Mandaatbesluit dagelijks bestuur ten behoeve van directeur veiligheid

Geldend van 01-01-2025 t/m heden

Intitulé

Mandaatbesluit dagelijks bestuur ten behoeve van directeur veiligheid

Het dagelijks bestuur van Veiligheidsregio Fryslân

overwegende:

  • •

    dat in artikel 10:3 lid 1 van de Algemene wet bestuursrecht bestuursorganen de bevoegdheid tot mandaatverlening is toegekend;

  • •

    dat het, teneinde een doelmatige taakuitoefening van de Veiligheidsregio Fryslân te bevorderen, wenselijk is dat onder andere bestuursorganen bevoegdheden mandateren;

  • •

    dat dit besluit het mandaat van bevoegdheden van het dagelijks bestuur aan de directeur veiligheid regelt;

gelet op:

  • •

    Wet gemeenschappelijke regelingen (Wgr)

  • •

    Gemeentewet

  • •

    Wet veiligheidsregio’s

  • •

    Wet publieke gezondheid

  • •

    het bepaalde in hoofdstuk 10 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb)

  • •

    Gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Fryslân

besluit:

het dagelijks bestuur van Veiligheidsregio Fryslân het volgende vast te stellen:

I de uitoefening van de bevoegdheden, zoals die zijn opgenomen in dit mandaatbesluit, op te dragen aan de directeur veiligheid, alsmede de onder III van dit besluit geformuleerde bepalingen van toepassing te verklaren op de betreffende bevoegdheden;

II dit besluit te actualiseren wanneer daar aanleiding toe is;

III ten aanzien van de uitoefening van de verleende mandaten, de volgende algemene bepalingen vast te stellen;

Algemeen

Artikel 1 Begripsbepalingen

In dit mandaatbesluit wordt verstaan onder:

  • 1. besluit: een besluit zoals bedoeld in artikel 1:3 lid 1 van de Awb;

  • 2. gemeenschappelijke regeling: de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Fryslân;

  • 3. dagelijks bestuur: het dagelijks bestuur van Veiligheidsregio Fryslân;

  • 4. directeur veiligheid: directeur zoals bedoeld in artikel 25 lid 3 van de Wet veiligheidsregio’s;

  • 5. mandaat: zoals bedoeld in artikel 10:1 van de Awb;

  • 6. beslissingsmandaat/afdoeningsmandaat: is de vorm van mandaat zoals bedoeld in artikel 10:1 van de Awb. Dat wil zeggen de bevoegdheid om in naam van een bestuursorgaan, zowel besluiten te nemen als te ondertekenen (tenzij daartoe een andere functionaris is aangewezen);

  • 7. ondertekeningsmandaat: is de vorm van mandaat zoals neergelegd in artikel 10:11 van de Awb. Dat wil zeggen dat het mandaat enkel omvat het ondertekenen van een door een bestuursorgaan zelf genomen besluit;

  • 8. mandaatgever: degene die het mandaat verleend heeft;

  • 9. gemandateerde: degene aan wie het mandaat is verleend;

  • 10. ondermandaat: een door de gemandateerde verleend mandaat;

  • 11. volmacht: het namens een ander uitoefenen van privaatrechtelijke rechtshandelingen;

  • 12. ondervolmacht: een door de volmachtontvanger aan een ander verleende volmacht;

  • 13. machtiging: het namens een ander verrichten van feitelijke handelingen;

  • 14. ondermachtiging: een door de machtigingsontvanger aan een ander verleende machtiging.

Mandaat

Artikel 2 Gemandateerde bevoegdheden

  • 1. Het dagelijks bestuur mandateert op grond van artikel 10:3 lid 1 van de Awb haar bevoegdheden overeenkomstig artikel 11 van de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Fryslân aan de directeur veiligheid;

  • 2. Ten aanzien van het in het lid 1 van dit artikel verleende mandaat zijn uitgezonderd de bevoegdheden ten aanzien waarvan door het dagelijks bestuur mandaat is verleend aan de agendacommissie gezondheid en de agendacommissie veiligheid.

  • 3. De in bijlage 1 genoemde bevoegdheden blijven voorbehouden aan het dagelijks bestuur.

Artikel 3 Reikwijdte van het mandaat

De in artikel 2 van dit besluit verleende mandaten zijn beslissingsmandaten/afdoeningsmandaten, zoals bedoeld in artikel 10:1 van de Awb. De mandaten omvatten in beginsel ook het doen van voorbereidingshandelingen, het maken van voorbereidingsbesluiten en het voeren van correspondentie in verband met de opgedragen bevoegdheid.

Artikel 4 Grenzen aan het mandaat

De uitoefening van de in artikel 2 van dit besluit gemandateerde bevoegdheden:

  • 1. is gericht op de realisering van wettelijk vastgestelde taken en verantwoordelijkheden van Veiligheidsregio Fryslân;

  • 2. wordt beperkt door de grenzen van het geformuleerde beleid, relevante kaders, richtlijnen, verordeningen, besluiten en regelingen die binnen Veiligheidsregio Fryslân van kracht zijn;

  • 3. indien een voorgesteld besluit financiële consequenties heeft, die de vastgestelde begroting van Veiligheidsregio Fryslân daarin te voorzien. Dit behoudens calamiteiten;

  • 4. vindt plaats namens en onder verantwoordelijkheid van het ter zaken bevoegde bestuursorgaan van Veiligheidsregio Fryslân.

Artikel 5 Ondermandaat

  • 1. De directeur veiligheid is bevoegd de in artikel 2 lid 1 tot en met 3 van dit besluit aan hem gemandateerde bevoegdheden onder te mandateren in de zin van zowel artikel 10:1 als in de zin van artikel 10:11 van de Awb, tenzij de mandaatgever in een concreet geval de bevoegdheid tot ondermandaat expliciet uitsluit.

  • 2. Voor zover relevant, zijn de artikelen van dit besluit ten aanzien van mandaat van overeenkomstige toepassing op ondermandaat.

  • 3. Indien de mandaatgever besluit tot intrekking van een verleend mandaat, geldt dit tevens de ondermandaten die daaruit voortvloeien.

Artikel 6 Ondervolmacht- en machtiging

  • 1. De directeur veiligheid is bevoegd ondervolmacht dan wel ondermachtiging te verlenen ten aanzien van de in artikel 2 lid 1 tot en met 3 van dit besluit aan gemandateerde bevoegdheden.

  • 2. Voor zover relevant, zijn de artikelen van dit besluit ten aanzien van mandaat van overeenkomstige toepassing op ondervolmacht en ondermachtiging.

  • 3. Indien die mandaatgever besluit tot intrekking van een verleend mandaat, geldt dit tevens de ondervolmachten en ondermachtigingen die daaruit voortvloeien.

Artikel 7 Ondertekening

  • 1. De directeur veiligheid ondertekent in mandaat genomen besluiten, welke door hem zijn genomen op grond van de in artikel 2 lid1 tot en met 3 van dit besluit aan hem gemandateerde bevoegdheden, op navolgende wijze:

  • Het dagelijks bestuur van Veiligheidsregio Fryslân,

  • Namens deze,

  • Handtekening

  • Naam functionaris, directeur veiligheid Veiligheidsregio Fryslân

  • 2. Indien de directeur veiligheid besluit tot ondermandaat in de zin van artikel 10:11 ten aanzien van de in artikel 2 lid 1 tot en met 3 van dit besluit aan hem gemandateerde bevoegdheden, ondertekent de ondergemandateerde op navolgende wijze:

  • Het dagelijks bestuur van Veiligheidsregio Fryslân, namens deze, de algemeen directeur van Veiligheidsregio Fryslân, voor deze,

  • Handtekening

  • Naam functionaris, functie

Artikel 8 Vervanging

In geval van afwezigheid van de directeur veiligheid, dan wel zijn ondergemandateerde in de zin van artikel 7 lid 2 van dit besluit, gaat de gemandateerde bevoegdheid over op degene die de betreffende functionaris vervangt.

Artikel 9 Citeertitel

Dit besluit kan worden aangehaald als ‘Mandaatbesluit dagelijks bestuur ten behoeve van directeur veiligheid’.

Artikel 10 Overgangsbepaling

  • 1. Dit besluit treedt na vaststelling op onderstaande datum in werking op 1 januari 2025.

  • 2. Op dat moment wordt het ‘Mandaatbesluit dagelijks bestuur t.b.v. algemeen directeur Veiligheidsregio Fryslân’ vastgesteld op 18 juni 2015 ingetrokken.

Artikel 11 Slotbepaling

In alle gevallen waarin dit besluit niet voorziet, beslist het bevoegde bestuursorgaan.

Ondertekening

Leeuwarden, 28 november 2024

Het dagelijks bestuur van de Veiligheidsregio Fryslân,

De voorzitter, S. van Haersma Buma

De secretaris, W.K. Kleinhuis

Bijlage 1

Aangelegenheden welke ingevolge artikel 2 derde lid van het Mandaatbesluit dagelijks bestuur ten behoeve van directeur veiligheid blijven voorbehouden aan het dagelijks bestuur:

Behorende bij besluit van 28 november 2024

A. Bestuurlijk juridische aangelegenheden Publiekrecht

  • 1. Het doen van voorstellen aan het algemeen bestuur.

  • 2. Het vaststellen van de organisatieverordening.

  • 3. Het vaststellen van regels omtrent de ambtelijke organisatie.

  • 4. Het nemen van besluiten op bezwaarschriften met uitzondering van besluiten op bezwaarschriften inzake personele aangelegenheden waarbij het advies van de betreffende bezwaarschriftencommissie inzake personele aangelegenheden wordt opgevolgd.

  • 5. Het vaststellen van algemeen verbindende voorschriften en beleidsregels, voor zover deze niet door het algemeen bestuur worden vastgesteld.

  • 6. Het nemen van besluiten waarbij wordt afgeweken van het beleid en wettelijke voorschriften.

Privaatrecht

Aanbestedingen

Het nemen van besluiten om af te wijken van het vastgestelde aanbestedingsbeleid.

Contracten

  • 1. Het besluit tot het aangaan van convenanten, intentieverklaringen en bestuursovereenkomsten.

  • 2. Het besluit tot het aangaan van overeenkomsten buiten de vastgestelde financiële en beleidskaders.

Civiele procedures

  • 1.

    Het besluit tot het aangaan van een civiele procedure.

  • 2.

    Het besluit hoger beroep of cassatie aan te tekenen namens de veiligheidsregio in civiele procedures.

  • 3.

    Het nemen van besluiten ten aanzien van alternatieve geschillenbeslechting, niet zijnde arbitrage of het voorleggen van geschillen aan scheidslieden voor zover afspraken daarover vooraf schriftelijk zijn vastgelegd.

Overige privaatrechtelijke rechtshandelingen

Het besluit tot de oprichting van of de deelneming in rechtspersonen.

Machtigingen

Het ondertekenen van overeenkomsten met een ander bestuursorgaan, waarbij de wederpartij wordt vertegenwoordigd door een bestuurder.

B. Personeelsaangelegenheden

Bevoegdheden ten aanzien van individuele personeelsleden

  • 1. Alle rechtspositionele besluiten ten aanzien van de directeur veiligheid en de directeur gezondheid.

  • 2. Uitvoering geven aan de verplichting nevenfuncties van de directieleden te registreren.

  • 3. Het vaststellen van de conversietabel.

  • 4. Het vaststellen van personele regelingen.

  • 5. Het verlenen van (voorwaardelijk) strafontslag als disciplinaire maatregel.

  • 6. Het nemen van een besluit een ontslagverzoek aan te houden als strafontslag wordt overwogen.

  • 7. Het opleggen van (voorwaardelijke) disciplinaire straffen.

  • 8. Het nemen van een besluit een ontslagverzoek aan te houden totdat er een uitspraak is van de strafrechter of het besluit tot disciplinaire bestraffing onherroepelijk is geworden.

  • 9. Het inzetten van medewerkers in geval van een staking bij een particulier bedrijf.

C. Overige aangelegenheden

Het benoemen van personen als vertegenwoordiger van Veiligheidsregio Fryslân in bestuurs- en toezichthoudende organen van publiekrechtelijke- en privaatrechtelijke rechtspersonen.