Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR729038
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR729038/1
Beleidsregel van het college van Burgemeester en Wethouders inhoudende Alcoholpreventie en handhavingsplan 2024-2028
Geldend van 01-11-2024 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 01-11-2024
Intitulé
Beleidsregel van het college van Burgemeester en Wethouders inhoudende Alcoholpreventie en handhavingsplan 2024-2028
Voorwoord
Voor u ligt het Preventie- en Handhavingsplan Alcohol van de gemeente Bergen op Zoom, conform het modelplan van het Trimbos Instituut. Via het Preventie- en Handhavingsplan geeft de gemeente invulling aan een belangrijke wettelijke taak (artikel 43a) in de uitvoering van de Alcoholwet. De Alcoholwet regelt de verstrekking van alcoholhoudende dranken en beschermt onze jeugd tegen de negatieve effecten van alcohol op de gezondheid en veiligheid. De focus ligt op het (voorkomen van) alcoholgebruik onder jongeren (tot 18 jaar). De gemeenteraad is verplicht dit plan iedere vier jaar vast te stellen.
De werkwijze voor het handhavingsaspect is gebaseerd op de Landelijke Handhavingsstrategie Omgevingsrecht (LHSO). Hierdoor ontstaat op landelijk niveau zo veel mogelijk een uniforme aanpak van overtredingen bij alcoholverstrekkers. Een uniforme aanpak heeft verschillende voordelen:
• Het draagt bij aan het tot stand brengen van een landelijk level playing field voor alcoholverstrekkers;
• Het verschaft duidelijkheid over wat de bovenlokale handhavingspartners (politie en openbaar ministerie) van de gemeenten mogen verwachten;
• Het verschaft duidelijkheid over wat de alcoholverstrekkers (en hun belangenbehartigers) van de gemeenten mogen verwachten;
• Het draagt bij aan het voorkomen van een ‘waterbedeffect’ waarbij alcoholverstrekkers die zich niet aan de regels wensen te houden zich verplaatsen naar een andere gemeente, omdat overtredingen daar niet of minder streng wordt gesanctioneerd;
• Het draagt bij aan een betere handhaving en het terugdringen van zogenaamd ‘free rider’ gedrag.
Kader
De Landelijke Handhavingsstrategie Omgevingsrecht vormt het algemene kader waarbinnen, ook voor wat betreft de Alcoholwet, kan worden gesanctioneerd. Dit beleid is dan ook een nadere uitwerking van de Landelijke Handhavingsstrategie Omgevingsrecht voor wat betreft het sanctioneren van overtredingen met betrekking tot de Alcoholwet.
Het lokale (preventie)kader is het bestuursakkoord ‘Samen bergen verzetten’ waarin gezond en veilig opgroeien een speerpunt is. Dit uitgangspunt is ook opgenomen in de pijlervisie Sociaal & Veilig 2024 (kadernota). In 2023 is het plan van aanpak GALA (Gezond en Actief Leven Akkoord) vastgesteld, waarmee we richting geven aan ons lokale subsidiebeleid GALA en aan de uitvoering van een breed gezondheidsbeleid in Bergen op Zoom met onze (subsidie)partners).De vroegsignalering van problematisch alcoholgebruik is daar onderdeel van en hiervoor is, naast de reguliere gemeentelijke financiering op het gebied van preventie (GGD en verslavingszorg Novadic Kentron) en handhaving, jaarlijks een rijksbijdrage beschikbaar van € 10.000 t/m 2026.
Het thema Gezond en Veilig is uiteraard breder dan Alcoholpreventie en handhaving alleen, maar met dit Preventie- en handhavingsplan specifiek gericht op Alcohol, geven wij invulling aan een belangrijke wettelijke taak (artikel 43a) in de uitvoering van de Alcoholwet en beschrijven we de aanpak rondom het terugdringen van alcoholgebruik onder jongeren.
Integraal beleid
Dit Preventie- en handhavingsplan is gebaseerd op een integrale beleidsvisie: er is sprake van preventie én handhaving. Meerdere afdelingen (Volksgezondheid, Veiligheid, Jeugd, Welzijn) binnen onze gemeente en verschillende typen maatregelen worden ingezet bij de aanpak van alcoholproblematiek. Dit is terug te zien in het preventiemodel van Reynolds (2003). Het model kent drie pijlers: educatie, regelgeving en handhaving. De pijlers staan deels op zichzelf, maar overlappen elkaar ook (zie figuur 1). Zowel in de beleidsvorming als in de uitvoering wordt binnen de gemeente afstemming gezocht met onder meer: lokaal sportbeleid, horeca- en evenementenbeleid, jongerenwerk, verslavingszorg..
Omgevingsgericht
Alcoholpreventie kan nooit alleen op het individu gericht zijn. Alcoholgebruik is namelijk het resultaat van een combinatie van factoren: de persoon, sociale omgeving en het overheidsbeleid samen vormen een systeem dat uiteindelijk de keuze van de gebruiker bepaalt. De meest succesvolle strategieën beïnvloeden vooral de fysieke en sociale omgeving van de drinker. Locaties waar alcohol wordt verstrekt, ouders en scholen spelen een belangrijke rol in het alcoholgebruik van jongeren. Het beleid richt zich dan ook op deze omgevingsinvloeden. Om de doelstellingen te bereiken is een bijdrage van de maatschappij nodig: scholen, sportverenigingen, ouders, ondernemers. Daarom worden deze partijen bij de beleidsuitvoering betrokken.
1 Probleemanalyse
1.1. De schadelijkheid van alcohol
Het is niet zonder reden dat wij onze jeugdige inwoners willen beschermen tegen de schadelijke gevolgen van alcohol. Er is steeds meer kennis over deze schadelijkheid. Alcoholgebruik gaat gepaard met tal van fysieke, mentale en maatschappelijke problemen (Expertisecentrum Alcohol, 2020). De mate van schade is grotendeels dosisgerelateerd: hoe meer alcohol, hoe meer schade. Er is eigenlijk geen veilige ondergrens.
Licht en matig alcoholgebruik wordt al in verband gebracht met onder meer hartritmestoornissen en diverse soorten kanker. Zwaar drinken is daarbij ook gerelateerd aan een hoger risico op acute schade door alcohol, zoals alcoholvergiftiging en verkeersongevallen, en geeft een verhoogde kans op hersenschade. Overmatig drinken brengt bovendien een grotere kans op verslaving en op schade aan de organen met zich mee. Naast lichamelijk gevolgen heeft alcoholgebruik invloed op het psychisch functioneren; depressie, angstklachten en suïcide zijn gerelateerd aan regelmatig dronken zijn en/of aan problematisch alcoholgebruik. Huiselijk geweld, agressie, uitgaansgeweld en vandalisme worden vaak onder invloed van alcohol gepleegd. In gezinnen waar alcoholgebruik door de ouders problematisch is, worden de problemen vaak van generatie op generatie doorgegeven.
Voor jongeren zijn de risico’s van alcoholgebruik groter dan voor volwassenen (Expertisecentrum Alcohol, 2020). Niet alleen zijn de acute gevolgen voor hen vaak ernstiger – zij raken bijvoorbeeld eerder bewusteloos en kunnen onder invloed over hun seksuele grenzen heen gaan – maar ook heeft drinken op jonge leeftijd gevolgen voor de lange termijn. Denk aan verstoring van de hersenontwikkeling (die tot het 24e jaar doorloopt) en een grotere kans op verslavingsproblemen. Agressief, asociaal en delinquent gedrag komt bovendien vaker voor bij jongeren die drinken dan bij hun niet drinkende leeftijdgenoten. Bij jongvolwassenen kunnen (de gevolgen van) alcoholgebruik ook leiden tot kort- en langduriger verzuim, studievertraging, afname van de studieprestaties en studie-uitval.
1.2. Situatie in Bergen op Zoom
1.2.1. Korte terugblik afgelopen vier jaar
NB: De afgelopen vier jaar worden doorkruist door de Coronaperiode, waarin diverse maatregelen golden die van invloed waren op alcoholgebruik en op het alcohol handhavings- en preventiebeleid van onze gemeente. De horeca is dicht geweest, preventiebijeenkomsten zijn niet doorgegaan door het vergaderverbod en alcoholhandhaving heeft als gevolg van andere handhavingsprioriteitsstellingen op een laag pitje gestaan.
Sinds 2014 is de leeftijdsgrens voor het drinken van alcohol opgehoogd naar 18 jaar. Ten aanzien van preventie is de boodschap NIX18 in Bergen op Zoom de afgelopen vier jaar succesvol uitgedragen. Er zijn tal van preventieve interventies uitgevoerd door GGD en Novadic Kentron via school, sport, horeca en internet. Interventies voor zowel jongeren zelf als ook voor doelgroepen in hun nabije omgeving, zoals ouders, docenten e.d.. Novadic Kentron heeft als Instelling voor Verslavingszorg de deskundigheid/expertise en ook reguliere structurele financiering voor onder andere alcoholpreventie. Haar activiteiten richten zich o.a. op (beleids)advisering, voorlichting en informatievoorziening, individuele (geïndiceerde) preventie, deskundigheidsbevordering voor professionals, opvoedondersteuning en onderwijsprojecten. Ook de GGD heeft reguliere financiering voor (alcohol)preventie en de preventieconsulenten van de GGD zijn specialisten op het gebied van collectieve gezondheidsbevordering. Zij werken lokaal mee aan de uitvoering van landelijk en gemeentelijk gezondheidsbeleid en voeren preventiecampagnes, o.a. op het gebied van alcoholpreventie (NIX18, Ik pas, Dry January). Op scholen werken zij volgens de landelijke werkwijze Gezonde School. In de afgelopen vier jaar was een dalend alcoholgebruik te zien in onze gemeente. Deze daling heeft ingezet voor Corona en was er niet in de regio West Brabant, zoals in onderstaande grafiek te zien is.
2.2.2. Alcoholgebruik scholieren 2023
Het alcoholgebruik onder jongeren in de gemeente Bergen op Zoom wordt elke vier jaar gepeild met de GGD Gezondheidsmonitor Jeugd van GGD West Brabant. De GGD voert de Gezondheidsmonitor Jeugd uit onder jongeren in klas 2 en 4 van het voortgezet onderwijs. Hierin zitten voornamelijk jongeren in de leeftijd 13-16 jaar. De recentste cijfers voor de gemeente Bergen op Zoom en de vergelijking met regionale cijfers komen uit 2023.
- •
Het aantal scholieren van 13-16 jaar in gemeente Bergen op Zoom dat in 2023 de afgelopen 4 weken gedronken heeft ligt op 25%. (was 28% in 2021). In West Brabant ligt dit op 30%.
- •
Het totaal aantal scholieren van 13-16 jaar in gemeente Bergen op Zoom dat gebinged heeft in de afgelopen 4 weken is 17% (was 19% in 2021). In West Brabant is dit 20%. Een cruciale leeftijd in het ontstaan van bingedrinken bij scholieren lijkt, op basis van landelijke cijfers, tussen de 13 en 14 jaar te zijn (Rombouts e.a., 2020): van de 13-jarigen is landelijk 4,6 procent een bingedrinker, tegen 18% onder de 14-jarigen. Dat loopt meer geleidelijk op naar 42% op 16-jarige leeftijd. Bingedrinken komt over het algemeen meer voor bij jongens. In Bergen op Zoom is dit andersom en wordt er door de meisjes net iets meer en net iets vaker gedronken.
- •
Het alcoholgebruik onder jongeren < 18 in Bergen op Zoom ligt in 2023 weer op hetzelfde niveau als voor Corona (25 %).
2.2.3. Alcohol en opvoeding (ouders)
Hoewel de invloed van leeftijdgenoten en vrienden op het gedrag toeneemt naarmate kinderen ouder worden, blijven ouders invloed houden op het drinkgedrag van hun opgroeiende kind (Engels e.a, 2013). Zij doen dat expliciet door de regels die ze stellen maar ook impliciet, bijvoorbeeld via hun houding ten opzichte van alcohol of door hun eigen drinkgewoonten. Ouders die zelf veel drinken, zijn toleranter ten aanzien van alcoholgebruik bij hun kinderen.
40% van de Bergse ouders vindt het goed dat er alcohol wordt gedronken door hun kinderen (43% in WB). 32% raad het af ((26% doet dit in WB), 13% zegt er niets van, 10% weet niet hoe ze moeten reageren, 2% verbiedt het.
Happy Ouders
Om ouders hierin te ondersteunen bieden wij (vanuit Novadic Kentron) Happy Ouders aan. Een informatieve ‘kroegentocht’ langs Bergse horeca zodat ouders de uitgaanswereld van hun kinderen leren kennen en handvatten krijgen. De nadruk ligt op de gezamenlijke verantwoordelijkheid van ouders en horeca voor NIX 18 en het voorkomen van problematisc alcoholgebruik. Samenwerkingspartners zijn (naast de Horeca zelf) Politie en Halt.
2.2.4. Naleving van de alcoholwetgeving door alcoholverstrekkers t.a.v. verkoop onder de 18 jaar.
Uit onderzoek in onze gemeente is in 2023 gebleken dat de steekproef gehouden onder sportkantines ten aanzien van naleving van het wettelijke verbod op alcoholverkoop aan jongeren onder de 18 jaar een percentage van nul % opleverde. Er werd in géén van de gevallen gevraagd om een legitimatiebewijs (wettelijke verplichting) aan de jongeren. Zonder legitimatie is het de alcoholverstrekker niet bekend of er mogelijk alcohol wordt verkocht aan jongeren onder de 18 jaar.
De naleving van de leeftijdsgrens d.m.v. de legitimatieplicht lag landelijk op 39% in 2022. Het streven van de rijksoverheid is dat dit in 2040 op 100% ligt in supermarkten, slijterijen, cafetaria’s, horecagelegenheden, sportkantines en webshops.
2.2.5. Overige lokale signalen
Naast onderzoeksgegevens geven kennis, ervaringen en registraties/meldingen van samenwerkingspartners in de gemeente informatie over de stand van zaken met betrekking tot preventiebeleid en de naleving van de alcoholwetgeving. Als onderdeel van de probleemanalyse zijn dan ook relevante stakeholders of samenwerkingspartners geraadpleegd die zicht hebben op alcoholgebruik onder jongeren en jongvolwassenen zoals Politie, Verslavingszorg, GGD, Sportverenigingen, Onderwijs en de Horeca.
De GGD constateert met genoegen dat uit de monitor blijkt dat alcohol onder jongeren dalende is in Bergen op Zoom. Daarnaast zien zij echter dat de kennis over de risico’s van alcohol beter kan en dat de sociale norm rond alcohol in de omgeving van jongeren nog te toegeeflijk is: Daarnaast geeft 10% van de ouders aan handelingsverlegen te zijn. Deze ouders kunnen ondersteuning gebruiken.
De politie geeft met name een signaal af over de ontremming van jongeren die na Corona nog steeds wordt ervaren. Jongeren en jongvolwassenen die een hele tijd niet uit hebben kunnen gaan en ‘doorslaan’ t.a.v. alcoholgebruik nu het eindelijk weer kan.
Ook zijn er meldingen en wordt er overlast ervaren rondom sportverenigingen die zich niet (meer) aan de vastgestelde sluitingstijden van de kantines houden of alcohol schenken tijdens jeugdwedstrijden. Tijdens Corona heeft de alcoholhandhaving i.v.m. andere prioriteiten op een lagere pit gestaan, en daarvan zijn de gevolgen nu te merken.
Volgens Novadic Kentron zit er zowel bij verstrekkers als bij ouders nog ruimte voor de versterking van hun preventieve rol. De samenwerkingspartners/stakeholders pleiten dan ook voor een omgevingsgerichte aanpak ( de omgeving van jongeren: onderwijs, sport/cultuurverenigingen, horeca, ouders, internet/social media).
Samenvattend: Er is een dalende alcoholgebruiktrend onder jongeren in Bergen op Zoom. Desalniettemin is er een groep van 17% bingedrinkers onder jongeren. Een belangrijk aandachtspunt is de verslapte naleving van de alcoholwetgeving in horeca/sportkantines. |
Uit landelijk onderzoek blijkt dat bepaalde groepen jongeren extra aandacht vragen, omdat zij extra kwetsbaar zijn voor problematisch alcoholgebruik. Dit zijn;
- •
jongens
- •
vmbo (Voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs (vmbo))-leerlingen als het gaat om bingedrinken, hoogopgeleide jongvolwassenen wat betreft overmatig en zwaar drinken
- •
jongeren die op vroege leeftijd starten met drinken
- •
uitwonende jongvolwassenen
- •
kinderen van drinkende ouders
- •
jongeren van ouders met psychische problemen, jongeren met een licht verstandelijke beperking en jongeren in het speciaal onderwijs.
2. Ambitie en doelstellingen
Wij streven ernaar dat onze jonge inwoners gezond en veilig kunnen opgroeien. Alcohol draagt daar niet aan bij, integendeel (zie paragraaf 1.1. de schadelijkheid van alcohol). We willen jongeren die in deze leeftijdsfase hun identiteit ontwikkelen leren dat het normaal is om niet te drinken (normaliseren). Daarom zetten wij in op een adequate naleving van de Alcoholwet, het versterken van de norm NIX18 onder jongeren en in de sociale omgeving van jongeren en het faciliteren van een fysieke omgeving die gezond gedrag stimuleert. Samen met onze partners zetten we in op een gezonde bevolking, zonder alcoholgebruik onder de 18 jaar, met verantwoorde alcoholverstrekking aan en verantwoord alcoholgebruik door (jong)volwassenen.In lijn met de Alcoholwet formuleren wij dan ook de volgende hoofddoelstelling voor het Preventie- en handhavingsplan 2024 t/m 2028:
|
Op basis van de lokale probleemanalyse vloeien hier de volgende concrete doelstellingen met betrekking tot alcoholgebruik onder de 18 jaar uit voort. De percentages in de doelstellingen zijn geformuleerd met de ambities uit het Nationaal Preventieakkoord voor ogen: 0% alcoholgebruik onder de 18 jaar (in 2040) en een naleving van 100% van de leeftijdsgrens door verstrekkers (in 2030). We werken hier stapsgewijs naartoe.
- •
Behouden van de dalende lijn jeugdige alcoholdrinkers in onze gemeente (tot 0% in 2040 conform de nationale doelstelling).
- Voortzetting van het huidige preventie- en voorlichtingsbeleid en de alcoholcampagnes
- Inzet op normaliseren van geen alcohol (gezonde leefstijlstimulering)
- Omgevingsgerichte aanpak (Happy Ouders project en educatieraject richting sportverenigingen)
- Aanscherping van het handhavingsbeleid in de sociale omgeving van jongeren (na Corona) zoals in de horeca en in sportkantines.
- Controles en handhaving sluitingstijden sportkantines (ook om oneerlijke concurrentie te voorkomen).
- •
Toewerken naar beter naleving Alcoholwet t.a.v. verkoop alcohol < 18 door alcoholverstrekkers (tot 100% naleving in 2040 conform de nationale doelstelling).
- Aascherpen handhaving leeftijdsgrens
- Voorlichting, educatie en training van met name de para commerciële sector
- Nalevingsonderzoek in 2025
2.1. Effecten Corona
Bovenstaande geformuleerde doelen voor onze gemeente zijn in zekere mate afhankelijk van omgevingsfactoren, waaronder de effecten van de Coronaperiode. Het Trimbos-instituut heeft de risico’s beschreven die het uitgaansleven na corona met zich meebrengt:
• Er is sprake van inhaalgedrag en ontremming
• Uitgaanders drinken meer en duurdere alcohol
• Uitgaanders hebben een lagere tolerantie
• Er kan sprake zijn van overprikkeling
• Er is nieuw (onervaren) deur- en barpersoneel.
• Er zijn nieuwe en jonge uitgaanders
• Uitgaanders weten niet meer waar de grens ligt.
• Er is een houding van ‘Don’t tell me what to do’ na alle strenge maatregelen rondom corona.
Een dergelijke reactie onder jeugd is ook waargenomen na de 2de WO. Het weer ‘in het gareel krijgen van de jeugd’ heeft destijds ettelijke jaren in beslag genomen. De verwachting is dat de effecten van Corona de komende jaren zullen wegebben. Op dit moment (2024) worden ze echter nog gesignaleerd door onze samenwerkingspartners (met name politie en onderwijs). De GGD monitort deze invloed en wij vragen aandacht voor de bovenstaande risico’s tijdens de interventies die uitgevoerd worden binnen het uitgaansleven, op scholen en bij ouders.
…
3. Activiteiten
Dit hoofdstuk bevat de aanpakken en interventies om de doelstellingen te realiseren op het gebied van regelgeving, toezicht, handhaving, educatie en bewustwording. In paragraaf 4.4 wordt beschreven hoe preventie en handhaving wordt ingezet om de doelstellingen te behalen.
3.1. Regelgeving
Het overgrote deel van de regelgeving op het gebied van alcohol is landelijk vastgelegd in de Alcoholwet. De Alcoholwet is per 1 juli 2021 ingegaan en vervangt de oude Drank- en Horecawet. De wet regelt de verstrekking van alcoholhoudende dranken om onze jeugd te beschermen tegen de negatieve effecten van alcohol op gezondheid en veiligheid. Uit onderzoek blijkt namelijk dat het beperken van de beschikbaarheid van alcohol één van de meest effectieve maatregelen is om alcoholgebruik te verminderen en de daaraan gerelateerde schade te voorkomen. De Alcoholwet richt zich daarom op de regulering van de beschikbaarheid van alcohol en op verantwoorde verstrekking. Handhaving en Preventie gaan hand in hand voor een effectief beleid.
Hoewel de Alcoholwet dus primair een volksgezondheidswet is, vallend onder het ministerie van Volksgezondheid, heeft de Alcoholwet ook als doel alcoholgerelateerde verstoringen van de openbare orde terug te dringen. Aan beide doelstellingen wordt invulling gegeven door onder andere beperkingen te stellen aan de beschikbaarheid van alcohol. Zo mag er bijvoorbeeld geen alcohol worden verstrekt aan een jongere als niet is vastgesteld dat hij of zij 18 jaar of ouder is en is de aanwezigheid van dronken personen niet toegestaan in een horecagelegenheid of slijterij. Daarnaast sluit de wet ook bepaalde verkooppunten uit van het schenken en/of verstrekken van alcohol voor elders dan ter plaatse en is prijsstunten door de detailhandel aan banden gelegd. Deze bepalingen vormen samen de preventieve kern van de Alcoholwet. Aanvullend op de landelijke bepalingen kent de Alcoholwet een aantal verordenende (gemeentelijke) bevoegdheden en heeft de burgemeester aanvullende mogelijkheden om de beschikbaarheid van alcohol te beperken. Ter bevordering van de alcoholmatiging kunnen de volgende bepalingen worden opgenomen:
3.1.1 Beperken van happy hours
Artikel 25D van de Alcoholwet geeft gemeenten de bevoegdheid om ter bescherming van de volksgezondheid of in het belang van de openbare orde happy hours te kunnen beperken. Met deze bevoegdheid kunnen de meest excessieve acties (meer dan 40% korting) worden verboden. Van deze mogelijkheid is in onze gemeente geen gebruik gemaakt.
3.1.2 Voorwaarden stellen aan evenementen
Artikel 35 lid 2 van de Alcoholwet biedt burgemeesters de mogelijkheid om voorwaarden te stellen aan het verlenen van een ontheffing ten tijde van bijzondere gelegenheden van zeer tijdelijke aard, zoals evenementen en buurtfeesten. Er kunnen voorwaarden worden gesteld aan de manier waarop de verantwoorde verstrekking wordt ingericht. Dit artikel betreft alleen de verstrekking van zwak-alcoholhoudende dranken voor gebruik ter plaatse. De voorwaarden die onze gemeente stelt zijn in de APV opgenomen onder art.2.24 t/m 2.26. https://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR710583/1?&show-wti=true
3.1.3 Beperken schenktijden paracommercie
Artikel 4 van de Alcoholwet bepaalt dat bij gemeentelijke verordening regels worden gesteld waaraan paracommercïële rechtspersonen zich moeten houden bij de verstrekking van alcoholhoudende drank. Dit ter voorkoming van oneerlijke mededinging. Het vastleggen van schenktijden in de paracommercie is één van deze verplichte regels. Onderzoek toont aan dat het beperken van schenktijden de alcoholconsumptie vermindert.
Het is daarnaast niet wenselijk dat jeugd tijdens sportieve, culturele of andere activiteiten geconfronteerd wordt met (overmatig) alcoholgebruik van volwassenen, laat staan zelf alcohol consumeert. In Artikel 2:34b van de APV heeft onze gemeente de volgende schenktijden vastgelegd voor paracommerciële inrichtingen:
Tabel 1. Beperking schenktijden paracomercie
Inichting |
Soort activiteit |
Tijdstippen |
Inrichtingen die in beheer zijn van paracommerciële rechtspersonen die zich richten activiteiten van sportieve aard |
Bij sportieve activiteiten |
|
Bij verenigings- of wedstrijdactiviteiten die eindigen tijdens, voor aanvang of na afloop van bovengenoemde schenktijden (met uitzondering van wedstrijden of verenigingsactiviteiten waaraan hoofdzakelijk jeugdigen in de leeftijd tot 18 jaar deelnemen en die activiteiten plaatsvinden voor 15.00 uur.) |
Verlenging van bovengenoemde schenktijd tot maximaal anderhalf uur na beëindiging van de activiteiten, maar niet later dan 01:00 uur. |
|
Overige paracommerciële rechtspersonen |
Verstrekken uitsluitend alcoholhoudende drank gedurende de periode beginnende met één uur voor aanvang en eindigende met één uur na beëindiging van activiteiten die passen binnen de statutaire doelomschrijving van de desbetreffende paracommerciële rechtspersoon, maar niet later dan 01.00 uur. |
3.2. Toezicht en handhaving
De Alcoholwet heeft, zoals eerder aangegeven, zowel een gezondheids- als een openbare orde en veiligheidsperspectief. Het doel is om een gedragsverandering te bewerkstelligen waardoor de geldende wetgeving wordt nageleefd en een bijdrage wordt geleverd aan het voorkomen van gezondheidsschade en verstoringen van de openbare orde. Op basis van de lokale probleemanalyse zijn onderstaande handhavingsprioriteiten voor de periode 2024 – 2028 opgesteld met als doel te komen tot 100% naleving in 2030.
3.2.1. Handhavingsprioriteiten
De focus van het toezicht ligt op de leeftijdsgrens, het voorkomen van dronkenschap en het beheersen van de beschikbaarheid. Het betreft de volgende bepalingen:
Leeftijdsgrens: 18 jaar
a. Artikel 20 lid 1 Alcoholwet. Het bedrijfsmatig of anders dan om niet verstrekken van alcoholhoudende drank aan een persoon van wie niet is vastgesteld dat deze de leeftijd van 18 jaar heeft bereikt. Eveneens wordt begrepen het verstrekken van alcoholhoudende drank aan een persoon van 18 jaar of ouder, welke kennelijk bestemd is voor een persoon van wie de leeftijd niet is vastgesteld.
b. Artikel 45 Alcoholwet. Het verbod op het aanwezig hebben van alcohol onder de 18 jaar op voor publiek toegankelijke plaatsen.
Dronkenschap / doorschenken
a. Artikel 20 lid 5 Alcoholwet. Het verbod om personen in kennelijke staat van dronkenschap toe te laten in een horecazaak, op het terras of in een slijterij.
b. Artikel 20 lid 6 Alcoholwet. Het verbod om in kennelijke staat dienst te doen in een horecazaak, op het terras of in een slijterij.
c. Artikel 252 Wetboek van Strafrecht. Het verbod om personen in kennelijke staat van dronkenschap alcohol te verkopen of toe te dienen.
d. Artikel 453 Wetboek van Strafrecht. Het verbod om zich in kennelijke staat van dronkenschap op de openbare weg te bevinden.
Beheersen beschikbaarheid
a. Art. 25 lid 1 Alcoholwet. Het verbod op het aanwezig hebben van alcoholhoudende drank in een voor het publiek (niet) toegankelijke ruimte, niet zijnde een slijtersbedrijf, horecabedrijf of een ruimte waarin rechtmatig alcohol aan particulieren wordt verstrekt voor gebruik elders dan ter plaatse.
b. Art. 25 lid 2 Alcoholwet./ toestaan dat alcoholhoudende drank wordt genuttigd in een voor het publiek toegankelijke ruimte, niet zijnde een horecabedrijf of het laten proeven in een slijtersbedrijf op verzoek van een klant.
3.2.2 Controles
Basiscontrole
Gezien de opgelopen achterstand door Corona zal in 2024 begonnen worden met het actualiseren van de lijst met horecagelegenheden, het houden van een nulmeting en met een aantal leeftijdscontroles.
Voor de nulmeting ligt de prioritering dit jaar op het controleren van de horeca welke alcohol schenkt, beginnend met de commerciële zaken. De focus ligt hierbij op:
- •
De aanwezigheid van een exploitatievergunning;
- •
De aanwezigheid van een alcoholwetvergunning;
- •
De aanwezigheid van een leidinggevende en bijbehorend leidinggevenden aanhangsel vergunning
Ook zal bij deze controles op de Alcoholwet op de Wet op de Kansspelen (aanwezige gokkasten) en verdere voor horeca relevante wetgeving worden gecontroleerd. De BOArapportages worden (snel) opgevolgd. Ook zullen er formats van constateringsbrieven worden opgesteld voor de horecagelegenheden die niet voldoen op het gebied van exploiteren met een (rechtsgeldige) vergunning door bijv. overname of nieuwe eigenaar, het ontbreken van een leidinggevende, het ontbreken van het aanhangsel van de Alcoholwetvergunning waarop de leidinggevende(n) vermeld staan of het niet voldoen aan de inrichtingseisen.
Bij het uitvoeren van deze controles dient vooraf rekening te worden gehouden met een aantal punten, zoals de bestemming die een bepaalde inrichting heeft. Het kan namelijk zo zijn dat bepaalde inrichtingen Detailhandel als bestemming hebben en andere inrichtingen juist weer Horeca. Hierdoor kunnen echter andere wetgevingen, en dus ook andere regels, gelden voor de betreffende inrichting.
Nadat de nulmeting compleet is, zullen er jaarlijks periodieke controles plaatsvinden en zullen nieuwe prioriteringen worden gemaakt waarna het Plan van Aanpak zal worden bijgewerkt. Ondanks het gehele Preventie- en Handhavingsplan iedere vier jaar opnieuw zal worden vastgesteld, zullen de prioriteringen en het Plan van Aanpak tussentijds worden bijgewerkt.
Controle op leeftijdsgrens en dronkenschap
Voor de hotspots met een hoge risicoscore wordt gestreefd naar een controlefrequentie van minimaal 5 keer per jaar. Voor de hotspots met een beperkt risico zijn 4 inspecties per jaar noodzakelijk om de naleving effectief te beïnvloeden. Voor de categorie met nagenoeg geen risico volstaat 1 controle per jaar. De controles worden uitgevoerd in burgerkleding.
Voor de controles op de leeftijdsgrens zet de gemeente de testkopermethode (Mysteryshoponderzoek) in. De leeftijdscontroles zullen worden uitgevoerd door twee Boa’s, tevens Alcoholwettoezichthouders, van onder de 25 jaar. Op deze manier wordt ingespeeld op de inmenging van onze collega’s met de aanwezige doelgroep.
Voor de dronkenschap inspecties wordt actief samengewerkt met de politie. De burgemeester kan op basis van bevindingen van de Boa’s handhavend optreden op basis van artikel 20 lid 4 en 5 van de Alcoholwet. De politie handhaaft op het doorschenken aan dronken personen en dronkenschap in de openbare ruimte. Voor de veiligheid van de Boa’s maakt de gemeente afspraken met de politie over gezamenlijke controles en ondersteuning op afroep bij risicovolle situaties.
…
3.2.3 Sanctiestrategie
Deze opgestelde strategie is – zeker als wijze van aanpak c.q. stappenplan – goed bruikbaar voor overtredingen van overige wetgeving, waaronder de Alcoholwet. De strategie positioneert overtredingen naar gevolgen van de overtreding voor de fysieke leefomgeving, zoals milieu, erfgoed, natuur, water, ruimtelijke ordening,
veiligheid, gezondheid e.d., en typering van (het gedrag van) de overtreder (Zie Tabel 1). Hierbij kent de indeling van de gevolgen als het ware 4 categorieën., van licht naar zwaar:
- •
Categorie 1 - 2:
Categorie 1- en 2-overtredingen zijn de lichte overtredingen waarvan de gevolgen vrijwel nihil zijn of beperkt zijn en blijven in ernst en omvang. Deze overtredingen zijn minder ernstig/van minder dringende aard, bijvoorbeeld administratieve vereisten, signaleringen en gedragingen.
- •
Categorie 3:
Categorie 3-overtredingen zijn ernstige overtredingen, maar er is geen sprake van een acute (gevaar)situatie. De gevolgen van de overtredingen zijn nog steeds van belang, maar onderscheiden zich van de overtredingen uit categorie 4 in de ernst en omvang van de (dreigende) schade.
- •
Categorie 4 (spoedeisend):
Bij Categorie 4-overtredingen gaat het om urgente, ernstige zaken die direct dan wel binnen de kortst mogelijke termijn dienen te worden beëindigd. Er is sprake van acuut gevaar en/of aanzienlijke (onomkeerbare) gevolgen voor de gezondheid of veiligheid. Er is snelheid vereist om tot beëindiging van de overtreding te komen.
Tabel 2: Basisinterventiematrix voor het positioneren van de
overtreding naar gevolgen en typering overtreder
4. Aanzienlijk en/of onom-keerbaar |
A4 |
B4 |
C4 |
D4 |
3. Van belang |
A3 |
B3 |
C3 |
D3 |
2. Beperkt |
A2 |
B2 |
C2 |
D2 |
1. Vrijwel nihil |
A1 |
B1 |
C1 |
D1 |
[gevolgen ↑/ overtreder →] |
A. Goed-willend |
B. Onver-schillig |
C. Calcu-lerend |
D. Notoir/crimineel |
3.2.4 Sanctiemaatregelen
Het opleggen van sancties is geen doel op zich. Sancties zijn in eerste instantie bedoeld als pressiemiddel om de overtredingen ongedaan te maken. Ook gaat er van het hebben van sanctiemiddelen een preventieve werking uit. Blijft een ondernemer of burger echter volharden in zijn overtreding, dan wordt de sanctie ook daadwerkelijk toegepast of uitgevoerd.
De Awb en andere wetten (waaronder de Alcoholwet) geven aan welke sancties het bevoegde gezag kan inzetten tegen het voorkomen of voortduren van overtredingen. Deze zijn:
- •
Opleggen van een last onder bestuursdwang, waarbij door feitelijk handelen de overtreding door of namens gemeente ongedaan wordt gemaakt (artikel 125 van de Gemeentewet en titel 5.3 van de Awb). Hieronder valt ook het sluiten en verzegelen van gebouwen en terreinen. De kosten van het toepassen van bestuursdwang kunnen worden verhaald op de overtreder;
- •
Opleggen van een last onder dwangsom, waarbij onder dreiging van het invorderen van een geldbedrag de overtreding ongedaan moet worden gemaakt en/of voortduring en herhaling moet worden voorkomen; de last kan ook preventief worden opgelegd (artikel 5:7 van de Awb);
- •
Intrekken van de vergunning ingevolge de APV en/of de Alcoholwet;
- •
Schorsen van de Alcoholwetvergunning (artikel 32 van de Alcoholwet);
- •
Sluiting van de inrichting ingevolge de APV, artikel 174 van de Gemeentewet of artikel 13b van de Opiumwet;
- •
Ontzeggen van de toegang tot een ruimte indien in strijd met de Alcoholwet alcoholhoudende drank wordt verstrekt (artikel 36 van de Alcoholwet);
- •
Opleggen van een bestuurlijke boete (artikel 44a Alcoholwet);
- •
Tijdelijk stilleggen van de alcoholverkoop in de detailhandel (three strikes out op grond van artikel 44 Alcoholwet).
3.2.5 Instrumenten
De burgemeester beschikt over een aantal bestuursrechtelijke instrumenten die kunnen worden ingezet voor handhaving bij overtredingen: Schorsen of intrekken van een vergunning, opleggen van een last onder dwangsom of last onder bestuursdwang, opleggen van een bestuurlijke boete en de “Three strikes out” maatregel.
In het handhavingsprotocol is opgenomen dat optreden van gemeentewege ingrijpender wordt wanneer de overtreding aanhoudt of zich herhaalt. Ingrijpen loopt dan via een aantal voorgeschreven stappen. Zoals in paragraaf 3.2 aangegeven, zijn er situaties denkbaar waarbij het volgen van het de handhavingsstrategie niet wenselijk is. Het is dan ook van belang om op te merken dat de betreffende werkwijze en opeenvolgende sancties slechts richtgeven zijn voor de handhavers.
Wanneer besloten wordt om een bestuursrechtelijke maatregel op te leggen dient deze maatregel ook daadwerkelijk uitgevoerd te worden. Daartoe is een goede afstemming noodzakelijk tussen vergunningverleners, toezichthouders en handhavers.
Schorsing of intrekking van de verleende vergunning
Zowel de Alcoholwet als de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) kent de bevoegdheid om een verleende vergunning in te trekken. Daarbij is het goed om te vermelden dat in de Alcoholwet tevens is uitgewerkt in welke gevallen de vergunning móet worden ingetrokken.
Naast intrekking bevat de Alcoholwet de mogelijkheid tot het schorsen van de vergunning voor een maximale duur van 12 weken. Het middel van schorsing kan ingezet worden in veel situaties waarin intrekking ook mogelijk is. Bij intrekking van de vergunning zal een nieuwe aanvraagprocedure moeten worden gestart. Dat is bij schorsing van de vergunning niet het geval. In de gevallen waarin intrekking als te ingrijpend wordt ervaren, kan de vergunning eerst voor een bepaalde periode geschorst worden.
Daarbij wordt wel opgemerkt dat wanneer de wet bepaalt dat een vergunning móet worden ingetrokken (zie artikel 31, eerste lid Alcoholwet) het middel van schorsing niet kan worden ingezet.
Dwangsom
Bij het sanctiemiddel ‘dwangsom’ zijn de hoogtes van de dwangsommen vermeld die opgelegd kunnen worden. Bij deze bedragen is de hoogte van de bestuurlijke boete als uitgangspunt genomen. Het maximum van de dwangsom is gesteld op 3x de opgelegde dwangsom.
Een last onder dwangsom houdt in dat een ondernemer wordt aangeschreven om de overtreding te beëindigen en voortzetting of herhaling van de overtreding te voorkomen op straffe van het verbeuren van één of meerdere dwangsommen. Deze last houdt in dat de overtreder de illegale situatie in overeenstemming met de wet dient te brengen of een overtreding achterwege dient te laten. De ondernemer verbeurt een dwangsom op het moment dat een overtreding opnieuw wordt geconstateerd. Er dient dan dus een van tevoren bepaald geldbedrag te worden betaald. De dwangsom kan op drie manieren worden ingezet: een bedrag ineens, een bedrag per tijdseenheid of een bedrag per overtreding. De hoogte van de dwangsom wordt van geval tot geval beoordeeld afhankelijk van de aard en ernst van de overtreding.
In sommige gevallen kan of moet worden gekozen voor een last onder bestuursdwang. Bij bestuursdwang gaat het betreffende bestuursorgaan zelfstandig over tot daadwerkelijk optreden door de overtreding te beëindigen indien de ondernemer dat niet doet binnen de gestelde termijn. De bestaande illegale situatie kan dus door het optreden van het bestuursorgaan in overeenstemming worden gebracht met de wettelijk geldende normen. Hierbij moet gedacht worden aan het sluiten van een horeca-inrichting, omdat geen vergunning is verleend.
De dwangsombevoegdheid en de bestuursdwangbevoegdheid kunnen niet gelijktijdig, maar wel achtereenvolgens worden toegepast. Dit betekent dat er steeds een keuze voor één van beide maatregelen zal worden gemaakt.
Bestuurlijke boete
Naast bovengenoemde maatregelen biedt de Alcoholwet de burgemeester de bevoegdheid tot het opleggen van een bestuurlijke boete. De bestuurlijke boete is in een aparte kolom opgenomen. Er dient rekening gehouden te worden met verhoging van de genoemde bestuurlijke boetebedragen in verband met recidive (zie hiervoor het Alcoholbesluit art. 7.3 Bestuurlijke boete). Voor alle duidelijkheid: de gemeente bepaald niet de hoogte van een bestuurlijke boete! Dit zijn landelijk vastgelegde bedragen.
Three strikes out
Uitgangspunt is dat er bij alcoholverkoop aan minderjarigen streng wordt opgetreden. De “Three strikes out” maatregel is daar een voorbeeld van. Hierdoor kan een overtreder worden gesanctioneerd als ze in een periode van 12 maanden drie keer of vaker alcohol verkopen aan minderjarigen. Met deze sanctie ontneemt de burgemeester de betreffende ondernemer tijdelijk het recht om alcohol te verkopen voor minimaal 1 week tot maximaal 12 weken.
3.3 Educatie en communicatie
De GGD en Novadic Kentron zijn onze partners op dit gebied. De GGD als gemeentelijke gezondheidsdienst richt zich op gezondheid (waaronder alcoholpreventie) in zijn algemeenheid: het stimuleren van een gezonde leefstijl o.a. door het voeren van campagnes (bijv. NIX18) en de gezonde school (waaronder Helder op school). Novadic-Kentron is dé expert voor verslavingszorg en verslavingskunde in Brabant en zet zich via verschillende interventies in m.b.t. het vergroten van kennis over en bewustwording van de invloed van alcohol op de gezondheid van jongeren. O.a. door het delen van hun kennis met professionals en verwijzers (webinars, website, advisering e.d.) Daarnaast is er aandacht voor de sociale norm met betrekking tot de leeftijdsgrens én het draagvlak voor de nieuwe Alcoholwet. Als gemeente hanteren wij educatieve communicatie (uitleg), waarschuwende communicatie (bijv. tav controles) of normatieve communicatie, bijvoorbeeld over toezichts- of preventieresultaten Deze communicatie heeft als doel bij te dragen aan meer draagvlak voor de maatregelen en aan normalisering van matig/geen alcoholgebruik.
In de omgeving van jongeren en jongvolwassenen staan drie doelgroepen centraal die invloed hebben op het alcoholgebruik:
- •
Alcoholverstrekkers
- •
Ouders
- •
Scholen
Deze doelgroepen hebben niet altijd voldoende kennis van de risico’s van alcoholgebruik door jongeren of hoe zij kunnen bijdragen aan het voorkomen van (problemen door) alcoholgebruik. Bewustwording van de risico’s en het bieden van handelingsperspectief zijn belangrijke educatieve interventies die door de GGD en Novadic Kentron op deze doelgroepen worden ingezet.
3.3.1 Alcoholverstrekkers
Verstrekkers van alcohol zijn verantwoordelijk voor de naleving van de Alcoholwet en aanvullende lokale regelgeving. Van hen wordt verwacht dat ze de leeftijdsgrens voor de verstrekking van alcohol kennen en naleven, evenals het verbod op doorschenken bij dronkenschap en het toelaten van personen in kennelijke staat van dronkenschap in de onderneming, de vereniging of het evenement. Verschillende typen professionals zijn hierbij betrokken: bedrijfsleiders, filiaalmanagers, leidinggevenden, barpersoneel, barvrijwilligers, portiers, caissières, et cetera. Bij deze doelgroep wordt een beroep gedaan op de maatschappelijke verantwoordelijkheid die eenieder heeft richting onze jeugd en specifiek op de (wettelijke) verantwoordelijkheid die zij hebben als alcoholverstrekker. Interventies die worden ingezet zijn trainingen (e-learning over de regels), informatiebijeenkomsten of webinars, (waarschuwings) brieven. Een dergelijk traject zal Novadic Kentron starten richting de sportverenigingen, in samenwerking met de Fitfabriek. (preventief). Acties voor alcoholverstrekkers zijn gericht op naleving van de wet en bestaan uit het aanbieden van trainingen, inzet van mysteryshoppers en nalevingscommunicatie.
Trainingen
Naleving van de wettelijke regels kan positief beïnvloed worden door de inzet van trainingen. Zeker voor de paracommercie is gebrek aan kennis vaak de oorzaak van onvoldoende naleving. (wisselende vrijwilligers, geen professionele opleidingstructuur, geen opleidingsbudget).. Er worden dan e-learnings aangeboden (individuele trainingen), maar er kan ook iets in groepsverband afgesproken worden.
Belangrijk is dat een alcoholverstrekker zich bewust is van zijn/haar verantwoordelijkheid en handelingsperspectief heeft, ook wanneer er weerstand is bij de klant. Om alcoholverstrekkers hierin te bekwamen zijn deze trainingsprogramma’s ontwikkeld en ze worden aangeboden aan medewerkers van horeca, slijterijen en sportverenigingen (zoals de e-learnings over verantwoord alcohol verkopen). Novadic Kentron kan ook een face–to-face-training verzorgen over dit onderwerp. In 2024 is het de bedoeling dat sportkantines worden gewezen op hun verantwoordelijkheid in de naleving van de Alcoholwet en ter voorbereiding op de verscherpte handhaving in 2025.
Nalevingscommunicatie
Naleving van de wet kan, naast training, ook worden beïnvloed door communicatie. Nalevingscommunicatie omvat alle vormen van communicatie (media, persoonlijk, internet etc.) die gericht is op het stimuleren van naleving. Communicatie versterkt het effect van de handhaving. Het doel van nalevingscommunicatie is om een gedragsverandering bij de doelgroep te creëren.
Mysteryshoppers
Mysteryshoppers worden ingezet bij de handhaving én bij preventie. Bij handhaving zijn het jongeren onder de 18 waarmee kan worden geconstateerd dat een overtreding is begaan. Als preventieve actie zijn het juist 18 jarigen die worden ingezet (er wordt dus geen overtreding begaan), maar als er niet naar een legitimatie wordt gevraagd, dan volgt uitleg en aanspreken op de verantwoordelijkheid om dit wél te doen (de alcoholverstrekker weet immers niet dat de koper 18 is).. Folders met informatie en een gratis e-learningaanbod wordt achtergelaten.
4.3.2. Ouders en de thuissituatie
Alcohol- en uitgaansopvoeding
Ouders onderschatten systematisch hoeveel hun kinderen drinken. Ze denken bovendien vaak dat het gedrag van jongeren volledig wordt bepaald door vrienden en leeftijdsgenoten, terwijl ouders wel degelijk nog invloed hebben op het alcoholgebruik van hun kinderen. De beschikbaarheid van alcohol in huis beperken en het stellen van regels zijn geschikte instrumenten om alcoholgebruik tegen te gaan. Uit onderzoek blijkt dat kinderen van ouders die geen duidelijke regels hebben afgesproken en geen leeftijdsgrens hebben gesteld voor het drinken van alcohol al op jongere leeftijd beginnen met drinken. Ze drinken bovendien vaker dan jongeren waarvan de ouders wel een leeftijdsgrens hebben gesteld. Naast het stellen van regels zijn andere beschermende factoren belangrijk: voorbeeldgedrag, een goede band tussen ouder en kind en een autoritatieve opvoedstijl. Een slechte ouder-kind relatie en psychische problematiek of middelengebruik van ouders zijn risicofactoren. Via verschillende kanalen worden ouders voorgelicht door GGD en Novadic Kentron over alcohol- en uitgaansopvoeding. Bijvoorbeeld via (online) ouderavonden, het programma ‘Happy Ouders’, binnen een pubercursus of via ondersteunende websites zoals www.hoepakjijdataan.nl en www.helderopvoeden.nl.
Publiekscommunicatie
Draagvlak voor (handhaving van) alcoholbeleid is niet vanzelfsprekend onder burgers, ondernemers en andere professionals. Kennis over alcohol en over de gevolgen van alcoholmisbruik vergroot het draagvlak. Publiekscampagnes kunnen hieraan bijdragen. De GGD voert deze en als gemeente delen/ondersteunen wij deze campagnes via onze communicatiekanalen.
3.3.1 Onderwijs
De school is een belangrijke pedagogische omgeving voor jongeren. De preventieafdeling van Novadic Kentron en de preventieconsulenten van de GGD West Brabant gaan in gesprek met scholen hoe men zo effectief mogelijk aan alcoholpreventie kunnen werken. Door de schoolomgeving en alle schoolgerelateerde activiteiten alcoholvrij te houden, ondersteunt het onderwijs NIX18 en de norm dat alcoholgebruik niet vanzelfsprekend is.
Educatie- en communicatieactiviteiten voor het onderwijs zijn gericht op deskundigheidbevordering van de professionals en het werken aan een gezond schoolklimaat (inclusief de ontwikkeling van vaardigheden voor omgang met/weerstaan van middelengebruik). Via de scholen worden ook interventies gericht op ouders gehouden (bijv. hoe praat je met je kind dat (teveel) drinkt?)
Gezonde School
De gezonde school is een landelijke werkwijze om tot een gezond schoolklimaat te komen. Helder op school is daar een onderdeel van en dit preventieprogramma richt zich op roken, alcohol, drugs en gamen met een niveau en leeftijdsspecifiek, wetenschappelijk onderbouwd, aanbod voor leerlingen, hun ouders en de schoolomgeving. Elke school kan zich hiervoor bij de GGD aanmelden, maar niet alle scholen in Bergen op Zoom voeren het programma ‘Gezond op School’ uit. Wij proberen wel te stimuleren dat zoveel mogelijk scholen deelnemen.
4 Samenwerking
De gemeente heeft het Preventie- en Handhavingsplan opgesteld in samenspraak met partners. De gemeente heeft een coördinerende en deels uitvoerende rol. Op een integraal dossier als het alcoholbeleid is betrokkenheid en samenwerking essentieel voor een goede uitvoering. De volgende externe partners zijn daarbij concreet in beeld. Zij zijn allen gesprekspartner bij de probleemanalyse, evaluatie, planvorming en uitvoering. Daarnaast kunnen zij specifieke rollen hebben, zoals:
Tabel 3: Overzicht externe partijen en (mogelijke) specifieke rollen
Politie |
Hotspots in kaart brengen, veiligheid tijdens inspecties, jongeren vragen naar ID en eventuele samenwerking met betrekking tot de aanpak van doorschenken vanuit het Wetboek van Strafrecht en openbare dronkenschap (artikel 252 resp. 453). |
Alcoholschenkende ondernemers |
NIX18, ID aankoopcontrole, meedenken over ontwikkeling van systeem ter bevordering van naleving, training personeel/vrijwilligers. |
Gemeentelijke Gezondheidsdienst (GGD) |
Voeren intern overleg schoolbeleid (van gezonde scholen/kinderopvang), verzorgen informatievoorziening richting jongeren, ouders, verenigingen en voeren publiekscampagnes (NIX18, Ik pas, Dry January) en gezondheidschallenges. |
Preventieafdeling Verslavingszorg NovadicKentron |
Wijzen op risico’s en deskundigheidsbevordering voor professionals, ouders, scholen, horeca (via website, webinars, theater, bijeenkomsten of interventies). |
De Fitfabriek |
Stimuleert een gezonde leefstijl (waaronder geen (onder de 18 jaar) of matig alcoholgebruik en is partner in preventieve acties gericht op de sportverenigingen. |
5. Monitoring
Om de resultaten van het beleid rond alcoholmatiging te evalueren en te monitoren is het nodig om dit periodiek te onderzoeken. De volgende drie ontwikkelingen worden gemonitord de komende jaren:
- •
Houding en het gedrag onder de jeugdigen en hun opvoeders;
- •
De beschikbaarheid van alcohol via onderzoek naar de naleving van de Alcoholwet;
- •
De uitgevoerde interventies op het gebied van alcoholmatiging;
Er wordt zoveel mogelijk aangesloten bij bestaande monitors en informatiebronnen (GGD, Politie, Novadic Kentron, Trimbos). De GGD voert een keer per vier jaar de jeugdmonitor in klas 2 & 4 van het voortgezet onderwijs uit. Naast het gedrag van jongeren is het (voorbeeld)gedrag van volwassenen even belangrijk. De volwassenenmonitor van de GGD geeft meer inzicht in dit gedrag en kan aanleiding zijn om op het drinkgedrag van volwassenen in te zetten om zo het voorbeeldgedrag van ouders richting jongeren positief te beïnvloeden.
Om het Lokaal Alcoholbeleid te kunnen bijstellen en het toezicht op de Alcoholwet te sturen is het ook nodig om te beschikken over data rond de naleving van de Alcoholwet (bijv, de leeftijdsgrens van 18 jaar) d.m.v. periodieke monitoring bijvoorbeeld met mystery shopping-onderzoek.
Ondertekening
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl