Verordening vertrouwenscommissie benoeming burgemeester Gemeente De Fryske Marren 2024

Geldend van 04-12-2024 t/m heden

Intitulé

Verordening vertrouwenscommissie benoeming burgemeester Gemeente De Fryske Marren 2024

De raad van de gemeente De Fryske Marren;

B E S L U I T:

vast te stellen de

Verordening vertrouwenscommissie benoeming burgemeester Gemeente De Fryske Marren 2024

Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    de minister: de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties;

  • b.

    de commissaris: de commissaris van de Koning in de provincie Fryslân;

  • c.

    de burgemeester: de burgemeester van De Fryske Marren;

  • d.

    de commissie: de vertrouwenscommissie, zijnde een raadscommissie, die belast is met de voorbereiding van de aanbevelingen tot herbenoeming van de burgemeester.

Artikel 1. Taak

  • 1. De commissie heeft tot taak: de profielschets en de aanbeveling tot benoeming van de burgemeester voor te bereiden.

Artikel 2. Samenstelling commissie

  • 1. De commissie bestaat uit maximaal zoveel raadsleden als er fracties in de gemeenteraad vertegenwoordigd zijn en wordt benoemd door de raad.

  • 2. Iedere fractie kan uit haar midden een raadslid voordragen ter benoeming door de raad.

  • 3. De commissie kiest uit haar midden de voorzitter.

  • 4. De commissie kent geen plaatsvervangende leden.

  • 5. Het lidmaatschap van de commissie eindigt zodra het lid eindigt lid te zijn van de raad, op eigen verzoek of als de raad van oordeel is dat het lid niet meer langer geschikt is de functie van lid van de commissie te vervullen.

Artikel 3. Ambtelijke ondersteuning

  • 1. De raadsgriffier is secretaris van de commissie.

  • 2. De gemeentesecretaris wordt aangewezen als plaatsvervangend secretaris van de commissie.

  • 3. De (plaatsvervangend) secretaris geeft ambtelijke ondersteuning aan de commissie.

  • 4. De (plaatsvervangend) secretaris is geen lid van de commissie en heeft geen stemrecht.

Artikel 4. Adviseur

  • 1. De raad benoemt een wethouder als adviseur van de commissie. De adviseur is geen lid van de commissie en heeft geen stemrecht in de commissie.

Artikel 5. Geheimhouding

  • 1. Op alle informatie van de commissie rust ingevolge de wet de verplichting tot geheimhouding, welke zich uitstrekt tot eenieder die van de informatie kennis draagt.

  • 2. De vergaderingen van de commissie zijn besloten. Alle stukken van de commissie zijn geheim. Dit wordt op de stukken vermeld.

  • 3. De voorzitter van de commissie wijst in elke vergadering op de geheimhoudingsplicht, die rechtstreeks voortvloeit uit artikel 61c van de Gemeentewet.

  • 4. De commissie legt in elke vergadering en elk gesprek, met toepassing van artikel 86 van de Gemeentewet, geheimhouding op over de inhoud van de stukken en het behandelde tijdens de vergadering of het gesprek. De voorzitter van de commissie ziet erop toe dat hieraan wordt voldaan.

  • 5. De geheimhoudingsplicht brengt onder meer mee dat aan raadsleden, die geen zitting (meer) hebben in de commissie, en aan anderen, behoudens het bepaalde in artikel 9 van deze verordening, geen inzage in, of informatie omtrent de inhoud van de stukken of het behandelde ter vergadering of in het gesprek wordt verstrekt.

  • 6. De in dit artikel bedoelde geheimhouding brengt met zich mee dat de leden van de commissie noch mondeling, noch schriftelijk inlichtingen over de kandidaten inwinnen bij of geven aan derden.

  • 7. De voorzitter van de commissie heeft de bevoegdheid een lid van de commissie te ontslaan indien de geheimhouding niet in acht wordt genomen. De voorzitter dient hierover na afloop van de procedure verantwoording af te leggen aan de raad.

  • 8. De secretaris draagt er zorg voor dat alle schriftelijke informatie over kandidaten onder strikte geheimhouding wordt gedeeld met de leden van de commissie en ook weer wordt ingenomen.

  • 9. De geheimhoudingsplicht blijft na ontbinding van de commissie van kracht.

  • 10. Het in dit artikel bepaalde is van overeenkomstige toepassing op de (plaatsvervangend) secretaris en de adviseur.

Artikel 6. Vergaderingen

  • 1. De commissie streeft naar unanimiteit. Het gevoel van de minderheid wordt desgewenst in het verslag tot uitdrukking gebracht. De commissie besluit bij de voorbereiding van een aanbeveling bij meerderheid van uitgebrachte stemmen, waarbij elk lid één stem heeft. Bij het staken van de stemmen over de uit te brengen bevindingen, wordt het nemen van een beslissing uitgesteld tot de volgende vergadering. Is uitstel van de beslissing niet mogelijk of staken de stemmen ook in die volgende vergadering, dan worden geen bevindingen van de commissie, maar de verschillende meningen in het verslag opgenomen.

  • 2. De commissie vergadert zo vaak als de voorzitter of tenminste drie leden dit noodzakelijk achten.

  • 3. De voorzitter bepaalt dag, uur en plaats van de vergadering. De voorzitter doet van elke vergadering tenminste vierentwintig uur van tevoren aankondiging aan de leden van de commissie en, indien een adviseur aan de commissie is toegevoegd, de adviseur. Bij spoed kan in overleg met de leden en adviseurs van de 24 uur afgeweken worden.

  • 4. De commissie vergadert niet als niet tenminste de helft plus één van het aantal leden aanwezig is.

Artikel 7. Inwinnen van inlichtingen en gesprek met sollicitanten

  • 1. De commissie verschaft zich uitsluitend door tussenkomst van de commissaris van de Koning informatie over kandidaten. Dit vloeit rechtstreeks vooruit uit artikel 61, vierde lid, van de Gemeentewet.

  • 2. De secretaris nodigt namens de voorzitter sollicitanten uit voor een gesprek met de commissie.

  • 3. Wanneer de commissie sollicitanten spreekt, dienen hierbij voorzieningen getroffen te worden ter bescherming van de privacy van de sollicitanten. Hierbij dient onder meer gedacht te worden aan de plaats en het tijdstip van de gesprekken.

Artikel 8. Contactpersoon bij de benoemingsprocedure

  • 1. De voorzitter van de commissie treedt op als contactpersoon.

  • 2. Alle stukken bestemd voor de commissie worden onder vermelding van ‘persoonlijk en geheim’ op de envelop en boven de ingesloten stukken gericht aan de voorzitter en gezonden aan het privéadres van de secretaris en aldaar bewaard tot het moment van archivering.

  • 3. Alle stukken die van de commissie uitgaan worden onder vermelding van ‘persoonlijk en geheim’ op de envelop en boven de ingesloten stukken door de voorzitter en de secretaris ondertekend en vanaf het privéadres van de secretaris verzonden.

Artikel 9. Verslag

  • 1. De commissie brengt over haar werkzaamheden ter zake van de voorbereiding van de aanbeveling tot benoeming verslag uit aan de gemeenteraad en de commissaris van de Koning door middel van een schriftelijk verslag van bevindingen.

Artikel 10 Bijzondere bepalingen inzake verslaglegging

  • 1. Het in artikel 9 bedoelde verslag van bevindingen wordt in ieder geval vergezeld van de conceptaanbeveling van twee personen.

Artikel 11. Onvoorziene gevallen

  • 1. In alle gevallen waarin deze verordening dan wel de ‘Circulaire benoeming, klankbordgesprekken en herbenoeming burgemeester’ (oktober 2017) niet voorziet, beslist de commissie.

Artikel 12. Ontbinding van de commissie

  • 1. De commissie is ontbonden met ingang van de dag volgende op die waarop door de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties aan de gemeenteraad bekend is gemaakt dat in de vacature van burgemeester is voorzien.

Artikel 13. Archivering

  • 1. De secretaris van de commissie draagt er zorg voor dat na afronding van de benoeming alle archiefbestanden onverwijld in een envelop worden verzegeld en gerubriceerd als "geheim", en worden geplaatst in de daartoe aangewezen archiefruimte.

  • 2. De secretaris van de commissie draagt er zorg voor dat in het belang van een zorgvuldige overbrenging naar de gemeentelijke archiefbewaarplaats, als bedoeld in artikel 12 van de Archiefwet 1995, een verklaring van overbrenging, als bedoeld in artikel 9 van het Archiefbesluit 1995, wordt opgesteld voor archiefbescheiden waarvoor de wettelijke termijn verstreken is. In deze verklaring wordt melding gemaakt van het besluit tot toepassing van artikel 15, eerste lid sub a, van de Archiefwet 1995 en de daarin gestelde beperkingen aan de openbaarheid, tot de archiefbescheiden 75 jaar oud zijn.

  • 3. De secretaris van de commissie draagt er zorg voor dat alle overige bescheiden en alle kopieën van de in dit artikel bedoelde bescheiden onmiddellijk worden vernietigd.

Artikel 14. Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na bekendmaking.

  • 2. Deze verordening vervalt op de dag volgend op de installatie van de burgemeester, uitgezonderd de uit de verordening voortvloeiende geheimhouding.

Ondertekening

Aldus vastgesteld door de raad voornoemd

in zijn vergadering van 27 november 2024,

de griffier, de voorzitter,

H.A. van Dijk-Beekman N.L. Agricola

Bijlage Toelichting

Toelichting op artikel 2:

De commissie bestaat uit de voorzitters van de fracties, die deel hebben genomen aan de verkiezingen voor de raad, of een ander raadslid uit betreffende fractie. Verlies van het raadslidmaatschap betekent automatisch het einde van het lidmaatschap van de commissie. Tijdelijke of definitieve vervanging, dan wel wijziging van de commissie tijdens de procedure tot benoeming/herbenoeming is vanwege het bijzondere karakter van de procedure, waarin geheimhouding centraal staat ongewenst. De voorzitter wordt gekozen uit de leden van de commissie en is lid van de commissie.

Toelichting artikel 5:

De geheimhoudingsplicht omvat alle informatie, niets uitgezonderd: hetgeen tijdens de vergadering is gewisseld, de stukken (de in artikel 9 bedoelde verslagen inbegrepen), de (gevolgde) procedure en alle andere informatie die langs welke weg ook de commissie bereikt. De geheimhoudingsplicht strekt zich uit tot de leden van de commissie, alsmede tot degenen die ambtelijke ondersteuning verlenen en, indien van toepassing, de adviseur. Vanwege de gevoeligheid van de informatie, alsmede vanwege de mogelijke strafrechtelijke consequenties van de schending van deze plicht, wordt aan het begin van de vergadering door de voorzitter van de vergadering op de geheimhoudingsplicht gewezen.

Toelichting op artikel 6:

Met betrekking tot de besluitvorming streeft de commissie naar unanimiteit. Indien een minderheid zich niet kan vinden in de uitkomst, dan wordt dat in het verslag tot uitdrukking gebracht.