Beleidsregels voor het opleggen van een ambtshalve definitieve aanslag toeristenbelasting

1. Deze beleidsregels gelden bij de heffing van toeristenbelasting in de zin van artikel 224 van de Gemeentewet;

2. Voor de toepassing van deze beleidsregels wordt verstaan onder:

hotel, pension, bed & breakfast, camping en vakantiepark: hetgeen daaronder door het CBS onder ‘Logiesaccommodaties; gasten, overnachtingen, bezettingsgraad, kerncijfers’ (zie https://www.cbs.nl/nl-nl/cijfers/detail/82058NED ) onder “Toelichting onderwerpen” wordt gedefinieerd.

3. Voor de vertaling van de begrippen genoemd onder het vorige lid naar de afzonderlijke verordeningen toeristenbelasting van de in de aanhef genoemde gemeenten wordt daarbij – indien van toepassing – aansluiting gezocht bij de inhoud van de in deze verordeningen gehanteerde definities.

1. Indien een belastingplichtige nog niet eerder door de BSGR is aangeslagen voor toeristenbelasting, door hem geen aangifte is gedaan, dan wel de BSGR van hem geen aangifte heeft ontvangen, wordt een ambtshalve definitieve aanslag toeristenbelasting opgelegd.

2. De ambtshalve definitieve aanslag wordt gebaseerd op het aantal slaapplaatsen vermenigvuldigd met 365, waarbij het product van deze vermenigvuldiging voor:

• i.

  Hotel voor 40%

• ii.

  Pension voor 40%

• iii.

  Bed & Breakfast voor 20%

• iv.

  Camping voor 10%

• v.

  Vakantiepark voor 35%

• vi.

  Andere vormen van het bieden van gelegenheid tot overnachtingen voor 20% in de berekening wordt meegenomen.

1. Aan een belastingplichtige die reeds eerder door de BSGR is aangeslagen voor toeristenbelasting wordt een ambtshalve definitieve aanslag toeristenbelasting opgelegd wanneer deze geen aangifte over het afgelopen belastingjaar (t-1) doet.

2. Is van een belastingplichtige voor het belastingjaar (t-1) geen aangifte ontvangen en de aangifte over het belastingjaar (t-2) is als grondslag gebruikt voor de definitieve aanslag over het belastingjaar (t-2) dan wordt de aangifte over belastingjaar (t-2), verhoogd met 5%, gebruikt als grondslag voor de definitieve aanslag over belastingjaar (t-1).

3. Is van een belastingplichtige voor het belastingjaar (t-1) geen aangifte ontvangen en de aangifte over het belastingjaar (t-2) is niet als grondslag gebruikt voor de definitieve aanslag over het belastingjaar (t-2) dan wordt het aantal overnachtingen dat als grondslag is gebruikt voor de definitieve aanslag over belastingjaar (t-2), verhoogd met 5%, als grondslag gebruikt voor de definitieve aanslag over belastingjaar (t-1).

4. Is van een belastingplichtige geen aangifte over het belastingjaar (t-1) ontvangen noch voor het belastingjaar (t-2), dan wordt de definitieve aanslag over het belastingjaar (t-1) opgelegd op basis van artikel 2, waarbij de genoemde percentages in het tweede lid worden vermenigvuldigd met 2.

1. Deze beleidsregels treden in werking met ingang van de dag na publicatie.

2. Deze beleidsregels worden aangehaald als: “Beleidsregels opleggen ambtshalve definitieve aanslag toeristenbelasting”.

3. De “Beleidsregels voor het opleggen van een ambtshalve definitieve aanslag toeristenbelasting” vastgesteld bij besluit van 9 juni 2022 wordt ingetrokken met ingang van de in het eerste lid genoemde datum