Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR729106
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR729106/1
Marktverordening Terneuzen 2025
Geldend van 01-01-2025 t/m heden
Intitulé
Marktverordening Terneuzen 2025Besluit van de raad van de gemeente Terneuzen tot vaststelling van de Marktverordening gemeente Terneuzen 2025
De raad van de gemeente Terneuzen
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van [datum en nummer];
gelet op artikel 149 van de Gemeentewet;
gezien het advies van de commissies Omgeving
Besluit vast te stellen de volgende verordening:
Paragraaf 1. Algemene bepalingen
Artikel 1. Toepassingsgebied
Deze verordening is van toepassing op door burgemeester en wethouders ingestelde reguliere warenmarkten.
Artikel 2. Definities
In deze verordening wordt verstaan onder:
a. markt: door burgemeester en wethouders ingestelde reguliere warenmarkt;
b. marktvergunning: vaste standplaats-, dagplaats of standwerkvergunning;
c. standplaats: ruimte die voor de duur van de markt beschikbaar is voor houders van een marktvergunning;
d. dagplaats: standplaats die beschikbaar is voor houders van een dagplaatsvergunning;
e. dagplaatsvergunning: vergunning voor de duur van een dag voor het op de markt bedrijven van handel;
f. standwerkplaats: standplaats die beschikbaar is voor houders van een standwerkvergunning;
g. standwerkvergunning: vergunning voor de duur van een dag voor het op de markt om zich heen verzamelen van publiek, om door een aansprekende uiteenzetting te proberen het publiek over te halen om artikelen te kopen;
h. vaste standplaats: standplaats die beschikbaar is voor houders van een vaste- standplaatsvergunning;
i. vaste-standplaatsvergunning: vergunning voor de duur van 15 jaar voor het op de markt bedrijven van handel.
Artikel 3. Inrichtingsplan
Burgemeester en wethouders stellen een inrichtingsplan voor elke markt vast, met daarin in ieder geval:
De dagen en uren de markt wordt gehouden;
De verdeelprocedure die zij toepassen bij de verlening van vaste-standplaatsvergunningen.
Op de kaart van de markt zijn aangegeven:
De grenzen van de markt
Artikel 4. Vergunningplicht
1. Het is verboden op een markt een standplaats in te nemen zonder marktvergunning.
2. Burgemeester en wethouders verlenen alleen een vergunning aan een handelingsbekwame natuurlijke persoon die gerechtigd is in Nederland arbeid te verrichten.
Artikel 5. Voorschriften en beperkingen
1. Burgemeester en wethouders kunnen voorschriften en beperkingen verbinden aan een marktvergunning.
2. De vergunninghouder is verplicht de aan de vergunning verbonden voorschriften en beperkingen na te leven.
Artikel 6 Nadere regels
Het college is bevoegd nadere regels te stellen betreffende het bepaalde in deze verordening.
Artikel 7 Marktcommissie
1. Het college kan een marktcommissie instellen die tot taak heeft het college te adviseren omtrent zaken op de markt.
2. Het college kan nadere regels stellen met betrekking tot de samenstelling en de werkwijze van de marktcommissie.
Artikel 8. Mandaatverboden
1. De bevoegdheid tot het vaststellen of wijzigen van een inrichtingsplan wordt niet gemandateerd.
2. De bevoegdheid tot het verlenen of intrekken van een vaste-standplaatsvergunning wordt niet gemandateerd aan de marktmeester.
Paragraaf 2. Verdeelprocedures beschikbare marktvergunningen
Artikel 9. Verdeling beschikbare vaste-standplaatsvergunning
1. Burgemeester en wethouders leggen in het inrichtingsplan vast of zij de verdeelprocedure van artikel 11 dan wel artikel 12 toepassen bij het beschikbaar komen van een vaste- standplaatsvergunning.
Artikel 10. Verlenging na afroep
1. Bij het beschikbaar komen van een vaste-standplaatsvergunning vanwege het einde van de vergunningsduur kunnen burgemeester en wethouders de procedure van verlenging na afroep toepassen, als voldoende aannemelijk is dat er naast de betreffende vergunninghouder geen andere gegadigden voor deze vergunning zijn.
2. Bij de verlenging na afroep maken burgemeester en wethouders acht weken voor het einde van de duur van de vaste-standplaatsvergunning door een openbare kennisgeving in het vakblad en op de gemeente website bekend dat deze vergunning beschikbaar komt voor de duur van 15 jaar.
3. Bij deze openbare kennisgeving worden gegadigden uitgenodigd om hun belangstelling voor de vaste-standplaatsvergunning binnen vier weken na de kennisgeving kenbaar te maken op de door burgemeester en wethouders aangegeven wijze.
4. Als binnen de gestelde termijn alleen de betreffende vergunninghouder belangstelling kenbaar heeft gemaakt en is voldaan aan het bij of krachtens deze verordening bepaalde, verlengen burgemeester en wethouders zijn vaste-standplaatsvergunning met de in het tweede lid genoemde duur.
5. Als binnen de gestelde termijn naast de betreffende vergunninghouder ook een of meer andere gegadigden belangstelling kenbaar hebben gemaakt, wordt de vergunning niet verlengd. In dat geval passen burgemeester en wethouders de in het inrichtingsplan vastgelegde procedure van de artikelen 11 of 12 toe, met uitzondering van het tweede lid van deze artikelen.
6. In het in het vijfde lid bedoelde geval stellen burgemeester en wethouders de gegadigden ervan in kennis dat de procedure van de artikelen 11 of 12 wordt toegepast en dat zij vóór de door burgemeester en wethouders genoemde datum een aanvraag kunnen indienen.
Artikel 11. Verdeling vaste-standplaatsvergunning via selectie
1. Bij het beschikbaar komen van een vaste-standplaatsvergunning kunnen burgemeester en wethouders deze verdelen via selectie.
2. Bij de verdeling via selectie maken burgemeester en wethouders door een openbare kennisgeving in het vakblad en op de gemeentewebsite bekend dat de vaste-standplaatsvergunning op de duur van 15 jaar beschikbaar komt, voor welke branche of artikelgroep deze vergunning wordt verleend en dat gegadigden vóór de in de kennisgeving genoemde datum een aanvraag kunnen indienen.
3. Als een aanvraag vóór de indieningsdatum is ingediend maar onvolledig is, krijgt de aanvrager een termijn van twee weken om zijn aanvraag aan te vullen. Als er meer onvolledige aanvragen zijn, wordt de betreffende aanvragers op dezelfde dag mededeling gedaan van de gelegenheid om hun aanvraag aan te vullen.
4. Uitsluitend volledige aanvragen die tijdig zijn ingediend en waarbij is voldaan aan het bij of krachtens deze verordening bepaalde, komen voor beoordeling als bedoeld in het vijfde lid in aanmerking.
5. Bij de beoordeling van de aanvragen kennen burgemeester en wethouders punten toe aan de hand van de volgende criteria en tot het daarbij vermelde maximumaantal, hierbij moet onder lid 5a een minimum van 7 punten worden gehaald om de procedure verder te doorlopen:
a. het assortiment van de gegadigde vormt een gewenste toevoeging aan het marktassortiment (10 punten);
b. de kwaliteit van de uitstraling van de uitstalling van de gegadigde (5 punten);
c. de kennis, ervaring en eventuele opleiding van de gegadigde met betrekking tot het marktassortiment (5 punten);
d. het maatschappelijk verantwoord ondernemen door de gegadigde (5 punten);
e. het consumentvriendelijk ondernemen door de gegadigde (5 punten);
6. Burgemeester en wethouders verlenen de vaste-standplaatsvergunning aan de gegadigde met het op basis van de beoordeling hoogste aantal punten.
7. Als meer gegadigden hetzelfde aantal punten krijgen toegekend, vindt de verdeling van de vergunning tussen hen plaats via loting door middel van een trekking, waarvoor zij worden uitgenodigd en in aanwezigheid van een door burgemeester en wethouders aangewezen notaris. De aangewezen notaris is verantwoordelijk voor de loting.
Artikel 12. Verdeling vaste-standplaatsvergunning via loting
1. Bij het beschikbaar komen van een vaste-standplaatsvergunning kunnen burgemeester en
wethouders deze verdelen via loting.
2. Bij de verdeling via loting maken burgemeester en wethouders door een openbare kennisgeving in het vakblad en gemeentewebsite bekend dat de vaste-standplaatsvergunning voor de duur van 15
jaar beschikbaar komt voor welke branche of artikelgroep deze vergunning wordt verleend en dat gegadigden vóór de in de kennisgeving genoemde datum een aanvraag kunnen indienen.
3. Als een aanvraag vóór de indieningsdatum is ingediend maar onvolledig is, krijgt de aanvrager een
termijn van twee weken om zijn aanvraag aan te vullen. Als er meer onvolledige aanvragen zijn, wordt de betreffende aanvragers op dezelfde dag mededeling gedaan van de gelegenheid om hun aanvraag aan te vullen.
4. Uitsluitend volledige aanvragen die tijdig zijn ingediend en waarbij is voldaan aan het bij of krachtens deze verordening bepaalde, krijgen een lotnummer.
5. De loting vindt plaats door middel van een trekking, waarvoor de aanvragers met een lotnummer worden uitgenodigd en in aanwezigheid van een door burgemeester en wethouders aangewezen notaris. De aangewezen notaris is verantwoordelijk voor de loting.
6. Burgermeester en wethouders verlenen de vaste-standplaatsvergunningen op basis van de rangschikking die volgt uit de trekking.
Artikel 13. Verdeling beschikbare dagplaatsvergunningen
Burgemeester en wethouders verdelen de beschikbare dagplaatsvergunningen die per branche of artikelgroep beschikbaar zijn. Aanvragers die een nog niet op de markt verkrijgbaar artikel of artikelgroep wensen te verkopen, hebben daarbij voorrang.
Artikel 14. Verdeling beschikbare standwerkvergunningen
Burgemeester en wethouder verdelen de beschikbare standwerkvergunningen op volgorde van ontvangst van de toewijsbare aanvragen die per branche of artikelgroep beschikbaar zijn. Aanvragers die een nog niet op de markt verkrijgbaar artikel of artikelgroep wensen te verkopen, hebben daarbij voorrang.
Paragraaf 3. Vaste-standplaatsvergunning
Artikel 15. Algemene bepalingen vaste-standplaatsvergunning
- 1.
Burgemeester en wethouders kunnen een vaste-standplaatsvergunning verlenen voor de duur van 15 jaar.
- 2.
Burgemeester en wethouders kunnen in bijzondere gevallen tijdelijk een andere standplaats aanwijzen.
- 3.
Een vaste-standplaatsvergunning is niet overdraagbaar.
- 4.
De vergunninghouder kan zich laten bijstaan door een of meer personen.
Artikel 16. Overschrijven vaste-standplaatsvergunning
1. Als de vergunninghouder niet langer zelf van de vaste-standplaatsvergunning wil gebruikmaken, overleden is of onder curatele gesteld is, kunnen burgemeester en wethouders op aanvraag van de vergunninghouder, zijn erven of curator de vergunning overschrijven op naam van zijn echtgenoot, geregistreerde partner of andere persoon met wie hij duurzaam samenwoont of samenwoonde, of zijn kind. Als de over te schrijven vergunning is verleend met inachtneming van de verdeelprocedure van artikel 11, kan overschrijving alleen gebeuren als in dezelfde mate wordt voldaan aan de criteria, genoemd in artikel 11, vijfde lid. Als de over te schrijven vergunning is verleend voor een branche of artikelgroep, kan overschrijving alleen gebeuren voor die branche of artikelgroep.
2. Als de in het eerste lid bedoelde overschrijving niet kan worden gedaan, kunnen burgemeester en wethouders de vaste-standplaatsvergunning op aanvraag van de vergunninghouder, zijn erven of curator overschrijven op naam van een medewerker van de vergunninghouder of een mede-eigenaar van diens bedrijf als deze ten minste een jaar in loondienst heeft gewerkt bij de vergunninghouder of heeft gefunctioneerd als mede-eigenaar. Als de over te schrijven vergunning is verleend met inachtneming van de verdeelprocedure van artikel 11, kan overschrijving alleen gebeuren als in dezelfde mate wordt voldaan aan de criteria genoemd in artikel 11, vijfde lid. Als de over te schrijven vergunning is verleend voor een branche of artikelgroep, kan overschrijving alleen gebeuren voor die branche of artikelgroep.
3. De overschrijving van de vaste-standplaatsvergunning geldt voor de resterende vergunningsduur. Na het einde van de duur van de vergunning komt deze beschikbaar voor verdeling volgens de in het inrichtingsplan vastgelegde verdeelprocedure van de artikelen 11 of 12.
4. In geval van overlijden of ondercuratelestelling van de vergunninghouder wordt de aanvraag tot overschrijving binnen twee maanden nadien ingediend.
5. Burgemeester en wethouders wijzen de aanvraag tot overschrijving af als niet wordt voldaan aan het bij of krachtens deze verordening bepaalde.
6. Als de nieuwe vergunninghouder al over een vaste-standplaatsvergunning voor de betrokken markt beschikt, kunnen burgemeester en wethouders deze intrekken.
Artikel 17. Intrekking en vervallen vaste-standplaatsvergunning
1. Burgemeester en wethouders trekken de vaste-standplaatsvergunning in:
a. op schriftelijke aanvraag van de vergunninghouder; of
b. twee maanden na diens overlijden of ondercuratelestelling, tenzij overeenkomstig artikel 16 een aanvraag tot overschrijving is ingediend.
2. Burgemeester en wethouders kunnen de vaste-standplaatsvergunning intrekken als:
a. de vergunninghouder ter verkrijging van de vergunning onjuiste of onvolledige gegevens heeft verstrekt;
b. de vergunninghouder, degene die hem vervangt of een persoon die hem bijstaat zich op de markt schuldig heeft gemaakt aan wangedrag of bedrog of het bij of krachtens deze verordening bepaalde heeft overtreden;
c. van de vergunning gedurende ten minste twee maanden geen gebruik is gemaakt;
d. de vergunninghouder niet of niet tijdig het verschuldigde marktgeld voldoet dat wordt geheven op grond van artikel 229 van de Gemeentewet; of
e. de aan de vergunning verbonden voorschriften of beperkingen niet zijn of worden nageleefd.
3. Als de in het tweede lid bedoelde intrekking voor bepaalde tijd is, kunnen burgemeester en wethouders bepalen dat de op de vaste-standplaatsvergunning vermelde vaste standplaats tijdelijk vervalt.
Artikel 18. Persoonlijk innemen vaste standplaats; vervanging
1. De vergunninghouder of een medewerker in dienst bij de vergunninghouder neemt de op de vaste-
standplaatsvergunning vermelde standplaats persoonlijk in.
2. In geval van vakantie of bijzondere omstandigheden kunnen burgemeester en wethouders erin toestemmen dat een vervanger de standplaats inneemt. Een aanvraag om toestemming vermeldt de reden en verwachte duur van de afwezigheid van de vergunninghouder en de naam van de beoogde vervanger.
3. De medewerker treedt op namens de vergunninghouder en handelt namens de vergunninghouder. Het bepaalde in de Marktverordening gemeente Terneuzen is van overeenkomstige toepassing op de medewerker. Alle handelingen van de medewerker op de markt worden aan de vergunninghouder toegerekend. De vergunninghouder blijft, ook bij een medewerker, altijd verantwoordelijk voor het gebruik van de standplaats..
Artikel 19. Plaatsverandering na beschikbaar komen vaste standplaats
1. Als een vaste standplaats beschikbaar komt voor het einde van de duur van de vaste- standplaatsvergunning, kan de marktmeester deze standplaats voor de resterende vergunningsduur toewijzen aan een houder van een vaste-standplaatsvergunning op de betrokken markt. De toewijzing gebeurt op aanvraag.
2. Als meerdere aanvragen zijn ingediend voor plaatsverandering, wijst de marktmeester de vaste standplaats toe.
Paragraaf 4. Dagplaats en standwerkvergunning
Artikel 20. Dagplaatsvergunning
1. Burgemeester en wethouders kunnen een dagplaatsvergunning verlenen voor de duur van een dag, voor de op de vergunning vermelde dagplaats of voor het innemen van een vaste standplaats, wanneer die niet is ingenomen door de houder van de vaste-standplaatsvergunning of zijn rechtmatige vervanger.
2. Voor een dagplaatsvergunning komen in aanmerking de gegadigden die op de marktdag vóór de aanvang van de markttijd bij de marktmeester een toewijsbare aanvraag om een dagplaatsvergunning hebben ingediend, mits zij voldoen aan een geldend branche- of artikelgroepvereiste, aan wie gedurende de voorafgaande periode van vier weken niet vaker dan een keer een standwerkvergunning is verleend.
3. Burgemeester en wethouders weigeren een dagplaatsvergunning als de aanvrager op een of meer van de voorafgaande vier marktdagen:
a. zich op de markt schuldig heeft gemaakt aan wangedrag of bedrog of het bij of krachtens deze verordening bepaalde heeft overtreden; of
b. niet of niet tijdig het verschuldigde marktgeld heeft voldaan dat wordt geheven op grond van artikel 229 van de Gemeentewet.
4. Burgemeester en wethouders kunnen een dagplaatsvergunning weigeren wanneer de aanvrager eerder een vaste-standplaatsvergunning had die niet langer dan een jaar geleden is ingetrokken.
5. Een dagplaatsvergunning is niet overdraagbaar en de vergunninghouder kan zich niet laten vervangen.
6. De vergunninghouder kan zich laten bijstaan door een of meer personen.
Artikel 21. Standwerkvergunning
1. Burgemeester en wethouders kunnen een standwerkvergunning verlenen voor de duur van een dag, voor de op de vergunning vermelde standwerkplaats en artikelen.
2. Voor een standwerkvergunning komen in aanmerking de gegadigden die op de marktdag vóór de aanvang van de markttijd bij de marktmeester een toewijsbare aanvraag om een standwerkvergunning hebben ingediend, mits zij voldoen aan een geldend branche- of artikelgroepvereiste, en aan wie gedurende de voorafgaande periode van vier weken niet vaker dan een keer een standwerkvergunning is verleend.
3. Burgemeester en wethouders weigeren een standwerkvergunning als de aanvrager op een of meer van de voorafgaande vier marktdagen:
a. zich op de markt schuldig heeft gemaakt aan wangedrag of aan bedrog of het bij of krachtens deze verordening bepaalde heeft overtreden; of
b. niet of niet tijdig het verschuldigde marktgeld heeft voldaan dat wordt geheven op grond van artikel 229 van de Gemeentewet.
4. Een standwerkvergunning is niet overdraagbaar en de vergunninghouder kan zich niet laten vervangen.
5. De vergunninghouder kan zich laten bijstaan door een of meer personen.
Paragraaf 5. Algemene bepalingen voor vergunninghouders
Artikel 22. Toonplicht vergunning of toestemming
Degene die een standplaats inneemt of wil innemen is op eerste verzoek van een toezichthouder verplicht aan te tonen dat hij daartoe gerechtigd is.
Artikel 23. Markttijden in acht nemen
1. Het is verboden meer dan twee uur voor de aanvang en meer dan twee uur na afloop van de markt op welke wijze dan ook ruimte in te (doen) nemen op het marktterrein, of goederen aan of af te (laten) voeren.
2. De vergunninghouder neemt zijn standplaats in tot de sluitingstijd van de markt, behoudens door burgemeester en wethouders verleende ontheffing.
3. Burgemeester en wethouders kunnen aan de ontheffing voorschriften en beperkingen verbinden ter bescherming van het belang of de belangen in verband waarmee de ontheffing is vereist. De houder van de ontheffing is verplicht de aan de ontheffing verbonden voorschriften en beperkingen na te leven.
Artikel 24. Marktterrein schoonhouden
1. De vergunninghouder is verplicht afval, waaronder verpakkingsmateriaal, dat op zijn standplaats vrijkomt tijdens de door hem bedreven handel zodanig te bewaren dat het marktterrein daardoor niet wordt verontreinigd en het afval niet door onbevoegden kan worden verwijderd. De vergunninghouder voert het afval onmiddellijk na afloop van de markt af, of laat het afvoeren.
2. De vergunninghouder is verplicht de door hem ingenomen standplaats en de naaste omgeving daarvan na afloop van de markt veegschoon achter te laten.
Paragraaf 6. Handhaving
Artikel 25. Toezichthouders
Met het toezicht op de naleving van het bij of krachtens deze verordening bepaalde zijn belast de door burgemeester en wethouders aangewezen marktmeester en de overige door hen aangewezen toezichthouders.
Artikel 26. Onmiddellijke verwijdering
Burgemeester en wethouders kunnen een vergunninghouder of degene die hem bijstaat of vervangt gelasten zich onmiddellijk van de markt te verwijderen als deze zich op de markt schuldig heeft gemaakt aan wangedrag of bedrog of het bij of krachtens deze verordening bepaalde heeft overtreden.
Artikel 27. Strafbepaling
Overtreding van het bij of krachtens deze verordening bepaalde wordt gestraft met een geldboete van de tweede categorie of hechtenis van ten hoogste drie maanden.
Paragraaf 7. Slotbepalingen
Artikel 28. Overgangsrecht
1. Besluiten op de grond van de marktverordening Terneuzen 2011 blijven na de inwerkingtreding van deze verordening gelden, totdat burgermeester en wethouders deze ambtshalve hebben gewijzigd of ingetrokken.
2. Bij de ambtshalve wijziging van een vaste-standplaatsvergunning kunnen burgemeester en wethouders in afwijking van artikel 15, eerste lid, een kortere duur van de vergunning bepalen, afhankelijk van de omstandigheden van het geval.
3. De op grond van de marktverordening Terneuzen 2011 vastgestelde anciënniteitslijsten komt te vervallen.
4. Op bezwaarschriften tegen besluiten op grond van de marktverordening Terneuzen 2011 waarop bij de inwerkingtreding van deze verordening nog niet is beslist, wordt met toepassing van de marktverordening Terneuzen 2011 beslist.
5. De vergunninghouders die een vergunning hebben gekregen die valt onder de marktverordening Terneuzen 2011 krijgen bij verlening onder de nieuwe verordening eenmalig een vergunning voor de duur 20 jaar.
Artikel 29. Intrekking oude regeling
De marktverordening Terneuzen 2011 wordt ingetrokken.
Artikel 30. Inwerkingtreding en citeertitel
1. Deze verordening treedt in werking op 01 januari 2025.
2. Deze verordening wordt aangehaald als: Marktverordening Terneuzen 2025.
Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 11 juni 2024.
De gemeenteraad van Terneuzen, |
|
Griffier (plv) |
burgemeester |
mw. ing. N.M.J. (Nicole) Jansen-Geerinckx |
H.J.A. (Erik) van Merrienboer |
Ondertekening
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl