Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR728615
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR728615/1
Subsidieregeling klimaatadaptatie Vlaardingen 2025
Geldend van 01-01-2025 t/m heden
Intitulé
Subsidieregeling klimaatadaptatie Vlaardingen 2025Het college van burgemeester en wethouders van Vlaardingen,
Gelet op afdeling 4.2.2 en artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 4 van de Algemene Subsidieverordening Vlaardingen 2024;
Overwegende dat door burgers te stimuleren om klimaatadaptieve maatregelen te nemen de belasting van de openbare riolering afneemt en het leefklimaat in wijken kan verbeteren
besluit:
vast te stellen de volgende: Subsidiereling klimaatadaptatie Vlaardingen 2025
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In deze regeling wordt verstaan onder:
- •
Afkoppelen: het onderbreken van een hemelwaterafvoer die is aangesloten op bestaand verhard oppervlak dat indirect afvoert naar de afvalwaterzuiveringsinstallatie. In plaats daarvan wordt het hemelwater opgevangen, hergebruikt op eigen perceel of afgevoerd naar oppervlaktewater of een hemelwatervoorziening;
- •
College: het college van burgemeester en wethouders van Vlaardingen;
- •
Gemengd rioolstelsel: een vrijverval rioolstelsel bestemd voor de inzameling, het transport en de tijdelijke berging van afvalwater.
- •
Gescheiden rioolstelsel: een samengesteld vrijverval rioolstelsel waarin het vuilwater en hemelwater gescheiden van elkaar wordt ingezameld en getransporteerd;
- •
Hemelwater: neerslag in de vorm van regenwater, ijzel en sneeuw;
- •
Kwetsbare gebieden: locaties in Vlaardingen met een verhoogd risico op wateroverlast of droogte;
- •
Klimaatadaptieve activiteiten: maatregelen en handelingen die bijdragen aan de voorbereiding van de stad op extreme weersomstandigheden, zoals zomerse hoosbuien, langdurige regenval en lange droogteperioden;
- •
Verhard oppervlak: de verharding als gevolg waarvan neerslag niet of zeer beperkt in de bodem kan infiltreren;
- •
Waterdoorlatende oppervlakken: oppervlakken zoals grind, gras of (poreuze) bestrating met openingen die water toelaten om door te dringen in de bodem in plaats van af te vloeien naar het riool. Het is ter beoordeling van het college of een oppervlak voldoende water doorlaat om als zodanig te worden bestempeld.
Artikel 2 Doel van de subsidie
Het doel van deze regeling is het beschikbaar stellen van subsidies voor klimaatadaptieve activiteiten binnen de gemeente Vlaardingen om bestaande situaties zo aan te passen dat wateroverlast en verdroging wordt beperkt. Met deze regeling beoogt de Gemeente Vlaardingen:
- a.
het verminderen van wateroverlast door onder andere het stimuleren van het vasthouden en vertraagd afvoeren van hemelwater;
- b.
het verminderen van problemen als gevolg van langdurige droogte door onder andere het lokaal verwerken en hergebruiken van hemelwater.
Artikel 3 Activiteiten
-
1. Een eenmalige subsidie kan worden verstrekt voor:
- a.
het vervangen van verhard oppervlak door waterdoorlatende oppervlakken;
- b.
het toevoegen van waterberging, of;
- c.
het afkoppelen van verharde dakoppervlakken van het gemengde rioolstelsel.
- a.
-
2. De in het eerste lid onder a genoemde activiteiten komen uitsluitend voor subsidie in aanmerking, indien:
- a.
het huidige oppervlak niet-waterdoorlatend is en wordt vervangen door waterdoorlatende oppervlakken, en;
- b.
het te realiseren waterdoorlatende oppervlak op het maaiveld ten minste 25 vierkante meter bedraagt, of indien de totale buitenruimte kleiner is dan 50 vierkante meter, de helft van de buitenruimte van het perceel waarvoor subsidie wordt aangevraagd.
- a.
-
3. De in het eerste lid onder b genoemde activiteiten komen uitsluitend voor subsidie in aanmerking, indien:
- a.
de te realiseren waterberging tenminste 500 liter bedraagt,
- b.
de ledigingstijd, de inhoud en het aangesloten verhard oppervlak van de te realiseren waterberging in redelijke verhouding staat tot elkaar, en;
- c.
er sprake is van een waterberging in de vorm van:
- I.
Een groen dak, dan dient het te realiseren groenoppervlak ten minste 15 vierkante meter te bedragen, met een minimaal waterbergend vermogen van 30 liter per vierkante meter, of;
- II.
Een drinkwaterbesparende maatregel, dan is een kleinere inhoud toegestaan, mits deze wordt gecombineerd met een of meer andere activiteiten zoals genoemd in artikel 3, lid 1.
- I.
- a.
-
4. De in het eerste lid onder c genoemde activiteiten komen uitsluitend voor subsidie in aanmerking, indien:
- a.
het minimaal af te koppelen dakoppervlak 25 vierkante meter is, en;
- b.
de hemelwaterafvoer van een pand of perceel op een gemengd rioolstelsel of een vuilwaterriool loost en in plaats daarvan wordt aangesloten op een gescheiden rioolstelsel.
- a.
-
5. Andere klimaatadaptieve activiteiten kunnen ook in aanmerking komen voor subsidie. Dit geldt als het college vindt dat deze activiteiten in voldoende mate bijdragen aan de in artikel 2 genoemde doelstelling.
Artikel 4 Doelgroep
-
1. Subsidie wordt verstrekt aan woningeigenaren, huurders, verenigingen van eigenaren of organisaties zonder winstoogmerk.
-
2. Scholen, woningbouwcorporaties en organisaties met winstoogmerk zijn uitgesloten van deze subsidieregeling.
-
3. Subsidie wordt uitsluitend verstrekt voor panden of percelen gelegen in de gemeente Vlaardingen.
-
4. Een huurder kan uitsluitend subsidie aanvragen met toestemming van de eigenaar van het pand of perceel.
-
5. Een woningeigenaar kan uitsluitend subsidie aanvragen indien deze zelf in de woning woont of de woning om niet ter beschikking heeft gesteld aan een familielid welke duurzaam de woning bewoont.
Artikel 5 Kosten die voor subsidie in aanmerking komen
-
1. De subsidie dekt alleen de kosten die redelijkerwijs zijn gemaakt en overblijven nadat bijdragen van derden zijn afgetrokken. Deze kosten moeten naar het oordeel van het college direct verband houden met en noodzakelijk zijn voor de uitvoering van een activiteit als bedoeld in artikel 3.
-
2. Kosten die niet voor subsidie in aanmerking komen zijn:
- a.
BTW over de gesubsidieerde kosten die door de aanvrager teruggevorderd, verrekend of anderszins in mindering gebracht kan worden;
- b.
kosten die eerder door het college op basis van deze subsidieregeling of anderszins zijn gesubsidieerd;
- c.
kosten die vanuit andere gemeentelijke of niet gemeentelijke regelingen zijn of kunnen worden gefinancierd;
- d.
kosten voor constructieve voorzieningen, zoals dakconstructies en overkappingen;
- e.
kosten voor het afvoeren en vervangen van bestaande beplanting of waterdoorlatende materialen, of;
- f.
kosten, gederfde inkomsten daaronder begrepen, die verband houden met de eigen inzet of de inzet van eigen personeel van de aanvrager.
- a.
Artikel 6 De hoogte van de subsidie
-
1. De hoogtes van de subsidiebedragen zijn:
- a.
€10,- per toegevoegde vierkante meter gerealiseerd waterdoorlatend oppervlak, met een maximum van €2.500,- per subsidieaanvraag voor het realiseren van waterdoorlatend oppervlak;
- b.
€250,- per toegevoegde 500 liter waterberging met een maximum van €10.000,- per subsidieaanvraag voor het realiseren van waterberging, en;
- c.
€10,- per vierkante meter dakoppervlak dat losgekoppeld wordt van het gemengde rioolstelsel, met een maximum van €1.000,- per perceel voor het realiseren van de ontkoppeling.
- a.
-
2. De bijdrage voor andere klimaatadaptieve activiteiten, zoals bedoeld in artikel 3, derde lid, wordt door het college vastgesteld en staat in verhouding tot het resultaat van de desbetreffende activiteit.
-
3. Bij gecombineerde activiteiten worden de grensbedragen per activiteit gehandhaafd.
-
4. De subsidie bedraagt maximaal 25% van de gemaakte kosten, tenzij er sprake is van een afkoppeling zoals bedoeld in het eerste lid onder c en deze afkoppeling gecombineerd wordt met gemeentelijke werkzaamheden waarbij een gescheiden rioolstelsel wordt aangelegd, dan geldt er een maximum van 100% voor het deel van de subsidie dat rechtstreeks verband houdt met de afkoppeling en tot een maximum van €1.000,- per perceel.
-
5. De subsidiebijdrage wordt vermenigvuldigd met een factor 1,5 als aan tenminste een van de volgende voorwaarden wordt voldaan:
- a.
de activiteit vindt plaats in een door het college aangewezen kwetsbaar gebied, of;
- b.
de activiteit is een collectief initiatief van minimaal drie particulieren.
- a.
-
6. De subsidiebijdrage is nooit hoger dan 100% van de gemaakte kosten.
-
7. Kwetsbare gebieden, zoals genoemd in het vijfde lid , worden aangewezen door middel van de bijlage bij dit besluit.
Artikel 7 Subsidieplafond
Voor subsidieverlening op grond van deze regeling geldt een subsidieplafond van €150.000,- per kalenderjaar.
Artikel 8 Wijze van verdeling
-
1. Verstrekking van subsidie vindt plaats op volgorde van ontvangst van de complete aanvragen, tot het subsidieplafond is bereikt.
-
2. Als de aanvrager krachtens artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de aanvraag aan te vullen, geldt als datum van ontvangst van de complete aanvraag de datum waarop de aangevulde gegevens zijn ontvangen.
Artikel 9 De subsidieaanvraag
-
1. De subsidie wordt digitaal aangevraagd met gebruikmaking van een door het college vastgesteld aanvraagformulier.
-
2. De subsidieaanvraag gaat vergezeld van:
- a.
een goedkeuring van de eigenaar van het pand of perceel indien de aanvrager niet de eigenaar is;
- b.
een korte beschrijving van het project waaruit het college kan afleiden welke onderdelen of kosten toe te wijzen zijn aan de activiteiten, bedoeld in artikel 3;
- c.
een specificatie van de te realiseren activiteiten, zoals bijvoorbeeld het extra groenoppervlak in vierkante meters of de inhoud van de waterberging in liters;
- d.
een plattegrond van de oude en nieuwe situatie van het hele perceel, en;
- e.
fotomateriaal van de huidige situatie, voor de start van de activiteit(en).
- a.
-
3. Het college beslist binnen acht weken na ontvangst van een volledige aanvraag of de subsidie wordt verleend, deze termijn kan eenmalig met ten hoogste vijf weken worden verlengd.
-
4. De subsidieaanvraag dient voor de start van de activiteiten te worden ingediend.
-
5. Het college verstrekt geen voorschotten op de verleende subsidies, tenzij er sprake is van een afkoppeling zoals bedoeld in artikel zes, het eerste lid onder c en deze afkoppeling gecombineerd wordt met gemeentelijke werkzaamheden waarbij een gescheiden rioolstelsel wordt aangelegd.
Artikel 10 Weigeringsgronden
-
1. Subsidieverlening wordt geweigerd indien voor de activiteiten waarvoor de subsidie wordt aangevraagd, ook uit anderen hoofde aanspraak op gemeentelijke subsidie bestaat.
-
2. Subsidieverlening kan worden geweigerd indien activiteiten op openbaar terrein in eigendom van de gemeente Vlaardingen plaatsvinden.
-
3. Subsidieverlening kan worden geweigerd indien de activiteiten waarvoor subsidie wordt aangevraagd te weinig bijdragen aan de doelen uit artikel 2.
-
4. Subsidieverlening wordt geweigerd indien met verlening van de subsidie het subsidieplafond wordt overschreden.
Artikel 11 Subsidieverplichtingen
Aan de subsidieontvanger worden de volgende verplichtingen opgelegd:
- a.
de waterberging, het afgekoppelde oppervlak of het waterdoorlatende oppervlak wordt ten minste vijf jaar in stand gehouden en doelmatig onderhouden;
- b.
de voorzieningen moeten deugdelijk en zorgvuldig worden aangelegd en onderhouden;
- c.
de subsidieontvanger werkt mee aan een eventuele controle;
- d.
bij een eventuele (semipublieke) opening van het initiatief heeft het college, dan wel een vertegenwoordiger van het college, een passende (communicatieve) rol;
- e.
in publicaties wordt benoemd dat de Gemeente Vlaardingen financieel heeft bijgedragen aan het initiatief, en;
- f.
het college krijgt foto’s die gebruikt kunnen worden op de website van de Gemeente Vlaardingen in/op andere media. De subsidieontvanger draagt zorg voor de naleving van de AVG.
Artikel 12 Verantwoording
-
1. Na het afronden van de werkzaamheden moet de aanvrager aantonen dat deze zijn uitgevoerd door middel van een aanvraag tot vaststelling, uiterlijk acht weken na de voltooiing van de werkzaamheden.
-
2. Deze aanvraag tot vaststelling gaat vergezeld van:
- a.
een specificatie met facturen of betalingsbewijzen bij materiaalaanschaf waaruit het college met voldoende zekerheid kan afleiden welke onderdelen of kosten toe te wijzen zijn aan de activiteiten, bedoeld in artikel 3.
- b.
een specificatie van de toegevoegde waterberging in liters, de omvang van het afgekoppelde dakoppervlak in vierkante meters en het toegevoegde waterdoorlatende oppervlak in vierkante meters;
- c.
ten minste twee foto’s van de situatie nadat de activiteiten zijn uitgevoerd, en;
- d.
indien de werkzaamheden ondergronds plaatsvinden, worden ten minste twee foto’s van de uitvoering van de werkzaamheden overlegd.
- a.
-
3. Indien uit de verantwoording volgt dat niet alle verplichtingen uit deze regeling of de beschikking tot subsidieverlening zijn nagekomen, kan de subsidie naar rato lager worden vastgesteld.
Artikel 13 Inwerkingtreding en citeertitel
-
1. Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2025 .
-
2. De subsidieregeling ‘incidentele subsidie voor klimaatadaptieve activiteiten Gemeente Vlaardingen’ wordt ingetrokken.
-
3. Voor subsidieaanvragen ingediend voor 31 december 2024 blijft de ‘incidentele subsidie voor klimaatadaptieve activiteiten Gemeente Vlaardingen’ van toepassing.
-
4. Deze regeling wordt aangehaald als Subsidieregeling Klimaatadaptatie
Ondertekening
Aldus vastgesteld in de vergadering van 24 september 2024;
Hoogachtend,
Burgemeester en wethouders van Vlaardingen,
de secretaris,
drs. S.P.M. Verstraten
de burgemeester,
drs. B. Wijbenga – van Nieuwenhuizen
Bijlage I - Kwetsbare gebieden voor wateroverlast en funderingsschade
Toelichting
Artikel 2 Doel van de subsidie
Door klimaatverandering krijgt Vlaardingen vaker te maken met extreme weersomstandigheden. Een groot deel van de stad bestaat uit private terreinen. Dit maakt het ook noodzakelijk om maatregelen op deze terreinen te treffen. Het doel van deze subsidie is om inwoners te stimuleren om maatregelen te nemen die de kans op wateroverlast en problemen door langdurige droogte verminderen.
Het verminderen van de kans op wateroverlast is gerelateerd aan de gemeentelijke hemelwaterzorgplicht, terwijl het verminderen van problemen als gevolg van langdurige droogte verband houdt met de gemeentelijke grondwaterzorgplicht. Maatregelen op particuliere terreinen zullen de druk op het gemeentelijk rioolstelsel verminderen en hebben als neveneffect dat de grondwaterstanden worden aangevuld en drinkwater wordt bespaard.
Artikel 3 Activiteiten
Het derde artikel van deze subsidieregeling beschrijft de hoofdactiviteiten, waarvoor subsidie kan worden verkregen. Het gaat om:
- 1.
Het toevoegen van waterdoorlatende oppervlakken:
Deze activiteit gaat over het verwijderen van niet-waterdoorlatende oppervlakken (zoals bijvoorbeeld tegels, klinkers en asfalt) door waterdoorlatende oppervlakken (zoals bijvoorbeeld groen, houtsnippers, grind en grasbetontegels). Door waterdoorlatende oppervlakken toe te voegen, kan de natuurlijke infiltratie van hemelwater worden bevorderd, wat bijdraagt aan het verminderen van wateroverlast en droogteproblemen kan voorkomen. Ook beperkt dit de waterafvoer naar de riolering. De gemeente geeft de voorkeur aan groene maatregelen, omdat groen meer bijkomende voordelen heeft zoals bijvoorbeeld het bevorderen van de biodiversiteit dan technische maatregelen.
- 2.
Het toevoegen van waterberging:
Deze activiteit gaat over het toevoegen van voorzieningen waar overtollig hemelwater kan worden opgevangen en vastgehouden tijdens perioden van hevige neerslag. Hiermee wordt de piekafvoer van hemelwater naar de riolering afgevlakt. Het gaat onder andere om de aanleg van groene en blauwe daken, wadi’s en (ondergrondse) waterbergingen.
Om ervoor te zorgen dat de waterberging functioneert en na een regenbui weer gebruikt kan worden, is in deze subsidieregeling gesteld dat de ledigingstijd, de inhoud en het aangesloten verhard oppervlak in verhouding met elkaar moeten staan. De minimale inhoud van een waterbergingsvoorziening van 500 liter is gekozen om een grote hoeveelheid subsidieaanvragen met beperkt rendement te voorkomen.
Een uitzondering zijn maatregelen die bijdragen aan het besparen van drinkwater, zoals een regenton of een bassin als onderdeel van een grijswatersysteem. Bij deze waterbergingsvoorzieningen is een inhoud kleiner dan 500 liter toegestaan, mits deze wordt gecombineerd met een andere activiteit, zoals bijvoorbeeld het vergroenen van een tuin.
- 3.
Het afkoppelen van dakoppervlakken van gemengde rioolstelsels:
Deze activiteit gaat over het afkoppelen van dakoppervlakken van een gemengd rioolstelsel. In plaats daarvan wordt aangemoedigd om neerslag op te vangen in een waterberging of (indirect) af te voeren naar oppervlaktewater of de bodem. Dit kan bijvoorbeeld door aansluiting op een aanwezig hemelwater riool. Waardoor te zuiveren water en hemelwater gescheiden afgevoerd en verwerkt kunnen worden. Bij de gemeente kan worden nagevraagd of sprake is van een aansluiting op een gemengd rioolstelsel.
De activiteiten kunnen gecombineerd worden aangevraagd. Als een initiatief niet past binnen de genoemde hoofdactiviteiten, maar wel bijdraagt aan de doelen van deze subsidieregeling, kan het college toch besluiten subsidie te verstrekken indien het college meent dat het initiatief voldoende bijdraagt aan de doelen van deze regeling.
Artikel 4 Doelgroep
Deze subsidie is bedoeld voor de partijen die in het eerste lid zijn genoemd. Een subsidie kan ook worden aangevraagd door een persoon namens meerdere personen, mits deze personen voldoen aan de voorwaarden van deze regeling. De aanvrager moet dan gevolmachtigd worden om een aanvraag in te dienen en vertegenwoordigt de anderen bij de aanvraag en alle vervolgstappen.
Voorbeelden van organisaties zonder winstoogmerk zijn zorginstellingen, cultuur- en milieuorganisaties, sportverenigingen en recreatieverenigingen. Scholen, woningbouwcorporaties en organisaties met winstoogmerk komen niet in aanmerking voor deze subsidieregeling.
In plaats daarvan komen scholen in aanmerking voor de subsidieregeling voor groenblauwe schoolomgevingen. De gemeente zet bij de woningbouwcorporaties in op samenwerking via andere instrumenten. Huurders van woningbouwcorporaties komen wel in aanmerking voor subsidie.
Het beschikbare budget voor deze subsidieregeling is gelimiteerd. Door organisaties met winstoogmerk uit te sluiten probeert het college de middelen zoveel mogelijk ten goede te laten komen aan het doel van de regeling.
Artikel 5 Kosten die voor subsidie in aanmerking komen
Deze subsidie dekt alleen de kosten die werkelijk zijn gemaakt. Dit houdt in dat de kosten moeten zijn ontstaan als direct resultaat van de uitvoering van de gesubsidieerde activiteit. Bovendien moet de hoogte van de kosten redelijk zijn in verhouding tot de uitgevoerde activiteit. Het college zal beoordelen of de kosten passend en gerechtvaardigd zijn, rekening houdend met markconforme tarieven.
Artikel 6 De hoogte van de subsidie
Aan iedere activiteit zijn grensbedragen gekoppeld, welke ook bij gecombineerde activiteiten worden gehandhaafd. In de subsidieregeling zijn bepalingen opgenomen om maatregelen in kwetsbare gebieden en collectieve initiatieven extra te stimuleren.
Kwetsbare gebieden
Vlaardingen heeft een aantal gebieden die, door hun ligging en ruimtelijke inrichting, een grotere kans op wateroverlast hebben dan andere delen van de gemeente. Dit blijkt uit onderzoek en eerdere ervaringen met extreme regenval. Daarnaast hebben woningen die vóór 1950 zijn gebouwd een verhoogde kans op funderingsschade, omdat deze vaak zijn gefundeerd op staal of volledig houten palen.
Bij het bepalen van de kwetsbare gebieden is niet alleen gekeken naar de kans op overlast door extreme regen of droogte, maar ook naar de gevolgen van dergelijke gebeurtenissen. Een gebied met sociaaleconomisch kwetsbare bewoners wordt als extra vatbaar beschouwd bij overlast door extreem weer.
De kwetsbare gebieden zijn weergegeven in de bijlage van deze regeling.
Collectieve initiatieven
Deze regeling stimuleert partijen om gezamenlijke maatregelen te treffen door het beschikbaar stellen van een hogere subsidiebijdrage. Het extra aanmoedigen van collectieve initiatieven heeft als doel om meer partijen te bewegen tot het nemen van maatregelen. Bovendien draagt dit bij aan het bevorderen van de sociale cohesie in de stad.
Afkoppelen combineren met gemeentelijke rioolwerkzaamheden
Wanneer de gemeente een gemengd rioolstelsel vervangt door een gescheiden rioolstelsel, biedt dit een uitgelezen kans om de hemelwaterafvoeren van woningen in het projectgebied efficiënt af te koppelen. Om grootschalige afkoppeling te stimuleren en het maximale effect te bereiken worden de kosten voor het afkoppelen volledig vergoed. In dit geval neemt de gemeente het initiatief en worden de kosten voor het afkoppelen gedekt vanuit het desbetreffende project.
Artikel 8 Wijze van verdeling
Indien de aanvrager onvoldoende gegevens verstrekt om de aanvraag in behandeling te kunnen nemen, behoudt het college zich het recht voor om de aanvraag niet te behandelen, of om de aanvrager in de gelegenheid te stellen om de benodigde gegevens aan te vullen. Hierbij zal het college de regels zoals opgenomen in de Algemene wet bestuursrecht toepassen. In het geval van laatstgenoemde optie, zal de ontvangstdatum van de laatst vereiste gegevens als uitgangspunt gelden.
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl