de constructie van het bouwsel moeten de benodigde krachten kunnen opnemen en mogen niet door onbevoegden op eenvoudige wijze verwijderd kunnen worden.
- 17.
Bij bevestiging of borging van een bouwsel aan een bestaand gebouw of bouwwerk mag dit bouwwerk niet beschadigd of ontzet worden. De eigenaar van het betreffende gebouw of bouwwerk moet expliciet toestemming verlenen voor deze bevestiging of borging en er dient een rekentechnische verantwoording te worden opgesteld.
- 18.
Van elk bouwsel dienen de voor publiek toegankelijke vloeroppervlakten vlak en waterpas te staan, behalve hellingbanen en andere specifiek hellend ontworpen oppervlakten. Onderstoppingen/uitvullingen dienen strak en stabiel te worden aangebracht, zodat ze niet kunnen afschuiven of kantelen. De ondergrond moet voldoende draagkrachtig zijn en zettingen mogen geen aantasting van de constructieve veiligheid veroorzaken.
- 19.
De plaatsing van bouwsels dient ook zodanig te zijn, dat geen schade wordt toegebracht aan riolering, kabels en leidingen of andere ondergrondse infra. Hiervoor dient via het Kadaster een klic-melding te worden gedaan.
- 20.
Op de grens van een hoogteverschil (vloerrand) groter of gelijk aan 1,5 m dient een vloerafscheiding (leuning) met een hoogte van min. 1,0 m aanwezig te zijn, die moet voldoen aan de onder punt 20 en 21 omschreven voorwaarden. Bij een podium, waar alleen de uitvoerende artiesten aanwezig zullen zijn, hoeft geen vloerafscheiding aanwezig te zijn.
- 21.
Op vloerafscheidingen, zoals omschreven onder punt 19, van voor publiek toegankelijke vloeren mag een horizontale belasting worden gerekend conform Eurocode NEN-EN 1991-1-1, bijlage NB.A. of NEN-EN 13200-6:2012, art. 5.6. De “evenementnormen” NEN-EN 13782, NEN-EN 13814 en NPR 8020-51 schrijven horizontale belastingen op vloerafscheidingen voor die minimaal aangehouden dienen te worden.
- 22.
De toegepaste materialen dienen van een professionele en degelijke kwaliteit te zijn. Het genoemde productattest in hoofdstuk 2 lid 6 is een middel om dit aan te tonen.
- 23.
Van elk bouwsel (behoudens bouwsels, zoals bedoeld onder hoofdstuk 2, lid 2) dient de vergunninghouder een productattest of berekening voorhanden te hebben, dat op verzoek van de toezichthouder direct kan worden overlegd. In dit attest of deze berekening dient ten minste te staan hoe het bouwsel is opgebouwd, welke belastingen het bouwsel kan hebben, het gebruiksdoel van het bouwsel en tot welke windkracht het gebruik kan worden toegestaan.
HOOFDSTUK 5 - NORMEN EN RICHTLIJNEN
- •
NEN-EN 1990 Eurocode 0 – Grondslagen van het constructief ontwerp;
- •
NEN-EN 1991-1-1 Eurocode 1: Belastingen op constructies – Deel 1-1: Algemene belastingen – Volumieke gewichten, eigengewicht en opgelegde belastingen voor gebouwen;
- •
NEN-EN 1991-1-3 Eurocode 1: Belastingen op constructies – Deel 1-3: Algemene belastingen –sneeuwbelasting;
- •
NEN-EN 1991-1-4 Eurocode 1: Belastingen op constructies – Deel 1-4: Algemene belastingen – Windbelasting;
- •
NEN-EN 1993 of NEN-EN 1999, (staalconstructies);
- •
NEN-EN 1992 of NEN-EN 1996, (beton- en steenconstructies);
- •
NEN-EN 1994, (staalbetonconstructies);
- •
NEN-EN 1995, (houtconstructies);
- •
NEN-EN 1997 en/of NEN 9997-1: Geotechnisch ontwerp – deel 1: Algemene regels;
- •
NEN 2608, (glasconstructies);
- •
Uitwerking indieningsvereisten EEM-berekeningen (COBc, april 2011);
- •
NEN-EN 12811 deel 1+2: Steigers;
- •
NEN-EN 13200 deel 1 t/m 7: Toeschouwersaccommodaties;
- •
NEN-EN 13782 (en): Temporary structures – Tents – Safety;
- •
NEN-EN 13814 (en): Fairground and amusement park machinery and structures – Safety;
- •
NEN-EN 1960 Opblaasbare speeltoestellen;
- •
NEN 8020-41: (Brand)veiligheid van tenten;
- •
NPR 8020-50: Evenementen – Podiumconstructies - Verantwoordelijkheden;
- •
NPR 8020-51: Evenementen – Podiumconstructies – Belastingen en constructieve uitgangspunten.
- •
Amvb – BBGBOP: Besluit brandveilig gebruik en basishulpverlening overige plaatsen (Staatsblad 2017-373 / 04-10-2017)
Bij de toepassing van de Eurocodes dienen ook de Nationale Bijlagen (NB) in beschouwing te zijn genomen.
Van alle normen en richtlijnen dient bij het ontwerpen van bouwsels de meest actuele versie te worden gehanteerd.
HOOFDSTUK 6 - HANDHAVING EN TOEZICHT
De toezichthouder heeft het recht om de geplaatste bouwsels aan een inspectie te onderwerpen. Indien de toezichthouder constateert dat een bouwsel niet conform de verleende vergunning of niet deugdelijk is geplaatst of niet voldoet aan de hierboven genoemde voorwaarden, eisen en normen, is de vergunninghouder gehouden de aanwijzingen van de toezichthouder op te volgen. Hieronder valt ook het eventueel direct verwijderen van het bouwsel, het buiten gebruik stellen en/of voldoende afstand nemen van het bouwsel. De aanwijzingen van de toezichthouder dienen duidelijk gemotiveerd te zijn.
HOOFDSTUK 7 - TOELICHTINGEN
Voor toelichtingen wordt verwezen naar de “Richtlijn constructieve toetsingscriteria bij een aanvraag voor een evenementenvergunning” van het Centraal overleg Bouwconstructies (COBc).
AANWIJZINGEN M.B.T. SPECIFIEKE EVENEMENTLOCATIES IN DE GEMEENTE ENSCHEDE
Er zijn twee evenementlocaties in Enschede waar zich ondergrondse parkeerkelders bevinden. Dit zijn de van Heek parkeergarage en de parkeergarage onder het Willem Wilminkplein. Daarnaast zijn er aanvullende aanwijzingen m.b.t. parkeerterreinen P1 en P2 nabij de Grolsch Veste.
Ondergrondse parkeergarages
De van Heekgarage is ontworpen op verkeersklasse 30. Rekening houdend met een grondpakket van circa één meter op het kelderdek kan dit dek een equivalente veranderlijke belasting dragen van 10 kN/m² (1000 kg / m²). De maximaal aan te houden puntlast is (ook) 10 kN (1000 kg) op een oppervlakte van 1 m².
Het parkeerdek van de Willem Wilminkgarage is niet specifiek berekend verkeersbelastingen. Het kelderdek is berekend op een veranderlijke belasting van 15 kN/m² (1500 kg / m²). De maximaal aan te houden puntlast is (ook) 15 kN (1500 kg) op een oppervlakte van 1 m².
Indien er voor evenementen bouwsels boven het parkeerdek worden geplaatst, dient in de statische berekening aangetoond te worden, dat de fundatiebelastingen van deze bouwsels niet de toegestane waarden overschrijden.
Dit geldt ook voor de aan- en afvoer van constructieonderdelen voor te bouwen bouwsels. De beladen vrachtwagens met materieel en constructieonderdelen mogen ook niet een hogere belasting uitoefenen op de parkeerdekken van de toegestane equivalente veranderlijke belasting van 10 kN/m² voor het kelderdek de van Heekgarage en 15 kN/m² voor het kelderdek de van Willem Wilminkgarage. Met de routing van aan- en afvoer dient hiermee rekening gehouden te worden.
Parkeerterreinen P1 en P2 nabij de Grolsch Veste
De parkeerterreinen P1 en P2 zijn aangelegd op een voormalige vuilstortlocatie. De locatie is niet gesaneerd, wat wil zeggen dat het ondergrondse afval niet is verwijderd voor de aanleg van de parkeerterreinen. Afwisselend en onregelmatig is er zwak puin houdende grond gestort en is er (samendrukbaar) huishoudelijk afval aanwezig onder het aangebrachte asfalt. De onzekerheid over de aard van het ondergrondse afval is dan ook aanleiding om beperkende voorwaarden te stellen aan de toegestane grondspanningen onder de te plaatsen tijdelijke bouwsels.
Onderscheid kan gemaakt worden in hoge kantelgevoelige bouwsels (hoogte groter dan diepte) en lagere niet kantelgevoelige bouwsels (hoogte kleiner of gelijk aan diepte). Voor hogere kantelgevoelige bouwsels dient een maximale grondspanning (direct onder de houten onderlegplaten) van 30 kN/m² aangehouden te worden, terwijl voor lagere niet kantelgevoelige bouwsels hiervoor maximaal 80 kN/m² aangehouden dient te worden. Bij zeer hoge en dichte podiums, zoals toegepast bij de huldigingen na de kampioenschappen, wordt geadviseerd om deze op de eerder gebruikte locatie op te stellen (19 meter uit de middenlijn veld aan de zijde van de zuivering).
Plategronden specifieke evenementlocaties
Op de volgende pagina’s zijn plattegronden van beide parkeerkelders en de parkeerterreinen van de Grolsch Veste opgenomen. De ondergrondse parkeerkelders met een grijsraster zijn aangegeven. Deels is hier sprake van bovenliggende bebouwing en deels is sprake van een plein, waar evenementen gehouden kunnen worden.
BIJLAGE 5 – AFWEGINGSKADER EN PROCEDUREREGELS SAMENLOPENDE AANVRAGEN VOOR EVENEMENTEN
Het kan gebeuren dat meerdere aanvragen voor het houden van een evenement worden ingediend voor dezelfde locatie, datum en tijdstip. Als evenementen zodanig conflicteren dat zij niet gelijktijdig kunnen plaatsvinden maakt de Gemeente Enschede een afweging op basis van het onderstaande afwegingskader met procedureregels. De daarin genoemde criteria worden in volgorde van prioritering stapsgewijs genoemd.
Gelet op het bepaalde in artikel 2.24 van de Algemene Plaatselijke Verordening,
gelet op de nota Evenementenbeleid Enschede 2023
Mede gelet op de uitspraak van de rechtbank Almelo van 17 april 2013 inzake de procedureregels voor concurrerende aanvragen die leidt tot een bijstelling van eerder vastgestelde procedureregels;
Overwegende:
Dat het kan gebeuren dat meerdere aanvragen voor het houden van een evenement worden ingediend voor dezelfde locatie, datum en tijd. Als evenementen zodanig concurreren dat zij niet gelijktijdig kunnen plaatsvinden, maakt het College een keuze op basis van de onderstaande procedureregels. De daarin genoemde criteria worden in volgorde van prioritering stapsgewijs genoemd.
Afwegingskader en procedureregels samenlopende aanvragen voor evenementen
Definities
Samenlopende aanvragen: aanvragen voor evenementenvergunningen die geheel of gedeeltelijk betrekking hebben op dezelfde locatie, datum en tijd.
Concurrerende aanvragen: samenlopende aanvragen voor evenementenvergunningen, die elkaar op zodanige wijze (negatief) beïnvloeden, dat de betreffende evenementen niet tegelijkertijd op dezelfde locatie of in elkaars nabijheid kunnen worden gehouden.
Stappen
De burgemeester toetst de aanvragen van samenlopende evenementen aan de hand van de onderstaande stappen, waarbij bij elke stap aanvragen kunnen afvallen.
A. Niet concurrerend
Als samenlopende evenementen niet met elkaar concurreren, of zodanig ingericht kunnen worden dat geen conflict zal optreden, dit ter beoordeling aan de burgemeester, kunnen deze evenementen elk vergund worden, mits er geen weigeringsgrond is op grond van artikel 2.24 APV. Daarbij wordt ook het oordeel van politie, brandweer en zo nodig de GHOR en andere gemeentelijke afdelingen betrokken.
B. Vooraankondiging/evenementenkalender
Bij concurrerende aanvragen wordt voor evenementen waarvoor geen vooraankondiging gedaan is geen vergunning verleend. Wel kan worden onderzocht of er mogelijkheden zijn tot samenwerking met een aanvrager die wel een vooraankondiging heeft gedaan.
Organisatoren van evenementen krijgen de mogelijkheid uiterlijk 1 november van het jaar voorafgaand aan die evenementen via het digitaal loket van de Gemeente Enschede vooraankondigingen voor die evenementen in te dienen.
Het doel van de vooraankondigingen is in een vroegtijdig stadium inzicht te hebben in het aantal te organiseren evenementen verdeeld over de gemeente en mogelijke knelpunten te kunnen signaleren. Met de vooraankondiging wordt tevens de evenementenkalender van de gemeente Enschede gevuld. Op basis van een vooraankondiging wordt niet automatisch een vergunning verleend. De uiteindelijke ontvankelijke vergunningaanvraag is leidend.
C. Samenwerken
Aanvragers van concurrerende evenementen worden op initiatief van de burgemeester bij elkaar gebracht om te onderzoeken of er samengewerkt, geschoven of anderszins een oplossing gevonden kan worden. De burgemeester kan desgewenst een externe partij opdracht geven de mogelijkheden tot samenwerking te onderzoeken.
Zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk 6 weken voordat het evenement zal plaatsvinden, dienen partijen schriftelijk bij de gemeente aan te geven of samenwerken mogelijk is en zo ja, op welke wijze. De ingediende aanvragen dienen vervolgens te worden ingetrokken en vervangen door één gezamenlijke aanvraag, tenzij één van de aanvragen waarvoor een vergunning wordt gevraagd, aangepast wordt. Indien samenwerken niet mogelijk blijkt te zijn, wordt voor wat betreft de keuze tussen de concurrerende aanvragen verder gegaan met stap d.
D. Aanvragen toetsen aan de evenementenkalender, het thema en de subsidieverordening evenementen
De aanvragen voor evenementenvergunningen worden bekeken in het licht van de evenementenkalender. Een terugblik op de evenementenkalenders van de afgelopen jaren leert dat sommige dagen/periodes een eigen thema kennen. Voorbeelden daarvan: Koningsdag, kermis, Sinterklaas, Kerst, Marathon. Deze thema’s kunnen ook samenhangen met specifieke locaties. Bij concurrerende aanvragen zal een evenement passend in het thema voorrang krijgen boven een andere aanvraag die niet binnen het thema past. Daarnaast wordt er nog gekeken of een evenement op grond van de geldende subsidieverordening een subsidie heeft verkregen. Dat evenement heeft dan voorrang ten opzichte van evenementen die niet beschikken over een dergelijke subsidie.
E. Afweging inhoud aan de hand van het totaalprogramma van activiteiten op gevraagde dag/dagen
De overgebleven aanvragen worden beoordeeld op het totaalpakket van activiteiten binnen het thema. Aanvragen die voorzien in een completer aanbod van activiteiten binnen het thema krijgen voorrang op aanvragen met een beperkter aanbod. Dit heeft bijvoorbeeld betrekking op evenementen die plaatsvinden op meerdere pleinen en straten. De burgemeester toetst hierbij ook welke aanvraag het meest tegemoet komt aan het algemeen belang en het grootste draagvlak heeft in de omgeving van het evenement (ondernemers, omwonenden, organisatoren, etc.).
F. Ervaringen uit het verleden met evenementen georganiseerd door de aanvragers
Het gaat hier om ervaringen met door de aanvragers georganiseerde evenementen. Hoe is in het verleden het traject van vergunningverlening verlopen, hoe zijn de evenementen verlopen, hoe zijn de evenementen geëvalueerd, zijn er – en zo ja hoeveel – overtredingen geconstateerd, zijn klachten uit de omgeving ontvangen, etc.
De aanvrager zal moeten aantonen dat hij ervaring heeft met de organisatie van evenementen met een vergelijkbare omvang en complexiteit als voor het evenement waarvoor de vergunning wordt aangevraagd. Omdat er sprake is van een bepaalde mate van locatiegebondenheid voor bepaalde evenementen zal het aspect dat een aanvrager een evenement traditioneel en met succes op een bepaalde locatie heeft georganiseerd worden meegewogen.
G. Economisch rendement
Daar waar een aanvrager een (grotere) bijdrage levert aan het economisch domein van de stad kan dat worden meegewogen.
H. Loten
Wanneer bovenstaande afwegingen er in resulteren dat er nog steeds concurrerende, maar ieder op zich vergunbare aanvragen zijn, dan wordt er door (of namens) de burgemeester via loting, in aanwezigheid van partijen, bepaald voor welke van de resterende aanvragen een vergunning wordt verleend.
BIJLAGE 6 UITVOERINGSREGELS BIJ SPECIALE EVENEMENTEN
Onder een speciaal evenement wordt verstaan een grootschalig evenement dat per locatie maximaal één keer par jaar mag plaatsvinden. Wel dient het hierbij te gaan om een evenement met een bijzonder karakter dat nadrukkelijk bijdraagt aan de (landelijke) profilering van de stad.
Omdat het vanwege de verscheidenheid en aard van dit soort grootschalige evenementen lastig is om hier vooraf – randvoorwaarden voor te stellen, is er voor gekozen om per evenement maatwerkvoorschriften op te nemen in de vergunning.
Deze uitvoeringsregel is er voor bedoeld om aan te geven op welke manier er zoveel mogelijk rekening wordt gehouden met de belangen van omwonenden en hoe ze in het hele proces worden betrokken.
Uitvoeringsregel
Omwonenden worden in een zo vroeg mogelijk stadium op de hoogte gebracht van de stand van zaken van het speciale evenement dat in Enschede wordt gehouden.
Ambtelijk en, indien noodzakelijk ook bestuurlijk, zullen er vooraf gesprekken plaatsvinden met omwonenden over het speciale evenement.
Eventuele suggesties en wensen van omwonenden worden zoveel mogelijk meegenomen in de voorbereidingen van het evenement en indien van toepassing, ook in het draaiboek.
Tijdens het evenement zal er toezicht worden gehouden of de voorschriften zoals die in de vergunning zijn opgenomen worden nageleefd, door bijvoorbeeld het geluidsniveau te meten. Tevens zal er altijd iemand aanwezig zijn van de gemeente waar mensen met hun klachten terecht kunnen.
Daarnaast kunnen klachten via de gebruikelijke weg worden gemeld, dat wil zeggen tijdens het evenement via de meldkamer van de politie, via de website van de gemeente of na het evenement op werkdagen via het KCC (Klantcontactcentrum). De klachten zullen na het evenement worden afgehandeld door de afdeling Handhaving.
Na het evenement zal er een evaluatiegesprek plaatsvinden tussen gemeente en omwonenden.
BIJLAGE 7 – KAARTEN OUDE MARKT, VAN HEEKPLEIN EN WILLEM WILMINKPLEIN
Bijlage 7.1 De Oude Markt
Bijlage 7.2 Van Heek parkeergarage
Bijlage 7.3 Willem Wilminkplein
Noot
4Maximaal 3 voor een afzonderlijke locatie, met een totaal maximum van 20 over het gehele stadscentrum.
Noot
55 evenementendagen zijn bestemd voor Movies@thepark of daaraan gelijk gestelde type evenementen. Rekening houdend met de nabijgelegen woningen, is de toegestane geluidnorm maximaal 80dB(A)/95dB(C) op 20 meter van de bron.
Noot
6Military, 4 dagen + 5 dagen beschikbaar voor aansluitende evenementen op de Military + geen beperking in het aantal evenementendagen in categorie 1 (zie tabel 3).
Noot
7Bestaande jaarlijks wederkerende evenementen. Let op: in het buitengebied gaat het om het aantal evenementen en niet om het aantal dagen. Voor sommige bestaande evenementen is het aantal dagen op een maximum vastgesteld:
Volksfeesten Penninkskotten max. 3 dagen;
Popfeesten Usselo max. 4 dagen;
Concours hippique (Twentse Ros) max. 4 dagen;
Vloddercross max. 1 dag;
Hill Billy Veldfeest max. 2 dagen;
Paasfeesten Lonneker max. 3 dagen.
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl