VERORDENING OP DE HEFFING EN DE INVORDERING VAN AFVALSTOFFENHEFFING VLISSINGEN 2025

Geldend van 01-01-2025 t/m heden

Intitulé

VERORDENING OP DE HEFFING EN DE INVORDERING VAN AFVALSTOFFENHEFFING VLISSINGEN 2025

De raad van de gemeente Vlissingen;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders 15 oktober 2024

gelet op de artikelen 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet en artikel 15.33 van de Wet Milieubeheer;

besluit vast te stellen de volgende verordening:

VERORDENING OP DE HEFFING EN DE INVORDERING VAN AFVALSTOFFENHEFFING VLISSINGEN 2025_______________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________

Hoofdstuk I Algemene bepalingen

Artikel 1. Definities

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder ‘gebruik maken’: gebruik maken in de zin van Artikel 15.33 Wet milieubeheer.

Artikel 2. Aard van de belasting en belastbaar feit

  • 1.

    Onder de naam 'afvalstoffenheffing' wordt een directe belasting geheven als bedoeld in artikel 15.33 van de Wet milieubeheer.

  • 2.

    De afvalstoffenheffing bedoeld in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel wordt naar afzonderlijke grondslagen geheven ter zake van het gebruik maken van een perceel ten aanzien waarvan krachtens de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.

Artikel 3. Voorwerp van de belasting

  • 1.

    Voorwerp van de belasting is een perceel.

  • 2.

    Als perceel wordt aangemerkt:

    a. de onroerende zaak, bedoeld in artikel 16, onder a, c, d en f, van de Wet waardering onroerende zaken;

    b. de roerende zaak, welke duurzaam aan een plaats gebonden is;

    c. een gedeelte van een in onderdeel b bedoelde roerende zaak dat blijkens zijn indeling is bestemd om als afzonderlijk geheel te worden gebruikt;

    d. een samenstel van twee of meer in onderdeel b bedoelde roerende zaken of in onderdeel c bedoelde gedeelten daarvan die bij dezelfde belastingplichtige in gebruik zijn en die, naar de omstandigheden beoordeeld, bij elkaar behoren.

    e. het binnen de gemeente gelegen deel van de in onderdeel b bedoelde roerende zaak, van een in onderdeel c bedoeld gedeelte daarvan of van een in onderdeel d bedoeld samenstel.

Artikel 4. Belastingplicht

De belasting wordt geheven van degene die al dan niet krachtens eigendom, bezit, beperkt recht of persoonlijk recht gebruik maakt van een perceel.

Artikel 5. Maatstaf van heffing en tarief

De belasting wordt geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in hoofdstuk 1 van de bij deze verordening behorende tarieventabel.

Artikel 6. Belastingjaar

Met betrekking tot de belasting die per jaar wordt geheven is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel 7. Wijze van heffing

De belasting wordt bij wege van aanslag geheven.

Artikel 8. Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang

  • 1.

    De belasting, als bedoeld in artikel 5, is verschuldigd bij het begin van het belastingjaar of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.

  • 2.

    Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar aanvangt, is de belasting bedoeld in artikel 5 verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

  • 3.

    Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing van de belasting bedoeld in artikel 5 voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

  • 4.

    Het tweede en het derde lid zijn niet van toepassing indien de belastingplichtige binnen de gemeente verhuist en aldaar van een ander perceel gebruik maakt.

  • 5.

    De belasting bedoeld in hoofdstuk 2 van de tarieventabel, is verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening per belastingjaar.

Artikel 9. Termijnen van betaling

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet moet een aanslag worden betaald uiterlijk op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld.

  • 2.

    In afwijking van het eerste lid geldt dat, zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven, de aanslagen moeten worden betaald in tien gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt één maand na de dagtekening van het aanslagbiljet en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.

  • 3.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de voorgaande leden gestelde termijnen.

Artikel 10. Kwijtschelding

  • 1.

    Bij de invordering van de afvalstoffenheffing kan 100% kwijtschelding worden verleend, voor de tarieven genoemd in hoofdstuk 1 van de tarieventabel.

  • 2.

    Het beleid inzake kwijtschelding wordt vastgesteld conform vigerend kwijtscheldingsbeleid.

Artikel 11. Overgangsrecht

De Verordening afvalstoffenheffing Vlissingen 2024 van 1 januari 2024, laatstelijk gewijzigd bij raadsbesluit van 16 november 2023, wordt tezamen met alle wijzigingsverordeningen die hierop van toepassing zijn ingetrokken met ingang van de in artikel 12, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

Artikel 12. Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 2.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2025.

Artikel 13. Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening afvalstoffenheffing Vlissingen 2025.

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 14 november 2024.

de griffier, de voorzitter,

Mr. F. Vermeulen Drs. A.R.B. van den Tillaar

Tarieventabel 2025

Behorende bij de ‘Verordening afvalstoffenheffing Vlissingen 2025’.

Algemeen

De bedragen genoemd in deze tabel zijn inclusief omzetbelasting indien deze verschuldigd is.

Hoofdstuk 1 Maatstaven en jaarlijkse tarieven afvalstoffenheffing

2025

1.

De belasting bedraagt per perceel

1.1

Indien het perceel op 1 januari van het belastingjaar of, indien de belastingplicht later aanvangt, bij aanvang van de belastingplicht, wordt gebruikt door één persoon

€ 323,86

1.2

Indien het perceel op 1 januari van het belastingjaar of, indien de belastingplicht later aanvangt, bij aanvang van de belastingplicht wordt gebruikt door twee personen

€ 346,58

1.3

Indien het perceel op 1 januari van het belastingjaar of, indien de belastingplicht later aanvangt, bij aanvang van de belastingplicht wordt gebruikt door drie of meer personen

€ 394,62

1.4

Indien het perceel op 1 januari van het belastingjaar of, indien de belastingplicht later aanvangt, bij aanvang van de belastingplicht niet permanent mag worden bewoond of bestemd is voor de recreatieve verhuur of verhuur aan arbeidsmigranten, of indien bij aanvang van de belastingplicht geen inschrijving in de BRP aanwezig is

€ 394,62

1.5

Indien op het perceel op 1 januari van het belastingjaar of, indien de belastingplicht later aanvangt, bij aanvang van de belastingplicht geen gebruik wordt gemaakt van een rolcontainer of ondergronds container, en ten aanzien waarvan wel een inzamelplicht bestaat, bedraagt de belasting per belastingjaar

€ 394,62

Hoofdstuk 2. Maatstaven en overige tarieven afvalstoffenheffing

2.

overige tarieven afvalstoffenheffing

2.1.1

Voor een nieuwe (vervangende) afvalsleutel

€ 12,00

2.1.1.1

Voor een extra afvalsleutel met 30 openingen per maand. Is het tarief per belastingjaar*

€ 394,62

2.1.1.2

Voor een extra rest rolcontainer per belastingjaar*

€ 394,62

2.1.2

Voor het openen en doorzoeken van een ondergrondse container

€ 172,00

2.1.3

Voor het verwijderen van grofvuil, aan huis op afspraak, per kubieke meter of gedeelte daarvan

€ 48,50

2.1.4

Voor het verwijderen van gebundeld grof tuinafval, wit- en bruingoed, matrassen aan huis op afspraak, per kubieke meter

Gratis

* Deze kosten gelden alleen niet in de wijk waar het perceel zich begeeft het “Omgekeerd inzamelen” (nog) /niet is ingevoerd.

Behoort bij raadsbesluit van 14 november 2024.

De griffier van Vlissingen,

Mr. F. Vermeulen

Ondertekening