UITVOERINGSREGELING PEUTEROPVANGVERGOEDING GEMEENTE BOXTEL 2025

Geldend van 01-01-2025 t/m heden

Intitulé

UITVOERINGSREGELING PEUTEROPVANGVERGOEDING GEMEENTE BOXTEL 2025

Burgemeester en wethouders van de gemeente Boxtel;

overwegende dat het wenselijk is om peuteropvang voor alle peuters in de gemeente Boxtel toegankelijk te maken om zo de ontwikkeling van alle peuters te bevorderen;

gelet op Algemene subsidieverordening Boxtel 2017;

b e s l u i t e n :

vast te stellen de volgende regeling:

UITVOERINGSREGELING PEUTEROPVANGVERGOEDING GEMEENTE BOXTEL 2025

Artikel 1 Begripsomschrijving

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a. college: het college van burgemeesters en wethouders van de gemeente Boxtel;

  • b. LRK: het Landelijk Register Kinderopvang, waarin kinderopvangorganisaties zijn geregistreerd die voldoen aan de wettelijke voorwaarden;

  • c. kinderdagverblijf: een in het LRK geregistreerde kinderopvangvoorziening, niet zijnde een gastouder of buitenschoolse opvang;

  • d. contract: de schriftelijke overeenkomst tussen de ouder en het kinderdagverblijf, waarin staat: naam, geboortedatum en adres van het kind, de uurprijs van de opvang, het aantal opvanguren per jaar, de datum dat de opvang ingaat, de einddatum van de opvang en het soort opvang;

  • e. peuter: een in de gemeente Boxtel woonachtig kind in de leeftijd van 2 tot 4 jaar;

  • f. peuteropvang: de opvang van 2 dagdelen van 4 uur per week voor peuters in de gemeente Boxtel;

  • g. kinderopvangtoeslag: de toeslag voor kinderopvang die ouders kunnen aanvragen bij de Belastingdienst;

  • h. verordening: de Algemene subsidieverordening Boxtel 2017;

  • i. VVE: voor- en vroegschoolse educatie;

  • j. VE: voorschoolse educatie;

  • k. subsidieplafond: het bedrag dat gedurende een bepaald tijdvak ten hoogste beschikbaar is voor de verstrekking van subsidies krachtens een bepaald wettelijk voorschrift;

  • l. gezamenlijk inkomen: het inkomen gelijk aan het toetsingsinkomen vastgesteld door de Belastingdienst.

Artikel 2 Voorwaarden voor de vergoeding

Ouders of verzorgers van een peuter komen in aanmerking voor een vergoeding voor peuteropvang, als:

  • a. de peuter 8 uur per week de peuteropvang bezoekt, en;

  • b. de ouder een contract heeft met een kinderdagverblijf gevestigd in de gemeente Boxtel, en;

  • c. er geen aanspraak gemaakt kan worden op kinderopvangtoeslag, en;

  • d. de peuter niet tot de doelgroep VVE behoort.

Artikel 3 De hoogte en berekening van de vergoeding

  • 1. De hoogte van de vergoeding per kind verandert niet bij meerdere kinderen.

  • 2. De vergoeding wordt verleend voor maximaal 8 uur peuteropvang per week gedurende maximaal 40 weken per jaar.

  • 3. Bij de berekening van de vergoeding wordt het maximale uurtarief voor de kinderopvang dat jaarlijks door het Rijk wordt vastgesteld als uitgangspunt genomen.

  • 4. De hoogte van de vergoeding wordt berekend op basis van het gezamenlijk inkomen, waarbij geldt dat:

    • a.

      als het gezamenlijk inkomen lager is dan € 29.393, de vergoeding het uurtarief van het Rijk bedraagt voor maximaal 8 uur per week, 40 weken per jaar;

    • b.

      als het gezamenlijk inkomen tussen € 29.393 en € 77.750 ligt, de vergoeding het uurtarief van het Rijk bedraagt minus € 2,00 voor maximaal 8 uur per week, 40 weken per jaar;

    • c.

      als het gezamenlijk inkomen hoger is dan € 77.750, de vergoeding het uurtarief van het Rijk bedraagt minus € 3,00 voor maximaal 8 uur per week, 40 weken per jaar.

Artikel 4 Procedurebepalingen voor de verstrekking van de vergoeding peuteropvang

  • 1. Een aanvraag om een vergoeding wordt ingediend op een door het college vastgesteld formulier.

  • 2. In afwijking van artikel 6 van de verordening kan een aanvraag gedurende het hele jaar worden ingediend, maar in ieder geval binnen drie maanden nadat de aanvrager in aanmerking komt voor de vergoeding peuteropvang.

  • 3. Na ontvangst van een aanvraag neemt het college binnen 8 weken een besluit.

  • 4. De tegemoetkoming gaat in op de datum die is opgenomen in het besluit, met als eerst mogelijke ingangsdatum de dag waarop de peuteropvang is aangevangen.

  • 5. In gevallen waarin dit kennelijk onbillijk zou zijn bestaat de mogelijkheid voor maximaal 3 maanden met terugwerkende kracht een vergoeding toe te kennen.

  • 6. De vergoeding wordt rond de 20e voor de nieuwe opvangmaand uitbetaald.

  • 7. De vergoeding wordt stopgezet in de maand nadat de peuter 4 jaar is geworden of als een tussentijdse wijziging, zoals bedoeld in artikel 6, daartoe aanleiding geeft.

Artikel 5 Weigeringsgronden

Onverminderd het bepaalde in artikel 9 van de verordening wordt de aanvraag om een vergoeding op grond van deze regeling in ieder geval geweigerd, indien:

  • a. er een overeenkomst is met een (kinderopvang)organisatie die niet is opgenomen in het lokale register, zoals bedoeld in artikel 2;

  • b. de peuter jonger dan 2 jaar of ouder dan 4 jaar is;

  • c. de peuter niet in de gemeente Boxtel staat ingeschreven;

  • d. de ouders of verzorgers van een peuter in aanmerking komen voor kinderopvangtoeslag;

  • e. de peuter tot de doelgroep VVE behoort;

  • f. het vastgestelde subsidieplafond is bereikt.

Artikel 6 Tussentijdse wijzigingen

  • 1. Ouders of verzorgers van een peuter geven tussentijdse wijzigingen als bedoeld in het tweede lid door aan zorg@mijngemeentedichtbij.nl via de gemeentelijke website (www.boxtel.nl/kinderopvang).

  • 2. Een tussentijdse wijziging betreft één of meerdere van de volgende onderwerpen:

    • a.

      wijziging van de naam of het adres van de ouders of verzorgers dan wel de peuter;

    • b.

      wijziging van de naam of het adres van de peuteropvangorganisatie waarmee de ouders of verzorgers van de peuter een overeenkomst hebben;

    • c.

      wijziging van de peuteropvangorganisatie waarmee de ouders of verzorgers van de peuter een overeenkomst hebben;

    • d.

      wijziging van het inkomen van de ouders of verzorgers van de peuter;

    • e.

      wijziging van het uurtarief voor peuteropvang;

    • f.

      wijziging, omdat de ouders of verzorgers van de peuter een financiële bijdrage uit een andere regeling ontvangen, zoals kinderopvangtoeslag;

    • g.

      wijziging van de wijze waarop de vergoeding betaald moet worden.

  • 3. Een tussentijdse wijziging wordt door de ouders of verzorgers van de peuter zo spoedig mogelijk gemeld.

  • 4. Het college beoordeelt het recht op de vergoeding peuteropvang binnen 8 weken na ontvangst van een wijzigingsformulier.

Artikel 7 Terugvordering

  • 1. Indien de ouders of verzorgers van de peuter onjuiste inlichtingen hebben verstrekt op basis waarvan ten onrechte een vergoeding kinderopvang is toegekend of, indien zij desgevraagd niet de bewijsstukken overleggen, waaruit blijkt dat zij voor een vergoeding peuteropvang in aanmerking komen, dan wel wanneer een onverschuldigde betaling aan hen is gedaan, kan het college de vergoeding geheel of gedeeltelijk terugvorderen.

  • 2. Het besluit tot herziening van het recht op de vergoeding peuteropvang en de daaraan gekoppelde terugvordering, biedt geen executoriale titel, met uitzondering van een terugvordering die verband houdt met het opzettelijk verstrekken van onjuiste of onvolledige gegevens. In dat geval is er sprake van een civielrechtelijke vordering op grond van onverschuldigde betaling, zoals bedoeld in artikel 6:203 e.v. van het Burgerlijk Wetboek.

Artikel 8 Hardheidsclausule

Door het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van de ouders of verzorgers van de peuter worden afgeweken van de bepalingen in deze regeling, indien toepassing daarvan tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.

Artikel 9 Slotbepalingen

  • 1. De ‘Uitvoeringsregeling Peuteropvang Vergoeding (POV) Boxtel 2024’ wordt ingetrokken.

  • 2. Deze regeling treedt na bekendmaking in werking op 1 januari 2025.

  • 3. Deze regeling wordt aangehaald als ‘Uitvoeringsregeling peuteropvangvergoeding gemeente Boxtel 2025’.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Boxtel op 3 december 2024.

Burgemeester en wethouders van Boxtel,

de secretaris,

V.C. Fijneman.

de burgemeester,

R.S. van Meygaarden