Verordening lijkbezorgingsrechten gemeente Zutphen 2025

Geldend van 01-01-2025 t/m heden

Intitulé

Verordening lijkbezorgingsrechten gemeente Zutphen 2025

De raad van de gemeente Zutphen,

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 12 november 2024 met nummer 800079;

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet;

B E S L U I T :

vast te stellen de volgende verordening:

Verordening op de heffing en invordering van lijkbezorgingsrechten gemeente Zutphen 2025.

Artikel 1 Definities

De definities uit de Wet op de lijkbezorging, de Beheerverordening gedenkparken gemeente Zutphen 2016 en de Regeling gedenkparken gemeente Zutphen 2016 zijn van overeenkomstige toepassing op wat in deze verordening is bepaald.

Artikel 2 Belastbaar feit

Op basis van deze verordening worden rechten geheven voor het gebruik van de gedenkparken en voor het door of van gemeentewege verlenen van diensten in verband met de gedenkparken.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager of de persoon voor wie de aanvraag is gedaan dan wel voor wie de dienst wordt verricht of van de persoon die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.

Artikel 4 Vrijstelling

De rechten worden niet geheven voor het lichten van een lijk of asbus op rechterlijk gezag.

Artikel 5 Maatstaf van heffing en belastingtarief

  • 1.

    De rechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2.

    Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een in de tabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6 Belastingtijdvak

  • 1.

    Met betrekking tot de rechten die per jaar worden geheven is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.

  • 2.

    Bij afkoop van deze rechten voor meerdere jaren door betaling ineens is het belastingtijdvak gelijk aan de periode waarvoor wordt afgekocht.

Artikel 7 Wijze van heffing

De rechten worden geheven bij wege van aanslag met dien verstande dag per belastbaar feit een afzonderlijke aanslag kan worden opgelegd.

Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang

  • 1.

    De rechten, bedoeld in hoofdstuk 6 van de tarieventabel, zijn verschuldigd bij de aanvang van het belastingtijdvak of, als dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.

  • 2.

    Als de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aanvangt zijn de rechten, bedoeld in hoofdstuk 6 van de tarieventabel verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

  • 3.

    Als de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor de rechten bedoeld in hoofdstuk 6 van de tarieventabel voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven, tenzij het bedrag van de ontheffing minder bedraagt dan € 5,-.

  • 4.

    Andere rechten dan die bedoeld in hoofdstuk 6 van de tarieventabel, zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening of bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen.

Artikel 9 Betalingstermijnen

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid van de Invorderingswet 1990 moet een aanslag worden betaald uiterlijk op de laatste dag van de maand volgende op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld.

  • 2.

    In afwijking in zoverre van het eerste lid geldt, als het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen, of als het aanslagbiljet maar één aanslag bevat het bedrag daarvan, meer is dat € 50,-, maar minder is dan € 10.000,- en zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische incasso kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in zoveel gelijke termijnen als er na de maand van dagtekening van het aanslagbiljet nog maanden in het belastingjaar waarin de aanslagen worden opgelegd overblijven, met dien verstande dat het aantal termijnen ten minste drie en ten hoogste tien bedraagt. De eerste termijn vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en elk van de volgende termijnen telkens een maand later

  • 3.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in de voorgaande leden gestelde termijnen.

Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden, wijziging verordening

Het college kan deze verordening wijzigen als de wijzigingen:

  • a.

    van zuiver redactionele aard zijn;

  • b.

    een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant;

een en ander voor zover met deze wijzigingen niet al bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

Artikel 11 Overgangsrecht

De Verordening lijkbezorgingsrechten gemeente Zutphen 2024, van 11 december 2023, wordt ingetrokken met ingang van 1 januari 2025, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

Artikel 12 Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2025.

  • 2.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2025.

Artikel 13 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening lijkbezorgingsrechten gemeente Zutphen 2025.

Ondertekening

Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Zutphen, gehouden op 16 december 2024,

de voorzitter, de griffier,

Tarieventabel 2025 behorende bij de Verordening lijkbezorgingsrechten gemeente Zutphen 2025

Hoofdstuk 1 Verlenen van rechten

Particuliere graven

voor 1 persoon

voor 2 personen

1.1

Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een graf (particulier graf) wordt geheven:

1.1.1

voor een periode van 10 jaar

€ 1.350,00

€ 1.850,00

1.1.2

voor een periode van 15 jaar

€ 2.025,00

€ 2.550,00

1.1.3

voor een periode van 20 jaar

€ 2.600,00

€ 3.100,00

1.1.4

voor een periode van 50 jaar

€ 4.000,00

€ 4.500,00

1.1.5

voor een periode van 100 jaar

€ 6.000,00

€ 6.500,00

1.2

Voor het verlengen van het uitsluitend recht op een graf (particulier graf) wordt geheven:

1.2.1

voor een verlenging met 5 jaar

€ 400,00

€ 800,00

1.2.2

voor een verlenging met 10 jaar

€ 750,00

€ 1.500,00

1.2.3

voor een verlenging met 15 jaar

€ 1.00,00

€ 2.000,00

1.2.4

voor een verlenging met 20 jaar

€ 1.250,00

€ 2.500,00

1.2.5

voor een verlenging met 50 jaar

€ 1.750,00

€ 3.500,00

Particuliere urnengraven

1.3

Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een urnengraf (particulier urnengraf) wordt geheven:

1.3.1

voor een periode van 5 jaar

€ 500,00

1.3.2

voor een periode van 10 jaar

€ 800,00

1.3.3

voor een periode van 15 jaar

€ 1.000,00

1.3.4

voor een periode van 20 jaar

€ 1.200,00

1.3.5

voor een periode van 50 jaar

€ 2.000,00

1.3.6

voor een periode van 100 jaar

€ 3.000,00

1.4

Voor het verlengen van het uitsluitend recht op een urnengraf (particulier urnengraf) wordt geheven:

1.4.1

voor een verlenging met 5 jaar

€ 400,00

1.4.2

voor een verlenging met 10 jaar

€ 600,00

1.4.3

voor een verlenging met 15 jaar

€ 800,00

1.4.4

voor een verlenging met 20 jaar

€ 1.000,00

Particuliere urnennis

1.5

Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een urnennis (particuliere urnennis) wordt geheven:

1.5.1

voor een periode van 5 jaar

€ 350,00

1.5.2

voor een periode van 10 jaar

€ 550,00

1.5.3

voor een periode van 15 jaar

€ 700,00

1.5.4

voor een periode van 20 jaar

€ 800,00

1.6

Voor het verlengen van het uitsluitend recht op een urnennis (particuliere urnennis) wordt geheven:

1.6.1

voor een verlenging met 5 jaar

€ 300,00

1.6.2

voor een verlenging met 10 jaar

€ 400,00

1.6.3

voor een verlenging met 15 jaar

€ 500,00

1.6.4

voor een verlenging met 20 jaar

€ 600,00

Urnenornamenten

1.7

Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een urnenornament wordt geheven:

1.7.1

voor een periode van 5 jaar

€ 750,00

1.7.2

voor een periode van 10 jaar

€ 1.250,00

1.7.3

voor een periode van 15 jaar

€ 1.500,00

1.7.4

voor een periode van 20 jaar

€ 2.000,00

1.8

Voor het verlengen van het uitsluitend recht op een urnenornament wordt geheven:

1.8.1

voor een verlenging met 5 jaar

€ 250,00

1.8.2

voor een verlenging met 10 jaar

€ 500,00

1.8.3

voor een verlenging met 15 jaar

€ 750,00

1.8.4

voor een verlenging met 20 jaar

€ 1.000,00

Kindergraf en foetusgraf

1.9

Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een kindergraf wordt geheven:

1.9.1

voor een periode van 10 jaar

€ 900,00

1.9.2

voor een periode van 15 jaar

€ 1.250,00

1.9.3

voor een periode van 20 jaar

€ 1.500,00

1.9.4

voor een periode van 50 jaar

€ 2.000,00

1.9.5

voor een periode van 100 jaar

€ 3.000,00

1.10

Voor het verlengen van het uitsluitend recht op een kindergraf wordt geheven:

1.10.1

voor een verlenging met 5 jaar

€ 250,00

1.10.2

voor een verlenging met 10 jaar

€ 500,00

1.10.3

voor een verlenging met 15 jaar

€ 750,00

1.10.4

voor een verlenging met 20 jaar

€ 1.000,00

1.10.5

voor een verlenging met 50 jaar

€ 2.000,00

1.11

Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een foetusgraf in de hoek van het Themaveld 'Kinderhoje' wordt geheven:

€ 250,00

Reserveren van grafrechten

1.12

Voor het verlenen van het uitsluitend recht zonder dat daarin een directe begraving of bijzetting plaatsvindt, wordt geheven:

1.12.1

voor een periode van 10 jaar, voor een graf (particulier graf)

€ 750,00

1.12.2

voor een periode van 20 jaar, voor een graf (particulier graf)

€ 1.250,00

1.12.3

voor een periode van 10 jaar, voor een kindergraf

€ 375,00

1.12.4

voor een periode van 20 jaar, voor een kindergraf

€ 625,00

Natuurbegraven

1.13

Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een natuurgraf wordt geheven:

1.13.1

voor het begraven van een lijk van één persoon van 12 jaar of ouder

€ 3.500,00

1.13.2

voor het begraven van een lijk van één persoon jonger dan 12 jaar

€ 2.500,00

Hoofdstuk 2 Begraven, bijzetten en verstrooien

Begraven

2.1

Voor het begraven van een lijk van een persoon van 12 jaar en ouder wordt geheven:

2.1.1

op werkdagen voor 16.00 uur

€ 850,00

2.1.2

op werkdagen na 16.00 uur en op zaterdag, beiden tot zonsondergang

€ 1.225,00

2.1.3

na zonsondergang en op zon- en feestdagen

€ 1.700,00

2.2

Voor het begraven van een lijk van een persoon van jonger dan 12 jaar wordt geheven:

2.2.1

op werkdagen voor 16.00 uur

€ 425,00

2.2.2

op werkdagen na 16.00 uur en op zaterdag, beiden tot zonsondergang

€ 610,00

2.2.3

na zonsondergang en op zon- en feestdagen

€ 850,00

Bijzetten

2.3

Voor het bijzetten van een asbus of urn in een nis of graf wordt geheven:

2.3.1

zonder aanwezigheid van nabestaanden

€ 100,00

2.3.2

met aanwezigheid van nabestaanden op werkdagen voor 16.00 uur

€ 150,00

2.3.3

met aanwezigheid van nabestaanden op werkdagen na 16.00 uur en op zaterdag, beiden tot zonsondergang

€ 200,00

2.3.4

met aanwezigheid van nabestaanden na zonsondergang en op zon- en feestdagen

€ 300,00

Verstrooien

2.4

Voor het verstrooien van as uit één asbus wordt geheven:

2.4.1

zonder aanwezigheid van nabestaanden

€ 100,00

2.4.2

met aanwezigheid van nabestaanden op werkdagen voor 16.00 uur

€ 150,00

2.4.3

met aanwezigheid van nabestaanden op werkdagen na 16.00 uur en op zaterdag, beiden tot zonsondergang

€ 200,00

2.4.4

met aanwezigheid van nabestaanden na zonsondergang en op zon- en feestdagen

€ 300,00

2.5

Voor het gelijktijdig verstrooien van as uit meer dan één asbus wordt geheven:

2.5.1

zonder aanwezigheid van nabestaanden

€ 120,00

2.5.2

met aanwezigheid van nabestaanden op werkdagen voor 16.00 uur

€ 180,00

2.5.3

met aanwezigheid van nabestaanden op werkdagen na 16.00 uur en op zaterdag, beiden tot zonsondergang

€ 270,00

2.5.4

met aanwezigheid van nabestaanden na zonsondergang en op zon- en feestdagen

€ 360,00

Hoofdstuk 3 Onderhoud begraafplaats

3.1

Voor het door of van gemeentewege onderhouden van de begraafplaats wordt geheven voor een algemeen graf, voor elk lijk dat daarin begraven wordt:

€ 450,00

Hoofdstuk 4 Opgraven of ruimen

4.1

Voor het opgraven van een lijk wordt geheven, per graf

€ 900,00

4.2

Voor het na opgraven weer opnieuw begraven in hetzelfde graf wordt geheven

€ 850,00

4.3

Voor het ruimen (schudden) van een graf op verzoek van de belanghebbende wordt geheven

€ 900,00

4.4

Voor verwijderen van een asbus wordt geheven

€ 100,00

Hoofdstuk 5 Overige diensten

5.1

Voor het gebruik van de aula wordt geheven per dagdeel

€ 200,00

5.2

Onverminderd het bepaalde in hoofdstuk 2, bedraagt het tarief voor een Openluchtuitvaart op Gedenkpark De Ooster, per dagdeel

€ 200,00

5.3

Voor het gebruik van de geluidsinstallatie wordt geheven

€ 75,00

5.4

Voor het voorlopen langer dan 1 uur na het afgesproken tijdstip wordt geheven per half uur

€ 50,00

5.5

Onverminderd het bepaalde in hoofdstuk 2, bedraagt het tarief voor een fakkeluitvaart

€ 400,00

5.6

Het tarief bedraagt voor het beschikbaar stellen van een algemeen standaard gedenkplaatje

€ 100,00

Hoofdstuk 6 Grafrechten jaarlijks recht voor 1 januari 2008

6.1

Voor graven, kindergraven, urnengraven, urnengraven, urnennissen en urnenornamenten waarvoor het uitsluitend recht is verleend of verlengd voor 1 januari 2008 wordt geheven:

6.1.1

voor een particulier graf, per jaar

€ 170,00

6.1.2

voor een particulier kindergraf, per jaar

€ 90,00

6.1.3

voor een particulier urnengraf, per jaar

€ 90,00

6.1.4

voor een particuliere urnennis, per jaar

€ 90,00

6.1.5

voor een urnenornament, per jaar

€ 90,00

Behoort bij de Verordening lijkbezorgingsrechten gemeente Zutphen 2025

de griffier,