Omgevingsvisie Beuningen

Geldend van 11-12-2024 t/m heden

1 Wat is de Omgevingsvisie?

1.1 Intro

afbeelding binnen de regeling

1.2 Wat is de Omgevingsvisie?

De Omgevingsvisie is één van de instrumenten uit de Omgevingswet. Deze nieuwe wet gaat in op 1 juli 2022. De Omgevingsvisie is een visie op hoofdlijnen voor de héle gemeente. De visie gaat over de fysieke leefomgeving en richt zich op mogelijkheden om te wonen, werken, recreëren, ondernemen, maar ook op een gezond en veilig leefklimaat.

De gemeenteraad stelt de Omgevingsvisie vast als een visie voor de toekomst, waarbij we vooruit kijken naar 2040. De Omgevingsvisie wordt nu nog vastgesteld als een structuurvisie in artikel 2.1 van de Wet ruimtelijke ordening. Tegen een besluit tot vaststelling van de Omgevingsvisie staat geen bezwaar, beroep of hoger beroep open. De Omgevingsvisie bindt alleen de gemeente zelf. De visie bevat geen regels voor burgers, bedrijven of andere overheden. De gemeente moet bij het inzetten van instrumenten van de Omgevingswet zoals het omgevingsprogramma en het omgevingsplan, rekening houden met het beleid in de Omgevingsvisie.

De Omgevingsvisie bevat:

  • een beschrijving van de hoofdlijnen van de kwaliteit van de fysieke leefomgeving, in het onderdeel ‘Waarden’;

  • de hoofdlijnen van de voorgenomen ontwikkeling, het gebruik, het beheer, in het onderdeel ‘Speerpunten’;

  • de bescherming en het behoud van het grondgebied, in het onderdeel ‘Waarden’;

  • de hoofdzaken van het voor de fysieke leefomgeving te voeren integrale beleid, in het onderdeel ‘Speerpunten’;

  • als gemeente kunnen we de Omgevingsvisie niet alleen waarmaken. Dit doen we samen met onze inwoners. We willen u dan ook uitnodigen tot initiatieven die passen in deze visie. Hoe u uw initiatief of idee kunt voorbereiden, staat in het stappenplan: ik heb een initiatief.

 

De Omgevingsvisie houdt rekening met diverse beginselen. Denk aan het voorzorgsbeginsel, het beginsel van preventief handelen, het beginsel dat milieuaantastingen bij voorrang aan de bron moeten worden bestreden en het beginsel dat de vervuiler betaalt. 

Gezondheid: fysiek en sociaal
De Omgevingsvisie gaat over ruimtelijke en sociale aspecten. De visie is gebaseerd op de
Omgevingswet. Deze wet gaat uit van:

  • een veilige en gezonde fysieke leefomgeving;

  • een goede omgevingskwaliteit;

  • en leefomgeving die invulling geeft aan maatschappelijke behoeften, zoals huisvesting, energie, gezondheidszorg, transport en recreatie.

 

Een gezonde leefomgeving vraagt om een goede kwaliteit van het fysieke leefmilieu. Denk aan een goede luchtkwaliteit, goede bodemkwaliteit, geen geluidsoverlast en een veilige omgeving.

afbeelding binnen de regeling

Naast het fysieke leefmilieu zijn ook de gezondheidsbevordering en de positieve gezondheid van belang. Positieve gezondheid gaat niet uit van ‘afwezigheid van ziekte’, maar van een heel palet aan factoren die van invloed zijn op het welzijn (geluk) dat mensen ervaren.

In de Omgevingsvisie komt ‘gezondheid’ daarom als thema terug in verschillende speerpunten. Zo worden gezondheid en veiligheid in een vroeg stadium meegewogen bij ontwikkelingen in de gemeente. Het fysieke en het sociale domein komen hier bij elkaar.

afbeelding binnen de regeling

 

2 Beuningen in de regio

De gemeente Beuningen grenst aan de gemeenten Nijmegen, Wijchen en Druten en aan de overzijde van de Waal liggen Neder-Betuwe en Overbetuwe. Onze buurgemeenten zijn in het voortraject van deze Omgevingsvisie uitgenodigd om mee te denken.

We nemen ook deel aan de Groene Metropoolregio, een samenwerkingsverband met 18 gemeenten. Uitdagingen op het gebied van verstedelijking, werk, bereikbaarheid, klimaat, duurzame energie, circulariteit en gezondheid vragen om een regionale aanpak. Dit is nodig om de balans te behouden tussen regionale groei en ontspannen leefkwaliteit. De Groene Metropoolregio werkt ook samen met de Foodvalley aan de Verstedelijkingsstrategie Arnhem-Nijmegen en Foodvalley. Ook hier gaat het over de goede balans tussen groei en behoud van kwaliteiten. De verstedelijkingsstrategie kijkt echter meer naar de langere termijn (2040).

De Omgevingsvisie is in overeenstemming met de regionale afspraken.

afbeelding binnen de regeling

3 Hoe is de visie tot stand gekomen?

Voorafgaand aan het opstellen van de Omgevingsvisie hebben we een koersdocument opgesteld. Vanwege het uitgangspunt dat de visie in principe beleidsneutraal wordt opgesteld, is het vigerende beleid geïnventariseerd. We hebben ook de trends die op ons afkomen op een rij gezet. En we hebben de inwoners gevraagd naar hun ideeën. 

In 2020 is bij alle inwoners een ansichtkaart bezorgd waarmee zij konden aangeven wat zij belangrijk vinden in hun woonomgeving en gemeente.

In 2021 hebben we digitaal gesprekken gevoerd met inwoners uit de dorpen en het buitengebied. Ook hebben we gesproken met verschillende organisaties, bedrijven en verenigingen.
De uitkomsten van de ansichtkaartenactie en de bijeenkomsten zijn na te lezen op www.beuningen.nl. Vanaf vrijdag 30 juli 2021 heeft de ontwerp Omgevingsvisie zes weken ter inzage
gelegen. Zeventig organisaties en mensen hebben een zienswijze ingediend. Hierdoor hebben we de visie op een paar onderdelen aangevuld.

afbeelding binnen de regeling

 

4 Ambities

In de Omgevingsvisie Beuningen richten we ons op 5 ambities. Deze ambities zijn gebaseerd op de analyse van de trends en ontwikkelingen die op ons af komen en de beleidsanalyse, zoals die zijn opgenomen in de Notitie van Uitgangspunten Omgevingsvisie Beuningen. De ambities laten zien welke onderwerpen wij als gemeente belangrijk vinden en waaraan we de komende jaren willen werken. Dit willen we samen doen met onze inwoners, organisaties, de regio en overige partners. Bij het werken aan de toekomst van Beuningen beschermen we landschappelijke, cultuurhistorische en archeologische waarden. Deze waarden zijn het uitgangspunt bij ontwikkelingen, samen met de kernwaarden uit ons motto.

De vijf ambities voor de fysieke leefomgeving in de komende jaren zijn:

afbeelding binnen de regeling

5 Speerpunten

5.1 Van 5 ambities naar 13 speerpunten

De 5 ambities hebben we uitgewerkt in concrete speerpunten. Dit zijn de doelen waar we de komende jaren aan willen werken, samen met onze inwoners.

De 5 ambities hebben we uitgewerkt in 13 speerpunten van beleid:

Beuningen heeft voldoende woningen en voldoende bereikbare voorzieningen op de juiste plek, waardoor we leefbare kernen hebben
1. Zorgen voor voldoende woningen die passen bij de wensen en eisen van de verschillende doelgroepen
2. Behouden en versterken van voldoende, bereikbare voorzieningen in de kernen 

Beuningen is gezond, inclusief en veilig
3. Behouden en ontwikkelen van voldoende open en groene ruimte, waarin we bewegen en ontmoeten stimuleren
4. Behouden en versterken van een bereikbare, verkeersveilige, duurzame en leefbare omgeving voor bewoners en bezoekers
5. Realiseren van vitale wijken en een gezonde leefomgeving 

Beuningen is energieneutraal en klimaatbestendig
6. Voorkomen en beperken van overlast door extremere weersomstandigheden (te heet, te droog, te nat)
7. Energieneutraliteit in 2040 door besparen op energieverbruik en vergroten van het aandeel duurzame energie 

Beuningen heeft een schone leefomgeving met een waterkwaliteit, bodemkwaliteit en luchtkwaliteit die voldoen aan de normen. Ook heeft Beuningen zo min mogelijk hinder van geluid, geur, licht en omgevingsrisico’s. Beuningen streeft naar vergroting van de biodiversiteit
8. We zorgen met elkaar voor een veilige, schone en gezonde leefomgeving
9. Versterken van de biodiversiteit

Beuningen is ondernemend en uitnodigend
10. Zorgen voor voldoende bedrijventerreinen en Behouden en versterken toekomstbestendigheid van bedrijventerreinen
11. Ruimtelijk faciliteren van mengvormen wonen/werken/voorzieningen in de (woon)wijken
12. Behouden van de agrarische functie als drager van het landschap in het buitengebied (in combinatie met natuur, recreatie en wonen)
13. Kansen bieden voor recreatieve en toeristische ontwikkelingen, passend bij de aard en kenmerken van de gemeente

5.2 Speerpunt 1 Zorgen voor voldoende woningen die passen bij de wensen en eisen van de verschillende doelgroepen

Voldoende woningen
Beuningen is een echte woongemeente. We hebben een uiteenlopend aanbod van woonmilieus, van landelijk tot dorpscentrum. Dat is een aanvulling op de meer grootstedelijke milieus in de regio. Dit aanbod willen we blijven bieden, versterken en uitbouwen. Hierbij houden we rekening met de demografische ontwikkeling en dynamiek op de regionale woningmarkt. Bij de groei staat het behoud van de woonkwaliteiten (groen, blauw, rust en ruimte) voorop. Daarvoor moeten we een andere aanpak kiezen dan ongebreideld uitbreiden. In samenhang met thema’s als duurzaamheid en klimaatverandering is een uitgekiende ontwikkeling nodig.
We wonen in vier afzonderlijke kernen die omgeven en verbonden zijn door een netwerk van landschap, natuur, parken en recreatief uitloopgebied.

Elke kern heeft zijn eigen identiteit. Nieuwbouw sluit aan bij de identiteit van de plek. We zoeken naar een combinatie van nieuwe woningbouw met verbeteringen van de bestaande dorpsstructuur. We willen de eigen dorpsidentiteit behouden en versterken. Zo kijken we bij Weurt naar mogelijkheden voor verbindingen naar buiten en tussen het oude en nieuwe dorp. Ook het toevoegen van meer openbaar toegankelijk groen en meer waardering van de dorpsentrees zien we als koppelkansen bij groei.

We onderzoeken de mogelijkheden voor groene structurerende routes door de dorpen. Deze routes lopen naar de recreatieve uitloopgebieden. Dit geldt bijvoorbeeld voor Ewijk, waar het net als in Weurt gaat om het behoud en versterken van de herkenbaarheid en eenheid van het dorp. In Ewijk zien we ook mogelijkheden om samen met de groei het dorp meer gezicht te geven naar buiten toe.

Winssen heeft al een eigen gezicht. Daar kijken we vooral naar mogelijkheden voor verbetering van de dorpse, kleinschalige structuur met groen, ommetjes. Benutten van kansen voor de versterking van het dorpshart komt bij elke kern aan bod.

Beuningen bouwt in eerste instantie woningen voor de eigen groei, maar maakt ook deel uit van een sterk groeiende regio. We bieden ook ruimte om te voorzien in de grote regionale woningbehoefte, met groene woongebieden op korte afstand van de stad Nijmegen. We bieden een in de regio schaars dorps woonmilieu in een landelijke en groene setting. Met die kwaliteit kunnen we inspelen op de grote vraag naar woningen in de regio én het draagvlak voor voorzieningen in de kernen behouden en versterken.

Mede vanwege de regionale vraag zijn extra inspanningen (lees: extra woningbouw) nodig om ook de slagingskans van de Beuningse woningzoekenden te laten toenemen in de eigen kernen. Vooral aan goedkopere woningen voor starters en geschikte woningen voor ouderen is behoefte.

In Beuningen kunnen onze eigen inwoners plezierig wonen, alleen, samen of met een gezin. Jong en oud, met en zonder zorg of begeleiding. Wat je achtergrond ook is. We gaan uit van een inclusieve samenleving: iedereen kan meedoen. Dat betekent een gevarieerd aanbod van woningen, die betaalbaar en beschikbaar zijn en waar iedereen zijn plek kan vinden. Het gaat om woningen in verschillende woningtypen en prijsklassen. Huidige inwoners moeten de mogelijkheid hebben om binnen de gemeente invulling te geven aan hun veranderde woonwens.

We kijken ook naar verschillende alternatieve woonvormen. We bevorderen de doorstroming door te bouwen voor zowel ouderen als voor een middeldure prijsklasse. We streven naar een gebiedsgerichte aanpak waar aandacht is voor spreiding van woningtypen. Ook willen we dat er ruimte is voor open, groene gebieden waar plek is voor ontmoeting, spelen, recreëren en wateropvang.

We streven naar natuurinclusief, duurzaam en klimaatbestendig bouwen en stimuleren inwoners duurzamer te leven.

De bestaande woongebieden
In Beuningen staan relatief veel vrijstaande koopwoningen en de woningen zijn relatief duur. Over het algemeen staan de huidige woongebieden er goed voor. Grote herstructureringen van woongebieden zijn vooralsnog niet aan de orde. Waar mogelijk versterken we de diversiteit van het woningaanbod, als dit ten goede komt aan de woon- en leefkwaliteit van een wijk. De focus ligt op behoud van het groene, dorpse karakter en behoud en versterking van de aanwezige voorzieningen.

Inbreiding
Bij nieuwbouw hanteren we het principe ‘inbreiding voor uitbreiding’. In de bestaande kernen is beperkte ruimte voor inbreiding. Onbebouwde, laag gewaardeerde locaties komen nauwelijks voor. Mogelijkheden ontstaan vooral door functieverandering. De invulling is altijd maatwerk. Dat geldt voor iedere inbreidingslocatie. Het gaat om goed aanhaken op de bestaande structuur en benutten van mogelijkheden zodat de woningbouw bijdraagt aan versterking van het dorp. Behoud van het eigen, groene karakter is daarbij belangrijk. Naast functieverandering is het in Beuningen beleid om waar mogelijk ook mee te werken aan vervanging van oudere slechtere woningen voor moderne, energie-neutrale woningen.

Uitbreidingsgebieden
Om te voorzien in de woningbouwbehoefte zijn nieuwe uitbreidingsgebieden noodzakelijk. De nieuwbouw sluit aan bij de identiteit van de dorpen. Zo zijn dichter naar Nijmegen meer stedelijke woonvormen passend. We hanteren daarbij een andere benadering dan grootschalige uitbreidingen om ruimte en lucht te houden tussen de kernen. Dit geldt vooral voor Weurt, Beuningen en Ewijk. Deze kernen worden uit elkaar gehouden door landschapszones met recreatie, water en groen.

Winssen heeft een eigen positie binnen de gemeente. Deze kern is nog zelfstandig gelegen in het agrarisch landschap, bijna net als vroeger. Hier willen we het dorpse, landelijke woonmilieu behouden door alleen kleine uitbreiding binnen de bestaande dorpsstructuur toe te passen en een beperkte dorpse verdichting binnen de historische linten.

We streven naar een gebiedsgerichte aanpak met aandacht voor spreiding van woningtypen en open, groene gebieden voor ontmoeting, spelen, recreëren en wateropvang. We zetten in op duurzaam, natuurinclusief en klimaatbestendig bouwen.

afbeelding binnen de regeling

Wonen buiten de kernen
In het buitengebied is nieuwbouw van woningen mogelijk ter compensatie van de sloop van (voormalige/agrarische) bedrijfsbebouwing. Dit is ook het uitgangspunt voor het oeverwallengebied. Hier is echter wel een mogelijkheid om onder voorwaarden op enkele locaties meer woningen toe te staan. Met maatwerk is het mogelijk om in combinatie met kwaliteitsverbetering, behoud en versterking cultuurhistorisch erfgoed, natuur- en landschapsontwikkeling extra woningen toe te voegen in de linten van Ewijk en Winssen. Ook kan gedacht kan worden aan enkele verspreid liggende erfontwikkelingen of buitenplaatsen gekoppeld aan de
Van Heemstraweg ten noorden van de kernen Beuningen en Weurt. De situering en omvang van deze ontwikkelingen wordt afgestemd op het omringende landschap. Dit wordt in het Omgevingsprogramma  Woningbouw nader uitgewerkt.

Wat zijn de opgaven?

  • Voldoende woningen voor de eigen behoefte én de regionale groei.

  • Betaalbare woningen voor diverse doelgrepen, verschillende soorten woningen binnen de wijken, levensloopbestendige woningen en bevordering van doorstroming.

  • Behoud van de kwaliteit van de bestaande woningvoorraad en geschikte woningen voor toekomstige doelgroepen.

  • Nieuwe woningen moet zoveel mogelijk duurzaam, klimaatbestendig en circulair worden gebouwd, maar ook de bestaande voorraad moet verduurzamen.

 

Wat doen we als gemeente?

  • We stellen het Omgevingsprogramma Woningbouw op voor het realiseren van extra woningen. Hierin staan de kaders. Waar kunnen woningen komen? En hoe? We stellen randvoorwaarden die initiatiefnemers kunnen uitwerken in concrete plannen.

  • We stimuleren levensloopbestendig en vitaal bouwen met diversiteit in wijken.

  • We bewaken de kwaliteit van de bestaande woningvoorraad en stimuleren dat de voorraad geschikt is voor toekomstige doelgroepen.

  • We geven prioriteit aan het bouwen voor ouderen en zorgvragers. Hiermee vergroten we de doorstroming voor jongeren. Ook stellen we randvoorwaarden aan nieuwbouw, voor betaalbare woningen voor de doelgroepen.

  • We doen onderzoek naar nieuwe bouwconcepten, zoals:
    - Kleinschalige, creatieve woonvormen voor jongeren
    - Alternatieve woonvormen, denk aan de combinatie van wonen en zorg, zelfstandig wonen en mogelijkheden voor mantelzorg
    - Tiny houses en andere vernieuwende concepten

  • We stimuleren duurzaam, klimaatbestendig en circulair bouwen én verduurzaming van bestaande woningen. We informeren mensen over vergroening van tuinen (voor waterinfiltratie en verkoeling).

5.3  Speerpunt 2: Behouden en versterken van voldoende, bereikbare voorzieningen in dekernen

Voldoende, bereikbare voorzieningen
We streven naar behoud en versterking van voldoende, bereikbare voorzieningen in onze kernen. Denk aan winkels en horeca, maar ook sportvoorzieningen, buurthuizen en maatschappelijke voorzieningen als scholen en zorgvoorzieningen. Deze basisvoorzieningen moeten bereikbaar en toegankelijk zijn voor iedereen.

We streven naar een inclusieve samenleving. Hiervoor hebben we de sociale infrastructuur goed ingericht. In de omgeving zijn welzijns- en zorgvoorzieningen. Denk aan voorzieningen waardoor mensen langer zelfstandig kunnen blijven wonen en voorzieningen die ouders in staat stelt om hun kinderen gezond en veilig te laten opgroeien. Maar ook voorzieningen die ontmoeting en sociale samenhang van jeugd en jongeren faciliteren en bevorderen.

Als inwoners niet of minder goed kunnen gebruikmaken van deze voorzieningen, gaat dat ten koste van het dagelijks functioneren en daarmee van hun gezondheid. Dit geldt vooral voor kwetsbare groepen als ouderen, chronisch zieken en mensen met een beperking.

Wij ondersteunen initiatieven voor een breder gebruik van voorzieningen en samenwerking tussen functies. Zo willen we voorzieningen behouden.

afbeelding binnen de regeling

Wat zijn de opgaven?

  • We streven naar behoud en versterking van de voorzieningen in onze kernen, waaronder:
    - Versterking en verbreding van de functie van Beuningen-centrum: als boodschappencentrum plus (winkels dagelijkse sector en frequent niet-dagelijks) en als “huiskamer van Beuningen” (horeca, winkels niet-dagelijkse sector, diensten) in prettige en sfeervolle ambiance.
    - Basisvoorzieningen in Ewijk, Weurt en Winssen, met name een supermarkt voor dagelijks boodschappen. De uitgangspunten uit de centrum- en detailhandelsvisie van 2015 blijven hierbij uitgangspunt.
    - Passend voorzieningenniveau in de wijk, de buurt of het dorp, voor welzijn en ontmoeting, servicediensten, sport en beweging

  • We streven ernaar dat onze basisvoorzieningen, inclusief zorgvoorzieningen, en de openbare ruimte bereikbaar en toegankelijk zijn voor iedereen.

Wat doen we als gemeente?

  • Kaders stellen en voorwaarden scheppen in het omgevingsplan voor detailhandel, horeca en overige functies.

  • Monitoren en zonodig periodiek bijstellen van uitgangspunten en opgaven uit de visie 2015 voor het centrum van Beuningen.

  • We monitoren of de parkeervoorzieningen in Beuningen-centrum nog voldoen. 
    Bij monitoring van de omgevingsvisie herhalen we dit.

  • We houden in het omgevingsplan ruimte vrij voor voorzieningen in nieuwe woonwijken.

  • De gemeente zet in op het behoud van de MFA’s, dorpshuizen en een sportzaal in ieder dorp.

  • Voor nieuwe woonwijken worden in het omgevingsplan voorwaarden opgenomen voor voorzieningen voor welzijn en ontmoeting, servicediensten, sport en beweging. We versterken de sportzone Beuningen-Ewijk, en bieden zo mogelijk ruimte voor evenementen.

  • We bevorderen de verkeersveiligheid rond scholen en voorzieningen.

  • We zorgen dat een modern zwembad in Beuningen beschikbaar is, ook in de toekomst.

  • We besteden aandacht aan ‘toegankelijkheid’ bij nieuwe ontwikkelingen voor alle doelgroepen.


We bouwen extra woningen waardoor we het draagvlak voor de voorzieningen behouden.

5.4 Speerpunt 3: Behouden en ontwikkelen van voldoende open en groene ruimte, waarinwe bewegen en ontmoeten stimuleren

Openbare ruimte
De openbare ruimte is belangrijk voor al onze inwoners en ondernemers. Het is de ruimte waarin we bewegen, recreëren en elkaar ontmoeten. Ook speelt de openbare ruimte een rol in het klimaatbestendig maken van onze gemeente en het vergroten van de biodiversiteit.

De openbare ruimte is voor iedereen toegankelijk en nodigt uit tot beweging, ontmoeting en spelen voor alle leeftijden. Binnen en tussen de kernen behouden we de groenblauwe hoofdstructuren en versterken die waar mogelijk. Deze structuren dragen immers bij aan het voorkomen van hittestress en wateroverlast. Bij nieuwe ontwikkelingen gaan we zorgvuldig om met deze groenblauwe hoofdstructuren.

Ook in de nieuwbouwwijken is ruimte voor de groenblauwe structuur. We hanteren in principe een norm van minimaal 100m2 openbaar groen per nieuwe woning, in de directe omgeving van de woning. Bij de aanleg kijken we meteen hoe de gebieden goed kunnen worden beheerd, zodat ze in de toekomst mooi blijven en verder kunnen worden ontwikkeld vanuit toekomstige wensen.

afbeelding binnen de regeling

Gezondheid
We streven naar een gezonde, energieke en krachtige samenleving. We gaan uit van positieve gezondheid* en het stimuleren een actieve en gezonde leefstijl. We willen onze gezondheid niet alleen beschermen, maar ook verbeteren.
De leefomgeving beïnvloedt de gezondheid van inwoners. Een aantrekkelijke en goed ingerichte leefomgeving stimuleert een gezonde leefstijl met voldoende beweging. De leefomgeving moet ervoor zorgen dat mensen gaan spelen en sporten en elkaar ontmoeten.
* Positieve gezondheid is een term uit de gezondheidszorg. Hierbij wordt gezondheid gezien als ‘een toestand van volledig lichamelijk, geestelijk en sociaal welbevinden en niet alleen maar de afwezigheid van ziekte of gebrek’.

Wat zijn de opgaven?

  • Behoud en versterking van groenblauwe hoofdstructuren

  • Voldoende mogelijkheden om te bewegen, recreëren en ontmoeten in de openbare ruimte.

  • Behoud en ontwikkeling/versterking van meerdere functies van de buitenruimte voor diverse doelgroepen.

  • Bij uitwerking in de openbare ruimte aandacht voor de thema’s Natuur, Landschap en Cultuurhistorie.


Wat doen we als gemeente?
Om deze opgaven te kunnen waarmaken, nemen we de volgende acties:

  • We stimuleren bewegen op een speelse manier door voldoende mogelijkheden te bieden in de buitenruimte.

  • We zorgen voor voldoende ontmoetingsmogelijkheden bij (her)inrichting, beheer en onderhoud van de openbare ruimte.

  • We houden er rekening mee dat buitenruimte meerdere functies heeft voor diverse doelgroepen bij de (her)inrichting van de openbare ruimte.

  • We borgen de groenblauwe hoofdstructuren bij ruimtelijke ontwikkelingen in ruimtelijke plannen.

  • We streven per nieuwe woning naar 100m2 openbaar groen in de directe omgeving.

  • Wij koesteren en bevorderen kunst in de openbare ruimte.

 

 

5.5 Speerpunt 4: Behouden en versterken van een bereikbare, verkeersveilige, duurzame en leefbare omgeving voor bewoners en bezoekers

Bereikbaarheid
Een goede bereikbaarheid naar en in de gemeente is belangrijk voor bewoners en bezoekers. Voor het reizen van en naar Beuningen spelen zowel de auto als het openbaar vervoer een belangrijke rol. We streven ernaar dat de reistijd voor inwoners niet toeneemt en proberen sluipverkeer te voorkomen. We zetten in op een Hoogwaardig Openbaar Vervoer-lijn (HOV-lijn) tussen Nijmegen en Druten met een halte bij Beuningen, net als behoud van de bestaande hoogfrequente lijn van het centrum van Beuningen naar Nijmegen en de verbinding tussen de kernen. Binnen de kernen geven we prioriteit aan fietsers en voetgangers. Het fiets- en voetgangersnetwerk is en blijft van goede kwaliteit. Waar mogelijk ontwikkelen we nieuwe snelfietspaden.

afbeelding binnen de regeling

 

Verkeersveiligheid
Een goede leefomgeving is verkeersveilig. We streven naar zo min mogelijk slachtofferongevallen. We richten ons op een zo verkeersveilig mogelijke omgeving met een veilige weginrichting en beter gedrag in het verkeer. 

Leefbaarheid en duurzaamheid
Duurzame mobiliteit bevordert de leefbaarheid van de omgeving. We willen dan ook een groter bewustzijn van duurzaamheid rondom mobiliteit. Dit betekent minder autorijden, schonere auto’s en gebruik van het openbaar vervoer. Ook zetten we in op meer wandelen en fietsen.

Wat zijn de opgaven?

  • Bevorderen van verkeersveiligheid en verbetering van het verkeersgedrag.

  • Bevorderen van duurzame vervoermiddelen, zoals fiets en OV in plaats van auto.

  • Zorgen voor juist gebruik van de infrastructuur.

  • Waarborgen van de bereikbaarheid bij nieuwe ontwikkelingen (zoals woningen).

Wat doen we als gemeente?
Om dit te kunnen waarmaken, ondernemen we de volgende acties:

  • We zetten ons samen met de regio in voor een HOV-lijn tussen Nijmegen en Druten, met een halte bij Beuningen.

  • De gemeente zet zich in voor behoud van de huidige hoogfrequente lijn tussen het centrum van Beuningen en Nijmegen en streeft naar behoud van de verbindingen tussen de kernen.

  • We onderzoeken in samenwerking met de regio de mogelijkheden voor een overstappunt (HUB).

  • We onderhouden en verbeteren langzaam verkeersverbindingen en breiden die uit.

  • De gemeente zorgt voor goede ontsluitingen bij nieuwe ontwikkelingen.

Wat kunt u doen?

  • Maak zoveel mogelijk gebruik van duurzaam vervoer als openbaar vervoer, lopen of fietsen.

  • Stap over van benzine of diesel naar elektrisch vervoer.

5.6 Speerpunt 5: Realiseren van vitale wijken en een gezonde leefomgeving


We streven naar versterking van de sociale samenhang en integratie en een gezonde en dynamische, krachtige samenleving. Door sociale cohesie in buurten ontstaat ook sociale veiligheid: je kent de mensen in jouw woonomgeving. We willen dat onze inwoners gezond en veilig wonen, door voor elkaar te zorgen en door vitale wijken te bouwen. Zowel voor bestaande wijken als nieuwe buurten denken we na over: 

  • Waar gaan we elkaar ontmoeten?

  • Hoe blijven we gezond en veilig in de toekomst?

  • Hoe kunnen we voor elkaar zorgen?

  • Hoe zorgen we dat wijken gemengd zijn (leeftijd, achtergrond)?

  • Hoe zorgen we dat er voorzieningen en scholen in de buurt zijn?

  • Hoe zorgen we dat iedereen betrokken wordt?

  • Hoe stimuleren we beweging?

 

Drie kernwaarden voor een gezonde leefomgeving zijn:

 

  • a.

    Gezonde leefomgeving: waaronder: kinderen groeien op in een rookvrije omgeving en voor iedereen zijn er dichtbij toegankelijk en aantrekkelijke plekken

  • b.

    Gezonde mobiliteit: actief vervoer (lopen en fietsen) is de standaard in beleid, ontwerp en gebruik

  • c.

    Gezonde gebouwen: het binnenklimaat is prettig en gezond.

Een gezonde leefomgeving is een leefomgeving die bewoners als prettig ervaren, waar gezonde keuzes gemakkelijk en logisch zijn, en waar negatieve invloed op gezondheid zo klein mogelijk is.


Een gezonde leefomgeving:

  • nodigt uit tot bewegen (wandelen, fietsen, spelen);

  • biedt mogelijkheden om elkaar te ontmoeten en te ontspannen;

  • heeft een goede milieukwaliteit (lucht, geluid);

  • is klimaatbestendig (met meer groen voor het tegengaan van hitte- en wateroverlast);

  • heeft toegankelijke voorzieningen;

  • heeft een gezond voedselaanbod.


Wat zijn de opgaven?

  • Voldoende passende woonvoorzieningen en beschermde woonvormen in de wijken, waaronder woonvormen voor ouderen met zorg, mensen met een zorgbehoefte of kwetsbare mensen.

  • Meer mogelijkheden voor ontmoeten en bewegen in de buitenruimte en accommodaties.

  • Passend voorzieningenniveau in de wijk, de buurt of het dorp. Denk aan welzijn en ontmoeting, servicediensten, sport en beweging.

  • Goede en veilige bereikbaarheid van scholen en voorzieningen. Gezondheid als randvoorwaarde bij (woning)bouwontwikkeling.

  • Gezondheid als randvoorwaarde bij (woning)bouwontwikkeling.

  • Bij het realiseren van een gezonde leefomgeving geven we aandacht aan de thema’s Natuur, Landschap en Cultuurhistorie.

 

Wat doen we als gemeente?

  • We voeren het Omgevingsprogramma Woningbouw uit voor nieuwe woningen. Hierin staan randvoorwaarden voor vitale wijken.

afbeelding binnen de regeling
  • We scheppen de randvoorwaarden voor passende woonvoorzieningen en beschermde woonvormen in de wijken. Ook stimuleren we de komst van woonvormen voor ouderen met zorg, mensen met een zorgbehoefte of kwetsbare mensen.

  • We stimuleren ontmoeten en bewegen in de buitenruimte en accommodaties en bevorderen participatie en sociale samenhang met kunst, cultuur en erfgoed. 

  • We streven naar een passend voorzieningenniveau in de gemeente, het dorp, de wijk of de buurt. Denk aan welzijn en ontmoeting, servicediensten, sport en beweging.

  • We monitoren de bereikbaarheid van scholen en voorzieningen.

  • We hanteren gezondheid als randvoorwaarde bij (woning)bouwontwikkeling. Bijvoorbeeld door de ‘gezondheidseffectscreening’ (GES) of de quickscan gezonde leefomgeving bij (woning)bouwontwikkeling.

Wat kunt u doen?

  • Verminder verharding in uw tuin en leg meer groen aan.

  • Pak vaker de fiets of ga wandelen, in plaats van vervoer met de auto.

  • Maak uw woning toekomstbestendig en vraag een Bewust Wonen Advies aan bij Stichting Perspectief. Pas bijvoorbeeld uw badkamer aan (daar gebeuren de meeste ongelukken). De gemeente heeft hiervoor een Toekomstbestendig Wonen Lening

5.7 Speerpunt 6: Voorkomen en beperken van overlast door extremere weersomstandigheden(te heet, te droog, te nat)

Ons klimaat verandert. Steeds vaker hebben we te maken met extremer weer. Van hevige regenbuien tot langere perioden van hitte en droogte. Om schade en overlast zoveel mogelijk te voorkomen en te beperken, moeten we ons aanpassen. Dit is klimaatadaptatie. 
Als gemeente willen we uiterlijk in 2050 klimaatbestendig zijn. Wateroverlast als gevolg van extreme regenbuien is dan tot een minimum beperkt en langdurige droogte zorgt niet voor noemenswaardige problemen. Hittestress bij kwetsbare groepen behoort tot het verleden en vitale, kwetsbare functies kunnen tegen een stootje (extreem weer).
Vooral in de kernen zien we dat het warmer wordt.
We kunnen hittestress voorkomen door ruimte te maken voor extra bomen, groene oases met zitplekken en gebruik van halfverharding in de openbare ruimte.

Water
In de planvorming speelt water een belangrijke rol. Zo moet er ruimte komen voor wateropvang, ook in de bebouwde omgeving. Water moet meer kans krijgen om de grond in te trekken om het grondwater aan te vullen. We voeren het water daarom minder snel af, maar houden het vast in de bodem. Daarbij is ook de leefbaarheid van deze gebieden van belang.

Wat zijn de opgaven?

  • Voorkomen en beperken van wateroverlast bij hevige neerslag.

  • Voorkomen en beperken van de gevolgen van (langdurige) droogte.

  • Vergroten van kennis over hittestress bij kwetsbare groepen;

  • Klimaatbestendig vormgeven van vitale en kwetsbare functies.

  • Klimaatbestendig en water-robuust inrichten van openbare ruimte bij nieuwbouw.


Wat doen we als gemeente?

  • We onderzoeken de lokale effecten van het veranderende klimaat en brengen kwetsbaarheden in kaart.

  • We passen de openbare ruimte aan op het veranderende klimaat (bij ontwikkelingen, reconstructies en andere werkzaamheden). Dit doen we door onnodige verhardingen te beperken, openbare ruimte te vergroenen en voldoende waterberging te realiseren.

  • We proberen vitale en kwetsbare functies klimaatbestendig vorm te geven.

  • We vergroten het bewustzijn en de kennis van inwoners over klimaatbestendigheid en stimuleren inwoners om maatregelen te nemen.

Wat kunt u doen?

  • Beperk verharding zoveel mogelijk en leg meer groen aan in uw tuin. Kijk voor tips op de site van operatie Steenbreek: https://www.dijkmagazijnbeuningen.nl/steenbreek/

  • Zorg dat u regenwater zoveel mogelijk op eigen terrein verwerkt. Dit kan door het op te vangen en te gebruiken of te laten infiltreren in uw tuin.

  • Maak uw huis beter hittebestendig door betere zonwering, verbeteren van de isolatie of veilige nachtventilatie.

afbeelding binnen de regeling

5.8 Speerpunt 7: Energieneutraliteit in 2040 door besparen op energieverbruik en vergrotenvan het aandeel duurzame energie

Energieneutraal in 2040 betekent dat we evenveel duurzame (hernieuwbare) energie opwekken als gebruiken. De eerste stap is zoveel mogelijk energie besparen. Daar komt het duurzaam opwekken van energie bij. Dit kan bijvoorbeeld met windenergie of zonneenergie. De energietransitie vraagt om aanpassingen in onze leefomgeving. Zo vragen winden zonne-energie om ruimtelijke inpassing. Daarnaast moeten we zowel nieuwe woningen als bestaande bebouwing voorzien van een duurzame energievoorziening. Aan de ene kant willen we de gebouwde omgeving energiezuiniger maken door het stimuleren van isolatiemaatregelen. Aan de andere kant willen we overschakelen op duurzamere bronnen voor verwarming en koken. De technische voorzieningen die hiervoor nodig zijn moeten we ook ruimtelijk inpassen. In de Transitievisie Warmte die we in 2021 opstellen, verkennen we per buurt wat de alternatieven zijn voor aardgas en wanneer welke buurt van het aardgas kan. Bij alle nieuwe ontwikkelingen (woningbouw of nieuwe bedrijvigheid) nemen we
energieneutraliteit als uitgangspunt.
Wat zijn de opgaven?

  • In 2050 gebruiken we vrijwel geen fossiele brandstoffen meer.

  • Faciliteren van de energietransitie: verduurzaming van de energiebronnen en bijbehorende infrastructuur (duurzame opwekking van energie: windenergie, zonne-energie etc.).


Wat doen we als gemeente?

  • We stellen de transitievisie warmte op en voeren de regie over de uitvoering: Zo zetten we in op verduurzaming van de woningvoorraad (energiebesparing etc.).

  • We stimuleren verduurzaming van de woningvoorraad met groene leges en toekomstbestendig wonen leningen

  • We voeren de Selectieleidraad Zon Kommengebied uit en hanteren die als kader.

  • We voeren het Locatieplan grootschalige opwek Zon & Wind uit en hanteren die als kader.

  • We stimuleren energiescans bij bedrijven.

  • We stimuleren duurzame logistiek (schone vrachtwagens, stadsdistributie cargobike).

  • We stimuleren aanleg van zonnepanelen op bedrijfsdaken.

  • We doen mee aan de Regionale Energiestrategie (RES) waarin we op regionaal niveau kijken hoe we de duurzame energie op kunnen wekken en warmtebronnen inzetten.

Wat kunt u doen?

  • Draag bij aan het verduurzamen van de woonomgeving, bijvoorbeeld met isoleren. Ga naar de website beuningen.nl/energieloket

5.9 Speerpunt 8: We zorgen met elkaar voor een veilige, schone en gezonde leefomgeving

Wij willen een gezonde en veilige leefomgeving voor al onze inwoners. Gezondheid gaat over meer dan niet ziek zijn. Het gaat over onze woon- en werkomgeving, over de gebouwen, openbare ruimte, lucht, bodem, het water en de mobiliteit. In een gezonde leefomgeving zijn voldoende mogelijkheden om te bewegen, sporten en spelen, elkaar te ontmoeten, maar ook voldoende schone lucht en stilte.

Het betekent dat wij zorgen voor een goede milieukwaliteit, veilige verkeersverbindingen, passende huisvesting, voldoende toegankelijke voorzieningen voor alle doelgroepen om elkaar te ontmoeten, te bewegen, sporten en spelen.

Gezonde, schone en veilige leefomgeving
Als gemeente willen we een gezonde en veilige leefomgeving voor onze inwoners. Niet alleen nu, maar ook in de toekomst. De overheid is verantwoordelijk voor de basiskwaliteit, met wettelijke normen voor de milieukwaliteit. De huidige kwaliteit van lucht, geluid, bodem en water voldoen aan deze normen.

De Omgevingswet biedt ons flexibiliteit en keuzes voor een aantal milieuaspecten. Voor geluid, trillingen en geur staan standaardwaarden in het Besluit Kwaliteit Leefomgeving (Bkl). In dit besluit krijgen gemeenten ook mogelijkheden om van de standaardwaarden af te wijken als de lokale situatie daarvoor aanleiding geeft. Dit kunnen zowel soepelere als strengere normen zijn.

Voor de luchtkwaliteit biedt het Besluit Kwaliteit Leefomgeving geen mogelijkheden om een slechtere kwaliteit te aanvaarden. Voor geluid is deze mogelijkheid er wel, als het voor een maatschappelijke of economische reden wenselijk is om een hogere geluidsbelasting toe te staan. Deze mogelijkheden zijn echter niet onbegrensd. De ondergrens is uitgedrukt in grenswaarden. Deze grenswaarden zijn een landelijk basisbeschermingsniveau.

afbeelding binnen de regeling

Geluid
In artikel 5.65 van het Besluit Kwaliteit Leefomgeving staan de grenswaarden voor geluid in geluidgevoelige gebouwen. Deze grenswaarden nemen we op in het omgevingsplan. Daarnaast geeft het besluit standaardwaarden voor geluid op een gevel van een geluidgevoelig gebouw. In het Omgevingsplan wijzen we aan welke omgevingswaarden voor geluid gelden. Dit verschilt per gebied en per activiteit. Uitgangspunt is zoveel mogelijk een goed woon- en leefklimaat te behouden of te realiseren. Geluidoverlast kan immers leiden tot gezondheidsklachten en dat willen we zoveel mogelijk voorkomen.

Luchtkwaliteit
Voor de luchtkwaliteit biedt het rijksbeleid (Bkl) geen mogelijkheden om een slechtere kwaliteit te aanvaarden. De luchtkwaliteit wordt landelijk gemonitord. In Beuningen liggen verschillende grote transportassen: A50, A73 en Waal. We hebben weinig invloed op deze vervoersaders, maar kunnen er wel rekening mee houden. Net als bij geluid is daarbij het uitgangspunt zoveel mogelijk een goed woon- en leefklimaat te behouden of te realiseren. Dit kan door autoverkeer te verminderen, voor zover we daar lokaal invloed op hebben. Het kan ook door fietsen te stimuleren en afstand te houden tussen woningen en de  luchtvervuilingsbron. Daarnaast kunnen inwoners en bedrijven zelf zorgen voor een goed binnenklimaat.

Geur
Ook voor geur geldt een grenswaarde en een standaardwaarde. Deze waarden staan in het Besluit Kwaliteit Leefomgeving. In het Omgevingsplan wijzen we aan welke omgevingswaarden voor geur gelden. Dit kan per gebied en per activiteit verschillen. Uitgangspunt daarbij is zoveel mogelijk een goed woon- en leefklimaat te behouden of realiseren.

Ondergrond
Ook in de ondergrond neemt het gebruik toe door de toename van kabels en leidingen. De ondergrond is niet alleen belangrijk voor het behoud van cultuurhistorische en archeologische waarden, maar ook voor drinkwater en een gezonde bodem. In de Omgevingswet gaan we ervan uit dat we nieuwe verontreinigingen en aantastingen voorkomen. Daarnaast gelden instructieregels uit het Besluit Kwaliteit Leefomgeving. Hier staat onder meer dat de gemeente in het omgevingsplan moet regelen wanneer maatregelen nodig zijn bij de realisatie van bijvoorbeeld woningen. Voor de bodem geldt als uitgangspunt: een goed woon- en leefklimaat, waarbij wonen op een veilige en verantwoorde manier mogelijk is. Daarnaast gebeurt het transporteren van bodem en grond op een veilige en verantwoorde manier.

Water
Ook voor water hanteren we het uitgangspunt zoveel mogelijk een goed woon- en leefklimaat te behouden of te realiseren. We moeten de waterveiligheid en de waterkering van de Waal waarborgen op basis van het Bkl. Ook moeten we rekening houden met het ‘waterbelang’ van het waterschap, de ‘oude’ watertoets. Verder gelden er omgevingswaarden voor oppervlaktewaterkwaliteit, regels voor waterwin-locaties en stedelijk afvalwater.

We zetten in op:

  • Waterveiligheid

  • Klimaatbestendige en water-robuuste inrichting in 2050

Ruimtelijke functies moeten onderling op elkaar zijn afgestemd en we moeten de ruimtelijke effecten op waterhuishouding (en vice versa) vastleggen in een omgevingsplan. Hemel- en grondwater in nader aan te wijzen gebieden laten we niet langer afvloeien in een openbaar vuilwaterriool, met een zogenoemde afkoppelplicht.

afbeelding binnen de regeling

Veiligheid
De Omgevingswet ziet veiligheid en gezondheid als belangrijk onderdeel van de fysieke leefomgeving. In deze omgeving kunnen inwoners veilig wonen, werken, recreëren en reizen. Een veilige leefomgeving heeft:

  • veilige bouwwerken;

  • een zelfredzame samenleving;

  • bescherming van kwetsbare groepen;

  • effectieve hulpverlening;

  • continuïteit van de samenleving.

Bewuste inrichting van de fysieke leefomgeving draagt bij aan een veilige leefomgeving. Deze veilige leefomgeving levert weer een belangrijke bijdrage aan de gezondheid van mensen en een gezonde leefomgeving. Gemeente, ketenpartners, initiatiefnemers, ondernemers, maatschappelijke organisaties en burgers dragen samen bij aan een veilige leefomgeving. Wij streven ernaar dat inwoners, ondernemers en bezoekers in de gemeente veilig zijn en veilig kunnen leven. We hebben over het algemeen een veilige gemeente, maar ook in Beuningen is soms sprake van bijvoorbeeld criminaliteit, verwarde personen en overlast in wijken. We
werken er hard aan om met de diverse partijen en inwoners een veilige gemeente voor iedereen structureel te waarborgen. Samen met de politie zetten we hier blijvend op in.

Voor externe veiligheid heeft het rijksbeleid (Besluit kwaliteit leefomgeving, Bkl) geen mogelijkheden om een slechtere kwaliteit te aanvaarden. In het omgevingsplan houden we rekening met het voorkomen, beperken en bestrijden van rampen en externe veiligheidsrisico’s. Voor het plaatsgebonden risico gelden afstanden en risicogebieden, die zo nodig in het omgevingsplan komen. Ook kan er sprake zijn van een groepsrisico waarmee we rekening moeten houden.

Wat zijn de opgaven?

  • Een integrale benadering van milieuthema’s in het Milieubeleidsplan, waarbij we koppelkansen benutten.

  • Zo mogelijk verbeteren van de luchtkwaliteit.

  • Samenwerking op grensoverschrijdende milieuthema’s.

  • Heldere en duidelijke milieunormen en een beleidsneutrale overgang, waarbij het uitgangspunt is: een goed woon- en leefklimaat te behouden of te realiseren.

Wat doen we als gemeente?

  • We hanteren een integrale benadering van milieuthema’s in het Milieubeleidsplan en benutten koppelkansen.

  • We monitoren en verbeteren zo mogelijk de luchtkwaliteit.

  • We zoeken de samenwerking op grensoverschrijdende thema’s zoals luchtkwaliteit en geluid (denk aan luchtkwaliteit bij snelwegen).

  • We bepalen in het omgevingsplan zo nodig omgevingswaarden per milieuaspect, per gebied en per activiteit. We gaan uit van een beleidsneutrale overgang en stellen geen strengere normen. De omgevingswaarden verschillen per milieuaspect, per gebied en per activiteit. Het uitgangspunt daarbij is zoveel mogelijk: een goed woon- en leefklimaat te behouden of realiseren.

  • We maken onze inwoners en bedrijven bewust van hun verantwoordelijkheid voor de eigen leefomgeving; minder afval produceren, beter scheiden van (zwerf)afval, bewuster omgaan met groen, minder autorijden.

Wat kunt u doen?

  • Laat de auto zoveel mogelijk staan en pak de fiets of het openbaar vervoer.

  • Was geen auto op de eigen oprit.

  • Voorkom bestrijdingsmiddelen.

  • Zorg voor meer groen in de tuin.

  • Gebruik een regenton in plaats van afvoer van het regenwater naar het riool.

  • Meld iets verdachts altijd bij de gemeente of de politie.

  • Veroorzaak geen overlast voor uw buren, of kondig mogelijke overlast aan.

5.10 Speerpunt 9: Versterken van de biodiversiteit

Onze bedrijventerreinen (De Schoenaker, De Sluis en Aalsterveld) hebben elk hun eigen accenten.

De Schoenaker is geschikt voor middelgrote tot grote bedrijven in de maakindustrie, handel en logistiek.

De Sluis in Weurt is een binnenstedelijk bedrijventerrein. Hier is ruimte voor middelgrote en kleine bedrijven. Dit terrein maakt onderdeel uit van TPN West. Dit bedrijvengebied ligt deels in Nijmegen, deels in Beuningen. Ook de ARN is onderdeel van TPN West. Het is gunstig gelegen voor werknemers, bewoners en afzetgebieden. Ook liggen er kansen voor stadsdistributie en kleinschalige, ambachtelijke bedrijven. In de nabijheid ligt een containerterminal van BCTN. Dit is aantrekkelijk voor watergebonden bedrijven. Naast afvalverwerking wordt er op de ARN energie opgewekt (biogas en warmte).

Aalsterveld in Beuningen is kleinschalig en ligt tegen de woonwijk aan. De ontsluiting op lokale hoofdwegen is goed. Hier is sprake van een mix van bedrijven, wonen en voorzieningen: een woonwerklandschap.

De functionele en ruimtelijke kwaliteit van de bedrijventerreinen moet behouden blijven en waar nodig verbeterd/versterkt. Daarmee blijven de bedrijventerreinen in de gemeente Beuningen belangrijke locaties voor de ontwikkeling van werkgelegenheid (ook voor praktisch geschoolden) en ondernemerschap.

afbeelding binnen de regeling

Wat zijn de opgaven?

  • Behouden en versterken van het groen, behoud van milieuruimte voor bedrijven en verbeteren van infrastructuur voor fietsers/voetgangers op De Schoenaker.

  • Verbeteren van ruimtelijke kwaliteit op bedrijventerrein De Sluis.

  • Beschikbaarheid van nieuwe bedrijfskavels in de toekomst (na 2025).) met als aanleidingen:
    - Huidige bedrijventerreinen zijn/raken volgebouwd.
    - Enkele solitaire bedrijven komen nu of in de toekomst in de knel (en hebben geen uitbreidingsruimte meer).
    - In de regio blijft op langere termijn een vraag naar kavels op gemengde bedrijventerreinen.


Wat doen we als gemeente?

  • We verkennen de behoeften en kansen voor een nieuw bedrijventerrein. In 2022 werken we dit verder uit in een aantal scenario’s (locaties).

  • We voeren een quick scan uit naar de verkeersveiligheid voor fietsers/voetgangers op bedrijventerrein De Schoenaker. We vertalen dit in de mobiliteitsvisie (GVVP), met mogelijke oplossingen.

  • In 2021 wordt een revitaliseringsplan opgesteld voor bedrijventerrein De Sluis, gericht op het verbeteren van de ruimtelijke kwaliteit en het ondernemingsklimaat. Uitvoering (grotere) projecten vanaf 2022.

5.11 Speerpunt 11: Ruimtelijk faciliteren mengvormen wonen/werken/voorzieningen in dewoonwijken

Het aantal zelfstandigen neemt toe, waardoor meer bedrijven/beroepen aan huis plaatsvinden. De behoefte aan flexibele werk-, vergader- en ontmoetingsplekken nabij woongebieden neemt hierdoor ook toe. We gaan in woonwijken meer ruimte faciliteren om werken en wonen te combineren. Inwoners geven aan dat er behoefte is aan verzamelgebouwen voor startende ondernemers en plekken als ‘Droom’.

Wat zijn de opgaven?

  • Ruimte in (nieuwe) woonwijken voor woonwerk-eenheden.

  • Ruimte voor startende ondernemers faciliteren in de kernen.


Wat doen we als gemeente?

  • We faciliteren ruimte in (nieuwe) woonwijken voor woonwerk-eenheden.

  • We faciliteren ruimte voor startende ondernemers.

5.12 Speerpunt 12: Behouden van de agrarische functie als drager van het landschap in hetbuitengebied (in combinatie met natuur, recreatie en wonen)

Gezonde agrarische sector
We streven naar een gezonde agrarische sector. We zien vergroening en verduurzaming van de landbouw, maar ook verhoging van regeldruk. Daarnaast is er hoge druk op de ruimte. Ook zien we de wens voor mogelijkheden in schaalvergroting en nevenactiviteiten.
Aan nevenactiviteiten willen we ruimte bieden , maar dit is maatwerk binnen ruimtelijke randvoorwaarden. Uitgangspunt hierbij is dat de landschappelijke structuur niet wordt aangetast. Daarbij kijken we naar de locatie: ligt die in het kommengebied of op de oeverwallen?
Uiteraard hebben we aandacht voor de invloed van een bedrijf op de leefomgeving. Het gaat dan om aspecten van gezondheidsbescherming, maar ook om bijvoorbeeld de invloed van stikstofdepositie op natuurgebieden.
We zijn als Beuningen ondernemend en uitnodigend maar maken ook keuzes. We staan geen megastallen toe. Uitbreiding van de planologische mogelijkheden is beperkt mogelijk en gekoppeld aan voorwaarden van duurzaamheid. Nieuwe vestiging van (niet-grondgebonden) agrarische bedrijven, intensieve veehouderijen en glastuinbouw is niet mogelijk.
We zetten in op duurzaamheid, natuur en landschap.

afbeelding binnen de regeling

Ruimte bieden aan functieverandering binnen (ruimtelijke) randvoorwaarden.
Landelijk neemt het aantal agrarische bedrijven af. Ook in Beuningen. Daarbij komen agrarische erven vrij. Leegstand van stallen is een probleem. Tegelijkertijd is er behoefte aan recreatiemogelijkheden in het buitengebied. We bieden daarom ruimte voor functieverbreding en functieverandering van agrarische bedrijfspercelen. Voor de oeverwallen zetten we in op verbreding van functies in combinatie met landschappelijke versterking.
Inwoners zien onder meer kansen voor kleinschalige recreatief-toeristische bedrijven, wonen, zorgboerderijen en ambachtelijke bedrijven (mits passend in de omgeving), maar ook verkoop van lokaal geproduceerd, gezond en duurzaam voedsel. Wij maken dit al mogelijk in het bestemmingsplan Buitengebied. Het is niet de bedoeling dat verkoop van zelfgeproduceerde producten uitgroeit tot kleine supermarkten. Kleinschaligheid en eigen productie zijn randvoorwaarden.
Overigens is de uitbreidingsruimte van niet-agrarische bedrijven in het buitengebied beperkt. Grotere niet-agrarische bedrijven kunnen verhuizen naar een bedrijventerrein.
Wat zijn de opgaven?

  • Voortzetting van beleid voor vergroting van agrarische erven in het kommengebied, nevenactiviteiten en functieverandering van agrarische erven.

  • Voor de oeverwallen is een bijstelling/update van ‘functieverbredings- en functieveranderingsmogelijkheden nodig.


Wat doen we als gemeente?

  • We maken in het Omgevingsplan een regeling voor vergroting van agrarische erven in het kommengebied, en voor nevenactiviteiten en functieverandering van agrarische erven. Hiervoor stellen we eerst een visie op.

  • We werken aan beleid voor functieverbreding en -verandering voor de oeverwallen en beleid hoe om te gaan met voormalige agrarische opstallen, met daarin aandacht voor:
    - Overige functies.
    - Faciliteren functieverbreding van agrarische bedrijven.
    - Faciliteren functieverandering van agrarische bedrijven.
    - Beleidsregels in omgevingsplan of als kader voor buitenplanse OPA’s (Omgevings Plan Activiteiten).

 

5.13 Speerpunt 13: Kansen bieden voor recreatieve en toeristische ontwikkelingen,passend bij de aard en kenmerken van de gemeente

Toeristisch-recreatieve ontwikkeling van onze gemeente draagt bij aan de welvaart en het welzijn van onze inwoners, waaronder ook ondernemers. Het schept banen, biedt een extra basis voor voorzieningen  (winkels, horeca) en draagt bij aan behoud cultuurhistorisch erfgoed. De komende jaren bouwen we meer woningen in de gemeente. Wanneer het aantal inwoners toeneemt, is er ook meer vraag naar recreatief ingericht uitloopgebied. Hiervoor liggen er kansen in de zone tussen Beuningen en Weurt. De ontwikkeling van de Beuningse Plas als recreatiegebied draagt hier aan bij, evenals de Geertjesgolf.

Om recreatie en toerisme beter te faciliteren, willen we ons recreatief routenetwerk verder ontwikkelen. Samen met de regiogemeenten en het bureau Toerisme Veluwe Arnhem

afbeelding binnen de regeling

Nijmegen (TVAN) werken we aan het versterken/upgraden van het routenetwerk. Uitgangspunt is een regio-breed dekkend netwerk.

Langs de routes zien we ruimte voor de ontwikkeling van recreatieve punten. Dit kan een bankje zijn, een horecagelegenheid langs de dijk, een theetuin bij een agrariër of een educatieve wandeling door het energielandschap. Ook willen we intensievere recreatieplekken ontwikkelen, zoals bij de Groene Heuvels. Inwoners zien kansen voor B&B’s, kleine campings, kleinschalige natuurgerichte initiatieven, wandel- en fietsroutes, klompenpaden, rustbankjes, uitkijkplekken, enzovoort.

Groene Heuvels/Het Broek
De wens is om de dagrecreatie in Het Broek uit te breiden. Hierbij is behoefte aan een kwaliteitsslag en verdere verbreding/verdieping van het dag- en verblijfsrecreatieve aanbod voor iedere doelgroep. Ontwikkeling vindt plaats in overleg met het gebied. Daarnaast is verbetering van de bereikbaarheid noodzakelijk. We werken dit verder uit in het omgevingsprogramma Recreatie en Toerisme buitengebieden.

Wat zijn de opgaven?

  • Recreatief routenetwerk verder versterken.

  • Faciliteren van de ontwikkeling van recreatieve punten.

  • Recreatieve uitloopgebieden rondom de kernen versterken.


Wat doen we als gemeente?

  • We werken het omgevingsprogramma Recreatie en Toerisme buitengebieden uit en nemen het gebied Het Broek/Groene Heuvels daarin mee.

  • We bieden in het omgevingsplan ruimte voor ontwikkeling.

  • We onderzoeken welke mogelijkheden er in regionaal verband zijn om met name de landschapszone tussen Beuningen en Weurt, te versterken.

  • We stellen een integraal beleid op voor het buitengebied van de gemeente.

6 Gebiedsgerichte opgave

6.1 Welke ontwikkeling zien we graag per deelgebied?

De opgaven voor specifieke plekken hebben we op de visiekaart gezet. Sommige opgaven vragen een specifieke aanpak in verschillende deelgebieden. Dit zijn onze ‘gebiedsgerichte opgaven’.
We onderscheiden 5 deelgebieden:


Per deelgebied gaan we in op de gebiedsgerichte opgaven.

afbeelding binnen de regeling

 

afbeelding binnen de regeling

6.1.1  Uiterwaarden

In het deelgebied Uiterwaarden staat behoud van de natuur- en cultuurhistorische waarden van het gebied centraal. Hierbij sluiten we als gemeente aan bij de gebiedsgerichte uitwerkingen van de visie Waalweelde. De opgaven zijn:

  • Behoud en ontwikkel een dynamische oeverzone met geulen en rivierduinvorming.

  • Ga voor de Beuningse uiterwaarden en de Ewijkse Plaat voor dynamische natuur met recreatief medegebruik, aansluitend aan het binnendijkse thema Groen in en om de stad.

  • Ontwikkel de dijk tussen Nijmegen en A50 als een groene as met strangen, wielen, kwelkommen en het landgoed Doddendaal (kleinschalig binnendijks en grootschalig buitendijks).

  • Behoud en versterk de oeverwal van de Winssensche Waarden als stroomdalgrasland.

(Bron: Gebiedsgerichte uitwerkingen visie Waalweelde)

Welke ontwikkeling zien we graag in de uiterwaarden

  • Netwerk van wandel- en struinroutes in de uiterwaarden.

  • Behoud en ontwikkeling van natuurwaarden.

  • Ruimte voor de rivier.

afbeelding binnen de regeling

6.1.2  Oeverwallen
Ook op de Oeverwallen staat behoud van het huidige kleinschalige waardevolle landschap centraal. Ontwikkelingen zijn mogelijk, maar alleen met als uitgangspunt de waarden van het gebied. We behouden de mix van functies, waarbij we functieverandering en functieverbreding mogelijk willen maken. Dit dient bij te dragen aan wonen, recreatie en toerisme en behoud en versterking van de bestaande functies. Met maatwerk is het mogelijk om in combinatie met kwaliteitsverbetering, behoud en versterking cultuurhistorisch erfgoed, natuur- en landschapsontwikkeling extra woningen toe te voegen. Gedacht kan worden aan verspreid  liggende erfontwikkelingen en/of buitenplaatsen gekoppeld aan de Van Heemstraweg. De situering en omvang van deze ontwikkelingen wordt afgestemd op het omringende landschap.

Welke ontwikkeling zien we graag op de oeverwallen?

  • Sloop van oude (bedrijfs)gebouwen die niet passend zijn in het buitengebied en nieuwe passende functies toestaan op die plek.

  • Niet passende (grootschalige) functies uitplaatsen.

  • Beperkt extra woningen toestaan in combinatie met kwaliteitsverbetering, behoud en versterking cultuurhistorisch erfgoed, natuur- en landschapsontwikkeling (bijvoorbeeld in de vorm van landgoederen of ervenontwikkeling).

  • Functieverbreding van agrarische bedrijven, met behoud van het kleinschalige, extensieve karakter.

  • Uitbreiding van recreatieve mogelijkheden, zoals kleinschalige horeca en ondersteuning van de recreatieve routestructuren.

  • Nieuwe ontwikkelingen die bijdragen aan recreatieve- en natuurontwikkeling.

  • Combinatie van functies (balans tussen landbouw, natuur, recreatie en wonen) met behoud van landschappelijke waarden.

  • Inwoners zien op de oeverwallen kansen voor biologische landbouw, natuurinclusieve landbouw, consumentgerichte landbouw. Langs de zone Van Heemstraweg en Waalbandijk zijn (consumentgerichte landbouw)mogelijkheden voor meer biodiversiteit en kleinschalig toerisme (geen pannenkoekrestaurant en speelgelegenheid, maar wel kleine campings, een B&B, wandelen, zorgboerderij).


Uitgelicht ‘Van Heemstraweg’

  • Behoud van groene plekken en doorzichten, maar op een beperkt aantal locaties is er ruimte voor nieuwe woningen, bij voorkeur door functieverandering, om te kunnen voorzien in de woningbehoefte in de gemeente en de versterking van het landschap 

Wat doet de gemeente op de oeverwallen:

  • Beleid(sregels) functieverbreding en -verandering in een omgevingsprogramma uitwerken voor:
    - Wonen (wordt reeds opgesteld).
    - Recreatie en toerisme - overige functies (wordt reeds opgesteld).
    - Faciliteren functieverbreding van agrarische bedrijven.

  • Beleidsregels opnemen in omgevingsplan of als kader voor buitenplanse OPA’s in Oeverwallen Omgevingsvisie.

afbeelding binnen de regeling

6.1.3  Kommen
Het deelgebied ‘Kommen’ is het buitengebied ten zuiden van de oeverwallen.

Kenmerkend voor het gebied zijn de grootschalige openheid en rechte verkaveling, met lange rechte wegen en laanbeplanting. Kenmerkende weteringen lopen van oost naar west door het gebied. Het kommengebied is niet overal open. Het gebied tussen Weurt en Beuningen kent een meer besloten karakter en minder rechtlijnige verkaveling.

Centraal staat behoud van het karakter en de landschappelijke structuur van het gebied. Verdichting is in principe niet aan de orde. Ontwikkelingen zijn alleen mogelijk onder strikte voorwaarden. Het versterken van landschappelijke structuren, zoals laanbeplanting, is wel mogelijk. Hiermee kan de recreatieve aantrekkelijkheid van het gebied worden vergroot en ecologische verbindingen worden versterkt.

We willen grootschalige agrarische functies behouden. Nieuwe woningen of andere gevoelige functies mogen de agrarische bedrijvigheid dan ook niet beperken. In het kommengebied zijn nieuwe functies mogelijk in combinatie met bestaande agrarische functies (functieverbreding van het agrarische bedrijf) of als functieverandering van een voormalig agrarisch bouwperceel. Solitaire recreatieve functies zijn er niet toegestaan. Uitzondering daarop vormt het gebied Het Broek/Groene Heuvels. Daar kunnen recreatieve functies wel verder ontwikkeld worden. Ook ten noorden van de Maas en Waalweg en tussen Jonkerstraat en Reekstraat
(inclusief de Beuningse plas) zijn solitaire recreatieve functies onder voorwaarden mogelijk. De ruimtelijke kaders van deze opgaven stellen we op in het omgevingsprogramma Recreatie en Toerisme buitengebieden.

Welke ontwikkeling zien we graag in de kommen?

  • Behoud agrarische functie.

  • Versterken biodiversiteit op agrarische percelen.

  • Recreatieve (hoogwaardige) verbindingen vanuit de kernen en regionale fietsroutestructuren.

  • Recreatie in combinatie met natuurontwikkeling/waterberging.

  • Landschappelijke en ecologische versterking door de toename van diversiteit in de natuur en verbinding van (natuur)gebieden.

  • Energiepark (met doorzichten, educatie, recreatie).


Uitgelicht: welke ontwikkeling zien we graag in ‘Het Broek/De Groene Heuvels’

  • Kwaliteitsslag en verdere verbreding/verdieping van het aanbod aan dag- en verblijfsrecreatie. Nu is er te weinig aanbod voor iedere doelgroep.

  • Mogelijkheden voor het verlengen van het seizoen.

  • Natuur en recreatie, zwemmen, verblijfsrecreatie, evenementen, klompenpaden, spannende sporten, jaarrondactiviteiten, kleinschalige hotels of horeca, koppeling met de dorpen Bergharen en Hernen, kanoën in de Wetering.

  • Verbetering van de bereikbaarheid.

afbeelding binnen de regeling

6.1.4  Woongebied
Weurt
Weurt ligt in een dynamische omgeving dicht bij Nijmegen. Ten noorden van de Van Heemstraweg ligt de historische kern en aan de zuidzijde van de Van Heemstraweg zijn de jongere woonwijken van Weurt en de voorzieningen gelegen. Aan de west- en noordzijde wordt Weurt omarmd door open en landelijk gebied en aan de zuid- en oostzijde door bedrijvenen haventerrein. In Weurt zuid is veel verharding aanwezig en weinig openbaar groen. We streven ernaar het openbare groen te laten toenemen en meer toegankelijk te maken. Hiermee willen we ook de verbinding van de kern met het oeverwallengebied versterken.

We zetten in op behoud van het huidige basisniveau van de voorzieningen, goede parkeervoorzieningen en incidenteel ruimte voor uitbreiding. Voor innovatieve horecaconcepten is mogelijk marktruimte. Zo zien we kansen voor horeca aan de noordkant van Weurt, vanwege de ligging nabij de dijk en de uiterwaarden. Als gemeente zijn we kaderstellend, maar ook uitnodigend naar initiatiefnemers.

Bij nieuwe woningbouwontwikkeling onderzoeken we ook de capaciteit van het MFA met de school.

Inwoners hebben aangegeven dat soms sprake is van milieuoverlast van bedrijven. We zetten ons ervoor in dat de situatie van de milieuoverlast verbetert.

afbeelding binnen de regeling

Beuningen
Beuningen is de grootste kern van de gemeente met kernoverstijgende voorzieningen, een bovenlokaal winkelaanbod en aantrekkelijke woonbuurten. De bestaande groenblauwe structuur van Beuningen is waardevol en draagt bij aan een goed woon- en leefmilieu. Deze groenblauwe structuur willen we graag behouden, ondanks dat we streven naar ‘inbreiding voor uitbreiding’. We willen de kernwaarde van onze groenblauwe structuur behouden en niet alles volbouwen.

In en rond Beuningen willen we buitensportplaatsen creëren. We willen ruimte houden en ontwikkelen voor buiten recreëren en bewegen.

Het centrum van Beuningen willen we behouden en daar waar mogelijk versterken. We reguleren een goede mix van winkelvoorzieningen en horeca. De winkels worden geconcentreerd in een winkelkerngebied. Rondom dit winkelkerngebied is ruimte voor combinaties van winkels en andere functies, zoals wonen.

We bieden ruimte voor kernoverstijgende voorzieningen als een zwembad. We zijn op zoek naar een nieuwe locatie, waarbij we aansluiting zoeken bij overige sportaccommodaties.

Shoppingpark De Heuve is intensief ingericht. Er is weinig leegstand, maar mogelijk is op lange termijn een herprofilering nodig om het gebied ook in de toekomst goed te laten functioneren. Herprofilering kan door clustering van een aantal functies zoals perifere detailhandel, fitnessscholen, passende horeca en kleinschalige werkplekken. Daarnaast draagt investering in de openbare ruimte bij aan herprofilering van het gebied. In de landschapszone tussen Beuningen en Weurt en in de sportzone tussen Ewijk en Beuningen willen we buitensportplaatsen creëren: we willen ruimte voor buiten recreëren en bewegen behouden en ontwikkelen.

afbeelding binnen de regeling

Ewijk
Ewijk is een echte woonkern met winkelcentrum De Klef voor de dagelijkse boodschappen. We zetten in op het behoud van het huidige basisniveau van de voorzieningen. Op passende plekken is versterking van horeca gewenst. De verbetering van de entree van het dorp aan de Van Heemstraweg is een aandachtspunt.

We willen de woonkern Ewijk verder versterken. Wanneer extra woningen in of bij de kern worden gerealiseerd, moeten we ook de groenstructuur, uitloopmogelijkheden en mogelijkheden voor extensieve recreatie verbeteren. Daarnaast is goede bereikbaarheid met alle soorten vervoer een belangrijk aandachtspunt. We streven ernaar de fietsverbindingen tussen de nieuw aangelegde woonwijken en het centrum van Beuningen en Ewijk te versterken.

afbeelding binnen de regeling

Winssen
Winssen is een zelfstandig gelegen dorp in het agrarische landschap. In Winssen staat behoud van het dorpse karakter centraal. Nieuwe woningbouwontwikkelingen moeten daarbij passen. Er is behoefte aan betaalbare woningen voor starters en ouderen. 

We zetten in op behoud van winkelvoorzieningen en willen dat die bereikbaar en toegankelijk blijven.

Winssen heeft een sterk verenigingsleven en grote saamhorigheid. We willen de mogelijkheden voor ontmoeten, verenigingsleven en horeca blijven faciliteren.

Het groene karakter en het aanwezige openbaar groen willen we behouden. Ook hier willen we ontmoeting stimuleren.

In de randen van het dorp is versterking van kleinschalige verblijfsrecreatie mogelijk.

Welke ontwikkeling zien we graag in de woongebieden?

  • Behoud van het historische dorpskarakter per dorp.

  • Schone en gezonde leefomgeving.

  • Voldoende en bereikbare voorzieningen.

  • Clustering van functies (zoals winkels, horeca, zorg) in het centrum van Beuningen.

  • Klimaatbestendige en aantrekkelijke openbare ruimte en stimuleren van minder verharding op particulier terrein.

  • Gevarieerd woningaanbod in de wijken.

  • Streven naar duurzame wijken (duurzame opwekking van energie, goed geïsoleerde huizen).

  • Combinatie wonen en (kleinschalig) werken in de wijken.

  • Verenigingsleven behouden.

  • Inclusieve samenleving stimuleren.

  • Nabijheid van groen waarin we ontmoeting en beweging stimuleren.

  • Verbetering van de busverbinding (Beuningen is goed ontsloten).

  • Terrassen/horeca in de centra van de kernen.

  • Meer biodiversiteit.

  • Behoud van (toegankelijke) groenblauwe structuren.

  • Elke kern heeft zijn eigen basisvoorzieningen zoals een voetbalveld, school, ontmoetingsplek.

  • Woon-zorgvoorzieningen toevoegen.

  • Woningbouwontwikkeling; inbreiding gaat voor uitbreiding , maar uitbreiding is nodig gezien de grote woningbehoefte. Waar kansen zijn voor inbreiding, benutten we die met behoud van de waarden.

  • Bij woningbouwontwikkkeling nemen we ook de benodigde groei van maatschappelijke voorzieningen zoals scholen mee.


Wat doet de gemeente in de woongebieden?

  • Versterken voorzieningenniveau door:
    - Clustering van andere functies (winkels, horeca, maatschappelijk, zorg) in centrum Beuningen en Ewijk en geen andere winkellocaties toevoegen. Perifere detailhandel alleen bij shoppingpark De Heuve.
    - Leegstand voorkomen door monitoring leegstand. We nemen de bepalingen uit Beheersverordening centrum Beuningen over in het omgevingsplan voor een mix van functies.
    - Toevoegen van extra woningen

  • Wonen en werken kleinschalig mogelijk maken in de wijken nemen we mee in het omgevingsplan. We houden de regeling bedrijvigheid aan huis tegen het licht.

  • In woonwijken willen we woonwerkeenheden of kleinschalige eenheden voor werken mogelijk maken.

  • We nemen de beleving van groen als onderdeel van de woningbouwopgave mee, met als het versterken van het landschap en de biodiversiteit.

  • We onderzoeken de herinrichting van de Notaris Stephanus Roesstraat in Winssen vanwege de aanwezige horeca.

afbeelding binnen de regeling

6.1.5  Bedrijventerreinen
De bedrijventerreinen vervullen een belangrijke rol in de lokale en regionale economie. Een kwart van de werkgelegenheid in Beuningen zit op een van de bedrijventerreinen. Behoud en versterking van het ondernemingsklimaat is dus van belang.

In de toekomst is behoefte aan ruimte voor verplaatsing en uitbreiding van bedrijven.

Elk bedrijventerrein heeft een eigen profiel:

  • Op De Schoenaker (Beuningen) zitten middelgrote en grote bedrijven in de industrie, handel en logistiek. Het terrein biedt ruimte aan bedrijfsactiviteiten in de zwaardere milieucategorieën. Het terrein is ruim opgezet.

  • De Sluis (Weurt) is een dichtbebouwd bedrijventerrein. Hier zitten voornamelijk kleinere en middelgrote bedrijven in de handel en industrie.

  • Aalsterveld (Beuningen) is een kleinschalig bedrijventerrein met een mix van kleinere bedrijven (handel en dienstverlening), zorg, maatschappelijke voorzieningen en sport/ fitness.

  • Klaphekstraat (Ewijk) is een cluster van bedrijven in de bouw en handel.


Opgaven De Schoenaker:

  • Behouden en versterken van groenvoorzieningen.

  • Behouden van de milieuruimte voor bedrijven.

  • Verbeteren van de toegankelijkheid en verkeersveiligheid (vooral voor fietsers en voetgangers).

  • Verbeteren van de verblijfskwaliteit voor medewerkers van de bedrijven.


Opgaven De Sluis:

  • Versterken van de ruimtelijke kwaliteit van het hele bedrijventerrein (knelpunten in openbare ruimte, meer groen).

  • Versterken van de overgangszone tussen bedrijventerrein en woonwijk.


Opgaven Aalsterveld:

  • Behouden van mix van functies.

  • Ruimte voor kleinschalige bedrijfsruimten/werkplekken in combinatie met ontmoetingsruimte. 

 

Opgave algemeen:

  • Ruimte creëren voor verplaatsing en uitbreiding van bedrijven op een nieuw bedrijventerrein. Aanleidingen hiervoor zijn:
    - Huidige bedrijventerreinen zijn/raken volgebouwd.
    - Enkele solitaire bedrijven komen nu of in de toekomst in de knel (en hebben geen uitbreidingsruimte meer) en willen we elders een plek bieden.
    - In de regio blijft op langere termijn vraag naar kavels op gemengde bedrijventerreinen.

  • Bedrijf op bedrijventerrein Schoenaker • Bedrijven laten bijdragen aan de doelstellingen voor energie en klimaat.

 

Welke ontwikkeling zien we graag op de bedrijventerreinen?

  • Behoud van bedrijfsmatige functie van bedrijventerreinen (geen nieuwe woningen/zorgvoorzieningen).

  • Tegengaan van leegstand.

  • Huidige milieucategorieën behouden.

  • Diversiteit aan bedrijven en bedrijventerreinen behouden.

  • Duurzame en groene bedrijvigheid: bedrijven die duurzaam zijn, hun milieubelasting beperken en gebruikmaken van duurzame energie.

  • Goede milieu-hygiënische situatie.

  • Veilige wegen en duurzame vervoersmogelijkheden.

  • Verbetering van aansluiting bedrijventerreinen op het openbaar vervoer.

  • Aandacht voor duurzaamheid en verduurzaming van gebouwen. Kansen voor zonnepanelen op daken en warmte-uitwisseling.

  • Groene inrichting van het terrein.

  • Klimaatbestendige en groenblauwe inrichting van de openbare ruimte.

  • Verbetering openbare ruimte van bedrijventerreinen, waaronder opwaardering bedrijventerrein De Sluis, inclusief een goede aansluiting op de woonwijk.

  • Meer diversiteit in het groen.

  • Goed onderhouden omgeving.

  • Functionele en ruimtelijke kwaliteit versterken van De Schoenaker en De Sluis:
    - Toegankelijke loop- en fietsroutes en behouden van huidige kwaliteit.
    - Ontvlechten verkeersstromen.
    - Biodiversiteit.


Wat doet de gemeente op de bedrijventerreinen?

  • Revitaliseringsplan De Sluis, met projecten gericht op het verbeteren van de ruimtelijke kwaliteit en het ondernemingsklimaat. Ook het verbeteren van de overgang tussen bedrijventerrein en woonwijk komt hierin aan bod. Het plan vormt een onderdeel van de uitwerking van de Gebiedsvisie TPN West.

  • In omgevingsplan voldoende uitbreidingsmogelijkheden bieden voor bedrijven op de bedrijventerreinen (zo nodig intensiever ruimtegebruik). Geen (bedrijfs)woningen op De Schoenaker en De Sluis (voortzetting huidig beleid).

  • Uitwerking onderdelen programma Energiek Beuningen voor bedrijventerrein Schoenaker, zoals het (blijven) stimuleren van energiebesparende maatregelen door bedrijven en zonnepanelen op daken.

  • Ontvlechten verkeersstromen (vrij liggende fietspaden).

  • In woonwijken woonwerkeenheden of kleinschalige eenheden voor werken in omgevingsplan opnemen.

7 Waarden

7.1 Waardenkaart

afbeelding binnen de regeling

We vinden het belangrijk dat initiatieven aansluiten bij de waarden van een gebied. Dit inspireert tot plannen die passen binnen de maat, schaal, karakter en identiteit van het gebied.

Bewoners, ondernemers, organisaties en andere belanghebbenden hebben hun inbreng kunnen geven tijdens het participatietraject. Ze hebben kunnen aangeven welke waarden zij van belang vinden om te behouden en te versterken. Dit is weergegeven in de waardenkaart. We beschrijven hierbij bestaande waarden en waarden die we verder willen versterken voor deze gebieden.

Op de waardenkaart is de gemeente verdeeld in deelgebieden, met ieder een eigen kleur. Deze deelgebieden zijn gebaseerd op gebruik en landschappelijke indeling (uiterwaarden, oeverwal en kom (buitengebied). Ieder deelgebied heeft een eigen karakter. 

Landschap
Beuningen ligt aan de rivier de Waal en maakt deel uit van het rivierengebied. Het heeft een duidelijke indeling in de rivierbedding met oevers (uiterwaarden), oeverwallen (meer zanderige, hogere grond) en de  komgebieden (lagere kleigrond – hier later ‘buitengebied’ genoemd).

Op de oeverwallen zijn van oudsher bebouwingslinten. Vandaaruit zijn de kernen gegroeid.

Ligging van Beuningen in de regio
Beuningen ligt direct ten westen van Nijmegen. Belangrijke (nationale) verkeersaders lopen door het gebied, zoals de A73 (oost-west) en de A50 (noord-zuid).

afbeelding binnen de regeling
afbeelding binnen de regeling
afbeelding binnen de regeling

7.2 Deelgebied Uiterwaarden

UiterwaardenDe uiterwaarden hebben een open en natuurlijk karakter met beschermde natuur. Ze zijn vrij open, met weidse vergezichten. Het is een dynamisch gebied voor de Waal. Dit deel van de Midden-Waal is zwak meanderend met een hoge rivierdynamiek. Dit komt tot uiting in zandplaten, oeverwallen en enige rivierduinvorming. De dijken zijn zwak kronkelend. Het is een vrij recht riviertraject met opvallend smalle uiterwaarden en vrij veel strangen. Markant punt is de brug van de A50 bij Ewijk. Bij Beuningen en Ewijk ligt een natuurgebied dat onderhevig is aan de rivierdynamiek. Alleen de Winssense Waarden heeft de zomerkade nog in bedrijf met grotendeels agrarisch gebruik. Dit gebied bezit een uniek en imposant ensemble van overblijfselen van een rivierverhuizing in Noordwaartse richting. Tussen Weurt en Winssen op de zuidoever moet daarbij veel land zijn veroverd op de rivier met sporen van de oudste relicten van waterkering (doorbraakkolken, vroegste dijken). (Bron: Gebiedsgerichte uitwerkingen visie Waalweelde).

De rivier wordt veel gebruikt voor scheepvaart. De bebouwing in het gebied is beperkt. De dijk is verkeersluw. Het gebied functioneert als extensief, recreatief uitloopgebied voor de aangrenzende kernen en inwoners van de stadsregio Arnhem-Nijmegen. Ook is het een aantrekkelijk gebied voor toeristen. Al met al is het een uniek stukje rivierenlandschap.
₊ Natuurlijk karakter
₊ Openheid
₊ Uniek en bijzonder rivierenlandschap
₊ Schone milieukwaliteit
₊ Dijk

Houd rekening met

  • De waarden van het gebied

  • De natuurwaarden in de uiterwaarden, Natura 2000 gebied en Gelders Natuur Netwerk

  • Waarden groenstructuurplan

afbeelding binnen de regeling

7.3 Deelgebied Oeverwallen

Op de Oeverwallen vinden we de oudste bewoonbare plekken in de gemeente. Hier liggen de historische linten. Het is een kleinschalig landschap in onregelmatige patronen, waarin weilanden worden afgewisseld met fruitboomgaarden, bebouwingslinten en dorpen. Er is een afwisselende verkaveling, met open en besloten gebieden en een afwisselend grondgebruik. Er is veel weg- en erfbeplanting. Dit maakt het gebied aantrekkelijk voor recreanten. De bebouwing is veelal vrijstaand en vaak in gebruik voor wonen of landbouw. Op enkele percelen staan kassen. De trend van afname van het aantal agrarische bedrijven is merkbaar 
in dit gebied. Over het algemeen wordt omgeschakeld naar een woonfunctie. 
₊ Kleinschalig, grondgebonden landbouw
₊ Recreatief aantrekkelijk gebied
₊ Afwisseling in verkaveling, open – besloten, en afwisselend grondgebruik, vergezichten en zichtlijnen
₊ Cultuurhistorische structuren en bebouwing

Houd rekening met

  • De waarden van het gebied

  • Goede balans tussen landbouw, natuur, recreatie, wonen en behoud van het landschap

  • Het mozaïeklandschap van de oeverwallen

  • Cultuurhistorie

  • De Gelderse Natuur Netwerk-gebieden

  • De ‘beleid(sregels) functieverbreding en verandering’, zie speerpunt 13

  • Groenstructuurplan

 

7.3.1 Uitgelicht 'Van Heemstraweg'
Waarden Van Heemstraweg
₊ Verbindend element tussen de dorpen Winssen, Ewijk, Beuningen en Weurt loopt ook buiten de gemeente ver door, van Nijmegen naar Zaltbommel. Verbindend zowel ruimtelijk als verkeerskundig
₊ Gevarieerd beeld, soms tussen bebouwing, soms doorzichten, soms door groen gebied
₊ Grotendeels de scheiding tussen oeverwallengebied en komgronden
₊ Laanbeplanting langs de weg

Houd rekening met

  • De waarden van het gebied langs de Van Heemstraweg

  • De verbindende verkeersfunctie van de weg

  • Verbinding van gebieden aan de noord- en zuidzijde van de weg in de kernen

  • De cultuurhistorische waarden

afbeelding binnen de regeling

7.4 Deelgebied De Kommen

KommenDe Kommen (het buitengebied) wordt voor een groot deel gekenmerkt door grootschaligheid en openheid. Het is een waardevol agrarisch gebied. De wegen zijn lang en voornamelijk rechtlijnig door verkaveling. Her en der liggen groene eilanden van agrarische erven. Ten noorden van de A73 is minder openheid en is sprake van historische lintbebouwing. De bebouwing bestaat deels uit traditionele T-boerderijen. Ten zuiden van Winssen ligt zandwinlocatie Geertjesgolf. Het buitengebied wordt gebruikt voor dagrecreatie. Ook ligt er het dag-recreatieterrein de Groene Heuvels met een gedeeltelijke verblijfsrecreatieve functie. Op de Groene Heuvels worden ook grote evenementen georganiseerd.
₊ Agrarisch gebied
₊ (Dag-)recreatieve mogelijkheden
₊ Cultuurhistorisch waardevolle elementen
₊ Duidelijke landschappelijke structuur: rechte verkaveling en rechte wegen met laanbeplanting
₊ Historische linten ten noorden van de Maas- en Waalweg
₊ Recreatieve trekker ‘de Groene Heuvels’

Houd rekening met

  • De waarden van het gebied

  • Waardevol open gebied

afbeelding binnen de regeling

7.5 Deelgebied Woongebied

WoongebiedDe gemeente bestaat uit vier woonkernen: Beuningen, Ewijk, Winssen en Weurt. Iedere kern heeft een historische dorpskern met eromheen nieuwere woonwijken.

Winssen is nog echt een karakteristiek dorp, met beperkte uitbreidingen en open ruimten voor weilanden of boomgaarden. De kerk is goed zichtbaar vanuit het omliggende landschap. In het dorp zijn basisvoorzieningen aanwezig.

Ewijk, Weurt en Beuningen zijn groter van omvang. Hier is een duidelijke functiescheiding, met een winkelgebied, woonwijken en bedrijventerreinen. De verschillende woonwijken zijn typerend voor de periode waarin ze zijn gebouwd.

In de kern Beuningen is veel groen en water in de vorm van grote groene zones. De kern ligt in de invloedssfeer van Nijmegen. Het centrum van Beuningen is compact. Dit is een kwaliteit. 

De uitbreidingswijken van Ewijk en Beuningen zijn dicht tegen elkaar aangegroeid, maar de sport/groenzone langs De Schoenaker is een belangrijke buffer. Deels liggen de wijken niet meer op de oeverwal, maar in het open kommengebied (buitengebied).

Weurt is een compacte woonkern en ligt in een dynamische omgeving met bedrijven- en haventerreinen. In Weurt-Noord is de oude karakteristieke dorpse bebouwing kenmerkend. In het dorp zijn de basisvoorzieningen aanwezig.

De kernen hebben een goed fietsnetwerk die aansluiten op het snelfietsnetwerk richting Druten en Nijmegen. Er zijn goede verkeers- en parkeervoorzieningen. In alle kernen zijn voldoende ontmoetingsmogelijkheden en (sport)verenigingen. In/bij alle kernen stopt een bus.
₊ Historische dorpskernen
₊ Monumenten en andere karakteristieke bebouwing
₊ Authentiek dorpskarakter Winssen, met beperkte uitbreidingen en open ruimten
₊ Overwegend ruim opgezette buurten
₊ Hoogwaardig fietsnetwerk
₊ Groenblauwe structuren

Houd rekening met

  • De waarden van de afzonderlijke kernen

afbeelding binnen de regeling

 

7.6 Deelgebied Bedrijventerrein

BedrijventerreinenEr zijn een aantal bedrijventerreinen in de gemeente: De Schoenaker, de Sluis en Aalsterveld. De bedrijventerreinen hebben elk hun eigen accenten. Vaak heeft zelfs elk perceel zijn eigen karakter.

De Schoenaker is geschikt voor middelgrote tot grote bedrijven in de maakindustrie, handel en logistiek. Het terrein biedt ruimte aan de zwaardere milieucategorieën. Het heeft een relatief ruim opgezette en groene structuur langs de wegen. Er is goede gebruikskwaliteit en verkeersstructuur. Het terrein is goed ontsloten (A73 en A50). Langs de snelweg liggen zichtlocaties.

De Sluis in Weurt is een binnenstedelijk bedrijventerrein. Hier is ruimte voor middelgrote en kleine bedrijven. Wel is hier weinig groen en een hoge bebouwingsdichtheid. Op dit terrein ligt een aantal opgaven op het vlak van inrichting ruimte en veiligheid. Zo vraagt de overgang naar de woonwijk aandacht. Dit terrein ligt tegen bedrijventerreinen in Nijmegen, waardoor het gunstig is gelegen voor werknemers, bewoners en afzetgebieden. Er liggen kansen voor stadsdistributie en kleinschalige, ambachtelijke bedrijven. De containerterminal van BCTN in de nabijheid maakt het terrein aantrekkelijk voor watergebonden bedrijven. De ARN (afvalverwerking) maakt onderdeel uit van De Sluis. Naast afvalverwerking wordt hier energie opgewekt (biogas en warmte).

Aalsterveld in Beuningen is kleinschalig. Het terrein ligt tegen de woonwijk aan. De ontsluiting op lokale hoofdwegen is goed. Hier is sprake van een mengeling van bedrijven, wonen en voorzieningen: een woonwerklandschap.
₊ Functionele inrichting
₊ Elk terrein een eigen karakter
₊ Ruime groene inrichting Schoenaker

Houd rekening met

  • De waarden van het gebied

8 Ik heb een plan

Als gemeente kunnen we deze Omgevingsvisie niet alleen waarmaken. We doen dit samen met onze inwoners. We willen u daarom uitnodigen tot initiatieven die passen in deze visie. Hoe u uw initiatief of plan kunt voorbereiden, staat in het stappenplan: ik heb een plan.

Als u een (bouw)plan heeft dat past in het omgevingsplan, dan hoeft u dit stappenplan niet te volgen. U kunt uw plan dan direct indienen via omgevingsloketonline.nl. Het omgevingsplan is het plan van de gemeente met algemene regels voor de fysieke leefomgeving , vergelijkbaar met het bestemmingsplan dat we nu kennen. Voor iedere locatie staat erin welke activiteiten worden toegestaan, bijvoorbeeld wonen, recreatie of
bedrijvigheid. Er staan regels in over welke ontwikkelingen zijn toegestaan en wat er beschermd moet worden. Het omgevingsplan vervangt onder andere het bestemmingsplan als de Omgevingswet in gaat op 1 juli 2022.

Het gaat hier verder om aanvragen die niet passen in het omgevingsplan.

Stappen om verder te komen met uw idee
Heeft u een plan of een initiatief dat u wil realiseren in de gemeente Beuningen? We helpen u graag op weg met dit stappenplan. Met uw plan kunt u een positieve bijdrage leveren aan uw leef- en werkomgeving. Onze grondhouding is ‘Ja, mits’. In het stappenplan leest u hoe dat in zijn werk gaat.

Uitgangspunten bij ontwikkelingen zijn altijd:

  • Denk vanuit wat mogelijk is: ‘ja, mits’.

  • Respecteer onze (landschappelijke) waarden.

  • Aanpak van ontwikkelingen zoveel mogelijk in afstemming met omwonenden.


Twee voorbeelden om het stappenplan te verduidelijken
Per stap hebben we twee voorbeelden uitgewerkt: van een zorgboerderij en van functieverandering van een agrarisch bedrijf naar een extra woning.

1. Functieverandering van een agrarisch bedrijf naar een extra woning in het kommengebied
Stel, u heeft een agrarisch bedrijf. U wil uw agrarische activiteiten afbouwen en in plaats daarvan een extra woning bouwen.

2. Zorgboerderij in het oeverwallengebied
Stel, u heeft een agrarisch bedrijf. Het idee van functies combineren spreekt u erg aan. U besluit om bij het bedrijf een zorgboerderij te starten met dagbesteding voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt.

afbeelding binnen de regeling

Ik heb een plan: stap 1

Past uw idee in het omgevingsplan? Dan hoeft u dit stappenplan niet te volgen. U kunt controleren of uw idee in het omgevingsplan past op Regels op de kaart - Omgevingswet - Regels op de kaart - Omgevingsloket (overheid.nl)  
Als het past, kunt u uw plan direct indienen via Aanvraag of melding indienen - Aanvragen - Omgevingsloket (overheid.nl) 
Past het niet in het omgevingsplan? Ga dan verder naar stap 2.

Ik heb een plan: stap 2

Kan uw plan de kwaliteiten van de gemeente versterken?
Onze gemeente heeft veel kwaliteiten die we willen behouden en versterken. We vinden het daarom belangrijk dat plannen passen bij de kwaliteiten van een gebied. Deze kwaliteiten kunt u vinden in de   beschrijvingen bij de waardenkaart. Daar vindt u voor uw locatie de belangrijkste kwaliteiten. Ook ziet u waar u in de uitwerking van uw idee rekening mee moet houden. Uw plan kan deze kwaliteiten   ver[1]sterken. De kwaliteiten geven ook mogelijkheden om uw idee beter te maken. Als u nog geen locatie hebt, kunnen de waardenkaart en de beschrijvingen u helpen een geschikte plek te vinden. Als u rekening houdt met deze kwaliteiten of als uw plan deze kwaliteiten versterkt, heeft uw idee of plan grotere kans van slagen.

Voorbeelden

1. Functieverandering van agrarisch bedrijf naar een extra woning in het kommengebied
Stel, u heeft een agrarisch bedrijf. U wil uw agrarische activiteiten afbouwen en in plaats daarvan een extra woning bouwen.

U moet dan rekening houden met het landschappelijke karakter in de omgeving van uw perceel. De waardenkaart geeft voor het deelgebied ‘Kommen’ aan dat de gemeente de grootschaligheid en openheid wil behouden. Daarnaast is het een waardevol agrarisch gebied, waardoor agrarische bedrijven niet beperkt mogen worden door nieuwe woningen. Her en der liggen groene eilanden van agrarische erven.
Ontwikkeling van een woning is wat betreft de waardenkaart onder voorwaarden mogelijk, mits de agrarische bedrijven niet worden beperkt en binnen het huidige erf wordt gebouwd. Echter, de   functiewijziging moet ook passen in de speerpunten en opgaven van deze omgevingsvisie. Ga daarvoor naar stap 3.

2. Zorgboerderij in het oeverwallengebied
Stel, u heeft een agrarisch bedrijf en wenst de agrarische functie te combineren met een zorgfunctie.

U moet dan rekening houden met het landschappelijke karakter in de omgeving van uw perceel. De waardenkaart geeft voor het deelgebied ‘Oeverwallen’ aan dat de gemeente het kleinschalig landschap in onregelmatige patronen, waarin weilanden worden afgewisseld met fruitboomgaarden, bebouwingslinten en dorpen waardevol vindt en wil behouden.

Ontwikkeling van een zorgboerderij is wat betreft de waardenkaart onder voorwaarden mogelijk, mits het passend is bij waarden als de kleinschaligheid van het gebied. Kleinschalige initiatieven zijn daarmee beter inpasbaar dan grootschalige plannen. Echter, de functiewijziging moet ook passen in de speerpunten en opgaven van deze omgevingsvisie. Ga daarvoor naar stap 3

 

Ik heb een plan: stap 3 

Draagt uw idee bij aan wat wij willen? 
In de Omgevingsvisie staan 13 speerpunten. Deze speerpunten laten zien waar we ons de komende jaren op willen richten. Het zijn punten die voor iedereen van belang zijn om ook in de toekomst fijn en veilig te kunnen blijven wonen, leven en ondernemen in onze gemeente. Per speerpunt hebben we concrete opgaven geformuleerd. Kijk of uw idee aansluit bij een of meerdere speerpunten of de opgaven daarbinnen. Dat maakt uw idee steviger en meer toekomstgericht. 

De opgaven hebben we ook gebiedsgericht uitgewerkt. Dat staat op onze visiekaart. Per deelgebied hebben we de gebiedsgerichte opgaven geformuleerd. Kijk of uw idee aansluit bij de gebiedsgerichte opgaven. Dat maakt uw plan kansrijker. 

Voorbeelden 
1. Functieverandering van agrarisch bedrijf naar een extra woning in het kommengebied 
Stel, u heeft een agrarisch bedrijf. U wil uw agrarische activiteiten afbouwen en in plaats daarvan een extra woning bouwen. 

Kijk in de speerpunten of uw initiatief past bij de speerpunten of de opgaven daarbinnen. Een speerpunt is bijvoorbeeld het behouden van de agrarische functie als drager van het land schap in het buitengebied (in combinatie met natuur, recreatie en wonen). Daarbij wil de gemeente ruimte bieden aan functieverandering binnen (ruimtelijke) randvoorwaarden. 

Aangezien uw perceel in het kommengebied ligt, kijkt u ook naar de gebiedsgerichte opgaven voor de kommen. In de gebiedsgerichte opgaven staat dat we de grootschalige agrarische functies willen behouden. Nieuwe woningen of andere gevoelige functies mogen de agrarische bedrijvigheid niet beperken. Nieuwe functies zijn mogelijk in combinatie met bestaande agrarische functies (functieverbreding van het agrarische bedrijf) of als functieverandering van een voormalig agrarisch bouwperceel. Kortom: functieverandering is onder voorwaarden mogelijk. 

2. Zorgboerderij in het oeverwallengebied 
Stel, u heeft een agrarisch bedrijf en wenst de agrarische functie te combineren met een zorgfunctie. 

U kijkt of uw initiatief past binnen de speerpunten. Bij de nevenfunctie zorgboerderij is het speerpunt van het behouden van de agrarische functie als drager van het landschap in het buitengebied (in combinatie met natuur, recreatie en wonen) van belang. Daarbij is aangegeven dat een nevenfunctie mogelijk is als verbreding van het agrarische bedrijf. Daarnaast stelt de gemeente dat zorgvoorzieningen toegankelijk en bereikbaar moeten zijn. Een combinatie van deze speerpunten past bij het opzetten van een zorgboerderij. 

Aangezien uw perceel zich op de oeverwallen bevindt, kijkt u ook naar de gebiedsgerichte opgaven voor de oeverwallen. Daarin staat bijvoorbeeld: ‘Ook op de Oeverwallen staat behoud van het huidige kleinschalige waardevolle landschap centraal. Ontwikkelingen zijn mogelijk, maar alleen met als uitgangspunt de waarden van het gebied. Een daadwerkelijke toename van de bebouwing voorzien we niet. Tegen de kernen zijn wel bepaalde ontwikkelingen mogelijk. We willen de landschappelijke kwaliteiten behouden en versterken. We behouden de mix van functies, waarbij we functieverandering en functieverbreding mogelijk maken. Dit moet bijdragen aan recreatie en toerisme en behoud en versterking van de bestaande functies.’ 
Uw initiatief van de zorgboerderij als nevenactiviteit bij een agrarisch bedrijf op de oeverwallen sluit aan bij functieverbreding van de agrarische functie in het gebied.

Ik heb een plan: stap 4

Heeft u uw initiatief besproken en afgestemd met uw buren? 

Praat met uw buren, de mensen in de straat, dorp of anderen over uw idee. Uw idee kan voor hen iets te betekenen hebben. Vertel ze wat u wilt en waarom. Vraag wat ze ervan vinden en waarom. Kijk of het mogelijk is om hun wensen en belangen mee te nemen bij de uitwerking van uw idee tot een plan. Een plan met meerdere doelen kan vaak rekenen op meer steun. Bovendien kan het zelfs zo zijn dat kosten kunnen worden gedeeld. Het liefst ontvangen we een schriftelijk verslag van de resultaten van de participatie. Op vindt u meer informatie hierover. 

Voorbeelden 
1. Functieverandering van agrarisch bedrijf naar een extra woning in het kommengebied 
Stel, u heeft een agrarisch bedrijf. U wil uw agrarische activiteiten afbouwen en in plaats daarvan een extra woning bouwen. 

Als initiatiefnemer overlegt u met de mensen die in de buurt van het bedrijf wonen. Welke gevolgen heeft de functieverandering voor de agrarische buurman? Zijn er meer buren die een woning willen realiseren in de omgeving? Is een samenwerking mogelijk? 

2. Zorgboerderij in het oeverwallengebied 
Stel, u heeft een agrarisch bedrijf en wenst de agrarische functie te combineren met een zorgfunctie. 

Als initiatiefnemer van het plan overlegt u met uw buren waarom het een goed plan is om een zorgboerderij te beginnen. U kunt ook ideeën en belangen van de omgeving meenemen in de uiteindelijke beslissing om een zorgboerderij te beginnen. Lokale producten kunnen bijvoorbeeld worden verwerkt in de maaltijden of het biedt werkgelegenheid in de directe omgeving.

Ik heb een plan: stap 5

Heeft u de vorige stappen doorlopen? In Nederland gelden wetten en regels, waar we niet omheen kunnen. Deze gaan bijvoorbeeld over natuur en milieu. Het is belangrijk dat uw plan 
past in een goede leefomgeving en voldoet aan de basisnormen op het gebied van veiligheid, gezondheid en milieu. Op uw plan kunnen ook regels van toepassing zijn die te maken heb ben met veiligheid of milieuhinder. Het gaat dan ook milieuaspecten als externe veiligheid, geluid, bodemkwaliteit, ecologie, archeologie, gezondheid, verkeer, parkeren waterkwaliteit 
en -kwantiteit en waterveiligheid. We gaan kijken of dergelijke wetten in uw geval gelden en hoe u daarop kunt inspelen.

De gemeente adviseert u graag over de wet- en regelgeving en het verdere proces.
Ga hiervoor naar: Bouwen en verbouwen | Gemeente Beuningen

9 Monitoring Omgevingsvisie

De Omgevingsvisie gaat over de toekomst van onze gemeente. Daarbij kijken we naar de ver re toekomst (2040), maar ook naar de toekomst dichterbij. Wat kunnen we binnen nu en vijf 
jaar al aanpakken, zodat het bijdraagt aan het einddoel dat we voor 2040 hebben gesteld?

Op dit moment kunnen we nog niet alles voorzien: de toekomst is onbekend. De Omgevingsvisie is dan ook een toekomstbeeld gebaseerd op de kennis van nu.

Aangezien de toekomst onbekend is en onze behoeften en inzichten zich continu ontwikkelen, is het belangrijk dat we de Omgevingsvisie hierop kunnen bijstellen. Dit doen we door tenminste eens in de vijf jaar de inhoud van de Omgevingsvisie te toetsen aan de actualiteit. Als het nodig is, passen we op deze momenten de Omgevingsvisie geheel of gedeeltelijk aan.

10 Hoe gaan we om met ons milieu?

In Beuningen hebben we een duurzaamheidsbeleid dat tot uiting komt in ‘Energiek Beuningen’. We willen in 2040 energieneutraal zijn. We wekken dan net zo veel duurzame energie op als in de hele gemeente wordt gebruikt. We werken daarin samen met inwoners, bedrijven en professionals aan verschillende concrete activiteiten. Aan klimaatadaptatie werken we zoveel mogelijk via de openbare ruimte. Onze aanpak maakt deel uit van ons bestaand beleid. Qua waterhuiskundige maatregelen komt dit terug in het riool en waterbeleid waarbij we zoveel mogelijk gescheiden inzamelen (afkoppelen). Qua groen zorgen we bij ontwikkelingen zoveel mogelijk voor openbaar groen (10-puntenplan, minimaal 100 m² openbaar groen per woning) en bij reconstructies zorgen we er voor dat robuust groen wordt toegevoegd. Verder analyseren we hittestress en wateroverlast en passen onze plannen daarop aan.

Voor deze Omgevingsvisie is geen milieueffectrapportage (m.e.r.) gemaakt omdat de visie het bestaande beleid voortzet. We wijzen geen nieuwe locaties aan voor ruimtelijke ontwikkelingen en daarom is het doorlopen van een m.e.r.-procedure niet nodig. Wel wijzen we zoeklocaties aan voor woningbouw, maar deze worden nog nader onderzocht en uitgewerkt. Hierdoor zijn ze nog niet m.e.r.-plichtig. Er zijn ook geen aanwijsbare m.e.r.-(beoordelings)plichtige besluiten opgenomen.

De Omgevingsvisie gaat uit van ‘uitnodigingsplanologie’. In plaats van aan te geven wat op welke plaats mogelijk is, geeft de Omgevingsvisie een kader voor nieuwe ontwikkelingen. De speer-punten uit deze Omgevingsvisie zijn nog abstract. Daardoor zijn de milieueffecten daarvan niet goed in te schatten.

Wel houdt de visie rekening met het voorzorgsbeginsel, het beginsel van preventief handelen, het beginsel dat milieuaantastingen bij voorrang aan de bron moeten worden bestreden en het beginsel dat de vervuiler betaalt.

Dit zijn de beginselen die ook ten grondslag liggen aan de Omgevingswet.

 

Voorzorgsbeginsel

Als het risico op ernstige schade aan de fysieke leefomgeving niet kan worden 
uitgesloten, dan nemen we maatregelen om mens en omgeving te beschermen
tegen die risico's.

Beginsel van preventief handelen

Voorkomen is beter dan genezen. We willen negatieve effecten op het milieu en 
de fysieke leefomgeving vooraf voorkomen.

Beginsel dat milieuaantastingen bij voorrang aan de 
bron moeten worden bestreden

Eerst onderzoeken we maatregelen aan de overlast veroorzakende bron, voor-
dat we kijken naar maatregelen bij de ontvanger.

Beginsel dat de vervuiler betaalt

Degene die de schade aan de fysieke leefomgeving veroorzaakt, is verantwoor-
delijk voor de kosten van het voorkomen, beperken of opheffen van de schade.

 

11 Hoe gaat de gemeente om met kosten?

De Omgevingsvisie schetst de ruimtelijke ambitie van de gemeente tot 2040. De wijze van uitvoering wordt opgenomen in de Omgevingsprogramma’s en/of uitvoeringsparagraaf en geven aan op welke wijze we invulling gaan geven aan de ambities.

Het is niet mogelijk om in de Omgevingsvisie exact te benoemen welke ambities we de ko mende twintig jaar gaan realiseren en welke financiële impact deze ambities hebben. Na de vaststelling van de Omgevingsvisie stellen we een Nota Kostenverhaal vast. De Nota Kosten verhaal is onderdeel van het gemeentelijk omgevingsbeleid. In deze nota beschrijven we het omgevingsbeleid en lichten we toe hoe het kostenverhaal, als instrument van het grondbeleid, bijdraagt aan het realiseren van de doelstellingen van het beleid. De Nota Kostenverhaal geeft inzicht in de projectenlijst – gebaseerd op de omgevingsprogramma’s – en wordt periodiek geactualiseerd op basis van de meest actuele inzichten en ontwikkelingen.

Het is van belang dat zowel de omgevingsprogramma’s en projecten als fysieke maatregelen met een positief als negatief resultaat kunnen worden uitgevoerd. Uitsluitend realisatie van een programma voor de markt met winstdoelstelling geniet niet de voorkeur. Winstgevende projecten dragen bij aan projecten waar we geen positief financieel resultaat kunnen behalen, maar die wel maatschappelijke meerwaarde hebben. 

De omgevingsprogramma’s, projecten en fysieke maatregelen kunnen worden onderverdeeld in drie categorieën investering en kosten. In figuur 1 zijn deze schematisch weergegeven.

afbeelding binnen de regeling

Hoe gaat de gemeente om met kosten?

Gebiedseigen kosten zijn kosten die worden gemaakt ten gunste van één ontwikkeling. In 
de praktijk is vaak de relatie tussen kosten en opbrengsten gemakkelijk te herleiden. Deze 
kosten worden veelal gemaakt door de initiatiefnemer(s). Als de kosten worden gemaakt 
door de gemeente, dan zijn deze te verhalen met een anterieure overeenkomst, dan wel een 
kostenverhaalsbeschikking.

Bovenwijkse voorzieningen – zijn net als gebiedseigen kosten – toerekenbaar aan het kostenverhaalsgebied. Hier vindt echter wel de afweging plaats op basis van de criteria profijt, toerekenbaarheid en proportionaliteit. Dit betekent dat de kosten worden toegerekend als ze proportioneel zijn en in verhouding staan tot het profijt dat het kostenverhaalsgebied heeft van de fysieke maatregel.

Bovenplanse kosten en Bijdrage Ruimtelijke Ontwikkelingen zijn kosten die in de Wro benoemd zijn. Met intreding van de Omgevingsweg en Aanvullingswet Grondeigendom worden deze kosten geïntegreerd in ‘Financiële bijdrage ruimtelijk ontwikkeling’. Deze financiële bijdrage heeft betrekking op de kwaliteit van de fysieke leefomgeving en wordt verhaald als: 

  • De functionele samenhang tussen de fysieke maatregel en de beoogde ontwikkeling is aangetoond.

  • De bekostiging van de fysieke maatregel niet anderszins is verzekerd.

  • De meerwaardecreatie van de beoogde ontwikkeling het toelaat om de kosten te verhalen.


De functionele samenhang tussen fysieke maatregel en beoogde ontwikkeling/ambitie moet worden onderbouwd in de Omgevingsvisie en/of de omgevingsprogramma’s.

Na vaststelling van de Omgevingsvisie en bijbehorende programma’s wordt de Nota Kosten verhaal geactualiseerd naar de actuele inzichten en ontwikkelingen in de gemeente. In deze Nota wordt dan ook de verdeelsleutel van de desbetreffende maatregelen in relatie tot de beoogde ontwikkelingen onderbouwd.

12 Op te stellen programma’s

Programma’s die binnen het kader van de Omgevingsvisie worden opgesteld:

  • De Omgevingsvisie en de Woonvisie laten zien dat er binnen de gemeente behoefte is aan woningen. Hiervoor zijn zoeklocaties voor woningbouw aangewezen. In het programma Woningbouw is dit verder uitgewerkt.

  • Omgevingsprogramma Recreatie en Toerisme buitengebieden.

 

afbeelding binnen de regeling

Bijlage I Overzicht Informatieobjecten

Bijlage II Overzicht Documentenbijlagen